DE ONDERGETEKENDEN:
Opstalovereenkomst LTO Nederland voor niet-commerciële leidingen; concept-versie februari 2020;
Tracé:………………………………………………………………………………………..
Tekeningnummer:……………………………………………………………
Dossiernr.:………………………………………………………………………………..
DE ONDERGETEKENDEN:
(naam, voorna(a)m(en), geb.datum + plaats, huwl.staat, adres, identiteitsbewijs + nr.) A
────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────
────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────────
───────────────────────────────────────────────────────────────────────────────── Hierna (tezamen) te noemen "Grondeigenaar" en
B de besloten vennootschap…………………………….., gevestigd te , Postbus ……, inschrijving Handelsregister aldaar
nr , ten deze krachtens volmacht vertegenwoordigd door ───────────────────────────────────────,
woonplaats kiezende ten kantore van ,
hierna te noemen “Opstalhouder”.
Overwegende dat:
- Grondeigenaar eigenaar is van het/de hierna te noemen kadastrale perceel/percelen;
- Opstalhouder in o.a. het/de vorenbedoelde perceel/percelen een leiding aan wil leggen;
- Opstalhouder in haar hoedanigheid van initiatiefnemer als bedoeld in artikel 13.3 e lid 1 van de (ontwerp-)Omgevingswet (kamerstuk 34 986 Nr. 50) de leiding zal aanleggen en exploiteren;
- De aan te leggen leiding kwalificeert als een werk van algemeen belang zoals (thans) bedoeld in de Belemmeringwet Privaatrecht en zal enkel en alleen binnen dat kader geëxploiteerd worden;
- Deze overeenkomst aangegaan wordt ter voorkoming van het opleggen van een gedoogplicht als bedoeld in de Belemmeringenwet Privaatrecht.
VERKLAREN HET NAVOLGENDE TE ZIJN OVEREENGEKOMEN:
Grondeigenaar verbindt zich jegens Opstalhouder tot het verlenen van een recht van opstal op het hierna omschreven registergoed, waartegenover Opstalhouder zich verbindt tot het aanvaarden van voormeld recht van opstal.
Het recht van opstal zal worden gevestigd op het/de perce(e)l(en) plaatselijk bekend
──────────────────────────────────────, kadastraal bekend als gemeente ───────────────────────── , sectie(s) ── , nummer(s) ───────────────────, dat/die ten tijde van het aangaan van deze Overeenkomst agrarisch / niet agrarisch te weten: geëxploiteerd wordt/worden.
Omschrijving van het Werk:
Omschrijving van de Bijbehoren:
Het aan Opstalhouder te verlenen recht van opstal zal inhouden het recht ten behoeve van Opstalhouder om op de voorwaarden en met de rechten als bepaald in deze Overeenkomst en de AVL 2020, op, in en/of boven de Xxxxx xxx Xxxxxxxxxxxxx een Leiding aan te leggen, in eigendom te hebben, te gebruiken, te vervangen en in stand te houden voor het transport van volgens
het Tracé en met de Bijbehoren, zoals schetsmatig weergegeven op de door Opstalhouder vervaardigde tekening, overigens bij partijen voldoende bekend, alsmede het eventueel aanleggen, in eigendom hebben, gebruiken, vervangen en in stand houden van op enig moment voor het gebruik van de Leiding benodigde Bijbehoren,
waarop van toepassing zijn de volgende
BEPALINGEN:
Artikel 1
Deze Overeenkomst is aangegaan onder de AVL 2020, als vastgelegd bij akte met nummer ……………….d.d , verleden voor
mr , (kandidaat-)notaris, en ingeschreven bij het Kadaster en de Openbare Registers in Nederland.
Grondeigenaar gaat middels ondertekening van het aan de Overeenkomst gehechte exemplaar van de AVL 2020 akkoord met de inhoud daarvan.
De definities zoals vastgelegd in artikel I van de AVL 2020 zijn van overeenkomstige toepassing op deze Overeenkomst.
Artikel 2
1. De Grondeigenaar heeft Opstalhouder geïnformeerd over eventueel bij hem bekende feiten die er op wijzen dat de Grond waarop het recht van opstal zal worden gevestigd enige verontreiniging of belemmering bevat, die ten nadele strekt of stoornis kan veroorzaken in het gebruik door Opstalhouder als voormeld.
2. Grondeigenaar heeft Opstalhouder geïnformeerd over de aanwezigheid van gebruiks- en andere rechten ten aanzien van de Grond uit welke hoofde dan ook, alsmede alle andere afspraken, hoe ook genaamd, die ten tijde van het aangaan van de Overeenkomst direct of indirect in verband met de Grond bestaan.
