SELECTIELEIDRAAD
VR 2024 0305 DOC.0590/2
SELECTIELEIDRAAD
Mededingingsprocedure met onderhandeling voor levering
2024/HFB/MPMO/122524
Raamovereenkomst voor het leveren van ICT-Desktopapparatuur
Limietdatum en limietuur voor ontvangst aanvragen tot deelneming:
Limietdatum:… Limietuur:…
De Fe d e r a le Ove rh e id sd ie n s t Be le id e n On d e r s t e u n in g (BOSA) la n ce e r t n ie u w p la t form ! |
Registreer je onderneming op het nieuwe platform van e- Procurement FOD BOSA lanceert het nieuwe federale e-Procurement platform. Dit nieuwe, geïntegreerde en verbeterde platform vervangt de huidige toepassingen (e-Notification en e-Tendering). Opgelet: Je dient je onderneming opnieuw te registreren op het nieuwe platform, de gegevens worden niet automatisch overgezet vanuit het oude platform. Meer informatie kan je terugvinden op de website van FOD BOSA. xxxxx://xxxx.xxxxxxx.xx/xx/xxxxxx/xxxxxxxxx-xxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx/xxxxx-x- procurement-platform Helpcentrum FOD BOSA Heb je moeite met het registreren van je onderneming of bij het indienen van je offerte of aanvraag tot deelneming? Alle functionaliteiten worden stap per stap toegelicht in het helpcentrum. Ook voor algemene tips over het platform of een uitgebreide uitleg van alle gebruikersrollen kan je in het helpcentrum terecht. xxxxx://xxxx.xxxxxxx-xxx.xxx/xxxxxxxxxxxx Hulp nodig? Contacteer dan de helpdesk van FOD BOSA. |
SOCIAAL VERANTWOORDE ICT-HARDWARE |
Als enige aankoopcentrale voor de Vlaamse overheid wenst het Facilitair Bedrijf in het kader van deze raamovereenkomst een goed voorbeeld te stellen inzake het sociaal en ethisch verantwoord verwerven van ICT-hardware. Het Facilitair Bedrijf heeft zich hiertoe aangesloten bij de organisatie Electronics Watch, die de nodige ondersteuning zal voorzien. Deze raamovereenkomst zal de beproefde methodiek en modelclausules hanteren die werden ontwikkeld door Electronics Watch. De hardware die wordt verworven of op enigerlei wijze in exclusief gebruik wordt genomen door een entiteit waarvoor Het Facilitair Bedrijf als aankoopcentrale optreedt, moet op sociaal verantwoorde wijze worden geproduceerd. Aan het bestek zal hieromtrent meer informatie worden bijgevoegd. |
DUURZAAMHEID Het Facilitair Bedrijf engageert zich om 100 % duurzame overheidsopdrachten te plaatsen. Het ziet duurzame overheidsopdrachten als een instrument om te komen tot duurzame ontwikkeling. Daar waar mogelijk neemt het de nodige criteria betreffende ecologische, sociale en ethische aspecten op in haar bestekken. Indien zulke duurzaamheidscriteria zijn voorzien in deze selectieleidraad of in het bestek, moet het werk, de levering of de dienst vanzelfsprekend voldoen aan deze aspecten. |
VRAGEN EN INLICHTINGEN BIJ DE OPDRACHTDOCUMENTEN Nadere inlichtingen kunnen worden bekomen via onderstaand mailadres: xxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx@xx.xxxxxxxxxx.xx. Er kunnen over deze opdracht schriftelijk vragen worden gesteld tot uiterlijk 10 kalenderdagen voor de limietdatum voor de ontvangst van de aanvragen tot deelneming. Deze vragen dienen te worden gericht aan het team Plaatsing en Rapportering (via mail op xxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx@xx.xxxxxxxxxx.xx). Bij het indienen van de vragen dient het opdrachtnummer als referentie te worden vermeld. De relevante antwoorden worden gepubliceerd als terechtwijzend bericht bij de aankondiging op e-Notification en in het Supplement op het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. De gepubliceerde antwoorden in verband met deze opdracht maken integraal deel uit van de contractuele voorwaarden. De kandidaat wordt geacht hiervan kennis te hebben genomen en er rekening mede te hebben gehouden bij het opmaken van zijn aanvraag tot deelneming. |
INHOUDSTAFEL
2 VERLOOP VAN DE PLAATSINGSPROCEDURE 10
2.1 HUIDIGE STAP: INDIENING AANVRAAG TOT DEELNEMING 10
2.2 SELECTIEBESLISSING EN UITNODIGING GESELECTEERDE KANDIDATEN 10
2.3 INDIENING INITIËLE OFFERTES EN ONDERHANDELINGEN 10
3.2 TOEPASSELIJKE WETTELIJKE BEPALINGEN 12
3.3 OVERIGE ALGEMEEN TOEPASSELIJKE BEPALINGEN 13
4.2 SELECTIE (ART. 71 WET, ART. 65-69 EN 70-71 KB PLAATSING) 15
4.3 BEROEP OP DE DRAAGKRACHT VAN DE ANDERE ENTITEITEN (ART. 73 KB PLAATSING) 17
5 OPMAAK AANVRAAG TOT DEELNEMING 18
5.1 FORMULIER VOOR AANVRAAG TOT DEELNEMING 18
5.2 BEWIJSMIDDELEN VOOR SELECTIE 18
5.3 BEWIJSSTUKKEN HANDTEKENBEVOEGDHEID 20
6 INDIENING AANVRAAG TOT DEELNEMING 22
6.1 LIMIETDATUM EN LIMIETUUR VOOR INDIENEN AANVRAGEN TOT DEELNEMING 22
6.2 WIJZE VAN INDIENING VAN DE AANVRAGEN TOT DEELNEMING 22
6.3 ONDERTEKENING VAN DE AANVRAGEN TOT DEELNEMING 22
7.1 AFNAME VAN APPARATUUR EN BIJBEHORENDE DIENSTEN 23
7.2 CONTRIBUTIE AANKOOPCENTRALE 23
Het voorwerp van de raamovereenkomst omvat de levering van ICT-werkplekapparatuur en bijbehorende dienstverlening. Onder bijbehorende dienstverlening wordt o.a. het ter beschikking stellen van een bestelportaal en het voorzien van diensten na verkoop verstaan. Het aanbod zal voor het grootste deel diverse types laptops (vb. mobiel, standaard en grafisch) en in beperktere mate ook desktops en workstations moeten bevatten waarop een desbetreffende Microsoft besturingssysteem zal kunnen draaien. De opdrachtnemer zal de mogelijkheid voor de besteller(s) moeten voorzien om een servicecontract voor herstellingen on-site af te sluiten voor de hardware die het voorwerp uitmaakt van deze raamovereenkomst.
