KCB
KCB
Behorende bij het RIK-Reglement
Reglement Interne Kwaliteitscontrole (RIK)
Inhoudsopgave
3.2 Kwaliteitscontroleurs en opleiding 8
3.3 Schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen 9
3.5 Onderhoud en beheer van de kwaliteitscode 9
3.6 Import uit derde landen 10
4.2 Kwaliteitscontroleurs en opleiding 14
4.3 Schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen 15
4.5 Onderhoud en beheer van de kwaliteitscode 16
4.6 Import uit derde landen 16
1. Inleiding
Het Kwaliteits-Controle-Bureau (hierna: KCB) kan marktdeelnemers toelaten tot het Reglement Interne Kwaliteitscontrole (hierna: RIK), waardoor een lagere frequentie van kwaliteitscontroles voor groenten en fruit op de marktdeelnemer van toepassing wordt.
Om in aanmerking te komen voor deelname aan het RIK, moet een marktdeelnemer voldoen aan de eisen opgenomen in het Reglement Interne Kwaliteitscontrole en aan de eisen van de KCB Kwaliteitscode.
De KCB Kwaliteitscode omvat de volgende drie onderdelen:
• Lijst van Definities
Deze lijst bevat de definities van de begrippen zoals die gehanteerd worden in de KCB- Kwaliteitscode. De KCB-Kwaliteitscode maakt onderdeel uit van het Reglement Interne Kwaliteitscontrole en derhalve zijn ook de begrippen en de bijbehorende definities uit Artikel 1 van het Reglement op de KCB- Kwaliteitscode van toepassing.
• Protocol
Het protocol specificeert de eisen waaraan een marktdeelnemer moet voldoen om in aanmerking te komen voor deelname aan het Reglement Interne Kwaliteitscontrole. Deze eisen zijn aanvullend op de eisen opgenomen in het Reglement Interne Kwaliteitscontrole.
Het protocol is bedoeld voor alle Nederlandse marktdeelnemers in de groenten- en fruit sector die verse groenten en fruit telen, sorteren, verpakken, voor afzet aanbieden, verhandelen, vervoeren of in opslag hebben.
• Toelichting op het Protocol
Het protocol van de KCB-Kwaliteitscode is op een aantal punten abstract gesteld en biedt ruimte de nadere invulling af te stemmen op de situatie van de marktdeelnemer. Eenduidig interpreteren en toepassen is niet altijd mogelijk en/of gewenst, omdat enerzijds met specifieke (bedrijfs-)situaties rekening dient te worden gehouden en er anderzijds steeds uitgegaan moet worden van de vraag of het achterliggende doel wordt gerealiseerd. Deze toelichting beoogt toch een inhoud aan de verschillende criteria toe te kennen, zodat duidelijk wordt wat marktdeelnemers moeten doen om aan het protocol te kunnen voldoen.
2. Lijst van Definities
Bewerkingscontrole Een kwaliteitscontrole die plaatsvindt nadat een handeling
heeft plaatsgevonden met de partij
Geldigheidstermijn
(van een kwaliteitscontrole) De termijn waarna een nieuwe kwaliteitscontrole
noodzakelijk is om weer vast te stellen dat de partij (nog steeds) voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften
Gekoppeld teeltbedrijf Een teeltbedrijf dat 100% van de productie levert aan één
RIK-deelnemer en deze RIK-deelnemer opgeeft in de jaarlijkse registratie in DMD (Database Markt Deelnemers). De RIK-deelnemer meldt dit teeltbedrijf aan in zijn RIK registratie bij het RIK secretariaat en verklaart daarmee de productkwaliteit op het teeltbedrijf te borgen.
De koppeling tussen teeltbedrijf en RIK-deelnemer geldt voor de periode van één kalenderjaar, daarna kunnen wijzigingen worden doorgevoerd. Van deze regel kan worden afgeweken indien de handelsrelatie tussen teeltbedrijf en RIK-deelnemer wordt beëindigd.
Ingangscontrole Een kwaliteitscontrole die plaatsvindt wanneer de partij bij de marktdeelnemer binnenkomt
Klantnorm De door de klant gestelde specifieke producteisen waaraan de partij moet voldoen. Deze eisen mogen niet strijdig zijn met het kwaliteitsvoorschrift behorende bij het product
Kwaliteitscontrole Door een kwaliteitscontroleur uitgevoerde controle om na te gaan of de partijen groenten en fruit beantwoorden aan de kwaliteitsvoorschriften
Kwaliteitscontroleur Een persoon die voor de marktdeelnemer de
kwaliteitscontroles uitvoert
Kwaliteitsvoorschriften De bij of krachtens de Landbouwkwaliteitswet resp. het
Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 (zie art. 4 van dat besluit) ingestelde handelsnormen voor groenten en fruit (waarbij verwezen wordt naar de artikelen 113 en 113bis van de Verordening (EU) 1308/2013, Verordening (EU) 543/2011 en Verordening (EU) 1333/2011)
Steekproef Uit de partij genomen colli of, bij onverpakte producten, een op één plaats uit de partij genomen hoeveelheid
Partij Hoeveelheid product met dezelfde kenmerken wat betreft:
- identiteit van de verpakker en/of verzender
- land van oorsprong
- aard van het product
- productcategorie
- groottesortering (als het product naar grootte wordt ingedeeld)
- variëteit of handelstype
- opmaak en presentatie
Procescontrole Een combinatie van kwaliteitscontroles (ingangs-, voorraad-, bewerkings- en uitgangscontroles) op een partij gedurende de tijd dat de partij binnen het bedrijf aanwezig is, zodat er bij verlading voldoende zekerheid is dat de partij voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften
Rechtstreekse levering cq. verlading Een partij die niet fysiek de locatie van de marktdeelnemer
passeert, maar waarvoor de marktdeelnemer wel verantwoordelijk is. Er is sprake van een rechtstreekse levering cq. verlading wanneer de marktdeelnemer bijvoorbeeld een partij koopt bij een teler/ander handelsbedrijf en deze partij vervolgens meteen vanaf die teler/dat handelsbedrijf naar de klant van de marktdeelnemer wordt verladen.
