ALGEMEEN VEILIGHEIDSRE- GLEMENT VOOR (ONDER)AANNEMERS
ALGEMEEN VEILIGHEIDSRE- GLEMENT VOOR (ONDER)AANNEMERS
SITE PUURS
Inhoudsopgave
1) De veiligheidsvoorschriften van Prayon 3
2.2. Opleidingen, bevoegdheden 4
5) Werkvergunningen en andere vergunningen 5
7) Collectieve beschermingsmiddelen 6
8.3. Storten van vloeistoffen 6
9) Noodsituaties, ongevallen en incidenten 7
• 9.2. Ongevallen, incidenten 7
10) Tijdelijke en mobiele werkplaatsen 8
10.3. Registratie van de personen die op de site aanwezig zijn « CHECK-IN AT WORK » 9
11) Regel voor de ATEX zones 9
3. Voor (onder)aannemers die een bepaalde TOEGELATEN zone hebben op de site 9
4. Voor de onderaannemers tewerkgesteld in een zone onder voedselveiligheid 10
- “aannemer”: een werkgever of externe zelfstandige die op de site van de werkgever voor diens rekening of met diens toestemming werkzaamheden verricht conform een met deze laatste werkgever gesloten overeenkomst (Zie Algemene Voorwaarden Aankoop Prestaties - artikel 2)
- “onderaannemer”: een werkgever of externe zelfstandige die in het kader van bovenstaande bedoelde over- eenkomst, werkzaamheden verricht op de site, op basis van een met een aannemer gesloten overeenkomst
- Intervenant : iedereen die werkt voor rekening van de (0nder)aannemer.
2. Voor alle (onder)aannemers:
1) De veiligheidsvoorschriften van Xxxxxxx
• De 5 veiligheidsregels moeten strikt nageleefd worden. (Zie bijlage) Aandacht voor volgende punten:
o Xxxx (onder)aannemer moet beschikken over de standaard PBM’s, zoals beschreven in de 5 regels van Xxxxxx, alsook deze die vereist zijn in de risicoanalyse van het uit te voeren werk.
o Prayon levert de standaard PBM’s niet. Als een (onder)aannemer de standaard PBM’s niet heeft, zal Xxxxxx die bezorgen maar ze zullen gefactureerd worden aan het dubbele van de kostprijs + een forfait van 100,00 EUR voor administratieve kosten.
De specifieke PBM’s (ademhalingstoestel - filtermasker), worden door Prayon ter beschikking gesteld; ze zullen niet gefac- tureerd worden als ze in goede staat teruggeven worden.
Veiligheidschoenen
Werkkleding (vest en broek)
Helm en Veilig- heidsbril
• Het is verboden te roken ook in de wagen, behalve op plaatsten die aangeduid zijn als « rokerszone ».
• Het binnenbrengen en verbruiken van alcoholische dranken of verdovende middelen is strikt verboden in de fabriek (zero tolerance).
• Het is verboden foto’s te nemen zonder schriftelijke toestemming en zonder begeleiding van een Prayon verant- woordelijke.
2) Personeel op de werf
• Prayon staat maximum één niveau van onderaanneming toe. Als een door Xxxxxx benoemde aannemer beslist tot onderaanneming, verwittigt hij hiervan op voorhand (schriftelijk per mail bijvoorbeeld) de werfverantwoordelijke van Prayon.
• Het inzetten van interims moet ook vooraf schriftelijk doorgegeven worden (per mail bijvoorbeeld) aan de werfver- antwoordelijke van Xxxxxx.
Bijvoorbeeld: Prayon heeft X gekozen voor het realiseren van het werk. X kan interims inzetten of het werk uitbesteden aan Y maar in het tweede geval mag Y geen interims meer gebruiken of onderaannemer aan Z, behalve met formele toestemming van Xxxxxx.