Verder zullen volgende producten in het aanbod moeten zitten:
1. Monitoren (al dan niet met ingebouwde docking);
2. Docking-stations, muizen en toetsenborden;
3. Geheugen of opslaguitbreidingen voor de computers;
4. Toestellen met een ander besturingssysteem (bv. IOS), smartphones en tablets;
5. Kleine printers, scanners en multifunctionals1;
6. Diverse randapparatuur en klein materiaal zoals externe harde schijven, eID-lezers en kabels.
De vermoedelijke hoeveelheden en specificaties van de aan te bieden producten zullen in de tweede stap van de procedure worden aangeleverd.
Samenwerkingsvorm
De opdracht neemt de vorm aan van een raamovereenkomst zoals bedoeld in art. 2, 35° van de Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016.
De aanbestedende overheid zal de raamovereenkomst sluiten met één opdrachtnemer.
De opdracht wordt geplaatst als occasioneel gezamenlijke opdracht, zoals bedoeld in art. 48 van de Wet inzake overheidsopdrachten.
De aanbestedende overheden treden elk afzonderlijk op als aankoopcentrale in de zin van art. 2, 7°
b) van de Wet inzake overheidsopdrachten en dit ten aanzien van de entiteiten vermeld onder titel
1.2.2 (de ‘bestellers’).
In uitvoering van de raamovereenkomst zal de opdrachtnemer voor de entiteiten waarvoor Stad Brugge als aankoopcentrale optreedt een vergoeding verschuldigd zijn die de opdrachtnemer berekent op de som van de goedgekeurde facturen. Deze vergoeding is een contributie die de Stad Brugge vraagt ter compensatie van de kosten voor het voeren van de plaatsingsprocedure en de opvolging van de uitvoering van de raamovereenkomst, te betalen door de bestellers. De opdrachtnemer zal hierover ook in rapportering moeten voorzien.
Percelen
De opdracht is niet opgedeeld in percelen.
Maximale waarde van de opdracht
De maximale waarde van de opdracht (over de ganse looptijd en onverminderd de toepassing van art. 38 ev. van het KB Uitvoering) wordt bepaald op € 205.000.000 excl. btw. De maximale waarde
1 Het betreft de beperkte aankoop van kleine toestellen die op een bureau geplaatst kunnen worden, toestellen met service-contract of lease zijn hier niet in voorzien
van de raamovereenkomst werd vastgesteld op basis van de maximaal te bestellen hoeveelheden over alle opdrachten die binnen de raamovereenkomst kunnen worden geplaatst heen.
Minimale afname
Er is geen afnameverplichting voor bestellers en er worden geen minimale afnames gegarandeerd. De kandidaat wordt erop gewezen dat alle in de opdrachtdocumenten vermelde hoeveelheden vermoedelijke hoeveelheden zijn en slechts bij wijze van inlichtingen worden verstrekt. Dit impliceert dat de reële situatie hiervan kan afwijken. Er is dus GEEN verbintenis vanwege de aanbestedende overheid voor de af te nemen hoeveelheden. In geen geval zal de opdrachtnemer aanspraak kunnen maken op een minimaal aantal bestellingen, noch op een schadevergoeding wegens te weinig geplaatste bestellingen.
Geen exclusiviteitsrecht
De opdrachtnemer zal voor deze opdracht geen exclusiviteitsrecht verwerven. Bestellers zullen gedurende de looptijd van de overeenkomst prestaties, identiek of analoog aan deze die voorwerp uitmaken van deze opdracht, kunnen laten uitvoeren door andere ondernemers. De opdrachtnemer kan uit dien hoofde geen aanspraak maken op enigerlei vergoeding.
Type opdracht
Deze opdracht is een opdracht voor leveringen in de zin van art. 2, 20° van de Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016.
CPV-classificatie: 30200000-1 - 30237100-0 - 30237200-1 - 30231300-0
De opdracht is een raamovereenkomst, d.w.z. dat de opdracht wordt uitgevoerd door middel van het plaatsen van op de raamovereenkomst gebaseerde opdrachten (‘bestellingen’) naargelang de werkelijke behoeften van de besteller(s) die kunnen afnemen van de raamovereenkomst (zie titel 1.1.2).
In het kader van de raamovereenkomst wordt elke bestelling als een afzonderlijke opdracht beschouwd, onafhankelijk van de uitvoering van de overige bestelling(en).
Onverminderd de bevoegdheden van de administratieve entiteiten op het niveau van de raamovereenkomsten, zullen de administratieve entiteiten als aanbestedende overheid niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor het niet nakomen van de contractuele verbintenissen zowel langs de zijde van de opdrachtnemer als van de besteller met betrekking tot de bestellingen, tenzij zijzelf de bestellers zijn.
De raamovereenkomst heeft een initiële looptijd van 3 jaar, te rekenen vanaf de datum vermeld bij de sluiting.
De bovenvermelde looptijd van de opdracht kan 3 maal verlengd worden met een periode van één jaar tot een maximum van 6 jaar. De aanbestedende overheid is van oordeel dat deze looptijd nodig is omwille van volgende redenen:
- De opdrachtnemer zal een aanzienlijke inspanning moeten leveren om de dienstverlening op te zetten. Dit zal zich weerspiegelen in de prijzen. Een langere looptijd kan de opzetkosten uitvlakken over tijd en volume. Bovendien is aan de
opstart van de raamovereenkomst een implementatieperiode verbonden, waarin de producten, dienstverlening en processen op elkaar afgestemd moeten worden. Ook bij beëindiging van de opdracht zal een transitie noodzakelijk zijn. De opstart en transitie vergen belangrijke inspanningen van de aanbestedende overheden, bestellers en opdrachtnemers. Het is dan ook opportuun om in een langere looptijd te voorzien.
- Een langere contractduur zorgt daarnaast ook voor meer continuïteit en stabiliteit in de levering van producten en diensten. Het minimaliseert de verstoring van de dienstverlening en het stelt de organisatie in staat zich beter voor te bereiden op toekomstige behoeften. Zo kunnen de opdrachtnemers hun organisatie beter afstemmen in functie van de dienstverlening en zal de opdrachtnemer ook meer geneigd zijn om te investeren in innovatie en verbetering van zijn dienstverlening. Een periode van 4 jaar is hiervoor uiterst kort.
De verlenging houdt in dat de contractuele voorwaarden ongewijzigd blijven.
Deze verlenging verloopt stilzwijgend, behoudens een andersluidend aangetekende zending van de aanbestedende overheid uiterlijk 2 maanden vóór het verstrijken van de looptijd van de opdracht.
