VERZEKERING VAN DE BURGERRECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID INZAKE MOTORRIJTUIGEN
VERZEKERING VAN DE BURGERRECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID INZAKE MOTORRIJTUIGEN
Algemene Voorwaarden
Xxx xxx Xxxx Xxxxxxx 00 Xxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxx 0000 Xxxxxxx
Tel (00) 000 00 00
Fax (00) 000 00 00
BCE 0000 000 000
FSMA 45471
Dit contract wordt geregeld door de bepalingen van de wet betreffende de verzekering van 4 april 2014 en de bijbehorende uitvoeringsbesluiten.
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1) U: de verzekeringnemer die de overeenkomst met ons sluit.
2) De verzekerde: iedere persoon van wie de aansprakelijkheid door de overeenkomst verzekerd is.
3) De benadeelden: de personen die schade hebben geleden die aanleiding geeft tot de toepassing van de overeenkomst alsook hun rechtverkrijgenden,
4) Wij: n.v. VANDER HAEGHEN & C° Xxxxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx Underwriting agent gemachtigd door de verzekeraar
5) Verzekeraar : Belfius Insurance NV, verzekeringsonderneming met maatschappelijke zetel in België Xxxxxxxxxxx 0, 0000 Xxxxxxx, toegelaten onder codenummer 0037, K.B. 4 en 13 juli 1979 (B.S. 14 juli 1979),
K.B. 24 januari 1991 (B.S. 22 maart 1991), K,B. 30 maart 1993 (B.S. 7 mei 1993) en K.B. 21 november 1995 (B.S. 8 december 1995).
6) Bijstand: De bijstandscentrale gemandateerd door ons om de bijstandsverlening te verrichten. De centrale is 7 dagen op 7 en 24 uur op 24 bereikbaar op het nummer 0800/93.300 vanuit België en op het nummer + 32/2/286.7286 vanuit het buitenland
7) Het omschreven rijtuig:
- het motorrijtuig dat in de bijzondere voorwaarden omschreven is; al wat eraan gekoppeld is, wordt beschouwd als een deel ervan;
- de niet-gekoppelde aanhangwagen die in de bijzondere voorwaarden omschreven is.
8) Het schadegeval: ieder feit dat schade veroorzaakt heeft en aanleiding kan geven tot de toepassing van de overeenkomst.
9) Het verzekeringsbewijs: het document zoals bedoeld in artikel 5 van het koninklijk besluit van 13 februari 1991 houdende inwerkingtreding en uitvoering van de wet van
21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.
10) Het verzekeringsvoorstel: het formulier dat uitgaat van ons en dat u moet invullen, met het doel ons in te lichten over de aard van de verrichting en over de feiten en de omstandigheden die voor ons gegevens zijn voor de beoordeling van het risico.
VOORWERP EN OMVANG VAN DE VERZEKERING.
1. WAT WAARBORGEN WIJ DOOR DEZE VERZEKERING?
Artikel 1 In deze overeenkomst verzekeren wij, overeenkomstig de Wet van 21 november 1989 en onder de hiernavolgende voorwaarden, de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerden als gevolg van een door het omschreven rijtuig in België veroorzaakt schadegeval.
De dekking wordt ook verleend voor een schadegeval dat zich heeft voorgedaan in een land van de Europese Gemeenschap, in de vorstendommen Andorra en Monaco, in Vaticaanstad, in Bulgarije, in Finland, in Hongarije, in IJsland, in Liechtenstein, op Malta, in Noorwegen, in Oostenrijk, in Polen, in Roemenië, in San-Xxxxxx, in Tsjechië, in Slovakije, in Zweden, in Zwitserland, in Marokko, in Tunesië, in Turkije, alsook in elk land dat door de Koning bepaald wordt krachtens artikel 3§1 van de wet van 21 november 1989.
Wanneer het schadegeval zich heeft voorgedaan buiten het Belgische grondgebied, verlenen wij de dekking waarin is voorzien door de wetgeving op de verplichte motorrijtuigenverzekering van de Staat op het grondgebied waarvan het schadegeval zich heeft voorgedaan.
De toepassing van die buitenlandse wet mag de verzekerde evenwel niet de ruimere dekking ontnemen die de Belgische wet hem verleent.
Indien het schadegeval zich heeft voorgedaan op het grondgebied van een land dat niet tot de Europese Gemeenschap behoort, en voor het gedeelte van de dekking dat de waarborg overschrijdt die opgelegd wordt door de wet op de verplichte verzekering van het land waar het schadegeval zich heeft voorgedaan, zijn de excepties, de nietigheden en het verval die aan de verzekerden tegenstelbaar kunnen zijn ook tegenstelbaar aan de benadeelde personen die geen onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Gemeenschap, indien die excepties, nietigheden en verval hun oorzaak vinden in een feit dat het schadegeval voorafgaat.
Dezelfde excepties, dezelfde nietigheden en hetzelfde verval kunnen onder dezelfde voorwaarden tegengeworpen worden voor de gehele dekking, wanneer de Wet van het land op het grondgebied Waarvan het schadegeval zich heeft voorgedaan, niet in de niet-tegenstelbaarheid voorziet.
De dekking wordt verleend voor de schadegevallen die zich hebben voorgedaan op de openbare weg of op openbare of prive-terreinen.
Artikel 2 Eist een buitenlandse overheid, naar aanleiding van een schadegeval dat zich heeft voorgedaan in één van de landen vermeld in artikel 1, met uitzondering van België, dat ter beveiliging van de rechten van de benadeelden, een bedrag wordt gedeponeerd voor de opheffing van een op het omschreven rijtuig gelegd beslag of voor de invrijheidstelling onder borg van de verzekerde, dan schieten wij de geëiste borgsom voor of stellen wij ons persoonlijke borg tot ten hoogste 61.973,38 EUR voor het omschreven rijtuig en voor alle verzekerden samen, verhoogd met de kosten van de samenstelling en terugvordering van de borgsom, die te onzen laste zijn.
Werd de borgsom door de verzekerde betaald, dan stellen wij onze persoonlijke borg in de plaats of betalen wij, indien de borg niet aanvaard wordt, het bedrag van de borgsom aan de verzekerde terug.
Zodra de bevoegde overheid aanvaardt de betaalde borgsom vrij te geven of onze borgstelling op te heffen, moet de verzekerde op onze vraag alle formaliteiten vervullen die van hem gevergd kunnen worden voor de vrijgave of de opheffing.
Wanneer de bevoegde overheid de door ons gestorte borgsom geheel of gedeeltelijk verbeurdverklaart of aanwendt tot betaling van een geldboete, van een strafrechtelijke dading of van gerechtskosten in strafzaken, dan is de verzekerde gehouden ons op ons eenvoudig verzoek terug te betalen.
3. WIE VERZEKEREN WIJ?
Artikel 3
1) Wij verzekeren de burgerrechtelijke aansprakelijkheid:
- van uzelf;
- van de eigenaar, van iedere houder, van iedere bestuurder van het omschreven rijtuig en van iedere persoon erin vervoerd;
- van de werkgever van de voornoemde personen wanneer zij van alle aansprakelijkheid zijn ontheven krachtens artikel 18 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
De aansprakelijkheid van hen die zich door diefstal, geweldpleging of heling de macht over het omschreven rijtuig hebben verschaft, is echter niet gedekt.
2) Wanneer het omschreven rijtuig toevallig om het even welk motorrijtuig met pech sleept, wordt de Waarborg uitgebreid tot de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van diegene die in dat geval de ketting, de tros, het touw, de stang of enige andere benodigdheid voor het slepen heeft geleverd.
