Kermisvoorwaarden gemeente Boxtel
Kermisvoorwaarden gemeente Boxtel
I Algemene bepalingen betreffende de kermissen gemeente Boxtel
Artikel 1 Begripsomschrijving
In deze voorwaarden wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:
a. Kermis:
het evenement, waarbij kermisattracties staan opgesteld, welke jaarlijks in het centrum van Liempde, Boxtel en Esch wordt gehouden.
b. Exploitant:
een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn beroep of bedrijf heeft gemaakt van de exploitatie van een onder a. bedoelde kermiszaak.
c. BOVAK:
de Nationale Bond van Kermisbedrijfhouders.
d. NKB:
de Nederlandse Kermisbond.
Artikel 2 Plaats en tijd
1. Kermis Liempde zal worden gehouden van zaterdag voorafgaande aan de 1e zondag in augustus t/m de daaropvolgende woensdag.
Kermis Boxtel zal worden van vrijdag voorafgaande aan de 1e zondag na 15 augustus t/m de daaropvolgende woensdag.
Kermis Esch zal worden gehouden op een door het college van Burgemeester en Wethouders vast te stellen datum en periode.
2. De openingstijden van de kermissen zijn:
Kermis Liempde: - zaterdag van 15:00 tot 01:30
- zondag t/m woensdag van 13:00 tot 00:30 Kermis Boxtel: - vrijdag van 19:00 tot 01:30
- zaterdag van 13:00 tot 01:30
- zondag t/m woensdag van 13:00 tot 00:30
- het Breukelsplein sluit alle dagen om 00:00
Kermis Esch: - de openingstijden worden in overleg met het college van Burgemeester en Wethouders bepaald.
Artikel 3 Rit- en entreeprijzen
1. Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks een maximale rit- en entreeprijs vast voor alle vermaakinrichtingen en kinderzaken. Zij zijn bevoegd hierin een diversificatie aan te brengen, al naar gelang de aard, omvang en kostprijs van een inrichting.
2. De rit- en entreeprijzen worden vermeld op van gemeentewege beschikbaar te stellen kaarten, welke gedurende de gehele kermis goed zichtbaar voor het publiek op de kassa aanwezig dienen te zijn. Deze kaarten mogen door of vanwege de exploitant niet gewijzigd of verwijderd worden.
II Wijze van verhuur
Artikel 4 Advertentie
1. In het najaar voorafgaand aan het jaar waarin de kermis wordt gehouden, worden exploitanten uitgenodigd om een inschrijving te doen.
2. Indien nodig, plaatst de gemeente een advertentie in de kermisvakbladen.
Artikel 5 Eisen aan de inschrijving
1. De verhuur van de standplaatsen voor de kermis geschiedt uitsluitend aan de hand van inschrijving. Voor het doen van inschrijvingen moet gebruik worden gemaakt van de daartoe van gemeentewege vastgestelde en/of aangewezen inschrijfformulieren. Het inschrijfformulier moet volledig en duidelijk leesbaar worden ingevuld.
2. Inschrijvingen kunnen alleen worden gedaan door exploitanten die staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel of bij een vergelijkbare buitenlandse instantie, dan wel door hun gemachtigden. De bevoegdheid van de gemachtigde moet blijken uit een aan het inschrijfformulier aangehangen, door de exploitant ondertekende, volmacht. Niemand kan optreden als gemachtigde van meer dan één exploitant.
3. Op het inschrijfformulier moeten ten minste worden vermeld:
a. naam, voornaam, huisadres, correspondentieadres, (auto)telefoonnummer, alsmede handtekening van de exploitant;
b. naam en omschrijving van de inrichting:
c. het bedrag, zowel in cijfers als letters, dat geboden wordt;
d. aanduiding van het terrein, waarvoor de inschrijving geldt;
e. wanneer voor één inrichting inschrijving geschiedt voor verschillende terreinen, moet duidelijk voor elk terrein het geboden bedrag afzonderlijk worden vermeld.
