Melding concentratie
Openbare versie
In deze openbare versie van de Concentratiemelding zijn delen van de tekst vervangen of weggelaten om redenen van vertrouwelijkheid. Vervangen of weggelaten delen zijn met vierkante haken [...] aangegeven.
Melding concentratie
Formulier betreffende de aanmelding in de zin van artikel 49a Wet Marktordening gezondheidszorg van de voorgenomen concentratie
tussen
Stichting de Kijvelanden
en
Stichting Altrecht
en
Parnassia Groep B.V.
door de totstandbrenging van de gemeenschappelijke onderneming
Forensisch Psychiatrische Combinatie Randstad (FPCR)
in de zin van artikel 27, tweede lid, van de Mededingingswet
Inhoudsopgave
1 Inlichtingen betreffende de betrokken organisaties 4
1.1 Contactgegevens 4
1.2 Activiteiten 5
1.3 Contactpersonen 6
1.4 Zijn de betrokken organisaties zorgaanbieder 6
1.5 Door hoeveel personen doen de zorgaanbieders zorg verlenen 6
2 Gegevens betreffende de concentratie 6
3 Gegevens over de gevolgen van de concentratie 12
4 Gegevens over de continuïteit van cruciale zorg 21
5 Gegevens over de betrokkenheid van cliënten, personeel en andere stakeholders 22
6 Mee te zenden documenten 29
VERTROUWELIJKHEID
Dit aanmeldingsformulier bevat vertrouwelijke bedrijfsgeheimen. Deze aanmelding en de daarin vervatte bedrijfsgeheimen worden slechts aan de Nederlandse Zorgautoriteit ten behoeve van een onderzoek van de onderhavige transactie onder artikel 49 c van de Wet Marktordening gezondheidszorg ter beschikking gesteld. De bedrijfsgeheimen mogen niet openbaar worden gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de betrokken ondernemingen. De bedrijfsgeheimen zijn hieronder in het geel en tussen vierkante haken opgenomen waarbij tevens een toelichting over de reden van de vertrouwelijkheid is gegeven.
Inleiding
1. Deze melding betreft de voorgenomen concentratie tussen Stichting de Kijvelanden (“De Kijvelanden”), een onderdeel van de Stichting Altrecht (“Altrecht”) en een onderdeel van de Parnassia Groep B.V. (“Parnassia Groep’’) hierna gezamenlijk: (“Partijen”), door middel van de oprichting van de gezamenlijke onderneming Forensisch Psychiatrische Combinatie Randstad (“FPCR”).
2. Het betreft hier geestelijke gezondheidszorg, die grotendeels binnen een extern opgelegd (strafrechtelijk) kader plaatsvindt (forensische zorg). De partijen bij deze concentratie zijn alle drie actief op het gebied van zorg voor mensen die door een psychische stoornis of een verstandelijke beperking grensoverschrijdend gedrag vertonen, waarbij zij voor zichzelf, voor anderen om zich heen of voor de maatschappij, gevaar opleveren of kunnen opleveren.
3. Voor een goede behandeling van deze specifieke doelgroepen is specialisatie en kennisdeling noodzakelijk. Hierdoor kan de kwaliteit van de zorg verder verbeteren en de effectiviteit van het handelen verbeteren waardoor op termijn er minder recidiven kunnen optreden en er efficiencyvoordelen zijn te behalen niet alleen in de forensische zorgketen maar ook in de strafwetketen.
4. De bezuinigingen in de zorg vragen om veranderingen, zoals het uitbreiden van de poliklinische capaciteit, het op verantwoorde wijze afbouwen van intramurale capaciteit, verdere ambulantisering en inbedding in het maatschappelijk veld, verder specialisatie, kennisontwikkeling en wetenschappelijk onderzoek en vernieuwing van het aanbod in het algemeen. Een belangrijke ontwikkeling daarbij is de overgang van zorg naar de gemeenten.
5. Er is sprake van grote uitdagingen, waaronder de toenemende externe druk om te komen tot specialisering, aanzienlijke bezuinigingen (vooral op intramurale capaciteit) en de algemene trend dat het broze maatschappelijk draagvlak voor dit type zorg in combinatie met de bezuinigingen dwingt tot aantoonbare en zichtbare verbetering van de kwaliteit en de maatschappelijke toegevoegde waarde. De kansen en bedreigingen in de markt zijn van dien aard dat het gezamenlijk aangaan van de uitdagingen strategische meerwaarde heeft. Daarnaast zien Partijen meerwaarde in het samenbrengen van zorg: in een nieuwe organisatie kan verdere professionalisering gerealiseerd worden in nauw verband met de reguliere GGZ.
6. In het kader van het bovenstaande hebben Partijen met elkaar uitgesproken dat een structurele samenwerking een belangrijke stap voorwaarts is om de continuïteit van zorg voor cliënten op langere termijn te kunnen blijven garanderen. Partijen willen de kwaliteit van het aanbod voor de doelgroepen verder verbeteren en ontwikkelen en daarvoor de noodzakelijke specialisaties verder blijven ontwikkelen. Partijen willen dit doen in een breed en dekkend aanbod, met continuïteit van zorg tussen de forensische intensieve psychiatrie en de reguliere GGZ. Partijen willen dit bereiken binnen de nieuwe kaders van de te verwachten bezuinigingen.
7. Om deze reden hebben Partijen besloten de gezamenlijke FPCR op te zetten. De Kijvelanden vormt het vertrekpunt van FPCR. Alle forensisch psychiatrische activiteiten van De Kijvelanden (zowel alle TBS als niet-TBS gerelateerde activiteiten) worden in FPCR ingebracht. Ook Altrecht en Parnassia Groep zullen hun forensisch psychiatrische en aanverwante psychiatrische activiteiten in FPCR inbrengen. Dit komt neer op de volledige overdracht van Xxxxxxxxxx (Altrecht) en Palier (Parnassia Groep) in FPCR.
8. Partijen hebben dit voornemen inmiddels bekend gemaakt aan hun cliëntenraden en ondernemingsraden. Deze adviesorganen hebben aangegeven overwegend positief te zijn over de voorgenomen samenwerking tussen Partijen.
9. Partijen hebben de voorgenomen oprichting van FPCR voorgelegd aan de Dienst Justitiële Inrichtingen (“DJI”), de (enige) inkoper van forensische zorg met een strafrechtelijke titel. DJI acht de verwachtingen ten aanzien van de verbetering van de kwaliteit, doelmatigheid en transparantie van te leveren forensische zorg realistisch. XXX heeft geen bezwaren kenbaar gemaakt tegen het voornemen van Partijen. Ook de belangrijkste zorgverzekeraars hebben aangegeven geen bezwaar tegen FPCR te hebben.
10. Partijen hebben op 18 november 2013 het voornemen tot deze concentratie aangemeld bij de Autoriteit Consument en Markt (“ACM”). ACM heeft op 28 mei 2014 akkoord gegeven voor het tot stand brengen van een gemeenschappelijke onderneming (Bijlage 1). Partijen hebben alle relevante stakeholders betrokken bij het proces. Er is geen reden aan te nemen dat de bereikbaarheid, kwaliteit of betaalbaarheid van de zorg door de joint venture nadelig wordt beïnvloed. Het aanbod van de zorgverlening blijft met de oprichting van FPCR ongewijzigd. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zullen als zelfstandige organisaties binnen FPCR opereren en hun eigen marktpositie en identiteit behouden. FPCR zal niet tot een verplaatsing of verandering leiden van de locaties waar forensische zorg wordt verleend. Partijen verzoeken NZa dan ook op de kortst mogelijke termijn te besluiten dat er geen bezwaar bestaat ten aanzien van de concentratie van Partijen.
1 Inlichtingen betreffende de betrokken organisaties
1.1 Contactgegevens
Xxxxxxx voor iedere betrokken organisatie:
- naam en - indien xxxxxx - xxxxxxxxxxx
- rechtsvorm
- adres, telefoon- en faxnummer en eventueel elektronisch postadres
- handelsregisternummer of het buitenlands register en registratienummer van de betrokken organisaties
- contactpersoon.
De bij de concentratie betrokken ondernemingen zijn:
Stichting de Kijvelanden Xxxxxxxxxxxxxxx 0
0000 XX Xxxxxxxxxx
Tel: 000 0000000
Fax: 000 0000000
Kvk: 41133849
Stichting Altrecht Xxxxxxxxxxxxx 0
0000 XX Xxx Xxxxxx Tel: 000 0000000
Fax: 000 0000000
Kvk: 30161681
Parnassia Groep B.V. Xxxxxxxxxxxx 00 0000 XX Xxx Xxxx Tel: 000 0000000
Fax: 000 0000000
Kvk: 24417607
1.2 Activiteiten
Geef een beschrijving van de (bedrijfs)activiteiten van alle betrokken organisaties en geef aan in welke sectoren zij werkzaam zijn.
Xx Xxxxxxxxxxx
00. De Kijvelanden is een organisatie die zich richt op forensische psychiatrie. De Kijvelanden behandelt mensen met een psychiatrische stoornis, die met Justitie in aanraking zijn gekomen of dreigen te komen. De Kijvelanden biedt hiertoe zowel (top)klinische als niet-klinische forensisch psychiatrische zorg voor volwassen aan. De Kijvelanden bestaat uit een vijftal organisatieonderdelen. De hoofdlocatie van De Kijvelanden is de TBS-kliniek in Poortugaal. Het werkgebied van De Kijvelanden op het gebied van (top)klinische psychiatrische zorg is bovenregionaal tot landelijk. Voor de niet- klinische forensisch psychiatrische zorg is het werkterrein van De Kijvelanden de regio Rotterdam, Breda, Dordrecht en Tilburg. Voor meer informatie zie xxx.xxxxxxxxxxx.xx.
Altrecht
12. Altrecht is een reguliere aanbieder van GGZ. De activiteiten van Altrecht bestaan voornamelijk uit klinische en niet-klinische GGZ voor volwassenen, ouderen, jeugdigen en kinderen. Altrecht is ook actief op het gebied van orthopsychiatrie, forensische psychiatrie en zorg voor patiënten met een verstandelijke beperking in combinatie met een psychiatrische en/of gedragsstoornis. Altrecht kent drie zorgdivisies. De kernregio van Altrecht is de regio Utrecht. Voor meer informatie zie xxx.xxxxxxxx.xx.