• Al onze aannemers (en hun onderaannemers) moeten absoluut alle in België van kracht zijnde wetten en normen respecteren. Wij leggen vooral de nadruk op de gepresteerde uren en de rusttijden die op elk moment de wettelijke voorschriften moeten naleven. In geen geval kan een persoon in overschrijding gaan met de gepresteerde uren bij Prayon en eventueel andere uren die hij gepresteerd heeft bij een andere klant voor de aanvang van het werk bij Prayon.
• Uiterlijk de dag voor aanvang van de werken bezorgt de aannemer (schriftelijk bijvoorbeeld per mail) aan de werf- verantwoordelijke van Prayon een lijst met de namen van alle personen die toegang moeten hebben tot de site.
• Registratie van alle personen is verplicht bij het binnenkomen en buiten gaan, door middel van een individuele badge « aannemers ». Als er meerdere personen in één wagen toekomen, mag enkel de chauffeur binnenrijden, de rest betreedt de site te voet. Iedereen moet punteren op de tikklok in het sociaal gebouw. Het personeel op de site moet zijn badge te allen tijde goed zichtbaar dragen.
2.2. Opleidingen, bevoegdheden
• Om toegang te krijgen tot de site moet het personeel van de (onder)aannemer een opleiding bijgewoond hebben (voorstelling veiligheidsfilm in de bewakingsloge) en geslaagd zijn in de test (geldigheidsduur: 12 maand).
• Vooraleer naar de werf te gaan tijdens de jaarlijkse stilstand, is het personeel van de (onder)aannemer verplicht de opleiding te volgen over specifieke risico’s van de werf die door Prayon gegeven wordt.
• Talen: minstens één persoon van elke ploeg moet Nederlandskundig zijn.
• Het personeel van de (onder)aannemer beschikt over de competenties en bevoegdheden die nodig zijn voor het werk.
• De (onder)aannemer is verplicht om zijn personeel op de hoogte te brengen van de veiligheidsverplichtingen bij Prayon en hen ertoe te verplichten om deze strikt toe te passen.
3) Verkeer
• De maximum snelheid op de site is 20km/u en de trein heeft voorrang.
• Het personeel van de (onder)aannemers moet de aangeduide parkings gebruiken (zie plan in bijlage).
• Alleen voertuigen die materiaal of gereedschap vervoeren dat nodig is op de werf, mogen de fabriek binnen. Voer- tuigen voor personenvervoer en persoonlijke voertuigen moeten geparkeerd worden op de parking aan de overkant van de fabriek.
• De voertuigen die rijden op de site moeten toelating hebben van Prayon. Ze hebben een nummerplaat en zijn in orde met onderhoud en technische controle. Als het voertuig enkel bedoeld is om op de site te rijden, moet de snelheid afgesteld worden op 10 km/u, het bewijs van deze afstelling moet overgemaakt worden aan Prayon.
4) Risicoanalyses
• Het VGM-plan van de (onder)aannemer moet bezorgd worden bij de bestelling. Dit document moet door de beheer- der van de bestelling gevalideerd worden VOOR het begin van de werken op de site.
• De specifieke veiligheidsmaatregelen worden bepaald door de aannemer en de verantwoordelijke van Prayon tij- dens het werfbezoek.
• De (onder)aannemer vermeldt in de risicoanalyse de gevaarlijke producten die gebruikt/opgeslagen en/of vervoerd worden op de site; hij moet beschikken over de Veiligheidsfiches (MSDS). De beheerder van de bestelling checkt bij de preventiedienst van Prayon of deze producten gebruikt kunnen worden.
• Voor de aanvang van de werken is het verplicht om een « Last Minute Risk Analysis » ( « One Minute » genoemd bij Prayon) uit te voeren.
5) Werkvergunningen en andere vergunningen
• Voor elk werk is een werkvergunning verplicht.
• De (onder)aannemer kan slechts een ondertekende werkvergunning aanvaarden op de plek waar het werk dient uitgevoerd te worden in aanwezigheid van de intervenanten.
