Contract
binnenland als buitenland geldt dat indien het motorrijtuig en/of gekoppeld object binnen 30 dagen na diefstal wederom ter beschikking komt, de verzekeringnemer recht heeft op vergoeding ter zake van de kosten verbonden aan het bewaken, slepen, stallen en vervoer van het verzekerde voertuig naar één door hem aan te geven adres in Nederland.
In geval van pech moet worden voldaan aan onderstaande voorwaarden:
• het motorrijtuig kan niet binnen vier werkdagen, eventueel middels noodreparatie, zodanig gerepareerd worden dat de terugreis op een technisch verantwoorde manier kan plaatsvinden;
• de kosten van vervoer naar Nederland zijn lager dan de waarde van het verzekerde motorrijtuig. Als de vervoerskosten hoger zijn, dan worden de kosten vergoed van invoering of vernietiging van het beschadigde motorrijtuig in het desbetreffende land. In dat geval bestaat er ook recht op vervoer van de reisbagage naar Nederland, alsmede
• de terugreiskosten, als op grond van bovenstaande niet met het motorrijtuig kan worden teruggereisd.
10. Samenloop
Indien de risico’s als omschreven in lid 6. tot en met 9. van dit artikel tevens zijn gedekt onder een andere polis, al dan niet van oudere datum, of daaronder gedekt zou zijn, indien de onderhavige dekking niet zou hebben bestaan, dan loopt de onderhavige dekking slechts als excedent boven de dekking, die onder de andere polis is verleend, of verleend zou zijn, indien de onderhavige dekking niet zou hebben bestaan.
11. Hulpverlening
Er bestaat geen recht op hulpverlening en de verzekeraar zal de kosten niet vergoeden die verband houden met de ten onrechte verleende assistentie, indien:
a. de hulporganisatie redelijkerwijs tot het oordeel kan komen dat de verzekerde een oneigenlijk gebruik maakt van de voorzieningen waarop hij krachtens deze voorwaarden een beroep kan doen, dan wel tracht om daarvan oneigenlijk gebruik te maken.
b. ten onrechte een beroep op de hulpverlening is gedaan, is de verzekeraar gerechtigd de door haar betaalde kosten terug te vorderen op de verzekerde(n). Dit zal geschieden indien het leasecontract is beëindigd.
ARTIKEL 3 PREMIEVASTSTELLING
Premiebepalende factoren
a. De premie wordt afhankelijk van de dekking onder meer bepaald aan de hand van:
1. het eigen gewicht (eventueel verhoogd met het laadvermogen) van het motorrijtuig;
2. de catalogus- of dagwaarde van het motorrijtuig;
3. de woonplaats/plaats van vestiging van de verzekeringnemer;
4. het met het motorrijtuig te rijden aantal kilometers per jaar;
5. de aard van het gebruik van het motorrijtuig;
b. Indien zich een wijziging voordoet in de hiervoor onder lid a. genoemde gegevens, dient de verzekeringnemer binnen dertig dagen daarvan aan de verzekeraar schriftelijk mededeling te doen. Voor zover nodig zal de premie, worden herzien.
c. Indien de verzekeraar een onjuistheid in de hiervoor onder lid a. genoemde gegevens constateert, heeft de verzekeraar het recht de premie en de voorwaarden, na kennisgeving aan de verzekeringnemer en eventueel met terugwerkende kracht, aan te passen.
d. De verzekeraar heeft het recht de vergoeding van schade en kosten te verminderen in verhouding van de betaalde premie tot de premie zoals deze na de hieronder bedoelde verhoging zou zijn geweest, indien bij schade blijkt dat de verzekeringnemer de onder lid a. genoemde gegevens niet juist heeft verstrekt, of niet heeft voldaan aan de onder lid b. genoemde verplichting terwijl de verzekeraar een hogere premie zou hebben berekend indien de onder lid a. genoemde gegevens juist waren verstrekt, dan wel de premie zou hebben
verhoogd indien hij wel aan de onder lid b. genoemde verplichting zou hebben voldaan.
ARTIKEL 4 UITSLUITINGEN
Naast de specifieke uitsluitingen als nader omschreven in de voorwaarden van de verzekerde productmodules, is voor elke productmodule uitgesloten de schade:
1. Niet-verzekerde bestuurder
de schade, indien de bestuurder:
a. niet door of namens de verzekeringnemer gemachtigd was het motorrijtuig te besturen of te bedienen;
b. onder zodanige invloed van alcoholhoudende dranken en/of enig bedwelmend of opwekkend middel of geneesmiddel verkeerde, dat hij niet in staat kon worden geacht het motorrijtuig naar behoren
te besturen, dan wel dat hem dit door de wet of overheid is of zou zijn verboden, dan wel indien de bestuurder geweigerd heeft mee te werken aan een ademtest, bloed- of urineproef of enig ander onderzoek door daartoe bevoegde overheidsbeambten
c. niet bevoegd was het motorrijtuig te besturen of te bedienen krachtens een wettelijke bepaling;
d. niet in het bezit was van een geldig en voor het besturen van het desbetreffende type motorrijtuig, al dan niet met aanhangwagen, voorgeschreven rijbewijs, tenzij slechts verzuimd was het rijbewijs te verlengen en de geldigheid minder dan twaalf maanden was verlopen, evenwel met dien verstande dat de dekking voor de verzekeringnemer van kracht blijft, indien hij aannemelijk maakt dat de in dit artikel omschreven omstandigheden zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem ter zake geen verwijt treft.
2. Niet verzekerd gebruik
de schade ontstaan tijdens het gebruik van het motorrijtuig voor:
x. xxxxxxx en/of leasing;
b. les- en examenrijden;
c. vervoer van zaken en/of personen tegen betaling;
d. deelname aan of oefenen voor(snelheids)wedstrijden of –proeven. Hieronder wordt niet verstaan de deelname aan behendigheids-, oriëntatie- en puzzelritten en vergelijkbare ritten op de openbare weg, waarbij het snelheidselement geen rol speelt.
Tenzij Friesland Lease BV expliciet toestemming verleent voor bovengenoemde situaties.
3. Algemeen
de schade:
a. door of in verband met inbeslagneming,respectievelijk in de tijd gedurende welke het motorrijtuig in beslag genomen was of op last van een overheid of instantie te haren behoeve was gerequireerd of werd gebruikt;
b. bestaande in geldelijk nadeel door het gemis van het motorrijtuig
c. aan lading en bagage;
d. indien het motorrijtuig als regel buiten Nederland wordt gestald;
e. veroorzaakt of ontstaan door het plegen van of deelneming aan een misdrijf of poging daartoe door de verzekerde.
4. Opzet
die voor de verzekerde het beoogde of zekere gevolg is van zijn handelen of nalaten dan wel die met goedvinden van de verzekerde is toegebracht. De verzekeringnemer behoudt recht op dekking indien hij aannemelijk maakt dat de opzet zich buiten zijn weten of tegen zijn wil heeft voorgedaan en dat hem ter zake geen verwijt treft.
