OVEREENKOMST VAN DE EUROPESE ONDERNEMINGSRAAD VAN VINCI
OVEREENKOMST VAN DE EUROPESE ONDERNEMINGSRAAD VAN VINCI
Tussen
ondergetekende partijen,
De Bijzondere Onderhandelingsgroep die in overeenstemming met de tweede alinea van artikel 10 van de overeenkomst van de Europese Ondernemingsraad van VINCI op 24 maart 2014 is ingesteld door:
⮚ de onderhandelingsvertegenwoordigers afgevaardigd door de Europese Federatie van Bouw- en Houtarbeiders (EFBH):
De dames en heren
Xxxxx XXXXXXXX (NEDERLAND)
Xxxxxx XXXXX (DUITSLAND)
Xxxxxx XXXXXXXXX (OOSTENRIJK)
Xxxxxxxx XXXXXX (BELGIË)
Xxxxx XXXXXXXXXX (FRANKRIJK voor CGT)
Xxxxxxx XXXXXXX (FRANKRIJK voor FO) Xxxxxxxxxx XXXXXXXXXX (FRANKRIJK voor CFDT) Xxxxxx XXXXX (TSJECHIË)
Xxxxxxx XXXX (ROEMENIË)
Xxxxx XXX SLOWAKIJE)
Xxxxxx XXXXXXX (ZWEDEN)
Xxxxxxx XXXXXXX (PORTUGAL)
te weten 12 leden bevoegd op initiatief van de xxxx Xxx XXXXXXXX in zijn hoedanigheid van secretaris-generaal, voor de EFBH medeondertekenaar van onderhavige overeenkomst
⮚ de onderhandelingsvertegenwoordiger afgevaardigd door de Confédération Européenne des Cadres de la Construction (FECC):
De xxxx
Xxxxxxx XXXXXXX (Frankrijk voor CGC)
te weten een lid bevoegd op initiatief van de xxxx Xxxxxx XXXX, voor FECC medeondertekenaar van onderhavige overeenkomst
en met ondersteuning van de volgende experts, van wie de mandaten door hun Federatie is bevestigd: De heer Xxxxxxx XXXXXXX (expert voor EFBH)
De xxxx Xxxx Xxxxxx (expert voor FECC)
enerzijds
en
De Groep VINCI, vertegenwoordigd door de xxxx Xxxxxx Xxxxxx, Directeur Human Resources en Duurzame Ontwikkeling van de Groep en als zodanig rechtsgeldig bevoegd
anderzijds
is vandaag de Overeenkomst van de Europese Ondernemingsraad van VINCI als volgt gesloten:
VOORWOORD:
De ondertekende partijen van onderhavige overeenkomst wijzen allereerst op het volgende:
- de Europese Ondernemingsraad VINCI is in 2002 ingesteld, krachtens artikel 6 van de Europese richtlijn 94/45/EG van 22 september 1994, en is sindsdien een belangrijke voorlichtings- en dialooginstantie geworden voor de personeelsvertegenwoordigers op Europees niveau, met als belangrijkste doelstelling, net als de Europese richtlijn 2009/38/EG van 6 mei 2009 (artikel 1.1), de verbetering van het recht op voorlichting en raadpleging van de werknemers;
- de uitwisseling van standpunten en de dialoog, zoals bepaald bij artikel 3 van onderhavige overeenkomst, hebben altijd een belangrijke rol gespeeld binnen de Europese Ondernemingsraad VINCI en zullen dit blijven doen, op een manier en met een inhoud die het voor werknemersvertegenwoordigers mogelijk maken om zich, op basis van de verstrekte informatie, een mening te vormen rond de door de directie voorgestelde maatregelen, in overeenstemming met bovengenoemde doelstelling van de Europese richtlijn 2009/38/EG van 6 mei 2009, omgezet in Frans recht door verordening nr. 2011-1328 van 20 oktober 2011.
Met deze herinnering in gedachte en door de grondbeginselen, bevoegdheid en functioneringsregels van de Europese Ondernemingsraad VINCI nogmaals te bekrachtigen, waardoor deze instantie efficiënt kan functioneren en inmiddels als een onbetwistbare waarborg wordt gezien voor een duurzame voortzetting, hebben de ondertekenaars van onderhavige overeenkomst te kennen gegeven een aantal aanpassingen te willen aanbrengen in de overeenkomst van 24 maart 2014 teneinde de efficiency van de instantie te consolideren, als noodzakelijk aanspreekpunt voor het sociale-dialoogbeleid dat binnen alle Europese filialen van de Groep VINCI is ontwikkeld.
De huidige regeling tot instelling van de Europese Ondernemingsraad VINCI streeft zodoende naar de invoering van de sociale dialoog in het kader van zijn uitdagingen op Groepsniveau. Het is een uiting van de wens tot sociaal overleg zoals deze door de directie xxx XXXXX in haar Manifest is uiteengezet en vormt in dat opzicht een dialoogniveau dat bestaande regelingen en eventueel aanwezige uitwisselingsmogelijkheden in ieder bedrijf aanvult, evenals ruimte voor uitwisselingen die daarnaast kunnen worden ingesteld.
De uitwisselingen die onder het bevoegdheidsgebied van de Europese Ondernemingsraad VINCI vallen liggen in de lijn van de bedrijfscultuur van de Groep die aan het management van elk bedrijf een sterke bestuurs- en beslissingsautonomie overlaat.