Artikel 3
Opstalhouder is bij wijze van tegenprestatie voor het aangaan van de Overeenkomst, onverminderd artikel IV van de AVL 2020, aan Grondeigenaar verschuldigd een vergoeding ineens van € ──────────────, te voldoen uiterlijk binnen drie (3) maanden na ondertekening van deze Overeenkomst.
Na betaling van voormelde tegenprestatie is Opstalhouder gerechtigd van haar rechten uit deze Overeenkomst gebruik te maken. De aan Grondeigenaar en/of Grondgebruiker toekomende vergoeding zal te allen tijde tenminste gelijk zijn aan de vergoeding(en) die andere eigenaren of grondgebruikers voor feitelijk dezelfde betalingsoorzaak op het betreffende Tracé verkrijgen.
Artikel 4
Indien Opstalhouder van haar rechten geen gebruik maakt en voormeld recht van opstal nog niet is gevestigd, wat onder meer gelegen kan zijn in het niet doorgaan van het betreffende project, tracéwijziging, of het niet verkrijgen van de benodigde vergunningen, kan zij deze Overeenkomst schriftelijk opzeggen aan Grondeigenaar en aldus afzien van het vestigen van het recht van opstal.
Artikel 5
Indien Grondeigenaar gedurende de periode ingaande de datum van ondertekening door Grondeigenaar van deze Overeenkomst tot de vestiging van het recht van opstal door inschrijving in de openbare registers, het voornemen heeft over te gaan tot gehele of gedeeltelijke vervreemding van de Grond, dan wel tot bezwaring daarvan met enig beperkt recht, waaronder begrepen het recht van hypotheek, of tot het verlenen van een niet zakelijk gebruiksrecht, zal hij dit aanstond aan opstalhouder meedelen en de bepalingen van deze Overeenkomst en de AVL 2020 aan de toekomstige rechthebbende opleggen.
Artikel 6
Grondeigenaar verleent onherroepelijke volmacht met de bevoegdheid tot substitutie aan Opstalhouder om voor en namens Grondeigenaar voormeld recht van opstal te vestigen bij notariële akte en die akte te ondertekenen en al datgene te doen en te laten verrichten wat ter zake vereist mocht zijn. Deze volmacht zal niet eindigen door het overlijden van de Grondeigenaar en evenmin bij zijn ondercuratelestelling of het ten aanzien van hem van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen.
Artikel 7
De kosten van de Akte van vestiging, de inschrijving in de openbare registers en de eventueel verschuldigde overdrachtsbelasting, zullen door Opstalhouder worden gedragen.
Artikel 8
Behoudens de tegenprestatie als hiervoor in artikel 3 vermeld en de schadevergoedingen welke uit hoofde van de A.V.L. 2020 zijn ontstaan of nog zullen ontstaan is Opstalhouder geen andere vergoeding verschuldigd.
Artikel 9
1 Het recht van opstal wordt gevestigd voor de duur van 35 jaren en kan tegen het einde van deze termijn of tegen elke dag nadien door elk van partijen worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste zes
kalendermaanden.
Gedurende drie maanden na deze opzegging heeft Opstalhouder en optierecht tot verlenging van deze overeenkomst tegen de dan nader overeen te komen of rechtens vast te stellen voorwaarden en tarieven. Indien Opstalhouder voornoemd optierecht inroept, zal – bij gebreke van overeenstemming over de dan geldende voorwaarden en tarieven – de opstalovereenkomst in ieder geval tijdelijk worden verlengd tot het moment waarop de dan geldende voorwaarden en tarieven tussen partijen rechtens zullen zijn vastgesteld.
2 Buiten de situatie als bedoeld in lid 1 zal uitsluitend Opstalhouder het recht van opstal en daarop betrekking hebbende aanvullende afspraken kunnen opzeggen, hetzij algeheel, hetzij ten aanzien van één of meer gedeelten van het Werk ten behoeve waarvan het recht van opstal zal worden gevestigd, en wel te allen tijde, door opzegging met inachtneming van een termijn van één jaar, middels een exploot als bedoeld in artikel 88 boek 5 van het Burgerlijk Wetboek.
3 Indien de eigenaar van de Grond schriftelijk verklaart van een wens van Opstalhouder tot beëindiging van het recht van opstal te hebben kennisgenomen, daarmee akkoord te gaan en afstand van het recht van opstal door Opstalhouder te aanvaarden, eindigt het opstalrecht per de datum die partijen dan overeenkomen.
4 Het recht van opstal eindigt tussentijds ook indien:
- het Werk met toepassing van artikel 12 van deze Overeenkomst volledig is verwijderd.
- het Werk niet langer kwalificeert als een werk van algemeen belang zoals bedoeld in de Belemmeringwet Privaatrecht dan wel hierop volgende gelijksoortige wetgeving.