In afwijking van artikel 8,1) wordt de Waarborg eveneens uitgebreid tot de schade aan het gesleepte rijtuig.
4. WAT VERZEKEREN WIJ EVENEENS?
Artikel 4
1) Uitbreiding van de dekking
De dekking van de overeenkomst strekt zich uit, zonder dat hiervoor een mededeling vereist is, tot de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de eigenaar van het omschreven voertuig alsmede tot uw burgerrechtelijke aansprakelijkheid en tot deze van alle personen die gebruikelijk bij u inwonen, in hun hoedanigheid van bestuurder, voor zover zij de wettelijke leeftijd om een motorrijtuig te besturen bereikt hebben, als houder of passagier, of van burgerrechtelijke aansprakelijke voor de bestuurder, houder of passagiers:
a. van een tijdelijk vervangingsvoertuig
Onder "tijdelijk vervangingsvoertuig” wordt verstaan, een motorrijtuig dat aan een derde toebehoort en dat voor hetzelfde gebruik bestemd is als het omschreven voertuig en dat als vervangwagen dient voor dat voertuig, dat om welke reden dan ook, definitief of tijdelijk onbruikbaar is geworden, onder meer wegens onderhoud, aanpassingen, herstellingen of technische keuring.
De dekking treedt in werking op het ogenblik dat het omschreven voertuig niet meer kan worden gebruikt en eindigt wanneer het tijdelijk vervangingsvoertuig aan de eigenaar of aan een door deze aangewezen persoon wordt terugbezorgd. Het voertuig moet worden terugbezorgd binnen een redelijke termijn na ontvangst van het bericht dat het omschreven voertuig ter beschikking is. De dekking mag in geen geval 30 kalenderdagen overschrijden.
Wanneer de verzekeringnemer een rechtspersoon is, is de dekking verworven voor de gemachtigde bestuurder van het omschreven voertuig, alsook voor alle personen die bij hem inwonen, in hun hoedanigheid van bestuurder, voor zover zij de wettelijke leeftijd om een motorrijtuig te besturen bereikt hebben, houder of passagier, of van burgerrechtelijke aansprakelijke voor de bestuurder, houder of passagiers.
De dekking is niet van toepassing wanneer het omschreven voertuig onbruikbaar wordt wegens overdracht van eigendom of overdracht van uw rechten op het omschreven voertuig dat u ontvangen heeft in uitvoering van een huurcontract of een ander analoog contract, onder meer een leasingovereenkomst.
b. van een toevallig gebruikt voertuig
Onder "toevallig gebruikt voertuig” wordt verstaan, een motorrijtuig dat aan een derde toebehoort en dat de hierboven vermelde personen toevallig besturen, houden of waarin
zij toevallig passagiers zijn, zelfs terwijl het omschreven rijtuig in gebruik is.
Wanneer de verzekeringnemer een rechtpersoon is, is de dekking verworven voor de bestuurder van het omschreven voertuig waarvan de identiteit vermeld is in de bijzondere voorwaarden of bij ontstentenis in het verzekeringsvoorstel of in een latere kennisgeving aan ons, alsook voor de personen die gebruikelijk bij hem inwonen, in hun hoedanigheid van bestuurder, voor zover zij de wettelijke leeftijd om een motorrijtuig te besturen bereikt hebben, of van burgerrechtelijke aansprakelijke voor de bestuurder.
De dekking is niet van toepassing wanneer het omschreven voertuig bestemd is voor het vervoer van personen tegen betaling of wanneer het hoofdzakelijk voor het vervoer van goederen is uitgerust of wanneer de verzekeringnemer of de eigenaar van het omschreven voertuig een bedrijf is dat tot doel heeft de constructie, de handel, de verhuring, de herstelling of de stalling van motorrijtuigen.
Wanneer het omschreven voertuig het voorwerp is van een huur-, leasing- of gelijkaardig contract, blijft de dekking van toepassing wanneer u of de gebruikelijke bestuurder van het omschreven voertuig niet zelf de hierboven vermelde activiteiten uitoefent.
Onder derden in de betekenis van dit artikel wordt verstaan, elke andere persoon dan:
- uzelf of, wanneer de verzekeringnemer een rechtspersoon is, de bestuurder van het omschreven voertuig waarvan de identiteit vermeld is in de bijzondere voorwaarden of bij ontstentenis in het verzekeringsvoorstel of in een latere kennisgeving aan ons, alsook de personen die hij hen inwonen,
- de eigenaar of de gebruikelijke houder van het omschreven voertuig.
2) Beperkingen van de dekking
a. Wanneer het omschreven voertuig een twee- of een driewieler is, kan de dekking in geen geval slaan op een rijtuig op vier of meer wielen.
b. ln zoverre de benadeelden vergoeding hebben verkregen voor hun schade:
- ofwel krachtens een verzekeringsovereenkomst die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid dekt waartoe het gebruikte voertuig aanleiding geeft;
- ofwel krachtens een door de bestuurder gesloten verzekeringsovereenkomst die zijn burgerrechtelijke aansprakelijkheid dekt,
is de dekking van toepassing:
- wanneer de verzekeraar die een van de voornoemde overeenkomsten gesloten heeft, verhaal uitoefent op de verzekerde in de gevallen bepaald in artikel 25, 3°, c) en 25, 4° van deze overeenkomst of in de hierin niet bepaalde gevallen tenzij de verzekerde vooraf van de mogelijkheid van verhaal in kennis werd gesteld;
- wanneer de verzekeringnemer van een van de voornoemde overeenkomsten aan de verzekerde een verzoek tot terugbetaling richt voor het bedrag van het verhaal uitgeoefend in een van de hierboven opgesomde gevallen.
3) De dekking strekt zich eveneens uit tot uw burgerrechtelijke aansprakelijkheid alsook tot de personen die bij u inwonen, voor de schade veroorzaakt door het gestolen ot verduisterde voertuig dat vervangen werd door het omschreven voertuig, wanneer:
- de diefstal of de verduistering bij ons aangegeven werd binnen de 72 uur te rekenen vanaf de dag dat u kennis kreeg van de diefstal of de verduistering;
- het gestolen of verduisterde voertuig bij ons verzekerd was.
5. WAT ZIJN DE VERZEKERDE BEDRAGEN?
Artikel 5
Voor schade die voortvloeit uit lichamelijke letsels is de dekking onbeperkt. Niettemin wordt de dekking, vanaf de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit zoals bedoeld in artikel 3, §2, 2de lid van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, zoals gewijzigd door de wet van 12/01/2007 (Belgisch Staatsblad van 07/03/2007), beperkt tot 100.000.000,00 EUR per schadegeval of, tot het bedrag vermeld in dat koninklijk besluit indien dit hoger ligt.
Voor stoffelijke schade wordt de dekking beperkt tot 100.000.000,00 EUR per schadegeval, geïndexeerd zoals voorzien in artikel 3, §4 van de voornoemde wet van 21 november 1989. Voor persoonlijke kleding en bagage blijft de dekking echter beperkt tot 2.478,94 EUR per vervoerde persoon.
6. WAT MET DE KOSTEN BIJ KOSTELOOS VERVOER VAN GEWONDE PERSONEN?
Artikel 6
In afwijking van artikel 8, 1) vergoeden wij de kosten die de verzekerde werkelijk gemaakt heeft voor de reiniging en de herstelling van de binnenbekleding van het omschreven rijtuig, wanneer die kosten voortvloeien uit het kosteloos vervoer van door een verkeersongeval gewonde personen.