5. Molest
veroorzaakt door of ontstaan uit molest, zijnde:
a. een gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of minstens de een de ander, met militaire machtsmiddelen bestrijden. Het gewapend optreden van militaire eenheden onder de verantwoordelijkheid van internationale organisaties, zoals de Verenigde Naties, de Noord Atlantische Verdrags Organisatie of de West-Europese Unie, wordt ook hieronder verstaan;
b. een burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van dezelfde staat, waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is;
c. een opstand: georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, dat gericht is tegen het openbaar gezag;
d. binnenlandse onlusten: min of meer georganiseerde gewelddadige handelingen die zich op verschillende plaatsen binnen een staat voordoen;
e. een oproer: een min of meer georganiseerde plaatselijke gewelddadige beweging die gericht is tegen het openbaar gezag;
f. muiterij: een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van een gewapende macht, waarbij de beweging gericht is tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
3. Atoomkernreacties
veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan. Onder atoomkernreacties is te verstaan elke kernreactie waarbij energie vrijkomt, zoals kernfusie, kernsplijting en kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit. Deze uitsluiting geldt niet met betrekking tot schade veroorzaakt door radioactieve stoffen, die
zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden voor of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke, onderwijskundige of (niet-militaire) beveiligingsdoeleinden. Voorwaarde daarbij is wel dat een bevoegde overheid een vergunning heeft afgegeven voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen. De uitsluiting blijft echter van kracht voor zover op basis van een wet of verdrag een derde aansprakelijk is voor de geleden schade. Onder ‘kerninstallatie’ wordt verstaan een kerninstallatie
in de zin van de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979-225), alsmede een kerninstallatie aan boord van een schip.
6. Omstandigheden
a. ten aanzien waarvan de verzekerden een verplichting niet nakomen, waardoor de belangen van de verzekeraar zijn of worden geschaad;
b. waarover de verzekerde opzettelijk een onvolledige of onjuiste opgave doet;
c. ontstaan door juiste of onjuiste uitvoering van een last of een
verordening tijdens enige in lid 2. van dit artikel bedoelde toestand of handeling.
ARTIKEL 6 VERJARING
1. Een rechtsvordering tegen de verzekeraar tot het doenvan een uitkering verjaart door verloop van drie jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de tot uitkering gerechtigde met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden. Niettemin verjaart de rechtsvordering bij verzekering tegen aansprakelijkheid niet voordat zes maanden zijn verstreken nadat de vordering waartegen de verzekering dekking verleent, binnen de voor deze geldende verjarings- of vervaltermijn is ingesteld.
2. De verjaring wordt gestuit door een schriftelijke mededeling, waarbij op uitkering aanspraak wordt gemaakt. Een nieuwe verjaringstermijn begint te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar hetzij de aanspraak erkent, hetzij bij aangetekende brief ondubbelzinnig heeft medegedeeld de aanspraak af te wijzen onder eveneens ondubbelzinnige vermelding van het in lid 3 vermelde gevolg.
3. In geval van afwijzing verjaart de rechtsvordering door verloop van vierentwintig maanden.
ARTIKEL 7 AFSTAND VAN VERHAAL
De verzekeraar kan de vordering waarin hij is gesubrogeerd, of die hij door overdracht heeft verkregen, niet ten nadele van het recht op schadevergoeding van de verzekerde uitoefenen.
De verzekeraar krijgt geen vordering op de verzekeringnemer, een medeverzekerde, de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot of de geregustreerde partner van een verzekerde, de andere levensgezel van een verzekerde, nog op de bloedverwanten in de rechte lijn van een verzekerde, op een werknemer of de werkgever van de verzekerde, of op degene die in dienst staat tot dezelfde werkgever als de verzekerde. Deze regel geldt niet voor zover zulk een persoon jegens de verzekerde aansprakelijk is wegens een omstandigheid die afbreuk zou hebben gedaan aan de uitkering, indien die omstandigheid aan de verzekerde zou zijn toe te rekenen.
ARTIKEL 8 TOEPASSELIJK RECHT
Op de verzekeringsovereenkomsten is het Nederlands recht van toepassing.
ARTIKEL 9 KLACHTEN
Klachten naar aanleiding van deze verzekeringsovereenkomst kunnen schriftelijk worden ingediend bij de directie van Friesland Lease of de directie van de verzekeraar. Een samenvatting van de binnen Bovemij Verzekeringen gehanteerde klachtenprocedure is op Aanvraag beschikbaar. Wanneer het oordeel van de verzekeraar voor de verzekeringnemer niet bevredigend is, kan de verzekeringnemer, mits in particuliere hoedanigheid, zich wenden tot de Stichting Klachteninstituut Verzekeringen, Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxx Xxxx, XX Binnen dit instituut zijn werkzaam de Ombudsman Schadeverzekering, de Ombudsman Levensverzekering en de Raad van Toezicht Verzekeringen. Wanneer de verzekeringnemer geen gebruik wil of kan maken van deze klachtenbehandelings-mogelijkheden, of hij vindt de behandeling of uitkomst hiervan niet bevredigend, kan de verzekeringnemer het geschil voorleggen aan een bevoegde rechter.
ARTIKEL 10 VERPLICHTINGEN BIJ SCHADE
Verplichtingen na schade
1. Schademeldingsplicht
Zodra verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde op de hoogte is of behoort te zijn van een gebeurtenis die voor verzekeraar tot een uitkeringsplicht kan leiden, is hij verplicht die gebeurtenis zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is aan verzekeraar te melden.
2. Schade-informatieplicht
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht binnen redelijke termijn aan verzekeraar alle inlichtingen en bescheiden te verschaffen die voor verzekeraar van belang zijn om zijn uitkeringplicht te beoordelen.
3. Medewerkingplicht
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van verzekeraar zou kunnen benadelen.
4. Financiële gevolgen
De verzekerde is verplicht in geval van een gebeurtenis waarvan de financiële gevolgen ten laste van de verzekeraar (kunnen) komen:
a. bij diefstal, verduistering of enig ander strafbaar feit hiervan direct aangifte te doen bij de politie;
b. het ontstaan of verergeren van schade zoveel mogelijk te beperken;
c. de verzekeraar te machtigen om, indien dat wenselijk is, schade- experts of andere deskundigen in te schakelen;
d. eventuele vorderingen die op anderen bestaan aan de verzekeraar te cederen, alvorens de verzekeraar tot betaling van de schade zal overgaan.
Sanctie bij niet nakomen verplichtingen
Aan deze verzekering kunnen geen rechten worden ontleend indien verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde een of meer
van bovenstaande polisverplichtingen niet is nagekomen, voor zover daardoor de belangen van verzekeraar zijn benadeeld. Voor
aansprakelijkheidsverzekeringen geldt dat verzekerde verplicht is zich te onthouden van het erkennen van
aansprakelijkheid. Elk recht op uitkering komt te vervallen, indien verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde de hiervoor onder a en b genoemde verplichtingen niet is nagekomen met het opzet de verzekeraar te misleiden, tenzij de misleiding het verval van recht niet rechtvaardigt.
ARTIKEL 11 BEGRENZING DEKKING TERRORISMESCHADE
Naast de specifieke uitsluitingen als nader in de voorwaarden van de verzekerde productmodule(s) omschreven, alsmede de uitsluitingen als omschreven in deze algemene voorwaarden is voor elke productmodule de dekking voor het terrorismerisico begrensd.
1. Begripsomschrijvingen
In deze voorwaarden en de daarop berustende bepalingen wordt
– voor zover niet anders blijkt – verstaan onder:
a. Terrorisme: gewelddadige handelingen en/of gedragingen – begaan buiten het kader van een van de zes in artikel 64 lid 2 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 genoemde vormen van molest - in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk
is dat deze aanslag of reeks - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
b. Kwaadwillige besmetting: het – buiten het kader van een van de zes in artikel 64 lid 2 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 genoemde vormen van molest - (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen die als gevolg van hun (in)directe fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren kunnen veroorzaken en/of schade aan zaken kunnen toebrengen dan wel anderszins economische belangen kunnen aantasten, waarbij aannemelijk
is dat het (doen) verspreiden - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
c. Preventieve maatregelen: van overheidswege en/of door verzekerden en/of derden getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme en/of kwaadwillige besmetting af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
d. Nederlandse Herverzekeringmaatschappij voor Terrorismeschaden
N.V. (NHT): een door het Verbond van Verzekeraars in Nederland opgerichte herverzekeringsmaatschappij, waarbij uitkeringsverplichtingen uit hoofde van
verzekeringsovereenkomsten, die voor in Nederland toegelaten verzekeraars direct of indirect kunnen voortvloeien uit de verwezenlijking van de in dit artikel onder lid a, b en c omschreven risico’s, in herverzekering kunnen worden ondergebracht.
e. Verzekeringsovereenkomsten:
1. Overeenkomsten van schadeverzekering voor zover zij overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 lid a sub p van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 betrekking hebben op in Nederland gelegen risico’s.