- het Werk niet langer geëxploiteerd wordt door een bij wet aangewezen netbeheerder zoals bijvoorbeeld bedoeld in de Elektriciteitswet, Gaswet en de Warmtewet.
5 De eigenaar van de Xxxxx xxxxxxxx, voor zoveel nodig, aan Opstalhouder onherroepelijke volmacht om in het geval van het eindigen van het recht van opstal daarvan in de openbare registers te doen blijken middels inschrijving van notariële akte(n) en/of verklaring(en), namens de eigenaar van de Grond vanwege Opstalhouder ondertekend, welke volmacht niet zal eindigen door het overlijden van de eigenaar van de Xxxxx dan wel zijn ondercuratelestelling of het ten aanzien van hem van toepassing verklaren van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen.
Artikel 10
1 Met betrekking tot Bijbehoren zal Opstalhouder zich beperken tot die Bijbehoren, die voor de aanleg, veiligheid en/of de instandhouding van het transport noodzakelijk zijn, één en ander voor zover deze Bijbehoren niet tot een permanente en substantiële verzwaring van de door het Werk veroorzaakte belemmering leiden.
2 Opstalhouder zal Bijbehoren zodanig situeren dat zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de belangen van de eigenaar van de Grond, waarbij als uitgangspunt geldt dat de eigenaar van de Grond het volledige genot van de Grond behoudt, voor zover hij dit niet aan derden heeft verleend en voor zover een en ander niet strijdig is met het aan Opstalhouder verleende recht van opstal en annexe rechten.
Artikel 11
1 De eigenaar van de Grond zal zich op de Grond onthouden van elke handeling, waardoor het met behulp van het Werk te verrichten gastransport kan worden belet of belemmerd, dan wel waardoor gevaar kan ontstaan voor personen of goederen.
2 De eigenaar van de Grond zal in het bijzonder op de strook grond van ─── meter aan weerszijden van de hartlijn van iedere Leiding – waaronder voor de toepassing van dit artikel tevens worden begrepen eventuele afblaas- en/of omloopleidingen - geen bouwwerken oprichten, geen goederen - waaronder begrepen afvalstoffen en grond - opslaan, geen gesloten wegdek aanbrengen, het maaiveld niet substantieel ophogen, geen ontgrondingen verrichten, geen diepe grondbewerkingen uitvoeren, geen rioleringen dan wel leidingen, drains of kabels aanbrengen, geen bomen of diepworte- lende struiken planten dan wel voorwerpen de grond indrijven, noch aan een derde toestemming tot zulk een handeling verlenen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Opstalhouder, die nooit op onredelijke gronden zal weigeren medewerking te verlenen. Opstalhouder kan aan voormelde toestemming nadere voorwaarden verbinden, welke voorwaarden geen afbreuk doen aan hetgeen gesteld in artikel IV van de AVL 2020.
3 Indien na verkregen schriftelijke toestemming van Opstalhouder als bedoeld in het voorgaande lid, door of in opdracht van de eigenaar van de Xxxxx werkzaamheden worden verricht, tengevolge waarvan schade aan het Werk ontstaat, of door de eigenaar van de Grond ten gevolge van de aanwezigheid van het Werk schade wordt geleden, zal Opstalhouder de eigenaar van de Grond hiervoor niet aansprakelijk stellen casu quo hem deze schade vergoeden, tenzij aan eigenaar van de Grond opzet, grove schuld of het niet nakomen van door Opstalhouder gestelde nadere voorwaarden als bedoeld in lid 2 kan worden verweten.
4 Schade, als bedoeld in het voorgaande lid, welke naar het oordeel van Opstalhouder ten laste van derden behoort te komen, behoeft door Opstalhouder slechts vergoed te worden onder gelijktijdige overdracht door de benadeelde van diens eventuele rechten op die derde tot vergoeding, voor zover die overdracht niet reeds uit de wet voortvloeit.
Artikel 12
1 Binnen 5 jaar nadat het Werk geheel of gedeeltelijk definitief buiten gebruik is gesteld zal Opstalhouder het buiten gebruik gestelde gedeelte van het Werk verwijderen, tenzij verwijdering in redelijkheid niet van Opstalhouder kan worden gevergd. In het laatste geval zal het Werk ter plaatse blijven en blijft de Overeenkomst verder onverkort van toepassing. Opstalhouder verplicht zich om in het geval het Werk wordt verwijderd het betrokken gedeelte van de Grond weer zo goed mogelijk in de oude staat terug te brengen en om eventuele schade in overeenstemming met artikel IV lid 1 van de AVL 2020 te vergoeden. Deze verplichting tot vergoeding van schade eindigt niet door het eindigen van het recht van opstal.
