Partijen:
B-125
Green Deal ‘Tussen fiets en auto’
(Naar betaalbare en duurzame elektrisch aangedreven binnenstedelijke transportmiddelen).
Partijen:
1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de heer drs. M.J.M. Verhagen en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, de heer J.J. Atsma, ieder handelend in zijn hoedanigheid van bestuursorgaan, samen hierna te noemen: Rijksoverheid;
2. Pon Bicycle Group, te dezen vertegenwoordigd door de heer drs. X.W.F. Xxxxxxxx Senior, Vice President, hierna te noemen: Pon;
Hierna samen te noemen: Partijen;
Algemene overwegingen:
1. Het kabinet beoogt een algemene Green Deal met de samenleving, die bijdraagt aan verduurzaming van de maatschappij op korte en langere termijn en die lonend is voor overheid en maatschappij. Doel van de Green Deal is laten zien dat groen en groei hand in hand gaan.
2. Partijen zien publiekprivate samenwerking als de beste manier om verduurzaming van de Nederlandse economie te versnellen en hier ook economisch van te profiteren. Deze unieke gezamenlijke aanpak is in Nederland op andere terreinen zeer succesvol en de Green Deal zal hierop voortbouwen. Creativiteit, ondernemerschap en innovatie zijn onmisbaar om deze verduurzaming mogelijk te maken.
3. Bij de Green Deal gaat het om concrete duurzame initiatieven, waarbij barrières verdwijnen, innovaties ontwikkeld, gefinancierd en toegepast worden en duurzame kansen worden benut. In de praktijk loopt de maatschappij tegen belemmeringen aan die in de weg staan aan initiatieven die leiden tot een verdere verduurzaming.
4. In de Green Deal willen partijen concrete afspraken maken die deze belemmeringen wegnemen, zodat de initiatieven die anders moeilijk van de grond komen ruim baan krijgen. Deze initiatieven kunnen vervolgens ook als voorbeeldfunctie dienen voor andere partijen en daarmee de totale markt in beweging zetten.
5. De voor de Green Deal geïnventariseerde projecten van initiatiefnemers zijn door het wegnemen van de beschreven belemmeringen potentieel succesvol, kunnen op korte termijn resultaten opleveren en kunnen uitmonden in nieuwe economische activiteiten of kostenbesparingen op korte of langere termijn voor het bedrijfsleven. De resultaten van een concrete Green Deal kunnen daarna toepasselijk zijn op andere, vergelijkbare projecten, waardoor de reikwijdte van de Green Deal kan worden vergroot zonder dat daar specifieke ondersteuning vanuit de Rijksoverheid tegenover staat.
1. Green Deal initiatief: de context
Naar betaalbare en duurzame elektrisch aangedreven binnenstedelijke transportmiddelen (tussen fiets en auto)
Pon ziet een behoefte aan nieuwe schone binnenstedelijke vervoermiddelen als aanvulling op het vervoer per auto en per fiets. De benodigde voertuigen vervullen in de transportketen een overbruggende rol, daar waar de standaard E-personenauto te groot en (nog) te duur is en de fiets beperkingen kent in gebruiksgemak en comfort. Deze beperkingen weerhouden mensen ervan over te stappen naar alternatieven voor de auto met verbrandingsmotor. Daarnaast bestaat er uit milieuoogpunt een toenemende behoefte aan het inzetten van emissieloze (vaak elektrische) voertuigen in de binnenstad, iets dat naar mening van Pon zeer goed kan worden vormgegeven met andere vervoermiddelen dan de auto (zoals nu op veel plaatsten lijkt te gebeuren).
Pon ziet in principe twee mogelijke aanvullende voertuigconcepten die invulling zouden kunnen geven aan de geschetste behoefte. Enerzijds A) vervanging van de auto in de binnenstad (een 3-wielig elektrisch voertuig met 2 overdekte zitplaatsen (achter elkaar) op basis van fietstechniek), en anderzijds B) aanvulling op de auto voor de laatste/eerste kilometers is de stad (een lichtgewicht (mogelijk opvouwbare) mini- scooter, die makkelijk kan worden meegenomen).
Verwachte milieu-effecten
De voertuigconcepten zijn milieuvriendelijke alternatieven voor binnenstedelijke automobiliteit en jagen via die weg de elektrificatie van het binnenstedelijk vervoer aan en voorkomen de verdere groei van het gebruik van zeer vervuilende verbrandingsmotorgedreven (vaak 2 takt) scooters. Daarbij vervangt elke voertuigkilometer met de nieuwe concepten een voertuigkilometer van een voertuig met verbrandingsmotor. Het Centraal Bureau voor Statistiek becijfert het positieve milieueffect van elke
E -voertuigkilometer op 0,3 g NOx en 0,02 g fijnstof en 132 g CO2. Als het vervangen van verbrandingsmotorscooters wordt meegenomen is dit effect nog duidelijk groter. Recent onderzoek in Amsterdam wijst uit dat 1500 extra emissieloze voertuigen al een “significant positief effect” op de
luchtkwaliteit hebben. Jaarlijks 4500 kg NOx minder in binnensteden, o.b.v. 1500 emissieloze voertuigen en
10.000 km/jaar, draagt bij aan dit significante effect.