RIK-deelnemer Een marktdeelnemer die is toegelaten tot het RIK en die voldoet aan de bepalingen uit het RIK-Reglement en de bijbehorende KCB-Kwaliteitscode.
Schorsing n.a.v. audit Schorsing naar aanleiding van een audit houdt in dat bij de
betrokken marktdeelnemer de standaard controlesystematiek voor het Structureel Toezicht, de import en de export van toepassing is, die de marktdeelnemer zou hebben in het geval hij niet zou deelnemen aan het RIK.. Gedurende de schorsingsperiode worden de aan de toepassing van de standaard controlesystematiek verbonden kosten doorberekend aan de marktdeelnemer, waarbij de tarieven uit het Tarievenoverzicht worden aangehouden (zie xxx.xxx.xx). De deelname aan het RIK blijft in stand met de bij het RIK behorende verplichtingen voor de deelnemer, waaronder het uitvoeren van kwaliteitscontroles. De schorsing geldt voor de duur dat de afwijking(en) niet gecorrigeerd is (zijn). Indien de RIK deelnemer niet binnen 6 maanden na de bedrijfsaudit een corrigerende maatregel indient, wordt de deelnemingsovereenkomst eenzijdig door het KCB beëindigd.
Schorsing n.a.v. overtreding Schorsing naar aanleiding van een overtreding houdt in dat
bij de betrokken marktdeelnemer de standaard controlesystematiek voor het Structureel Toezicht van toepassing is, waarbij een frequentie van 1 bezoek per week geldt. Gedurende de schorsingsperiode worden de aan de toepassing van de standaard controlesystematiek verbonden kosten doorberekend aan de marktdeelnemer, waarbij de tarieven uit het Tarievenoverzicht worden aangehouden (zie xxx.xxx.xx). De deelname aan het RIK blijft in stand met de bij het RIK behorende verplichtingen voor de deelnemer, waaronder het uitvoeren van kwaliteitscontroles.
Uitgangscontrole Een kwaliteitscontrole die plaatsvindt kort voordat de partij het bedrijf verlaat
Verzendklaar product Product is aangeduid en, indien van toepassing, gesorteerd,
of is anderszins klaarblijkelijk klaar voor verzending
Voorraadcontrole Een kwaliteitscontrole die plaatsvindt op een partij die in opslag/voorraad staat
WMS Warehouse Management Systeem
3. Protocol
3.1 Kwaliteitscontroles
1. Kwaliteitscontroles worden uitgevoerd op basis van de kwaliteitsvoorschriften met de daarbij behorende interpretaties van het KCB. Deze kwaliteitsvoorschriften zijn voorhanden op het bedrijf van de RIK-deelnemer. Veranderingen in de kwaliteitsvoorschriften worden bijgehouden en aan de kwaliteitscontroleurs kenbaar gemaakt.
2. De RIK-deelnemer verricht kwaliteitscontroles op álle partijen die worden verzonden, de zogenaamde uitgangscontroles. Van deze stelregel kan de RIK-deelnemer afwijken als uit een gedocumenteerde risico-analyse blijkt dat een lager percentage uitgangscontroles voldoende garanties geeft dat de te verhandelen partijen voldoen aan de geldende kwaliteitsvoorschriften.
Een partij kan pas worden goedgekeurd na controle van minimaal 3 colli uit die partij (=steekproefgrootte). Bij partijen, die kleiner zijn dan 3 pallets, mag een steekproef van minimaal 1 collo per pallet genomen worden. Dit laat onverlet dat de RIK-deelnemer altijd verantwoordelijk is voor de kwaliteit van een partij. Wanneer dat voor een goede beoordeling van de partij noodzakelijk is, dient de steekproef uitgebreid te worden. De gecontroleerde colli van de steekproef worden gemerkt of de inspectieresultaten worden per pallet geregistreerd zodanig dat deze traceerbaar zijn (bijv. middels barcode).
3. Alle partijen die worden aangetroffen binnen het bedrijf van de RIK-deelnemer worden geacht klaar te staan voor verzending/verhandeling en dus te voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften, met uitzondering van die partijen waarvan ondubbelzinnig is aangegeven en visueel kenbaar is gemaakt, dat controle nog moet plaatsvinden.
4. De RIK-deelnemer heeft door kwaliteitscontroles geborgd dat producten die verhandeld worden, maar niet fysiek het bedrijf van de RIK-deelnemer passeren, voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften (zogenaamde rechtstreekse leveringen cq. verladingen; zie ook Lijst van Definities).
5. De RIK-deelnemer heeft geborgd, dat producten, welke reeds zijn verladen, doch in juridische zin nog niet aan de afnemer/koper zijn geleverd gedurende die periode (blijven) voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften. Deze borging geldt voor alle vormen van leveringen c.q. verladingen, waaronder rechtstreekse leveringen (bijvoorbeeld van bureau-exporteurs) en leveringen met tussentijdse opslag.
Een partij die wordt aangetroffen tijdens een KCB-controle en waarvan duidelijk is dat deze is
geleverd door een RIK-deelnemer (middels bijvoorbeeld een leverbon of een factuur) en niet
voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften, valt onder de verantwoordelijkheid van die RIK- deelnemer indien duidelijk is dat de partij al niet aan de kwaliteitsvoorschriften voldeed bij het verzenden door die RIK-deelnemer.
6. Alle kwaliteitscontroles worden uitgevoerd door bevoegde kwaliteitscontroleurs.
7. De kwaliteitscontroles hebben tot gevolg dat producten die niet voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften worden afgekeurd. Afgekeurde producten worden niet eerder in het
handelsverkeer gebracht dan nadat deze in overeenstemming met de kwaliteitsvoorschriften zijn gebracht en zijn herbeoordeeld en goedgekeurd door de kwaliteitscontroleur.