2 In afwijking van lid 1 van dit artikel zal het buiten gebruik gestelde Werk geheel of gedeeltelijk ter plaatse blijven wanneer de eigenaar van de Grond en Grondgebruiker(s) daar gezamenlijk om verzoeken, tenzij het ter plaatse laten van het buiten gebruik gestelde (gedeelte van het) Werk bij afweging van de wederzijdse belangen in redelijkheid niet van Opstalhouder gevergd kan worden. Bij het met toepassing van dit lid ter plaatse blijven van het buiten gebruik gestelde (gedeelte van het) Werk, zal de Overeenkomst met uitzondering van artikel IV AVL 2020 in stand blijven.
3 Indien Opstalhouder op grond van zwaarwegende gewijzigde omstandigheden later alsnog tot gehele of gedeeltelijke verwijdering van het Werk wenst over te gaan, zal aan Opstalhouder toestemming daarvoor niet worden geweigerd. Opstalhouder verplicht zich om na verwijdering van het Werk, het betrokken gedeelte van de Grond weer in een zo goed mogelijke staat te brengen en om eventuele schade in overeenstemming met artikel IV lid 1 van de AVL 2020 te vergoeden. Deze verplichting tot vergoeding van schade eindigt niet door het eindigen van het recht van opstal.
4 Als de eigenaar van de Grond en Grondgebruiker(s) gezamenlijk later alsnog verwijdering verlangen omdat de eigenaar van de Grond en Grondgebruiker(s) aannemelijk maken dat het buiten gebruik gestelde (gedeelte van het) Werk een relevante belemmering vormt, zal Opstalhouder in overleg met de eigenaar van de Grond en Grondgebruiker(s) het Werk verwijderen conform het gestelde in het eerste lid van dit artikel.
5 Op geschillen in verband met de toepassing van dit artikel is artikel VI AVL 2020 van toepassing.
6 Anderen dan de eigenaar van de Grond kunnen aan dit artikel 12 alleen dan rechten ontlenen, indien en voor zover zij ook bereid zijn eventuele geschillen omtrent dit artikel overeenkomstig artikel VI AVL 2020 te laten beslechten (voor zover de betreffende arbitrageclausule ook van toepassing is in de rechtsverhouding tussen Opstalhouder en Grondeigenaar van de betreffende Gronden).
Artikel 13
Alle verplichtingen van Grondeigenaar, eigenaar van de Grond en/of Grondgebruiker uit hoofde van het recht van opstal om iets te dulden of niet te doen zullen voor zoveel nodig nog als kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek overgaan op degene die de Grond, waaronder onder meer begrepen een daarvan afgeleid beperkt zakelijk recht met uitzondering van een recht van hypotheek, verkrijgen; ook degenen die een recht van gebruik verkrijgen van de rechthebbende zullen daaraan zijn gebonden.
Artikel 14
Voor wat betreft de inschrijving en verwerking van een afschrift of uittreksel van de van Akte van vestiging en de toepassing en de werking van de Wet op belastingen van rechtsverkeer en/of de Wet op de omzetbelasting 1968 kiezen partijen woonplaats ten kantore van notaris ─────────────────────────────────────────── ,die met het opmaken en verlijden van de Akte van vestiging zal worden belast.
Aldus in tweevoud opgemaakt en getekend te
───────────────────────────
d.d. ─────────────────────────────────────
GRONDEIGENAAR: OPSTALHOUDER:
Legalisatie handtekening Grondeigenaar:
De ondergetekende,……………………………………………………….
Rechtsgeldig vertegenwoordiger van Opstalhouder, verklaart het volgende:
1. de ondergetekende heeft de identiteit van de (vertegenwoordiger van de) Grondeigenaar vastgesteld aan de hand van het volgende legitimatiebewijs:
Nederlands(e) paspoort / rijbewijs / identiteitskaart1 met nummer
…………………………………………, geldig tot , waarvan een (foto)kopie als bijlage is gehecht aan deze
Overeenkomst; en
2. de ondergetekende heeft de identiteit van de (vertegenwoordiger van de) Grondeigenaar vastgesteld aan de hand van het volgende legitimatiebewijs:
Nederlands(e) paspoort / rijbewijs / identiteitskaart2 met nummer
…………………………………………, geldig tot , waarvan een (foto)kopie als bijlage is gehecht aan deze
Overeenkomst; en
3. deze Overeenkomst is in het bijzijn en ten overstaan van de ondergetekende mede ondertekend door/namens de Grondeigenaar.
Ondertekend te ……………………………… op …………………………………..
