UITLEG EN UITDAGINGEN
VERPLICHTE AOV
UITLEG EN UITDAGINGEN
KENNISDOCUMENT
Juni 2023
VERPLICHTE ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSVERZEKERING: UITLEG EN UITDAGINGEN
VERSIE 1.0
INHOUD
Uitleg en uitdagingen in 25 vragen 3
2. Wat is de premiegrondslag? 3
3. Welk bedrag wordt verzekerd, hoe hoog kan de uitkering worden? 4
4. Welk premieheffingsstelsel gaat er gebruikt worden? 4
5. Hoe wordt de premie berekend? 5
6. Bestaat er recht op premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid? 5
7. Wie verzorgt, op welke manier, de premie inning? 6
8. Wat wordt de eigen risicoperiode? 6
9. Tot welke leeftijd neemt een ondernemer deel en tot wanneer betaalt men premie? 7
10. Vanaf welke leeftijd neemt een ondernemer deel? 7
11. Volgens welk criterium wordt de uitkering bepaald? 7
12. Hoeveel procent uitkering volgt bij welk percentage arbeidsongeschiktheid? 8
13. Hoe werkt samenloop met andere regelingen? 9
14. Wie verzorgt de claimbeoordeling en wanneer? 9
15. Wie verzorgt de re-integratie en hoe werkt deze? 10
16. Gebeurt er ook iets met preventie en zo ja door wie? 10
17. Is eerbiedigende werking voor bestaande AOV’s mogelijk? 10
18. Is een opt-out mogelijk? 11
19. Hoe hoog wordt de stabiliteitsbijdrage en wie int deze? 12
20. Is een opt-in mogelijk? 12
21. Is er sprake van een acceptatieprocedure? 13
22. Welke alternatieven zijn er voor de uitvoering van de verzekeringsdekking? 13
23. Wat doen we met buitenlands inkomen en grensgangers? 13
24. Wat zijn de tijdslijnen, wanneer komt er meer duidelijkheid? 14
25. Wat staat de AOV-branche de komende tijd te wachten? 14
Wat hebben we nog niet benoemd? 15
Uitleg en uitdagingen in 25 vragen
Mei 2023 heeft RADI AOV een kennissessie georganiseerd met vertegenwoordigers van zelfstandigenorganisaties, UWV, de politiek en ondernemers in de private sociale zekerheid.
Dit panel heeft gediscussieerd met de leden van RADI AOV en dat leverde veel denkbeelden op. Het ging over de eventuele invoering van een verplichte AOV en over de staat van ons Nederlandse stelsel van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. De sessie toonde aan dat voor de verplichte AOV veel verschillende beelden bestaan over de uitdagingen en de uitleg daarbij. Feiten en fabels lopen nogal eens door elkaar heen. Daarom publiceert RADI AOV dit kennisdocument. Aan de hand van 25 vragen geven we feitelijke uitleg en benoemen we verschillende uitdagingen.
RADI AOV deelt hiermee kennis en geeft informatie, zonder zelf een standpunt in te nemen.
1. Wie zijn de verzekerden?
Uitleg
In de Kamerbrief van minister Xxxxxx xxx Xxxxxx (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) van 3 april 2023 wordt gesproken over alle IB-ondernemers en hun meewerkende echtgenoten. Bij hen is sprake van winst uit onderneming (WUO). Xxx niet directeuren-grootaandeelhouders (DGA’s) en mensen die resultaat uit overige werkzaamheden (ROW) genieten, ofwel resultaatgenieters. Het maakt daarbij niet uit of de ondernemer personeel heeft.
Let op!
In de pers wordt vaak gesproken over de doelgroep ‘ZZP’ers’ maar dat is niet correct: ook
ondernemers mét personeel vallen onder de beoogde kring van verzekerden.
De Belastingdienst beoordeelt het ondernemerschap voor de inkomstenbelasting aan de hand van diverse criteria. Voor de BTW gelden andere spelregels.
Uitdaging(en)
Welke gevolgen heeft een wijziging van rechtsvorm voor de verplichte verzekering? Heeft de fiscale kwalificatie van inkomsten als WUO of ROW gevolgen voor de verplichte verzekering? Hoe voorkom je averechtse risicoselectie doordat onverzekerde DGA’s bij een verslechterde gezondheid de BV staken en verder gaan als IB-ondernemer? Interimmers met één langlopende opdracht worden volgens de OndernemersCheck van de Belastingdienst waarschijnlijk niet als ondernemer gezien.
Dit zou kunnen leiden tot een jaarlijks wisselende uitkomst. Hoe gaan Belastingdienst, UWV en private verzekeraars hiermee om?
2. Wat is de premiegrondslag?
Uitleg
Over welk inkomen hebben we het en tot welk bedrag telt dit inkomen mee?
Men betaalt inkomstenbelasting (IB/PVV) en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (ZVW) over de belastbare winst uit onderneming. Bij de inkomstenbelasting gaan daar nog diverse privé aftrekposten van af, zoals hypotheekrente en uitgaven voor inkomensvoorzieningen. Deze aftrekposten hebben geen invloed op de grondslag voor de ZVW-premie. Vermoedelijk zal dit ook het geval zijn bij de premiegrondslag voor de verplichte AOV.
De belastbare winst uit onderneming is de fiscale winstberekening (zeg maar: de boekhoudkundige winst uit onderneming) verminderd met de ondernemersaftrek en de MKB-winstvrijstelling. De ondernemersaftrek is het gezamenlijke bedrag van de zelfstandigenaftrek (eventueel verhoogd met de startersaftrek), de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk, de meewerkaftrek, de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid en de stakingsaftrek.