8. Alle controleactiviteiten en de resultaten daarvan worden conform de daartoe opgestelde controlemethoden en -processen systematisch geregistreerd in een controleregister op het bedrijf van de RIK-deelnemer zelf. Dit geldt ook voor de controleactiviteiten en de resultaten daarvan bij rechtstreekse leveringen. In ieder geval dienen van elke kwaliteitscontrole de volgende gegevens vastgelegd te worden: datum, naam kwaliteitscontroleur, product, klasse, land van herkomst, toeleverancier, sortering (indien van toepassing), partijgrootte, eindbeoordeling partij.
Van een afgekeurde partij dient bovendien genoteerd te worden waarom de partij is afgekeurd (welk gebrek), hoe de partij wordt/is gecorrigeerd, wanneer en door wie de partij is vrijgegeven na correctie. Let hierbij op het onderscheid tussen de kwaliteitsvoorschriften en de klantvoorschriften. De gegevens dienen in ieder geval tot de volgende audit, door of namens het KCB uitgevoerd, bewaard te worden.
9. Elke kwaliteitscontrole moet uniek herleidbaar zijn naar de partij verse groenten en fruit waarop die controle betrekking heeft.
10. De RIK-deelnemer moet aantoonbaar beschikken over procedures waarin de punten van het hoofdstuk ‘Kwaliteitscontroles’ staan beschreven.
3.2 Kwaliteitscontroleurs en opleiding
1. De RIK-deelnemer geeft aan welke medewerkers de kwaliteitscontroles uitvoeren (de kwaliteitscontroleurs). Tevens geeft de RIK-deelnemer aan hoe bij afwezigheid van een kwaliteitscontroleur de vervanging is geregeld. De kwaliteitscontroleurs kunnen in vaste dienst zijn van de RIK-deelnemer of zijn ingehuurd. Eén van de kwaliteitscontroleurs is verantwoordelijk gesteld voor de kwaliteit van alle producten. Deze kwaliteitscontroleur is de eerste persoon die hierop aangesproken kan worden.
2. De RIK-deelnemer moet voldoende kwaliteitscontroleurs in dienst hebben om het controleplan van de RIK-deelnemer uit te kunnen voeren.
3. De kwaliteitscontroleurs moeten voldoende kwalificaties, opleiding, ervaring en een toereikende kennis van de kwaliteitsvoorschriften bezitten.
De kwaliteitscontroleurs moeten in staat zijn om een deskundig oordeel uit te spreken over het voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften van verse groenten en fruit op basis van onderzoeksresultaten en daarover verslag uit te brengen.
4. De RIK-deelnemer moet een schriftelijk vastgelegd opleidingssysteem voor de kwaliteitscontroleurs opzetten en uitvoeren om te bewerkstelligen dat de opleiding van de kwaliteitscontroleurs actueel wordt gehouden.
De vereiste opleiding is afhankelijk van de geschiktheid, kwalificatie en ervaring van de betrokken kwaliteitscontroleur. De RIK-deelnemer moet voor elke kwaliteitscontroleur de noodzakelijke fasen in de opleiding vaststellen. Deze fasen zijn onder meer:
- een inwerkperiode;
- een periode van werk onder toezicht van ervaren kwaliteitscontroleurs;
- een voortgezette opleiding, tijdens de gehele duur van de tewerkstelling, om de kennis op niveau te houden en gelijke tred te houden met de ontwikkelingen.
5. De RIK-deelnemer moet beschikken over procedures waarin de punten van het hoofdstuk ‘Kwaliteitscontroleurs en opleiding’ staan beschreven.
3.3 Schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen
1. Er zijn onderhouds- en schoonmaakplannen voor de schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen die van directe invloed zijn op de kwaliteit van het product.
2. De uitvoering van de onder punt 1 bedoelde onderhouds- en schoonmaakplannen wordt vastgelegd.
3. Er is een medewerker verantwoordelijk gesteld voor de onder punt 1 en 2 genoemde zaken.
4. De RIK-deelnemer moet beschikken over procedures waarin de punten van het hoofdstuk ‘Schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen’ staan beschreven.
3.4 Keur- en meetmiddelen
1. Er zijn eisen gesteld aan de te gebruiken keur- en meetmiddelen ten aanzien van nauwkeurigheid en toleranties. Deze eisen zijn zodanig dat deze middelen geschikt zijn voor hun doel. Deze eisen zijn vastgelegd. Er wordt periodiek gecontroleerd of deze middelen nog aan de gestelde eisen voldoen.
2. De keur- en meetmiddelen worden met gespecificeerde tussenpozen onderhouden. De uitvoering van het onderhoud wordt vastgelegd.
3. De keur- en meetmiddelen worden jaarlijks of voorafgaand aan het gebruik gekalibreerd of geverifieerd volgens meetnormen die herleidbaar zijn naar internationale of nationale meetnormen; wanneer dergelijke normen niet bestaan, dan moet de basis die is gebruikt voor kalibratie of verificatie worden geregistreerd. Voor maatmallen/meetringen geldt dat deze niet gekalibreerd hoeven te worden: maatmallen/meetringen moeten deugdelijk zijn en vervangen worden wanneer ze gebreken vertonen.
4. Er is een medewerker verantwoordelijk gesteld voor de onder punt 1, 2 en 3 genoemde zaken.
5. De RIK-deelnemer moet beschikken over procedures waarin de punten van het hoofdstuk ‘Keur- en meetmiddelen’ staan beschreven.
3.5 Onderhoud en beheer van de kwaliteitscode
1. Binnen het bedrijf van de RIK-deelnemer is een persoon verantwoordelijk gesteld voor het onderhoud en het beheer van de kwaliteitscode.
2. Deze persoon draagt er zorg voor dat minimaal één keer per jaar een interne audit wordt uitgevoerd om vast te stellen dat alle onderdelen van de kwaliteitscode doeltreffend zijn geïmplementeerd en de procedures worden nageleefd.