Parnassia Groep
13. Parnassia Groep is een reguliere aanbieder van geestelijke gezondheidszorg (“GGZ”) en biedt zowel klinische als niet-klinische GGZ voor volwassenen, ouderen, jeugdigen en kinderen aan. Daarnaast is Parnassia Groep vooral actief op het gebied van verslavingszorg, forensische psychiatrie en woonbegeleiding. Parnassia Groep telt op dit moment negen zorgbedrijven die de zorg aan cliënten verlenen. De kernregio’s van Parnassia Groep zijn de regio’s Haaglanden, Rotterdam-Rijnmond en Noord-Holland. Voor meer informatie zie xxx.xxxxxxxxxxxxxx.xx.
1.3 Contactpersonen
Vermeld de namen, adressen, telefoonnummers, faxnummers, eventuele elektronische postadressen en functies van de aangewezen contactpersonen.
Contactpersoon namens Partijen is: De heer J.M.M. (Xxxxxxx) van de Xxx Xxxxxxxx Advocaten N.V.
Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
Tel: 000 000 00 00
Fax: 000 000 00 00
E-mail: xxxxxxx.xxxxxxxx@xxxxxxxx-xxx.xxx
1.4 Zijn de betrokken organisaties zorgaanbieder
Geef aan welke van de betrokken organisaties zorgaanbieder zijn.
14. Partijen zijn zorgaanbieders als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en verrichten handelingen op het gebied van de gezondheidszorg als bedoeld in art. 6, lid 1 Wet BIG.
1.5 Door hoeveel personen doen de zorgaanbieders zorg verlenen
Geef voor elk van de betrokken zorgaanbieders aan door hoeveel personen zij in de regel zorg doen verlenen. Licht uw antwoord toe.
15. Hierna wordt voor ieder van de Partijen een overzicht gegeven van het aantal personen dat op 31 december 2012 in dienst was.
De Kijvelanden: Op 31 december 2012 waren er in totaal 353 personen (317 fte.) die patiëntgebonden werkzaamheden verrichtten in loondienst.
Altrecht: Op december 2012 waren er in totaal 2.865 personen (2.272 fte.) die patiëntgebonden werkzaamheden verrichtten in loondienst.
Parnassia Groep: Op 31 december 2012 waren er in totaal 7.635 personen (6.175 fte.) die patiëntgebonden werkzaamheden verrichtten in loondienst.
16. Het aantal personen waarmee de betrokken Partijen het afgelopen jaar zorg doen verlenen is nog niet voor alle Partijen formeel vastgesteld. Het aantal personen wijkt in ieder geval niet wezenlijk af van het aantal personen in 2012. Voor alle Partijen ligt dit ruim boven het aantal van 50 personen. Kortom, Partijen halen de drempels zoals vermeld in art. 49 a Wmg.
2 Gegevens betreffende de concentratie
2.1 Beschrijf het karakter van de operatie:
- Vermeld daarbij of het gaat om een fusie, de verkrijging van uitsluitende of gezamenlijke zeggenschap of de totstandbrenging van een gemeenschappelijke organisatie, in de zin van artikel 27 van de Mededingingswet.
- Zet uiteen hoe de structuur van eigendom en zeggenschap er na de concentratie uit zal zien.
- Vermeld alle overeenkomsten en transacties die de concentratie belichamen of die daarmee samenhangen. Met de concentratie samenhangende overeenkomsten en transacties dienen ook te worden vermeld indien deze reeds zijn aangegaan of uitgevoerd.
17. De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep zijn voornemens een gezamenlijke onderneming op het gebied van forensische psychiatrie onder de naam FPCR op te zetten. Aangehecht bij deze melding zijn de Intentieverklaring van 12 november 2013 (Bijlage 2), de (concept) statuten (Bijlage 3) en de (concept) aandeelhoudersovereenkomst (Bijlage 4). Partijen zullen geen andere (bijkomende) overeenkomst sluiten.
18. De Kijvelanden vormt het vertrekpunt van de gezamenlijke onderneming. Alle forensisch psychiatrische activiteiten van De Kijvelanden (zowel alle TBS als niet-TBS gerelateerde activiteiten) worden in FPCR ingebracht. Ook Altrecht en Parnassia Groep zullen hun forensisch psychiatrische activiteiten in FPCR inbrengen. Dit betekent de volledige overdracht van Aventurijn (Altrecht) en Palier (Parnassia Groep). Aangehecht bij deze melding is een grafische weergave van de structuur van FPCR (Bijlage 5).
19. FPCR zal drie aandeelhouders hebben, te weten De Kijvelanden […], Altrecht […] en Parnassia Groep […]. De drie aandeelhouders zullen bij unanimiteit over alle belangrijke strategisch commerciële beslissen (waaronder de benoeming van de Raad van Bestuur, het vaststellen van het bedrijfsplan, het vaststellen van de begroting en de goedkeuring van (bepaalde) investeringen).
20. FPCR zal bestaan uit:
- een holdingmaatschappij die de aandelen van de drie dochters heeft: FPCR BV;
- de drie dochters Xxxxxxxxxx, De Kijvelanden en Xxxxxx.
21. FPCR B.V. heeft met uitzondering van de drie leden van de Raad van Bestuur geen personeel in dienst. Al het personeel is in dienst van de onderliggende onderdelen (Aventurijn, De Kijvelanden, Palier). FPCR B.V. zal bestaan uit de volgende bestuurlijke organen:
- Een Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA), zijn de vertegenwoordigers van de aandeelhouders. De AVA besluit conform haar wettelijke taken en bevoegdheden. De belangrijkste besluiten ten aanzien van het strategisch commercieel beleid zijn aan de AVA voorbehouden (zoals het vaststellen van het bedrijfsplan, de jaarrekening, de begroting, de goedkeuring van bepaalde investeringen en de benoeming van de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur).
- Een Raad van Bestuur (RvB) bestaande uit drie personen. De leden van de RvB vormen tevens de bestuurders van de drie dochterbedrijven. De RvB bestuurt FPCR en heeft onder andere tot taak de (inhoudelijke) strategie en het (dagelijkse) beleid van FPCR te bepalen. Het voorzitterschap van de Raad van Bestuur wordt ingevuld door de bestuurder van De Kijvelanden. De overige leden van de Raad van Bestuur zijn de bestuurder van Palier en de directeur van Aventurijn. De Raad van Bestuur zal bij unanimiteit beslissen.
- Een Raad van Commissarissen (RvC) bestaande uit vijf personen. De RvC heeft tot taak de RvB van FPCR met raad en daad bij te staan en toezicht te houden op de RvB. Daarnaast zijn enkele besluiten onderworpen aan advies of goedkeuring door de RvC. De Raad van Commissarissen bestaat uit vijf personen: i) een onafhankelijk voorzitter, ii) een onafhankelijk lid, iii) een lid van de Raad van Toezicht van De Kijvelanden, iv) een lid van de Raad van Bestuur van Altrecht, v) een lid van de Raad van Bestuur van Parnassia Groep. De Raad van Commissarissen zal bij 3/4 meerderheid van de uitgebrachte stemmen beslissingen nemen. Indien de Raad van Commissarissen geen goedkeuring verleent aan een besluit van de Raad van Bestuur, kan de Raad van Bestuur dit besluit te allen tijde ter besluitvorming voorleggen aan de aandeelhouders. De aandeelhouders hebben hiermee gezamenlijke zeggenschap over FPCR in de zin van de Mededingingswet.
22. FPCR BV zal 100% eigenaar zijn van de drie dochters. De RvB van FPCR (de holding) vormt ook het bestuur van de dochters.
23. Ieder bedrijfsonderdeel van FPCR zal over een eigen ondernemingsraad beschikken. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de ondernemingsraden zijn conform de Wet op de Ondernemingsraden. De ondernemingsraden hebben gezamenlijk een bijzondere ondernemingsraad “BOR FPCR” opgericht die zich zal bezighouden met de behandeling van alle gemeenschappelijke aangelegenheden met betrekking tot FPCR.
24. Ieder bedrijfsonderdeel van FPCR zal over een eigen cliëntenraad beschikken. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de cliëntenraden zijn conform de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen. Voor het overige zal de structuur gelijk zijn aan die van de ondernemingsraden zoals hiervoor beschreven. Partijen zijn in gesprek met de betrokken cliëntenraden over de oprichting van een centrale cliëntenraad FPCR die zich zal bezighouden met de behandeling van alle gemeenschappelijke aangelegenheden met betrekking tot FPCR.
25. Het bestuur van elke dochter wordt gevormd door de Raad van Bestuur van FPCR B.V. Het huidige management van de afzonderlijke onderdelen blijft werkzaam in die onderdelen. Daarin zijn geen aanpassingen voorzien. FPCR B.V. heeft geen stafmedewerkers in dienst. Een aantal gezamenlijke projecten worden uitgevoerd door stafleden uit de onderliggende onderdelen, bijvoorbeeld door de controllers of P&O-adviseurs gezamenlijk.
26. Aventurijn, De Kijvelanden en Palier blijven over de huidige staf en ondersteuning beschikken. Een deel hiervan is in dienst van de moederorganisaties Altrecht en Parnassia Groep en levert diensten aan één van de onderdelen van de FPCR. De P&O-adviseurs (3 personen in totaal) en de financial controllers (3 personen in totaal) zullen vanaf de start gezamenlijk de werkzaamheden uitvoeren. Aventurijn en Palier beschikken niet over een zelfstandige inkoopfunctie (die zit bij de moeders Altrecht en Parnassia Groep). De Stichting De Kijvelanden heeft 1 inkoper in dienst. Zij zullen samen de inkoopcontracten gaan vergelijken. Gezien het grote werkgebied en het doorvoeren van het Nieuwe Werken zijn er geen voornemens om vanuit één hoofdkantoor te werken maar zullen de verschillende locaties effectief worden benut.
27. FPCR zal een zelfstandige organisatie worden met een eigen naam, eigen doelstellingen, een eigen focus, een eigen doelgroep, een eigen werkterrein en een eigen werkgebied. FPCR zal hiertoe over een eigen bestuur en management beschikken. Met de volledige inbreng van alle forensisch psychiatrische activiteiten van De Kijvelanden, Altrecht en Palier, zal FPCR tevens over eigen personeel, financiële middelen, een eigen balans en een eigen winst- en verliesrekening beschikken. Het aanbod van de zorgverlening blijft met de oprichting van FPCR ongewijzigd. De Kijvelanden,
Aventurijn en Palier zullen als zelfstandige organisaties binnen FPCR opereren en hun eigen marktpositie en identiteit behouden.
28. […] FPCR zal vanaf de start in ieder geval - via de verschillende dochterondernemingen - over (voldoende) eigen personeel beschikken.
29. FPCR zal een zelfstandige positie op de markt hebben en ook als zodanig opereren. […] FPCR zal zelf over de vereiste WTZi-toelatingen beschikken.