f. de juiste afmetingen van de hoogte, frontbreedte en diepte of doorsnede van de inrichting, alsmede van de uitsteekzeilen, oploopvloeren, kassa e.d., wanneer deze buiten de maten van breedte, diepte of doorsnede uitsteken, benevens voor-, zij- en achterschoren en voorts de exacte plaats van de eventuele voor-/zij- en achteringangen, kant of open zaak;
g. de juiste afmetingen van de kassa-woonwagen, indien het noodzakelijk is voor de exploitatie dat hiervan gebruik wordt gemaakt;
h. de benodigde aansluitwaarde in KWH en PK tijdens opbouw, kermis en afbouw;
i. het aantal salon- en pakwagens.
j. RAS-nummer van de attractie
4. Bij de inschrijving dienen te worden gevoegd:
a. een kopie van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel of bij een vergelijkbare buitenlandse instantie, welke niet ouder is dan 6 maanden;
b. voor zover van toepassing, de volmacht als bedoeld in lid 2 van dit artikel;
c. een recente foto, waarop het uiterlijk aanzien van de inrichting kan worden beoordeeld:
d. een kopie van het bewijs van (goed)keuring, als bedoeld in Warenwetbesluit. Attractie- en speeltoestellen, met een geldigheid tot minimaal na de kermis waarvoor is ingeschreven;
e. een kopie van de geldende polis van de aansprakelijkheidsverzekering.
5. Indien het inschrijvingsbedrag in letters afwijkt van het daarbij vermelde bedrag in cijfers wordt de inschrijving terzijde gelegd. Onvolledige en onduidelijke inschrijvingen, alsmede inschrijvingen die voor meerdere uitleg vatbaar zijn, worden eveneens terzijde gelegd, alsmede inschrijvingen die buiten de opengestelde termijn zijn ontvangen.
De exploitant zal hiervan zo spoedig mogelijk in kennis worden gesteld.
6. Wanneer ten aanzien van een geboden huursom het voorbehoud "zonder concurrentie" of een ander voorbehoud van dezelfde strekking wordt gemaakt, moet daarbij nauwkeurig worden aangegeven welke inrichtingen de exploitant als van concurrerende aard beschouwt. Indien tussen burgemeester en wethouders en de exploitant verschil van mening bestaat over de aard van een bepaalde inrichting in verband met de concurrentie, beslissen burgemeester en wethouders na advies te hebben ingewonnen van de kermisvakbond NKB en/of Bovak, of andere deskundige.
Artikel 6 Inzending inschrijfformulieren
1. Het inschrijfformulier moet (in een gesloten omslag) vóór een in de uitnodiging of afvertentie aangegeven datum en tijdstip ten gemeentehuize ontvangen.
2. Inschrijvingen per email worden alleen geaccepteerd als het originele inschrijfformulier binnen de in het eerste lid bedoelde datum is ontvangen.
Artikel 7 Gehouden aan bod
De exploitant is gehouden zijn bod tot en met de datum van gunning, althans uiterlijk tot 14 dagen na de in artikel 6 bedoelde datum gestand te doen. Verhoging of verlaging van geboden huursom kan uitsluitend geschieden door middel van een nieuw inschrijfformulier, waarop duidelijk is vermeld welk bod verhoogd of verlaagd wordt en dient tevens te geschieden vóór de datum en het tijdstip als bedoeld in artikel 6.
Artikel 8 Gunning standplaatsen
1. Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid om reeds voor de inschrijving onderhands standplaatsen toe te wijzen om ervoor te zorgen dat een aantrekkelijke kermis gewaarborgd is.
Zonodig kunnen zij een standplaats voor meerdere jaren, doch met een maximum van drie jaren, gunnen. Burgemeester en Wethouders kunnen, ten aanzien van de betalings- en overige voorwaarden bij meerjarencontracten, van de bepaligen van deze kermisvoorwaarden afwijken en andere c.q. nadere voorwaarden stellen.
2. Binnen 28 dagen na de in artikel 6 bedoelde datum beslissen burgemeester en wethouders omtrent het voornemen tot gunning van de overige, nog niet gegunde, standplaatsen. Zij hebben daarbij de bevoegdheid om uit de inschrijvingen een keuze te doen, om standplaatsen al dan niet aan de hoogste inschrijvers te gunnen met dien verstande dat ingeval sprake is van meerdere inschrijvers met identieke attractie aan de hoogste inschrijver wordt gegund.
