Pensioenovereenkomst

Pensioenovereenkomst

(inclusief pensioenovereenkomst voor beroepsmilitairen)

Toelichting voor de Pensioenkamer

Aanhef

Ter verduidelijking is toegevoegd dat deze pensioenovereenkomst ook ziet op de pensioenregeling voor de sector Defensie.

Partijen

De partijen bij deze overeenkomst worden gedefinieerd door de Wet Privatisering ABP (WPA). Artikel 4 van de WPA bepaalt dat de meerderheid van de sectorwerkgevers en de centrales, verenigd in de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid, bevoegd zijn tot het wijzigen of vervangen van de pensioenovereenkomst. Als partijen bij deze overeenkomst zijn opgenomen de sectorwerkgevers vertegenwoordigd in de Stichting Verbond Sectorwerkgevers Overheid en de werknemersvertegenwoordigers (de Centrales).

Voor het sectorwerkgeverschap wordt aangesloten bij de WPA. Gelet hierop is de sector Energie- en Nutsbedrijven niet opgenomen bij de werkgevers.

Considerans

Naast het juridisch kader en enkele meer algemene uitgangspunten is in de considerans vastgelegd dat het bestuur van ABP in een brief richting de Pensioenkamer heeft aangegeven de Pensioenkamer te consulteren indien de financiële omstandigheden van het pensioenfonds het toelaten om in positieve zin af te wijken van het indexatiebeleid. Het bestuur van ABP is geen partij bij deze overeenkomst. Aan het bestuur kunnen in deze overeenkomst derhalve geen verplichtingen worden opgelegd. Gelet hierop is deze toezegging van het bestuur van ABP opgenomen in de considerans bij de pensioenovereenkomst.

De premie verschuldigd ter zake van de voorwaardelijke inkoop en de verschuldigde Vut- fondsbijdrage worden als één gezamenlijke premie via het Vut-fonds in rekening gebracht en vervolgens toebedeeld aan het Vut-fonds en het pensioenfonds ABP. Gelet hierop is het premieverhaal van deze premie opgenomen in deze overeenkomst.

Op basis van de Kaderwet militaire pensioenen is er ruimte voor afwijkende afspraken ten aanzien van het premieverhaal. In het Sectoroverleg Defensie (Werkgroep Postactieven) van 13 maart 2006 is een nadere afspraak gemaakt over de beperking van de jaarlijkse mutatie van het werkgeversdeel van de OP/NP-premie voor de beroepsmilitairen. Deze mogelijkheid tot afwijken van het in de pensioenovereenkomst afgesproken premieverhaal is als onderdeel van het juridisch kader opgenomen in de considerans.

Artikel 1. De pensioenregeling

Dit artikel bevat de definitie van overheidswerknemers en beroepsmilitairen. De pensioenregeling voor deze twee groepen wordt uitgevoerd door de Stichting Pensioenfonds ABP. De inhoud van de pensioenregeling is vastgelegd in het pensioenreglement. In de pensioenovereenkomst worden bepaalde begrippen gebruikt die ook zijn opgenomen in het pensioenreglement. Deze begrippen zijn van dezelfde strekking zoals omschreven in het pensioenreglement.

Artikel 2. Karakter van de pensioenregeling

De Pensioenwet (PW) stelt enkele eisen aan de inhoud van de pensioenovereenkomst. In artikel 10 PW is opgenomen dat in de pensioenovereenkomst het karakter van de pensioenregeling dient te worden opgenomen. De pensioenregeling is een uitkeringsovereenkomst. Ten behoeve van de transparantie wordt aangegeven dat de pensioenregeling een individueel aanvullend product kent (ABP ExtraPensioen), dat het karakter heeft van een premieovereenkomst.

Voorts stelt de PW in artikel 11 dat een pensioenuitkering moet worden vastgesteld in een Nederlands wettig betaalmiddel. Daarnaast wordt in artikel 17 PW nog de eis gesteld dat sprake is van een evenredige verwerving van pensioenaanspraken. Deze twee vereisten zijn opgenomen in het tweede en derde lid van artikel 2 van de pensioenovereenkomst.

Een andere verplichting, het vastleggen van de indexatieambitie is in artikel 6 van de pensioenovereenkomst opgenomen.