1 Doorhalen wat niet van toepassing is
2 Doorhalen wat niet van toepassing is
ALGEMENE VOORWAARDEN LEIDING(EN) 2020
behorende bij Opstalovereenkomst LTO Nederland voor niet-commerciële leidingen; concept-versie februari 2020;
Artikel I
In deze Algemene Voorwaarden betreffende aanleg en instandhouding van Leidingen (hierna te noemen: AVL 2020) en in de Overeenkomst wordt verstaan onder:
De Overeenkomst:
de door Opstalhouder met Grondeigenaar gesloten overeenkomst betreffende het verlenen aan Opstalhouder van een recht van opstal tot de aanleg, het in eigendom hebben, gebruiken, vervangen, in stand houden en verwijderen van (een) Leiding(en) en Bijbehoren op, in of boven de Grond van Grondeigenaar welke Overeenkomst samen met deze AVL 2020 één geheel vormt;
Akte van vestiging:
een notariële akte, door middel waarvan het in de Overeenkomst omschreven recht van opstal door inschrijving bij het Kadaster en de Openbare Registers in Nederland wordt gevestigd;
De Grond:
de aardbodem, waarin, waarop en/of waarboven het Werk wordt of is aangelegd en waarop het in de Overeenkomst omschreven recht van opstal betrekking heeft; Grondeigenaar:
de partij(en) die bij de ondertekening van de Overeenkomst als eigenaar van de Grond is/zijn geduid;
Grondgebruiker:
degene(n), niet zijnde de eigenaar van de Grond, die krachtens een persoonlijk en/of zakelijk recht gebruik maakt/maken van de Grond;
Tracé:
de route overeenkomstig welke een Leiding op en/of in de Grond zal worden
aangelegd, welke als schetsmatige lijn op een door of ten behoeve van Opstalhouder te vervaardigen tekening weergegeven is of wordt.
Het Werk:
de in, op en/of boven de Grond gelegde of te leggen Leiding(en) en Bijbehoren met de beoogde capaciteit bij eerste ingebruikname;
Leiding(en):
een aaneengesloten stelsel van buizen, leidingen, kabels of draden ten dienste van het transport van gas, water, elektriciteit, data, etc.;
Bijbehoren:
een of meer naar het oordeel van Opstalhouder op enig moment noodzakelijke, bij de aanleg, het in eigendom hebben, gebruiken, vervangen en/of in standhouden van
de Leiding behorende zaken, zoals bijvoorbeeld aansluitingen, hulp- en
beschermingsconstructies, kabels, afsluiters, controleputten, anticorrosieapparatuur, vloeistofvangers, omloopleidingen, afblaasleidingen en merktekens;
Artikel II
1 Het recht van opstal is beperkt tot het recht om de in de Overeenkomst genoemde zaken door de Leiding(en) te mogen transporteren en houdt tevens in dat Opstalhouder bevoegd is om het Werk te (laten) inspecteren, onderhouden, herstellen, en voorts dat Opstalhouder en daartoe
aangewezen derden toegang zullen hebben tot de Grond met de daarvoor bij Opstalhouder gebruikelijke vervoermiddelen, materialen en werktuigen, ook in verband met het komen en gaan van en naar naburig gelegen percelen c.q. de openbare
weg, alsmede gebruik zullen kunnen maken van een voor de uitvoering van werkzaamheden vereiste strook grond, zulks op een in redelijk overleg met eigenaar van de grond of indien aanwezig Grondgebruiker te bepalen wijze.
2 Na het gereedkomen van de aanleg van de Leiding zal Opstalhouder aan Grondeigenaar en aan de ten tijde van het gereedkomen van de Leiding bij Opstalhouder bekende
Grondgebruiker een tekening toezenden waarop de ligging van de Leiding en de situering van de Bijbehoren is aangegeven.
Artikel III
1 Opstalhouder zal de Leiding aanbrengen met een in redelijkheid op de in de
Overeenkomst vastgelegde exploitatie van de Grond gebaseerde gronddekking, waarbij als uitgangspunt geldt dat de eigenaar van de Grond het volledige genot van de Grond behoudt, voor zover hij dit niet aan derden heeft verleend en voor zover een en ander niet strijdig is met het aan Opstalhouder verleende recht van opstal en annexe rechten.
2 Na afloop van de aanleg-, onderhouds-, herstel- of vervangingswerkzaamheden zal de Grond weer zo goed mogelijk in de oude staat worden teruggebracht, in het
geval van cultuurgronden zal het voorgaande op cultuurtechnisch verantwoorde wijze geschieden.
Artikel IV
1 Opstalhouder aanvaardt tegenover iedere eigenaar van de Grond aansprakelijkheid voor alle door de aanlegwerkzaamheden, door het eigenlijk gebruik of de inspectie van
het Werk, dan wel door onderhouds-, herstel-, vervangings-, verleggings- of verwijderingswerkzaamheden, veroorzaakte:
a beschadiging of vernietiging van aan de eigenaar van de Grond toebehorende zaken;
b belemmering van de exploitatie van het ten tijde van het aangaan van de Overeenkomst op de Grond gevestigde bedrijf zoals vastgelegd in de Overeenkomst, gewassenschade daaronder begrepen.