3. Bij gelijke omstandigheden zal door middel van loting onder getuigen worden beslist wie het voornemen tot gunning van de standplaats(en) wordt gegeven.
4. Elke inschrijver zal binnen 28 dagen na de in artikel 6 bedoelde datum bericht ontvangen omtrent het al dan niet voornemen tot gunning van de standplaats(en) waarvoor hij heeft ingeschreven.
5. Indien de exploitant te kennen geeft dit te wensen, kunnen burgemeester en wethouders hun beslissing omtrent het niet voornemen tot gunning van een standplaats aan de exploitant nader motiveren.
6. Binnen 4 weken na dagtekening van het voornemen tot gunning dient de exploitant een volledig ingevuld en ondertekend, door de gemeente verstrekt gunningsformulier, te retourneren en tegelijkertijd dient de eerste termijnbetaling ter grootte van 25 % van de geboden pachtsom, met een maximum van € 1000,=, op de bankrekening van
de gemeente Boxtel te zijn bijgeschreven.
7. De gunning van de standplaats(en) wordt definitief nadat aan artikel 8.6 is voldaan.
8. Indien niet aan de vereisten van artikel 8.6 is voldaan, vervalt automatisch het voornemen tot gunning. De exploitant wordt daarvan door c.q. vanwege burgemeester en wethouders binnen een week na ommekomst van de in lid 6 bedoelde periode schriftelijk in kennis gesteld.Burgemeester en Wethouders kunnen de standplaats vervolgens gunnen aan een andere exploitant.
III Financiële bepalingen
Artikel 9 Betaling
De geboden pachtsom dient als volgt te worden betaald:
1. 25% van de pachtsom, met een maximum van € 1.000,=, dient, tesamen met een volledig ingevuld en ondertekend gunningsformulier, conform het gestelde in artikel nummer 8.6 binnen 4 weken na het voornemen tot gunning te zijn bijgeschreven op de bankrekening van de gemeente Boxtel.
2. De resterende pachtsom dient uiterlijk op 30 juni, voorafgaand aan de kermis waarvoor de gunning van een standplaats is afgegeven conform artikel 8 van deze overeenkomst, te zijn voldaan op de bankrekening van de gemeente Boxtel.
3. Indien de resterende pachtsom als bedoeld in artikel 9.2 niet op of voor de aangegeven datum door de gemeente is ontvangen, is de exploitant van de inrichting in gebreke door het enkele verloop van deze termijn zonder dat daarvoor een ingebrekestelling nodig is en verliest hij het recht op de hem toegewezen plaats.
4. De, in het vorige lid bedoelde, nalatige exploitant verbeurt alle reeds gedane betalingen aangaande de standplaatsgunning voor de kermis van de gemeente Boxtel en blijft daarenboven verplicht tot betaling van de volledige pachtsom.
5. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor de opengevallen plaats aan een ander toe te wijzen.
Artikel 10 Restitutie pachtsom
1. Wanneer als gevolg van overmacht de kermis niet doorgaat of ophoudt door te gaan dan wel als gevolg van overmacht aan de zijde van de exploitant de gehuurde standplaats niet ingenomen kan worden, kan de (gedeeltelijk) betaalde pachtsom worden teruggegeven, dan wel gedeeltelijk naar rato van het aantal dagen, waarop de standplaatsen niet kunnen worden gebruikt, gerestitueerd.
2. Bij overmacht als bedoeld in artikel 10.1 besluit het college van Burgemeester en Wethouders tot eventuele restitutie van gedane betalingen.
IV Verplichtingen gemeente
Artikel 11 Woon- en werkklimaat
De gemeente draagt zorg voor een goed woon- en werkklimaat voor de exploitanten die een standplaats hebben op de kermis.
Artikel 12 Voorzieningen op de terreinen
1. Op het kermisterrein, alsmede op het terrein waar de salonwagens worden geplaatst, zal van gemeentewege worden gezorgd voor voldoende afvalcontainers, wateraftappunten, stroomtoevoercontacten, (riool)afvoeren. De stroom- en aansluitkosten van de attracties komen voor rekening van de exploitanten .
2. De stroomkosten voor het salonwagenterrein komen gedeeltelijk voor rekening van de exploitanten. Dit bedrag is vastgesteld op € 100,- per exploitant.