3. Bij geconstateerde afwijkingen tijdens een interne audit vindt een onderzoek naar de oorzaak van de afwijkingen plaats. Er worden corrigerende maatregelen getroffen om deze afwijkingen en hun oorzaken op te heffen. Vervolgens vindt door de RIK-deelnemer verificatie plaats van de genomen maatregel(en). Dit alles wordt gedocumenteerd.
4. Bij geconstateerde externe afwijkingen (afkeuringen door het KCB en klachten van afnemers) vindt een onderzoek naar de oorzaak van de afwijkingen plaats. Er worden corrigerende maatregelen getroffen om deze afwijkingen en hun oorzaak op te heffen. Vervolgens vindt door de RIK-deelnemer verificatie plaats van de genomen maatregel(en). Dit alles wordt gedocumenteerd.
5. Er zijn procedures waarin de punten van het hoofdstuk ‘Onderhoud en beheer van de kwaliteitscode’ staan beschreven.
3.6 Import uit derde landen
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing wanneer de RIK-deelnemer expliciet heeft aangegeven (op het aanvraagformulier voor deelname) deel te willen nemen aan het RIK voor import uit derde landen.
1. De RIK-deelnemer is ervoor verantwoordelijk dat importpartijen uit derde landen, voordat deze ter inklaring aan de douane worden aangeboden, voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften. Hiertoe verricht de RIK-deelnemer kwaliteitscontroles.
3.7 Teeltbedrijven
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing wanneer de RIK-deelnemer expliciet heeft aangegeven (op het aanvraagformulier voor deelname) teeltbedrijven onder de werking van het RIK- kwaliteitszorgsysteem van de RIK-deelnemer te willen brengen. Deze teeltbedrijven worden ‘gekoppelde teeltbedrijven’ genoemd, zoals beschreven in de Lijst van Definities.
- De RIK-deelnemer is ervoor verantwoordelijk dat product dat verzendklaar (d.w.z. aangeduid en eventueel gesorteerd) staat bij gekoppelde teeltbedrijven voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften. Hiertoe verricht de RIK-deelnemer kwaliteitscontroles. De wijze waarop deze controles zijn ingericht moet voldoen aan de eisen van de KCB Kwaliteitscode en dient beschreven te staan in het kwaliteitszorgsysteem van de RIK-deelnemer.
In het geval de RIK-deelnemer een telersvereniging is, zijn de telers als lid van de vereniging formeel
onderdeel van de RIK-deelnemer. Een telersvereniging kan besluiten een bepaald teeltbedrijf niet te
koppelen in het kader van het RIK. Een dergelijk niet-gekoppeld teeltbedrijf krijgt dan een indeling in het Structureel Toezicht. Eventuele afkeuringen die tijdens KCB-controles bij een niet-gekoppeld teeltbedrijf worden geconstateerd, vallen niet onder de verantwoordelijkheid van de RIK-deelnemer. De RIK-deelnemer blijft wel verantwoordelijk voor product van een niet-gekoppelde teler dat elders in de keten wordt afgekeurd.
4. Toelichting op Protocol
4.1 Kwaliteitscontroles
1. De kwaliteitsvoorschriften staan in de EU-Verordening(en) voor groenten en fruit. De voorschriften staan ook op de website van het KCB : xxx.xxx.xx. Alle kwaliteitscontroleurs moeten toegang hebben tot deze kwaliteitsvoorschriften.
2. De kerngedachte van het RIK is, dat de RIK-deelnemer moet aantonen dat de producten die verhandeld worden aan de kwaliteitsvoorschriften voldoen. Strikt genomen betekent dit dat alle partijen bij het verlaten van de RIK-deelnemer moeten zijn gecontroleerd (100% uitgangscontrole).
Van deze stelregel kan de RIK-deelnemer afwijken wanneer een risico-analyse is uitgevoerd, die tevens schriftelijk is vastgelegd. Uit deze risico-analyse moet blijken dat een lager percentage uitgangscontroles voldoende garanties geeft dat de te verhandelen partijen aan de kwaliteitsvoorschriften voldoen.
Bij een risico-analyse bepaalt de RIK-deelnemer de eerdere controlemomenten binnen het bedrijf en stelt de bijbehorende risicofactoren vast. Vervolgens beoordeelt de RIK-deelnemer per risicofactor de mate van het risico en de daaruit voortvloeiende controlefrequentie. Partijen met een hoger risico krijgen meer controles dan partijen met een lager risico. Afkeuringen leiden tot een verhoging van het risico en dus tot een verhoging van het aantal controles.
Hieronder worden controlepunten genoemd met bijbehorende risicofactoren. Deze controlemomenten en risicofactoren moeten in ieder geval benoemd worden in de risicoanalyse. Uitgebreider mag natuurlijk ook.
Risico factor Controle moment | Product | Leverancier | Land van herkomst | Verrichte handelingen | Eerdere controle- resultaten | Kwaliteit van product | Houdbaarheid product cq. geldigheidster- mijn van de keuring |
Ingang | * | * | * | * | |||
Voorraad | * | * | * | ||||
Bewerking | * | * | * | ||||
Uitgang | * | * | * |
Een aantal voorbeelden verduidelijken het één en ander:
I. Voor een leverancier van een bepaald product is door een RIK-deelnemer op basis van eerdere controlegegevens vastgesteld dat bij de ingangscontrole 20% van de partijen van deze leverancier gekeurd moet worden.
II.a Een RIK-deelnemer heeft vastgesteld dat een kwaliteitscontrole op een product 2 dagen geldig blijft. Wanneer een partij van dit product op maandag binnenkomt, gekeurd wordt en in opslag gaat, moet deze partij op woensdag weer gekeurd worden, en daarna weer op vrijdag. Tussendoor kan deze partij zonder uitgangscontrole verladen worden: om de twee dagen keuren is voldoende garantie op een goede kwaliteit bij verladen.