2. Opstalhouder aanvaardt ook de aansprakelijkheid voor schade als bedoeld in lid 1, welke niet is of wordt geleden door de eigenaar van de Grond maar door een
Grondgebruiker doch uitsluitend op voorwaarde dat de Grondgebruiker ingeval van geschillen bereid is zich te binden aan een arbitrage met overeenkomstige
toepassing van artikel VI (voor zover ook van toepassing in de rechtsverhouding tussen Opstalhouder en Grondeigenaar) ; Opstalhouder zal schade rechtstreeks aan de Grondgebruiker(s) vergoeden.
3 Indien in de toekomst als gevolg van de aan Opstalhouder verleende rechten door Grondeigenaar of een Grondgebruiker die op het moment van het sluiten van de overeenkomst al Grondgebruiker was, andere dan onder lid 1 van dit artikel bedoelde, concreet vast te stellen en te begroten schade wordt geleden en Grondeigenaar of vorenbedoelde Grondgebruiker aanspraak op vergoeding van die
schade zouden kunnen maken ingeval hen ten aanzien van het Werk een gedoogplicht overeenkomstig de Belemmeringenwet Privaatrecht zou zijn opgelegd, zal Opstalhouder deze dan alsnog aan betrokkene vergoeden.
4. Het bepaalde in lid 3 geldt ook ten aanzien van rechtsopvolgers onder algemene titel, bij overgang onder bijzondere titel, of voor verkrijgers krachtens ruilverkaveling.
5. Schade wordt door Opstalhouder slechts vergoed indien en voor zover de schade door de eigenaar van de Grond of Grondgebruiker voldoende aannemelijk gemaakt is, zo veel mogelijk is beperkt en de aanwezige of redelijkerwijze te verwachten schadeoorzaak
tijdig door de eigenaar van de Grond of de Grondgebruiker aan Opstalhouder wordt medegedeeld, en de eigenaar van de Grond en Grondgebruiker ook overigens alle informatie als bedoeld in artikel 2 van de Overeenkomst hebben verstrekt en aan al hun (overige) verplichtingen uit de Overeenkomst hebben voldaan.
6. Op basis van dit artikel vergoede schade zal in beginsel slechts éénmaal verschuldigd zijn met betrekking tot hetzelfde perceel grond, tenzij bijzondere omstandigheden
een andere beslissing rechtvaardigen. Opstalhouder zal slechts schade hoeven te vergoeden indien degene aan wie de schade wordt uitgekeerd desgevraagd meewerkt aan de vestiging of het doen vestigen van een kwalitatieve verplichting welke als doel heeft het gestelde in de eerste zin van dit lid te waarborgen.
7. Schade, welke naar het oordeel van Opstalhouder ten laste van derden behoort te komen, behoeft door Opstalhouder slechts vergoed te worden onder gelijktijdige overdracht door de benadeelde van diens eventuele rechten op die derde tot vergoeding, voor zover
die overdracht niet reeds uit de wet voortvloeit.
8. Door de Eigenaar of Grondgebruiker geleden schade die bij toepassing van de Belemmeringenwet Privaatrecht voor vergoeding in aanmerking zou zijn gekomen, zal te allen tijde ook op basis van dit artikel voor vergoeding in aanmerking komen.
Artikel V
Voor wat betreft het betalen van vergoedingen als bedoeld in de Overeenkomst, zal Opstalhouder in geval van mede-eigendom c.q. medegebruik onder alle omstandigheden gekweten zijn door betaling van overeengekomen vergoedingen met en aan één van
de mede-eigenaren c.q. medegebruikers.
Artikel VI
1 Mocht tussen partijen geen overeenstemming zijn verkregen, hetzij over de aanwezigheid van schade, hetzij over de grootte van enigerlei vergoeding van schade uit hoofde van deze AVL 2020, dan wel over het al dan niet verwijderen van het Werk als bedoeld in artikel 12 van de Overeenkomst, dan zal het geschil (indien één van de partijen aan de ander schriftelijk te kennen heeft gegeven dat een zodanig geschil aanwezig is, wordt het geacht te bestaan) met uitsluiting van de gewone rechter, in eerste en hoogste aanleg worden beslecht door een gezamenlijk te benoemen arbiter, of zo één der partijen aangeeft daaraan de voorkeur te geven door drie arbiters, waarvan partijen er elk één en deze twee gezamenlijk de derde zullen benoemen, die tevens als voorzitter zal fungeren.