30. […]
31. De joint venture zal twee jaar na oprichting aan de hand van verschillende (nu al vastgestelde en duidelijke) criteria worden geëvalueerd. Het is de bedoeling en de verwachting dat deze evaluatie positief is en dat de joint venture zal worden gecontinueerd (en verder versterkt). Van een ongeclausuleerde mogelijkheid om uit de joint venture te stappen is dan ook geen sprake. Het uitgangspunt is dat de joint venture wordt voortgezet en dat ontbinding slechts onder specifieke omstandigheden mogelijk is.
32. […]
33. Partijen zijn op grond hiervan van oordeel dat de oprichting van FPCR de totstandbrenging van een gemeenschappelijke onderneming is. De ACM heeft Partijen op 13 mei 2014 bevestigd dat FPCR inderdaad een concentratie in de zin van artikel 27 Mededingingswet betreft en deze concentratie op 28 mei 2014 goedgekeurd.
2.2 Beschrijf de wijze waarop en het tijdsbestek waarbinnen de concentratie zal worden gerealiseerd. Beschrijf hierbij:
- welke activiteiten de organisatie na concentratie zal ontplooien;
- over welke periode de daadwerkelijke integratie van (onderdelen van) de organisaties zich uitstrekt;
- hoe het implementatieplan eruit ziet. Hiertoe behoort ook een goede inventarisatie van integratieproblematiek bij de bedrijfsvoering (ICT-systemen, financiële systemen, integratie van ondersteunende en operationele processen e.d.).
34. FPCR zal actief zijn op het gebied van geestelijke gezondheidszorg, die grotendeels binnen een extern opgelegd (strafrechtelijk) kader plaatsvindt (forensische zorg). Het voornemen van Partijen is om zo spoedig mogelijk, na goedkeuring door de NZa de juridische overdracht van de betreffende activiteiten van Partijen naar FPCR te realiseren. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zullen vervolgens als zelfstandige organisaties binnen FPCR blijven bestaan en hun eigen marktpositie en identiteit behouden.
35. Partijen hebben geen voornemen om de drie bedrijfsonderdelen (Kijvelanden, Aventurijn en Palier) te integreren of om de onderdelen samen te voegen. Wel zullen afdelingen zich steeds meer specialiseren. Hierdoor worden nieuwe patiënten steeds meer naar dit soort afdelingen geplaatst. Ook zal het personeel dat op deze afdelingen werkt, zich verder kunnen bekwamen in hun eigen specialisme.
36. Partijen hebben ook geen voornemen om de ondersteunende onderdelen van Partijen juridisch en/of organisatorisch te integreren. Wel zullen Partijen de P&O medewerkers (3 personen in totaal) en de financial controllers (3 personen in totaal) fysiek samen brengen. Die blijven dus wel in dienst bij het
eigen onderdeel. Tevens zullen de inkoopcontracten worden vergeleken en zullen partijen indien mogelijk voor de best mogelijke prijs-kwaliteitsverhouding kiezen (bijvoorbeeld op het gebied van schoonmaak, inhuur personeel/psychiaters, etc.).
37. Uiteraard zullen er in het kader van een efficiënte bedrijfsvoering wijzigingen en/of verbeteringen in de bedrijfsvoering worden doorgevoerd. Net zoals nu bij de bedrijven het geval is, het gaat dan om de normale bedrijfsvoering. Overigens zal de benodigde managementinformatie vooralsnog uit de drie bedrijfsonderdelen (zelf) blijven komen. Die informatie zal vervolgens (in samenhang) door het bestuur van FPCR worden besproken. De verantwoordelijkheden/bevoegdheden, locatiekeuze, en dergelijke, veranderen dus niet. Er zal ook geen verandering voor de personele bezetting zijn, tenzij een van de bedrijfsonderdelen moet krimpen bijvoorbeeld als gevolg van bezuinigingen bij Justitie, gemeente of zorgverzekeraar.
38. Samengevat: De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zijn zelfstandige organisaties die onder de holding FPCR opereren met een eigen marktpositie en identiteit. Uitgangspunt bij de samenwerking is dat alle kennis die aanwezig is binnen de drie bedrijven wordt gedeeld, optimaal benut en verder ontwikkeld wordt, waarbij de bedrijven ieder hun eigen specialismen hebben. Dit zal tot een verbetering van het zorgproces leiden. Partijen verwachten hierdoor een positief effect op de cliënttevredenheid en op de kwaliteit van zorg. Partijen hebben geen voornemens in het kader van de concentratie veranderingen door te voeren die betrekking hebben op de structuur, zorgverlening en de bedrijfsvoering van de drie bedrijfsonderdelen. Dit zal voor de toekomst ook afhangen van de ontwikkelingen en bezuinigingen in de GGZ-sector.
39. Partijen zullen FPCR na twee jaar aan de hand van nu al vastgestelde en duidelijke criteria evalueren. Indien de evaluatie negatief is, beschikken Partijen over de mogelijkheid FPCR alsnog te ontbinden. Partijen zullen de samenwerking evalueren op basis van onderstaande criteria. De rapportage hierover wordt voorgelegd aan de Raden van Commissarissen en Toezicht van FPCR, Altrecht, De Kijvelanden en Parnassia Groep en aan de Raden van Bestuur van Partijen. In de toetsing is het volgende leidend:
- In het perspectief Strategie en Realisatie moeten 9 van de 14 criteria voldoen aan de norm;
- In het perspectief Besturingsmodel moeten 4 van de 6 criteria voldoen aan de norm;
- In het perspectief Personeel en Patiënten moeten 1 van de 2 criteria voldoen aan de norm.
[…]
40. De rapportage zal worden opgesteld aan de hand van bovenstaande criteria en worden besproken met de medezeggenschapsorganen en de toezichthoudende organen van FPCR en van de drie aandeelhouders. Daarbij zal een weging worden gegeven aan de verschillende criteria. Zowel de inhoudelijke criteria als de criteria voor een gezonde exploitatie zullen zwaar wegen. Partijen zullen deze evaluatie met de medezeggenschap bespreken. Ook zullen de medezeggenschapsorganen en de toezichthoudende organen tussendoor periodiek (iedere vier maanden) op de hoogte worden gesteld. Hierdoor weten Partijen ruim van te voren of zij verdere stappen kunnen maken en waar nodig moeten bijsturen. Ook zal de belangrijkste financier, het Ministerie van Justitie worden betrokken bij de evaluatie. Als FPCR niet aan de doelstellingen voldoet zal zij (delen) van het contract immers aan andere partijen gunnen.
41. Bovenstaande plannen zullen worden uitgewerkt vóór de zomer van 2016. Daarna zullen deze plannen worden voorgelegd aan de aandeelhouders en de medezeggenschaporganen. Na goedkeuring zullen de plannen worden uitgevoerd. Voor de goede orde wordt opgemerkt dat van een ongeclausuleerde mogelijkheid om uit FPCR te stappen geen sprake is. Het uitgangspunt is dat FPCR wordt voortgezet en dat ontbinding slechts onder specifieke omstandigheden mogelijk is.
Het is de bedoeling en de verwachting dat deze evaluatie positief is en dat de joint venture zal worden gecontinueerd (en verder versterkt). Dit blijkt ook uit het feit dat Partijen hebben afgesproken dat een negatieve beoordeling alleen kan plaatsvinden op basis van deze criteria en het onderzoek dat daaromtrent is gedaan.
2.3 Beschrijf de doelstellingen van de concentratie.
42. Partijen beogen met FPCR de forensische keten te completeren door verschillende forensische voorzieningen - van zwaar naar licht - ten behoeve van de patiënten logistiek te laten samenwerken. Dit maakt de ambitie om zware capaciteit om te bouwen ten gunste van de lichtere vormen van zorg (op basis van het bestuurlijk akkoord GGZ en het Masterplan DJI) beter uitvoerbaar, zodat er geen patiënten tussen wal en schip vallen. Daarnaast geeft de schaalvergroting ruimte om (top)specialisaties en innovaties te ontwikkelen. Zo kunnen er voor de doelgroep Licht Verstandelijk Beperkten (LVB) behandelprogramma’s opgezet worden, kunnen de topspecialisaties van zeer hoogwaardige zorg (indien bijvoorbeeld verslaving, persoonlijkheidsproblematiek en forse gedragsstoornissen samengaan) behouden blijven en zelfs verder worden ontwikkeld. Door de krachten te bundelen wordt wetenschappelijk onderzoek gestimuleerd en worden innovaties gedeeld. Het gaat hierbij om zowel technologische innovaties (zoals e-health modules, e-learning, de digitale zorgpaden of het gebruik van diverse app’s) als de relatief nieuwe lijn van Maatschappelijke Juridische Dienstverlening en Budget - en Bewindvoering, die nu door alle betreffende zorgpartners kan worden gedeeld ten behoeve van het vergroten van de kwaliteit van zorg. Aangehecht bij deze melding zijn het document Achtergrond Samenwerking (Bijlage 6) en het Bedrijfsplan 2014-2016 (waarvan de datum niet 14 oktober 2012 maar 14 oktober 2013 moet zijn) (Bijlage 7) dat mede onderdeel uitmaakte van de adviesaanvragen.
2.4 Beschrijf de redenen voor concentratie. Beschrijf daarbij welke alternatieven in de voorbereiding in beschouwing zijn genomen en waarom concentratie daarbij uiteindelijk de voorkeur heeft gekregen.
43. Partijen hebben met elkaar uitgesproken dat een structurele samenwerking een belangrijke stap voorwaarts is om de continuïteit van zorg voor cliënten op langere termijn te kunnen blijven garanderen. Partijen willen de kwaliteit van het aanbod voor de doelgroepen verder verbeteren en ontwikkelen en daarvoor de noodzakelijke specialisaties verder blijven ontwikkelen. Partijen willen dit doen in een breed en dekkend aanbod, met continuïteit van zorg tussen de forensische intensieve psychiatrie en de reguliere GGZ. Partijen willen dit bereiken binnen de nieuwe kaders van de te verwachten bezuinigingen. Om deze reden hebben Partijen besloten de gezamenlijke FPCR op te zetten.
44. FPCR zal een maatschappelijke veiligheidsopdracht hebben. In opdracht van de financiers behandelt FPCR de patiënten met als doel het maatschappelijk risico te reduceren en bij te dragen aan het terugdringen van recidive. FPCR verbindt zorg, dienstverlening en maatschappelijke participatie om daarmee de kwaliteit van leven van de patiënten te vergroten. Partijen willen met FPCR tot de top behoren op de arbeidsmarkt en als het gaat om de kwaliteit van (forensische) behandeling. FPCR wil toonaangevend zijn in wetenschappelijk onderzoek en wil door middel van kennis en ervaring beleidsmatige/politieke invloed uitoefenen.