Informatie is de overdracht door de werkgever van gegevens aan de werknemersvertegenwoordigers zodat zij kennis kunnen nemen van het behandelde onderwerp om het te kunnen bestuderen; de informatie vindt plaats op een moment, op een manier en met dusdanig gepaste inhoud dat de werknemersvertegenwoordigers de eventuele gevolgen grondig kunnen analyseren en, in voorkomend geval, raadplegingen kunnen voorbereiden.
Raadpleging is de invoering van een dialoog en de uitwisseling van standpunten op een moment, op een manier en met een dusdanige inhoud dat werknemers, op basis van de verstrekte informatie en binnen een redelijke termijn, een advies kunnen uitbrengen omtrent de voorgestelde maatregelen waarover de raadpleging plaatsvindt.
Er is door de partijen als volgt overeengekomen:
ARTIKEL 1: TOEPASSINGSGEBIED
Het bevoegdheidsgebied van de vertegenwoordiging van de Europese Ondernemingsraad VINCI is samengesteld uit het bedrijf VINCI S.A. en alle filialen of sub-filialen binnen de Europese Economische Ruimte en Zwitserland waarin het een meerderheidsbelang heeft.
De lijst van de bedrijven, met inbegrip van hun personeelsbestanden en de betrokken landen, is opgesteld per 31 maart 2018 en is aan onderhavige overeenkomst gehecht (Bijlage 1).
Voor het mandaat dat van januari 2019 tot januari 2023 loopt, komen de partijen overeen de mandaten van de leden van het Verenigd Koninkrijk te handhaven, zelfs als het VK besluit de Europese Unie en de Europese Economische Ruimte te verlaten. Dit punt zal tijdens de heronderhandeling van onderhavige overeenkomst opnieuw worden bekeken.
Indien tijdens het mandaat het werkgebied van de Groep op belangrijke wijze wordt gewijzigd, maakt de directie hiervan melding en bekijkt zij samen met de Europese Ondernemingsraad VINCI welke wijzigingen eventueel aan het bevoegdheidsgebied van de vertegenwoordiging aangebracht dienen te worden.
ARTIKEL 2: SAMENSTELLING
2.1: De personeelsvertegenwoordigers van de Ondernemingen van de Groep
De Europese Ondernemingsraad bestaat uit 29 (negenentwintig) vaste leden en 29 (negenentwintig) plaatsvervangende leden.
De vaste leden nemen deel aan de plenaire en voorbereidende vergaderingen. De plaatsvervangers van de vaste leden nemen deel aan de plenaire en voorbereidende vergaderingen indien een vast lid tijdelijk, om welke reden dan ook, niet aanwezig kan zijn of definitief zijn mandaat heeft verloren.
Elk land dat deel uitmaakt van de vertegenwoordiging van de Europese Ondernemingsraad VINCI, zoals genoemd in Bijlage 1, met een personeelsbestand van minimaal 500 (vijfhonderd) werknemers, beschikt over een zetel in de Europese Ondernemingsraad.
De overblijvende zetels worden verdeeld in verhouding tot het personeelsbestand per land zoals vastgesteld op 31 maart 2018, met inachtneming van een evenwichtige vertegenwoordiging van de personeelsbestanden van de Groep VINCI op grond van de vertegenwoordigde werknemerscategorieën, geslacht of activiteitencluster.
Geen enkel land kan een aantal zetels hebben dat hoger is dan de absolute meerderheid. Na toepassing van deze regel worden de overblijvende zetels per land op basis van het hoogste resterende personeelsbestand toegekend, overeenkomstig de verdeling van de personeelsbestanden zoals vastgesteld op 31 maart 2018.
De partijen wensen te verduidelijken dat de landen met minstens 500 werknemers die 98,7% van de personeelsbestanden van het werkgebied van de Europese Ondernemingsraad per 31 maart 2018 vertegenwoordigen en dat in geval van vacant gebleven zetels, deze laatsten zullen worden verdeeld tussen de landen met minder dan 500 (vijfhonderd) werknemers volgens de modaliteiten bepaald bij artikel 4, alinea 3.
In de veronderstelling dat een land waar de Groep VINCI actief is met een personeelsbestand van minstens 500 (vijfhonderd) werknemers, lid zou worden van de Europese Economische Ruimte (met uitzondering van Zwitserland, dat al vertegenwoordigd is), zou dat land, vanaf het moment dat het dagelijks bestuur daartoe een officieel verzoek zou indienen, over een zetel van een volwaardig lid binnen de Europese Ondernemingsraad beschikken. De toekenning van deze zetel als aanvulling op de bestaande zetels mag niet tot gevolg hebben dat het aantal leden, zoals bedoeld in alinea 1 van artikel 2.1 van onderhavige overeenkomst, meer dan 32 bedraagt.
De leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI dienen over een uit verkiezingen voortvloeiend mandaat of een vakbondsmandaat te beschikken in het bedrijf of in het bedrijfsonderdeel van de Groep VINCI waar zij werknemer zijn.
De leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI hebben een mandaat van 4 (vier) jaar, vanaf 1 januari 2019. Tijdens deze zittingsperiode worden vaste vertegenwoordigers automatisch vervangen door hun plaatsvervanger in geval van verlies van hun uit verkiezingen voortvloeiend mandaat of vakbondsmandaat of bij vertrek uit de Groep VINCI. De functie van plaatsvervangende vertegenwoordiger is hierdoor vacant en wordt vervuld door de betrokken Europese vakbondsorganisatie.