Volgende entiteiten kunnen naargelang hun concrete behoefte bestellingen plaatsen op de raamovereenkomst:
1° het Vlaams Parlement, zijn diensten, en de instellingen die aan het Vlaams Parlement verbonden zijn;
2° de autonome diensten die onder toezicht staan van het Vlaams Parlement;
3° de Vlaamse Regering en de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering;
4° de Vlaamse administratie;
- de departementen;
- de intern verzelfstandigde agentschappen zonder rechtspersoonlijkheid;
- de intern verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid;
- de publiekrechtelijke vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen;
- de privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen, met uitzondering van de investeringsmaatschappijen van de Vlaamse overheid;
- de Dienst van de Bestuursrechtscolleges;
- de onderwijsinspectie;
5° de provinciegouverneurs en de arrondissementscommissarissen;
6° de Vlaamse openbare instellingen die niet behoren tot de Vlaamse administratie zoals vastgelegd in art. I.3., 4° van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
7° de Vlaamse adviesorganen;
- de strategische adviesraden;
- de andere raden, commissies, comités en andere organen, ongeacht de benaming ervan, die voldoen aan elk van de volgende voorwaarden:
i. ze zijn opgericht bij decreet, bij besluit van de Vlaamse Regering, bij besluit van een Vlaamse minister, of bij wet, koninklijk besluit of ministerieel besluit in aangelegenheden die tot de bevoegdheid van de gewesten of gemeenschappen behoren;
ii. hun opdracht bestaat er hoofdzakelijk in advies te verlenen, ongeacht de benaming ervan, uit eigen beweging of op verzoek;
iii. ze verlenen advies aan onder meer het Vlaams Parlement, de Vlaamse Regering, een Vlaamse minister of de Vlaamse administratie;
8° de Vlaamse administratieve rechtscolleges;
9° de gemeenschappelijke diensten en instellingen die zijn opgericht overeenkomstig art. 92 bis, §1 of art. 92 bis/1, §1 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en waarvan de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaams Gewest één van de medeoprichters is;
10° het Gemeenschapsonderwijs. Wat deze entiteit betreft kunnen personeelsleden van het centrale bestuursniveau een beroep doen op deze raamovereenkomst. Personeelsleden van scholen en scholengroepen kunnen niet rechtstreeks afnemen;
11° de Vlaamse Gemeenschapscommissie;
12° de lokale overheden, die zijn gesitueerd in het Vlaams Gewest, zoals hierna omschreven:
a. De 300 huidige steden, gemeenten en OCMW’s in Vlaanderen of een nieuw gefusioneerde entiteit of samenwerkingsverband bestaande uit minstens twee van de eerder bestaande steden, gemeenten of OCMW’s (vb. nieuwe gefusioneerde gemeenten of een referentieregio zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering)
b. Gemeentelijke/OCMW Welzijnsvereniging of autonome zorginstelling in Vlaanderen met publiekrechtelijke vorm
c. Verzelfstandigde gemeentelijke of stedelijke entiteiten zoals autonome gemeentebedrijven (AGB), stedelijke vzw’s, vzw van welzijnsverenigingen of door de stad of gemeente georganiseerd onderwijs, die gelinkt zijn aan 12° a. en b. (Vlaamse steden/gemeenten en OCMW’s)
d. De districten;
e. De provincies;
f. De openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
g. De samenwerkingsvormen, vermeld in deel 3, titel 3, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
h. De verzelfstandigde agentschappen die opgericht zijn door een provincie of een gemeente;
i. De polders en de wateringen;
j. Lokale politiezones;
13° Entiteiten die konden afnemen van de raamovereenkomst van Stad Brugge (“ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar ” uit 2018), voor zover ze hun interesse voor afname vernieuwd hebben. Deze entiteiten zijn terug te vinden in bijlage 5_”Potentiele bestellers”.
Het Facilitair Bedrijf zal hierbij optreden als aankoopcentrale voor de entiteiten vermeld onder punten 1 t.e.m. 11. De Stad Brugge zal optreden als aankoopcentrale voor de entiteiten vermeld onder punten 12 en 13.
Elke aanbestedende overheid treedt ook op als aankoopcentrale voor nieuwe of bestaande entiteiten van de Vlaamse overheid, respectievelijk lokale overheden, of de daarmee verwante entiteiten, rechtspersonen en organisaties, die gedurende de looptijd van de raamovereenkomst onder bovenvermeld toepassingsgebied worden gepositioneerd. Deze situatie kan zich o.m. voordoen in volgende gevallen:
1. Het statuut van een bestaande entiteit/rechtspersoon/organisatie die buiten het toepassingsgebied valt, wordt aangepast waardoor deze na de statuutwijziging onder één van bovenstaande punten ressorteert;
2. Er wordt een nieuwe entiteit/rechtspersoon/organisatie opgericht die vanaf de oprichting onder één van bovenstaande punten ressorteert;
3. Twee of meerdere bestaande entiteiten/rechtspersonen/organisaties waarvan er minstens één onder het toepassingsgebied ressorteert, fuseren tot een entiteit/rechtspersoon/organisatie die onder één van bovenstaande punten ressorteert.
De kandidaten mogen ervan uitgaan dat de impact op de omzet en de werklast van deze herzieningen zeer gering zal zijn. In de regel zal het gaan om een entiteit die van naam of statuut wijzigt en binnen het toepassingsgebied blijft, of om entiteiten binnen het toepassingsgebied die fuseren of splitsen. Het is ook denkbaar dat er een nieuwe entiteit wordt opgericht of een bestaande entiteit onder het toepassingsgebied wordt gebracht, omwille van organisatorische redenen (bv. i.k.v. een staatshervorming). De aanbestedende overheid schat echter in dat dit slechts uitzonderlijk of niet zal voorkomen gedurende de looptijd van de opdracht. Indien dergelijke situaties zich voordoen, wordt het toepassingsgebied van de raamovereenkomst automatisch gewijzigd, zonder uitdrukkelijke instemming van de aanbestedende overheid en de opdrachtnemer.
2 VERLOOP VAN DE PLAATSINGSPROCEDURE
De plaatsing van deze opdracht gebeurt via mededingingsprocedure met onderhandeling, op basis van artikel 38, § 1, c) van de Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016.
Opm.: het volledige bestek van de opdracht wordt in deze eerste stap nog niet ter beschikking gesteld door de aanbestedende overheid.
2.1 HUIDIGE STAP: INDIENING AANVRAAG TOT DEELNEMING
Om te kunnen deelnemen aan de plaatsingsprocedure, moet een kandidaat een aanvraag tot deelneming indienen. Op basis van de ingediende aanvragen tot deelneming zal de aanbestedende overheid een selectie doorvoeren. Deze selectieleidraad geeft weer op basis van welke criteria de kandidaat kan worden geselecteerd (titel 4), welke documenten de kandidaat dient op te nemen in de aanvraag tot deelneming (titel 5) en hoe de kandidaat de aanvraag tot deelneming kan indienen (titel 6).