Artikel 3. Wijziging van de inhoud van de pensioenregeling

Dit artikel bevat een beschrijving van de wijze waarop een wijziging van de pensioenregeling tot stand kan komen. De bevoegdheid tot wijziging van de inhoud van de pensioenregeling is vastgelegd in de WPA. Gebruikmakend van die bevoegdheid, overleggen sociale partners in de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid (ROP) over de arbeidsvoorwaarde pensioen en is bij besluit door de ROP vastgelegd dat besluiten inzake pensioenaangelegenheden zijn gemandateerd aan de Pensioenkamer.

Wijzigingen ten aanzien van hoofdstuk 17 van het pensioenreglement en artikel 5 van de pensioenovereenkomst worden in eerste instantie besproken in het Sectoroverleg Defensie en worden vervolgens voor formele besluitvorming voorgelegd aan de Pensioenkamer.

Artikel 4. Premieverhaal overheidswerknemers

De belangrijkste bepalingen van deze overeenkomst (artikel vier en vijf), zien op het verhaal van een deel van de premie op de werknemer. In artikel vier is het premieverhaal voor overheidswerknemers uitgewerkt. Eventuele uitzonderingen op het in het tweede lid beschreven gebruikelijke premieverhaal zijn opgenomen in de leden vier tot en met negen. Verhaal van pensioenpremie vindt niet plaats in geval van suppletie toegekend in verband met arbeidsongeschiktheid op grond van een rechtspositieregeling. Suppletieregelingen zijn sinds 2007 aflopend, maar komen nog altijd voor.

In het zesde lid wordt vermeld dat indien een werknemer geen of slechts gedeeltelijk inkomen geniet wegens schorsing of omdat de betrekking zonder daartoe verkregen verlof niet wordt uitgeoefend, sprake is van afwijkend premie verhaal.

In deze bepaling is in het derde lid tevens het premieverhaal opgenomen voor PartnerPlusPensioen Politie. Dit product is ook als zodanig omschreven in bijlage C bij het pensioenreglement.

Het achtste lid meldt dat een ander premieverhaal kan worden overeengekomen dan omschreven in het tweede lid, indien de werknemer verzoekt om geheel of gedeeltelijk te worden ontheven van zijn betrekking. Op basis hiervan kan een ander premieverhaal worden overeengekomen ten aanzien van alle in het tweede lid omschreven premies. Dit betekent dat niet alleen kan worden afgeweken van de OP/NP-premie, maar ook van de premie voor Anw-compensatie, ABP Arbeidsongeschiktheidspensioen, de premie voor voorwaardelijke inkoop alsmede de premie voor PartnerPlusPensioen Politie.

Artikel 5. Premieverhaal beroepsmilitairen

Voor het premieverhaal van de beroepsmilitairen is een apart artikel opgenomen. Dit in verband met de bevoegdheden gegeven in de Kaderwet militaire pensioenen ten aanzien van het premieverhaal bij beroepsmilitairen. In dit artikel wordt tevens de bijzondere afspraak voor de Sector Defensie inzake de eindloonregeling weergegeven.

Artikel 6. Voorwaardelijke indexatie (toeslagverlening)

De PW schrijft in artikel 95 voor dat de indexatieambitie dient te worden opgenomen in de pensioenovereenkomst. Sociale partners gaan over de indexatieambitie. Van belang is dat wordt aangegeven dat de pensioenregeling een voorwaardelijke indexatie kent. Het verlenen van na- indexatie is een onderdeel van de ambitie. Het opnemen van de term inhaalindexatie, zou kunnen inhouden dat alle in het verleden gemiste indexatie, alsnog moet worden ingehaald. De term na- indexatie geeft aan dat in het verleden gemiste indexatie kan worden gecompenseerd, maar niet per definitie het totaal aan gemiste indexatie.

De (Autoriteit Financiële Markten) AFM heeft recentelijk aangegeven dat het gebruik van de term indexatie in de communicatie-uitingen dient te worden vervangen door toeslagverlening. Het bestuur

heeft besloten dit in overweging te nemen. Gekeken wordt of het mogelijk is de fondsdocumenten hierop aan te passen. In artikel 6 van de pensioenovereenkomst wordt vooralsnog de term indexatie gehanteerd ten einde aan te sluiten bij de huidige terminologie. Bij een positief besluit van het bestuur zal de Pensioenkamer in overweging nemen de pensioenovereenkomst hiermee in overeenstemming te brengen.

Artikel 7. Werking

Dit artikel bepaalt dat deze overeenkomst de huidige pensioenovereenkomst vervangt. De overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.