2. Overeenkomsten van levensverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
3. Overeenkomsten van natura-uitvaartverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met een gewone
verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
f. In Nederland toegelaten verzekeraars:
1. Schade-, levens- en zorgverzekeraars zoals bedoeld in artikel 12 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, en
naturauitvaartverzekeraars zoals bedoeld in artikel 7 van de Wet toezicht;
2. natura uitvaartverzekeringsbedrijf, die bevoegd zijn om in Nederland het verzekeringsbedrijf uit te oefenen.
2. Begrenzing van de dekking voor het terrorismerisico
a. Indien en voor zover, met inachtneming van de in dit artikel onder lid 1.a, 1.b en 1.c gegeven omschrijvingen, en binnen de grenzen van de geldende polisvoorwaarden, dekking bestaat voor gevolgen van een gebeurtenis die (direct of indirect) verband houdt met:
1. terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen;
2. handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen,
b. hierna gezamenlijk aan te duiden als ‘het terrorismerisico’, geldt dat de uitkeringsplicht van de verzekeraar terzake van iedere bij haar ingediende aanspraak op schadevergoeding en/of uitkering, is beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar xxxxxxx van die aanspraak ontvangt onder de herverzekering voor het terrorismerisico bij de NHT, in het geval van een verzekering met vermogensopbouw vermeerderd met het bedrag van de
uit hoofde van de betrokken verzekering reeds gerealiseerde vermogensopbouw. Bij levensverzekeringen wordt het bedrag van de gerealiseerde vermogensopbouw gesteld op de krachtens de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 aan te houden premiereserve ten aanzien van de betrokken verzekering.
c. De NHT biedt herverzekeringsdekking voor de hiervoor genoemde aanspraken tot maximaal 1 miljard euro per kalenderjaar. Vorengenoemd bedrag kan van jaar tot jaar worden aangepast en geldt voor alle bij de NHT aangesloten verzekeraars tezamen.
Van een eventuele aanpassing zal mededeling worden gedaan in drie landelijk verschijnende dagbladen.
d. In afwijking van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde, geldt voor verzekeringen die betrekking hebben op:
1. schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan;
2. gevolgschade van schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan, dat per verzekeringnemer per verzekerde locatie per jaar maximaal 75 miljoen euro onder deze overeenkomst zal worden uitgekeerd, voor alle deelnemende verzekeraars zoals bedoeld in dit artikel onder lid 1.f tezamen, ongeacht het aantal afgegeven polissen.
Voor de toepassing van dit artikellid wordt onder verzekerde locatie verstaan: alle op het risicoadres aanwezige door verzekeringnemer verzekerde objecten, alsmede alle buiten het risicoadres gelegen door verzekeringnemer verzekerde objecten waarvan het gebruik en/of de bestemming in relatie staat tot de bedrijfsactiviteiten
op het risicoadres. Als zodanig zullen in ieder geval worden aangemerkt alle door verzekeringnemer verzekerde objecten die op minder dan 50 meter afstand van elkaar gelegen zijn en waarvan er ten minste een op het risicoadres is gelegen. Voor de toepassing van dit artikellid geldt voor rechtspersonen en vennootschappen die zijn verbonden in een groep, zoals bedoeld in artikel 2:24b
van het Burgerlijk Wetboek, dat alle groepsmaatschappijen tezamen worden aangemerkt als een verzekeringnemer, ongeacht door welke tot de groep behorende groepsmaatschappij(en) de polis(sen) is (zijn) afgesloten.
3. Uitkeringsprotocol NHT
a. Op de herverzekering van de verzekeraar bij de NHT is van toepassing het Protocol afwikkeling claims (hierna te noemen het Protocol). Op grond van de in dit protocol vastgestelde bepalingen is de NHT onder meer gerechtigd de uitkering van de schadevergoeding of het verzekerde bedrag uit te stellen tot het moment waarop zij kan bepalen of en in hoeverre zij over voldoende financiële middelen beschikt om alle vorderingen waarvoor zij als herverzekeraar dekking biedt, voor het geheel te voldoen. Voor zover de NHT niet over voldoende financiële middelen blijkt te beschikken, is zij gerechtigd overeenkomstig
bedoelde bepalingen een gedeeltelijke uitkering aan de verzekeraar te doen.
b. De NHT is, met inachtneming van het gestelde in bepaling 7 van het Protocol afwikkeling claims, bevoegd om te beslissen of een gebeurtenis in verband waarmee aanspraak op uitkering wordt gedaan, als een gevolg van de verwezenlijking van het
terrorismerisico moet worden aangemerkt. Een daartoe strekkend en overeenkomstig voornoemde bepaling genomen besluit van de NHT, is bindend jegens verzekeraar, verzekeringnemer, verzekerden en tot uitkering gerechtigden.
c. Eerst nadat de NHT aan de verzekeraar heeft medegedeeld welk bedrag, al dan niet bij wijze van voorschot, xxxxxxx van een vordering tot uitkering aan haar zal worden uitgekeerd, kan de verzekerde of de tot uitkering gerechtigde op de in dit artikel
onder lid 3.a bedoelde uitkering terzake tegenover de verzekeraar aanspraak maken.
d. De herverzekeringsdekking bij de NHT is ingevolge bepaling 17 van het Protocol slechts van kracht voor aanspraken op
schadevergoeding en/of uitkering die worden gemeld binnen twee jaar nadat de NHT van een bepaalde gebeurtenis of omstandigheid heeft vastgesteld dat deze als een verwezenlijking van het terrorismerisico in de zin van deze voorwaarden wordt beschouwd.
ARTIKEL 12 REGELING VAN DE SCHADE
1. Voor zover de omvang van de schade en de hoogte van de kosten niet in onderling overleg worden geregeld, zullen deze door een deskundige, aan te wijzen door de verzekeraar, worden vastgesteld, mede aan de hand van de door de verzekerde verstrekte gegevens en inlichtingen.
2. De verzekeraar verplicht zich het verschuldigde bedrag aan schade en kosten zo spoedig mogelijk na ontvangst van alle schadedocumenten te betalen. Heeft echter de schade betrekking
op verlies, diefstal of verduistering, dan geldt een wachttijd van dertig dagen vanaf de dag van aanmelding van een gebeurtenis bij de verzekeraar, dit in verband met de mogelijkheid van terugkomst van het verdwenen motorrijtuig.
3. De verzekerde is verplicht, indien de verzekeraar dit wenst, alle rechten die hij ter zake van de schade tegenover anderen mocht hebben, schriftelijk aan de verzekeraar over te dragen. De verzekeraar doet afstand van zijn wettelijk recht van verhaal jegens de verzekerde, behalve indien een in artikel 4. genoemde uitsluiting ten opzichte van die verzekerde van toepassing is.