3. De terreinen worden vóór, tijdens en na afloop van de kermis van gemeentewege gereinigd.
4. De inrichting moet voorzien zijn van ten minste 50 meter afvoerslang (salonwagens) en aansluitkabel met de benodigde stekkers en contrastekkers.
Artikel 13 Promotie van de kermis
1. De gemeente draagt zorg voor een goede promotie van de kermis..
Artikel 14 Kermisattracties bij evenementen
1. Voor zover zulks wettelijk en juridisch mogelijk is, zal de gemeente in een periode van 4 weken voorafgaande aan de kermis in de kom Boxtel geen circus en bij evenementen slechts enkele kinderattracties (geen kermisattracties) toestaan.
2. Twee weken na de kermis zal geen vergunning worden verleend in de kom Boxtel voor een circus of een andere kermis, teneinde te voorkomen dat tijdens de kermis al promotie wordt gemaakt.
V Verplichtingen exploitant
Artikel 15 Innemen standplaats
1. Geen standplaats mag worden bezet:
a. dan nadat deze eerst van gemeentewege op het terrein is aangewezen;
b. voor een ander doel dan waarvoor zij is uitgegeven;
c. dan nadat is aangetoond dat de inrichting, waarvoor is ingeschreven, door de exploitantzelf of door een bij deze in dienst zijnde bedrijfsleider wordt geëxploiteerd.
2. Indien van gemeentewege daarom wordt verzocht, dient de exploitant, onverminderd het bepaalde in artikel 5, lid 4, sub e, de verzekeringspolis over te leggen, teneinde inzicht in de betreffende verzekering te verschaffen.
3. De exploitant mag de aan hem verhuurde standplaats alleen gebruiken voor de plaatsing en de exploitatie van de inrichting waarvoor is ingeschreven en waarop is gegund.
De exploitatie van de inrichting moet geheel in overeenstemming zijn met de daarvan in het desbetreffende door de exploitant ingezonden inschrijfformulier gegeven benaming of omschrijving.
4. Gedurende de tijden dat de kermis voor het publiek is opengesteld, dient de exploitant zijn inrichting voor het publiek open te houden en, geheel verlicht, te exploiteren.
Artikel 16 Geen overdracht gunning
Afstand of overdracht van de pacht c.q. de gunning aan een derde en ruiling of verwisseling van een standplaats met een andere exploitant, dan wel het innemen van de standplaats met een andere attractie dan waarmee is ingeschreven, mag alleen geschieden met toestemming van burgemeester en wethouders.
Artikel 17 Opbouwen en afbreken
1. Met het opbouwen van de inrichting mag niet eerder worden begonnen dan op de Woensdag 8:00 uur voorafgaande aan de eerste kermisdag. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, worden afgeweken.
2. Met het afbreken der inrichtingen mag niet worden begonnen vóór het sluitingsuur van de laatste dag van de kermis. De kermiscoördinator kan in incidentele gevallen een afwijkend tijdstip aangeven.
3. Behalve voor opbouw- en afbraakactiviteiten mogen gedurende de kermis op het kermisterrein geen salon-, vracht- en pakwagens staan.
In uitzonderlijke gevallen kan hiervan, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, worden afgeweken.
4. Gedurende de tijden dat de kermis voor het publiek is opengesteld, mag er geen proviandering plaatsvinden.
5. De inrichting dient uiterlijk op de eerste donderdag na de kermis om 17.00 uur van het kermisterrein te zijn verwijderd. De vracht- en pakwagens dienen op dat moment van het kermisterrein te zijn verwijderd. Burgemeester en wethouders kunnen toestemming geven van het bepaalde in dit lid af te wijken.
Artikel 18 Opstellingsinspectie
1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een zogenaamde opstellingsinspectie te laten plaatsvinden voor één of meerdere inrichtingen. Dit zal dan gebeuren door een daarin gespecialiseerde en daartoe aangewezen instantie of bedrijf.
