Productomschrijving excedentregeling Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf vanaf 2018

Productomschrijving excedentregeling Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf vanaf 2018

Excedentregeling

Doelgroep

De werkgever kan een aanvullende pensioenovereenkomst sluiten met werknemers met een loon boven het maximum pensioengevend salaris (voor 2023: € 66.956). Deze pensioenovereenkomst is dan gebaseerd op een overeenkomst tussen de werkgever en bijvoorbeeld de Ondernemingsraad. U sluit deze regeling af voor al uw werknemers die nu of in de toekomst meer dan het maximum pensioengevend salaris verdienen. De aanvullende regeling voorziet in pensioenopbouw over het salaris tot maximaal €128.810 (voor 2023). Dit maximum betreft de grens tot waar de premie fiscaal aftrekbaar is.

Soort regeling

De excedentregeling is een zuivere premieregeling op werkgeversniveau. De te betalen premie is gebaseerd op een leeftijdsafhankelijke staffel. Hiermee spaart de deelnemer in de vorm van een pensioenkapitaal. Met dit pensioenkapitaal kan de deelnemer straks een pensioenuitkering inkopen als hij met pensioen gaat. De hoogte van de pensioenuitkering hangt af van de hoogte van het pensioenkapitaal en staat daarom niet vooraf vast. Het risico dat het bedrag lager uitvalt (denk aan tegenvallende beleggingen of een lage rente) ligt bij de deelnemer. Het bedrag kan ook hoger uitvallen dan verwacht.

Pensioenleeftijd 68

Ten aanzien van de verhoging van de pensioenleeftijd naar 68 jaar, volgt de excedentregeling de basisregeling. Bij de basisregeling wordt de deelnemer in eerste instantie voor ingang van het pensioen aan op de AOW-leeftijd aangeschreven. Hierbij wordt de excedentregeling meegenomen. De mogelijkheden om te vervroegen in de excedentregeling zijn gelijk aan de mogelijkheden in de basisregeling.

Uitvoering

De administratie van de regeling wordt verzorgd door AZL. Xxxxxx beheert het totaal belegd vermogen van de deelnemers van de excedentregeling. De individuele kapitalen worden 1 keer per maand bijgewerkt op basis van de ontvangen maandkoersen, de rendementen, de nieuwe premie-inleg (voor actieven) en eventuele mutaties.

Contractduur

De contractduur is 5 jaar met een opzegtermijn van minimaal 6 maanden voorafgaand aan het einde van de 5-jaarsperiode. Tussentijdse opzegging is niet mogelijk.

Premie

Premiestaffel

Bij de excedentregeling wordt gebruik gemaakt van de premiestaffel IV, gebaseerd op 4% fictief rendement. De hoogte van de premie is afhankelijk van de mate waarin men meedoet aan de regeling. Bij aanvang wordt afgesproken welk percentage van de fiscaal maximale staffel gehanteerd wordt. Dit percentage geldt dan voor alle deelnemers. Werkgever kan met de deelnemer afspreken hoe de premie verdeeld wordt.

Premiestaffel 2023

Leeftijd deelnemer	Maximumpremie
21 tot en met 24 jaar	5,40%
25 tot en met 29 jaar	6,60%
30 tot en met 34 jaar	7,80%
35 tot en met 39 jaar	9,40%
40 tot en met 44 jaar	11,30%
45 tot en met 49 jaar	13,60%
50 tot en met 54 jaar	16,40%
55 tot en met 59 jaar	19,80%
60 tot en met 64 jaar	23,80%
65 tot en met 67 jaar	27,40%

Maandpremie

De verschuldigde premie dient maandelijks aan het fonds overgemaakt te worden.

Werkgeversbijdrage

De werkgever is wettelijk verplicht minimaal 10% van de premie te betalen. Een hogere werkgeversbijdrage is mogelijk, zelfs tot 100% van de premie.

Beleggingen

Individueel kapitaal

De deelnemer bouwt een individueel kapitaal op, met een rendement/resultaat per deelnemer.

Life cycle

De beleggingen zijn op basis van een life cycle en worden collectief belegd in drie fondsen conform de life cycle. Hierbij wordt het risico van de beleggingen aangepast aan de leeftijd van de deelnemer. Hoe ouder de deelnemer is, hoe lager het risico op de beleggingen is. Jaarlijks, met peildatum 1 januari, wordt de leeftijd per deelnemer van de excedentregeling bepaald. Als de deelnemer op deze peildatum een leeftijd heeft bereikt, waardoor de deelnemer toetreedt tot de volgende leeftijdsgroep van de life cycle, dan worden de beleggingen aangepast aan de mix behorende bij de huidige leeftijd.

Beleggingsbeleid

Het beleggingsbeleid van de excedentregeling staat los van het beleggingsbeleid van de basisregeling.

Kosten

Administratiekosten

De door de werkgever te storten premie wordt verhoogd met een opslag van 2% voor administratiekosten.

Elke werknemer betaalt een jaarlijkse vergoeding van 0,5% van zijn/haar pensioenkapitaal voor de administratiekosten, met een maximum van € 1.000. Deze kosten worden niet pro rata berekend. De vergoedingen worden jaarlijks op 1 november vastgesteld op basis van de stand van de administratie op dat moment en voldaan uit de opslag van 2% op de bruto premie.