2 Indien partijen omtrent de keuze van de enkele arbiter niet binnen dertig dagen na de in lid 1 genoemde schriftelijke kennisgeving tot overeenstemming kunnen komen dan wel, ingeval drie arbiters dienen te worden benoemd, hetzij als één partij of beide partijen niet binnen voornoemde termijn van dertig dagen de door haar te benoemen arbiter(s) aanwijst/aanwijzen, hetzij de twee door partijen benoemde arbiters het niet binnen zestig dagen, na de in lid 1 bedoelde schriftelijke kennisgeving eens kunnen worden over de keuze van de derde arbiter, tevens voorzitter, zal de benoeming van de enkele arbiter, de ontbrekende arbiters, respectievelijk de derde arbiter, geschieden door de President van de Rechtbank van het arrondissement, waarin de Grond gelegen is, zulks op verzoek van de meest gerede partij.
3 De arbiter zal, casu quo de arbiters zullen, de procedure bepalen en oordelen naar de regelen des rechts. Zijn/hun last zal onherroepelijk voortduren tot aan zijn/hun einduitspraak.
Daarbij zullen de kosten van het geding, die van de arbiter(s) daaronder begrepen, ten laste van Opstalhouder komen tenzij de andere partij voor meer dan 75 % in het ongelijk gesteld is, in welk geval bedoelde kosten geheel ten laste van die in het
ongelijk gestelde partij komen.
De arbiter(s) zal/zullen in zijn/hun einduitspraak bepalen of er sprake van is dat de andere partij meer dan 75% in het ongelijk is gesteld. Partijen zijn volledig
gebonden aan de einduitspraak van de arbiter(s).
Artikel VII
Waar in de Overeenkomst en de AVL 2020 wordt verwezen naar het oordeel van Opstalhouder is zulks bepaald mede in het algemeen belang van een ongestoord transport, het voorkomen van (levens)gevaar voor personen en/of (aanzienlijke) schade aan goederen, welke aangelegenheden een deskundigheid vereisen, zoals die bij Opstalhouder aanwezig is.
Getekend te d.d.
Opstalhouder: Grondeigenaar:
Teeltjaar 2019 Gasunie-tarievenlijst
Meewerkvergoedingen t.b.v. vestigen recht van opstal | ||
Afsluitvergoeding zakelijk recht | € 3,42 | per m2 belemmerende strook (minimaal € 1000,-) |
Meewerkvergoeding werkstrook (aanleg) | € 1,37 | per m2 werkstrook (minimaal € 100,-) |
Efficiëntiepremie eigenaar | 20% | 20% van de “afsluitvergoeding zakelijk recht” mits de eigenaar de overeenkomst binnen 6 weken na de aanbieding tekent |
Efficiëntiepremie gebruiker | 20% | 20% van de “afsluitvergoeding zakelijk recht” mits de gebruiker de “Overeenkomst met gebruiker” binnen 6 weken na de aanbieding tekent |
Efficiëntiepremie eigenaar/gebruiker | 20% | 20% van de “afsluitvergoeding zakelijk recht” mits de eigenaar/gebruiker de overeenkomst binnen 6 weken na de aanbieding tekent |
Voorschot gewassenschade | € 0,05 | Per m2 werkstrook benodigd bij aanleg gasleiding |
Meewerkvergoeding t.b.v. werkzaamheden aan bestaande leiding | ||
Meewerkvergoeding werkstrook (beheer) | € 0,68 | per m2 werkstrook (minimaal € 100,-) |
Voorschot gewassenschade | € 0,05 | Per m2 werkstrook |
Gewassentarieven per m2 | |||
Weide, gras- en hooiland | € 0,24 | Gras, start constructie na 1 juli | € 0,16 |
Gras, start constructie na 1 september | € 0,09 | ||
Tarwe | € 0,21 | Suikerbieten | € 0,33 |
Rogge | € 0,09 | Consumptieaardappelen | € 0,60 |
Gerst | € 0,17 | Zetmeelaardappelen | € 0,37 |
Snijmaïs | € 0,25 | Koolzaad | € 0,17 |
Korrelmaïs | € 0,21 | Haver | € 0,11 |
Verpleegkosten grasland | € 0,09 | Inzaaikosten grasland incl. bemesting | € 0,04 |
Vergoeding mensuren | € 33,50 | ||
Machine uren grasland incl. bestuurder | € 72,- | ||
Machine uren bouwland incl. bestuurder | € 79,50 |
De gewassentarieven zijn voorschottarieven. Bij aantoonbare hogere opbrengsten per m2 zal een nabetaling plaatsvinden.