De premiegrondslag (aangenomen dat dit de belastbare winst uit onderneming is) bedraagt maximaal 143% van het minimumloon. (Dit wordt ook wel de premiegrondslag genoemd.) Per 1-1-2023 was dit € 35.850 (= 143% x € 25.070, het minimumloon op jaarbasis inclusief 8%
vakantiegeld). Is de belastbare winst hoger, dan telt het meerdere niet mee als verzekerd inkomen. Daarover betaal je ook geen premie. Is de belastbare winst lager, dan ben je voor een lager bedrag verzekerd en betaal je uiteraard evenredig minder.
Uitdaging(en)
Zal voor de verplichte AOV inderdaad hetzelfde inkomen worden gebruikt als voor de inkomens- afhankelijke ZVW-premie?
Wat gebeurt er als je in enig jaar een negatief inkomen hebt, bijvoorbeeld door een grote investering of een afschrijving? Krijg je bij een negatief inkomen een bedrag terug? Middelen met andere jaren kan immers niet meer.
Het minimumloon wordt tweemaal per jaar vastgesteld: per 1 januari en per 1 juli. Hoe gaat de Belastingdienst hiermee om? Neemt men een gemiddelde hiervan over het hele jaar?
3. Welk bedrag wordt verzekerd, hoe hoog kan de uitkering worden?
Uitleg
De uitkering bedraagt 70% van het verzekerde bedrag ofwel de premiegrondslag. Ondernemers die het minimumloon of meer verdienen krijgen bij volledige arbeidsongeschiktheid dus 100% van het minimumloon uitgekeerd, want 70% van 143% = 100% van het minimumloon. Bij een lagere winst zal de uitkering pro rata lager zijn.
Het is aannemelijk dat een stijging van het minimumloon evenredig zal doorwerken in de verplichte AOV en ook de reeds lopende uitkeringen binnen deze regeling.
Uitdaging(en)
Op de website van de Rijksoverheid staat dat de uitkering wordt gebaseerd op het inkomen in de laatste maand voorafgaand aan de eerste ziektedag. Dit kan leiden tot zeer ongewenste uitkomsten voor ondernemers met een wisselend inkomen (bijna alle ondernemers). Ook in de uitvoering zal dit problemen geven. Hoe gaat dat bij een net gestarte ondernemer? Of in bijzondere omstandigheden zoals een lockdown of zwangerschaps- en bevallingsverlof? Of seizoensarbeid?
Geldt voor ondernemers jonger dan 21 jaar een lagere uitkering doordat het minimumloon voor 18-, 19- en 20-jarigen lager is?
In welke termijnen wordt de uitkering overgemaakt?
Het minimumloon wordt tweemaal per jaar vastgesteld: per 1 januari en per 1 juli. Hoe gaat de Belastingdienst hiermee om? Wordt de uitkering ieder half jaar aangepast?
4. Welk premieheffingsstelsel gaat er gebruikt worden?
Uitleg
Sociale zekerheid werkt vanuit een omslagstelsel. De uitkeringen in een bepaald jaar worden (versimpeld gezegd) gefinancierd uit de premies die in dat jaar (of het vorige jaar) worden geheven. Er wordt geen reserve aangelegd. De rentestand is niet van invloed op de premie. De AOW is een voorbeeld hiervan.
Private verzekeringen kennen een kapitaaldekkingsstelsel, waarbij iedere verzekerde premie voor zijn/haar eigen dekking betaalt en een ‘eigen’ premiereserve opbouwt. De renteontwikkeling heeft veel invloed op deze premies. Pensioenregelingen werken op deze manier.
Uitdaging(en)
Wordt het een omslagstelsel of een kapitaaldekkingsstelsel? Of een mengvorm van beide?
Wat gebeurt er met de premie die in het eerste jaar wordt geïnd? Wordt hier rente over berekend? Vanwege de eigen risicoperiode van een jaar vinden er in dat eerste jaar immers geen uitkeringen plaats. Wordt het premiepercentage het jaar daarna aangepast als blijkt dat er te veel of te weinig is geïnd? Bestaat er een kans dat de premie voor een bepaald jaar pas na afloop van dat jaar definitief wordt vastgesteld?
5. Hoe wordt de premie berekend?
Uitleg
Op basis van de huidige inzichten wordt de premie ingeschat op 7,5% tot 8% van de premiegrondslag. Met als premiegrondslag het laatstverdiende inkomen tot de grens van 143% van het minimumloon, zie vraag 2). De Belastingdienst kan de premiegrondslag vaststellen op basis van de aangifte inkomstenbelasting. Op basis van het minimumloon per 1 januari 2023 is dat: 143% x € 25.070 = € 35.850. Daarvan 7,5% komt uit op € 224 per maand, 8% daarvan is € 239.
Het regelmatig genoemde bedrag van € 225 is dus gebaseerd op de aanname van 7,5%.
Per 1 juli 2023 wordt het minimumloon verhoogd naar € 25.855 per jaar, en de bijbehorende maximale premiegrondslag is dan € 36.972. De premie wordt op basis hiervan naar schatting € 231 tot € 246 per maand.
De premies zijn fiscaal aftrekbaar. Het werkelijke voordeel daarvan hangt af van de hoogte van het inkomen, de ondernemersaftrek en andere aftrekposten. De eventuele uitkering is bruto.
Let op!
In de pers lees je vaak dat de gemiddelde premie € 225 zal worden. Dit is enerzijds onjuist omdat het om de maximumpremie gaat en niet de gemiddelde premie, anderzijds gaat men voorbij aan het stijgende minimumloon.
