Contract
TRAC T A TENBLAD
VAN HET
K O N I N K R I J K D E R N E D E R L A N D E N
JAARGANG 2012 Nr. 133
A. TITEL
Luchtvaartovereenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Israël;
(met Bijlage) Jeruzalem, 23 oktober 1950
B. TEKST
De Nederlandse en de Engelse tekst van de overeenkomst, met Bij- lage, zijn bij Koninklijk Besluit bekendgemaakt in Stb. K 529.
Voor de Engelse tekst van de wijziging van de Bijlage, zie rubriek X xxx Xxx. 1994, 240.
Voor de Nederlandse en de Engelse tekst van de wijziging van de overeenkomst, zie rubriek X xxx Xxx. 2000, 55.
D. PARLEMENT
Zie de rubrieken J van Trb. 1956, 78 en Trb. 2002, 97.
G. INWERKINGTREDING
Zie de rubrieken J van Trb. 1956, 78 en Trb. 2002, 97.
Op 9 december 2008 is te Brussel de Overeenkomst tussen de Euro- pese Gemeenschap en de Staat Israël inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten tot stand gekomen. De bepalingen van deze Overeenkomst zijn op 4 november 2009 in werking getreden. Door de inwerkingtreding van deze Overeenkomst wordt de te Jeruzalem gesloten bilaterale over- eenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Israël, met Bijlage, van 23 oktober 1950, als volgt gewijzigd.
Ingevolge artikel 1, tweede lid, van de Overeenkomst van 9 decem- ber 2008 zal, wanneer in de tekst van de bilaterale overeenkomst, met
133 2
Bijlage, wordt verwezen naar onderdanen van het Koninkrijk der Neder- landen, dit worden begrepen als een verwijzing naar onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie.
Ingevolge artikel 1, derde lid, van de Overeenkomst van 9 december 2008 zal, wanneer in de tekst van de bilaterale overeenkomst, met Bij- lage, wordt verwezen naar luchtvervoerders of luchtvaartmaatschappijen van het Koninkrijk der Nederlanden, dit worden begrepen als een ver- wijzing naar de door het Koninkrijk der Nederlanden aangewezen lucht- vervoerders of luchtvaartmaatschappijen.
Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Overeenkomst van 9 december 2008 hebben de bepalingen van artikel 2, tweede en derde lid, van deze Overeenkomst voorrang op de overeenkomstige bepalingen van respec- tievelijk de artikelen II en VI van de bilaterale overeenkomst.
Ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Overeenkomst van 9 december 2008 vormen de bepalingen van artikel 3, tweede lid, van deze Overeen- komst een aanvulling op de overeenkomstige bepalingen van artikel IV van de bilaterale overeenkomst.
Ingevolge artikel 4, eerste lid, van de Overeenkomst van 9 december 2008 vormen de bepalingen van artikel 4, tweede lid, van deze Overeen- komst een aanvulling op de overeenkomstige bepalingen van Punt 7 van de Bijlage bij de bilaterale overeenkomst.
Ingevolge artikel 5, tweede lid, van de Overeenkomst van 9 decem- ber 2008 worden de bepalingen in de bilaterale overeenkomst, met Bij- lage, die niet verenigbaar zijn met artikel 5, eerste lid, van de Overeen- komst van 9 december 2008 niet toegepast.
J. VERWIJZINGEN
Zie voor verwijzingen en overige verdragsgegevens Trb. 1956, 78,
Trb. 1994, 240, Trb. 2000, 55 en Trb. 2002, 97.
Verbanden
De overeenkomst, met Bijlage, is aangevuld door:
Titel : Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Staat Israël inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten; Brussel, 9 december 2008
Tekst : Pb. EU L 90 van 2 april 2009, blz. 9-19
Overige verwijzingen
Titel : Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart; Chicago, 7 december 1944
Laatste Trb. : Trb. 2012, 126
3 133
Uitgegeven de derde augustus 2012.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
X. XXXXXXXXX
trb-2012-133 ISSN 0920 - 2218
’s-Gravenhage 2012