• Een vergunning is geldig voor de beschreven werken en wordt na elke onderbreking opnieuw gevalideerd.
• U moet zich aanmelden in de controlekamer of het lokaal van de brigadiers VOORALEER in de installaties te gaan EN aan het einde van de werken of wanneer u de installatie verlaat.
• Elke intervenant moet absoluut alle preventiemaatregelen respecteren die opgelegd zijn in de werkvergunning en door de nodige bijgevoegde vergunningen.
• Elke intervenant dient zich te registreren in het logboek in de controlekamer.
• Er moet een vuurvergunning opgesteld en ondertekend worden voor elk werk dat warmte, open vuur of vonken genereert (boren, schuren, lassen, slijpen, doorboren, snijden met een snijbrander, opwarmen met een warmte- pistool, ...)
• De (onder)aannemer beschikt te zijnen laste in de werkzone over brandblussers, slangen met fittingen en spuitlan- sen, branddekens, … in voldoende aantal en periodiek gecontroleerd.
• Het is formeel verboden om brandbestrijdend materiaal van Prayon te verplaatsen. Het is strikt verboden om kasten met brandbestrijdend materiaal te ontzegelen, tenzij in geval van nood.
• Er moet een vergunning opgemaakt en ondertekend worden alvorens binnen te gaan in een besloten ruimte zoals in een productie-installatie, een ketel, een reservoir, een tank evenals in een kuil, een riool, een put, …. De contro- lemaatregelen voor de atmosfeer en de aanwezigheid van een veiligheidswacht buiten zijn verplicht. Er moet een risicoanalyse uitgevoerd worden om de geschikte middelen te bepalen: ventilatie, toegangs- en reddingsmiddelen,
…
• In het kader van de vergrendelingenprocedure die van kracht is bij Prayon, zal elke uitvoerder zijn individueel slot hangen aan de desbetreffende lockbox in de controlekamer.
• Voor alle graafwerken, grondwerken, uitgraven van greppels, boringen is een graafvergunning nodig.
6) Gebruik van equipement
• Niemand mag bedieningsmachines van Prayon gebruiken zonder schriftelijke officiële toelating (bulldozer, Clark, gondel…). Bovendien moet de gebruiker beschikken over de juiste opleidingscertificaten. Hij moet dit certificaat te allen tijde kunnen tonen aan de werfcoördinator.
• Alle recipiënten moeten geïdentificeerd en geëtiketteerd worden volgens de wetgeving (in het bijzonder CLP)
• De gasflessen moeten permanent op de gepaste manier vastgemaakt worden. De leidingen om de gasflessen aan te sluiten moeten in perfecte staat zijn en jaarlijks gecontroleerd worden. Een controlebewijs moet op aanvraag voorgelegd worden.
• Het draagbaar elektrisch gereedschap moet conform zijn (geen zelfklevende tape op de naden bijvoorbeeld) en minstens één keer per jaar gecontroleerd worden door deskundig personeel. Een controlebewijs moet op aanvraag voorgelegd worden.
• Alle equipement dat op de site gebracht wordt moet opgelijst en geïdentificeerd worden op naam van de onder- neming van wie het is en beschikken over een systeem waardoor kan geverifieerd worden of het equipment con- form is. Voor machines en heftoestellen moet er een kopie van het laatste bezoekrapport van een EDTC (Externe Dienst Technische Controle) beschikbaar zijn.
7) Collectieve beschermingsmiddelen
• De (onder)aannemer zorgt ervoor dat er collectieve beschermingsmiddelen zijn en dat ze in goed staat verkeren gedurende de ganse duur van het project. Op het einde van de werken vergewist hij zich ervan dat de situatie geen risico meer oplevert.