Uitdaging(en)
Geldt voor ondernemers van 18, 19 en 20 jaar een lagere premie vanwege het minimumjeugdloon? Het minimumloon wordt tweemaal per jaar vastgesteld: per 1 januari en per 1 juli. Hoe gaat de Belastingdienst hiermee om, neemt men een gemiddelde hiervan over het hele jaar?
6. Bestaat er recht op premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid?
Uitleg
Private verzekeringen kennen een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. Na het eerste arbeidsongeschiktheidsjaar is geen premie meer verschuldigd zolang de arbeidsongeschiktheid voortduurt. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid geldt een pro rata vrijstelling. Als men heeft gekozen voor een eigen risicoperiode van twee jaar geldt de premievrijstelling pas na twee jaar. Een enkele verzekeraar biedt tegen een premietoeslag de optie om de premievrijstelling in te laten gaan als de uitkering ingaat (dus bijvoorbeeld na 30 of 90 dagen),
Uitdaging(en)
Geldt er voor de verplichte AOV ook een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid? Zo ja: geldt deze pro rata bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid? Gaat de premievrijstelling direct in of na afloop van de eigen risicoperiode? En als dat het geval is: vanwege de definitieve premievaststelling en -inning achteraf kan het voorkomen dat iemand nog betaalt, als de uitkering al loopt.
Voorbeeld:
- Ondernemer raakt op 1-7-2030 arbeidsongeschiktheid.
- Recht op uitkering vanaf 1-7-2031.
- IB-aangifte over 2030 wordt eind 2031 ingediend, aanslagen over 2030 (IB/PVV, ZVW en AOV) volgen begin 2032.
- Als recht op premievrijstelling na een jaar ingaat, is ook premie verschuldigd over de eerste helft van 2031. Wanneer volgt deze aanslag: pas in 2032 of 2033?
7. Wie verzorgt, op welke manier, de premie inning?
Uitleg
Doordat de premie afhankelijk is van de belastbare winst uit onderneming, zal niet iedere ondernemer dezelfde premie gaan betalen. Alleen de Belastingdienst lijkt in staat om de premiegrondslag vast te stellen en de bijbehorende premie te innen. Net als bij IB/PVV en de inkomensafhankelijke ZVW-premie kan dat via een voorlopige aanslag op basis van de geschatte winst. Bij de definitieve aanslag na de aangifte volgt dan eventueel restitutie of suppletie.
Uitdaging(en)
Kan de Belastingdienst deze extra taak aan, qua capaciteit en qua systemen?
Krijgen startende ondernemers meteen al een voorlopige aanslag ? Of gebeurt dat na afloop van het eerste ondernemersjaar, als ze (met terugwerkende kracht) belastingaangifte hebben gedaan? Wordt een voorlopige aanslag opgelegd voor de AOV-premie wanneer ondernemers uitstel aanvragen voor de IB-aangifte?
Hoe gaat men om met oninbare premies, bijvoorbeeld vanwege wanbetaling? Wordt dat verhaald op de rest van de kring van verzekerden?
8. Wat wordt de eigen risicoperiode?
Uitleg
De minister gaat uit van een jaar eigen risico, voor alle deelnemers.
Uitkeren na één maand arbeidsongeschiktheid maakt de uitvoering heel erg lastig en duur. Omdat er dan heel veel kortdurende claims terecht komen bij UWV, de beoogde uitvoerder van de regeling.
Uitkeren na twee jaar arbeidsongeschiktheid maakt het voor UWV makkelijker omdat dit gelijk loopt met de WIA-wachttijd. Maar kan een zelfstandige wel twee jaar zonder uitkering? Heeft hij daar wel voorzieningen voor? Twee jaar eigen risico sluit aan op de inkomensvoorziening die schenkkringen (zoals broodfondsen) en crowdsurance doorgaans bieden voor hun deelnemers. Twee jaar eigen risico maakt de verplichte AOV iets betaalbaarder.
Uitdaging(en)
Voor andere eigen risico perioden dan een jaar valt iets te zeggen, maar die keuzemogelijkheid lijkt te zijn gesneuveld. Zou twee jaar toch nog mogelijk worden? Maar wat gebeurt er dan bij ondernemers waarbij al na een jaar kan worden vastgesteld dat hun arbeidsongeschiktheid blijvend is? In de WIA geldt voor werknemers dat de IVA-uitkering in zo’n situatie vervroegd kan ingaan. Wat betekent een eigen risico van een jaar voor het tweede schenkingsjaar bij schenkkringen en crowdsurance? En hoe gaan private verzekeringsproducten hierop aansluiten?
Wordt het onderscheid tussen rubriek A en B van een AOV weer actueel?
9. Tot welke leeftijd neemt een ondernemer deel en tot wanneer betaalt men premie?
Uitleg
De verzekeringsdekking geldt tot de AOW-gerechtigde leeftijd. De uitkering stopt als men AOW- gerechtigd wordt.
Uitdaging(en)
Zal een stijgende AOW-leeftijd leiden tot een premiestijging voor de verplichte AOV? De gemiddelde uitkeringsduur neemt immers toe.
Zal de stijgende AOW-leeftijd ook gelden voor reeds lopende uitkeringen?
Een ondernemer die in het laatste jaar voor de AOW-datum arbeidsongeschikt raakt zal geen uitkering ontvangen vanwege de eigen risicoperiode van een jaar. Xxxx een ondernemer in dit laatste jaar nog wel premie betalen? Kan de Belastingdienst dit pro rata berekenen als de premie- inning per kalenderjaar loopt?
Als er toch een keuze komt ten aanzien van de eigen risicoperiode: werkt deze dan ook door in de premievrijstellingsperiode?
