Praktijkleerovereenkomst 1/2

Praktijkleerovereenkomst 1/2

Hbo Informatie & Communicatie Technologie, deeltijdopleiding

Ondergetekenden:

Werkgever

Organisatie:

Gevestigd te:

Ingeschreven in de KvK onder nummer:

Rechtsgelding vertegenwoordigd door:

Telefoonnummer:

E-mailadres:

Werknemer-student

Naam1:

Voornamen:

Adres:

E-mailadres:

BSN:

Geboortedatum en -plaats:

E-mailadres:

Onderwijsinstelling

Stichting Hoger Onderwijs NOVI

Xxxxxxxxx 0, 0000 XX Xxxxxxx

Naam:

Gevestigd te:

Stichting Hoger Onderwijs NOVI is door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap op grond van artikel 6.9 van de Wet Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW) aangewezen als Hogeschool en staat

ingeschreven in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs (CROHO) onder instellingscode 24HR.

1 De naam van de student is altijd de eigennaam, de naam waaronder de student is ingeschreven bij de Stichting Hoger Onderwijs NOVI.

Periode van de opleiding

De student volgt de opleiding in de periode:

Naam van de opleiding:

Startdatum:

Einddatum:

Aantal maanden doorlooptijd:

Begeleiding en beoordeling

De werknemer-student wordt vanuit de werkgever begeleid door: Naam:

Functie:

E-mailadres:

Ondergetekenden gaan akkoord met het gestelde in deel 1 en 2 van de onderwijsovereenkomst subsidie praktijkleren:

De werkgever

Naam:

Datum: Handtekening2:

De onderwijsinstelling

Naam: Datum:

Handtekening:

De werknemer-student

Naam:

Datum:

Handtekening3:

2 Met het plaatsen van de handtekening verklaart de werkgever dat de werkplek voldoet aan de AR- BO-normen, zoals omschreven in artikel 2.2

3 Met het plaatsen van de handtekening verklaart de werknemer-student dat hij/zij geen bezwaar heeft tegen de rapportage als genoemd in artikel 9

Praktijkleerovereenkomst 2/2

De werkgever, werknemer-student en de onderwijsinstelling in aanmerking nemende dat:

• de werknemer-student zich heeft ingeschreven als student van de bacheloropleiding Informatie & Communicatie Technologie van de Stichting Hoger Onderwijs NOVI te Utrecht;

• deze opleiding een niet voltijdse initiële (deeltijd) opleiding is in de zin van de Wet op het hogeronderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) en dat deze opleiding geregistreerd staat in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs (CROHO) onder instellingscode 24HR,opleidingscode 34671;

• de werkzaamheden die de werknemer-student bij de werkgever verricht, mede onderdeel zijn van het praktijk-leeronderdeel van de bachelor opleiding;

• over de inhoud van het praktijk-leeronderdeel duidelijkheid bestaat tussen de werkgever, de werknemer-student en de onderwijsinstelling, waarbij de leerdoelen zijn vastgesteld die de werknemer-student dient te bereiken. De werknemer-student bespreekt op afgesproken tijdstippen het effect van het geleerde met zijn werkgever en verdedigt aan het einde van het studiejaar de doorgemaakte ontwikkeling in aanwezigheid van werkgever en onderwijsinstelling;

• studiepunten worden toegekend aan de werknemer-student bij voldoende beoordeling van de uitvoering van diens werkzaamheden. Het aantal toe te kennen studiepunten is afhankelijk van de daadwerkelijke inzet en de omvang van de praktijkopdrachten van de werknemer-student;

• goed samenspel tussen werkgever, werknemer-student en onderwijsinstelling onontbeerlijk is voor een geslaagd verloop van het leerwerktraject;

verklaren te zijn overeengekomen als volgt:

Artikel 1 - Dienstverband

1. De werknemer-student heeft tijdens zijn inschrijving bij de bacheloropleiding een arbeidsovereenkomst met de werkgever welke tenminste voortduurt tot na de einddatum van de studie. Deze onderwijsovereenkomst is een aanvulling op de bestaande arbeidsovereenkomst.

2. De werktijden van de werknemer-student worden in overleg met de werkgever bepaald.

3. De vaststelling van de werktijden gebeurt zodanig dat de werknemer- student het onderwijs van de bacheloropleiding kan volgen.

4. De verdere uitwerking van rechtspositionele aspecten zijn vastgelegd in een arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer-student.

Artikel 2 - Kwaliteit van de werkplek

1. De werkgever is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de werkplek.

2. De fysieke werkplek voldoet aan de ARBO-normen, omvat toegang tot het computersysteem met e-mail en internetfaciliteiten én omvat telefonische bereikbaarheid.

3. De begeleiding vanuit de werkgever geschiedt door een vakbekwame manager die door opleiding en ervaring in staat is de student op bachelorniveau te begeleiden.

4. De opleider levert een bijdrage aan het toetsen van de werkzaamheden van de student. De onderwijsinstelling verricht hierbij een coördinerende functie mede ten behoeve van de kwaliteitsborging.

5. Er vindt regelmatig overleg plaats tussen de opleider vanuit de werkgever en de door de coördinator vanuit de opleiding aan te wijzen vertegenwoordiger. Daarnaast neemt de opleider deel aan de jaarlijkse eindgesprekken waarin de coaching van de werknemer-student en de kwaliteit van zijn praktijkleerplaats(en) centraal staan.