• Zijn ten laste van de (onder)aannemer:
- De markering en de bescherming tegen alle risico’s die uit de werfactiviteit voortvloeien, zoals bijvoor- beeld val van op hoogte (daken, houten vloeren, stellingen, openingen in de vloeren, uitgravingen,…) vallende voorwerpen, projecties,… In alle gevallen moet de markering dezelfde eigenschappen hebben als een vaste collectieve bescherming. Een afzetlint is in dit geval verboden. De (onder)aannemer zal op de markering een bord aanbrengen met de naam van de onderneming en zijn werfverantwoorde- lijke, zijn telefoonnummer evenals de beschermde risico’s.
Het afzetlint wordt aanvaard voor de markering die enkel als signalisatie dient en enkel als er geen risico bestaat zoals beschreven in bovenstaande paragraaf.
8) Milieu
• De (onder)aannemer moet de omgeving proper houden gedurende de ganse duur van de werken en de werf helemaal opkuisen op het einde van de werken.
• Het geluidsniveau van het werfmateriaal, geleverd of gehuurd, voldoet aan de op dit gebied geldende normen.
8.3. Storten van vloeistoffen
• Lozen in de riool is ten strengste verboden. De (onder)aannemer zorgt voor een volledige naleving van alle relevante voorschriften en draagt de volledige verantwoordelijkheid.
• De (onder)aannemer is verantwoordelijk voor elke aantasting van het milieu als gevolg van een verontreini- ging door een verkeerde handeling, meestal door een van haar medewerkers.
• Alle recyclebare afval (hout, metalen en plastiek) moet gesorteerd worden per recyclage categorie en naar het containerpark van Prayon gebracht worden na voorafgaandelijk schriftelijk akkoord van de milieuverantwoor- delijke.
• Afvoeren van uitgegraven grond (aarde) door de (onder)aannemer vereist voorafgaandelijk schriftelijk akkoord van de milieuverantwoordelijke.
• De (onder)aannemer moet alle andere afval opruimen (of laten opruimen) met naleving van de geldende wet- geving.
• Het is de (onder)aannemer die de aard van het afval en de samenstelling van de producten die Prayon vraagt om te vervoeren en te verwijderen onderzoekt en goedkeurt door de ondertekening van de bestelling of het contract. Gebruikte producten en ander afval afkomstig van de werf moeten verpakt en vervoerd worden met middelen die aangepast zijn aan de aard van het afval, en verwerkt in een door de (onder)aannemer gekozen plaats en erkend door het Vlaams Gewest voor afvalverwerking. De verpakking en het vervoer dat gebeurt door de (onder)aannemer, op zijn kosten en op zijn volledige verantwoordelijkheid, mag geen schade toebren- gen aan het milieu, niet binnen en ook niet buiten onze divisies (transport in stadscentra vermijden). De (on- der)aannemer kent de wetgeving op dit gebied, de technieken voor de meest geschikte verwijdertechnieken en heeft de nodige vergunningen.
• In geval van overtreding van de wetgeving inzake opslag, transport en scheiding van afval, dekt de (onder)aan- nemer, door aanvaarding van de bestelling, Prayon tegen elk beroep, klacht of actie gericht tegen Xxxxxx vanaf het ogenblik dat hij het afval ten laste nam.
• Bij het verwijderen van gevaarlijk afval moet er aan de werfverantwoordelijk van Xxxxxx een door een erkend centrum afgeleverd vernietigingscertificaat overhandigd worden.
9) Noodsituaties, ongevallen en incidenten
In geval van medische noodsituatie of ongeval – enkel nummer 12 of 03/600 07 99
• In geval van een potentiële of dreigende gevaarlijke situatie tijdens de uitvoering van de werken, moet het perso- neel van de (onder)aannemer haar activiteiten staken, onmiddellijk het personeel van de controlekamer en de werfverantwoordelijke van Prayon verwittigen en de instructies van het Prayon personeel volgen.
• In geval van duidelijk of ernstig dreigend gevaar en de (onder)aannemer is niet op de site, neemt Xxxxxx de nodige noodmaatregelen. De gemaakte kosten zullen aangerekend worden aan de aannemer.