4. De verzekerde heeft niet het recht het motorrijtuig na schade aan de verzekeraar over te dragen. In geval van verlies is Friesland Lease, tevens eigenaar, echter verplicht, alvorens tot uitkering van schade wordt overgegaan, het eigendom van het motorrijtuig bij akte aan de verzekeraar over te dragen. Op zijn beurt verplicht
de verzekeraar zich, als het motorrijtuig terecht komt en als de verzekerde dat uitdrukkelijk wenst, het eigendom aan hem terug te geven. Heeft de schade uitkering inmiddels plaatsgehad, dan dient de verzekeringnemer dit bedrag terug te betalen, eventueel onder aftrek van de herstelkosten van de schade die tijdens de periode van het verdwenen zijn aan het motorrijtuig is ontstaan.
5. De verzekeraar heeft de leiding in de schaderegeling en in de eventueel daaruit voortvloeiende procedures.
6. De verzekeraar is bevoegd een krachtens de W.A.M. of soortgelijke wet te verlenen schadevergoeding, te samen met de rente en kosten, te verhalen op de verzekeringnemer of op een andere verzekerde, die niet te goeder trouw mocht aannemen, dat zijn aansprakelijkheid door deze verzekering was gedekt, indien:
a. een uitsluiting van toepassing is;
b. schade veroorzaakt is (ook door een ander dan de verzekerde), nadat de dekking is geëindigd en het betreffende leasecontract beëindigd is.
7. Elke vordering tot vergoeding van schade vervalt, indien de verzekeringnemer niet binnen zes maanden, nadat de verzekeraar die vordering geheel of gedeeltelijk schriftelijk heeft afgewezen, hiertegen
- eveneens schriftelijk - in verzet komt.
8. Bij constatering van vermissing van een tegen diefstal verzekerd voertuig dient de verzekerde Friesland Lease onverwijld van dit feit op de hoogte te stellen. De verzekerde verklaart zich akkoord met het aanmelden door de verzekeraar van de voertuiggegevens aan het Vermiste Auto Register (VAR), zodat door de overheid erkende particuliere organisaties door de verzekeraar ingeschakeld kunnen worden voor het terugvinden en terugbezorgen van het voertuig. De verzekerde kan ook zelf rechtstreeks de vermissing van het voertuig doorgeven aan de VAR-helpdesk, die 24 uur per dag bereikbaar is (telefoon (000)-000 00 00). Van de vermissing moet tevens direct aangifte bij de politie worden gedaan.
ARTIKEL 13 EIGEN RISICO
1. De verzekeringnemer draagt per gebeurtenis een eigen risico zoals vermeld op de leaseovereenkomst en/of mantelovereenkomst.
2. Er geldt geen eigen risico ter zake van de dekking:
a. alarmservice;
b. zekerheidsstelling;
c. hulp aan gewonden;
d. voor schade aan ruiten die kan worden gerepareerd door middel van de kunstharsmethode
3. Voor schade aan ruiten geldt ingeval van vervanging een eigen risico met een bedrag zoals vermeld op de leaseovereenkomst en/of mantelovereenkomst.
Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen
Met voorbijgaan aan hetgeen anders in deze verzekeringsvoorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering geacht aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheids verzekering Motorrijtuigen (in deze voorwaarden genoemd W.A.M.) gestelde eisen te voldoen. Indien de aansprakelijkheid, die onder deze verzekering is gedekt, evenwel tevens is gedekt onder een andere polis, al dan niet van oudere datum, of daaronder gedekt zou zijn, indien de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan, dan loopt de onderhavige verzekering slechts als excedent boven de dekking, die onder de andere polis is verleend, of
verleend zij zou zijn, indien de onderhavige verzekering niet zou bestaan.
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1. W.A.M. Wet aansprakelijkheids-verzekering Motorrijtuigen
2. Schade
a. Schade aan personen: schade door letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood ten gevolge
hebbende, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
b. Schade aan zaken: schade door beschadiging, vernietiging of verloren gaan van zaken van derden met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
ARTIKEL 2 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
1. Aansprakelijkheidsdekking
De verzekering dekt tot ten hoogste € 5.000.000,- per gebeurtenis de aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade aan personen en schade aan zaken tijdens de duur van de verzekering met of door het verzekerde motorrijtuig toegebracht, anders dan bij het laden of lossen. Is in het land waar de gebeurtenis plaatsheeft
en behorende tot het verzekeringsgebied, krachtens een met de WAM overeenkomende wet een hoger maximum verzekerd bedrag voorgeschreven, dan geldt dit hogere bedrag.
2. (Proces)kosten/rente
Boven het verzekerde bedrag worden zonodig vergoed:
a. de kosten van met goedvinden en op verlangen vande verzekeraar gevoerde procedures en in zijn opdracht verleende rechtsbijstand;
b. de door de verzekerde verschuldigde wettelijke rente over het door de verzekering gedekte gedeelte van de hoofdsom.
3. Schade aan andere motorrijtuigen van de verzekeringnemer
De verzekering dekt de schade met een verzekerd motorrijtuig toegebracht aan een ander aan de verzekeringnemer toebehorende motorrijtuig evenwel uitsluitend:
a. indien de aanrijding heeft plaatsgevonden tijdens het gebruik van het verzekerde motorrijtuig op voor het openbare verkeer openstaande wegen, en
b. de verzekeraar ook reeds gehouden was de schade te vergoeden, indien deze schade zou zijn geleden door een willekeurige derde.
Eventuele bedrijfsschade en/of Waarde-vermindering wordt niet vergoed.
ARTIKEL 3 UITSLUITINGEN
Naast de uitsluitingen genoemd in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden en in de Algemene Voorwaarden Motorrijtuigverzekering zijn van de verzekering uitgesloten:
1. Niet-verzekerde schade aan personen personenschade toegebracht aan de bestuurder van het motorrijtuig dat het ongeval veroorzaakt
2. Opzicht
de schade met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade betrekking hebbende op:
a. het schadeveroorzakende motorrijtuig zelf;
b. de zaken die worden vervoerd met of door het schadeveroorzakende motorrijtuig, behoudens de door de passagiers gedragen kleding en sieraden;
c. de zaken die een verzekerde in eigendom toebehoren dan wel die hij om welke reden ook onder zich heeft.
3. Boeten en kosten
x. xxxxxx en geldstraffen;
b. afkoop- en dwangsommen;
c. gerechtskosten, die met een strafproces samenhangen behoudens de kosten als bedoeld in artikel 2 lid 2.
ARTIKEL 4 REGELING VAN DE SCHADE
De verzekeraar belast zich met de regeling en vaststelling van de schade en heeft het recht de benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen.
Bestaat de te betalen schadevergoeding uit periodieke uitkeringen en is de waarde van deze uitkeringen met inachtneming van eventuele andere schadevergoedingen hoger dan het verzekerd bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van deze uitkeringen naar evenredigheid verminderd.
ARTIKEL 5 VERHAALSRECHT
Indien de verzekering nietig is of geen dekking geeft en de verzekeraar niettemin op grond van de W.A.M. ter zake van de gebeurtenis tot schadevergoeding verplicht is, is de verzekeraar gerechtigd die schade met inbegrip van de ter zake gemaakte kosten te verhalen op die verzekerden voor wie de uitsluiting geldt.
Cascoverzekering Motorrijtuigen Friesland Lease
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1. Nieuwwaarde
De op het moment van de gebeurtenis geldende prijs van een nieuw motorrijtuig van gelijk merk, model, type en uitvoering met dezelfde accessoires, vermeerderd met de kosten van aflevering.
2. Dagwaarde
De nieuwwaarde verminderd met een bedrag wegens waardevermindering door veroudering of slijtage.