2. De kermisexploitant en zijn personeel dienen aan deze opstellingsinspectie hun volledige medewerking te verlenen. Dit houdt onder andere in:
tonen van logboek;
a. tonen van geldig keuringscertificaat (op grond van Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen);
b. toegang verlenen aan de medewerkers van de inspectie-instantie tot de attractie (incl. kassa);
c. aanwijzingen van de medewerkers van de inspectie-instantie en van medewerkers van de gemeente dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd;
d. indien de exploitant en of personeel geen medewerking verleent aan het gestelde onder lid 2 t/m 3, van dit artikel dan is onverminderd artikel 37, lid 3 van toepassing.
Artikel 19 Vervallen standplaats indien niet op tijd
1. Een standplaats die 48 uur vóór de aanvang van de kermis door de betreffende exploitant niet is ingenomen vervalt aan burgemeester en wethouders en kan aan een ander worden toegewezen, tenzij vooraf met de kermiscoördinator anders is overeengekomen en vastgelegd.
2. Toewijzing aan een ander leidt niet tot restitutie van de reeds betaalde pachtsom.
Artikel 20 Vervallen standplaats indien te groot
1. Indien bij het opbouwen van een inrichting blijkt, dat de afmetingen ervan groter zijn dan bij de inschrijving is opgegeven en hiermee de standplaats van andere exploitanten, de totale opstelling van de kermis of de (brand)veiligheid in het gedrang komt, verliest degene, aan wie de standplaats is toegewezen het recht op de standplaats zonder aanspraak op restitutie van de pachtsom die door hem reeds is betaald.
2. De exploitant zal dan binnen 6 uur, na constatering van de afwijking, de standplaats ontruimd dienen te hebben, waarnaburgemeester en wethouders deze standplaats zo mogelijk aan een ander kunnen gunnen.
Artikel 21 Geen eigen stroommotoren en LPG(tanks)
1. Diesel-, benzine- of andere motoren, welke dienen tot opwekking van energie voor verlichting en/of het in werking brengen of houden van de inrichting, worden niet toegelaten, tenzij daartoe voor het begin van de kermis toestemming aan burgemeester en wethouders is gevraagd en verkregen.
2. Het gebruik van L.P.G. en L.P.G.-tanks, anders dan voor motortractie is verboden. Dit geldt eveneens voor pakwagens, woonwagens en caravans, welke op de daarvoor aangewezen terreinen worden opgesteld.
Artikel 22 Niets in de bestrating
In de bestrating mogen geen pennen, wiggen of andere soortgelijke voorwerpen worden geslagen, gedreven of op welke andere wijze ook ingebracht, noch mogen gaten of kuilen worden gemaakt.
Artikel 23 Bescherming tegen druipende olie e.d.
Onder alle stroom- en elektrische machines, alsmede onder alle toestellen, werktuigen en/of machinerieën, waarvan olie, of dergelijke kan afdruipen, moet een voorziening worden getroffen ter voorkoming van verontreiniging van de bodem en/of beschadiging van de bestrating.
Artikel 24 Zorgplicht veiligheid inrichting
De exploitant verplicht zich ervoor zorg te dragen, dat de inrichting in zodanige staat is, alsmede dat zodanige maatregelen zijn getroffen, dat de veiligheid van het publiek dat zich in of nabij de inrichting bevindt, is gewaarborgd.
Artikel 25 Opvolgen voorschriften
De exploitant is verplicht te allen tijde in zijn inrichting toe te laten ambtenaren van politie, bouwen woningtoezicht, brandweer, alsmede andere vertegenwoordigers van de gemeente, en de voorschriften op te volgen die door deze personen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en/of goede zeden worden gegeven.
Artikel 26a Takken en bomen niet beschadigen
De exploitant dient er voor zorg te dragen, dat hijzelf, noch personen die in zijn opdracht of onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zijn takken, bomen, struiken en/of andere groenvoorziening beschadigen. Het is niet toegestaan om, zonder toestemming van burgemeester en wethouders, een
- kleine of grote - tak van een boom te verwijderen of anderszins groenvoorziening aan te tasten.
Artikel 26b Geen (steek)wapens of wat daarop lijkt
Het is niet toegestaan om vuur- en steekwapens en daarop gelijkende voorwerpen als prijzen uit te geven. Er worden derhalve geen messen, dolken, vlindermessen, geweren, revolvers en dergelijke geduld, ook al betreft het namaak. Het is evenmin toegestaan om zakmessen, hoe klein ook, als prijs te geven aan kinderen beneden de leeftijd van zestien jaar.