• De (onder)aannemers moeten op voorhand informeren naar de specifieke noodprocedures voor de afdeling of de werkplaats (waarschuwingssignalen, plaats van de nooddouche en verzamelplaats, …)
• Alle ongevallen, incidenten of anomalieën moeten onmiddellijk gemeld worden bij de werfverantwoor-delijke van Prayon.
• Alle verwondingen moeten verzorgd worden door een hulpverlener (personeelslid van Prayon).
• Is er toch een ongeval, dan moet de onderaannemer een kopie van het rapport van het ongeval bezorgen aan de IDPBW van Prayon, ten laatste binnen de 24 uur.
• In geval van een ernstig ongeval1, moet de ondernemer het volgende doen:
o Onmiddellijk melden bij IDPB
1 Volgens de criteria van het KB van 24 februari 2005.
o Binnen de 10 dagen aan de FOD WASO2. De ongevalsanalyse moet gedaan worden door de externe firma met de medewerking van Prayon, binnen een termijn van maximum 8 werkdagen voor een ernstig ongeval en 20 werkdagen voor een ongeval dat niet als ernstig beschouwd wordt.
• In geval van een ongeval met een zwaar voertuig, een machine of een installatie van Prayon, moet de werfverant- woordelijke van Prayon onmiddellijk verwittigd worden; hij zal een interne ongevalsaangifte invullen (66.ANX.353). Dit verslag wordt ondertekend door de 2 partijen.
• De (onder)aannemer geeft jaarlijks het volgende door aan de Aankoopdienst (TAD):
o Hun frequentiegraad – Fg (aantal ongevallen met werkverlet van hun werknemers en interims * 1000000 / aantal gepresteerde uren)
o Hun graad van ernst – Eg (aantal dagen arbeidsongeschiktheid van hun werknemers en interims* 1000 / aantal gepresteerde uren)
• Bij de keuze van de leveranciers zal Prayon de voorkeur geven aan bedrijven met een lage Fg en Eg.
• Bij de keuze van de onderaannemers zal Prayon de voorkeur geven aan VCA onderaannemers
10) Tijdelijke en mobiele werkplaatsen
De prijsopgave moet vergezeld zijn van een Veiligheids-, gezondheids- en milieuplan (VGM plan), aangevuld door de onderaannemer.
Het VGM plan moet precieze antwoorden geven (= beoogde veiligheidsmaatregelen) op de vragen gesteld in de vragenlijst over veiligheid en kostenevaluatie.
Het zal het volgende inhouden:
• De presentatie van de voorgestelde werkmethodes.
• Hat aantal personeelsleden voor de werf.
• De intentie om al dan niet beroep te doen op onderaannemers. In dit geval zal hij een lijst toevoegen.
Het ingevulde VGM plan moet samen met de prijsopgave teruggestuurd worden naar de TAD.
Op basis van deze documenten zal Prayon aan de Opdrachtgever een evaluatie geven van de inschrijver op basis van de criteria van veiligheid op het werk. (Art. 11 4).
Tijdens de uitvoering en voor de aanvang van de werken moeten volgende documenten overgemaakt worden aan de werfcoördinator:
• Bijlagen met de schema’s waarin de door het VGM plan vereiste preventie- en beschermingsmaatregelen staan.
• Analyse van de offertes inzake de coördinatie veiligheid-gezondheid conform Art. 30 van het KB van januari 2001 en de aanpassingen)
• Ontvangstbewijs van het VGM plan van PRAYON, gedateerd en ondertekend.
• Verklaring van de goede intenties omtrent het naleven en toepassen van het VGM plan.
• Kopie van de voorafgaandelijke kennisgeving die verstuurd werd naar de Controle voor Welzijn en CNAC
• Kopie van de controlerapporten voor heftoestellen.
• Kopie van het rapport van het conformiteitsonderzoek door een erkend organisme van de tijdelijke elek- trische aansluiting van de werf (RGIE artikels 270 tot en met 273)
• Planning van de werken.