45. Partijen hebben bewust gekozen voor een zelfstandige gemeenschappelijke onderneming. Dit geeft Partijen immers de mogelijkheid om vergaand met elkaar samen te werken terwijl de verschillende bedrijfsonderdelen hun zelfstandige positie op de markt kunnen behouden. Partijen hebben wel
nagedacht over een samenwerkingsverband waarbij de activiteiten van de drie partijen niet in een zelfstandige juridische entiteit zouden worden ingebracht waardoor de drie Partijen (meer) hun zelfstandige positie kunnen behouden. Aan een dergelijke samenwerking kleven echter (grote) fiscale en juridische beperkingen. Dit had daarom niet de voorkeur van Partijen. Partijen menen met deze concentratie juist een goede balans te hebben gevonden tussen enerzijds een versterking van het aanbod van Partijen en anderzijds het behoud van de activiteiten en posities van Partijen.
3 Gegevens over de gevolgen van de concentratie
3.1 Beschrijf de financiële gevolgen van de concentratie voor de betrokken zorgaanbieder(s). Beschrijf hierbij ten minste:
- het businessplan met de verwachte kosten en baten van de concentratie;
- de verwachte synergievoordelen in de vijf jaren na de transactie.
Licht uw antwoord toe. Geef daarbij aan wie de financier(s) is/zijn en of uw business case wordt ondersteund door financiers.
46. De dochterbedrijven houden ieder hun personeel, middelen, balans, alsmede de winst- en verliesrekening. Partijen zorgen er voor dat ieder van de onderdelen die onder FPCR gebracht worden, financieel gezonde organisaties zijn. Uitgangspunten daarbij zijn:
a. dat de inbreng van de onderdelen die van waarde zijn gelijkwaardig aan elkaar zijn (waaronder onder meer contanten, schulden, garanties, zekerheden en/of uitstaande verplichtingen, waarde van gebouwen en productierechten);
b. dat ieder zorgt voor een eigen vermogen van haar inbreng dat procentueel gelijk is aan het eigen vermogen van het concern waar de inbreng afkomstig van is. Partijen maken hier nadere afspraken over;
c. dat de afspraken over eventuele afdrachten en/of kostenvergoedingen door de bestaande onderdelen aan de aandeelhouders transparant zijn;
d. de (gezamenlijke) vermogenspositie van FPCR is bij aanvang ten minste […] (eigen
vermogen als percentage van de omzet). […]
47. […] FPCR zal over een eigen vermogen beschikken, dat gedeeltelijk kan bestaan uit garanties van Partijen, één en ander voor zover de accountant dit als eigen vermogen aanmerkt. Voor liquiditeit is het denkbaar dat Partijen de liquiditeitspositie garanderen, dan wel een bankfunctie vervullen voor FPCR. Er zullen geen andere (mogelijke) financiers zijn. De Kijvelanden zal haar vastgoed volledig inbrengen in FPCR. Aventurijn en Palier zullen het door hen gebruikte vastgoed huren van Altrecht respectievelijk Parnassia Groep. Aangehecht is het document Financiële gegevens (Bijlage 8).
48. Hieronder is de [VERTROUWELIJK] beginbalans van FPCR opgenomen, afkomstig uit het document Begroting en Balans 2014 en Meerjarenbegroting 2014-2018 FPCR (Bijlage 9). […]
49. Hieronder is tevens [VERTROUWELIJK] de meerjarenbegroting 2014-2018 van FPCR opgenomen, afkomstig uit het document Begroting en Balans 2014 en Meerjarenbegroting 2014-2018 FPCR (Bijlage 9[…]
50. De bovenstaande begroting is opgesteld op basis van de verwachte bezuinigingen bij de inkopers waarmee Partijen worden geconfronteerd. Partijen weten niet in welke mate de financiers de komende vijf jaren de zorg blijven inkopen. Partijen schatten vooralsnog in dat de omzet gelijk blijft en dat er geen prijscompensatie wordt gegeven door de financiers. Dit betekent dat de kosten ook op hetzelfde niveau zouden blijven.
51. Partijen verwachten een omzetdaling van zeker […]euro […]. Daarbij zullen Partijen de inflatiekosten waarschijnlijk zelf moeten dragen. Als Partijen niets doen, zal het resultaat van FPCR dalen van […]euro naar […]euro. Partijen streven echter naar een resultaat van tenminste […], te weten […]Partijen willen daarom door middel van bezuinigingen en synergievoordelen een besparing realiseren van tenminste […].Partijen zullen dit doen door:
- Daar waar mogelijk behandelingen te verkorten zonder dat dit tot kwaliteitsverlies leidt en voor zover dit van de rechter mag gezien de eisen rondom veiligheid. Hierdoor dalen de kosten per patiënt en wordt FPCR een nog betere contractspartij voor de inkopende partijen.
- Programma’s verder te specialiseren. Hiermee zullen de behandelingen van FPCR aan kwaliteit en effectiviteit kunnen winnen. Ook dit maakt FPCR aantrekkelijk voor de inkopende partijen.
- De combinatie binnen FPCR als zodanig. Partijen verwachten dat de inkopende partijen hierdoor relatief meer zullen willen inkopen dan bij andere partijen.
- Een goede samenwerking met de moederondernemingen over doorstroom, gebruik van domotica, e-health etc. Hiervan zal FPCR profiteren.
- De ondersteuning scherp in te kopen en dit samen te doen met één of twee van de moederondernemingen, ook door gebruik te maken van de inkoopcontracten van de moederondernemingen.
52. De besparing van tenminste […] euro wordt naar verwachting specifiek gerealiseerd door:
- Bezuiniging van […] euro op materiele kosten (inkoop) en goedkopere ondersteunende diensten. O.a. door bezuinigingen die al door de moederondernemingen op deze onderdelen zijn ingezet.
- Ongeveer […] door bezuinigingen op het eigen management en staf en door een hogere productiviteit van behandelaren doordat ze gebruik maken van kortere zorgpaden, domotica etc.
Een besparing van tenminste […] is ongeveer […] van de begroting en dit is een percentage dat met de juiste sturing in de ervaring van Partijen altijd in dit soort organisaties te vinden zijn.
53. De beoogde transactiekosten bestaan uit de notariële kosten (oprichting FPCR), juridische kosten (ACM en NZa-melding) en de kosten voor (externe) projectondersteuning. De beoogde kosten bedragen in totaal naar schatting […]. Conform het Bedrijfsplan 2014-2016 en met instemming van de ondernemings- en cliëntenraden zal FPCR in de komende jaren projectmatig de beoogde meerwaarde voor patiënten, personeel en bekostigers nader uitwerken in concrete activiteiten waarmee synergievoordelen zullen worden behaald. Die projecten zijn gericht op het specialiseren van de zorg, het verkorten van de behandelduur, het effectief en efficiënt organiseren (o.a. bundelen staven en ondersteunende diensten) en op innovatie. De synergievoordelen zullen in de periode na de oprichting van FPCR in maat en getal worden uitgewerkt.
3.2 Beschrijf de gevolgen van de concentratie voor de zorgverlening aan de cliënt. Beschrijf hierbij, voor zover van toepassing, ten minste:
- veranderingen in het aanbod van zorg;
- de herinrichting van de zorgprocessen;
- de verplaatsing van zorgaanbod tussen locaties;
- de verandering van het aantal locaties waar zorg wordt verleend;
- de aanpassing van de schaalgrootte van de zorgverlening op de locaties.
Ga hierbij uit van het tijdsbestek waarbinnen alle uit de concentratie voortkomende veranderingen in de zorgverlening zijn gerealiseerd.
54. Partijen zijn actief op het gebied van forensische zorg. Forensische zorg is zorg voor patiënten met veelal ernstige psychiatrische problematiek die door hun grensoverschrijdend gedrag in aanraking zijn gekomen of dreigen te komen met Justitie. Deze mensen zijn niet gebaat bij alleen straf of zorg, maar hebben behoefte aan een specifieke combinatie van zorg, straf en/of beveiliging die past bij hun specifieke situatie.
55. Forensische zorg is grotendeels onvrijwillige zorg die wordt verleend op grond van een strafrechtelijke titel. De meest ingrijpende maatregel die een rechter kan opleggen is gedwongen opname in een TBS-kliniek met bevel van verpleging. Forensische zorg kan ook als voorwaarde worden opgelegd door de rechter. Het gaat in alle gevallen om de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen en betreft een typische overheidstaak. Alle forensische zorg met strafrechtelijke titel wordt ingekocht door het Ministerie van Veiligheid en Justitie (V&J) en gaat ten laste van de Justitiebegroting. Forensische patiënten kiezen geen instelling, maar worden geplaatst door de Minister van V&J in een instelling met een zorg- en beveiligingsniveau dat aansluit bij de zorgvraag (de op basis van een diagnose opgelegde sanctie). In sommige gevallen is er een samenloop van forensische zorg en GGZ. Dan ligt er aan de opname/behandeling geen strafrechtelijke titel ten grondslag, maar betreft het forensische zorg waarbij de patiënt is geplaatst op grond van een Wet BOPZ-titel.