3. Accessoires
De niet tot de standaarduitrusting behorende onderdelen, die aan het motorrijtuig zijn bevestigd, terwijl de (rij-) technische staat van het motorrijtuig zonder vervanging van die onderdelen of zonder het aanbrengen van één of meer aanpassingen daardoor niet wordt beïnvloed.
ARTIKEL 2 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
1. Cascodekking
De verzekering dekt de schade aan of het verlies van het motorrijtuig ontstaan:
a. door aanrijden, botsen, omslaan, slippen, stoten, van de weg of te water geraken;
b. door openslaande motorkap, xxxxxxxxxxxx, portieren;
c. door blikseminslag, bluswater, brand, kortsluiting,ontploffing en zelfontbranding;
d. aan ruiten en andere glazen delen, een en ander ongeacht of de oorzaak van de schade terug te voeren is op een mechanisch / elektronisch dan wel een eigen gebrek aan het motorrijtuig zelf en voorts door:
e. de in of op motorrijtuigen vervoerde lading of bagage;
f. diefstal, oplichting, afpersing en verduistering, braak,joyriding, vernieling of pogingen daartoe;
g. aardbeving, lawine, natuurgeweld, overstroming, vloedgolf en vulkanische uitbarsting;
h. storm, waaronder wordt verstaan wind met een snelheid van 14 meter per seconde (windkracht 7 of hoger), door storm vallende voorwerpen, hagelstenen, acuut optredende steenslag;
i. dieren;
j. luchtvaartuigen of voorwerpen daaruit;
k. relletjes;
x. xxxxxxxxx of breuk van andere glazen delen; x.xxxxxx, takelen en bergen;
n. milieuverontreiniging ten gevolge van een plotseling onzeker voorval;
o. bevriezing indien rechtstreeks verband houdend met een gebeurtenis als in dit artikel omschreven;
p. kwaadwillige beschadiging;
q. ieder ander van buitenkomend onheil.
2. Accessoiredekking
Indien het motorrijtuig casco is verzekerd, dekt de verzekering de schade aan of verlies van de accessoires tot maximaal het op de leaseovereenkomst genoemde bedrag aan accessoires. De in het motorrijtuig separaat, niet fabrieksmatig geïnstalleerde beeld-, geluids-, telecommunicatie- en navigatieapparatuur en belettering behoren eveneens tot de accessoires en zijn ook verzekerd tot het op de leaseovereenkomst vermelde verzekerde bedrag aan accessoires, echter met een maximum € 1.000,-. In totaal wordt nooit méér aan accessoires uitgekeerd dan het op de leaseovereenkomst vermelde verzekerde bedrag voor accessoires. De aan het motorrijtuig beves- tigde of daarin meegevoerde mobiele, apart van het motorrijtuig te gebruiken beeld-, geluids-, telecommunicatie-, en navigatieappara- tuur (zoals mobiele telefoons en mobiele navigatieapparatuur) zijn van de dekking uitgesloten.
3. Extra dekking
De verzekering dekt, ongeacht of daardoor het verzekerde bedrag wordt overschreden:
a. bijdrage in averijgrosse;
en bij een gebeurtenis als omschreven in artikel 2 lid 1. tevens de kosten ter zake van:
b. bewaking en vervoer, tenzij hiervoor reeds dekking bestaat op grond van de alarmservice;
c. invoerrechten indien het motorrijtuig buiten Nederland moet worden achtergelaten;
d. opruiming van het wrak.
4. Vervangend vervoer
Indien het motorrijtuig volledig casco is verzekerd, bestaat recht op vervangend vervoer als dat is opgenomen in de betreffende lease- overeenkomst, onder de voorwaarden zoals overeengekomen in de bovenliggende Algemene Bepalingen Operationele Autolease Fries- land Lease.
ARTIKEL 3 UITSLUITINGEN
Naast de uitsluitingen genoemd in Algemene Voorwaarden
en in de Algemene Voorwaarden Motorrijtuigverzekering is van de verzekering uitgesloten de schade:
1. die uitsluitend het gevolg is van een eigen gebrek van het motorrijtuig, onvoldoende onderhoud, constructie- of materiaalfouten dan wel het gevolg is van het verzuim een schade aan het motorrijtuig te laten repareren;
2. aan lading en bagage;
3. ten gevolge van bevriezing tenzij deze het directe gevolg is van een door de onderhavige verzekering gedekte cascoschade;
4. indien, zo de onderhavige verzekering niet bestond, aanspraak zou kunnen worden gemaakt op vergoeding van schade op grond van enige andere verzekering of voorziening, al dan niet van oudere datum, dan wordt alleen die schade vergoedt, die het bedrag van de vergoeding krachtens die andere verzekering of voorziening te boven gaat.
Bron: Model voorwaarden Autoverzekering R11A0701 BOVEMIJ Verzekeringen
Ongevallenverzekering voor In- en Opzittenden
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1. Verzekerden
Degenen die zich met toestemming van de verzekeringnemer be- vinden op de zitplaatsen van het motorrijtuig voor zover dit daartoe volgens wettelijke bepalingen en maatstaven is ingericht, dan wel:
a. in-, of uitstappen;
b. gedurende de rit - langs de weg - aan het motorrijtuig een noodreparatie verrichten of daarbij behulpzaam zijn.
2. Ongeval
a. een van buiten komende, plotselinge, onvrijwillige, gewelddadige inwerking op het lichaam van de verzekerde;
b. verdrinking;
c. val in water of enige andere stof en et als gevolg daarvan binnenkrijgen van ziektekiemen;
x. xxxxxxxxxxx;
e. bevriezing;
x. xxxxxxxxxxxxx;
g. zonnesteek;
x. xxxxxxxxxxx;
i. acute vergiftiging door het binnenkrijgen van gassen of dampen;
j. complicaties als gevolg van eerstehulpverlening of medische behandeling van ongevalletsels, waarvan de dood of het lichamelijk letsel het medisch vast te stellen rechtstreeks gevolg is van een aan de verzekerde overkomen verkeersongeval.
3. Uitkeringsgerechtigden
a. Voor de uitkering bij overlijden: de wettige echtgeno(o)t(e) van de verzekerde bij ontstentenis hiervan: de wettige erfgenamen;
b. Voor de overige uitkeringen: de verzekerde. De Staat der Nederlanden wordt niet als erfgenaam aangemerkt.
ARTIKEL 2 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
1. In geval van overlijden
a. Verzekerd bedrag
De verzekering keert € 10.000,- wegens overlijden als rechtstreeks gevolg van een aan de verzekerde binnen de geldigheidsduur van de verzekering overkomen verkeersongeval.
b. Leeftijdsgebonden uitkering
In geval van overlijden van een verzekerde jonger dan achttien of ouder dan zeventig jaar bedraagt de uitkering € 3.400,-.
c. Voorafgaande uitkering
Indien voor dezelfde verzekerde voor hetzelfde ongeval reeds een uitkering voor blijvende invaliditeit heeft plaatsgehad, zal deze uitkering op de uitkering wegens overlijden in mindering worden gebracht.
2. In geval van blijvende invaliditeit
a. Verzekerd bedrag
1. De verzekering keert uit voor een aan de mate van € 20.000,- wegens blijvende invaliditeit als rechtstreeks gevolg van een aan de verzekerde binnen de geldigheidsduur van de verzekering
overkomen ongeval.