Tijdens de zittingsperiode van hun mandaat genieten de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI bescherming of garanties waarop zij recht hebben uit hoofde van wettelijke regelingen of overeenkomsten die van toepassing zijn in het land waar zij werknemers zijn. De werkzaamheden van de leden van de Europese Ondernemingsraad, die in het kader van hun mandaat voor de Europese Ondernemingsraad worden uitgevoerd, mogen hoegenaamd niet leiden tot discriminatie, sancties of ontslag. Het dagelijks bestuur wordt door de directie xxx XXXXX op de hoogte gesteld van eventuele vertrekken van de personeelsvertegenwoordigers binnen het huidige Europese Ondernemingsraad.
2.2: De vertegenwoordiging van de directie van de Groep VINCI
Voor de directie van de Groep, neemt de bestuursvoorzitter xxx XXXXX deel aan de vergaderingen of delegeert zijn voorzitterschap of een deel ervan. Hij kan zich laten bijstaan door twee personen van zijn keuze met een raadgevende stem.
ARTIKEL 3: BEVOEGDHEDEN EN COMPETENTIES
3.1: Algemene bevoegdheden
De Europese Ondernemingsraad VINCI is een instantie voor dialoog tussen de personeelsvertegenwoordigers die daar deel van uitmaken en de directie xxx XXXXX, om van gedachten te wisselen en een dialoog in te stellen op een moment, op een manier en met een dusdanige inhoud dat de betrokken personen zich, op basis van de binnen een redelijke termijn verstrekte informatie, een mening kunnen vormen over de maatregelen waarmee de raadpleging verband houdt , in de zin van artikel van L. 2341-6 van de Franse arbeidswetgeving.
Deze uitwisselingen vinden plaats in het kader van de bevoegdheden van de Europese Ondernemingsraad VINCI, namelijk zaken van transnationale aard die zich binnen zijn werkgebied afspelen. Er is sprake van transnationale aard wanneer het de gehele Groep VINCI of minstens twee bedrijven of vestigingen van de Groep betreft die zich in twee Lidstaten bevinden.
Informatie en raadpleging zoals hierna in onderhavige overeenkomst zijn omschreven, worden afgestemd met die van de personeelsvertegenwoordiging die in de verschillende landen binnen het toepassingsgebied van onderhavige overeenkomst bestaan, en vervangen deze in geen geval. Zo is overeengekomen dat informatie en raadpleging van de vertegenwoordigers van de verschillende vestigingen, indien deze vereist zijn, voor de raadplegingen volgens onderhavige overeenkomst moeten plaatsvinden, zodat de leden van de Europese Ondernemingsraad een weloverwogen advies kunnen uitbrengen. In dit geval wordt de informatie gelijktijdig aan de vertegenwoordigers van de verschillende dochterondernemingen en aan de leden van de Europese Ondernemingsraad verstrekt.
Informatie en raadpleging vinden respectievelijk plaats volgens de voorwaarden van artikel 3.2 en 3.3 van onderhavige overeenkomst. Om een efficiënte sociale dialoog te garanderen tijdens alle essentiële stappen van het leven van de Groep en van zijn ontwikkeling, bestaat bovendien de mogelijkheid dat bij uitzonderlijke omstandigheden, zoals omschreven in artikel 3.4 van onderhavige overeenkomst, beroep kan worden gedaan op de Europese Ondernemingsraad VINCI.
3.2: Informatie
De Europese Ondernemingsraad VINCI wordt een keer per jaar tijdens de plenaire vergadering geïnformeerd over:
1) De structuur van de Groep VINCI;
2) De economische en financiële situatie van de Groep;
3) De waarschijnlijke ontwikkeling van de activiteiten en de investeringen van de Groep;
4) De waarschijnlijke ontwikkeling van de werkgelegenheid en de aanpassing aan de personeelsbestanden die hiervan het gevolg zouden kunnen zijn;
5) Het personeelsbestand van de Groep per 31 december van ieder boekjaar;
6) De eventuele belangrijke sociale gevolgen van acquisities of afstotingen van ondernemingen, zoals bedoeld in 1) van de volgende alinea;
7) Een stand van zaken rond het Manifest van XXXXX.
Deze informatie wordt op geconsolideerde wijze gepresenteerd, voor het gehele werkgebied van de EOR, op het niveau van de Groep en per pijler.
Tevens ontvangt het dagelijks bestuur van de Europese Ondernemingsraad VINCI kwartaalinformatie over de volgende zaken op het niveau van zijn werkgebied:
1) Belangrijke veranderingen met betrekking tot de organisatie, zoals acquisities of afstotingen/verkoop van bedrijven, behoudens de gevallen omschreven in artikel 3.4, met bekendmaking van de omzet van de entiteit, de betrokken personeelsbestanden, de strategische overwegingen en de eventuele sociale gevolgen;
2) Arbeidsongevallen, woon-werkverkeer ongevallen en beroepsziekten;
3) Collectieve ontslagen van minstens 100 werknemers in een bedrijf.
Deze informatie is niet uitputtend, de werknemersvertegenwoordigers kunnen bij de directie om aanvullende informatie vragen over transnationale kwesties die hun relevant lijken voor de uitoefening van hun functie.