De bedoelde voertuigconcepten zullen naar verwachting geen 10.000 km/jaar rijden c.q. vervangen (zoals in A’dam aangenomen). Voor een grove berekening is uitgegaan 4000 km/jaar (20 km/dag op werkdagen). De inzet van bijvoorbeeld 8000 voertuigen (3000 x concept A en 5000 x concept B) vervangen in potentie 8000 x 4.000 = 32.000.000 traditionele, fossiele voertuigkilometers in stedelijke gebieden binnen Nederland.
Dit levert een besparing op van:
- 32.000.000 x 0,3 gram NOx = 9.6 ton NOx
- 32.000.000 x 0,02 gram fijnstof = 0,6 ton fijnstof
- 32.000.000 x 132 gram CO2 = 4220 ton CO2
Binnenstedelijke mobiliteit
In stedelijke gebieden is door intensief gebruik van de auto sprake van dichtgeslibde wegen, parkeerproblemen en daardoor langere reistijden. De verloren tijd en congestie zorgen voor hoge kosten, luchtvervuiling, lagere productiviteit en stress.
Inzet van de voertuigen draagt bij aan duidelijk minder plaatsbeslag op de stedelijke wegen. Hierdoor worden congestie en parkeerproblemen beperkt, zeker als de voertuigen in termen van weggebruik en parkeren vergelijkbaar behandeld worden met fietsen. Indien dat mogelijk blijkt, is een besparing van
4.000.000 autokilometers in de binnenstad al in het eerste jaar van inzet mogelijk. Als de concepten werkelijk aanslaan zijn de besparingen hoger.
Gezondheid
Een minimale besparing van 9.6 ton NOx en 0,6 ton fijnstof levert een positieve bijdrage aan de luchtkwaliteit in stedelijke gebieden en dus aan de gezondheid van mensen die daar wonen, werken, studeren, etc.
Indien gekozen wordt om bijvoorbeeld een concept uit te voeren met trapondersteuning met elektrische aandrijving, draagt de mobiliteit met dit voertuigconcept ook bij aan de meer beweging voor de gebruiker en daarmee aan een verbeterde gezondheid.
Pon is recent eigenaar geworden van de bedrijven Gazelle en Derby Cycle en is daarmee in principe in staat om beide genoemde concepten te ontwikkelen en assembleren. Op dit moment is echter nog niet duidelijk of en op welke wijze deze producten in de markt kunnen worden gezet. Een en ander hangt of van vormgeving, gebruiksgemak en kosten (assemblage en gebruik). In het kader van gebruiksgemak en kosten speelt het Rijksoverheidsbeleid in de opstartfase van de E-mobiliteit een belangrijke rol. Dit beleid is in veel gevallen voorwaardenscheppend op het vlak van regelgeving en financiële ondersteuning.
Daarom ziet Xxx duidelijke meerwaarde in een publiekprivate samenwerking.
2. Green Deal initiatief: haalbaarheidsstudie
Deze Green Deal betreft een gezamenlijke haalbaarheidsstudie naar ontwikkeling en positionering van betaalbare en duurzame, elektrisch aangedreven binnenstedelijke transportmiddelen tussen fiets en auto. Daarbij worden alle randvoorwaarden en mogelijke aanpassingen daaraan om de beschreven concepten optimaal te kunnen ontwikkelen en vermarkten, onderzocht.
Het succesvol op de markt brengen van genoemde concepten bestaat uit vier fasen namelijk: 1) haalbaarheid, 2) productontwikkeling, 3)assemblage en verkoop in Nederland, en 4) verkoop internationaal. Onderhavige Green Deal betreft enkel de eerste fase (haalbaarheidsstudie).
Komen het volgende overeen:
Artikel 1 doel van de Green Deal
In deze Green Deal gaan Partijen elk vanuit de eigen verantwoordelijkheden op zoek naar de optimale positionering, randvoorwaarden en uitvoeringsvorm(en) van 2 nieuwe binnenstedelijke
E-mobiliteitsproducten.
De wens daarbij is om minimaal 1 van beide concepten na afloop van deze deal door te ontwikkelen tot een marktrijp product, dat marktperspectief biedt voor zowel de Nederlandse markt als daarbuiten. Dit product zal dan in Nederland ontwikkeld en geassembleerd worden.
