Uitspraak
Uitspraak
van de Huurcommissie
Verzoek Klacht over een gedraging van de verhuurder (art. 4 lid 5 UhW) Woonruimte Xxxxxx Xxxxxxxxxxx 0 X 0000 XX XXXXXXX Hierna te noemen: de woonruimte Verzoeker [XXX] Hierna te noemen: huurder Wederpartij [XXX] Hierna te noemen: verhuurder | Datum zitting 5 december 2022 Verzonden op 14 december 2022 Verzonden aan huurder en verhuurder |
Kern van de uitspraak
• Het verzoek van de huurder is niet-ontvankelijk.
Verloop van de procedure |
Verzoek van de huurder De Huurcommissie heeft op 6 april 2022 een verzoek van de huurder ontvangen. Daarin vraagt de huurder aan de Huurcommissie om uitspraak te doen omtrent een klacht die betrekking heeft op een gedraging van de verhuurder. |
Zitting |
Zittingsdatum: 5 december 2022 Zittingsvoorzitter: mr. J.A.M. Schuurbiers Zittingsleden: drs. F.L.A. Xxxxxx en X.X.X.X. xxx Xxxxxx De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de (video)zitting van de Huurcommissie. Korte samenvatting verklaring huurder: • De klacht heeft betrekking op de oplevering. Daarbij waren o.a. aanwezig de dochter van eigenaar, de nieuwe huurder en ik. De nieuwe huurder en ik hebben beiden getekend voor het inspectierapport. Over een paar puntjes (enkele kleine plekjes op de muur) waren wij het niet eens. De nieuwe huurder heeft gezegd dit op te zullen lossen, als ik hem de verf en de materialen zou verstrekken. Dit heb ik gedaan. Ook heb ik de kosten van arbeidsloon betaald. Totaal heeft mij dat € 365,50 gekost. • Twee weken na de oplevering heeft de verhuurder ineens zonder overleg een |
bedrag van € 211,75 op de borgsom ingehouden vanwege een kapotte tegel. Bij de oplevering is echter geen kapotte tegel geconstateerd. De verhuurder wilde hierover ook niet communiceren.
• Met de klacht wil ik bereiken dat de gehele borgsom wordt terugbetaald door de verhuurder. De oplevering is met zeven mensen gedaan. Alles is minutieus bekeken. Niemand heeft een kapotte tegel gezien. Dat er twee weken later ineens wordt gesteld dat er een tegel kapot is, vind ik nogal vreemd.
• In het contract staat een bepaling over verborgen gebreken, maar een kapotte tegel is duidelijk zichtbaar en dus geen verborgen gebrek.
• Dat ik extra kosten voor verf en arbeidsloon heb moeten maken, vind ik ook niet terecht. Een dergelijke verplichting staat nergens in het contract.
Korte samenvatting verklaring verhuurder:
• Normaliter vindt de oplevering plaats twee weken voor het einde van het huurcontract, zodat eventuele mankementen nog tijdig kunnen worden verholpen.
• Omdat het niet lukte om tijdig een afspraak te maken met de oude huurder, heeft de oplevering samen met de nieuwe huurder plaatsgevonden. Het was eigenlijk te donker om de oplevering te doen, maar huurder kon niet op een andere datum/tijd.
• Dat huurder € 365,50 heeft betaald voor arbeidsloon is nieuw voor verhuurder. Wel was het verhuurder bekend dat huurder heeft betaald voor de verf.
• Aanvankelijk is de kapotte tegel niet waargenomen. De dag nadat de nieuwe huurder in de woning is getrokken, heeft hij ons dit gemeld. De oude huurder stelde echter niets daarvan te weten. Verhuurder heeft de offerte van de reparatie naar de oude huurder gestuurd. De tegel is niet bij haar in rekening gebracht, omdat verhuurder nog een tegel had liggen. Er is alleen arbeidsloon gerekend. Onder de tegels ligt vloerverwarming, waardoor het veel werk is om de tegel eruit slijpen. Dit moet heel voorzichtig gebeuren.
• In het opleveringsformulier, dat huurder mede heeft ondertekend, is vermeld dat er tot twee weken na de ondertekening nog opleveringsgebreken gemeld kunnen worden.
Beoordeling
Op basis van artikel 4, lid 5 en 6 Uhw kan de Huurcommissie oordelen over geschillen tussen huurder en verhuurder naar aanleiding van een schriftelijke klacht van de huurder over een bepaalde gedraging van de verhuurder of van een persoon die werkzaam is onder diens verantwoordelijkheid in het kader van de tussen partijen overeengekomen huurovereenkomst.
Een dergelijke klacht dient te voldoen aan de volgende ontvankelijkheidseisen:
• De klacht moet schriftelijk bij de verhuurder zijn ingediend;
• De klacht betreft een gedraging van de verhuurder;
• De gedraging heeft minder dan een jaar geleden plaatsgevonden;
• Er is geen sprake van een wettelijke uitsluiting (toe- en afwijzen van woonruimte, een wanbetaling, een huurbeëindiging of het afsluiten van nutsvoorzieningen).
Xxxxxxx heeft gesteld dat zij samen met de verhuurder en de nieuwe huurder de woning heeft opgeleverd. Vlak voordat de borg zou worden terugbetaald, ontving zij bericht dat er een tegeltje in de keuken kapot was. Bij de oplevering is dit niet geconstateerd. Verhuurder heeft zonder enig overleg een bedrag van € 211,75 ingehouden op de waarborgsom. Verder heeft zij - voor het wegwerken van enkele plekjes op de muur - aan de nieuwe huurder verf verstrekt en heeft zij de kosten van arbeidsloon betaald (totaal € 365,50).
Huurder heeft aangegeven dat zij met haar klacht wil bereiken dat zij de gehele waarborgsom terugontvangt van de verhuurder. Dat huurder extra kosten heeft
moeten maken voor verf en arbeidsloon, vindt zij ook niet terecht.
Gelet op het voorgaande constateert de commissie dat de klacht van huurder uitsluitend tot doel heeft om een terugbetaling van de waarborgsom te bewerkstelligen.
De commissie stelt vast dat zij geen oordeel kan uitspreken over deze klacht. De Huurcommissie is namelijk niet bevoegd te oordelen over geschillen die betrekking hebben op de terugbetaling van een waarborgsom en eventuele andere opleveringskosten. Deze bevoegdheid is expliciet toebedeeld aan de kantonrechter.
Gelet op het voorgaande moet de commissie de klacht van huurder niet- ontvankelijk verklaren.
Beoordeling van de leges
De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen. Nu de commissie de klacht niet-ontvankelijk heeft verklaard, wordt de huurder aangemerkt als de in het ongelijk gestelde partij. De huurder moet de leges betalen.
Volgens de wet betaalt een verhuurder € 300,00 leges en een huurder € 25,00.
Beslissing
• Het verzoek van huurder is niet-ontvankelijk.
Volgens de wet worden de huurder en de verhuurder geacht overeengekomen te zijn wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht.
Xxxx u het niet eens met deze beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen.
Legesveroordeling
• De huurder krijgt het betaalde legesvoorschot van € 25,00 niet terug.
Den Haag, 5 december 2022 De Huurcommissie
mr. J.A.M. Schuurbiers Zittingsvoorzitter