2. In afwijking van het hierboven onder 1. bepaalde wordt van het verzekerde bedrag uitgekeerd:
Bij algehele ongeneeslijke:
Geestesstoornis 100%
Verlamming 100%
Bij algeheel verlies van:
Het gezichtsvermogen van beide ogen 100%
Het gezichtsvermogen van één oog 30%
Het gehoor van beide oren 50%
Het gehoor van één oor 20%
Bij algeheel verlies of functieverlies van:
De arm tot in het schoudergewricht 75%
De arm tot in het ellebooggewricht of tussen
elleboog- en schoudergewricht 65%
De hand tot in het polsgewricht of de arm tussen
pols – en ellebooggewricht 60%
De duim 25%
De wijsvinger 15%
De middelvinger 12%
De ringvinger of de pink 10%
Het been tot in het heupgewricht 70%
Het been tot in het kniegewricht of tussen knieen
heupgewricht 60%
De voet tot in het enkelgewricht of het been tussen
enkel- en kniegewricht 50%
De grote teen 10%
Iedere andere teen 5%
3. In geval van samengestelde vinger- of handletsels zal nimmer meer dan 60% worden uitgekeerd.
4. In geval van gedeeltelijk verlies of gedeeltelijk functieverlies wordt van de hierboven onder 2. en 3. genoemde percentages een evenredig deel uitgekeerd.
b. Vermindering uitkering
Indien reeds voor het ongeval enig lichaamsdeel, orgaan of functie geheel of gedeeltelijk verloren was,heeft evenredige vermindering van de uitkering plaats.
c. Leeftijdsgebonden uitkering
In geval van blijvende invaliditeit van een verzekerde ouder dan zeventig jaar bedraagt de uitkering ten hoogste € 3.400,-.
d. Beroep/bezigheden
Voor de vaststelling van de mate van blijvende invaliditeit blijven het beroep of de bezigheden van de verzekerde buiten beschouwing.
3. Schadedekking
a. Verzekerd bedrag
De verzekering dekt tot ten hoogste € 450,- per verzekerde de schade wegens:
1. lichamelijk letsel of aantasting van de gezondheid al of niet de dood tot gevolg hebbend;
2. beschadiging of verlies xxxxxx dan door diefstal of vermissing van stoffelijke zaken die door een verzekerde aan het lichaam worden gedragen of bagage, die zich op of in het motorrijtuig bevindt, als rechtstreeks gevolg van een aan de verzekerde binnen de geldigheidsduur van de verzekering overkomen ongeval.
b. Bepaling van de schade
De omvang van de schade en - bij overlijden van de verzekerde
- de aanwijzing van degenen die recht hebben op de vergoeding, zal geschieden volgens de in het Burgerlijk Recht ten aanzien van de onrechtmatige daad geldende regels. Een aan de benadeelde toekomende uitkering krachtens enige verzekering of wet -hoe ook genaamd - of arbeidsovereenkomst, zal bij het bepalen van de omvang van de vergoeding in mindering worden gebracht.
4. Samenloop
Indien aanspraak kan worden gemaakt op vergoeding van schade op grond van enige verzekering, wet of voorziening, al dan niet van ou- dere datum, dan loopt de onderhavige dekking slechts als excedent boven de dekking, die onder de andere verzekering, wet of voorzie- ning is verleend, of verleend zou zijn, indien de onderhavige dekking niet zou hebben bestaan.
5. Einde van de dekking
Bij verkoop en alle eigendomsovergang anders dan krachtens alge- mene titel, gepaard gaande met feitelijke bezitsverschaffing van de motorrijtuigen, tot dan eigendom van:
1. de verzekeringnemer;
2. de levenspartner van de verzekeringnemer;
3. het bedrijf van de verzekeringnemer, aan anderen dan de genoemde verzekerden, eindigt terstond de dekking.
ARTIKEL 3 UITSLUITINGEN
Naast de uitsluitingen genoemd in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden en de Algemene Voorwaarden Motorrijtuigverzekering dekt de verzekering niet een ongeval:
1. veroorzaakt door het ontstaan of de verergering van een ingewandsbreuk of tussenwervelschijfletsel;
2. overkomen aan de passagiers die zich buiten de cabine bevinden of niet op wettelijk toegestane zitplaatsen worden vervoerd.
ARTIKEL 4 VERPLICHTINGEN BIJ EEN ONGEVAL
1. Verplichtingen van de verzekerde
De verzekerde is verplicht, onverminderd het bepaalde in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden, in geval van een ongeval:
a. zich direct onder geneeskundige behandeling te (doen) stellen en alles in het werk te stellen om een spoedige genezing te bevorderen;
b. zich op kosten van de verzekeraar door een door de verzekeraar aangewezen arts te doen onderzoeken;
c. zich op kosten van de verzekeraar voor een onderzoek te doen opnemen in een door de verzekeraar aan te wijzen ziekenhuis of andere medische inrichting;
d. de verzekeraar direct in kennis te stellen van zijn geheel of gedeeltelijk herstel;
e. geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die voor de vaststelling van de uitkering en/of vergoedingen van belang zijn;
f. de verzekeraar te machtigen bij derden inlichtingen in te winnen.
2. Verplichtingen van de erfgenamen
De wettige erfgenamen zijn verplicht in geval van een ongeval:
a. waardoor direct levensgevaar voor de verzekerde bestaat, direct mededeling aan de verzekeraar te doen;
b. waardoor de verzekerde is overleden, direct mededeling aan de verzekeraar te doen;
c. hun toestemming en medewerking te verlenen tot alle maatregelen die de verzekeraar nodig acht ter vaststelling van de doodsoorzaak;
d. alle door de verzekeraar gewenste gegevens te verstrekken;
e. geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die voor de vaststelling van de uitkering en/of vergoedingen van belang zijn;
f. de verzekeraar te machtigen bij derden inlichtingen in te winnen. Indien de hierboven onder 1. en 2. genoemde verplichting(en) niet worden nagekomen, vervalt ieder recht op uitkering.
ARTIKEL 5 VASTSTELLING VAN UITKERINGEN EN/OF VERGOEDINGEN
1. Recht op uitkering
De aanspraak op uitkering en/of vergoeding wordt door de verzekeraar beoordeeld aan de hand van gegevens van door hem aan te wijzen medische en andere deskundigen.
2. Overlijden
De uitkering wegens overlijden wordt vastgesteld zodra het onderzoek naar het ongeval, de doodsoorzaak en het verband tussen beiden door de verzekeraar is afgesloten.
3. Blijvende invaliditeit
a. De uitkering wegens blijvende invaliditeit wordt vastgesteld, zodra:
1. een blijvende toestand is ingetreden;
2. vierentwintig maanden na het ongeval zijn verstreken, tenzij de verzekerde verzoekt met de vaststelling te wachten tot een blijvende toestand is ingetreden.
b. Indien de verzekerde overlijdt als rechtstreeks gevolg van het ongeval, vóórdat de mate van invaliditeit is vastgesteld, bestaat geen recht op uitkering voor blijvende invaliditeit.
c. Indien de verzekerde overlijdt anders dan als rechtstreeks gevolg van het ongeval, vóórdat de mate van invaliditeit is vastgesteld, wordt de uitkering gefixeerd ter grootte van de uitkering, die vermoedelijk zou zijn bepaald, indien de verzekerde niet was overleden.
4. Bestaande aandoeningen
Indien de verzekerde reeds voor het ongeval lijdende was aan kwalen, ziekten of gebreken wordt bij de vaststelling van de uitkering en/of vergoedingen uitsluitend rekening gehouden met de ongevalsgevolgen, die er geweest zouden zijn indien deze kwalen, ziekten of gebreken niet aanwezig zouden zijn geweest.
5. Aantal inzittenden
Indien bij een ongeval blijkt, dat het aantal inzittenden groter is dan het aantal waarvoor het motorrijtuig is ingericht, wordt voor elke verzekerde de uitkering verminderd in de verhouding waarin het aantal zitplaatsen staat tot het aantal inzittenden. Indien overschrijding plaatsheeft zullen drie personen jonger dan achttien jaar gelijk worden gesteld aan twee personen van achttien jaar of ouder.