56. Een deel van de forensische zorg betreft vrijwillige zorg. Dit betreft voornamelijk psychiatrische zorg die wordt gecontinueerd nadat de strafrechtelijke titel is vervallen (variërend van algemene geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg, zorg voor patiënten met een verstandelijke beperking tot intensieve psychiatrie). Patiënten moeten hiervoor worden aangemeld door een verwijzer, zoals de Reclassering, Bureau Jeugdzorg, GGZ instellingen, huisartsen, psychiaters of andere specialisten. Deze zorg wordt bekostigd op grond van de Zorgverzekeringswet en AWBZ en wordt via de reguliere contractonderhandelingen door zorgverzekeraars met (GGZ-)aanbieders gecontracteerd. Dit betreft circa 80% tot 90% van de vrijwillige forensische zorg. Voor het overige betreft het zorg waarbij sprake is van de dreiging van een strafrechtelijke titel. Het gaat vaak om zorg in het kader van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) dat wil zeggen hulp aan kwetsbare personen die wel zorg nodig hebben, maar die als gevolg van de aard van hun problematiek of als gevolg van eerdere ervaringen met het zorgcircuit niet uit zichzelf van hulpverleningsinstanties gebruikmaken; onder deze vorm van zorg kunnen bijvoorbeeld mensen vallen die behalve psychisch gestoord, ook verslaafd, dakloos of verwaarloosd zijn. Zij vallen vaak op door overlast en onmaatschappelijk gedrag. Via bemoeizorg worden zij geleid naar de juiste (forensische) zorg. Uitgangspunt bij de samenwerking is dat alle kennis die aanwezig is binnen de drie bedrijven wordt gedeeld, optimaal benut en verder ontwikkeld wordt, waarbij de bedrijven ieder hun eigen specialismen hebben. Dit zal tot een verbetering van het zorgproces leiden. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zullen als zelfstandige organisaties binnen FPCR opereren en hun eigen marktpositie en identiteit behouden. FPCR zal dan ook niet tot een verplaatsing of verandering leiden van de locaties waar forensische zorg wordt verleend. Partijen willen wel de specialisaties van de drie forensisch psychiatrische afdelingen (FPA) op elkaar afstemmen. Dit moet een betere en
verdere specialisatie opleveren. Deze afstemming zal echter niet tot een verplaatsing van zorg leiden. Deze afstemming zal ook geen effect voor patiënten kunnen hebben omdat patiënten door middel van een plaatsingsbesluit worden geplaatst. Patiënten hebben hierbij geen keuzevrijheid. Ook Partijen kunnen de vraag naar deze onvrijwillige forensische zorg niet beïnvloeden. Partijen verwachten dat de superspecialisaties tenminste op de volgende terreinen zullen plaatsvinden:
[…]
57. De impact van de superspecialismen voor de patiënten van Partijen is als volgt:
[…]
58. Deze specialisaties zullen ertoe leiden dat ieder bedrijfsonderdeel zich op het aan haar toegewezen superspecialisatie verder zal specialiseren. Dit zal tot een verhoging van de kwaliteit van de zorgverlening aan cliënten leiden. FPCR verwacht zich hiermee richting DJI nog beter te kunnen profileren als de aanbieder van gespecialiseerde forensische GGZ. De specialisaties betekenen niet dat één van de bedrijfsonderdelen van FPCR bepaalde zorg niet meer of minder (hoogwaardig) zal aanbieden. Het implementatieplan superspecialisme ziet er als volgt uit:
Doel | Activiteit | Tijdpad | |
1 | Inventariseren van de superspecialisaties. | • per superspecialisme inventariseren wat de fase van ontwikkeling is; die beoordeling vindt plaats aan de hand van de volgende aandachtsgebieden: 1. is er sprake van (topklinische) patiëntenzorg; 2. wat is de ruimte aan onderzoek, ontwikkeling en innovatie; 3. wat wordt er gedaan aan opleiding en kennis- verspreiding; 4. is er sprake van aantoonbare integratie van diagnostiek, behandeling, wetenschappelijk onderzoek, innovatie en kennisverspreiding • per superspecialisme (afgeleid van de doelstelling van de FPCR) beoordelen welke ontwikkelpunten noodzakelijk zijn. • beoordelen welke organisatorische randvoorwaarden binnen de samenwerking moeten worden ingevuld om de beoogde | Start na oprichting FPCR. |
Inventarisatie klaar februari 2015. |
doelstellingen van de superspecialismen te realiseren. | |||
2 | Vaststellen | • de vervolgstappen vaststellen per superspecialisme inclusief de organisatorische randvoorwaarden • de benodigde middelen alloceren om de noodzakelijke ontwikkelingen te realiseren | Bestuurlijke besluitvorming maart 2015. |
3 | Verbeteren | • Uitvoeren vastgesteld programma van verbeteringen (per superspecialisme) • Verbeteringen worden structureel verankerd in het kwaliteitssysteem van de betreffende afdeling • Medewerkers/teams worden bijgeschoold • Er wordt periodiek een effectmeting uitgevoerd aan de hand waarvan het programma eventueel wordt bijgesteld • Het superspecialisme is als zorgprogramma uitgewerkt en beschreven. | Vanaf april 2015. |
4 | Operationalisatie | Het superspecialisme is operationeel binnen het samenwerkingsverband van de FPCR (alle afdelingen van FPCR kunnen beroep doen op/gebruikmaken van de kennis van het superspecialisme) | Vanaf december 2015 |
59. Partijen willen daarnaast de (vrijwillige) poliklinisch forensische zorg van De Kijvelanden (Het Dok) en Palier in de stad Rotterdam combineren. Dit moet tot lagere kosten leiden. Dit zal echter voor de zorgverlening aan patiënten geen gevolgen hebben. De poliklinieken van De Kijvelanden en Palier in Rotterdam zijn namelijk al in hetzelfde pand gevestigd. Van een verplaatsing van zorg of een verandering van het zorgproces zal ook hier geen sprake zijn.
3.3 Beschrijf de risico’s van de concentratie voor de bereikbaarheid van de zorg en de wijze waarop deze risico’s worden ondervangen.
Onder vraag 3.2 heeft u de eventuele veranderingen in het zorgaanbod en de locaties waar zorg wordt verleend beschreven. Welke risico’s brengen deze veranderingen met zich mee voor de bereikbaarheid van de zorg?
Beschrijf hierbij, voor zover van toepassing, ten minste:
- de gevolgen van de concentratie voor het aantal locaties dat cliënten kunnen bezoeken;
- de gevolgen van de concentratie voor de reisafstand die cliënten moeten afleggen.
60. De oprichting van FPCR zal niet leiden tot een verplaatsing of verandering van de locaties waar klinische forensische zorg wordt verleend. Partijen willen wel het poliklinisch aanbod van De Kijvelanden (Het Dok) en Palier in de stad Rotterdam combineren. Dit zal echter voor de zorgverlening geen gevolgen hebben. De poliklinieken van De Kijvelanden en Palier in Rotterdam zijn reeds in hetzelfde pand gevestigd. FPCR zal dan ook geen gevolgen hebben voor de bereikbaarheid van de zorg.
3.4 Beschrijf de risico’s van de concentratie voor de kwaliteit van de zorg en de wijze waarop deze risico’s worden ondervangen.
Beschrijf hierbij tenminste:
- wat het verwachte effect van de concentratie is op de cliënttevredenheid.
- hoe is geborgd dat het bestuur gedurende het concentratieproces voldoende aandacht heeft voor het primaire proces.
- hoe u het risico inschat op kwaliteitsverlies door bijvoorbeeld:
o cultuurverschillen tussen de concentrerende organisaties;
o stagnerende implementatie van de concentratie;
o vertrekkend personeel.
- welke scenario’s voor risicobeheersing u heeft opgesteld;
- de wijze waarop u het optreden van dergelijke risico’s monitort.
61. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zullen als zelfstandige organisaties binnen FPCR opereren en hun eigen marktpositie en identiteit behouden. Uitgangspunt bij de samenwerking is dat alle kennis die aanwezig is binnen de drie bedrijven wordt gedeeld, optimaal benut en verder ontwikkeld wordt, waarbij de bedrijven ieder hun eigen specialismen hebben. Dit zal tot een verbetering van het zorgproces leiden. Partijen verwachten hierdoor een positief effect op de cliënttevredenheid en op de kwaliteit van zorg. De integratie zal via een gefaseerd proces verlopen. De bestuurders van FPCR en de verantwoordelijke personen bij de drie bedrijfsonderdelen houden hierdoor ruimte en tijd om zich te richten op het primaire proces. FPCR zal dan ook geen (negatieve) gevolgen hebben voor de kwaliteit van de zorg.
62. Partijen hebben de volgende risico’s geïdentificeerd:
Risico | Kans | Impact | Beïn-vloed- baarheid |
Perspectief: politieke veld en samenwerking | |||
1 De moederconcerns blijken te veel directe concurrenten van elkaar te zijn hetgeen tot problemen leidt in deze samenwerking | |||
2 De samenwerking en ketenaansluiting met de GGZ neemt af, doordat het nieuwe concern op te grote afstand van Altrecht en Parnassia |
Groep komt te staan | |||
3 Bezuinigingen nopen zorgverzekeraars en Justitie tot nog verdere en drastischer budgetmaatregelen, waardoor het concern te veel in een sfeer van krimp en afbouw terecht komt zonder perspectief | |||
4 De omvang en impact van de organisatie geeft problemen met ketenpartners, omdat deze zich bedreigd voelen | |||
5 De externe profilering van de gehele organisatie dekt de brede lading niet, waarmee het onderscheidend vermogen afneemt | |||
7 Te grote afhankelijkheid van het concern van het accountmanagement van de moeders t.a.v. diverse financiers (exclusief V&J) | |||
Perspectief: besturingsmodel | |||
8 Het besturingsmodel, de governance en de aard van de afgesproken samenwerking blijkt te complex te zijn | |||
9 De samenwerking met en tussen de moederconcerns blijkt complicerend en vertragend te werken | |||
10 Organisatie en processturing leiden niet tot de realisatie van de gewenste synergie | |||
11 Er is sprake van een te laag ondernemingstempo in relatie tot de ambities | |||
12 Te grote diversiteit en complexiteit in managementinformatiesystemen | |||
13 Bureaucratisering, te intensieve afstemmings- en overlegstructuur | |||
Perspectief: personeel | |||
14 Te weinig verandercapaciteit onder het sleutelpersoneel | |||
15 Eigenheid en verscheidenheid in cultuurkenmerken | |||
16 Onvoldoende draagvlak en veranderingsbereidheid |
(Toelichting kleuren. In de kolommen kans en impact betekent rood groot, roze gemiddeld, en groen betekent klein. In de kolom beïnvloedbaarheid zijn de kleuren precies andersom)
63. Bovenstaande risico’s zijn relatief beperkt en goed te ondervangen. Doordat bestuur en toezicht van de moederconcerns tevens het toezicht vormen van FPCR ontstaat er naar verwachting over en weer voldoende bestuurlijke borging om de onderlinge samenhang te bewaken en te bevorderen. Daarbij dient te worden bedacht dat Justitie en de zorgverzekeraars over grote inkoopmacht beschikken. Juist door het samengaan in FPCR kunnen Partijen hiertegen meer tegenwicht bieden dan als zelfstandige organisaties. Partijen verwachten gezamenlijk krimp juist beter op te kunnen vangen en eventuele afbouw beter vorm te kunnen geven dan als organisaties alleen.
64. Over een aantal onderwerpen zal afstemming moeten plaatsvinden met de moederconcerns. Dit kan ten koste gaan van de slagvaardigheid en leiden tot extra kosten. Door de bestuurlijke borging en samenhang tussen FPCR en de moederconcerns verwachten Partijen dit te voorkomen. Daarnaast
zullen Partijen strak en projectmatig sturen op de te behalen resultaten teneinde het risico op een te laag ondernemingstempo te ondervangen.
65. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zijn organisaties waarbij de zorg georganiseerd is rondom de patiënt. Dit staat centraal in het denken van medewerkers en de wijze waarop de organisaties zijn ingericht. Door het samengaan in FPCR zal dit niet veranderen. Ook voor wat betreft de visie op zorg en goed werkgeverschap verandert er voor de medewerkers en patiënten van FPCR niets wezenlijks ten aanzien van eigenheid van/verbondenheid aan de eigen organisatie. Partijen verwachten dan ook dat dit risico beperkt is.