Vergoeding bijbehoren | ||||||||||||
Soort vergoeding | Begunstigde | Bedragen | ||||||||||
Eenmalige recognitie | Eigenaar | € | 555 | |||||||||
afsluiterkooi of groep | ||||||||||||
Voorschot | Eigenaar | Bouwland | Grasland | |||||||||
vermogensschade | € | 1.775 | tot | € | 3.200 | € | 1.425 | tot | € | 2.325 | ||
afsluiterkooi | ||||||||||||
Afkoop "kleine bijbehoren" | stand | Xxxxxxxx | Xxxxxxxx | |||||||||
1/3 eigenaar | goed | € | 1.220 | tot | € | 1.850 | € | 800 | tot | € | 1.250 | |
2/3 gebruiker | matig | € | 1.850 | tot | € | 2.650 | € | 1.250 | tot | € | 1.625 | |
slecht | € | 3.300 | tot | € | 4.550 | € | 1.625 | tot | € | 2.500 | ||
z.slecht | € | 3.900 | tot | € | 5.150 | € | 2.050 | tot | € | 3.525 |
De op dit blad genoemde tarieven gelden enkel en alleen in combinatie met de tussen LTO Nederland en Gasunie in 2020 overeengekomen zakelijk recht voorwaarden.
Aan de leidingbeheerder T.a.v.
-ontwerp-
Datum :
Plaats :
Betreft : Uw voorstel voor een Verklaring Gedoogplicht d.d. Bijlage : LTO model ZRO en LTO-Gasunie Tarieventabel 2019
Geachte dame, heer,
Dank voor uw aanbod van uw Verklaring Gedoogplicht voor de aanleg van een telecomleiding over mijn agrarische grond. Helaas moet ik uw aanbod afwijzen. Voor zover nodig ontzeg ik u hierbij de toegang tot mijn perceel. Graag licht ik mijn afwijzing van uw verklaring toe en doe ik u in deze brief een tegenvoorstel.
Volgens de branche organisaties LTO en FPG en de gezamenlijke grondeigenaren NM, SBB en Provinciale Landschappen, is er in de Telecomwet bij een lokale leiding over particuliere grond, geen sprake van een gedoogplicht. Daarnaast heb ik volgens het Burgerlijk Wetboek ter compensatie op de inbreuk op mijn eigendomsrecht, recht op een gebruiksvergoeding. Graag baseer ik mij daarbij op de bijgevoegde LTO-Gasunietarieven voor de vestiging van een zakelijk recht en voor het gebruik van de werkstrook bij aanleg en onderhoud.
Zoals u in de voetnoot van de tarieventabel kunt lezen gelden die tarieven enkel en alleen in combinatie met de tussen LTO Nederland en Gasunie overeengekomen zakelijk recht voorwaarden. Uw Verklaring voldoet daar niet aan. Omdat u voorbij gaat aan enkele zeer essentiële zaken wijs ik uw voorstel af:
1. Maximale duur ZRO
2. Volledige schadeloosstelling nu en in de toekomst (ook bij grondmutaties)
3. Ontwikkeling wetgeving en jurisprudentie
4. Commercieel medegebruik door derden
5. Uitsluiting van aansprakelijkheid van de grondeigenaar
6. Diepteligging, Cultuurtechniek en fytosanitaire zaken bij de aanleg en onderhoud
7. Regeling bij einde gebruik
Tegenvoorstel o.b.v. LTO model ZRO
Deze meerjarige overeenkomst vraagt om een ordentelijke regeling. Graag stel ik u voor in mijn geval het LTO model ZRO te handteren met een zakelijk recht strook ter breedte van 2 m. en een
vergoeding toe te kennen van €1000 en €4,79/m2 (prijspeil 2019). LTO sluit met de bepalingen in haar model ZRO zo goed mogelijk aan bij dat wat inmiddels in de praktijk gangbaar is. LTO heeft met Gasunie een ZRO met een bepaalde termijn afgesproken. In dit geval stel ik voor de maximale duur van de ZRO te bepalen op 25 jaar. Daarnaast heeft LTO de bepalingen in de ZRO en de Algemene Voorwaarden meer toekomstbestendig gemaakt. LTO streeft naar uniformiteit en wil graag dat de
bijgevoegde ZRO de standaard wordt in leidingbeherend Nederland. Dit komt het draagvlak voor de leidingaanleg bij grondeigenaren te goede. Het LTO model is echter niet in beton gegoten. Ook is het denkbaar dat niet voor een ZRO met een afkoop met een bedrag in eens maar voor een Gebruiksovereenkomst wordt gekozen met een jaarlijkse retributie. LTO verzoekt u daarom haar model ZRO op haar toepasbaarheid te beoordelen en eventuele aanpassing ter beoordeling voor te leggen aan xxxx Xxxxxx Xxxxxx xxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
Vertrouwende hiermee van dienst te zijn. Met vriendelijke groeten,