6. Rentevergoeding
Indien de verzekerde recht heeft op uitkering wegens blijvende invaliditeit en de omvang van de uitkering niet binnen drie maanden nadat het ongeval aan de verzekeraar is gemeld, kan worden vastgesteld en indien en voor zover de verzekerde de in artikel 4. omschreven verplichtingen is nagekomen en dat blijft doen, verhoogt de verzekeraar de uitkering met de wettelijke rente vanaf de datum van het verstrijken van deze periode tot het tijdstip waarop de omvang van de uitkering door de verzekeraar is vastgesteld.
ARTIKEL 6 VERJARING
Onverminderd het bepaalde in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden,
vervalt ieder recht op uitkering zonder meer, indien de kennisgeving of mededeling op grond van artikel 4. van onderhavige voorwaarden later geschiedt dan zestig maanden nadat het ongeval heeft plaatsgevonden.
Verhaalsrechtsbijstandverzekering Motorrijtuigen
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1. Stichting
Stichting Rechtsbijstand Mobiliteitsbranche, waaraan de verzekeraar de uitvoering van de uit de rechtsbijstand verzekering voortvloeiende verplichtingen heeft opgedragen. De verzekeraar waarborgt de nakoming van deze verplichtingen.
2. Verzekerden
a. de verzekeringnemer;
b. de eigenaar, bezitter, houder, gemachtigde bestuurder of passagier(s) van het verzekerde motorrijtuig;
c. de nabestaanden als genoemd in artikel 6:108 Burgerlijk Wetboek van de één der in dit artikel genoemde verzekerden.
ARTIKEL 2 ALGEMEEN
1. Onverhaalbare schade
Indien bij een verhaalsvordering naar aanleiding van een verkeersongeval of een ander van buitenkomend onheil waarbij het motorrijtuig betrokken was, blijkt dat de schade op de wettelijke aansprakelijke derde wegens diens financieel onvermogen niet verhaalbaar is, zal de verzekeraar per gebeurtenis de materiële schade aan zaken van de verzekerde tot ten hoogste een bedrag van
€ 680,- vergoeden, tenzij de verzekerde uit enige hoofde elders een vergoeding kan krijgen.
2. Afkoop
Indien naar het oordeel van de Stichting het belang van het geschil tegenover de gemaakte kosten voor rechtsbijstand te gering
is, is deze gerechtigd de verzekerde in plaats van verlening van rechtsbijstand een bedrag ter beschikking te stellen, gelijk aan het financieel belang van de zaak.
ARTIKEL 3 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
Rechtsbijstand wordt verleend, indien een verzekerde:
1. in het kader van een verkeersongeval of een ander van buitenkomend onheil waarbij het motorrijtuig betrokken was, aanspraken op schadevergoeding jegens wettelijk aansprakelijke derden wil doen gelden, zonodig in rechte aanhangig wil maken en de ter zake geboden maatregelen wil doen nemen;
2. in het kader van een verkeersongeval of een ander van buitenkomend onheil waarbij het motorrijtuig betrokken was, zich wil laten bijstaan in een tegen hem gerichte strafvervolging, bij het onderzoek daarvan en ter zake van alle in verband daarmee tegen hem genomen maatregelen;
3. zijn belangen wil doen behartigen, indien deze zouden kunnen worden geschaad door overheidsmaatregelen in het kader van het verkeers(straf)recht, zoals invordering van het rijbewijs of inbeslagneming van het verzekerde motorrijtuig.
Indien het motorrijtuig in gebruik is voor verhuur of leasing en het motorrijtuig als zodanig ook is verzekerd, wordt de rechtsbijstand uitsluitend verleend aan de verzekeringnemer als omschreven in artikel 1 lid 2.a.
ARTIKEL 4 VERZEKERDE KOSTEN
1. Voor rekening van de verzekeraar komen:
a. tot een onbeperkt bedrag de interne kosten vanbehandeling door de medewerkers van de Stichting;
b. tot maximaal € 22.700,- per gebeurtenis:
1. de honoraria en verschotten (voor zover die in het algemeen als gebruikelijk worden beschouwd) van externe
rechtshulpverleners, die door de Stichting worden ingeschakeld om de juridische gevolgen van de gebeurtenis te laten onderzoeken;
2. de kosten van getuigen voor zover door een rechter toegewezen;
3. de proceskosten waartoe verzekerde in onherroepelijk vonnis is veroordeeld;
4. de noodzakelijke, in overleg met de Stichting te maken, reis- en verblijfkosten als de verzekerde persoonlijk is bevolen om voor een rechter te verschijnen of zulks dringend gewenst wordt door een ingeschakelde advocaat;
5. de kosten die verbonden zijn aan de ten uitvoerlegging van een gerechtelijke beslissing, gedurende maximaal twee jaar, nadat deze beslissing onherroepelijk is geworden.
Indien naar aanleiding van één gebeurtenis meerdere aanspraken op rechtsbijstand bestaan, dan geldt genoemd bedrag van 22.700,- als
maximum voor alle aanspraken tezamen.
2. Niet voor rekening van de verzekeraar komen:
a. B.T.W.-bedragen, voorzover de verzekerde gerechtigd is tot aftrek/ teruggave van deze B.T.W.;
b. de kosten van een externe deskundige, niet zijnde een rechtshulpverlener, die de hoogte dan wel een onderbouwing van de schade moet opstellen, ook al wordt deze verdere expertise en een voorschot krachtens rechterlijke beslissing bevolen;
c. de externe kosten, die op grond van een contractuele of op grond van een wettelijke bepaling (bijvoorbeeld artikel 591 en 591a Wetboek van Strafvordering) kunnen worden verhaald, verrekend of door anderen vergoed kunnen worden;
d. de aan de verzekerde opgelegde geldstraffen, boetes en dwangsommen;
e. schadevergoeding die moeten worden betaald aan een derde. Kosten die ingevolge de uitspraak van een rechter, een arbiter of bindend adviseur door de tegenpartij moeten worden betaald, komen ten gunste van de verzekeraar.
ARTIKEL 5 DE VERLENING EN UITVOERING VAN DE RECHTSBIJSTAND
1. De rechtsbijstand, voor zover het een gedekt juridisch geschil betreft, wordt uitgevoerd door de Stichting. Met verzekerde wordt overlegd over de wijze van behandeling en hij wordt geïnformeerd over de haalbaarheid van het gewenste resultaat.
2. Als er geen redelijke kans (meer) is het gewenste resultaat te bereiken, wordt er geen rechtsbijstand verleend dan wel wordt de verlening van rechtsbijstand gestaakt.
3. Indien twijfelachtig is of de door de verzekerde gemelde gebeurtenis een juridisch geschil oplevert, dient de verzekerde door middel
van een deskundigenrapport, dat uitsluitsel geeft omtrent de oorzaak, veroorzaker en feitelijke gevolgen van de gebeurtenis, de
aanwezigheid van het juridisch geschil aan te tonen. Geeft het rapport voldoende grond voor verlening van rechtsbijstand, dat vergoedt de verzekeraar de kosten van de deskundige alsnog.
4. Alleen de Stichting is bevoegd, na overleg met de verzekerde, opdrachten te verstrekken aan advocaten of andere rechtens bevoegde deskundigen. De opdrachten worden steeds gegeven namens de verzekerde. De verzekerde machtigt de Stichting hiertoe onherroepelijk.