II.b De partij van voorbeeld II.a is geleverd door de leverancier van voorbeeld I. De partij wordt geleverd op maandag en niet gecontroleerd bij binnenkomst (deze partij valt buiten de 20%). Op woensdag staat deze partij nog in voorraad. De geldigheidstermijn
van een kwaliteitscontrole op dit product is 2 dagen, dus op die woensdag wordt de partij wél gekeurd.
III. Het risico van kleinverpakken wordt dusdanig hoog beoordeeld door een RIK- deelnemer dat alle partijen na het kleinverpakken gecontroleerd moeten worden voordat deze weer in voorraad gaan of op de verlaadplek worden gezet.
IV. Een RIK-deelnemer heeft bepaald dat alle producten aan een uitgangscontrole onderworpen worden, tenzij diezelfde dag de ingangscontrole heeft plaatsgevonden. In het geval van voorbeeld I kan het dus zo zijn dat een partij buiten de steekproef van 20% valt en dus zonder keuring door de RIK-deelnemer wordt verladen.
LET OP: de onder I t/m IV beschreven situaties zijn voorbeelden en gelden niet zonder meer voor elke RIK-deelnemer.
De RIK-deelnemer verricht kwaliteitscontroles op alle partijen die worden verzonden, de zogenaamde uitgangscontroles. Uitgangscontroles mogen alleen worden vervangen door procescontroles (combinaties van ingangscontroles, voorraadcontroles, bewerkingscontroles en uitgangscontroles) wanneer hier een systeem van risicoanalyse aan ten grondslag ligt, dat volledig inzichtelijk is en vastligt in procedures.
In de risicoanalyse moeten in ieder geval de volgende factoren meegenomen worden:
• het product: van belang bij ingangs-, voorraad-, bewerkings- en uitgangscontroles;
• de leverancier: van belang bij ingangscontroles;
• het land van herkomst: van belang bij ingangscontroles;
• de handelingen die worden verricht met het product bij de RIK-deelnemer: van belang bij bewerkingscontroles;
• eerdere controleresultaten: van belang bij ingangs-, voorraad-, bewerkings- en uitgangscontroles;
• de kwaliteit van het product (bijv. een super klasse I kan langer in opslag staan dan een onderkant klasse I van hetzelfde product): van belang bij voorraad-, bewerkings en uitgangscontroles;
• de houdbaarheid van het product, cq. de geldigheidstermijn van de kwaliteitscontrole: van belang bij voorraad- en uitgangscontroles.
De risicoanalyse bepaalt of een partij gecontroleerd moet worden, waarbij partijen met een hoger risico meer controles krijgen dan partijen met een lager risico. Afkeuringen leiden tot een verhoging van de risicofactor en dus tot een hogere controlefrequentie.
Een partij kan pas worden goedgekeurd wanneer een steekproef van minimaal 3 colli uit die partij is gecontroleerd. Bij partijen, die kleiner zijn dan 3 pallets, mag een steekproef van minimaal 1 collo per pallet genomen worden. Dit laat onverlet dat de RIK-deelnemer altijd verantwoordelijk is voor de kwaliteit van een partij. Wanneer dat voor een goede beoordeling van de partij noodzakelijk is, dient de steekproef uitgebreid te worden, ook bij kleinere partijen.
De kwaliteitsvoorschriften vereisen voor het afkeuren van een partij en wanneer een risico op afkeuren bestaat de volgende minimale steekproef:
Aantal colli in de partij | Te inspecteren aantal colli |
Tot en met 100 | 5 |
101 t/m 300 | 7 |
301 t/m 500 | 9 |
501 t/m 1000 | 10 |
Meer dan 1000 | 15 (minimaal) |
3. Wanneer een bepaalde procescontrole niet meteen kan plaatsvinden (bijvoorbeeld: een ingangscontrole of bewerkingscontrole wordt uitgesteld tot later die dag), moet dit ondubbelzinnig visueel kenbaar worden gemaakt, bijvoorbeeld door een palletaanduiding. Van het aanbrengen van een kenmerk op de partij kan worden afgeweken indien de RIK- deelnemer de status van de partij in het WMS bij aanvang van de inspectie overhandigt aan de inspecteur. De RIK-deelnemer vraagt hiervoor toestemming aan het KCB. Op deze manier moet de RIK-deelnemer voorkomen dat nog te controleren partijen/pallets ongecontroleerd verzonden/verhandeld worden.
4. Partijen die rechtstreeks worden geleverd cq. verladen, moeten onderworpen worden aan een kwaliteitscontrole, net zoals de partijen die wel fysiek de RIK-deelnemer passeren. Van de RIK-deelnemers wordt verwacht dat zij aantonen dat de kwaliteit van de rechtstreeks verladen partijen voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften. Ook voor deze producten is de RIK-deelnemer verantwoordelijk.
5. In het geval een partij reeds is verladen en in juridische zin nog niet is geleverd aan de afnemer/koper dient de RIK-deelnemer te borgen, dat de producten aan de kwaliteitsvoorschriften (blijven) voldoen. De RIK-deelnemer moet deze borging aantoonbaar kunnen maken.
6. Alle kwaliteitscontroles worden uitgevoerd door kwaliteitscontroleurs; dit geldt zowel voor de kwaliteitscontroles op het bedrijf van de RIK-deelnemer zelf als voor de kwaliteitscontroles op rechtstreekse leveringen. Zie voor de eisen voor kwaliteitscontroleurs hoofdstuk 4.2.
7. Indien bij de kwaliteitscontroles blijkt dat een partij niet voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften, moet deze partij worden afgekeurd. Bij de verantwoordelijken en betrokkenen moet bekend zijn hoe men om moet gaan met een afgekeurde partij. Het doel is dat geconstateerde afwijkingen leiden tot een maatregel waardoor het product in overeenstemming wordt gebracht met de voorschriften of wordt gestort. Dit is overigens ook van toepassing als er partijen retour komen.