66. Partijen beschouwen de cultuurverschillen tussen partijen niet als een groot risico. In de dagelijkse praktijk zijn juist veel overeenkomsten zichtbaar die juist bij zullen dragen aan het ontstaan van een gemeenschappelijk cultuur binnen FPCR. Het gaat dan om zorg aan patiënten en de intentie om zo goed mogelijke zorg te bieden. Deze cultuur is bij alle medewerkers in beginsel dezelfde. FPCR zal deze cultuur verder bevorderen, onder andere door overkoepelende kernwaarden en een gemeenschappelijke visie op zorg en veiligheid te ontwikkelen.
67. De ondernemingsraad van De Kijvelanden heeft Partijen gevraagd in de eerste fase van FPCR een cultuurplan op te stellen. Hieronder verstaan Partijen een vergelijking van de missie, visie en kernwaarden van de drie bedrijfsonderdelen. Partijen zullen beoordelen in hoeverre deze overeenkomen en verschillen. Partijen hebben dit in de voorbereiding al deels gedaan en zullen dit de aankomende tijd met behulp van de verschillende afdelingen en teams die met elkaar gaan samenwerken nader uitwerken. Hierdoor zullen verschillen herkend, besproken en overbrugd kunnen worden. De uitkomst hiervan zal worden besproken met de medezeggenschap van FPCR. Op basis hiervan zal een gezamenlijke visie inclusief gezamenlijke kernwaarden voor FPCR worden ontwikkeld.
68. De drie bedrijfsonderdelen kennen binnen hun eigen organisatie ook cultuurverschillen. Een deel is meer gericht op beveiliging en het voorkomen van incidenten terwijl andere delen zich richten op terugkeer in de maatschappij van patiënten. Dit vraagt ook binnen de drie bedrijfsactiviteiten om regelmatig overleg over visie en missie en hoe dit gezamenlijk moet worden uitgevoerd. Dit zal binnen FPCR worden voortgezet. Partijen hebben afgesproken aandacht te hebben voor de cultuurverschillen en zullen, zoals binnen hun organisaties goed gebruik, met de medezeggenschap afspraken maken over de wijze waarop het onderwerp gezamenlijk wordt besproken en welke stappen gezet moeten worden op weg naar een gezamenlijke cultuur. Dit, met de medezeggenschap op te stellen plan bevat de onderstaande elementen:
1. In het bedrijfsplan zijn de visie en kernwaarden opgeschreven. Deze worden nu al gedeeld door de organisaties. Het komend jaar wordt het plan besproken in teams waarbij specifiek aandacht besteed wordt aan de visie en de kernwaarden. Tevens zullen Partijen actief nagaan waar er verschillen worden onderkend. Indien afdelingen moeten gaan samenwerken wordt vooraf door de leidinggevenden in gesprekken met de medewerkers deze verschillen benoemd en overbrugd - in relatie tot de visie en kernwaarden.
2. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zijn organisaties waarbij de zorg georganiseerd is rondom de patiënt. Dit staat centraal in het denken van medewerkers en de wijze waarop de organisaties zijn ingericht. Door het samengaan in FPCR zal dit niet veranderen. Ook voor wat betreft de visie op zorg en goed werkgeverschap verandert er voor de medewerkers en patiënten van FPCR niets wezenlijks ten aanzien van eigenheid van/verbondenheid aan de eigen organisatie. Partijen verwachten dan ook dat dit risico beperkt is.
3. Zowel Altrecht, De Kijvelanden als Palier kennen binnen de eigen organisatie naast de gemeenschappelijke cultuur ook lokale culturen. Het is van belang dit te onderkennen. Wel hebben partijen geconstateerd dat er verschillen in communicatiestijl zijn. De betrokken ondernemingsraden hebben dit aan den lijve ondervonden toen zij in overleg waren over de samenwerking in de bijzondere ondernemingsraad (vandaar ook de opmerking van de ondernemingsraad van de Kijvelanden). Deze verschillen gaan Partijen op de bovenstaande manier bespreken.
4. Ook zullen Partijen met de medezeggenschap periodiek evalueren of deze verschillen nog worden beleefd of zijn overbrugd.
5. De afdelingen van de drie onderdelen kennen grote verschillen in de niveaus van beveiliging. Van de TBS-kliniek met hoge hekken tot aan de poliklinieken waar patiënten vrijwillig op bezoek komen. Dat levert verschillen op in werkhouding en werkwijze. Deze verschillen kennen de drie onderdelen nu ook tussen hun afdelingen. In dit soort instellingen moet dit periodiek worden besproken. Dat zullen Partijen dan ook blijven doen.
69. Partijen beschouwen de cultuurverschillen tussen partijen niet als een groot risico. In de dagelijkse praktijk zijn juist veel overeenkomsten zichtbaar die juist bij zullen dragen aan het ontstaan van een gemeenschappelijke cultuur binnen FPCR. Het gaat dan om zorg aan patiënten en de intentie om zo goed mogelijke zorg te bieden. Deze cultuur is bij alle medewerkers in beginsel dezelfde. FPCR zal deze cultuur verder bevorderen, onder andere door overkoepelende kernwaarden en een gemeenschappelijke visie op zorg en veiligheid te ontwikkelen.
70. De ondernemingsraad van De Kijvelanden heeft Partijen gevraagd in de eerste fase van FPCR een cultuurplan op te stellen. Hieronder verstaan Partijen een vergelijking van de missie, visie en kernwaarden van de drie bedrijfsonderdelen. Partijen zullen beoordelen in hoeverre deze overeenkomen en verschillen. Partijen hebben dit in de voorbereiding al deels gedaan en zullen dit de aankomende tijd met behulp van de verschillende afdelingen en teams die met elkaar gaan samenwerken nader uitwerken. Hierdoor zullen verschillen herkend, besproken en overbrugd kunnen worden. Het communicatie-/cultuurplan heeft de volgende onderdelen.
Doel | Activiteit | Tijdpad | |
1 | De missie en visie, en herkenbare kernwaarden opstellen voor FPCR. | Onderzoek naar verschillen en overeenkomsten drie organisaties. Starten met een aantal kleine projecten zodat medewerkers elkaar leren kennen. Overlegvormen instellen. | Start na oprichting FPCR. Klaar twee jaar na oprichting (en evaluatie FPCR). |
2 | Goede communicatie richting de medewerkers over FPCR, de doelen daarvan en de samenwerking. | Opstellen communicatieplan. | Zo snel mogelijk na oprichting FPCR. |
3 | Alle medewerkers kennen de missie, visie en kernwaarden van FPCR. | Uitvoering communicatieplan (berichtgeving intranet, etc.). | Twee jaar na oprichting van |
In bijeenkomsten en introductieprogramma’s expliciet aandacht aan de gewenste cultuur en competenties. In trainingen en opleidingen aandacht besteden aan de gewenste cultuur en competenties. | FPCR. |
71. De volgende risico’s zijn geïdentificeerd bij de verdere ontwikkeling van de superspecialismen:
1. De organisatie- en processturing leiden niet tot de realisatie van de gewenste synergie;
2. Te weinig verandercapaciteit onder het sleutelpersoneel;
3. Onvoldoende draagvlak en veranderingsbereidheid.
72. De kans dat de risico’s zich voordoen is laag. De sturing van de organisatie en de processen gebeurt vanuit het bestuur en is een van de kerntaken bij de totstandbrenging van FPCR. De betrokken sleutelpersonen bij de superspecialismen hebben in de afgelopen periode bijgedragen aan het ontwikkelen van het superspecialisme en zijn inhoudelijk en in termen van beschikbare tijd in staat om deze ontwikkeling verder vorm te geven.
73. Voor wat betreft het draagvlak en de veranderingsbereidheid voor de in te zetten ontwikkeling: De betrokken medewerkers willen graag investeren in de verdere ontwikkeling van het superspecialisme en onderschrijven de visie die de FPCR heeft op de rol en bijdrage van het superspecialisme in de samenwerking tussen de betrokken organisaties.
74. Er worden geen grote risico’s voorzien verbonden aan de stappen die gezet moeten worden in het verder ontwikkelen van de superspecialismen. Deels omdat er zoals hierboven geschetst sprake is van overzichtelijke risico’s, en daarnaast zijn de uit te voeren aanvullend op de huidige goede werkwijzen die blijven bestaan. Ook zijn de organisaties gewend dit soort wijzigingen stapsgewijs door te voeren (dat doen zij al jaren zo, het is onderdeel van de normale bedrijfsvoering).
4 Gegevens over de continuïteit van cruciale zorg
4.1 Indien één of meer van de betrokken zorgaanbieders voorafgaand aan de concentratie één of meer van de genoemde vormen van cruciale zorg aanbiedt, beschrijf de gevolgen van de concentratie voor de continuïteit van:
- ambulancezorg
- spoedeisende hulp
- acute verloskunde
- crisisopvang geestelijke gezondheidszorg
- AWBZ, bezien in de sociale context
a. Beschrijf in geval van ambulancezorg, spoedeisende hulp of acute verloskunde ten minste de verandering van spreiding en capaciteit (per locatie) van deze zorg.
b. Beschrijf in geval van crisisopvang geestelijke gezondheidszorg ten minste de verandering van afspraken over crisisopvang in de regio(‘s) waarin u actief bent.
c. Beschrijf in geval van AWBZ de verandering in sociale context van de zorg zoals de geografische ligging van het zorgaanbod, het bij je partner kunnen blijven wonen en de aansluiting bij de godsdienst of levensovertuiging van cliënten en hun leefomgeving.
4.2 Beschrijf of door de concentratie de normen voor deze vormen van cruciale zorg in gevaar komen en de wijze waarop deze risico’s worden ondervangen.
75. De Kijvelanden biedt crisisplaatsing voor gedetineerden aan (waarbij de plaatsing geschiedt door het NIFP/IFZ). Aventurijn en Palier bieden crisisopvang buiten detentie aan. Dit zal met de oprichting van FPCR niet veranderen. Ditzelfde geldt voor de geestelijke gezondheidszorg die Aventurijn en Palier op grond van de AWBZ verrichten. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier zullen immers als zelfstandige organisaties binnen FPCR opereren en hun eigen marktpositie en identiteit behouden. Het aanbod en de afspraken over de crisisopvang blijven met de oprichting van FPCR ongewijzigd. Ditzelfde geldt voor de geestelijke gezondheidszorg op grond van de AWBZ. FPCR zal dan ook geen (negatieve) gevolgen hebben voor de crisisopvang (ook niet voor de crisisopvang van de moederorganisaties Altrecht en Parnassia Groep) of voor de AWBZ-zorg.