Indien de vergoedingen meer bedragen dan de opslag van 2% op de bruto premie, komt het meerdere ten laste van het opgebouwde kapitaal van de werknemer. Deze verrekening zal voor 1 januari van het daaropvolgende jaar plaatsvinden.

Elke werknemer is een bijdrage in de kosten voor de overlijdensrisicodekking verschuldigd ter grootte van 4% van de gestorte jaarlijkse premie. Deze kosten worden in mindering gebracht op de premie die gebaseerd is op het leeftijdsgebonden premiepercentage volgens de staffel exclusief administratiekosten.

Vermogensbeheerkosten

De vermogensbeheerkosten worden direct verrekend met het rendement. De exacte kosten hangen af van de positie binnen de life cycle. Gemiddeld is sprake van kosten ad 0,4%. Het bruto-rendement wordt jaarlijks met dit percentage verlaagd.

Kosten overlijdensrisicodekking

De bijdrage in de kosten voor de overlijdensrisicodekking bedragen 4% van de gestorte jaarlijkse premie (voor actieve deelnemers).

Events

Uit dienst

Bij uitdiensttreding vóór pensioendatum blijft het opgebouwde kapitaal tot het moment van (vervroegde) pensionering of overlijden belegd.

Echtscheiding

Bij echtscheiding, beëindiging van een geregistreerd partnerschap of beëindiging van samenlevingsovereenkomst is het pensioenreglement van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf leidend. De rekeningnummers worden gesplitst.

Arbeidsongeschiktheid

Vrijstelling van premiebetaling in verband met arbeidsongeschiktheid is niet meeverzekerd.

Overlijden deelnemer

Bij overlijden van de deelnemer voor de pensioendatum wordt het opgebouwde kapitaal vermeerderd met een bedrag dat gebaseerd wordt op een pensioenkapitaal dat nog opgebouwd zou worden indien de deelnemer niet was overleden. Hierbij wordt er van uitgegaan dat de deelnemer van de dag van overlijden tot de pensioendatum zou hebben deelgenomen aan de excedentregeling.

Uitgangspunt voor de aanvulling is de storting in het laatste kalenderjaar voor het overlijden. Bij de bepaling van het nog op te bouwen pensioenkapitaal wordt niet-regelmatig loon buiten beschouwing gehouden. Het opgebouwde en nog op te bouwen pensioenkapitaal wordt aangewend voor aankoop van ouderdoms-, partner- en wezenpensioen. Het ouderdomspensioen valt vrij aan het fonds; het partner- en wezenpensioen komt tot uitkering.

Overlijden gewezen deelnemer

Bij overlijden van een gewezen deelnemer voor de pensioendatum wordt het opgebouwde pensioenkapitaal aangewend voor aankoop van ouderdoms-, partner- en wezenpensioen. Het ouderdomspensioen valt vrij aan het fonds; het partner- en wezenpensioen komt tot uitkering.

Keuze

Keuze op 55 jaar

De deelnemer heeft op 55-jarige leeftijd de keuze om voor te sorteren op zijn pensioendatum. De deelnemer wordt hierover geïnformeerd. Hij kiest voor de variabele life cycle of de vaste life cycle. Er is verder geen individuele beleggingskeuze voor de deelnemer mogelijk.

Wijziging keuze

De deelnemer kan vanaf 55 jaar, één keer per jaar zijn keuze wijzigen. De deelnemer dient voor 1 november de wijziging in de voorlopige keuze aan het fonds kenbaar te hebben gemaakt.

Deze keuze wordt per 1 januari van het daarop volgende jaar verwerkt.

Pensionering

Op het moment dat de deelnemer met pensioen gaat, moet hij opnieuw kiezen: wil hij een vast pensioen? wil hij een variabel pensioen? Hij maakt deze keuze enkele maanden voor zijn pensioen ingaat. Na zijn pensioen ligt zijn keuze vast.

Soorten uitkering

Vast pensioen

Als de deelnemer kiest voor een vaste uitkering zet ons fonds zijn pensioenkapitaal om in een pensioenuitkering. Het pensioenkapitaal wordt dan gebruikt voor aankoop van een ouderdomspensioen, partnerpensioen en wezenpensioen in de verhouding 100/70/14. Dit bedrag wordt opgeteld bij de pensioenuitkering die hij heeft opgebouwd over het deel van zijn salaris tot 66.956 (voor 2023) en samen uitgekeerd vanaf zijn pensioendatum.

Variabel pensioen

Deze keuze betekent dat ons fonds op pensioendatum alleen het pensioen uitkeert dat de werknemer heeft opgebouwd binnen de basisregeling (over het salaris tot 66.956 (voor 2023). Het pensioenfonds voorziet niet in de mogelijkheid van een variabele uitkering. Het opgebouwde kapitaal in de excedentregeling wordt op pensioendatum overgedragen aan een bank of verzekeraar, naar keuze van de deelnemer. Met deze instantie maakt de deelnemer afspraken over het beheer van het pensioenkapitaal en de inkoop van de variabele pensioenuitkering.

Overzicht

Deelnemersportaal

De deelnemer kan de waardeontwikkeling van zijn pensioenkapitaal online volgen in de beveiligde omgeving Mijn Pensioencijfers op de website van BPFL.

UPO

Op het uniform pensioenoverzicht (UPO) van de deelnemer wordt het opgebouwde individuele spaarkapitaal getoond.