3.3: Raadpleging
Een keer per jaar wordt de Europese Ondernemingsraad VINCI tijdens de plenaire vergadering in het bijzonder geraadpleegd over de volgende punten:
1) De economische en financiële situatie van de Groep;
2) De strategie en de ontwikkelingslijnen van de Groep VINCI;
3) De belangrijke investeringen;
4) De waarschijnlijke ontwikkeling van de werkgelegenheid;
Naast het jaarlijkse activiteitenverslag van de Groep VINCI krijgen de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI drie weken voor de datum van de vergadering een door de directie samengesteld document in de taal van iedere deelnemer, zodat de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI zich nuttig kunnen uitspreken tijdens de plenaire vergadering of in het kader van de uitzonderlijke omstandigheden, zoals bepaald in onderstaand artikel 3.4. Dit verslag wordt naar de secretaris van de Europese Ondernemingsraad VINCI gestuurd, die voor verspreiding zorgt.
Een bespreking vindt plaats tijdens de plenaire vergadering en de raadpleging wordt afgesloten met een stemming. Het advies van de Europese Ondernemingsraad dat hieruit voortvloeit, wordt schriftelijk vastgelegd. Het verslag wordt opgesteld door de secretaris en na goedkeuring van het dagelijks bestuur verspreid onder de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI.
3.4: Uitzonderlijke omstandigheden
In geval van uitzonderlijke omstandigheden binnen zijn werkgebied die van grote invloed zijn op de belangen van de werknemers, is de Europese Ondernemingsraad VINCI bovendien bevoegd om te interveniëren teneinde de belangrijkste veranderingen van XXXXX op een nuttige wijze en binnen het kader van de sociale dialoog te kunnen begeleiden, in het bijzonder door de mogelijkheid te bieden
uitzonderlijke vergaderingen bijeen te roepen in aanvulling op de vergaderingen die door onderhavige overeenkomst zijn ingesteld.
De uitzonderlijke vergaderingen, waarvan het aantal afhangt van de actualiteit van de Groep, worden zodanig gepland dat de Directie de mogelijkheid heeft om de vertegenwoordigers consistente informatie te verstrekken en, in ieder geval voorafgaand aan de definitieve inwerkingtreding van de maatregel.
Deze vergaderingen kunnen desnoods via een videoconferentie plaatsvinden.
Bij uitzonderlijke omstandigheden wordt de Europese Ondernemingsraad VINCI geraadpleegd over alle onderwerpen waarover de directie en het dagelijks bestuur overeenstemming hebben bereikt. Verzoeken van de EOR-leden krijgen een met redenen omkleed antwoord van de directie.
De Europese Ondernemingsraad Vinci wordt bovendien automatisch geraadpleegd in geval van uitzonderlijke omstandigheden in de volgende gevallen:
1) In geval van de acquisitie of de afstoting een bedrijf of van een groep van bedrijven dat een bedrag van de omzet vertegenwoordigt van minstens 600 miljoen euro1, ongeacht het aantal betrokken werknemers en ongeacht of de werknemers wel of niet in meer dan een land in dienst zijn.
2) In geval van de acquisitie of de afstoting van een bedrijf of van een groep bedrijven dat een bedrag van de omzet vertegenwoordigt van minstens of gelijk aan 400 miljoen euro2, vanaf het moment dat de acquisitie of de afstoting bedrijven of vestigingen omvat die in minstens twee landen van het toepassingsgebied van onderhavige overeenkomst aanwezig zijn, en minstens respectievelijk 200 werknemers betreft in minstens twee van de voornoemde landen.
3) In geval van de acquisitie of de afstoting van een bedrijf met minder dan 500 werknemers, ongeacht de omzet en ongeacht of de werknemers wel of niet in meer dan één land werkzaam zijn.
4) In geval van de acquisitie of de afstoting van een bedrijf of van een groep bedrijven die overeenkomen met een nieuwe strategie die ontwikkeld is door de Groep en die belangrijke gevolgen heeft voor de werkgelegenheid en de organisatie.
3.5: Raad van Bestuur
Teneinde de werknemers te betrekken bij de governance xxx XXXXX worden bestuurders, tevens werknemers van de Groep, benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van XXXXX, in toepassing van het Franse wetboek van koophandel, artikel L. 225-27-1 en van artikel 11.3 van de statuten xxx XXXXX. Het aantal van deze werknemersbestuurders is vastgesteld op twee werknemersbestuurders op de datum waarop onderhavige overeenkomst is afgesloten.
De wet voorziet in verschillende benoemingsprocedures van deze bestuurders door de (verkozen of benoemde) personeelsvertegenwoordigers. Daar de Europese Ondernemingsraad VINCI het vertegenwoordigingsorgaan is met het meest uitgestrekte geografische toepassingsgebied, wenst de directie de Europese Ondernemingsraad een actieve rol te laten spelen in de governance van de Groep.
Als gevolg hiervan en in toepassing van artikel L. 225-27-1 van het Franse wetboek van koophandel en van artikel 11.3 van bovengenoemde statuten, zal de kandidaat voor de tweede zetel van bestuurder worden benoemd door de Europese Ondernemingsraad, door middel van een geheime stemming tijdens de plenaire vergadering. De kandidaat moet bij meerderheid van de door de aanwezige uitgebrachte stemmen worden benoemd. Ter gelegenheid hiervan verbinden de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI zich ertoe bijzonder belang te hechten aan de diversiteit van de vertegenwoordigde landen en aan een zo’n groot mogelijke evenredige vertegenwoordiging van het personeelsbestand in deze instantie.