Artikel 26c Geen stink- of rookbommetjes, spuitbussen of aanstootgevende artikelen
1. Het is niet toegestaan stinkbommetjes, rookbommetjes en vergelijkbare producten waarmee hinder, schade of overlast aan bezoekers of andere exploitanten kan worden toegebracht als prijzen uit te geven. Bij twijfel dient in overleg te worden getreden met de kermiscoördinator.
2. Het is niet toegestaan spuitbussen, waaruit verf, plak of een andere hinderlijke of schadelijke substantie kan worden gespoten als prijzen uit te geven. Bij twijfel dient in overleg te worden getreden met de kermiscoördinator.
3. Het is niet toegestaan producten met daarop aanstootgevende afbeeldingen of opdrukken dan wel die door hun vormgeving of anderszins aanstootgevend zijn als prijzen uit te geven. Bij twijfel dient in overleg te worden getreden met de kermiscoördinator.
4. Het is niet toegestaan om rookwaren, sisha-pennen of alcohol als prijzen uit te geven.
Artikel 26d Bij twijfel bepaalt kermiscoördinator
In geval van twijfel bepaalt de kermiscoördinator – al dan niet na overleg met politie, burgemeester en/of eventuele adviseurs – of een product, als bedoeld in de artikelen 26b en 26c, uit de inrichting moet worden verwijderd.
Artikel 26e Plaatsen en aansluiten woonwagens
1. Salonwagens dienen te worden geplaatst op het daarvoor bestemde terrein. Dit dient te geschieden op aanwijzing van de kermiscoördinator.
2. Afvoerslangen van de salonwagens dienen op een deugdelijke manier te worden aangebracht in de daarvoor bestemde afvoerput of straatkolk.
3. Afval, afkomstig van de salonwagen, dient in een afgesloten vuilniszak te worden gedeponeerd in een van de grote containers die op het salonwagenterrein staan.
4. De exploitant dient er zorg voor te dragen dat er geen (geluids)overlast voor de woonomgeving wordt veroorzaakt.
5. Honden dienen te zijn aangelijnd en zoveel als mogelijk binnen te worden gehouden.
6. Alle aanwijzingen van de kermiscoördinator, of de politie dienen direct te worden opgevolgd.
Artikel 26f Parkeren pakwagens
Vracht- en pakwagens mogen uitsluitend worden geparkeerd op de daartoe aangewezen locatie.
Artikel 26g Geluid van de inrichting
1. De exploitant dient er zorg voor te dragen, dat de exploitatie van de inrichting op een zodanige wijze geschiedt, dat voor het publiek, andere exploitanten of omwonenden geen (geluid)hinder wordt veroorzaakt.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aan de exploitatie van een of meerdere inrichtingen voorschriften op te leggen. Deze voorschriften kunnen onder meer betreffen:
• het maximale geluidsniveau (80 dB(A) op 1 meter afstand van de geluidsbron);
• de situering van geluidsbronnen;
• de frequentie en tijden van gebruik;
• het verplichte gebruik van een geluidsbegrenzer.
3. Aanwijzingen van de kermiscoördinator, van medewerkers van de gemeente uit hoofde van hun functie of van de politie dienen direct en stipt te worden opgevolgd.
4. De exploitant dient zelf zorg te dragen voor de afdracht van auteursrechten over de in / op de attractie ten gehore gebrachte muziek.
Artikel 26h Elektrische installatie
De elektrische installatie in de inrichting moet voldoen aan de voor aanleg van elektrische kermisinstallaties geldende “Veiligheidsvoorschriften voor laagspanningsinstallaties (Installatievoorschriften 1)”, vervat in publicatie NEN 1010. De opgegeven aansluitwaarde van de elektrische installatie van de inrichting mag niet worden overschreden.
Artikel 26i Blusapparatuur
In of nabij elke kermisattractie dient een wettelijk goedgekeurd blusapparaat aanwezig te zijn. De blusapparaten dienen in een goede staat van onderhoud te verkeren, steeds bereikbaar en voor onmiddellijk gebruik gereed te zijn. In attracties, waarin gebakken of gebraden wordt dienen goed passende deksels aanwezig te zijn.