7. WELKE PERSONEN ZIJN VAN HET RECHT OP SCHADEVERGOEDING UITGESLOTEN?
Artikel 7
a.
- de voor de schade aansprakelijke persoon, behalve indien het de aansprakelijkheid voor andermans daad betreft;
- de persoon die van alle aansprakelijkheid ontheven is op grond van artikel 18 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Het recht op schadevergoeding blijft evenwel gelden ten voordele van de gedeeltelijk aansprakelijke persoon ten belope van het deel van zijn schade dat toe te schrijven is aan een verzekerde.
b. voor hun stoffelijke schade, wanneer zij geen lichamelijke letsels hebben opgelopen:
- de bestuurder van het verzekerde rijtuig;
- uzelf;
- de eigenaar en de houder van het verzekerde rijtuig;
- de echtgenoot van een van de voornoemde personen;
- de bloed- of aanverwanten in rechte lijn van een van de voornoemde personen, voor zover zij hij hem inwonen en door hem onderhouden worden.
Deze personen kunnen evenwel aanspraak maken op de vergoeding van hun stoffelijke schade, zelfs indien zij geen lichamelijke letsels hebben opgelopen, wanneer de aansprakelijkheidsvordering gesteund is op een gebrek van het verzekerd rijtuig.
8. WAT VERZEKEREN WIJ NIET?
Artikel 8
Zijn van de verzekering uitgesloten:
1) de schade aan het verzekerd rijtuig, behoudens wat bij artikel 3, 2), 2e lid bepaald is;
2) de schade aan de door het verzekerd rijtuig vervoerde goederen, behoudens wat bij artikel 5, a) bepaald is;
3) de schade die niet veroorzaakt wordt door het gebruik van het rijtuig maar die enkel te wijten is aan de vervoerde goederen of aan de handelingen die vereist zijn voor dit vervoer;
4) de schade die voortvloeit uit het deelnemen van het verzekerd rijtuig aan snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of
-wedstrijden waartoe van overheidswege verlof is verleend;
5) de schade die vergoedt wordt overeenkomstig de wetgeving betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid inzake de kernenergie.
BESCHRIJVING EN WIJZIGING VAN HET RISICO – MEDEDELINGEN VAN DE VERZEKERINGNEMER
9. WAT MOET U MEEDELEN BIJ DE ONDERSCHRIJVING VAN IIET CONTRACT?
Artikel 9
1. Bij het sluiten van de overeenkomst bent u verplicht alle u bekende omstandigheden nauwkeurig mee te delen die u redelijkerwijs moet beschouwen als gegevens die van invloed kunnen zijn op onze beoordeling van het risico, Indien op sommige van onze schriftelijke vragen niet wordt geantwoord, bijvoorbeeld op de vragen in het verzekeringsvoorstel, en wij toch de overeenkomst sluiten, kunnen wij ons later, behalve in geval van bedrog, niet meer op dat verzuim beroepen.
Dit is eveneens het geval indien wij de overeenkomst zonder een behoorlijk ingevuld verzekeringsvoorstel hebben gesloten.
2. Wanneer het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens betreffende het risico ons misleidt bij de beoordeling van dat risico, is de overeenkomst nietig. De premies die vervallen zijn tot op het ogenblik dat wij kennis hebben gekregen van het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens, komen ons toe.
3. Wanneer het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens niet opzettelijk gebeurt, stellen wij, binnen de termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag dat wij van het verzwijgen of van het onjuist meedelen van gegevens kennis hebben gekregen, voor de overeenkomst te wijzigen met ingang op de dag dat wij kennis hebben gekregen van het verzwijgen of van het onjuist meedelen van gegevens.
Indien u het voorstel tot wijziging van de overeenkomst weigert of het, na het verstrijken van de termijn van één maand, te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel, niet aanvaard hebt, kunnen wij de overeenkomst opzeggen binnen 15 dagen.
Indien wij het bewijs leveren dat wij het risico nooit zouden hebben verzekerd, kunnen wij de overeenkomst evenwel opzeggen binnen de termijn van een maand te rekenen vanaf de dag dat wij van het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens kennis hebben gekregen,
10. WAT MOET U MEEDELEN IN DE LOOP VAN HET CONTRACT?
Artikel 10
In de loop van de overeenkomst hebt u de verplichting om, onder de voorwaarden van artikel 9,1), de nieuwe omstandigheden of de wijzigingen van de omstandigheden mede te delen die van aard zijn om een aanmerkelijke en blijvende verzwaring te bewerkstelligen van het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet.
1) Wanneer het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet zo verzwaard is, dat wij onder andere voorwaarden zouden hebben verzekerd, indien die verzwaring bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, moeten wij binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag dat wij van de verzwaring kennis hebben gekregen, de wijziging van de overeenkomst voorstellen met terugwerkende kracht tot de dag van de verzwaring. Indien u het voorstel tot wijziging van de overeenkomst weigert of het, bij het verstrijken van een termijn van een maand, te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel, niet aanvaard hebt, kunnen wij de overeenkomst opzeggen binnen 15 dagen.
Indien wij het bewijs leveren dat wij het verzwaarde risico in geen geval zouden hebben verzekerd, kunnen wij de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag dat wij kennis hebben gekregen van de verzwaring.
2) Wanneer het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet, in de loop van de overeenkomst aanzienlijk en blijvend verminderd is en wel zo dat wij onder andere voorwaarden zouden hebben verzekerd indien die vermindering bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, staan wij een overeenkomstige vermindering van de premie toe vanaf de dag dat wij van de vermindering van het risico kennis hebben gekregen. Indien de contractanten het niet eens worden over de nieuwe premie binnen een maand na uw aanvraag tot vermindering, kan u de overeenkomst opzeggen.
PREMIE - VERZEKERINGSBEWIJS
11. WANNEER GEVEN WIJ EEN VERZEKERINGSBEWIJS?
Artikel 11
Zodra de dekking van de overeenkomst aan u verleend wordt, geven wij u een verzekeringsbewijs waaruit het bestaan van de overeenkomst blijkt.
In alle gevallen waarin de dekking ophoudt te bestaan, moet u ons het verzekeringsbewijs onmiddellijk terugsturen.
12. WANNEER EN HOE BETALEN?
Artikel 12
De premie, verhoogd met de taksen en bijdragen, moet op de vervaldagen vooruitbetaald worden op ons verzoek of op verzoek van elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon.
13. WAT BIJ NIET-BETALING?
Artikel 13
Bij niet-betaling van de premie op de vervaldag kunnen wij de dekking van de overeenkomst schorsen of de overeenkomst opzeggen, indien u in gebreke bent gesteld bij deurwaardersexploot of per aangetekende brief.
De schorsing van de dekking of de opzegging gaat in na het verstrijken van een termijn van 15 dagen, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of de afgifte ter post van de aangetekende brief.
Er komt een einde aan de schorsing van de dekking, wanneer u de achterstallige premies betaalt, eventueel vermeerderd met de interesten, zoals bepaald in de laatste aanmaning of gerechtelijke uitspraak.
Wanneer wij onze verplichting tot het verlenen van dekking geschorst hebben, kunnen wij de overeenkomst nog opzeggen indien wij ons dit recht voorbehouden hebben in de ingebrekestelling, bedoeld in het 1ste lid. In dat geval gaat de opzegging ten vroegste na 15 dagen in, te rekenen vanaf de eerste dag van de schorsing. Indien wij ons die mogelijkheid niet hebben voorbehouden, gebeurt de opzegging door het versturen van een nieuwe aanmaning overeenkomstig het 1ste en 2de lid.