Een vaste plek om afgekeurde producten op te slaan wordt niet geëist indien afgekeurde partijen op een eenduidige, en voor iedereen duidelijke, wijze zijn gekenmerkt. Van het aanbrengen van een kenmerk op de afgekeurde partij kan worden afgeweken indien de RIK- deelnemer de status van de partij(en) in het WMS bij aanvang van de inspectie overhandigt aan de inspecteur. De RIK-deelnemer vraagt hiervoor schriftelijk toestemming aan het KCB via het secretariaat RIK.
De RIK-deelnemer moet kunnen aantonen dat een eerder afgekeurde partij, nadat deze in overeenstemming is gebracht met de EU-kwaliteitsvoorschriften, vóór verdere verhandeling is goedgekeurd door de kwaliteitscontroleur.
8. Registratie is noodzakelijk om controles aantoonbaar te maken. Registraties bieden tevens inzicht en sturingsmogelijkheden voor de bedrijfsleiding.
In ieder geval dienen van elke kwaliteitscontrole de volgende gegevens vastgelegd te worden: datum, naam kwaliteitscontroleur, product, klasse, land van herkomst, toeleverancier, sortering (indien van toepassing), partijgrootte, eindbeoordeling partij.
Van een afgekeurde partij dient bovendien genoteerd te worden waarom de partij is afgekeurd (welk gebrek), hoe de partij is/wordt gecorrigeerd, wanneer en door wie de partij is vrijgegeven na correctie.
Voor het KCB en de auditor is het van belang dat in de registratie van kwaliteitscontroles zichtbaar wordt gemaakt of een partij is goedgekeurd of afgekeurd volgens de kwaliteitsvoorschriften of volgens een eventuele klantnorm (voor zover die klantnorm buiten of boven de kwaliteitsvoorschriften ligt; en dat is meestal het geval aangezien er anders geen klantnorm zou zijn). Zo kunnen zij beter de registratie beoordelen en de afhandeling van een afkeuring beoordelen. Veel bedrijven werken namelijk met een klantnorm. Een afkeuring op de klantnorm hoeft echter niet te betekenen dat de partij ook moet worden afgekeurd op de kwaliteitsvoorschriften, omdat de eisen van een klantnorm vaak anders zijn dan of boven de eisen liggen van de kwaliteitsvoorschriften. Daarom moet dit uit de registratie duidelijk worden.
Om aan te kunnen tonen dat regelmatig en in voldoende mate wordt gecontroleerd, moeten de controlegegevens worden gearchiveerd en op verzoek van de auditor kunnen worden overlegd. De gegevens dienen in ieder geval tot de volgende audit beschikbaar te zijn. Ook de registraties van kwaliteitscontroles op rechtstreekse leveringen moeten beschikbaar zijn bij de RIK- deelnemer.
De registratie is ook ter inzage voor de medewerkers van het KCB in relatie tot de uit te voeren controles in het kader van het toezicht van het KCB.
9. Om verwarring en verwisseling te voorkomen moet elke kwaliteitscontrole uniek herleidbaar zijn naar de partij waarop de controle betrekking heeft. Voorkomen moet worden dat twee partijen in opslag staan, volledig identiek wat betreft verpakking, aanduiding en inhoud, waarbij niet duidelijk is welk deel behoort bij de geregistreerde controle.
4.2 Kwaliteitscontroleurs en opleiding
1. Voor een goede borging van de productkwaliteit moet duidelijk zijn welke persoon/personen daarvoor verantwoordelijk gesteld is/zijn en dus aan te spreken is/zijn op de uitvoering van kwaliteitscontroles.
2. Het aantal kwaliteitscontroleurs moet in overstemming zijn met de normaal te verwachten hoeveelheid uit te voeren controles.
3. Kwalificaties van kwaliteitscontroleurs moeten kunnen worden aangetoond worden door registraties in hun personeelsdossier. Zij dienen uiteraard in overstemming te zijn met de kennis- en ervaringseisen die in de beschrijving van hun functies vastliggen.
4. In de functiebeschrijvingen is vastgelegd welke kennis- en ervaringseisen voor kwaliteitscontroleurs noodzakelijk zijn. Uit een vergelijking van die eisen met de bij de betrokken kwaliteitscontroleurs aanwezige kennis kunnen de actuele opleidingsbehoeften worden vastgesteld.
In het Protocol wordt geëist dat de RIK-deelnemer een vastgelegd opleidingssysteem heeft dat in de eventueel geconstateerde leemten voorziet.
Onder opleiding en training worden verstaan de begeleiding die nieuwe kwaliteitscontroleurs krijgen gedurende de inwerkperiode na hun aanstelling, het verrichten van controlewerkzaamheden onder toezicht (mentorschap) van een ervaren kwaliteitscontroleur en de voortgezette training die kwaliteitscontroleurs ontvangen om van de ontwikkelingen op hun vakgebied op de hoogte te blijven.
4.3 Schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen
Wanneer een RIK-deelnemer beschikt over een geldig ISO 9001 certificaat, een BRC certificaat, een IFS certificaat of een HACCP certificaat worden de protocoleisen van hoofdstuk 3.3 niet gecheckt voor de KCB-kwaliteitscode. Deze eisen zijn namelijk een onderdeel van de audit samenhangende met de voornoemde certificaten.
1. Doel is te voorkomen dat de schoningsmiddelen, sorteer- en pakmachines en koelcellen de productkwaliteit in negatieve zin beïnvloeden. Daarom dient periodiek onderhoud en schoonmaak plaats te vinden: de bedrijven vermelden welke apparatuur voorhanden is, en wanneer onderhouds- en schoonmaakwerkzaamheden plaatsvinden en door wie.
2. De uitvoering van het onderhoud en de schoonmaak moeten kunnen worden aangetoond (bijvoorbeeld logboek, rapporten, etc.).
4.4 Keur- en meetmiddelen
Wanneer een RIK-deelnemer beschikt over een geldig ISO 9001 certificaat, een BRC certificaat of een IFS certificaat worden de Protocoleisen van hoofdstuk 3.4 niet gecheckt voor de KCB-Kwaliteitscode. Deze eisen zijn namelijk een onderdeel van de audit samenhangende met de voornoemde certificaten.