Artikel 2 Beoogde resultaten Green Deal
Deze deal beoogt binnen circa 12 maanden te leiden tot a) een set van basisontwerpeisen voor een of twee nieuw(e) innovatieve voertuig(en) en b) inzicht in de wenselijkheid van herziening van wet- en regelgeving teneinde dergelijke nieuwe voertuigen te kunnen accommoderen op de weg en in de stad. Deze Green Deal heeft als vertrekpunt te streven naar een optimum tussen enerzijds de wensen van commerciële partijen
v.w.b. product- en marktontwikkeling en anderzijds de voertuig-, infra- en gebruikseisen en andere vereisten die van overheidswege worden gesteld voortvloeiend uit onder meer Europese wet- en regelgeving.
Artikel 3 inzet en activiteiten Pon
Pon zal de volgende activiteiten op zich nemen:
- de basisontwerpeisen vaststellen van elk voertuig op basis van beschikbare en nog verder uit te diepen markt- en productinformatie;
- de ontwikkel- en assemblagekosten van de verschillende mogelijke uitvoeringsvormen van de concepten vaststellen;
- een beschrijving geven van de optimale wettelijke, toelatings- en belastingtechnische positionering van het voertuig;
- zorgen voor besluitvorming rondom mogelijke feitelijke ontwikkeling en assemblage van de concepten;
- de in deze deal te verwerven inzichten, randvoorwaarden en eisen beschikbaar stellen voor derden;
- zodra duidelijk is wat de eigenschappen/karakteristieken van een concept zijn, de fiscale autoriteiten verzoeken de voertuigen toetsen aan de geldende fiscale wet- en regelgeving (inclusief de motorrijtuigenbelasting en de werkkostenregeling). Meerdere concepten kunnen voor toetsing worden voorgelegd.
Artikel 4 inzet en activiteiten Rijksoverheid
De Rijksoverheid zal de volgende activiteiten op zich nemen:
- input leveren vanuit de (lange termijn) beleidslijnen die relevant kunnen zijn voor het ontwikkelen door Pon van de basisontwerpeisen aan het voertuig (welk type voertuig past het beste bij de lange termijn beleidslijnen?) alsmede kennis delen op de relevante beleidsterreinen. Hiertoe zal in het najaar (zo mogelijk september)van 2012 een werksessie worden georganiseerd;
- inbrengen van kennis en expertise op het gebied van wettelijke en toelatingseisen.
- Overleg voeren met medeoverheden over facilitering van dergelijke voertuigen op terreinen waar zij beslissingsbevoegd zijn (b.v. parkeren);
- zo nodig overleg voeren met andere departementen die geen ondertekenaar zijn van deze deal, om een vlotte afhandeling van verzoeken te bevorderen;
- in het publieke domein, na afronding van deze Green Deal, zowel de basisontwerpeisen als de eventueel voorgenomen aanpassing in wet- en regelgeving, toelatings- en mogelijke belastingtechnische positionering kenbaar te maken en beschikbaar te stellen ten behoeve van een ieder binnen Nederland.
3. Slotbepalingen
Artikel 5
De afspraken van deze Green Deal zullen in overeenstemming met het Unierecht worden uitgevoerd in het bijzonder voor zover de afspraken vallen onder de werking van de Europese regels met betrekking tot aanbesteding, staatssteun en technisch normen en voorschriften.
Artikel 6
1. Elke Partij kan de andere Partij schriftelijk verzoeken de Green Deal te wijzigen. De wijziging behoeft de schriftelijke instemming van alle Partijen.
2. Partijen treden in overleg binnen 1 maand nadat een partij de wens daartoe aan de andere Partij schriftelijk heeft medegedeeld.
3. De wijziging en de verklaringen tot instemming worden in afschrift als bijlagen aan de Green Deal gehecht.
4. De wijziging wordt openbaar gemaakt op het Rijksweb.
Artikel 7
Partijen komen overeen dat de Green Deal afspraken niet in rechte afdwingbaar zijn
Artikel 8
Deze Green Deal treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening en loopt tot en met 2015. Alle in deze Green Deal genoemde afspraken worden zo snel mogelijk ter hand genomen.
Artikel 9
Deze Green Deal zal samen met andere afgesloten Green Deals openbaar worden gemaakt, waardoor anderen kennis kunnen nemen van de gesloten Green Deals, zodat navolging hiervan kan worden bevorderd.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te ’s-Gravenhage op
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
......................................................................
drs. M.J.M. Verhagen
Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
......................................................................
J.J. Atsma
Pon Bicycle Group
......................................................................
drs. X.X.X Xxxxxxxx Senior Vice President