Deze selectieleidraad moet steeds samen met de aankondiging van de opdracht worden gelezen.
Een kandidaat mag slechts één aanvraag tot deelneming indienen.
2.2 SELECTIEBESLISSING EN UITNODIGING GESELECTEERDE KANDIDATEN
De aanbestedende overheid zal de ingediende aanvragen tot deelneming beoordelen op basis van de selectiecriteria beschreven in deze selectieleidraad en de kandidaten controleren op uitsluitingsgronden, en een selectiebeslissing opmaken.
De kandidaten die niet geselecteerd worden, zullen na het nemen van de selectiebeslissing worden geïnformeerd overeenkomstig de Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies van 17 juni 2013.
2.3 INDIENING INITIËLE OFFERTES EN ONDERHANDELINGEN
De geselecteerde kandidaten ontvangen vervolgens in de tweede stap van de procedure het volledige bestek, en zij worden uitgenodigd om een initiële offerte in te dienen.
De aanbestedende overheid kan onderhandelen met één of meerdere inschrijvers dan wel de opdracht gunnen op basis van de initiële offertes zonder onderhandeling.
De aanbestedende overheid heeft de mogelijkheid om de onderhandelingen te laten verlopen in opeenvolgende fasen, zodat het aantal inschrijvers waarmee de aanbestedende overheid onderhandelt wordt beperkt door toepassing van de gunningscriteria.
De aanbestedende overheid zal de economisch meest voordelige offerte vaststellen rekening houdende met de beste prijs-kwaliteitsverhouding.
De precieze gunningscriteria zullen in de tweede fase van de plaatsingsprocedure weergegeven worden in het bestek.
1. Deze opdracht wordt uitgeschreven door de Stad Brugge enerzijds en de Vlaamse Gemeenschap vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, bij delegatie, in de persoon van de Vlaamse minister bevoegd voor de overheidsopdrachten anderzijds (hierna gezamenlijk de aanbestedende overheid).
2. Volgende administratieve entiteit is belast met de opvolging van de plaatsingsprocedure: Beleidsdomein Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie
Agentschap Facilitair Bedrijf
Afdeling Aankoopcentrale en Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxx 00 bus 60
1000 Brussel
Volgende administratieve entiteiten zijn belast met de opvolging van de uitvoering van de opdracht, elks voor hun toepassingsgebied:
Stad Brugge Dienst Informatica
Xxxxxxxxx 0 (Entrepot)
8000 Brugge
Beleidsdomein Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie Agentschap Facilitair Bedrijf
Afdeling Aankoopcentrale en Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxx 00 bus 60
1000 Brussel
Alle briefwisseling over de plaatsingsprocedure moet naar de administratieve entiteit belast met de opvolging van de plaatsingsprocedure worden gestuurd, behoudens toepassing van volgend punt.
3. Ieder deurwaardersexploot bestemd voor de aanbestedende overheid moet worden betekend aan de Kanselarij van de Voorzitter van de Vlaamse Regering, Xxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxx. Het is daarbij onverschillig of het gaat om de betekening van een dagvaarding, gerechtelijke uitspraak of een ander exploot.
3.2 TOEPASSELIJKE WETTELIJKE BEPALINGEN
a) Regelgeving overheidsopdrachten
- Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten (hierna: Wet Overheidsopdrachten);
- Koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren (hierna: KB Plaatsing);
- Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten (hierna: KB Uitvoering);
- Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessie.
Deze regelgeving is terug te vinden op: xxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxxxxxxxxx
b) Milieu-, sociaal en arbeidsrecht
Onder sociaal- en arbeidsrecht bedoeld in artikel 7 Wet Overheidsopdrachten wordt onder meer verstaan:
- het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid; de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, de wet van 10 mei 2007 tot wijziging van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde, door racisme of xenofobie ingegeven daden en de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen;
- de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, meer bepaald hoofdstuk Vbis. Bijzondere bepalingen betreffende geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.
De in dit onderdeel weergegeven bepalingen zijn niet-limitatief opgesomd. De kandidaat wordt geacht alle op de opdracht van toepassing zijnde bepalingen te kennen en in overeenstemming met de van toepassing zijnde regelgeving te handelen.
3.3 OVERIGE ALGEMEEN TOEPASSELIJKE BEPALINGEN
1. De kandidaat gebruikt uitsluitend het Nederlands in zijn mondelinge en schriftelijke relatie met de aanbestedende overheid.
Van documenten die enkel in een andere taal beschikbaar zijn, kan de overheid een, desgevallend beëdigde, vertaling eisen.
De kandidaat bevestigt dat alle communicatie, administratie, support en pré-sales in het Nederlands zal gebeuren.
2. Het gebruik van elektronische middelen voor het uitwisselen van schriftelijke stukken is verplicht, zowel in het kader van de plaatsing als van de uitvoering van de opdracht. Een aangetekende zending hoeft echter niet elektronisch te zijn.
De kandidaten vermelden op het formulier voor aanvraag tot deelneming één of meerdere mailadressen waarmee elektronische communicatie kan gevoerd worden.
3. De aanbestedende overheid ziet erop toe dat deze opdracht wordt uitgevoerd met inachtneming van de anti-discriminatiewetgeving.
De aanbestedende overheid heeft, in elke fase van de plaatsingsprocedure, de mogelijkheid om de kandidaat uit te sluiten indien ze met elk passend middel aantoont dat de kandidaat of inschrijver de in artikel 7 van de Wet Overheidsopdrachten genoemde toepasselijke verplichtingen op het vlak van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht, heeft geschonden.
De kandidaat mag zich niet bevinden in één van de in de artikelen 67 tot en met 69 van de Wet Overheidsopdrachten bedoelde situaties. Dit behelst de verplichte uitsluitingsgronden, de uitsluitingsgronden in verband met fiscale en sociale schulden, en de facultatieve uitsluitingsgronden. De verplichte uitsluitingsgronden zijn ook van toepassing in hoofde van personen die lid zijn van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de kandidaat of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid hebben.
Indien een verplichte uitsluitingsgrond van toepassing is op de kandidaat, moet de kandidaat overeenkomstig art. 70, § 2 Wet Overheidsopdrachten op eigen initiatief in zijn aanvraag tot deelneming aangeven of hij corrigerende maatregelen heeft genomen die voldoende zijn om zijn betrouwbaarheid aan te tonen ondanks de toepasselijke uitsluitingsgrond.
Voor wat betreft de facultatieve uitsluitingsgronden kan de kandidaat op eigen initiatief in zijn aanvraag tot deelneming aangeven of hij dergelijke corrigerende maatregelen heeft genomen. Indien de aanbestedende overheid overweegt om een facultatieve uitsluitingsgrond in te roepen, zal zij aan de kandidaat de mogelijkheid bieden om corrigerende maatregelen aan te dragen in de loop van de plaatsingsprocedure, overeenkomstig art. 70, § 3, eerste lid Wet Overheidsopdrachten.