De schorsing van de dekking doet geen afbreuk aan ons recht de later nog te vervallen premies op te eisen, op voorwaarde dat u in gebreke werd gesteld overeenkomstig het 1ste lid. Ons recht wordt evenwel beperkt tot de premies voor twee opeenvolgende jaren.
14. MEDEDELINGEN EN KENNISGEVINGEN Artikel 14
De voor ons bestemde mededelingen en
kennisgevingen moeten gedaan worden aan een van onze zetels in België of aan elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon.
De voor u bestemde mededelingen en kennisgevingen moeten worden gedaan aan het laatste door ons gekende adres.
15. WIJZIGINGEN VAN DE VOORWAARDEN EN VAN HET TARIEF
Artikel 15
Indien wij de verzekeringsvoorwaarden en ons tarief of enkel ons tarief wijzigen, passen wij deze overeenkomst aan op de volgende jaarlijkse
vervaldag. Wij stellen u minstens 90 dagen vóór die vervaldag van deze aanpassing in kennis.
U mag de overeenkomst evenwel opzeggen binnen
30 dagen na de kennisgeving van de aanpassing. Door deze opzegging eindigt de overeenkomst op de volgende jaarlijkse vervaldag.
De in het vorige lid bepaalde opzeggingsmogelijkheid bestaat niet wanneer de wijziging van het tarief of van de verzekeringsvoorwaarden voortvloeit uit een algemene aanpassing die door de bevoegde overheid of de wetgeving wordt opgelegd en die, in de toepassing ervan, gelijk is voor alle maatschappijen.
De bepalingen van dit artikel doen geen afbreuk aan de bepaling van artikel 26.
SCHADEGEVALLEN EN RECHTSVORDERINGEN
16. HOE MOET HET SCHADEGEVAL AANGEGEVEN WORDEN?
Artikel 16
Ieder schadegeval moet onmiddellijk en ten laatste binnen 8 dagen nadat het is voorgevallen, schriftelijk worden aangegeven aan ons of aan elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon. Deze verplichting rust op alle verzekerden, waarvan de aansprakelijkheid betrokken kan zijn.
De schadeaangifte moet in de mate van het mogelijke de oorzaken, de omstandigheden en de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval vermelden, evenals de naam, de voornaam en de woonplaats van de getuigen en de benadeelden.
U en de overige verzekerden verschaffen ons of elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon zonder verwijl alle door ons gevraagde nuttige inlichtingen en documenten. Voor zover mogelijk wordt de schadeaangifte gedaan op het formulier dat wij u ter beschikking stellen.
17. AAN WIE DE GERECHTELIJKE EN BUITEN GERECHTELIJKE DOCUMENTEN BEZORGEN?
Artikel 17
De verzekerde moet alle dagvaardingen en in het algemeen alle gerechtelijke en buitengerechtelijke documenten aan ons of aan elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon bezorgen, binnen 48 uur nadat zij aan hem werden afgegeven of betekend.
18. WIE HEEFT DE LEIDING VAN HET GESCHIL?
Artikel 18
Vanaf het ogenblik dat wij tot het geven van dekking zijn gehouden en voor zover deze wordt ingeroepen, zijn wij verplicht ons achter de verzekerde te stellen binnen de grenzen van de dekking.
Ten aanzien van de burgerrechtelijke belangen en voor zover onze belangen en die van de verzekerde
samenvallen, hebben wij het recht om, in de plaats van de verzekerde, de vordering van de benadeelde te bestrijden.
Wij kunnen deze laaste vergoeden indien daartoe grond bestaat.
Onze tussenkomsten houden geen enkele erkenning in van aansprakelijkheid in hoofde van de verzekerde en mogen hem geen nadeel berokkenen.
De definitieve schadevergoeding of de weigering om te vergoeden wordt u zo spoedig mogelijk meegedeeld.
Indien wij een schadevergoeding betaald hebben, treden wij in de rechten en de vorderingen die de verzekerde kunnen toebehoren.
19. WAT ZIJN UW VERPLICHTINGEN BIJ SCHADEGEVAL?
Artikel 19
Elke erkenning van aansprakelijkheid, elke dading, elke vaststelling van schade, elke belofte van schadevergoeding of elke door de verzekerde gedane betaling, zonder onze schriftelijke toestemming, is ons niet tegenstelbaar.
Het erkennen van feiten of het verstrekken van eerste geldelijke of medische hulp door de verzekerde kan voor ons geen reden zijn om onze dekking te weigeren.
20. WAT BETALEN WIJ?
Artikel 20
Wij betalen de in hoofdsom verschuldigde schade- vergoeding ten belope van de dekking. Wij betalen, zelfs boven de dekkingsgrenzen, de interest op de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding, de kosten betreffende burgerrechtelijke rechtsvorderingen, alsook de erelonen en de kosten van de advocaten en de deskundigen, maar alleen voor zover die kosten door ons of met onze toestemming zijn gemaakt of, in geval van een belangenconflict dat niet te wijten is aan de verzekerde, voor zover die kosten niet onredelijk zijn gemaakt.
21. WAT BIJ STRAFRECHTELIJKE VERVOLGINGEN?
Artikel 21
Indien een schadegeval aanleiding geeft tot strafrechtelijke vervolgingen tegen de verzekerde, kan hij vrij, op eigen kosten, zijn verdedigingsmiddelen kiezen, zelfs indien over de burgerrechtelijke belangen nog geen regeling getroffen is.
Wij moeten ons beperken tot het bepalen van de verdedigingsmiddelen met betrekking tot de omvang van de aansprakelijkheid van de verzekerde en de hoogte van de door de benadeelde partij geëiste bedragen, onverminderd artikel 18 wat de burgerrechtelijke belangen betreft.
De verzekerde is verplicht persoonlijk te verschijnen wanneer de procedure dit vergt.
22. WAT BIJ STRAFRECHTELIJKE VEROORDELING?
Artikel 22
Wanneer de verzekerde strafrechtelijk wordt veroordeeld, mogen wij er ons niet tegen verzetten dat hij op eigen kosten gebruik maakt van elk mogelijk rechtsmiddel, noch mogen wij tussenbeide komen in de keuze van de rechtsmiddelen in strafzaken.
Wij hebben het recht om de schadevergoedingen te betalen wanneer wij dit aangewezen achten.
Wanneer wij vrijwillig zijn tussengekomen, moeten wij de verzekerde te gepasten tijde op de hoogte brengen van elk rechtsmiddel dat wij tegen de gerechtelijke beslissing met betrekking tot de omvang van de aansprakelijkheid van de verzekerde instellen; de verzekerde beslist op eigen risico of hij al dan niet het door ons ingestelde rechtsmiddel volgt.
23. WAT BETALEN WIJ NIET?
Artikel 23
De sommen die onmiddellijk geïnd worden bij de vaststelling van overtredingen van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, de minnelijke schikkingen met het Openbaar Ministerie, de boeten en opdeciemen en de gerechtskosten in strafzaken zijn niet te onzen laste.
VERVAL - VERHAAL VAN DE MAATSCHAPPIJ
24. WAT IS DE DRAAGWIJDTE VAN ONS VERHAALSRECHT?
Artikel 24
Wanneer wij gehouden zijn ten aanzien van de benadeelden, hebben wij, behoudens iedere andere mogelijke vordering waarover wij beschikken, een recht van verhaal in de gevallen en op de personen vermeld in artikel 25.