• VGM plan van de onderaannemer of andere uitvoerders met interventiedata.
2 FOD WASO – Afdeling controle Chemische Risico ‘s – Algemene Directie controle welzijn op het werk - adres: Xxxxxx Xxx- xxx xxxxxx, 0 – 0000 Xxxxxxx
• Lijst en technische fiches van alle gebruikte producten.
• Conformiteit AEO (zie aparte brief)
De onderaannemer zal ook beantwoorden aan de vragen, suggesties en adviezen van de werfcoördinator. Alle documenten moeten verstrekt worden. Een deel van de betaling zal gekoppeld worden aan de aflevering van deze documenten.
10.3. Registratie van de personen die op de site aanwezig zijn « CHECK-IN AT WORK »
Als het bedrag van het project 500.000,00 EUR overschrijdt, dan moet de onderaannemer voor de RSZ een registra- tiesysteem « Check-in At Work ». opstellen van personen aanwezig op de werf.
11) Regel voor de ATEX3 zones
• Veiligheidsschoenen met antistatische zolen.
• De werken in zones met explosieve atmosfeer worden uitgevoerd door personeel dat hiervoor opgeleid is (on- der andere « Atex » BA5)
• Het gebruik van de GSM is formeel verboden in de ATEX zones (behalve « Atex » gecertificeerde GSM’s).
12) GSM gebruik
Voor contractoren die hier een opdracht uitvoeren gelden de afspraken zoals deze vastgelegd zijn voor eigen personeel. Het professioneel gebruik van de mobiele telefoon is toegestaan over de hele site, met uitzondering van de ATEX zones waar enkel een EX-toestel gebruikt mag worden. Deze zones zijn duidelijk aangeduid. Indien er getelefoneerd wordt, dient men er voor te zorgen dat dit op een veilige manier gebeurd. Fietsend, rijdend telefoneren is daarom niet toege- staan.
Enkel communicatie in kader van werkzaamheden voor Prayon is toegestaan. Indien foto’s genomen worden moet dit aan de opdrachtgever voorgelegd worden voor goedkeuring. De privacy regels dienen evenwel gerespecteerd te wor- den. Dit wil zeggen dat geen personen zonder hun toestemming afgebeeld kunnen worden. Verder zullen ook geen foto’s geplaatst worden op sociale media.
3. Voor (onder)aannemers die een bepaalde TOEGELATEN zone hebben op de site:
• De (onder)aannemer met een gereserveerde zone bij Prayon moet een VCA4 certificaat hebben of beginnen met het certificeringsproces.
• De (onder)aannemer moet een voorstel van de implementatie van zijn zone voorleggen aan de IDBPW, waar de voorschriften inzake veiligheid, milieu en welzijn op het werk inbegrepen zijn.
• De aannemer zorgt dat zijn personeel sanitair, refters en kleedkamers kan gebruiken die conform zijn aan de wet- telijke verplichtingen op gebied van hygiëne.
3 Zone ATEX : werkplek waar explosieve atmosferen kunnen gevormd worden (gas of stof).
4 VCA : Controlelijst Veiligheid/Gezondheid/Milieu voor onderaannemers
• Water, perslucht of andere utiliteiten kunnen geleverd worden na voorafgaandelijke en formele toelating en onder voorwaarden van Prayon, vanuit bestaande bronnen.
• Elektrische voedingen moeten uitgeschakeld worden aan het einde van de dag, toevoer van lucht en water moeten afgesloten worden.
• De zone moet te allen tijde proper en ordelijk zijn.
• Alle vloeistoffen moeten opgeslagen worden op retentiebakken en moeten geïdentificeerd zijn.
• Er moeten voldoende brandblussers aanwezig zijn die in orde zijn met de wettelijke controle. Op vraag moet een controlebewijs kunnen voorgelegd worden.