1 Te weten 1,5% van de omzet van de Groep op de datum van de onderhandeling van onderhavige overeenkomst.
2 Te weten 1,5% van de omzet van de Groep op de datum van de onderhandeling van onderhavige overeenkomst.
De Europese federaties (EFBH en FECC) zullen minstens 3 maanden voorafgaand aan de afsluiting van de beraadslagingen schriftelijk door de directie van de Groep worden geïnformeerd over de datum van de verlenging van het mandaat van de bestuurder die de werknemers bij de Raad van Bestuur vertegenwoordigt.
De modaliteiten van deze benoemingsprocedure zullen worden vastgelegd in het huishoudelijk reglement van de Europese Ondernemingsraad.
ARTIKEL 4: BENOEMINGSWIJZE VAN DE PERSONEELSVERTEGENWOORDIGERS
De benoeming van de personeelsvertegenwoordigers voor de Europese Ondernemingsraad van VINCI vindt plaats overeenkomstig de wettelijke voorwaarden van ieder land.
De directie xxx XXXXX wordt schriftelijk geïnformeerd over elke benoeming afkomstig van de EFBH of van de FECC.
Geen enkel lid kan door de directie worden benoemd.
In samenwerking met de Europese Federaties die onderhavige overeenkomst hebben medeondertekend, stelt het dagelijks bestuur van de Europese Ondernemingsraad VINCI alles in het werk om alle toegekende mandaten te laten vervullen. Op dezelfde wijze zal, in overeenstemming met de nationale en Europese wetgevingen, bijzondere aandacht worden besteed aan het feit dat de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI een evenwichtige vertegenwoordiging vormen van de samenstelling van de personeelsbestanden van de Groep VINCI op grond van de vertegenwoordigde werknemerscategorieën, geslacht of bedrijfsonderdelen. De mixiteit zal zijn bereikt wanneer 40% vrouwen is benoemd.
Om een optimale vertegenwoordiging te garanderen en indien blijkt dat na een termijn van drie maanden na de inwerkingtreding van onderhavige overeenkomst mandaten nog vervuld moeten worden, kan het dagelijks bestuur van de Europese Ondernemingsraad VINCI besluiten bij gewone meerderheid van stemmen van de bij de vergadering aanwezige vaste leden de vacante zetels te verdelen onder de landen die per 31 maart 2018 de drempel van 500 (vijfhonderd) werknemers niet halen, een zetel in dalende volgorde van de personeelsaantallen toe te kennen.
Indien, tijdens het mandaat, een land waarvoor nog geen benoeming heeft plaatsgevonden de wens uit om zijn vacante zetel te bezetten, wordt de verdeling van de mandaten opnieuw bekeken door het dagelijks bestuur, binnen de grenzen en onder de voorwaarden vastgesteld in de bepalingen van artikel
2.1 van onderhavige overeenkomst.
ARTIKEL 5: DUUR VAN DE OVEREENKOMST
Onderhavige overeenkomst wordt aangegaan voor de duur van 4 (vier) jaar vanaf 1 januari 2019. De Europese Ondernemingsraad VINCI vergadert voor de eerste keer binnen de eerste drie maanden na 1 januari 2019 teneinde de secretaris te benoemen en het dagelijks bestuur te vormen, onder voorbehoud dat de vakbonden eind november 2018 de namen van alle vertegenwoordigers die zij overeenkomstig de in onderhavige overeenkomst bepaalde verdelingsregels wensen aan te wijzen, aan de directie hebben meegedeeld.
ARTIKEL 6: WERKING
De Europese Ondernemingsraad VINCI vergadert regelmatig, minimaal een keer per jaar, op het hoofdkantoor van de Groep of in een ander Europees land waar de Groep aanwezig is. De bijeenroeping geschiedt door de voorzitter of door zijn vervanger op basis van een agenda.
De agenda wordt uiterlijk drie weken voor de vergadering door de voorzitter en de secretaris van de Ondernemingsraad vastgesteld en met de bijbehorende documenten naar de leden van de Ondernemingsraad verstuurd.
Bij gebrek aan overeenstemming over de agenda roept de voorzitter de Europese Ondernemingsraad VINCI minstens een keer per jaar bijeen.
Bovendien organiseert de directie, aansluitend op de scholing, een vergadering met de vaste en de plaatsvervangende leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI, een zogenaamde “hybride” vergadering, teneinde op een innoverende wijze over thema’s van het Manifest te debatteren die voorafgaand door het dagelijks bestuur zijn uitgekozen.
De leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI moeten de noodzakelijke aanspreekpunten in hun land en in hun bedrijf zijn voor het verstrekken van de informatie, met uitzondering van de informatie die als vertrouwelijk is gekenmerkt, die zij van de directie van de Groep VINCI krijgen. Het elektronische platform volgens artikel 8 van onderhavige overeenkomst kan worden gebruikt om deze doelstelling te realiseren.
De vergaderingen van de Europese Ondernemingsraad VINCI worden voorafgegaan door een voorbereidende vergadering die op de dag voorafgaand aan de plenaire vergadering wordt gehouden, zonder deelname van de directie en de plenaire vergadering wordt tevens gevolgd door een debriefing.