Het verhaal heeft betrekking op de schadevergoedingen in hoofdsom, alsook op de gerechtskosten en interesten die wij dienen te betalen. Het bedrag van het verhaal is integraal indien de voornoemde bedragen niet hoger zijn dan 10.411,53 EUR. Het verhaal wordt echter maar uitgeoefend ten belope van de helft van de voornoemde bedragen wanneer die hoger zijn dan 10.411,53 EUR. Het bedrag van het verhaal zal in dit geval nooit minder bedragen dan 10.411,53 EUR en nooit meer dan 30.986,69 EUR.
25. IN WELKE OMSTANDIGIIEDEN HEBBEN WIJ EEN VERHAALSRECHT?
Artikel 25
1) Wij hebben een recht van verhaal op u:
a. indien de dekking van de overeenkomst geschorst is wegens niet-betaling van de premie;
b. in geval van opzettelijk verzwijgen of opzettelijk onjuist meedelen van gegevens betreffende het risico zowel bij het sluiten van als in de loop van de overeenkomst. Dit verhaal wordt integraal uitgeoefend en is niet onderworpen aan de beperking bepaald in artikel 24;
c. in geval van onopzettelijk verzwijgen of onopzettelijk onjuist meedelen van gegevens betreffende het risico zowel bij het sluiten van als in de loop van de overeenkomst, die u verweten kunnen worden; het bedrag van het verhaal is beperkt tot 247,89 EUR (niet geïndexeerd).
Er kan geen verhaal uitgeoefend worden indien de overeenkomst gewijzigd werd overeenkomstig de artikels 9 en 10.
2) Wij hebben een recht van verhaal op de verzekerde, veroorzaker van het schadegeval:
a. die het schadegeval opzettelijk heeft veroorzaakt. Dit verhaal wordt integraal uitgeoefend en is niet onderworpen aan de beperking bepaald in artikel 24;
b. die het schadegeval veroorzaakt heeft door een van de volgende gevallen van grove schuld: rijden in staat van dronkenschap of in een gelijkaardige toestand die het gevolg is van het gebruik van producten andere dan alcoholische dranken;
c. indien het rijtuig gebruikt werd ingevolge misbruik van vertrouwen, oplichting of verduistering; dit verhaal wordt slechts uitgeoefend op de dader van het misdrijf of zijn medeplichtige.
3) Wij hebben een recht van verhaal op u en, indien daartoe grond bestaat, op een andere verzekerde:
a. wanneer het schadegeval zich voordoet tijdens het deelnemen aan een snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsrit of - wedstrijd, waartoe van overheidswege geen verlof is verleend;
b. wanneer het rijtuig op het ogenblik van het schadegeval bestuurd wordt door een persoon die niet voldoet aan de voorwaarden die de Belgische wet en reglementen
voorschrijven om dat rijtuig te besturen, bijvoorbeeld door een persoon die de vereiste minimumleeftijd niet bereikt heeft, door een persoon die geen rijbewijs heeft of door een persoon die van het recht tot sturen vervallen verklaard is.
Het recht van verhaal wordt evenwel niet toegepast wanneer de persoon die het rijtuig bestuurt in het buitenland voldoet aan de voorwaarden voorgeschreven door de plaatselijke wet en reglementen om het rijtuig te besturen en niet onderhevig is aan een in België lopend rijverbod, in welk geval het recht van verhaal behouden blijft;
c. wanneer het omschreven rijtuig dat onderworpen is aan de Belgische reglementering op de technische controle, op het ogenblik van het schadegeval niet of niet meer voorzien is van een geldig schouwingsbewijs, behalve als het schadegeval zich voordoet tijdens het normale traject naar de schouwing of wanneer men, in geval van afgifte van een bewijs met de vermelding "verboden tot het verkeer", zich van het schouwingsstation naar zijn woonplaats en/of naar de hersteller begeeft en na herstelling naar het schouwingsstation rijdt. Het recht van verhaal wordt echter niet uitgeoefend indien de verzekerde aantoont dat er geen oorzakelijk verband bestaat tussen de staat van het rijtuig en het schadegeval;
d. wanneer het schadegeval zich voordoet, terwijl het reglementair of contractueel toegelaten aantal vervoerde personen overschreden is of wanneer het vervoer van personen in strijd is met reglementaire of contractuele bepalingen.
Indien het reglementair of contractueel maximum toegelaten aantal vervoerde personen overschreden is, is het bedrag van het verhaal evenredig aan de verhouding van het overtallig aantal vervoerde personen tot het aantal werkelijk vervoerde personen, onverminderd de toepassing van artikel 24.
Voor het berekenen van het aantal vervoerde personen komen kinderen beneden de vier jaar niet in aanmerking, kinderen van vier tot volle vijftien jaar worden geacht twee derde van een plaats in te nemen. De uitkomst van de berekening wordt afgerond naar de hogere eenheid.
In geval van personenvervoer buiten de reglementaire of contractuele voorwaarden, wordt het verhaal voor het totaal van de aan deze vervoerde personen betaalde schadevergoedingen uitgeoefend, onverminderd de toepassing van artikel 24.
Niettemin kunnen wij geen verhaal nemen op een verzekerde, indien deze aantoont dat de tekortkomingen of de feiten waarop het verhaal
gesteund is, te wijten zijn aan een andere verzekerde en dat ze zich hebben voorgedaan in strijd met zijn onderrichtingen of buiten zijn medeweten.
4) Wij hebben een recht van verhaal op de veroorzaker van het schadegeval of de burgerrechtelijke aansprakelijke in de gevallen bedoeld in artikel 33, wanneer de dekking enkel geldt ten gunste van de benadeelde personen.
5) Wij hebben een recht van verhaal op de verzekerde die de in artikel 19 vermelde verplichtingen niet heeft nageleefd. In ieder geval is er maar verhaal indien en in de mate dat wij schade geleden hebben, onverminderd de toepassing van artikel 24.
6) Wij hebben een recht van verhaal op de verzekerde die een bepaalde handeling niet verricht heeft binnen een door de overeenkomst vastgestelde termijn. Dit verhaalsrecht kan niet uitgeoefend worden indien de verzekerde bewijst dat hij die handeling zo spoedig als redelijkerwijze mogelijk verricht heeft. In ieder geval kan slechts verhaal worden uitgeoefend indien en in de mate dat wij door het verzuim schade hebben geleden, onverminderd de toepassing van artikel 24. Duur en einde van de overeenkomst
DUUR EN EINDE VAN DE OVERNEEKOMST
26. WAT IS DE DUUR VAN DE OVEREENKOMST?
Artikel 26
De duur van de overeenkomst is één jaar. Op het einde van de verzekeringsperiode wordt de overeenkomst stilzwijgend van jaar tot jaar vernieuwd, tenzij zij door een van de partijen ten minste drie maanden voor het verstrijken van de lopende periode werd opgezegd.
27. WANNEER KAN DE OVEREENKOMST OPGEZEGD WORDEN?
Artikel 27
Wij kunnen de overeenkomst opzeggen:
1) tegen het einde van elke verzekeringsperiode overeenkomstig artikel 26;
2) in geval van opzettelijke verzwijging of opzettelijke onjuiste mededeling van gegevens betreffende het risico in de loop van de overeenkomst;
3) in geval van onopzettelijke verzwijging of onopzettelijke onjuiste mededeling van gegevens betreffende het risico, bij het sluiten van de overeenkomst zoals bepaald in artikel 9 en in geval van verzwaring van het risico zoals bepaald in artikel 10;
4) in geval van niet-betaling van de premie overeenkomstig artikel 13;
5) wanneer het aan de technische controle onderworpen rijtuig niet of niet meer voorzien is van een geldig schouwingsbewijs of wanneer het rijtuig niet beantwoordt aan de "Algemene Reglementen op de technische eisen van de motorrijtuigen";
6) na iedere aangifte van een schadegeval, maar uiterlijk een maand na de uitbetaling of de weigering tot uitbetaling van de schadevergoeding;
7) in geval van publicatie van nieuwe wettelijke bepalingen die een invloed hebben op de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerden of op de verzekering van deze aansprakelijkheid, maar ten laatste zes maanden na de inwerkingtreding van deze bepalingen;
8) in geval van schorsing van de overeenkomst zoals bepaald in artikel 30;
9) indien u failliet gaat, kennelijk onvermogend verklaard wordt of overlijdt, overeenkomstig de artikels 31 en 32.