Stel dat er een eerbiedigende werking komt voor bestaande arbeidsongeschiktheidsverzekeringen met een lagere eindleeftijd: moet een ondernemer dan na de einddatum van zijn private AOV alsnog meedoen aan de verplichte publieke AOV voor de laatste jaren?
En hoe zit dit bij iemand die reeds arbeidsongeschikt is? Neemt de publieke dekking dan de staartlasten over? Heeft dit gevolgen voor de stabiliteitsbijdrage? Of worden private verzekeraars verplicht dit staartrisico zelf te dragen?
Wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen een vrijwillige lagere eindleeftijd of een lagere eindleeftijd vanwege een zwaar beroep of vanwege medische acceptatierichtlijnen? Hoe werkt dat uitvoeringstechnisch?
10. Vanaf welke leeftijd neemt een ondernemer deel?
Uitleg
Minderjarigen kunnen een onderneming inschrijven bij KVK en als ondernemer geld verdienen. Uitdaging(en)
Vallen minderjarige ondernemers ook onder de verplichte AOV, of gaat deze pas in vanaf hun 18e verjaardag? Of vanaf een andere leeftijd, bijvoorbeeld 21 jaar?
11. Volgens welk criterium wordt de uitkering bepaald?
Uitleg
Bij de WIA bepaalt een arbeidsdeskundige welk werk iemand nog kan doen, ondanks de beperkingen. Het gaat dan om werk dat gangbaar is in Nederland: ‘gangbare arbeid’. Alles duidt erop dat voor de verplichte verzekering hetzelfde criterium zal worden gehanteerd. De kans op een uitkering is meestal kleiner dan bij beoordeling op basis van ‘passende arbeid’ of ‘beroepsarbeid’.
Deze criteria worden door private verzekeraars gebruikt.
De mate van arbeidsongeschiktheid wordt bepaald door het verschil tussen het inkomen dat iemand ondanks de beperkingen nog kan verdienen, en het inkomen dat men verdiende voordat men arbeidsongeschikt werd. Het kan dus voorkomen een private arbeidsongeschiktheids- verzekeraar een hoger arbeidsongeschiktheidspercentage hanteert dan UWV.
Uitdaging(en)
Kan bij een startende ondernemer worden vastgesteld wat het inkomen voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid was?
Gaat dit criterium – net als bij de WIA – leiden tot grote verschillen tussen mensen met een hoog en een laag inkomen voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid? Het inkomensverlies is voor iemand die veel verdiende hoger dan voor iemand die weinig verdiende, wat gevolg heeft voor het uitkeringspercentage.
Ondernemers kiezen liever een polis met een andere beoordelingsmethodiek. Stel dat iemand straks een verplichte AOV heeft en daar bovenop een private AOV. Dan kan het voorkomen dat de verzekeraar wel uitkeert maar UWV niet. In het WAZ-tijdperk kon je dit ‘gat’ bij een aantal verzekeraars aanvullend afdekken. Dit heette vaak B-extra of B-plus, aangezien het probleem zich voordeed binnen rubriek B, ofwel de na-eerstejaarsdekking. Komen dergelijke verzekerings- oplossingen weer terug?
Versimpeld rekenvoorbeeld voor de WAZ (afgeschaft in 2004):
- De WAZ keerde maximaal € 11.000 uit na 1 jaar arbeidsongeschiktheid o.b.v. gangbare arbeid.
- Een ondernemer die voor € 40.000 verzekerd wilde zijn, kon een polis afsluiten voor € 40.000 in rubriek A (uitkering in eerste arbeidsongeschiktheidsjaar, onder aftrek van de eigenrisicotermijn) en € 29.000 in rubriek B, wat samen met de WAZ-uitkering op € 40.000 uitkwam.
- Voor het geval UWV niet of minder zou uitkeren omdat men o.b.v. ‘gangbare arbeid’ geen recht had op een uitkering, kon men € 11.000 als aanvulling in rubriek B-extra of B-plus meeverzekeren.
12. Hoeveel procent uitkering volgt bij welk percentage arbeidsongeschiktheid?
Uitleg
Een WIA-uitkering is een percentage van het inkomen (tot maximaal het sociaal verzekeringsloon). Een uitkering van een private AOV is een percentage van het verzekerde bedrag, dat doorgaans maximaal 80% van het inkomen bedraagt. Een werknemer met een inkomen van € 50.000 ontvangt bij 40% arbeidsongeschiktheid 28% van € 50.000 = € 14.000. Een ondernemer met een inkomen van € 50.000 en een verzekering van € 40.000 ontvangt bij 40% arbeidsongeschiktheid 40% x € 40.000 = € 16.000. Had de ondernemer een verzekering van € 35.000 afgesloten (= 70% van het inkomen), dat bedraagt de uitkering € 14.000, net als de WIA-uitkering.
Uitkeringsschaal WIA | Uitkeringsschaal AOV’s | ||
Arbeidsongeschiktheid | Uitkering (% van inkomen) | Arbeidsongeschiktheid | Uitkering (% van verzekerde bedrag) |
80- 100% | 70% | 80- 100% | 100% |
65 – 80% | 50,75% | 65 – 80% | 75% |
55 – 65% | 42% | 55 – 65% | 60% |
45 – 55% | 35% | 45 – 55% | 50% |
35 – 45% | 28% | 35 – 45% | 40% |
25 – 35% | Geen uitkering | 25 – 35% | 30% |
0 – 25% | Geen uitkering | 0 – 25% | Geen uitkering |
Uitdaging(en)
Wordt voor de verplichte AOV de WIA-uitkeringstabel gebruikt? Deze leidt tot een lagere uitkering dan wat bij een private verzekering mogelijk is, namelijk 70% van het oude inkomen (bij volledige arbeidsongeschiktheid) versus 80% tot 90% van het oude inkomen (bij volledige arbeidsongeschikt- heid). Zal voor de verplichte AOV een uitkeringsdrempel van 35% gelden, zoals bij de WIA? Of wordt er al vanaf 25% arbeidsongeschiktheid uitgekeerd?