Wanneer de kandidaat corrigerende maatregelen aanvoert, wordt de betrokken kandidaat niet uitgesloten van de plaatsingsprocedure als de aanbestedende overheid het geleverde bewijs toereikend acht.
Deze bepaling is individueel van toepassing op de deelnemers die samen als een combinatie een aanvraag tot deelneming indienen, alsook op ondernemers op wiens draagkracht de kandidaat een beroep doet met het oog op het voldoen aan de eisen inzake kwalitatieve selectie (zie 4.2).
De verplichte uitsluitingsgronden zijn ook van toepassing in hoofde van personen die lid zijn van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de kandidaat of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid hebben.
Verklaring via Uniform Europees Aanbestedingsdocument:
De kandidaat legt een ingevuld Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) voor als verklaring dat er geen uitsluitingsgrond op hem van toepassing is. Zie titel 5.2.4 voor meer informatie over het UEA.
Eventuele corrigerende maatregelen vermeldt de kandidaat op dit UEA.
Overige bewijsmiddelen:
De kandidaat dient tevens volgende documenten toe te voegen:
• De Belgische kandidaat:
o Een uittreksel uit het strafregister volgens het bijzonder model 596.1-32: overheidsopdrachten dat maximaal 6 maanden oud is op de limietdatum voor indiening van de aanvragen tot deelneming;
o Indien de kandidaat personeel tewerkstelt dat onderworpen is aan de sociale zekerheidswetgeving van een andere lidstaat van de Europese Unie:
▪ Een recent attest uitgereikt door de bevoegde overheid waarin bevestigd wordt dat hij voldaan heeft aan zijn verplichtingen inzake betaling van de
bijdragen voor sociale zekerheid overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waarin hij gevestigd is – ofwel vermeldt de kandidaat op het UEA de link naar een gratis toegankelijke elektronische toepassing in zijn lidstaat;
• De buitenlandse kandidaat:
o een uittreksel uit het strafregister dat maximaal 6 maanden oud is of geldig is conform de wetgeving van het land van herkomst op de limietdatum voor ontvangst van de offertes;
o certificaten inzake fiscale en sociale schulden;
o certificaat inzake niet-faling
Ofwel vermeldt de kandidaat op het UEA de link naar een gratis toegankelijke elektronische toepassing in zijn lidstaat.
Via eCertis kan de kandidaat opzoeken welke bewijsstukken in zijn land van herkomst overeenstemmen met deze documenten: xxxxx://xx.xxxxxx.xx/xxxxx/xxxxxxx
Wanneer een document of certificaat niet wordt uitgereikt in het betrokken land of dit niet afdoend voor alle uitsluitingsgronden het nodige bewijs levert, kan ter vervanging een verklaring onder eed toegevoegd worden, of in landen waar dit niet voorzien is, een plechtige verklaring van de betrokkene voor een bevoegde rechterlijke of administratieve instantie, notaris of bevoegde beroepsorganisatie van het land van herkomst of van het land waar de ondernemer gevestigd is.
Opmerking:
De bovenstaande documenten moeten toegevoegd worden:
- voor elke onderneming die deel uitmaakt van een combinatie van ondernemingen die optreedt als kandidaat;
- voor elke andere ondernemer op wiens draagkracht de kandidaat beroep doet met het oog op het voldoen aan de selectiecriteria (zie titel 4.4);
4.2 SELECTIE ( ART. 71 WET, ART. 65-69 EN 70-71 KB PLAATSING)
De kandidaat dient te voldoen aan onderstaande selectiecriteria:
Economische en financiële draagkracht:
De minimale vereisten inzake economische en financiële draagkracht zijn:
- Over ten hoogste de laatste drie beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de kandidaat met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn, beschikken over een gemiddelde totale jaarlijkse omzet van minimaal € 50.000.000.
De kandidaat bewijst zijn economische en financiële draagkracht aan de hand van:
- Jaarrekeningen of een verklaring betreffende de totale omzet over ten hoogste de laatste drie beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de kandidaat zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.
De aanbestedende overheid wenst de overeenkomst te sluiten met een onderneming die niet financieel afhankelijk wordt van de af te sluiten raamovereenkomst en om die reden kan beschikken over de opgegeven minimale gemiddelde jaarlijkse omzet.
Technische en beroepsbekwaamheid:
De minimale vereisten qua technische en beroepsbekwaamheid zijn:
- Minimum 3 en maximaal 5 relevante referenties voor het leveren van ICT-materiaal en bijbehorende dienstverlening met elk een minimale omvang/bestelwaarde van € 500.000 excl. btw per jaar hebben verricht. Enkel leveringen die werden verricht gedurende de afgelopen periode van maximaal drie jaar voorafgaand aan de limietdatum worden hierbij in aanmerking genomen. De kandidaat maakt gebruik van bijlage 4 “Formulier voor Opgave van Referenties”
De kandidaat bewijst zijn technische en beroepsbekwaamheid aan de hand van:
- een lijst van de voornaamste leveringen die gedurende de afgelopen periode van maximaal drie jaar werden verricht. De kandidaat licht, rekening houdende met het recht om het aantal geselecteerde kandidaten te beperken, de referenties uitgebreid toe en beschrijft hierbij minstens volgende elementen:
o Omschrijving of naam van de opdracht;
o Het jaar van uitvoering;
o het bedrag;
o Contactgegevens van de contractant (naam/functie/mail/telefoonnummer);
o De categorieën van producten die voorwerp uitmaken van de opdracht;
o De partnerships met fabrikanten waarop de kandidaat zich kon beroepen voor de uitvoering van de referentieopdrachten;
o De inbegrepen dienstverlening (webshop, dienst na verkoop, ontzorging,…);
o De omvang van het aantal binnen de opdracht bediende klanten (publiek of privaatrechtelijke instanties);
o De rol die de kandidaat precies heeft opgenomen.
Per referentie worden maximaal 2 A4 bladzijden, met maximale lettergrootte van 11 punten toegevoegd waarbij de gevraagde elementen in die volgorde toegelicht worden. De aanbestedende overheid behoudt het recht om de juistheid van de gegevens van een referentie na te gaan bij de klanten in kwestie.
Let erop dat de ingediende bewijsmiddelen voor de selectiecriteria overeenstemmen met het ondernemingsnummer van de kandidaat. Xxxxxx, is een beroep op draagkracht conform titel 4.3 noodzakelijk.
De kandidaat verklaart op het UEA of hij al dan niet voldoet aan de selectiecriteria (deel IV van het formulier). De kandidaat voegt daarnaast ook de vereiste bewijsstukken toe aan de aanvraag tot deelneming zoals hierboven aangegeven.