Artikel 28
U kan de overeenkomst opzeggen:
1. tegen het einde van elke verzekeringsperiode overeenkomstig artikel 26;
2. na iedere aangifte van een schadegeval, maar uiterlijk een maand nadat wij kennis hebben gegeven van de uitbetaling of de weigering tot uitbetaling van de schadevergoeding;
3. in geval van wijziging van de verzekeringsvoorwaarden en van het tarief of alleen van het tarief overeenkomstig artikel 15;
4. in geval van faillissement, gerechtelijk akkoord of intrekking van onze toelating;
5. in geval van vermindering van het risico, zoals bepaald in artikel 10;
6. wanneer tussen de datum van het sluiten van de overeenkomst en de aanvangsdatum ervan een termijn van meer dan een jaar verloopt. Deze opzegging dient uiterlijk drie maanden vóór de aanvangsdatum van de overeenkomst te worden betekend;
7. in geval van schorsing van de overeenkomst zoals bepaald in artikel 30.
29. HOE MOET DE OPZEGGING GEBEUREN?
Artikel 29
De opzegging gebeurt bij deurwaardersexploot, per aangetekende brief of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs.
Behoudens in de gevallen bedoeld in de artikels 13, 15 en 26, gaat de opzegging in na het verstrijken van
een termijn van één maand, te rekenen vanaf' de dag volgend op de betekening of de datum van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende brief, te rekenen van de dag die volgt op de afgifte ter post.
De opzegging van de overeenkomst door ons na aangifte van een schadegeval wordt van kracht bij de betekening ervan, wanneer u of de verzekerde een van zijn verplichtingen ontstaan door het schadegeval, niet is nagekomen met de bedoeling ons te misleiden.
Het premiegedeelte dat betrekking heeft op de periode na de datum van het van kracht worden van de opzegging, betalen wij terug.
30. WAT ALS HET VOERTUIG OPGEVORDERD WORDT?
Artikel 30
Wanneer het omschreven rijtuig in eigendom of in huur wordt opgevorderd, wordt de overeenkomst geschorst door het enkel feit dat de opvorderende overheid het rijtuig in bezit neemt.
31. WAT ALS U FAILLIET GAAT?
Artikel 31
Indien u failliet gaat, blijft de overeenkomst bestaan ten voordele van de massa van de schuldeisers, die ons het bedrag verschuldigd is van de premies vervallen vanaf' de faillietverklaring.
De curator van het faillissement evenals wij hebben het recht om de overeenkomst op te zeggen. Wij kunnen de overeenkomst echter maar opzeggen ten vroegste drie maanden na de faillietverklaring. De curator kan de overeenkomst slechts opzeggen binnen drie maanden na de faillietverklaring.
32. WAT ALS U OVERLIJDT?
Artikel 32
Indien u overlijdt, blijft de overeenkomst voortbestaan ten voordele van de erfgenamen die verplicht zijn de premies te betalen, onverminderd ons recht om de overeenkomst op te zeggen binnen drie maanden vanaf de dag waarop wij kennis kregen van het overlijden, op een van de wijzen bepaald in artikel 29, 1ste lid. De erfgenamen kunnen de overeenkomst opzeggen op één van de wijzen bepaald in artikel 29, 1ste lid binnen drie maanden en veertig dagen na het overlijden.
Indien het omschreven rijtuig de volle eigendom wordt van een van uw erfgenamen of van uw legataris, blijft de overeenkomst voortbestaan in zijn voordeel. Deze erfgenaam of legataris kan de overeenkomst evenwel opzeggen binnen een maand vanaf de dag waarop het rijtuig hem werd toebedeeld.
33. WAT BIJ OVERDRACHT VAN HET RIJTUIG?
Artikel 33
In geval van overdracht van eigendom van het omschreven rijtuig zijn volgende bepalingen van toepassing:
1) Betreffende het nieuwe rijtuig
De dekking blijft gelden voor de verzekerde:
- gedurende 16 dagen vanaf de overdracht van de eigendom van het omschreven rijtuig en dit zonder enige formaliteit, indien het nieuwe rijtuig zelfs op ongeoorloofde wijze aan het verkeer deelneemt onder de kentekenplaat van het overgedragen rijtuig;
- na het verstrijken van voornoemde termijn van 16 dagen, voor zover wij echter binnen deze termijn in kennis gesteld werden van de vervanging. ln dit geval blijft de overeenkomst bestaan volgens de verzekeringsvoorwaarden en het tarief die op de laatste premievervaldag van toepassing waren bij ons, onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 37 betreffende de premie- indexatie.
Indien na het verstrijken van voornoemde termijn van 16 dagen het overgedragen rijtuig niet werd vervangen of indien deze vervanging ons niet ter kennis werd gebracht, is de overeenkomst geschorst en wordt artikel 34 toegepast.
Deze schorsing van de overeenkomst is tegenstelbaar aan de benadeelde persoon.
De vervallen premie blijft ons prorata temporis verworven tot op het ogenblik dat ons de overdracht van eigendom ter kennis wordt gebracht.
2) Betreffende het overgedragen rijtuig dat geen bromfiets is
Gedurende 16 dagen vanaf de overdracht van de eigendom, voor zover geen enkele andere verzekering hetzelfde risico dekt:
- blijft de dekking gelden voor u, uw echtgenoot en uw inwonende kinderen die de wettelijke leeftijd tot sturen hebben bereikt, indien het overgedragen rijtuig zelfs op ongeoorloofde wijze aan het verkeer deelneemt onder de kentekenplaat die het voor de overdracht droeg;
- geldt de dekking, doch enkel ten opzichte van de benadeelde persoon, wanneer de schade berokkend wordt door een andere verzekerde dan degenen die hiervoor vermeld zijn, indien het overgedragen rijtuig zelfs op ongeoorloofde wijze aan het verkeer deelneemt onder de kentekenplaat die het voor de overdracht droeg.
Na het verstrijken van voornoemde termijn van 16 dagen vervalt deze dekking, tenzij de
overeenkomst, met onze schriftelijke instemming, overgedragen werd ten gunste van de nieuwe eigenaar. De beëindiging van deze dekking is tegenstelbaar aan de benadeelde persoon.
3) Betreffende de bromfietsen
Aanvullend bij 1) blijft de dekking gelden voor de schade veroorzaakt door elke bromfiets die met toelating van de titularis voorzien is van de provinciale plaat afgeleverd op grond van het door ons afgegeven attest. De dekking geldt enkel ten voordele van de benadeelde persoon en op voorwaarde dat het schade berokkenend feit zich heeft voorgedaan voor het einde van het op de plaat vermelde jaar voor zover geen enkele andere verzekering hetzelfde risico dekt.
Behoudens ons schriftelijk akkoord wordt de overeenkomst niet overgedragen ten voordele van de nieuwe eigenaar van de overgedragen bromfiets.