13. Hoe werkt samenloop met andere regelingen?
Uitleg
De regeling is bedoeld als basisregeling, waarnaast private verzekeringen en andere voorzieningen ter aanvulling kunnen worden geregeld.
Uitdaging(en)
Als een bestaande private verzekering niet in aanmerking komt voor eerbiedigende werking, zal deze in veel gevallen moeten worden verlaagd om te voorkomen dat de ondernemer voor meer dan 80%, 85% of 90% van het inkomen is verzekerd (acceptatiebeleid verschilt per verzekeraar.) Maar voor het eerste jaar risico geldt dit niet. Kunnen verzekeraars dit in hun systemen kwijt?
Schenkkringen en crowdsurance-initiatieven moeten zich beraden op de maximale schenkings- duur. Blijft deze twee jaar en neemt men de samenloop met de publieke uitkering gedurende het tweede jaar op de koop toe, of wordt de maximale schenkingsperiode verkort?
Wat gebeurt er met vrijwillig voortgezette ZW- en WIA-verzekeringen? Daar wordt een ‘knip’ na twee jaar gehanteerd, die niet goed samengaat met verplichte AOV. Blijft deze mogelijkheid voor startende ondernemers overigens bestaan (al dan niet in aangepaste vorm)?
Hoe zit het met Wajong-uitkeringen? En IOAZ-uitkeringen? En studiefinanciering?
En is er recht op (aanvullende) bijstand als men vanwege gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid slechts een gedeeltelijke AOV-uitkering ontvangt?
14. Wie verzorgt de claimbeoordeling en wanneer?
Uitleg
Bekend is dat de uitvoeringskosten voor de (vrijwillige) Ziektewet en de WIA bij UWV hoog zijn. De verzekerde uitkering is niet erg hoog, hetgeen leidt tot relatief hoge uitvoeringskosten. Er is momenteel een nijpend tekort aan verzekeringsartsen en arbeidskundigen, UWV heeft daardoor een grote achterstand opgelopen in de beoordeling van WIA-aanvragen. De Algemene Rekenkamer concludeerde medio mei 2023 dat de uitvoering van de WIA helemaal vastloopt door een gebrek aan verzekeringsartsen. De vraag naar beoordelingen neemt bovendien eerder toe dan af. Veel UWV-artsen gaan met pensioen en weinig artsen kiezen voor deze specialisatie.
Uitdaging(en)
Is het volgen van de UWV-werkwijze niet enorm kostenverhogend voor de verplichte regeling? Als UWV de claimbeoordeling verzorgt, dient het tekort niet alleen te worden weggewerkt, maar moet er ook extra capaciteit komen. Kunnen private verzekeraars of externe partijen wellicht bijspringen, bijvoorbeeld door een verzekeraar de volledige beoordeling te laten doen als een
ondernemer een publieke basisdekking heeft gecombineerd met een private aanvulling? Dit is een werkwijze die in ons omringende landen wordt toegepast).
Wanneer wordt de claimbeoordeling opgestart? De ondernemer is erbij gebaat dat de uitkering zo snel mogelijk (lees: een jaar na aanvang van de arbeidsongeschiktheid) start en wil ook graag snel duidelijkheid over de toekenning en de hoogte van de uitkering.
Speelt ‘eigen schuld’ een rol bij de claimbeoordeling en zo ja hoe? Wordt er gelet op fraude- signalen gedurende de uitkeringsperiode?
15. Wie verzorgt de re-integratie en hoe werkt deze?
Uitleg
De hierboven geschetste capaciteitsproblemen bij UWV hebben ook effect op de re-integratie. Arbeidsongeschikte werknemers moeten samen met hun werkgever en de arbodienst of bedrijfsarts de re-integratiemogelijkheden verkennen. Maar een ondernemer heeft geen werkgever. En geen contract met een arbodienst.
Uitdaging(en)
Net als bij de claimbeoordeling zijn de uitvoeringskosten relatief hoog afgezet tegen de magere regeling. Hoe gaan we daarmee om?
Wanneer begint het re-integratietraject? Wanneer moet een ondernemer zich ziek melden? Hoe succesvol is re-integratie als je pas na een jaar begint?
Kun je spreken van een eerste spoor re-integratie (binnen de eigen onderneming) en een tweede spoor (binnen een ander bedrijf)?
Werkgevers die een werknemer met een ziekte of handicap in dienst nemen kunnen een beroep doen op de no-riskpolis van UWV. Komt er ook iets dergelijks voor het aannemen van een ondernemer met een arbeidsbeperking? Kan UWV sancties opleggen wanneer een arbeids- ongeschikte ondernemer onvoldoende re-integratie-inspanningen pleegt of deze niet tijdig en correct vastlegt?
Kunnen private partijen (verzekeraars en hun providers) een rol spelen bij de re-integratie? Tegen kostprijs of tegen commerciële tarieven? De Stichting van de Arbeid adviseert om voor effectieve re-integratie een Arbocentrum voor Zelfstandigen op te richten. Ondanks het uitgebreide aanbod voor arbeidsongeschikte werknemers (scholing, arbeidsbemiddeling, werk-, leer- en ontwikkelings- trajecten etc.) staan nog steeds veel mensen met gezondheidsproblemen aan de zijlijn. Zou dit bij ondernemers anders uitpakken? Zij hebben immers geen uitkering in het eerste ziektejaar.