De directie zorgt voor de vertaling van de vergaderingen en van de werkdocumenten in de verschillende talen zodat de leden onderling van gedachten kunnen wisselen.
ARTIKEL 7: DAGELIJKS BESTUUR (Beperkt Comité)
Tijdens de eerste vergadering kiest de Europese Ondernemingsraad VINCI uit zijn leden een dagelijks bestuur, dat bestaat uit een secretaris, twee adjunct-secretarissen, een penningmeester en 2 leden. Bij staking van stemmen tussen verschillende kandidaten, zal de oudste kandidaat worden benoemd als de beide kandidaten van hetzelfde geslacht zijn of de vrouwelijke kandidaat wordt benoemd als de beide kandidaten van een verschillend geslacht zijn.
De leden van het dagelijks bestuur, ieder afkomstig uit een van de landen van het gebied van de vertegenwoordiging van de Europese Ondernemingsraad VINCI met meer dan 3000 werknemers, zijn in dienst van dochterondernemingen van VINCI en vertegenwoordigen, zo mogelijk, de verschillende vakgebieden van de Groep.
Teneinde een maximale vertegenwoordiging te garanderen binnen het dagelijks bestuur en indien blijkt dat vrijgekomen mandaten van leden van het dagelijks bestuur niet bezet zijn op de datum van de eerste plenaire vergadering, worden deze mandaten toegekend aan de landen die over een vertegenwoordiger beschikken in de Europese Ondernemingsraad, in volgorde van de grootte van de personeelsbestanden in de betrokken landen zoals die per 31 maart 2018 zijn vastgesteld.
Als in de loop van de zittingsperiode een zetel in het dagelijks bestuur vacant wordt, zal tijdens de volgende plenaire vergadering van de EOR tot een nieuwe verkiezing worden overgegaan, teneinde in de zetel te voorzien voor de resterende looptijd van het mandaat, volgens de modaliteiten bepaald bij onderhevige overeenkomst. In het geval dat deze vacante zetel, de zetel van de secretaris zou betreffen, zou deze laatste worden vervangen tot de nieuwe verkiezing door een van de twee adjunct-secretarissen op aanwijzing van het dagelijks bestuur.
Een vertegenwoordiger (expert) die door de Europese Federatie van Bouw- en Houtarbeiders (EFBH) is aangewezen, en een vertegenwoordiger (expert) die door de Fédération Européenne des Cadres de la Construction (FECC) is aangewezen, ondersteunen het dagelijks bestuur bij het uitoefenen van zijn functies.
Het dagelijks bestuur komt regelmatig, een keer per kwartaal op het hoofdkantoor, bijeen.
Van deze vier vergaderingen per jaar van het dagelijks bestuur, zal een vergadering buiten Frankrijk kunnen worden belegd in een land dat deel van het werkgebied van de EOR uitmaakt. De bestuursvergadering zal dan gevolgd of vooraf worden gegaan door een zakelijk bezoek of een bezoek aan een bouwterrein.
Indien het onderwerp dit vereist, kan het dagelijks bestuur op uitzonderlijke basis, volgens de in artikel 3 genoemde bevoegdheid, bijeenkomen.
Zowel voor een reguliere of uitzonderlijke vergadering van het dagelijks bestuur, en bij wijze van experiment, zal het mogelijk zijn vergaderingen per videoconferentie te organiseren.
De Europese Ondernemingsraad VINCI werkt een huishoudelijk reglement uit dat zijn werkwijze vastlegt en vervolgens wordt ingevoerd. Na de benoeming komt het dagelijks bestuur bijeen om de eerste vergadering te wijden aan het uitwerken van een concept voor een huishoudelijk reglement. Zodra dit reglement aangenomen is, wordt het door de secretaris aan de directie overhandigd.
Het dagelijks bestuur stelt het verslag op van de vergaderingen van de Europese Ondernemingsraad VINCI, alsmede de verslagen van het dagelijks bestuur, en stuurt deze door aan alle leden van de Europese Ondernemingsraad binnen twee maanden na de vergaderingen en mag de verslagen laten vertalen in de talen die uitwisseling onder de deelnemers mogelijk maakt. Het verslag is een informatief document dat door het dagelijks bestuur is goedgekeurd. Het dagelijks bestuur overhandigt het goedgekeurde verslag aan de directie voordat het verslag wordt verspreid, zodat eventuele opmerkingen van de directie erin verwerkt kunnen worden.
Teneinde een efficiëntere en snellere informatieverspreiding te garanderen, zal na elke vergadering van het dagelijks bestuur en van de EOR een samenvatting worden opgesteld. Deze samenvatting, van 1 tot 4 pagina’s maximum, zal aan de leden worden verspreid binnen een termijn van 15 dagen, nadat de secretaris en de directie het hebben nagelezen.
ARTIKEL 8: MIDDELEN
De directie neemt de kosten voor het functioneren van de Europese Ondernemingsraad VINCI voor haar rekening, met name de kosten van de tolken, de vertalingen, de vergaderingen van het dagelijks bestuur, zoals deze door de directie worden bepaald (prijstabellen voor reis- en verblijfskosten, enz.).