4) In geval van een huurovereenkomst betreffende het omschreven rijtuig
De onder 1), 2) en 3) omschreven bepalingen zijn eveneens van toepassing in geval van beëindiging van uw rechten op het omschreven rijtuig, dat u hebt verkregen ter uitvoering van een huurovereenkomst of een gelijkaardige overeenkomst, onder meer een leasingovereenkomst.
34. WAT BIJ SCHORSING VAN HET CONTRACT?
Artikel 34
In geval van schorsing van de overeenkomst moet u die het omschreven of enig ander rijtuig in het verkeer brengt, ons daarvan op de hoogte brengen.
De overeenkomst wordt opnieuw in werking gesteld volgens de verzekeringsvoorwaarden en het tarief van toepassing op de laatste jaarlijkse premievervaldag, onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 37 betreffende de premie- indexatie.
Indien de overeenkomst niet opnieuw in werking wordt gesteld, neemt zij een einde op de eerstvolgende jaarlijkse premievervaldag. Indien de schorsing echter gebeurt binnen drie maanden voor de eerstvolgende jaarlijkse premievervaldag, neemt de overeenkomst een einde op de volgende jaarlijkse vervaldag.
Het niet-verbruikte premiegedeelte wordt op het einde van de overeenkomst terugbetaald. Neemt de overeenkomst een einde voordat de waarborg een volledig jaar heeft gelopen, dan wordt de terugbetaling verminderd met het verschil tussen de jaarpremie en de premie berekend aan het tarief voor overeenkomsten van minder dan één jaar.
U kan altijd schriftelijk vragen om geen einde aan de overeenkomst te stellen.
35. WAT BIJ ANDERE OORZAKEN VAN VERDWIJNING VAN HET RISICO?
Artikel 35
Indien het risico verdwijnt wegens enige andere reden dan die welke hierboven zijn opgesomd, moet u ons hiervan onmiddellijk op de hoogte brengen; doet u dit niet, dan blijft de vervallen premie ons prorata temporis verworven of verschuldigd tot op het ogenblik dat die mededeling werkelijk wordt gedaan.
INDEXATIE VAN DE PREMIE
Artikel 36
De bedragen vermeld in de artikels 2, 5 en 24 worden van rechtswege gewijzigd, telkens als de Koning gebruik maakt van het recht van jaarlijkse aanpassing volgens de ontwikkeling van het indexcijfer van de consumptieprijzen, met als basis het indexcijfer van 1 januari 1983 (artikel 3, § 4 van
de wet van 21 november 1989).
Artikel 37
De handelspremie schommelt op de jaarlijkse vervaldag volgens de verhouding die bestaat tussen:
a) het indexcijfer van de consumptieprijzen vastgesteld door de Minister van Economische Zaken (of elke andere index die laatstgenoemde ervoor in de plaats mocht stellen) dat op dat ogenblik van toepassing is, en b) het indexcijfer dat in de bijzondere voorwaarden van de overeenkomst, op het laatste bijvoegsel of op de laatste jaarlijkse premiekwitantie is toegepast en opgegeven. Voor de gevallen bepaald in de artikels 10, 33 en 34 zal de premie evenwel schommelen naargelang van het geval, op de datum van de aanpassing van de overeenkomst of op de datum van de vervanging van het rijtuig of op de dag van teruginvoegestelling van de overeenkomst, rekening houdende met de modaliteiten inzake het indexcijfer van de consumptieprijzen zoals hierboven bepaald. Onder indexcijfer van de consumptieprijzen van toepassing op de jaarlijkse vervaldag, de datum van aanpassing, van vervanging of van teruginvoegestelling, verstaat men dat van de eerste maand van het voorgaande trimester.
A POSTERIORI PERSONALISATIESTELSEL
Artikel 38
1) Toepassingsgebied
De volgende bepalingen zijn van toepassing op de premies voor motorrijtuigen voor toerisme en zaken of voor gemengd gebruik en motorrijtuigen bestemd voor vervoer van zaken waarvan de MTM 3,5 T niet overschrijdt, met uitzondering van de motorrijtuigen die niet onderworpen zijn aan het a posteriori personalisatiestelsel, krachtens het Koninklijk Besluit van 3 februari 1992 tot vaststelling van de tariefnormen die van toepassing zijn op de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.
2) Gradenschaal en de ermee overeenstemmende premies
Graden | Premieniveau ten opzichte van het basisniveau 100 |
22 | 200 |
21 | 170 |
20 | 150 |
19 | 140 |
18 | 130 |
17 | 123 |
16 | 117 |
15 | 111 |
14 | 105 |
13 | 100 |
12 | 95 |
11 | 90 |
10 | 86 |
9 | 82 |
8 | 78 |
7 | 74 |
6 | 70 |
5 | 67 |
4 | 64 |
3 | 61 |
2 | 58 |
1 | 56 |
0 | 54 |
-1 | 54 |
-2 | 54 |
-3 | 54 |
-4 | 54 |
3) Toetredirigsmechanisme tot het stelsel
De toetreding tot het stelsel gebeurt in graad 14 van de schaal, behalve bij beperkt gebruik van een rijtuig voor toerisme en zaken of voor gemengd gebruik, waar de toetreding gebeurt in graad 11.
Deze afwijking is evenwel slechts van toepassing wanneer het rijtuig wordt gebruikt:
a. voor prive-doeleinden en op de weg van en naar het werk (verplaatsingen tussen twee arbeidsplaatsen worden als beroepsgebruik beschouwd), met uitsluiting van elk ander beroepsgebruik dan de hierna bedoelde;
b. voor beroepsdoeleinden maar uitsluitend:
1. door personen die voltijds een loon- of wedde- trekkend beroep uitoefenen en die geen deel uitmaken van de buitendiensten van de onderneming of van de instelling die hen tewerkstelt (worden aangezien als deel uitmakend van de buitendiensten, de personen waarvan de beroepsactiviteit systematisch opdrachten in buitendienst inhoudt);
2. door zelfstandigen die voltijds een sedentair beroep uitoefenen;
3. door de bedienaars van een door de wet erkende eredienst;
4. door landbouwers en groentekwekers die regelmatig deelnemen aan de handenarbeid van de onderneming.
4) Verplaatsingsmechanisme op de gradenschaal
De premie verandert op elke jaarlijkse premievervaldag volgens de hierboven vermelde gradenschaal afhankelijk van het aantal schadegevallen en overeenkomstig de hierna omschreven regels.
Om de personalisatiegraad te doen veranderen, worden alleen de schadegevallen in aanmerking genomen waarvoor de maatschappij die het risico dekte op het tijdstip van het schadegeval, aan de benadeelde een schadevergoeding uitbetaald heeft of zal moeten uitbetalen.
De geobserveerde verzekeringsperiode wordt elk jaar afgesloten uiterlijk op de 15de van de maand die aan de maand van de jaarlijkse premievervaldag voorafgaat. Indien zij om welke reden ook korter is dan negen en een halve maand, zal zij bij de volgende observatieperiode geteld worden.
5) Werkingswijze van het mechanisme
De verplaatsingen gebeuren volgens het volgend mechanisme:
a. per geobserveerde verzekeringsperiode: onvoorwaardelijke daling met een graad,
b. per geobserveerde verzekeringsperiode met een of meer schadegevallen: stijging met vijf graden per schadegeval.
6) Beperkingen op het mechanisme
- ongeacht het aantal jaren zonder schadegeval of het aantal schadegevallen zullen de graden -4 of 22 nooit overschreden worden,
- de verzekerde die tijdens vier opeenvolgende geobserveerde verzekeringsperiodes geen schadegeval veroorzaakt heeft en niettemin nog steeds op een hogere graad dan 14 staat, wordt automatisch op de basisgraad 14 teruggebracht.