1. Met keur- en meetmiddelen worden de middelen bedoeld waarmee de kwaliteitscontroles plaatsvinden: dit zijn dus de middelen die nodig zijn om aan te tonen dat de kwaliteit van het product voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften.
Beschreven moet zijn welke middelen voor welke doeleinden worden gebruikt, welke nauwkeurigheid en toleranties aan de middelen worden gesteld.
2. Beschreven moet zijn wanneer en hoe onderhoud plaatsvindt en door wie.
3. Keur- en meetmiddelen dienen gekalibreerd te worden om betrouwbare metingen, wegingen, etc. uit te kunnen voeren en dus resultaten te kunnen leveren die waarde hebben (nauwkeurigheid en betrouwbaarheid). De RIK-deelnemer moet kunnen aantonen dat de gebruikte keur- en meetmiddelen gekalibreerd zijn. Kalibratie dient minimaal één keer per jaar plaats te vinden of vaker wanneer het gebruik van de middelen dit eist. De kalibratie kan door de RIK-deelnemer zelf uitgevoerd worden. In dat geval dient de gevolgde werkwijze vastgelegd te zijn en dient aangegeven te zijn welke norm gebruikt is. Het zal niet voor alle keur- en meetmiddelen mogelijk zijn de kalibratie zelf uit te voeren. In die gevallen dient de kalibratie door een daartoe gecertificeerde instelling uitgevoerd te worden.
Voorbeelden van keur- en meetmiddelen:
- weegschalen;
- kleurenkaarten en andere referentiematerialen;
- maatringen (geen kalibratie vereist);
- hardheidsmeters;
- refractiemeters.
4.5 Onderhoud en beheer van de kwaliteitscode
1. De aangewezen persoon voor de verantwoordelijkheid voor de kwaliteitscode binnen RIK- deelnemers is de kwaliteitsmanager. RIK-deelnemers die al gecertificeerd zijn voor bijvoorbeeld ISO 9001 of BRC hebben waarschijnlijk al een kwaliteitsmanager in dienst. Andere RIK-deelnemers moeten iemand aanwijzen resp. aannemen die verantwoordelijk is voor deze taak.
2. Auditors mogen geen audit uitvoeren op hun eigen werk: het auditproces moet objectief en onpartijdig worden uitgevoerd.
De interne audit op de kwaliteitscode kan één audit zijn of worden opgedeeld in kleinere deel- audits. In ieder geval dient er een auditplan te zijn waaruit blijkt wanneer welke onderdelen worden geaudit en door wie.
3. Het management dat verantwoordelijk is voor het onderdeel waarvoor een afwijking is geconstateerd moet bewerkstelligen dat maatregelen worden getroffen om waargenomen afwijkingen en hun oorzaken weg te nemen en om dezelfde afwijking in de toekomst te voorkomen. Verificatie van de getroffen maatregel(en) vindt plaats door een objectief en onpartijdig persoon, bijvoorbeeld de auditor of de kwaliteitsmanager.
4.6 Import uit derde landen
Alleen partijen verse groenten en fruit die voldoen aan de kwaliteitsvoorschriften mogen de Europese Unie binnen worden gebracht (ingeklaard worden). Een RIK-deelnemer die ook voor import uit derde landen deelneemt aan het RIK draagt zelf de verantwoordelijkheid dat partijen uit die landen voldoen aan die kwaliteitsvoorschriften, voordat deze ter inklaring aan de douane worden aangeboden. Hiertoe verricht de RIK-deelnemer kwaliteitscontroles. De importcontroles moeten ingevuld worden zoals de ingangscontroles, waarbij óf alle partijen gecontroleerd worden óf waarbij een risicoanalyse een rol speelt.
Het KCB zal via het systeem van dynamische inspectiepercentages steekproefsgewijs importpartijen blijven controleren.
Een belangrijk aandachtspunt vormt, dat bij import uit derde landen normaal gesproken colli pas dan mogen worden geopend als de fytosanitaire inspectie door de controle-instelling heeft plaatsgevonden.
RIK deelnemers die ook importpartijen onder de werkingssfeer van het RIK willen brengen, moeten zelf de kwaliteitscontrole op deze partij(en) uitvoeren, alvorens het KCB de eventueel verplichte fytosanitaire inspectie op diezelfde partij(en) komt uitvoeren. De bedoelde kwaliteitscontrole door de RIK-deelnemer dient te worden uitgevoerd conform de regels van het RIK Reglement. Let wel, niet voor alle producten geldt een fytosanitaire inspectieplicht.
De toestemming voor RIK-deelnemers om vooraf de kwaliteitscontrole uit te voeren bij fytosanitair inspectie plichtige producten is door de NVWA opgenomen in de eisen aan een erkende fytosanitaire inspectielocatie.
Import van groenten en fruit met een inspectieplicht voor kwaliteit
Het dynamisch inspectiepercentage voor importzendingen groenten en fruit met een specifieke of algemene handelsnorm is vastgesteld door het KCB. Voor RIK-deelnemers geldt een verlaagd inspectiepercentage van 5%. De RIK-deelnemer beoordeelt vooraf zelf of de partij aan de kwaliteitsvoorschriften voldoet. De controlebevindingen worden geregistreerd. Afgekeurde partijen worden duidelijk gemarkeerd. De zending wordt aangegeven in CLIENT Import. Het KCB controleert 5% van de partijen. Indien de partij volgens het KCB niet voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften moet deze in overeenstemming met de norm worden gebracht. Afkeuringen door het KCB van partijen die niet zijn afgekeurd door de RIK-deelnemer, tellen mee als overtreding van de RIK-deelnemer (zie bijlage Handhavingsdocument). Het KCB behoudt zich het recht voor om in de bedrijfsregistratie na te gaan of een door de RIK-deelnemer als “afgekeurd” gekenmerkte partij daadwerkelijk is gecontroleerd door de deelnemer. In het geval een als “afgekeurd” gekenmerkte partij niet blijkt te zijn gecontroleerd door de RIK-deelnemer, telt deze bij een afkeuring door het KCB mee als overtreding.