5 Gegevens over de betrokkenheid van cliënten, personeel en andere stakeholders
5.1 Vermeld indien van toepassing, van elke betrokken zorgaanbieder, naam, adres, telefoonnummer en eventuele elektronisch postadres van de voorzitter van de cliëntenraad.
Cliëntenraad De Kijvelanden
I. den Hoed Xxxxxxxxxxxxxxx 0 0000 XX Xxxxxxxxxx Tel: […]
Cliëntenraad Altrecht
P. Stapels Vuurvlinder 4
3734 AB Den dolder Tel: […]
Concerncliëntenraad Parnassia Groep
X. Xxxxxxxx Bureau SOM Xxxxxxxxxxxx 00 0000 XX Xxx Xxxx Tel: […]
5.2 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
a. Het verloop van de raadpleging van cliënten
• Op welke wijze zijn cliënten betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen?
• Op welke wijze hebben cliënten hun oordeel en aanbevelingen kenbaar kunnen maken?
• Zijn cliënten van mening dat de zorgaanbieder hen voldoende tijd heeft gegeven om te reageren op het concentratievoornemen?
• Zijn cliënten in de gelegenheid gesteld om, indien gewenst, een deskundige te raadplegen? Zijn cliënten van mening dat de zorgaanbieder hen hiervoor voldoende tijd en zo nodig (financiering van) expertise ter beschikking heeft gesteld, zodat een oordeel over de concentratie kan worden gegeven?
76. Partijen hebben een (centrale) cliëntenraad conform de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ). Partijen hebben elk hun cliëntenraad geïnformeerd en geraadpleegd over de (voortgang van de) voorgenomen concentratie. Partijen hebben hun cliëntenraden schriftelijk om advies gevraagd en hen de mogelijkheid gegeven hun oordeel en aanbevelingen kenbaar te maken. De adviesaanvragen van De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep aan de cliëntenraden zijn aangehecht bij deze melding (Bijlagen 10, 11 en 12). Tevens is aangehecht het document Besluitvorming en procesgang (Bijlage 13) en het document Inbreng, bestuur en governance (Bijlage 14) dat mede onderdeel uitmaakte van de adviesaanvragen.
77. De cliëntenraden van Partijen hebben van deze adviesmogelijkheid gebruik gemaakt. De adviezen van de cliëntenraad van De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep zijn aangehecht bij deze melding (Bijlagen 15, 16 en 17). Partijen hebben begrepen dat de cliëntenraden van mening zijn dat hen voldoende tijd is gegeven om te reageren en om een deskundige re raadplegen.
5.2 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
b. Inhoud van de informatie aan cliënten
Zijn cliënten van mening dat zij tijdig en op begrijpelijke wijze aantoonbaar voldoende geïnformeerd zijn over:
• de verwachte gevolgen van de concentratie voor de inrichting van de zorg
• de inhoud van de concentratieplannen
• de mogelijkheden om daar bezwaar tegen te maken
• de mogelijkheden om alternatieven voor te stellen of andere zienswijzen in te brengen
• de manier waarop oordelen of aanbevelingen over de concentratie kenbaar kunnen worden gemaakt.
78. Partijen hebben begrepen dat hun cliëntenraden van mening zijn dat zij aantoonbaar voldoende zijn geïnformeerd over de gevolgen van de concentratie voor de zorg, de inhoud van de concentratieplannen, de mogelijkheden om bezwaar te maken, de mogelijkheden om alternatieven voor te stellen en aanbevelingen kenbaar te maken.
5.2 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
c. Oordeel van cliënten
• Hoe luidt het oordeel en de aanbevelingen van cliënten over het voornemen tot concentratie?
• Zijn het oordeel en de aanbevelingen van cliënten overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie? Indien aanbevelingen van cliënten niet zijn overgenomen, geef aan waarom niet.
79. De (centrale) cliëntenraden hebben Partijen bericht dat zij positief zijn over de samenwerking en meerwaarde zien in de voorgenomen concentratie. De cliëntenraden van De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep hebben daarbij enkele aanbevelingen gedaan. Deze aanbevelingen hebben betrekking op het voorlopig behoud van inspraak op het verdere verloop, de inrichting van de (tijdelijke) medezeggenschapstructuur van FPCR en het behoud van specifieke zorgactiviteiten.
80. De aanbevelingen en adviezen van de cliëntenraden zijn door Partijen overgenomen. De cliëntenraden zijn hier schriftelijk of mondeling over geïnformeerd. De schriftelijke reactie van Parnassia Groep op het advies van de cliëntenraad is aangehecht bij deze melding (Bijlage 18). De Kijvelanden heeft geen aparte schriftelijke reactie op het advies van haar cliëntenraad gegeven. Partijen hebben met de betrokken cliëntenraden een voorstel besproken over de inrichting van de medezeggenschap van FPCR conform het advies van de cliëntenraden. Altrecht heeft xxxxxxxxx aan haar cliëntenraad laten weten dat ze de adviezen zal overnemen.
5.3 Vermeld indien van toepassing, van elke betrokken zorgaanbieder, naam, adres, telefoonnummer en eventuele elektronisch postadres van de voorzitter van de ondernemingsraad.
Ondernemingsraad De Kijvelanden
B.J. Xxxxxxxxxxx Xxxxxxx 000 0000 XX Xxxxx Tel: […]
Centrale Ondernemingsraad Altrecht
X. Xxxxxxxxx Distelvlinder 1
3734 BN Den Dolder E-mail: […]
Centrale Ondernemingsraad Parnassia Groep
X. Xxxxxx Xxxxxxxxxxxx 00 0000 XX Xxx Xxxx Tel: […]
5.4 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
a. Het verloop van de raadpleging van het personeel
• Op welke wijze is het personeel betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen?
• Op welke wijze heeft het personeel zijn oordeel en aanbevelingen kenbaar kunnen maken?
• Is het personeel van mening dat de zorgaanbieder hen voldoende tijd gegeven heeft om te reageren op het concentratievoornemen?
• Is het personeel in de gelegenheid gesteld om, indien gewenst, een deskundige te raadplegen? Is het personeel van mening dat de zorgaanbieder hen hiervoor voldoende tijd en zo nodig (financiering van) expertise ter beschikking gesteld, zodat een oordeel over de concentratie kan worden gegeven?
81. Partijen hebben de voorgenomen oprichting van FPCR bekend gemaakt aan hun (centrale) ondernemingsraden. Partijen hebben elk hun ondernemingsraad geïnformeerd en geraadpleegd over de (voortgang van de) voorgenomen concentratie. De adviesaanvragen van De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep aan de ondernemingsraden zijn aangehecht bij deze melding (Bijlagen 19, 20, 21).
82. De ondernemingsraden van Partijen hebben van hun adviesmogelijkheid gebruik gemaakt. De adviezen van de ondernemingsraden zijn aangehecht bij deze melding (Bijlagen 22, 23, en 24). Partijen hebben begrepen dat de ondernemingsraden van mening zijn dat hen voldoende tijd is gegeven om te reageren en om een deskundige te raadplegen.
5.4 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
b. Inhoud van de informatie aan het personeel
Is het personeel van mening dat zij tijdig en op begrijpelijke wijze aantoonbaar voldoende geïnformeerd zijn over:
• de verwachte gevolgen van de concentratie voor de inrichting van de zorg
• de inhoud van de concentratieplannen
• de mogelijkheden om daar bezwaar tegen te maken
• de mogelijkheden om alternatieven of andere zienswijzen in te brengen
• de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar kunnen worden gemaakt.
83. Partijen hebben begrepen dat hun ondernemingsraden van mening zijn dat zij aantoonbaar voldoende zijn geïnformeerd over de gevolgen van de concentratie voor de zorg, de inhoud van de concentratieplannen, de mogelijkheden om bezwaar te maken, de mogelijkheden om alternatieven voor te stellen en aanbevelingen kenbaar te maken.
5.4 Beschrijf indien van toepassing, voor elke betrokken zorgaanbieder:
c. Oordeel van het personeel
• Hoe luidt het oordeel en de aanbevelingen van het personeel over het voornemen tot concentratie?
• Zijn het oordeel en de aanbevelingen van het personeel overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie? Indien aanbevelingen van het personeel niet zijn overgenomen, geef aan waarom niet.
84. De ondernemingsraden hebben in dat kader Partijen bericht dat zij meerwaarde zien in de voorgenomen concentratie en (onder voorwaarden) positief zijn over en instemmen met de samenwerking. De adviezen van de ondernemingsraden van Partijen zijn aangehecht bij deze melding. De ondernemingsraden van Partijen hebben enkele aanbevelingen gedaan en/of voorwaarden gesteld. Deze aanbevelingen hebben betrekking op de vormgeving van de medezeggenschapstructuur, de (arbeidsrechtelijke) gevolgen voor de medewerkers, een sociaal plan, het behoud van specifieke zorgactiviteiten, risicobeperking, de (personele) integratie en de governance structuur.
85. De aanbevelingen en adviezen van de ondernemingsraden zijn door Partijen zo veel mogelijk en in nauw overleg met de ondernemingsraden overgenomen. De schriftelijke reactie van De Kijvelanden, Altrecht en Parnassia Groep op de adviezen van de ondernemingsraden zijn aangehecht bij deze melding (Bijlagen 25, 26 en 27).
86. Tussen Partijen en hun ondernemingsraden is in navolging van de adviezen een convenant gesloten voor de medezeggenschap bij de oprichting en (verdere) uitwerking van FPCR. De Kijvelanden, Aventurijn en Palier behouden de bestaande medezeggenschapsstructuur. Daarnaast zal er een bijzondere ondernemingsraad (“BOR FPCR”) worden opgericht die zich zal bezighouden met de behandeling van alle gemeenschappelijke aangelegenheden met betrekking tot FPCR. Over deze onderwerpen voert de BOR FPCR overleg met de bestuurder van FPCR. Het convenant is bij deze melding gevoegd (Bijlage 28).
5.5 Beschrijf welke andere stakeholders - zoals zorgverzekeraars/zorgkantoren, banken en regionale en lokale overheden - bij de concentratie zijn betrokken en wat hun relatie is tot de betrokken zorgaanbieder(s).
87. De belangrijkste stakeholder bij deze concentratie is de DJI, als (enige) inkoper van forensische zorg met een strafrechtelijke titel. XXX heeft in een brief kenbaar gemaakt geen bezwaren te hebben tegen het voornemen van Partijen. Andere stakeholders zijn de zorgverzekeraars als inkoper van vrijwillige forensische zorg. De brief van XXX is bij deze melding gevoegd.