7) Verbetering van de graad
Indien blijkt dat uw personalisatiegraad verkeerd bepaald of gewijzigd werd, wordt de graad verbeterd en worden de premieverschillen die eruit voortvloeien, respectievelijk aan u terugbetaald of door ons opgeëist.
Het door ons terugbetaalde bedrag wordt verhoogd met de wettelijke interest, indien de verbetering meer dan een jaar na de
toekenning van de verkeerde graad gebeurd is. Deze interest loopt vanaf het ogenblik dat de verkeerde graad werd toegepast.
8) Verandering van rijtuig
De verandering van rijtuig heeft geen enkele weerslag op de personalisatiegraad.
9) Opnieuw van kracht worden
Indien een geschorste overeenkomst opnieuw van kracht wordt, blijft de op het ogenblik van de schorsing bereikte personalisatiegraad van toepassing.
10) Verandering van maatschappij
Indien u vóór het sluiten van de overeenkomst door een andere maatschappij verzekerd werd met toepassing van het a posteriori personalisatiestelsel, bent u verplicht aan ons de schadegevallen aan te geven die voorgekomen zijn sinds de datum van het door de andere maatschappij afgeleverde attest tot de aanvangsdatum van de overeenkomst.
11) Attest in geval van opzegging van de overeenkomst
Binnen 15 dagen na de opzegging van de overeenkomst delen wij u de inlichtingen mee die nodig zijn voor de juiste vaststelling van de graad.
12) Voordien in een ander land van de Europese Gemeenschap onderschreven overeenkomst
Indien de overeenkomst onderschreven wordt door een persoon die in de loop van de laatste vijf jaren reeds een overeenkomst onderschreven had overeenkomstig de wetgeving van een andere lidstaat van de Europese Gemeenschap, dan wordt de gepersonaliseerde premie bepaald op een graad waarbij rekening gehouden wordt, voor de laatste 5 verzekeringsjaren voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, met het aantal schadegevallen per verzekeringsjaar waarvoor de buitenlandse verzekeraar schadevergoedingen ten voordele van de benadeelden heeft betaald of zal moeten betalen.
U dient de nodige bewijsstukken voor te leggen.
VERGOEDING VAN BEPAALDE SLACHTOFFERS VAN VERKEERSONGEVALLEN
Artikel 39
1) Bij een verkeersongeval waarbij het verzekerde motorrijtuig betrokken is, vergoeden wij, met uitzondering van de stoffelijke schade, alle schade veroorzaakt aan elk verkeersslachtoffer of aan zijn rechthebbenden en voortvloeiend uit lichamelijke letsels of het overlijden,
overeenkomstig artikel 29bis van de Wet van
21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.
Schade aan functionele prothesen wordt beschouwd als lichamelijke schade.
Slachtoffers die een onverschoonbare fout hebben begaan die de enige oorzaak was van het ongeval, kunnen zich niet beroepen op de bepalingen van het eerste lid.
Enkel de opzettelijke fout van uitzonderlijke ernst, waardoor diegene die ze begaan heeft zonder geldige reden wordt blootgesteld aan een gevaar waarvan hij zich bewust had moeten zijn, is onverschoonbaar.
Het bewijs van onverschoonbare fout is niet toegelaten ten aanzien van slachtoffers, jonger dan 14 jaar.
Deze vergoedingsplicht wordt uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen betreffende de aansprakelijkheidsverzekering in het algemeen en de aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen in het bijzonder, voor zover daaraan in dit artikel niet wordt afgeweken.
2) De bestuurder van een motorrijtuig en zijn rechthebbenden kunnen zich niet beroepen op de bepalingen van dit artikel.
3) Voor de toepassing van dit artikel moet onder motorrijtuig worden verstaan ieder motorrijtuig met uitzondering van rolstoelen met een eigen aandrijving die door gehandicapten in het verkeer kunnen worden gebracht.
4) Alle artikelen van de overeenkomst zijn van toepassing behalve de artikelen 1 tot 3 en 5 tot 8 aangaande het voorwerp en omvang van de verzekering. Wij hebben een recht van verhaal voor de gevallen die in artikel 25.1 a), 25.3 b) en, wat de aan de vervoerde personen uitgekeerde vergoedingen betreft, in artikel 25,3
d) bedoeld zijn.
Wij hebben eveneens een recht van verhaal in alle andere gevallen die in artikel 25 bedoeld zijn indien wij, op basis van de burgerrechtelijke
- aansprakelijkheidsregels, de aansprakelijkheid van een verzekerde bewijzen, en dit in de mate dat de verzekerde aansprakelijk is.
Voor de toepassing van de a posteriori personnaliesatiestelsel wordt de betaling die in uitvoering van 1) is gedaan niet beschouwd als een schadegeval dat aanleiding geeft tot een stijging op de gradenschaal indien, op grond van de regels van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid, geen enkele verzekerde aansprakelijk is. Wij moeten de aansprakelijkheid van de verzekerde bewijzen.
5) Voor de toepassing van dit artikel en in afwijking van artikel 16, alinea 1, berust de verplichting tot schadeaangifte bij u, zelfs indien uw aansprakelijkheid niet betrokken zou zijn, voor zover u van het voorgevallen schadegeval kennis had.
OMBUDSDIENST
Artikel 40
In eerste instantie kan u terecht bij uw consulent, evenals bij onze dossierbeheerder. Indien u niet tevreden bent met het bekomen antwoord, kunt u zich rechtstreeks wenden tot onze Ombudsdienst, Xxxxxxxxxxx 0, 0000 Xxxxxxx.
Xxxxx u niet meteen een oplossing bij een van de vorige vermelde contacten, dan kan u het geschil eveneens voorleggen aan de Ombudsman van de Verzekeringen, de Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx (xxxx@xxxxxxxxx.xx).
U kunt ook alle geschillen over deze polis voorleggen aan de bevoegde Belgische rechtbanken.
BIJSTAND BIJ ONGEVAL
Artikel 41
De bijstand na ongeval biedt verschillende diensten aan de verzekerde die betrokken is bij een verkeersongeval in België of binnen een straal van 30 km buiten de Belgische landsgrenzen waardoor het omschreven rijtuig niet meer kan rijden. Hiervoor dient de verzekerde onze bijstandscentrale op te bellen.
De volgende diensten worden verleend:
- het doorgeven per telefoon van dringende boodschappen, naar de personen of de diensten die de verzekerde ons aanduidt;
- het vervoer van de inzittenden van de plaats van het ongeval naar de woonplaats van een van hen in België;
- het wegtakelen van het verzekerde voertuig, van de plaats van het ongeval naar de herstelplaats door de verzekerde in België aangeduid, voor zover de maximaal toegelaten massa van het voertuig gelijk of minder is dan 3,5 ton.
De tussenkomst wordt beperkt tot 250,00 EUR voor de sleping die niet door de bijstandscentrale werd georganiseerd, tenzij de verzekerde bewijst dat hij bij het ongeval in de onmogelijkheid verkeerde de bijstandscentrale te bereiken omdat hij door een ambulantiedienst opgenomen werd of indien het voertuig op politiebevel weggetakeld werd. Deze dienstverlening is niet verworven in de gevallen waar wij over een verhaalsrecht beschikken op grond van de artikels 24 en 25. Indien de verzekerde rijdt met een vervangingsvoertuig conform de toepassingsvoorwaarden van artikel 4.a vergoeden wij de sleepkosten op basis van de bewijsstukken en maximaal ten belope van 250,00 EUR.