Import van groenten en fruit met een inspectieplicht voor fyto en kwaliteit
Het dynamisch inspectiepercentage voor importzendingen groenten en fruit met een specifieke of algemene handelsnorm is vastgesteld door het KCB. Voor RIK-deelnemers geldt een verlaagd inspectiepercentage van 5%. De fytosanitaire inspectiepercentages worden vastgesteld door de NVWA, waardoor het inspectiepercentage voor zendingen die ook fytosanitair inspectieplichtig zijn hoger kan liggen dan 5%.
De RIK-deelnemer beoordeelt vooraf zelf of de partij aan de kwaliteitsvoorschriften voldoet. De controlebevindingen worden geregistreerd. Afgekeurde partijen worden duidelijk gemarkeerd. De zending wordt aangegeven in CLIENT Import. Het KCB controleert een variabel percentage van de partijen die door CLIENT Import worden geselecteerd. Indien de partij volgens het KCB niet voldoet aan de kwaliteitsvoorschriften moet deze in overeenstemming met de desbetreffende handelsnorm worden gebracht. Resultaten van kwaliteitsafkeuringen door het KCB van partijen die niet zijn afgekeurd door de RIK-deelnemer, tellen mee als overtreding van de RIK-deelnemer (zie bijlage Handhavingsdocument). Het KCB behoudt zich het recht voor om in de bedrijfsregistratie na te gaan of een door de RIK-deelnemer als “afgekeurd” gekenmerkte partij daadwerkelijk is gecontroleerd door de deelnemer. In het geval een als “afgekeurd” gekenmerkte partij niet blijkt te zijn gecontroleerd door de RIK-deelnemer, telt deze bij een afkeuring door het KCB mee als overtreding.
4.7 Teeltbedrijven
RIK-deelnemers kunnen met de teeltbedrijven die uitsluitend aan hen leveren en waar zij kwaliteitscontroles uitvoeren, afspreken dat de borging van de productkwaliteit onder hun RIK- erkende kwaliteitszorgsysteem wordt gebracht. De bezoekfrequentie in het kader van het Structureel Toezicht door het KCB wordt dan nul, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- Teeltbedrijf levert 100% van de productie aan de RIK-deelnemer
- Teeltbedrijf vermeldt de RIK-deelnemer in het registratieformulier voor de database marktdeelnemers (DMD). Dit registratieformulier wordt jaarlijks door het KCB verstrekt om op basis van actuele bedrijfsgegevens de indeling in het Structureel Toezicht te kunnen bepalen.
- De RIK-deelnemer meldt het teeltbedrijf aan in zijn RIK-registratie bij het RIK-secretariaat en verklaart daarmee de productkwaliteit op het bewuste teeltbedrijf te borgen.
Indien de DMD-registratie van het teeltbedrijf en de RIK-registratie van de RIK-deelnemer bij het RIK secretariaat met elkaar in overeenstemming zijn, is er sprake van een gekoppeld teeltbedrijf.
Gekoppelde teeltbedrijven kunnen worden bezocht als onderdeel van de jaarlijkse RIK-audit bij de RIK-deelnemer, als onderdeel van de bezoeken voor Structureel Toezicht bij de RIK-deelnemer, maar ook voor Algemeen Toezicht, import en export.
Indien een RIK-deelnemer ervoor kiest teeltbedrijven onder de RIK-erkenning te brengen, dient hij zich bewust te zijn van de eventuele nadelige gevolgen van afkeuringen bij telers voor de RIK- erkenning. Het is namelijk mogelijk dat afkeuringen overtredingen zijn in het kader van het RIK en leiden tot handhaving of zelfs beëindiging van de RIK-deelname. Afwijkingen tijdens de RIK-audit op een gekoppeld teeltbedrijf gelden als afwijkingen voor de RIK-deelnemer.
De RIK-deelnemer meldt te koppelen teeltbedrijven aan in de RIK-registratie bij het RIK-secretariaat van het KCB. De koppeling tussen een gekoppeld teeltbedrijf en een RIK-deelnemer geldt voor de periode van één kalenderjaar. Voor een volgend kalenderjaar kunnen wijzigingen worden doorgevoerd. Van deze regel kan worden afgeweken indien de handelsrelatie tussen het teeltbedrijf en de RIK-deelnemer binnen een kalenderjaar beëindigd wordt. De RIK-deelnemer moet een dergelijke wijziging melden aan het RIK-secretariaat.
Bij beëindiging van de RIK-deelname vervalt automatisch het voordeel voor gekoppelde teeltbedrijven in het kader van het Structureel Toezicht.
Als onderdeel van de RIK-audit zal een aantal gekoppelde teeltbedrijven worden bezocht, om de implementatie van het kwaliteitszorgsysteem van de RIK-deelnemer op het teeltbedrijf te auditen. Hierbij wordt de volgende staffel gehanteerd:
Aantal gekoppelde teeltbedrijven per RIK- deelnemer | Aantal auditbezoeken op teeltbedrijven |
Minder dan 50 | 2 |
50-200 | 4 |
Meer dan 200 | 6 |
Gekoppelde teeltbedrijven gelden niet zelf als RIK-deelnemer.
RIK-deelnemers zijn ervoor verantwoordelijk dat product dat verzendklaar staat op gekoppelde teeltbedrijven voldoet aan de geldende kwaliteitsvoorschriften.
Voorbeelden van verzendklaar product zijn:
- Paprika of tomaten in voorverpakkingen (gesloten consumentenverpakking)
- Ongesorteerde paprika in poolbakken of kuubskisten met palletaanduiding welke klaar staan voor verlading naar een sorteer- en pakstation
- Trostomaten in de omverpakking geoogst
- IJsbergsla die rechtstreeks in de omverpakking wordt geoogst
- Aardbeien die rechtstreeks in de verkoopverpakking wordt geoogst