Artikel 26j Kook- en bakinrichtingen
Kook- en bakinrichtingen op elektrische energie dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
a. Het gebruik van frituurvet en spijsolie is alleen toegestaan in thermisch beveiligde kooktoestellen;
b. De kooktoestellen dienen vast op de vloer dan wel op tafel opgesteld te staan en dienen tegen omvallen en omstoten beschermd te zijn;
c. De kooktoestellen dienen ten minste 1.50 meter van tentdoek of andere brandbare materialen opgesteld te staan;
d. Indien de kooktoestellen binnen 1.50 meter van tentdoek of andere brandbare materialen opgesteld staan, dient er een brandwerende bescherming te worden aangebracht.
Artikel 26k Aantal gasflessen/verbindingen
1. In of nabij een kook- en /of bakinrichting, salonwagen of caravan mogen niet meer dan de wettelijk aantal toegestane gasflessen aanwezig zijn. De gasflessen dienen zodanig te zijn opgeslagen, dat de gasflessen niet voor het publiek bereikbaar zijn en bij brand gemakkelijk verwijderd kunnen worden. Propaan- en butaanflessen dienen tegen opwarming door zonnestraling te zijn beschermd. Lege gasflessen dienen beschouwd te worden als volle en dienen derhalve direct afgevoerd te worden;
3. Verbindingen dienen te bestaan uit koperen leidingen c.q. goedgekeurde propaanslangen, welke niet ouder zijn dan 2 jaar. De slangen dienen aangesloten te worden door middel van slangenklemmen en mogen niet langer zijn dan 1.50 meter. Het gebruik van andere gassen dan butaan en propaan is niet toegestaan.
Artikel 26l Ballonnen
Voor het vullen van ballonnen mag slechts gebruik worden gemaakt van heliumgas.
Artikel 26m Noodverlichting (NEN 1010 en A.R.O.R. 1.13 en 1.14 geheel)
In inrichtingen die verstoken zijn van daglicht dient een nood- en transparantverlichtingsinstallatie aanwezig te zijn, die een zodanige capaciteit heeft, dat de noodverlichting gedurende een half uur op volle sterkte kan branden.
Artikel 26n Aantal personen
In inrichtingen waar voorstellen of tentoonstellingen worden gegeven, is het maximum aantal personen dat tegelijkertijd mag worden binnengelaten gelijk aan het beschikbare vloeroppervlakte van de inrichting in vierkante meters. Het maximum aantal personen wordt eveneens bepaald door de aanwezige totale uitgangsbreedte. In dit verband dienen de aanwijzingen gegeven door of vanwege de brandweercommandant in het kader van de brandveiligheid direct en stipt opgevolgd.
Artikel 26o Vloeibare stoffen
1. K1-opslag dient plaats te vinden in daarvoor goedgekeurde vaatwerk in vaten van max. 20 liter. De totale hoeveelheid, welke aanwezig mag zijn, bedraagt 80 liter.
2. K2-K3-opslag dient te geschieden in daarvoor vaten of tanks. Maximale hoeveelheid per vat 200 liter. De totale hoeveelheid mag niet meer bedragen dan 400 liter.
3. K1-K2-K-3-opslag dient zodanig te geschieden, dat brandbare vloeistoffen niet direct bij een brand betrokken kunnen raken. Tijdens het vullen c.q. overvullen mag er geen open vuur aanwezig zijn en mag niet worden gerookt. Er dienen maatregelen genomen te worden, dat het publiek niet bij de opslag kan komen.
Artikel 26h t/m 26o dienen door de brandweer te worden getoetst aan de recente regelgeving!!
Artikel 26p Vegen rondom attractie
1. De exploitant is verplicht om iedere avond, na het sluiten van de kermis, het terrein rondom zijn inrichting schoon te vegen.
2. Onder "rondom zijn inrichting" dient te worden verstaan het terrein binnen de (denkbeeldige) lijn die rondom de inrichting is gelegen, indien vanuit iedere hoek, rand of wand van de inrichting een afstand van 10 meter in acht wordt genomen. De afstand van 10 meter kan – in overleg en/of op aanwijzing van de kermiscoördinator – meer of minder bedragen.