• De elektrische installaties in de werfkeet moet conform zijn en op gepaste tijdstippen gecontroleerd worden. Op vraag moet er een controlebewijs kunnen voorgelegd worden.
• Alle anomalieën of incidenten moeten onmiddellijk doorgegeven worden aan de verantwoordelijke van de zone.
• In geval van verontreiniging moet de brigadier van IMF onmiddellijk verwittigd worden.
4. Voor de onderaannemers tewerkgesteld in een zone onder voedselveiligheid
• Werkkledij en beschermende kledij
o Het personeel dat werkt of komt in zones waar producten en/of materialen onbeschermd behandeld worden, moet de aangepaste werkkledij dragen, proper en in goede staat (bij- voorbeeld geen haken, scheuren of uitgerafeld). Deze werkkledij moet in voldoende aantal beschikbaar zijn voor elke werknemer en moet regelmatig kunnen verwisseld worden.
o De kledij die moet gedragen worden in het kader van de be-
scherming van levensmiddelen of hygiëne mag niet voor andere doeleinden gebruikt worden.
o Op de werkkledij mogen geen knopen staan. Er mogen ook geen
zakken staan boven de taille. Ritssluitingen en drukknopen mogen wel. Anders moet een wegwerp overall gedragen worden.
o De werkkledij moet op regelmatige basis gewassen worden, conform professioneel gebruik.
o Het gebruikte gereedschap moet aangepast zijn aan de eisen van de
voedingsindustrie, moet uit de buurt gehouden worden van elke mogelijke contaminatie en altijd proper zijn.
o De persoonlijke beschermingsmiddelen moeten daar waar ze vereist zijn, gedragen worden om contaminatie van het product te
vermijden Ze moeten onderhouden en ontsmet worden om in perfect hygiënische toestand te blijven.
o Als er handschoenen gebruikt worden om met het product in contact te komen, dan moeten ze schoon en intact zijn. Latex handschoenen moeten in de mate van het mogelijke vermeden worden maar in alle gevallen moeten de handschoenen aangepast zijn aan contact met voedingsmiddelen, wegwerpbaar, met een opval- lende kleur en ze mogen geen draden verliezen. Deze handschoenen moeten regelmatig vervangen worden.
• Gezondheidstoestand
De werknemers moeten een medisch onderzoek ondergaan vooraleer ze beginnen te werken in een omgeving waar ze in contact komen met voedingsmiddelen. Deze medisch onderzoeken moeten één keer per jaar gebeuren.
• Ziektes en verwondingen
o Aan de werknemers en interims van de onderaannemers wordt gevraagd om volgende symptomen te melden aan Prayon om eventueel toegang tot zones waar voedingsmiddelen behandeld worden te verbieden: geel- zucht, diarree, braken, koorts, keelpijn met koorts, zichtbaar geïnfecteerde huidletsels (brandwonden, snijwon- den of open wonden) en druipen van oren, ogen of neus.
o Personen die besmet zijn of vermoedelijk besmet werden of drager zijn van een ziekte of aandoening over- draagbaar door voedingsmiddelen, mogen de zones voor productie of verpakking van voedingsmiddelen niet betreden en ze mogen niet in contact komen materialen die in contact staan met deze voedingsmiddelen.
o In de zones waar voedingsmiddelen behandeld worden, moet het personeel dat verwondingen of brandwon- den heeft deze bedekken met de specifieke pleisters. Elke verloren pleister moet onmiddellijk gemeld worden aan Prayon. Het volstaat om pleisters te gebruiken met een felle kleur die met een metaaldetector kunnen opgespoord worden. Deze pleisters kunnen door Prayon gegeven worden.
• Persoonlijke hygiëne
Personeel aanwezig in de productiezones van voedingsmiddelen moet de handen wassen en, indien nodig, de handen ontsmetten:
a) voor elke activiteit met betrekking tot voedingsmiddelen;
b) onmiddellijk na gebruik van het toilet of na het snuiten van de neus;
c) onmiddellijk na het behandelen van om het even welk mogelijk gecontamineerd materiaal. Personeel mag niet niezen of hoesten boven materialen of producten. Spugen is verboden.