De leden van het dagelijks bestuur beschikken, behalve ingeval van een gunstigere nationale wetgeving, over een vrijstellingsperiode die toegekend wordt voor de uitoefening van hun functies en gelijk is gesteld aan effectieve werktijd op vertoon van kasstukken zoals bepaald door de Directie, met een maximum van:
⮚ 200 uur per jaar voor de Secretaris;
⮚ 120 uur per jaar voor de andere leden van het dagelijks bestuur,
⮚ 100 uur per jaar voor de webmaster van het elektronisch platform,
⮚ 50 uur per jaar voor de vaste leden die geen deel uitmaken van het dagelijks bestuur.
De directie neemt de kosten van beide deskundigen volgens artikel 7, alinea 5, voor haar rekening. De deelname aan de vergaderingen van andere deskundigen, wel of niet betaald, vindt plaats op verzoek van het dagelijks bestuur van de Europese Ondernemingsraad VINCI en dient vooraf te worden goedgekeurd door de directie.
De directie stelt de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI alle middelen ter beschikking die nodig zijn voor de uitvoering van hun taken.
Om de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI te helpen bij het informeren van de werknemers van de Europese filialen van VINCI over het werk van de Europese Ondernemingsraad is een elektronisch platform ingevoerd. Dit platform, uitsluitend voor gebruik door de leden van de Europese Ondernemingsraad, is bestemd voor alle documenten en verslagen, vertaald in de verschillende talen van de deelnemers zodat zij de gegevens kunnen verspreiden, onder voorbehoud van de geheimhoudingsregels, zoals bepaald bij de Europese Richtlijn van 6 mei 2009. Het platform heeft tevens als doel de uitwisseling van documenten en informatie tussen de leden van de Europese
Ondernemingsraad soepeler te laten verlopen. Om de toegang en het gebruik ervan te faciliteren zullen aangepaste mobiele communicatiemiddelen ter beschikking van de leden van het dagelijks bestuur worden gesteld.
Naast bovengenoemd platform, zal een ander platform worden ingevoerd door de directie die voortaan alle documenten betreffende de vergaderingen (convocaties, agenda’s, presentaties, notulen, samenvattingen…) en meer in het algemeen alle documenten die bestemd zijn voor de leden van de EOR via dit platform doorsturen.
Opdat de vaste leden toegang tot beide bovengenoemde platforms hebben, zal de directie ervoor zorgdragen dat ieder vast lid over een IT-tool beschikt en zo nodig daarin zal voorzien.
Er zal eveneens een ruimte aan de EOR worden toegekend in het hoofdkantoor van de Groep.
Voor de looptijd van de overeenkomst wordt een budget van € 50.000,- per jaar, niet-cumuleerbaar van het ene op het andere jaar, ter beschikking gesteld van de Europese Ondernemingsraad VINCI via een bankrekening waarop geld zal worden gestort afhankelijk van de uitgaven die door het dagelijks bestuur en, in voorkomend geval, door de directie zijn goedgekeurd. Echter, in geval het jaarlijkse budget niet volledig is gebruikt, zal 20% van het ongebruikte budget van € 50.000 van het ene op het andere jaar worden overgedragen binnen de grenzen van de zittingsperiode. Deze middelen worden ingezet op verzoek van de leden van het dagelijks bestuur, jaarlijks moet een balans aan de directie en aan de Europese Ondernemingsraad worden gepresenteerd om het gebruik van de middelen te rechtvaardigen. Het gebruik van dit budget zal bijvoorbeeld het volgende kunnen betreffen: een specifieke opleiding van een lid van het dagelijks bestuur, de vertegenwoordiging van de EOR om deel te nemen aan een vergadering, de uitnodiging van een EOR-lid door het dagelijks bestuur om aan een bestuursvergadering deel te nemen. Dit budget zal eventuele reiskosten van de EOR-leden binnen het werkgebied veroorloven. Deze verplaatsingen, naar de entiteiten van de Groep, worden uitgevoerd in overleg met de HRM Groep en na goedkeuring van de directie van de betrokken entiteit volgens de modaliteiten die lokaal van kracht zijn. Voor gebruik van het budget buiten het werkgebied van de EOR, is voorafgaande goedkeuring van het dagelijks bestuur en de directie noodzakelijk.
ARTIKEL 9: COMMISSIES
Teneinde specifieke onderwerpen te behandelen die deel uitmaken van de bevoegdheid van de EOR, en met goedkeuring van de directie, zullen deze commissies binnen de EOR kunnen worden ingesteld voor een bepaalde tijdsduur en thema.
De functioneringswijzen (werkprogramma, doelstellingen…) van deze commissies zullen worden vastgesteld in overleg met de directie. Deze commissies kunnen worden bijgestaan door de experts zoals vermeld in artikel 7, alinea 5 en zij zullen verslag uitbrengen aan de leden van de EOR.
Opgemerkt moet worden dat in mei 2018 een MVO commissie is ingesteld en deze commissie zal gedurende de looptijd van onderhavige overeenkomst worden gehandhaafd. De werkzaamheden van deze commissie zijn in lijn van het Manifest VINCI en met name wat betreft verbintenis 3 “Together! Groene groei bevorderen!”.
ARTIKEL 10: SCHOLING
Teneinde een betere kennis van de Groep te krijgen en van de diversiteit van zijn activiteiten, zal een speciale dag “Welkom bij de EOR Vinci” worden georganiseerd door de directie voor de vaste en plaatsvervangende leden.