16. Gebeurt er ook iets met preventie en zo ja door wie?
Uitleg
De private AOV-verzekeraars proberen al jaren hun verzekerde risico’s gezond te houden, want “voorkomen is beter dan genezen”. Maar dat kost geld en dat vraagt om gerichte expertise. En de ervaring leert dat 95% van de ondernemers er niet voor open staat of het belang niet onderkent, want “het zal hen niet overkomen”.
Uitdaging(en)
Preventie-inspanningen leiden tot nog meer uitvoeringskosten, bovenop die voor claim- behandeling en re-integratie, bij een ‘magere’ regeling.
UWV heeft geen ervaring met preventieprogramma’s voor zelfstandige ondernemers. Hoe bereik je deze doelgroep?
17. Is eerbiedigende werking voor bestaande AOV’s mogelijk?
Uitleg
De commissie Borstlap onderscheidt een eerbiedigende werking voor ondernemers met een lopende AOV op een zekere peildatum en een opt-out mogelijkheid voor ondernemers die na deze datum een private verzekering afsluiten. Deze vraag gaat over de eerbiedigende werking. In de kamerbrief wordt gesproken over ‘robuust overgangsrecht’, verwijzend naar het advies “Keuze voor zekerheid” uit maart 2020 van de Stichting van de Arbeid. De opt-out mogelijkheid komt in de volgende vraag aan de orde.
Uitdaging(en)
Komt de door velen gewenste eerbiedigende werking er echt? Welke verzekeringen komen daarvoor in aanmerking en wie bepaalt dat? Verzekeraars beschikken over alle relevante gegevens en communiceren reeds met de Belastingdienst over premies en uitkeringen. Maar kan dit allemaal tijdig en correct worden uitgewisseld en verwerkt?
Wat wordt de peildatum? Is dat het moment waarop het wetsvoorstel in de Staatscourant wordt gepubliceerd? Hoe hard wordt die datum? Moet de verzekering dan al zijn ingegaan of is het voldoende als deze is aangevraagd, in afwachting van acceptatie door de verzekeraar?
Hoe gaan we om met polissen met een lagere eindleeftijd (zie ook de uitdagingen bij vraag 8) of wisselleeftijd, een beperkte uitkeringsduur, een eigen risicoperiode van twee jaar, een verhoogde uitkeringsdrempel, beperkte dekkingsvarianten, medische clausules zoals uitsluitingen etc.?
Hoe zit het met zogenaamde netto verzekeringen waarvan de premie niet fiscaal aftrekbaar is en de uitkering onbelast?
Bestaat er een kans op averechtse selectie doordat ondernemers met hoge premies (door hoge leeftijd of zware beroepen) en mensen met medische uitsluitingen overstappen naar de publieke AOV en de ‘goede risico’s’ privaat verzekerd blijven? Wat doet dit met de publieke premie, de private premies en de stabiliteitsbijdrage?
Leidt de invoering van een eerbiedigende werking tot vertraging van de invoering van de verplichte AOV?
Als er geen eerbiedigende werking komt, gaan verzekeraars dan de dekking van bestaande verzekeringen verlagen vanwege de verplichte AOV? Zo ja: hoe, wanneer, automatisch of na gesprek met de klant (via de adviseur)? Wordt er een onderscheid gemaakt tussen schade- en sommenverzekeringen?
18. Is een opt-out mogelijk?
Uitleg
Naast de eerbiedigende werking voor lopende verzekeringen noemt de commissie Borstlap een opt-out mogelijkheid voor ondernemers die een private AOV afsluiten in plaats van een publieke dekking, mits deze minimaal dezelfde dekking kent als de publieke dekking en minimaal dezelfde premie. In de kamerbrief staat dat de opt-out wordt verkend.
Uitdaging(en)
Komt de door velen gewenste opt-out mogelijkheid er echt? Hoe lang krijg je daarvoor de tijd nadat je IB-ondernemer wordt?
Wie bepaalt of de afgesloten verzekering voldoet aan de opt-out voorwaarden?
Moeten verzekeraars polissen tot (variabele) AOW-leeftijd gaan aanbieden, of mag de eindleeftijd worden gemaximeerd op bijvoorbeeld 70 jaar of de geschatte AOW-leeftijd op het moment van afsluiten? Hoe gaan we om met zware beroepen waarvoor verzekeraars geen dekking tot AOW- leeftijd kunnen of willen aanbieden? Hoe gaan we om met medische uitsluitingen en andere clausules? Hoe gaan we om met verzekeringen met een wachttijd van twee jaar in combinatie met een schenkkring of crowdsurance? Kwalificeren crowdsurance-oplossingen tot AOW-leeftijd voor opt-out en zo ja onder welke voorwaarden? De minister vindt dit onwaarschijnlijk zonder samenwerking met een of meer verzekeraars, vanwege de aan te houden reserves.
En netto verzekeringen? Zie uitleg bij vraag 17.
In sommige gevallen (jonge ondernemer met administratief - adviserend beroep) zal de premie bij een private verzekering lager zijn dan de publieke premie. Dan zou er geen recht op opt-out zijn. Maar je kunt niet zomaar een hoger bedrag verzekeren als het inkomen dat niet toelaat. Wordt het tijd om aanvangskortingen af te schaffen? Combinatietarieven om te zetten naar standaard- tarieven? Andere dekkingsaspecten te verbeteren om maar op het ‘gewenste’ publieke premie- niveau te komen? En wat doen we met provisiedragende polissen? Kijkt men dan naar de premie inclusief of exclusief het provisiedeel? Als de premie inclusief provisie wordt vergeleken: nemen we dan bij provisievrije polissen ook de beheer- en onderhoudsvergoedingen mee die ondernemers aan hun adviseur - bemiddelaar betalen?