Zie 5.1 voor meer informatie over het UEA.
Selectiebeperking
De aanbestedende overheid heeft op basis van artikel 79 Wet Overheidsopdrachten het recht om het aantal geselecteerde kandidaten te beperken tot minstens 3, voor zover er voldoende geschikte kandidaten zijn.
De aanbestedende overheid beoordeelt voor de toepassing van de selectiebeperking de ingediende referenties. De aanbestedende overheid beoordeelt de ingediende referenties onder meer op:
• De uitgebreidheid en inhoud van de aan de klant/contractant aangeboden inbegrepen dienstverlening;
• De uitgebreidheid van het gamma van de aan de klant/contractant aangeboden producten en diensten;
• De binnen de referentieopdrachten bediende klanten;
• De rol van de kandidaat bij de uitvoering van de referentieopdrachten;
• De kwaliteit van de partnerships van de kandidaat met fabrikanten in uitvoering van de referentieopdrachten;
De referenties worden op een schaal van 0 tot en met 100 beoordeeld. Elke kandidaat krijgt o.a. op basis van bovenstaande beoordelingselementen een globale score toegekend op basis van de sterke en zwakke elementen in de ingediende referenties. De aanbestedende overheid maakt hierbij geen louter wiskundige of kwantitatieve optelling van de vastgestelde meer- of minwaarden maar brengt, op basis van een globale beoordeling, haar globale inschatting tot uitdrukking.
4.3 BEROEP OP DE DRAAGKRACHT VAN DE ANDERE ENTITEITEN ( ART. 73 KB PLAATSING)
De kandidaat kan zich beroepen op de draagkracht van onderaannemers of andere entiteiten,
ongeacht de juridische aard van zijn band met die entiteiten, met het oog op het voldoen aan de selectiecriteria uit 4.2.
Opm.: het al dan niet gebruiken van de draagkracht van onderaannemers om te voldoen aan de selectiecriteria, neemt niet weg dat de kandidaat in de tweede fase van de plaatsingsprocedure of tijdens de uitvoering van de opdracht nog bijkomende onderaannemers kan inzetten.
In geval van beroep op draagkracht, zijn de volgende regels van toepassing:
- De kandidaat voegt de nodige documenten toe aan zijn aanvraag tot deelneming, waaruit de verbintenis van deze onderaannemers of andere entiteiten blijkt om de voor de opdracht noodzakelijke middelen ter beschikking te stellen van de kandidaat.
Voor opmaak van de bovenvermelde verbintenis kan worden gebruikgemaakt van bijlage 2 “Verbintenis terbeschikkingstelling middelen”.
- Op deze onderaannemers of entiteiten op wiens draagkracht men beroep doet, mogen geen uitsluitingsgronden van toepassing zijn zoals bedoeld in titel 4.1, onverminderd de mogelijkheid om corrigerende maatregelen te laten gelden.
- Indien de kandidaat een beroep doet op de draagkracht in het kader van economische en financiële criteria, zijn de kandidaat en de entiteiten of onderaannemer waarop deze zich beroept, hoofdelijk aansprakelijk voor de uitvoering van de opdracht.
De entiteiten of onderaannemers in kwestie dienen deze hoofdelijke aansprakelijkheid schriftelijk te aanvaarden in de bovenvermelde verbintenis.
Onder dezelfde voorwaarden kan een combinatie van ondernemers zich beroepen op de draagkracht van de deelnemers aan de combinatie of van andere entiteiten.
Indien de kandidaat geselecteerd wordt om in de tweede fase van de plaatsingsprocedure een offerte in te dienen, zal de aanbestedende overheid controleren of de vermeldingen inzake beroep de draagkracht in de offerte overeenstemmen met die in de aanvraag tot deelneming.
5 OPMAAK AANVRAAG TOT DEELNEMING
Onderstaande bepalingen geven een toelichting bij de in te dienen stukken en de overige elementen die van belang zijn bij opmaak van de aanvraag tot deelneming.
Een in te dienen stuk zal steeds aangeduid worden in een kader met het stuknummer en de bestandsnaam. De kandidaat wordt verzocht om de bestandsnamen te gebruiken bij indiening van zijn aanvraag tot deelneming in e-Procurement. De bestandsnamen gebruiken steeds volgend formaat:
<naam kandidaat>_<stuknummer>_<naam stuk>
Indien de kandidaat een stuk verder opdeelt in aparte bestanden, nummert hij deze bv. 03a, 03b, 03c,…
Voor de opmaak van de aanvraag tot deelneming worden bij voorkeur volgende instructies toegepast:
• De aanvragen tot deelneming worden opgemaakt in PDF-formaat.
• De maximale grootte per document is 80MB. Een te groot document kan u opsplitsen in meerdere deeldocumenten. Het geheel van alle documenten is echter beperkt tot 350MB.
5.1 FORMULIER VOOR AANVRAAG TOT DEELNEMING
De aandacht van de kandidaat wordt erop gevestigd dat hij zijn aanvraag tot deelneming moet invullen op het bij dit bestek behorende formulier voor aanvraag tot deelneming.
STUK 1 | Formulier voor aanvraag tot deelneming | <naam kandidaat>_01_FormulierAanvraag |
5.2 BEWIJSMIDDELEN VOOR SELECTIE
De kandidaat dient de documenten toe te voegen die beschreven staan in 4.1, onder de tussentitel ‘Overige bewijsmiddelen’. Deze documenten moeten toegevoegd worden:
- voor elke onderneming die deel uitmaakt van een combinatie van ondernemingen die optreedt als kandidaat;
- voor elke ondernemer op wiens draagkracht de kandidaat beroep doet met het oog op het voldoen aan de selectiecriteria (zie 4.4);
STUK 2 | Bewijsmiddelen uitsluiting + voor elk lid van combinatie + bij beroep op draagkracht | <naam kandidaat>_02_Uitsluiting |
De kandidaat dient de vereiste bewijsmiddelen toe te voegen die beschreven staan onder Selectie. Per referentie wordt maximaal 2 A4 pagina’s voorzien.
STUK 3 | Bewijsstukken referenties | <naam kandidaat>_03_Referenties |
Wat betreft de minimale vereisten moet de kandidaat aantonen dat de gemiddelde omzet van de laatste drie boekjaren gemiddeld 50 miljoen euro bedraagt. Dit toont hij aan door het toevoegen van de drie jaarrekeningen. In het geval dat de kandidaat zich beroept op draagkracht van onderaannemers of andere entiteiten wordt ook van hen de jaarrekening toegevoegd.