3. Het opgeveegde afval dient in een op het kermisterrein aanwezige afvalcontainer te worden gedeponeerd.
4. Door of namens burgemeester en wethouders kan toestemming worden verleend om af te zien van het vegen op de laatste avond van de kermis.
VI Aansprakelijkheid
Artikel 27 Verzekeringsplicht
De exploitant is verplicht het risico van aansprakelijkheid, waarin begrepen zowel wettelijke als contractuele aansprakelijkheid, voor schade aan personen en goederen (daaronder begrepen het gehuurde), alsmede de daaruit voortvloeiende schade, direct of indirect verband houdende met de exploitatie van de inrichting, in toereikende mate te verzekeren.
Artikel 28 Schade
1. De exploitant is op gelijke wijze als voor eigen handelen aansprakelijk voor schade die ontstaat door handelen van zijn personeel en van door hem bij de exploitatie ingeschakelde derden.
2. De exploitant vrijwaart de gemeente voor alle in lid 1 bedoelde aanspraken wegens geleden schade, tenzij deze schade het gevolg is van door of vanwege de gemeente voor de samenstelling van de kermis genomen of voorgeschreven maatregelen.
3. De exploitant is aansprakelijk voor alle schade, tijdens de exploitatie van de attractie, schade toegebracht aan de bestrating, aan andere gemeentelijke eigendommen en aan eigendommen van derden, die aan hem te wijten is en welke is ontstaan door het plaatsen van en het rijden met kermisvoertuigen, het oprichten, onderhouden, wijzigen en afbreken van kermisinrichtingen, alsmede door het plaatsen, verplaatsen of verwijderen van machines en werktuigen, of door welke andere oorzaak ook.
Artikel 29 Niet-nakoming gunningsvoorwaarden
1. Indien één van beide partijen de verplichtingen op grond van deze verhuurvoorwaarden niet, niet tijdig of niet deugdelijk nakomt is deze partij, na schriftelijk in gebreke te zijn gesteld waarbij een redelijke termijn is gesteld om alsnog na te komen, tenzij zulks op grond van deze voorwaarden, het contract of de wet niet nodig is, en in geval van termijnstelling, nakoming binnen die termijn uitblijft, aansprakelijk voor alle schade die hieruit voor de andere partij en/of derden voortvloeit en is de andere partij gerechtigd tot ontbinding van de overeenkomst over te gaan.
2. De verplichting tot betaling van een schadevergoeding op grond van het vorige lid laat onverlet het verval van de reeds betaalde pachtsom aan de gemeente.
3. Bij overtreding van die voorwaarden, waarvan naleving - in het belang van de veiligheid van het publiek of in het algemeen belang van de kermis - bij voortduring gewaarborgd dient te zijn, zijn burgemeester en wethouders, onverminderd het bepaalde in lid 1, bevoegd:
a. de inrichting van de exploitant met onmiddellijke ingang te sluiten, zonodig onder het gelijktijdig staken van de levering van elektriciteit;
b. aan de exploitant een boete op te leggen van € 2.300,00 per overtreding en/of voor elke dag of gedeelte daarvan dat de overtreding duurt.
4. Voorwaarden waarvan de naleving bij voortduring gewaarborgd dient te zijn, als bedoeld in lid 3, zijn in ieder geval artikel 3, lid 1 (rit- en entreeprijzen) en artikel 23 (zorgplicht veiligheid inrichting).
VII Slotbepalingen
Artikel 31 Extra activiteiten tijdens de kermis
De gemeente kan een nader te bepalen tijdstip, tijdens of voor de kermis, aanwijzen als prikkelvrij
/ speciale toegang voor mensen met een beperking. De exploitant dient hier aan mee te werken.
Artikel 32 Geschillenregeling
Alle geschillen, die naar aanleiding van de verhuur van de standplaatsen mochten ontstaan, van welke aard en omvang ook, daaronder mede begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd, zullen worden voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter, tenzij partijen terzake van die geschillen arbitrage overeenkomen.
Artikel 33 Aanhalingstitel
Deze algemene voorwaarden voor de verhuur van standplaatsen op de kermisterreinen van gemeente Boxtel kunnen worden aangehaald als “Kermisvoorwaarden gemeente Boxtel”.
Boxtel, (DATUM)
BURGEMEESTER VAN BOXTEL,