Komen producten van buitenlandse verzekeraars ook in aanmerking? Kunnen ondernemers met een flink vermogen ook kiezen voor opt-out? Zo ja: onder welke voorwaarden?
Bestaat er een kans op averechtse selectie doordat alleen ondernemers met een gunstig risico (leeftijd, werkzaamheden, gezondheid) van de opt-out mogelijkheid gebruik zullen maken? Wat doet dit met de publieke premie, de private premies en de stabiliteitsbijdrage?
Leidt de invoering van een opt-out mogelijkheid tot vertraging van de invoering van de verplichte AOV?
19. Hoe hoog wordt de stabiliteitsbijdrage en wie int deze?
Uitleg
Ondernemers met een AOV waarvoor eerbiedigende werking geldt of die via de opt-out regeling zijn afgesloten betalen wel een stabiliteitsbijdrage als het aan de minister ligt, ofwel een solidariteitstoeslag met als doel ‘de publieke premie als gevolg van de gedragseffecten te stabiliseren’. De hoogte hiervan is nog niet bekend. De minister gaat ervan uit dat private verzekeraars deze bijdrage bij hun verzekerden innen.
Uitdaging(en)
Over welk deel van de premie gaan deze verzekerden een stabiliteitsbijdrage betalen? Welke factoren zijn van invloed op de hoogte van deze bijdrage? Wordt het een vast bedrag of een percentage, en hoe vaak wordt dit herzien? Worden de onderliggende berekeningen openbaar gemaakt en verantwoord?
Kunnen verzekeraars de incasso van deze bijdrage aan? Ontvangen zij een vergoeding voor de hiermee gepaard gaande uitvoeringskosten? Verzekeringspremie wordt vooruitbetaald, de premie voor de verplichte AOV wordt achteraf vastgesteld en geïnd. Hoe sluit dit in de praktijk op elkaar aan?
Hoe verloopt de incasso en afdracht bij buitenlandse verzekeraars, als hun polissen voor eerbiedigende werking en opt-out in aanmerking komen?
20. Is een opt-in mogelijk?
Uitleg
Sommige ondernemers zijn al (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt als de verplichte AOV van kracht wordt. Een aantal van hen heeft nog een inkomen, anderen niet.
Uitdaging(en)
Hoe gaan we bij de inwerkingtreding van de verplichte AOV om met ondernemers die (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn en daarna (gedeeltelijk) herstellen? En ondernemers die pas na de inwerkingtreding van de regeling uitvallen en later weer herstellen? Maakt het uit of de onderneming tussentijds is uitgeschreven bij KVK? Wordt men al die tijd als ondernemer gezien, ook al is er geen winst uit onderneming meer? Of is men automatisch weer verzekerd na herinschrijving bij KVK? Hoe gaan we om met mensen die gaan ondernemen vanuit een uitkeringssituatie?
En hoe gaan we om met zelfstandigen die eerst DGA waren maar vervolgens ervoor kiezen om als IB-ondernemer verder te gaan?
Kan een ondernemer in eerste instantie kiezen voor een private verzekering en later alsnog voor de publieke dekking als de private premie te hoog wordt (bijvoorbeeld vanwege zijn leeftijd of een en bloc verhoging)?
21. Is er sprake van een acceptatieprocedure?
Uitleg
De voorstellen zijn duidelijk: ongeacht de situatie van de zelfstandige krijgt iedereen dezelfde voorwaarden. Dus geen verzekeringstechnische acceptatie waarbij naar werkzaamheden wordt gekeken. Het inkomen en de premiegrondslag worden door de Belastingdienst vastgesteld. Er vindt ook geen medische acceptatie plaats: bestaande aandoeningen, klachten en beperkingen spelen geen rol. Er komt dus een echte solidariteitsdekking, waarbij ‘lichtere risico’s’ eigenlijk te veel betalen en daarmee de ‘zwaardere risico’s’ subsidiëren.
Bij private AOV’s zijn de premie en de dekking gerelateerd aan (de zwaarte van) de beroeps- werkzaamheden. Verzekeraars hebben geen acceptatieplicht en mogen aanvragen afwijzen als zij het risico te hoog vinden. Daarbij kijkt men naar zaken als werkzaamheden, inkomen, medisch risico en moraliteit van de aanvrager.
Uitdaging(en)
Niet alle ondernemers kunnen een private AOV afsluiten. Sekswerkers, influencers, circusartiesten, beroepssporters, professionele duikers enzovoort kunnen (bijna) nergens terecht. Vallen zij wel onder de verplichte AOV? Wordt er gekeken naar het morele risico?
22. Welke alternatieven zijn er voor de uitvoering van de verzekeringsdekking?
Uitleg
Belastingdienst en UWV lijken de gedoodverfde kandidaten voor de uitvoering van deze regeling, maar beide organisaties hebben het erg zwaar. Verzekeraars zelf lijken niet erg enthousiast, mede vanwege hun ervaringen met de basiszorgverzekering of de door hen zelf ingestelde vangnet-AOV. Uitdaging(en)
Is uitvoering door private verzekeraars helemaal van tafel of ligt deze optie nog open? Willen we toe naar een eenvormige dekking die wordt uitgevoerd door meerder commerciële partijen, tegen een ‘fixed fee’ per dossier?