Deze dag zal worden gewijd aan de presentatie van de Groep: zijn activiteiten, zijn strategie en zijn kerncijfers.
Een kit die op de belangrijkste punten van onderhavige overeenkomst wijst en met name de rol en de missies van de EOR, zal bij deze gelegenheid aan ieder lid worden overhandigd.
De leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI (vaste en plaatsvervangende leden) krijgen eveneens twaalf dagen juridische, economische en sociale scholing verdeeld over de looptijd van het mandaat, onder meer met het oog op een beter begrip van de Groep VINCI en op het verkrijgen van informatie over de verschillende manieren van personeelsvertegenwoordiging en, meer algemeen, over de verschillende sociale wetgevingen in de landen van het werkgebied van de EOR.
Deze scholingssessies worden georganiseerd door een schikking tussen de directie van de Groep VINCI en het dagelijks bestuur. De tijd die besteed wordt aan de opleiding, wordt als effectieve werktijd beschouwd en overeenkomstig uitbetaald.
Om een optimale communicatie tussen de vertegenwoordigers van de Europese Ondernemingsraad mogelijk te maken, wordt een Engelstalige scholing aangeboden en betaald door de directie voor de leden die hierom verzoeken.
ARTIKEL 11: HERONDERHANDELING
De partijen verbinden zich ertoe, uiterlijk binnen drie maanden na afloop van onderhavige overeenkomst, eventuele wijzigingsmodaliteiten te onderhandelen.
Hiertoe geven de leden van de Europese Ondernemingsraad VINCI opdracht aan 12 (twaalf) onderhandelingsvertegenwoordigers onder hen afhankelijk van het relatieve gewicht van hun zetels, van wie maximum 4 (vier), bij wijze van uitzondering, onderhandelingsvertegenwoordigers kunnen zijn, werknemers van de Groep VINCI binnen het werkgebied van de EOR en die geen lid van de EOR zijn. Deze mandaten zullen moeten worden bevestigd door de Europese Federatie van Bouw- en Houtarbeiders (EFBH) en de Fédération Européenne des Cadres de la Construction (FECC).
De beide bovenvermelde experts, artikel 7, alinea 5, staan de Bijzondere Onderhandelingsgroep bij en nemen deel aan de onderhandelingsvergaderingen.
Indien de onderhandelingen op niets uitlopen, kunnen de effecten van onderhavige overeenkomst gedurende 12 (twaalf) maanden na de vervaldatum worden gehandhaafd. Na verloop van deze termijn wordt een Europese Ondernemingsraad VINCI ingesteld, samengesteld zoals bij het ontbreken van een overeenkomst (subsidiaire voorschriften).
ARTIKEL 12: BOTSENDE BELANGEN TUSSEN VERSCHILLENDE EOR AKKOORDEN
Indien er zich belangrijke wijzigingen voordoen in de structuur van de Groep en in geval van botsende belangen tussen de bepalingen van twee of meer toepasbare EOR akkoorden, dienen onderhandelingen te worden aangegaan overeenkomstig de bepalingen van artikel L.2341-10 van de Franse arbeidswetgeving.
De Europese Ondernemingsraad VINCI zal gedurende de onderhandelingsperiode doorgaan te functioneren volgens de modaliteiten zoals bepaald bij onderhavige overeenkomst.
ARTIKEL 13: TOEPASSELIJK RECHT – JURISDICTIE
Voor onderhavige overeenkomst is het Franse recht van toepassing. Onderhavige overeenkomst zal worden gedeponeerd bij de officiële Franse instanties en in voorkomend geval zal ieder geschil dat voortvloeit uit de toepassing ervan, voorgelegd worden aan de jurisdictie van de Franse rechtbanken.
In geval van interpretatieverschil is de in het Frans geredigeerde versie van deze tekst doorslaggevend.
Opgesteld te Rueil-Malmaison op 26 september 2018 in 20 exemplaren, waarvan iedere medeondertekenaar na ondertekening een exemplaar heeft ontvangen, een voor de Fédération Européenne des Cadres (FECC), een voor de Europese Federatie van Bouw- en Houtarbeiders (EFBH), een voor de Conseil des Prud’hommes van Nanterre (Frankrijk) [Frans college van lekenrechters in arbeidszaken] en twee exemplaren voor de Directions Régionales des Entreprises, de la Concurrence, de la Consommation, du Travail et de l’Emploi (DIRECCTE) van Nanterre (Frankrijk). (Regionale Directies voor het Bedrijfsleven, Mededinging, Consumptie, Arbeid en Werkgelegenheid).
Voor de Directie van de Groep VINCI:
Xxxxxx XXXXXX
Voor de Bijzondere Onderhandelingsgroep: :
Xxxxxxx XXXXXXX
Xxxxxxx XXXXXXX
Nourredine BOUDJENIBA
Xxxxx XXXXXXXXX
Xxxxxx XXXXX
Xxxxxxx XXXXXXX
Xxxxxx XXXXX
Xxxx XXXXXX Expert voor de FECC
Xxxxxxxx XXXXXX
Xxxxx XXXXXXXX
Xxxxxx XXXXXXX
Xxxxx XXX
Xxxxxxx XXXX
Xxxxxxx XXXXXXXXX
Xxxxxxx XXXXXXX Expert voor de EFBH