STUK 4 | Minimale omzet (voor elke andere onderneming op wiens draagkracht beroep wordt gedaan) | <naam kandidaat>_04_ MinimaleOmzet |
5. 2.3 VERBINTENIS INZAKE DRAAGKRACHT
Indien de kandidaat zich beroept op de draagkracht van onderaannemers of andere entiteiten met het oog op het voldoen aan de selectiecriteria (zie 4.2), kan hij voor de opmaak van de verbintenis inzake beroep op draagkracht gebruikmaken van het model “Verbintenis terbeschikkingstelling middelen”, dat als bijlage werd toegevoegd.
STUK 5 | Verbintenis draagkracht (voor elke andere onderneming op wiens draagkracht beroep wordt gedaan) | <naam kandidaat>_05_ VerbintenisDraagkracht |
5. 2.4 UNIFORM EUROPEES AANBESTEDINGSDOCUMENT
De kandidaat legt overeenkomstig art. 73 van de Wet Overheidsopdrachten een ingevuld Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) voor
Het UEA bestaat uit een eigen verklaring die de aanbestedende overheid als voorlopig bewijs aanvaardt dat op de kandidaat geen uitsluitingsgrond van toepassing is (zie 4.1) en dat de kandidaat voldoet aan de selectiecriteria (zie 4.2).
Voor opmaak van het UEA maakt de kandidaat gebruik van het formulier (bijlage 3), dat als XML- bestand in de opdrachtdocumenten werd opgenomen, en dat kan worden ingevuld via de online tool: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
Een handleiding voor gebruik van de online tool is terug te vinden op: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xx/xxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx-xxx-xxxxxxx-xxxx-xxxxxxxxxxxxx
⇨ Zie 2.1 Een bestaand UEA (aanvraag of antwoord) importeren en bewerken
Gelieve het ingevulde UEA als PDF-bestand toe te voegen aan de aanvraag tot deelneming.
De XML-versie van het ingevulde UEA kan de kandidaat bewaren voor hergebruik bij volgende plaatsingsprocedures voor andere opdrachten.
Een reeds ingevuld UEA uit een andere plaatsingsprocedure in de vorm van een XML-bestand, kan tevens via deze tool hergebruikt worden.
Instructies voor het invullen van het UEA
Bij het invullen van het UEA dient de kandidaat rekening te houden met het volgende:
- Deel II A – Gegevens over de ondernemer: de velden m.b.t. de “officiële lijst van erkende ondernemingen” zijn niet van toepassing op deze opdracht
- Deel III D – Louter nationale uitsluitingsgronden: de toepasselijke uitsluitingsgrond betreft de tewerkstelling van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen. De kandidaat dient bijgevolg te verklaren of hij wegens het tewerkstellen van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen werd veroordeeld door een administratieve of gerechtelijke beslissing, met inbegrip van een in uitvoering van artikel 49/2 van het Sociaal Strafwetboek opgestelde schriftelijke kennisgeving die niet ouder is dan vijf jaar of die expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is.
Indien ‘Ja’, geef meer informatie.
- Deel IV – Selectiecriteria: de kandidaat dient louter te verklaren dat hij voldoet aan de voorgeschreven selectiecriteria.
- Deel V – Beperking van het aantal gekwalificeerde gegadigden: de kandidaat verklaart of hij voldoet aan de regels op het vlak van de selectiebeperking (zie 4.3).
- Deel VI – Slotopmerkingen: de ondertekening door de kandidaat wordt gedaan door middel van het plaatsen van een elektronische handtekening op het indieningsrapport in e- Procurement. Dit indieningsrapport slaat op de gehele aanvraag tot deelneming, incl. het UEA.
Bijkomende vereisten
De kandidaat moet tevens:
- een ingevuld UEA voorleggen voor elke onderneming die deel uitmaakt van een combinatie van ondernemingen die optreedt als kandidaat
- een ingevuld UEA (afdelingen A en B van deel II, en geheel deel III) voorleggen voor elke ondernemer op wiens draagkracht de kandidaat beroep doet met het oog op het voldoen aan de selectiecriteria (zie 4.4);
- in geval de kandidaat een combinatie van ondernemingen is, aanduiden welke deelnemer aan de combinatie zal optreden als vertegenwoordiger naar de aanbestedende overheid toe, in deel II.B van het UEA.
STUK 6 | Uniform Europees Aanbestedingsdocument + voor elk lid van combinatie + bij beroep op draagkracht | <naam kandidaat>_06_UEA en/of <naam kandidaat>_<naam partij draagkracht>_06_UEA |
5.3 BEWIJSSTUKKEN HANDTEKENBEVOEGDHEID
In deze fase van de procedure is het niet noodzakelijk dat de aanvraag tot deelneming (elektronisch) ondertekend wordt. Maar het is aangewezen dit toch te doen – zie 6.3 voor meer informatie.
De ondertekening dient uit te gaan van de persoon of personen die bevoegd is/zijn om de onderneming te verbinden. De kandidaat voegt de nodige documenten toe waaruit deze bevoegdheid of machtiging blijkt. Deze documenten kunnen bestaan uit uittreksels van de statuten, een volmacht, etc.
In geval van een volmacht moet de kandidaat tevens de bevoegdheid van de volmachtgever aantonen.
STUK 7 | Bewijsstukken handtekenbevoegdheid (voor elke persoon die handtekening plaatst, + eventuele volmachten) | <naam kandidaat>_07_ Handtekenbevoegdheid |
6 INDIENING AANVRAAG TOT DEELNEMING
6.1 LIMIETDATUM EN LIMIETUUR VOOR INDIENEN AANVRAGEN TOT DEELNEMING
Limietdatum en limietuur: zie voorblad.
Elke aanvraag tot deelneming moet vóór de limietdatum en het limietuur ontvangen worden. Laattijdige aanvragen tot deelneming worden niet aanvaard.
6.2 WIJZE VAN INDIENING VAN DE AANVRAGEN TOT DEELNEMING
De aanvragen tot deelneming moeten elektronisch worden ingediend via het e-Procurement platform xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/, een elektronische platform in de zin van art. 14, § 7 van de Wet Overheidsopdrachten.
Voor meer informatie raadpleeg het e-Procurement helpcenter: xxxxx://xxxx.xxxxxxx-xxx.xxx/xxxxxxxxxxxx.
Voor hulp en ondersteuning, neem contact op met de helpdesk op het nummer x00 (0)0 000 00 00 of per mail via x.xxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
BELANGRIJK: het nieuwe e-Procurement platform vervangt e-Tendering vanaf 4/9/2023. De aanbestedende overheid wijst erop dat:
- het vereist is om zich te registeren als onderneming op het nieuwe platform. Dit verloopt in twee stappen: registeren van een nieuwe gebruiker en aanmaken van de onderneming. Zie:
xxxxx://xxxx.xxxxxxx- xxx.xxx/xxxxxxxxxxxx?xxxxx_xxxxxxx_xxxx&xxx_xxxxxx00x00000x0000x00000x00xxx000x
- het indienen van de aanvraag tot deelneming moet worden afgerond via de knop ‘Verzenden’. Zonder deze stap zal de aanbestedende overheid de aanvraag tot deelneming niet ontvangen. Dit is nieuw ten opzichte van e-Tendering! Zie voor meer informatie:
xxxxx://xxxx.xxxxxxx- xxx.xxx/xxxxxxxxxxxx?xxxxx_xxxxxxx_xxxx&xxx_xx_xxx0xx0x000000xx000x00000x00xxx0000
6.3 ONDERTEKENING VAN DE AANVRAGEN TOT DEELNEMING
Krachtens artikel 42, § 2 KB Plaatsing is het in deze fase van de procedure niet noodzakelijk dat de aanvraag tot deelneming (elektronisch) ondertekend wordt.