Kan de ZW en WIA opnieuw worden aangeboden aan ondernemers, eventueel gedurende een beperkte periode?
Of kiezen we voor een brede arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle werkenden, zoals de commissie Borstlap en diverse zelfstandigenorganisaties propageren?
23. Wat doen we met buitenlands inkomen en grensgangers?
Uitleg
Europese grenzen zijn ook voor zelfstandige ondernemers steeds beperkter, zeker in de grensstreken.
Uitdaging(en)
Als in het buitenland verworven inkomen hier niet wordt belast, kan het dan wel meetellen voor de verzekeringsdekking? De kans bestaat dat er voor sommige ondernemers een heel laag inkomen vanuit Nederland overblijft.
Is er sprake van samenloop met vergelijkbare buitenlandse regelingen?
24. Wat zijn de tijdslijnen, wanneer komt er meer duidelijkheid?
Uitleg
De minister is voornemens deze zomer een internetconsultatie te houden, zodat ze haar wetsvoorstel in het eerste kwartaal van 2024 aan de Tweede Kamer aan te bieden. Ze hoopt het aangenomen wetsvoorstel begin 2025 te kunnen publiceren. Daarna zal tijd nodig zijn voor de implementatie, dus de inwerkingtreding wordt door veel betrokkenen niet voor 2027 verwacht. Uitdaging(en)
Welke nieuwe inzichten komen er tijdens de consultatieronde naar voren? Wat leveren de gangbare toetsen en adviezen op? Is de minister gevoelig voor signalen van UWV over de capaciteitsproblematiek? Wat betekent dit allemaal voor het vervolgtraject?
Is er een mogelijkheid dat de invoering wordt uitgesteld? Wat betekent dat voor de peildatum voor de eerbiedigende werking? Bestaat er een kans dat het hele plan van tafel gaat, omdat er een alternatief plan (bijvoorbeeld een arbeidsmarktbrede oplossing) komt? Wat gebeurt er als het kabinet valt?
25. Wat staat de AOV-branche de komende tijd te wachten?
Uitleg
Alle spelers in de markt van arbeidsvoorzieningen zullen de komende tijd ‘in de wacht staan’. Er is veel behoefte aan duidelijkheid, om te beginnen over de eerbiedigende werking. Adviseurs willen hier graag nu al rekening mee houden in hun adviezen, verzekeraars willen weten of bestaande producten moeten worden aangepast.
Maar ook is snel uitsluitsel nodig over de dekking, de kring van verzekerden, eventuele keuze- mogelijkheden en de exacte voorwaarden voor opt-out. Crowdsurance-organisaties en schenkkringen willen zich wellicht beraden op de schenkingsduur, verzekeraars willen wellicht verzekeringsproducten aanpassen of ontwikkelen, er moeten systemen komen voor heffing van premie en stabiliteitstoeslag, adviseurs en bemiddelaars willen weten wat de verplichte AOV betekent voor hun klantenkring, hun werkzaamheden en hun beheervergoeding enzovoorts.
En is execution only dienstverlening nog wel verantwoord? Uitdaging(en)
Eén ding staat vast: alle betrokken partijen krijgen het heel druk. Maar waar halen ze de mensen vandaan? De branche kan echter weinig doen zolang er niets vaststaat.
Het was altijd al een uitdaging om ondernemers te interesseren in het onderwerp arbeids- ongeschiktheid. De kans dat dit hen overkomt en de impact van zo’n gebeurtenis worden steevast zwaar onderschat. Veel ondernemers laten weten dat ze pas in actie komen als de verplichte AOV een feit is. Maar dan zijn ze waarschijnlijk te laat. Hoe gaat de branche al deze ondernemers in beweging krijgen? Welke rol kunnen boekhouders en accountants, KVK, zelfstandigenorganisaties enzovoorts hierin spelen? We willen voorkomen dat we straks in een zeer korte tijd tienduizenden ondernemers moeten adviseren en tienduizenden verzekeringsaanvragen moeten behandelen.
Begin nu vast met nadenken hierover! RADI AOV brengt graag alle betrokken partijen met elkaar in contact.
Wat hebben we nog niet benoemd?
Met de 25 onderwerpen van versie 1.0 worden lang niet alle uitdagingen benoemd die spelen rond de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering. We moeten samen ook stilstaan bij zaken zoals:
- Hoe gaat de handhaving van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) vorm krijgen, aangezien deze belangrijk wordt met het oog op de komst van de verplichte AOV?
- Gaan IB-ondernemers massaal BV’s oprichten?
- Beseffen startende ondernemers dat zij na afloop van hun 1e jaar een IB-aanslag, een ZVW- aanslag en een AOV-aanslag krijgen? Goede voorlichting (KVK, Belastingdienst, boekhouders en accountants) wordt belangrijker dan ooit.
- Hoe gaan we om met gemoedsbezwaarden? De kamerbrief spreekt over een uitzondering voor deze groep.
Er is een behoorlijke grote ‘rest-lijst’ waarvan de bovenstaande punten slechts een voorbeeld zijn. RADI AOV gaat proberen om de rest-lijst aan te vullen en ook daar informatie over te verzamelen. Daarvoor verschijnen volgende versies van dit kennisdocument.
OVER DIT KENNISDOCUMENT
VERSIE 1.0, JUNI 2023
Het doel van dit door RADI AOV vervaardigde kennisdocument is tonen wat feitelijke uitdagingen zijn rond een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering. We pretenderen niet dat we alle uitdagingen duiden. Ongetwijfeld zullen bij de uitwerking en implementatie van de verplichte AOV uitdagingen veranderen en/of worden toegevoegd.