De vingernagels moeten kort en schoon zijn.
• Gedrag van het personeel
Het is:
a) verboden te roken, te eten, te kauwen in de productie-, verpakking- en opslagzones;
b) verboden horloges, zichtbare piercings, sieraden te dragen voor het personeel in de verpakkingszones;
c) verboden medicatie te nemen in de productie- en verpakkingszones;
d) nagellak, valse nagels en valse wimpers zijn verboden in de productie- en verpakkingszones;
e) verboden potloden of balpennen achter de oren te steken in de productie- en verpakkingszones;
f) verplicht om uitsluitend food grade smeermiddelen te gebruiken als er een kans bestaat dat het in aanraking kan komen met voedingsmiddelen. Bij twijfel, contacteer een Prayon-medewerker.
g) verplicht om uitsluitend schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen te gebruiken die toegelaten zijn in de voe- dingsindustrie;
h) verboden te urineren in de nabijheid van of in de installaties. Hiervoor zijn WC’s voorzien;
i) verboden afval te gooien in de installaties. Hiervoor zijn er vuilnisbakken voorzien;
j) verplicht na elk gebruik van lokalen de deuren, poorten en luiken te sluiten.
• Opleiding van het personeel
Al het personeel van de onderaannemer moet geïnformeerd worden over hygiënevoorschriften die gelden in de productie van voedingsmiddelen. Deze opleiding moet plaatsvinden voor het werk aangevat wordt en op regelma- tige tijdstippen herhaald worden (minimum 1 x/jaar). De archieven van alle opleidingen moeten ter beschikking gesteld worden van Xxxxxx. Zij moeten ten minste bevatten:
a) De naam van de opgeleide persoon en een bewijs van aanwezigheid;
b) Datum en duur van de opleiding;
c) De titel en de inhoud van de opleiding;
d) De opleider.
Prayon behoudt zich het recht om controles uit te oefenen bij het personeel, op voertuigen die de site verlaten alsook in de lokalen op de werf om zich ervan te vergewissen dat de regels nageleefd worden. De vastgestelde tekortkomingen zijn het onderwerp van Aanvraag tot Correctieve Acties (42.REC.001) en worden opgevolgd door de Technische Aankoop Dienst.
Er worden 4 sanctieniveaus vastgelegd :
1. Mondelinge opmerking, melding aan TAD en IDPBW + melding aan het management van de (onder)aannemer
2. Officiële brief van XXX aan de (onder)aannemer + te verstrekken actieplannen.
3. Voor de ganse site, tijdelijk of definitief verbod van een personeelslid (interim) van de (onder)aannemer + bevesti- ging per post door TAD aan de (onder)aannemer met vermelding van de duur + te verstrekken actieplannen.
4. Voor de ganse site, tijdelijk of definitief verbod van de (onder)aannemer + bevestiging per post door TAD aan de (onder)aannemer. Als het verbod definitief is, komt de (onder)aannemer op de zwarte lijst.
• TAD houdt rekening met alle opmerkingen en sancties in de jaarlijkse evaluatie van de leveranciers
• Afhankelijk van de ernst behoudt Xxxxxx zich het recht om niet het eerste niveau van te nemen sancties toe te passen, maar onmiddellijk over te gaan tot een hoger niveau.
• Voor een grove fout (bv roken in een EX-zone), begint de sanctie onmiddellijk op niveau 4.
Slotbepalingen | ||
• | Als u vragen hebt kan u volgende personen contacteren: | |
o IDPBW – xxx. Xxxx Xxxxxxxxxx : o Milieu - xxx. Xxxxx Xxxxxx Xxxx: |
• Als we binnen 10 dagen geen opmerking krijgen van u, betekent dat u zich akkoord verklaart met deze voorwaar- den.