Het is evenwel aangewezen om dit te doen. Als de kandidaat nu gebruikmaakt van de mogelijkheid om de aanvraag tot deelneming elektronisch te ondertekenen op het e-Procurement platform, zal het Uniform Europees Aanbestedingsdocument (zie 4.4) niet opnieuw moeten toegevoegd worden aan de offerte in de volgende stap van de plaatsingsprocedure.
De ondertekening op het indieningsrapport op het e-Procurement platform moet gebeuren d.m.v. een gekwalificeerde elektronische handtekening die uitgaat van een bevoegd of gemachtigd persoon (of personen).
Een kandidaat mag slechts één aanvraag tot deelneming indienen.
7.1 AFNAME VAN APPARATUUR EN BIJBEHORENDE DIENSTEN
7 TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN
Het voorwerp van de raamovereenkomst omvat de levering van ICT-desktopapparatuur en bijbehorende dienstverlening. Onder bijbehorende dienstverlening wordt o.a. het ter beschikking stellen van een bestelportaal en het voorzien van diensten na verkoop verstaan. Het aanbod zal voor het grootste deel diverse types laptops (vb. mobiel, standaard en grafisch) en in beperktere mate ook desktops en workstations moeten bevatten, waarop het Microsoft besturingssysteem zal draaien. De opdrachtnemer zal de mogelijkheid voor de besteller(s) moeten voorzien om een servicecontract voor herstellingen on-site af te sluiten voor de hardware die het voorwerp uitmaakt van deze raamovereenkomst.
Verder zullen volgende producten in het aanbod moeten zitten:
1. Bijbehorende monitoren (al dan niet met ingebouwde docking);
2. Docking-stations, muizen en toetsenborden;
3. Geheugen of opslaguitbreidingen voor de computers;
4. Toestellen met een ander besturingssysteem (bv. IOS) , smartphones en tablets;
5. Kleine printers, scanners en multifunctionals2;
6. Diverse randapparatuur en klein materiaal zoals externe harde schijven, eID-lezers en kabels.
De opdrachtnemer beschikt over een heel breed gamma van de meest geschikte en gevraagde producten en over de know how om die snel en deskundig aan besteller(s) te leveren.
De vermoedelijke hoeveelheden en specificaties van de aan te bieden producten zullen in de tweede stap van de procedure worden aangeleverd.
7.2 CONTRIBUTIE AANKOOPCENTRALE
In uitvoering van de opdracht zal de opdrachtnemer voor een deel van de entiteiten een vergoeding moeten berekenen op de som van de goedgekeurde facturen ten voordele van de Stad Brugge. Deze vergoeding is een contributie die de Stad Brugge vraagt ter compensatie van de kosten voor het voeren van de plaatsingsprocedure en de opvolging van de uitvoering van de raamovereenkomst, te betalen door de bestellers. De opdrachtnemer zal hierover ook in rapportering moeten voorzien.
Aanbod
De opdrachtnemer zal minimaal twee merken van marktleiders wat betreft computers en schermen kunnen aanbieden. De producten moeten geschikt zijn voor zakelijk gebruik, en worden gangbaar ingezet in een enterprise of business omgeving.
Het bestek zal bepalen welke producten TCO certified of gelijkwaardig gecertificeerd zijn.
Garantie en support
Als minimale vereiste moet de kandidaat een service aanbod kunnen voorleggen voor de aangeboden producten waarbij Next Business Day SLA mogelijk moet zijn.
2 Het betreft de beperkte aankoop van kleine toestellen die op een bureau geplaatst kunnen worden, toestellen met service-contract of lease zijn hier niet in voorzien
Prijstransparantie
Prijstransparantie is een belangrijk gegeven in uitvoering van de raamovereenkomst. Verdere modaliteiten zullen in het bestek worden uitgewerkt. Door het indienen van een aanvraag tot deelneming, verklaart de kandidaat bereid te zijn om garanties naar prijstransparantie te willen bieden.
Webshop
De bestellers dienen toegang te krijgen tot een webshop als bestelkanaal voor het plaatsen van bestellingen.
De inschrijver zal in zijn offerte rekening moeten houden met een maximale ontzorging ten aanzien van Stad Brugge en Het Facilitair Bedrijf voor de ondersteunende processen in de context van deze webshop (gebruikersbeheer, servicedesk, …)
Deze webshop dient rekening te houden met de vergoeding voor Stad Brugge voor die klanten die via Stad Brugge als aankoopcentrale afnemen en niet toepasselijk is voor de andere klanten die via Het Facilitair Bedrijf als aankoopcentrale afnemen.
Verdere detaillering van deze (en andere) specificaties volgen in latere fase in het bestek.
F. BIJLAGEN
de vereiste bijlagen worden bij deze aanvraag tot deelneming gevoegd.
122524_bijlage1_formulier_aanvraag_tot_deelneming 122524_bijlage2_ Verbintenis terbeschikkingstelling middelen 122524_bijlage3_UEA 122524_bijlage4_formulier_referenties
122524_bijlage 5_Potentiële bestellers
In deze fase van de procedure is het niet noodzakelijk dat de aanvraag tot deelneming (elektronisch) ondertekend wordt.
Ter informatie: indien u geselecteerd wordt voor de tweede stap van de procedure en een uitnodiging ontvangt om uw offerte in te dienen, zal u uw offerte wel dienen te ondertekenen.
Bij indiening van de offerte via het e-Procurement platform zal de ondertekening de vorm moeten aannemen van een gekwalificeerde elektronische handtekening op het indieningsrapport, en deze moet uitgaan van een bevoegd of gemachtigd persoon (of personen).
Het is evenwel aangewezen om de aanvraag tot deelneming op deze wijze te ondertekenen. Als de kandidaat nu gebruikmaakt van de mogelijkheid om de aanvraag tot deelneming elektronisch te ondertekenen op het e-Procurement platform op het indieningsrapport, zal het Uniform Europees Aanbestedingsdocument (zie 5.2.4) niet opnieuw moeten toegevoegd worden aan de offerte in de volgende stap van de plaatsingsprocedure.