5.6 Vermeld de namen, adressen, telefoonnummers, faxnummers, eventuele elektronische postadressen en naam en functies van contactpersonen van deze stakeholders.
De belangrijkste stakeholders (afnemers) zijn:
Naam: Ministerie van Justitie
Directie Forensische Zorg Contact: Mevr. X. Xxxxxx
Adres: Xxxxxxx 00000 Xxxxxxxx: 0000 XX Xxx Xxxx Tel: […]
Naam: Achmea
Contact: Xxx. X. Xxxxxxxxxx Adres: Xxxxxxx 00 Xxxxxxxx: 0000 XX Xxxxxxxxx
Tel: […]
Naam: CZ
Contact: Xxx. X. xxx Xxxxxx Adres: Xxxxxxxxxxxxxxxx 00 Xxxxxxxx: 0000 XX Sittard Tel: […]
Naam: VGZ
Contact: Xxx. X. Xxxxxxxxxxx Adres: Xxxxxxx 00 Xxxxxxxx: 0000 XX Xxxxxxxxx Tel: […]
Naam: DSW
Contact: Xxx. X. Xxxxxxx Adres: Xxxxxxx 000 Xxxxxxxx: 0000 XX Xxxxxxxx Tel: […]
Fax: […]
Naam: Menzis
Contact: Xxx. X. Xxx Xxxxx Adres: Lawickse Allee 130 Postcode: 0000 XX Xxxxxxxxxx Tel: […]
Naam: Multizorg
Contact: Mevr. X. Xxxxxxxxxx Adres: Xxxxxxx 00 Xxxxxxxx: 0000 XX Xxxxxxxxxxx Tel: […]
Fax: […]
5.7 Beschrijf voor elke stakeholder:
a. Het verloop van de raadpleging van de stakeholders
• Op welke wijze zijn de stakeholders betrokken bij het voornemen om een concentratie tot stand te brengen?
• Op welke wijze hebben stakeholders hun oordeel en aanbevelingen kenbaar kunnen maken?
• Zijn de stakeholders van mening dat de zorgaanbieder hen voldoende tijd heeft gegeven om te reageren op het concentratievoornemen?
88. Partijen hebben de voorgenomen oprichting van FPCR in een gesprek voorgelegd aan DJI. XXX heeft vervolgens schriftelijk aangegeven de verwachtingen ten aanzien van de verbetering van de kwaliteit, doelmatigheid en transparantie van te leveren forensische zorg realistisch. DJI heeft geen bezwaren kenbaar gemaakt tegen het voornemen van partijen. De reactie van DJI is aangehecht bij deze melding. Partijen hebben begrepen dat DJI van mening is dat hen voldoende tijd is gegeven om hun oordeel en aanbevelingen kenbaar te maken.
89. Partijen hebben ook de zorgverzekeraars geïnformeerd. Voor de zorgverzekeraars zullen er geen veranderingen zijn. De onderhandelingen met de zorgverzekeraars zullen via Altrecht (voor Aventurijn) en Parnassia Groep (voor Palier) blijven lopen. Dit vanwege het feit dat de niet- forensische zorg onderdeel uitmaakt van het reguliere contract met de zorgverzekeraars. De door Altrecht en Parnassia Groep gecontracteerde zorg zal vervolgens in onder-aanneming worden uitgevoerd door FPCR. De zorgverzekeraars hebben daarom geen bezwaren tegen de concentratie geuit. Partijen hebben van de ACM begrepen dat de zorgverzekeraars dit ook tegenover de ACM hebben bevestigd. Partijen hebben begrepen dat de zorgverzekeraars van mening zijn dat hen voldoende tijd is gegeven om hun oordeel en aanbevelingen kenbaar te maken.
5.7 Beschrijf voor elke stakeholder:
b. Inhoud van de informatie aan de stakeholders
Zijn de stakeholders van mening dat zij tijdig en op begrijpelijke wijze aantoonbaar voldoende geïnformeerd zijn over:
• de inhoud van de concentratieplannen
• de mogelijkheden om daar bezwaar tegen te maken
• de mogelijkheden om alternatieven of andere zienswijzen in te brengen
• de manier waarop oordelen of aanbevelingen hierover kenbaar kunnen worden gemaakt.
90. Partijen hebben begrepen dat DJI en de zorgverzekeraars van mening zijn dat zij aantoonbaar voldoende zijn geïnformeerd over de gevolgen van de concentratie voor de zorg, de inhoud van de concentratieplannen, de mogelijkheden om bezwaar te maken, de mogelijkheden om alternatieven voor te stellen en aanbevelingen kenbaar te maken.
5.7 Beschrijf voor elke stakeholder:
c. Oordeel van de stakeholders
• Hoe luidt het oordeel en de aanbevelingen van stakeholders over het voornemen tot concentratie?
• Zijn het oordeel en de aanbevelingen van stakeholders overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie? Indien aanbevelingen van overige stakeholders niet zijn overgenomen, geef aan waarom niet.
91. DJI acht de verwachtingen ten aanzien van de verbetering van de kwaliteit, doelmatigheid en transparantie van te leveren forensische zorg realistisch. DJI heeft geen bezwaren kenbaar gemaakt tegen het voornemen van partijen. De reactie van DJI is aangehecht bij deze melding (Bijlage 29).
92. De zorgverzekeraars hebben geen bezwaren tegen de concentratie geuit. Partijen hebben van de ACM begrepen dat de zorgverzekeraars dit ook tegenover de ACM hebben bevestigd. Voor de zorgverzekeraars zullen er immers geen veranderingen zijn. De (contract)onderhandelingen met de zorgverzekeraars en zorgkantoren zullen via Altrecht (voor Aventurijn) en Parnassia Groep (voor Palier) blijven lopen. Dit vanwege het feit dat de niet-forensische zorg onderdeel uitmaakt van het reguliere contract met de zorgverzekeraars en de zorgkantoren. De door Altrecht en Parnassia Groep gecontracteerde zorg zal vervolgens in onder-aanneming worden uitgevoerd door FPCR.
6 Mee te zenden documenten
6.1 Een gedateerd exemplaar van de meest recente stukken op grond waarvan de concentratie tot stand zal komen. De stukken moeten duidelijkheid geven over de (voorgenomen) binding die ten grondslag ligt aan de concentratie. In het bijzonder moet blijken welke de eigendoms- en zeggenschapsverhoudingen na de concentratie zullen zijn.
93. De Intentieverklaring van 12 november 2013 is aangehecht (Bijlage 1). Daarnaast zijn de (concept) statuten (Bijlage 3) en de (concept) aandeelhoudersovereenkomst (Bijlage 4) bij deze melding gevoegd.
6.2 Een schriftelijk bewijsstuk, waaruit de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de aangewezen contactpersoon of -personen blijkt. Deze vraag heeft zowel betrekking op functionarissen van de betrokken partijen als op externe adviseurs, zoals advocaten.
94. Partijen hebben Mr. X.X.X. xxx xx Xxx xxx Xxxxxxxx Advocaten N.V. gevolmachtigd om hen te vertegenwoordigen. De volmachten van Partijen zijn bijgevoegd als Bijlagen 30, 31 en 32.
6.3 Alle definitieve versies van schriftelijke stukken over de concentratieplannen waarmee u cliënten, personeel en eventuele andere stakeholders over de concentratieplannen hebt geïnformeerd. Vermeld op ieder document de datum waarop het is opgesteld.
95. Zoals in deze melding per vraag is weergegeven, zijn de stukken over de samenwerkingsplannen waarmee Partijen cliënten en personeel hebben geïnformeerd, steeds als bijlage bij deze melding gevoegd. In het overzicht met bijlagen, dat aan het einde van deze melding is ingevoegd, wordt per bijlage aangeven welke documenten als vertrouwelijk kwalificeren. De bijlagen bevatten vertrouwelijke bedrijfsgeheimen en worden slechts aan de NZa ten behoeve van een onderzoek van de onderhavige transactie onder artikel 49 c Wmg ter beschikking gesteld. De bedrijfsgeheimen mogen niet openbaar worden gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de betrokken ondernemingen.
Amsterdam, 15 oktober 2014
X.X.X. xxx xx Xxx
Overzicht bijlagen | ||
1 | ACM Besluit 28 mei 2014 | |
2 | Intentieverklaring | VERTROUWELIJK |
3 | Concept statuten | VERTROUWELIJK |
4 | Concept aandeelhoudersovereenkomst | VERTROUWELIJK |
5 | Grafische weergave structuur FPCR | VERTROUWELIJK |
6 | Achtergrond samenwerking | VERTROUWELIJK |
7 | Bedrijfsplan 2014-2016 | VERTROUWELIJK |
8 | Financiële informatie | VERTROUWELIJK |
9 | Balans en Begroting 2014 en Meerjarenbegroting 2014-2018 FPCR | VERTROUWELIJK |
10 | Adviesaanvraag cliëntenraad De Kijvelanden | VERTROUWELIJK |
11 | Adviesaanvraag cliëntenraad Altrecht | VERTROUWELIJK |
12 | Adviesaanvraag cliëntenraad Parnassia Groep | VERTROUWELIJK |
13 | Besluitvorming en procesgang | VERTROUWELIJK |
14 | Inbreng, bestuur en governance | VERTROUWELIJK |
15 | Advies cliëntenraad De Kijvelanden | VERTROUWELIJK |
16 | Advies cliëntenraad Altrecht | VERTROUWELIJK |
17 | Advies cliëntenraad Parnassia Groep | VERTROUWELIJK |
18 | Reactie Parnassia Groep advies cliëntenraad | VERTROUWELIJK |
19 | Adviesaanvraag ondernemingsraad De Kijvelanden | VERTROUWELIJK |
20 | Adviesaanvraag ondernemingsraad Altrecht | VERTROUWELIJK |
21 | Adviesaanvraag ondernemingsraad Parnassia Groep | VERTROUWELIJK |
22 | Advies ondernemingsraad De Kijvelanden | VERTROUWELIJK |
23 | Advies ondernemingsraad Altrecht (incl. advies AEF) | VERTROUWELIJK |
24 | Advies ondernemingsraad Parnassia Groep | VERTROUWELIJK |
25 | Reactie De Kijvelanden advies ondernemingsraad | VERTROUWELIJK |
26 | Reactie Altrecht advies ondernemingsraad | VERTROUWELIJK |
27 | Reactie Parnassia Groep advies ondernemingsraad | VERTROUWELIJK |
28 | Convenant FPCR medezeggenschap personeel | VERTROUWELIJK |
29 | Brief van DJI | VERTROUWELIJK |
30 | Volmacht Kijvelanden | |
31 | Volmacht Altrecht | |
32 | Volmacht Parnassia Groep |