Artikel 3 - Inhoud van de werkzaamheden

1. De onderwijsinstelling stelt samen met de werkgever de leerdoelen vast die de werknemer-student dient te realiseren tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. De werknemer-student zal alle door of namens

de werkgever in redelijkheid opgedragenwerkzaamheden naar goed vermogen uitvoeren.

2. De werkgever stelt een lijst op met taken die de werknemer-student dient uit te oefenen. Dit kan de vorm hebben van een functie- of rolomschrijving.

3. De werkzaamheden omvatten tevens het uitvoeren van de persoonlijke en gerichte opdrachten zoals opgenomen in het leerplan.

Artikel 4 - Begeleiding en beoordeling

1. De werknemer-student doet regelmatig verslag van de voortgang van diens werkzaamheden aan de begeleiders en heeft tussen de modulen door overleg met hen. Dit wordt tezamen met de (persoonlijke) leerdoelen vastgelegd.

2. Voor de uitvoering van de werkzaamheden en de opdrachten worden bij voldoende beoordeling door de onderwijsinstelling studiepunten toegekend conform het Onderwijs- en ExamenReglement (OER) van de onderwijsinstelling.

3. De onderwijsinstelling is verantwoordelijk voor de uitvoering en kwaliteit van begeleiding en beoordeling.

Artikel 5 - Geheimhouding

1. De werknemer-student bewaart zowel tijdens als na afloop van het dienstverband geheimhouding betreffende alle informatie die als vertrouwelijk is aangemerkt, dan wel waarvan de werknemer-student in redelijkheid de vertrouwelijkheid kan begrijpen.

2. Voor zover informatie vertrouwelijk is, maar essentieel voor de beoordeling van de studievoortgang van de werknemer-student door de begeleider van de onderwijsinstelling, verschaft de werkgever, onder de conditie van geheimhouding, inzage in deze informatie aan diegene die de beoordeling vaststelt.

Artikel 6 - Intellectueel eigendom

1. Het intellectueel eigendom van binnen het dienstverband door de werknemer-student tot standgebrachte producten in de breedste betekenis van het woord, of het na beëindiging van deze overeenkomst tot stand gekomen intellectuele eigendom dat is gebaseerd op binnen het dienstverband uitgevoerde werkzaamheden, berust bij de werkgever.

2. Onverminderd het bepaalde in het vorig lid staat het de onderwijsinstelling vrij om de door de werknemer-student opgedane praktijkervaring en overige informatie die de werkgever aan de onderwijsinstelling verstrekt, te gebruiken voor het onderwijs.

3. Alle ten behoeve van de studie tot stand gebrachte ter beoordeling ingezonden werkstukken en opdrachten worden geacht door de werknemer-student zelfstandig te zijn voortgebracht.

Artikel 7 - Eigendommen

Alle materialen en bescheiden van welke aard dan ook, die de werkgever aan de werknemer-student ter beschikking stelt, dan wel die de werknemer- student via de werkgever verkrijgt, zijn en blijven eigendom van de werkgever, tenzij anders is of wordt overeengekomen tussen werkgever en werknemer-

student. Bij beëindiging van het dienstverband zal de werknemer-student deze eigendommen terstond en volledig retourneren aan de werkgever.

Artikel 8 - Tussentijdse beëindiging

1. Werkgever en werknemer-student kunnen deze onderwijsovereenkomst tussentijds beëindigen. Dit kan zijn ten gevolge van het niet door de student nakomen van verplichtingen die voortkomen uit werknemerschap, dan wel door het boeken van onvoldoende studievoortgang.

2. Deze overeenkomst eindigt voorts tussentijds van rechtswege:

• op de eerste dag volgende op die waarop de werknemer-student zijn/ haar diploma behaalt;

• indien de werknemer-student diens inschrijving als student van de opleiding van StichtingHoger Onderwijs NOVI beëindigt en niet onmiddellijk daarop aansluitend verlengt.

3. Indien de werkgever een vergoeding ontvangt van een uitkeringsinstantie voor (een deel) van de salariskosten, bijvoorbeeld bij langdurige ziekte

of zwangerschapsverlof, vervalt het recht op de tegemoetkoming in de begeleiding- en salariskosten. Als de student door bijvoorbeeld

langdurigeziekte of zwangerschapsverlof niet in staat is de opleiding voort te zetten, dan dient hij/zij contact op te nemen met de begeleider vanuit

de onderwijsinstelling.

4. De onderwijsinstelling is niet aansprakelijk voor schade van de

werknemer-student als gevolg van een tussentijdse beëindiging van deze onderwijsovereenkomst.

Artikel 9 - Rapportage vanuit de opleiding

Hogescholen zijn verplicht om aan het einde van elk kalenderjaar overzichten op te stellen waaruit per werknemer kan worden afgeleid of in het komende kalenderjaar recht bestaat op de afdrachtvermindering onderwijs. De werknemer-student verklaart met de ondertekening van de onderhavige overeenkomst dat hij/zij tegen deze rapportage aan zijn werkgever geen bezwaar heeft.

Artikel 10 - Certificaat en studiepunten

Indien de student de opleiding met goedgevolg heeft afgelegd, reikt de onderwijsinstelling een certificaat uit. Hierop wordt het aantal behaalde studiepunten (EC) op hbo-bachelor niveau vermeld, als onderdeel van de in de considerans genoemde opleiding.