5. Op het moment dat de Stichting een advocaat of een externe andere rechtens bevoegde deskundige namens verzekerde opdracht geeft om de belangen van de verzekerde in een gerechtelijke of administratieve procedure te behartigen, is de verzekerde vrij in de keuze van deze advocaat of externe andere rechtens bevoegde
deskundige. Als de zaak in Nederland dient, komen alleen advocaten die in Nederland zijn ingeschreven en kantoor houden in aanmerking. Dient de zaak in het buitenland dan moet de advocaat bij het gerecht in het betreffende land zijn ingeschreven.
6. De Stichting is nimmer verplicht om voor de verlening of voortzetting van rechtsbijstand tegelijkertijd of achtereenvolgens meer dan één externe rechtskundige in te schakelen.
7. De Stichting behoeft geen rechtsbijstand te verlenen als naast verzekerde ook andere belanghebbenden actie (willen) voeren.
Als de Stichting geen rechtsbijstand verleent, vergoedt zij aan verzekerde naar evenredigheid de gezamenlijk gemaakte kosten van rechtsbijstand evenwel met inachtneming van het bepaalde in deze polisvoorwaarden.
8. Indien het juridisch geschil gedeeltelijk onder de dekking van deze verzekering valt, is de verzekeraar slechts gehouden de externe kosten van rechtsbijstand naar evenredigheid te vergoeden.
9. De Stichting en de verzekeraar zijn niet gebonden aan betalingsafspraken die door de verzekerde met een externe deskundige worden gemaakt, terwijl zij voorts niet aansprakelijk zijn voor de schade door of in verband met de behandeling van een externe deskundige, voor zover deze schade niet onder diens aansprakelijkheidsverzekering wordt gedekt.
10. Indien zich tussen een verzekerde en de Stichting een belangentegenstelling openbaart, doordat twee of meer verzekerden een onderling geschil ter behandeling bij de Stichting hebben aangemeld, waarvoor ieder voor zich rechtsbijstanddekking kan inroepen, heeft de verzekerde het recht te verkiezen dat een externe deskundige wordt ingeschakeld.
ARTIKEL 6 UITSLUITINGEN
Naast de uitsluitingen genoemd in de Algemene Verzekeringsvoorwaarden en in de Algemene Voorwaarden Motorrijtuigverzekering is van de verzekering uitgesloten het verkrijgen van rechtsbijstand:
1. indien de oorzaak van de gebeurtenis, die aanleiding geeft tot het doen van een beroep op deze verzekering, vóór de ingangsdatum van de verzekering ligt; voor conflicten met de verzekeraar en/of de Stichting met uitzondering van het bepaalde in artikel 8.;
3. voor gevallen waarin het ontstaan van de behoefte aan rechtsbijstand
willens en wetens werd geaccepteerd om een voordeel te behalen of te behouden;
4. voor gevallen waarin de verzekerde een ander dan de Stichting met de belangenbehartiging heeft belast;
5. indien de verzekerde een beroep kan doen op een aansprakelijkheidsverzekering;
6. indien een verzekerde een strijdig belang heeft met de verzekeringnemer of een andere verzekerde onder deze polis, tenzij de verzekeringnemer hiertoe alsnog toestemming aan de verzekeraar verleent;
7. indien verzekerde handelt in strijd met de verzekeringsvoorwaarden en daardoor de belangen van de verzekeraar of de Stichting schaadt.
Daarvan is in ieder geval sprake als de zaak zó laat is aangemeld dat de Stichting alleen maar met meer inspanningen of meer kosten rechtsbijstand zal kunnen verlenen, dan bij onmiddellijke aanmelding het geval zou zijn geweest.
ARTIKEL 7 VERPLICHTINGEN VAN DE VERZEKERDE BIJ EEN TE MELDEN GEBEURTENIS
1. Zodra een verzekerde kennis draagt of had kunnen dragen van een gebeurtenis, die kan leiden tot een gehoudenheid om rechtsbijstand of juridisch advies te verlenen, is hij verplicht:
a. zich te allen tijde te onthouden van het zonder toestemming van de Stichting eigenmachtig inschakelen van een advocaat, deurwaarder, rechtshulpverlener of andere deskundige;
b. zo spoedig mogelijk die gebeurtenis te melden, om vervolgens per omgaande alle relevante stukken aan de Stichting te zenden en alles na te laten wat de belangen van de verzekeraar of de Stichting zou kunnen schaden;
c. zich niet te verzetten tegen zijn stilzwijgende erkenning dat hij door de melding de Stichting machtigt met uitsluiting van anderen rechtsbijstand te verlenen en dat hij zich op verzoek van de Stichting desnodig bij een strafzaak civiele partij zal stellen.
2. De verzekering geeft geen dekking indien de verzekerde de hiervoor onder 2. en 3. genoemde verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de verzekeraar of de Stichting heeft geschaad, dan wel indien de verzekerde in strijd met de hiervoor onder a. voorgeschreven verplichting heeft gehandeld.
3. In ieder geval vervalt het recht op rechtsbijstand en juridisch advies indien de melding niet plaatsheeft binnen een jaar na het moment waarop de verzekerde kennis kreeg of had kunnen krijgen van
de gebeurtenis, die voor de verzekeraar tot een verplichting van verzekeringsdekking had kunnen leiden.
ARTIKEL 8 GESCHILLENREGELING
1. Met betrekking tot de in behandeling zijnde zaak
a. Indien de Stichting en de verzekerde van mening verschillen over de te volgen gedragslijn bij de behandeling van het voor rechtsbijstand gedekte juridische geschil, dan zal dit meningsverschil op kosten van de verzekeraar ter beslissing worden voorgelegd aan een door de verzekerde te kiezen
advocaat. De Stichting zendt de aan partijen bekende stukken aan deze advocaat, die op basis daarvan schriftelijk zijn standpunt aan de verzekerde en de Stichting zal toelichten. Is de advocaat het met de verzekerde eens, dan wordt de zaak met inachtneming van dat oordeel voortgezet. Is de advocaat het met de verzekerde oneens, dan kan de verzekerde de zaak voor eigen rekening voortzetten, waarbij geldt, dat de verzekeraar de gemaakte
kosten van rechtsbijstand desalniettemin overeenkomstig de polisvoorwaarden zal vergoeden, indien de verzekerde het door hem beoogde resultaat alsnog bij onherroepelijke beslissing bereikt.
b. Is het verlenen van rechtsbijstand, buiten het in lid a. van dit artikel genoemde geval, opgedragen aan een externe deskundige, en de verzekerde verschilt met deze deskundige van mening
over de te volgen gedragslijn bij de behandeling van het voor rechtsbijstand gedekte juridische geschil, dan kan de verzekerde de zaak eveneens voor eigen rekening voortzetten. Ook daarbij geldt, dat de verzekeraar de gemaakte kosten van rechtsbijstand desalniettemin overeenkomstig de polisvoorwaarden zal vergoeden indien de verzekerde het door hem beoogde resultaat alsnog bij onherroepelijke beslissing bereikt.
2. Met betrekking tot het niet of niet volledig gedekt zijn van de gemelde gebeurtenis Indien de verzekeraar of de Stichting van mening zijn, dat uit hoofde van deze verzekering ten aanzien van en gebeurtenis geen of slechts beperkte verplichtingen tot het verlenen van rechtsbijstand bestaan, zal daarvan aan de verzekerde mededeling worden gedaan. Indien de verzekerde zich niet met deze mededeling kan verenigen, kan hij een rechtsvordering tegen de verzekeraar indienen. Stelt de rechter de verzekeraar bij onherroepelijke uitspraak in het ongelijk, dan zal de verzekeraar de door de verzekerde gemaakte kosten
van rechtsbijstand alsnog overeenkomstig de polisvoorwaarden vergoeden.