ANTERIEURE EXPLOITATIEOVEREENKOMST WERKSTAD OVERAMSTEL
ANTERIEURE EXPLOITATIEOVEREENKOMST WERKSTAD OVERAMSTEL
Wenckebachweg 144-148 (The Dialogue)
CONCEPT: 9 december 2020
XX XXXXXXXXXXXXXXX
0. Xx xxxxxxxx Xxxxx-Xxxxxx, gevestigd aan Vondelstraat 1 (1191 BD) te Ouderkerk aan de Am- stel, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door A.A.M. Xxxxxxxxx, krachtens volmacht van de burgemeester d.d. [@@], handelend ter uitvoering van het besluit van het college van bur- gemeester en wethouders d.d. [@@], met kenmerk @@, hierna te noemen: de “Gemeente”,
en
2. Wenckebachweg B.V. (KvK 80079237), gevestigd aan de Zeeburgerkade 1184, 1019 VK Am- sterdam, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door bestuurders Amvest Management II B.V. en COD Real Estate B.V., op hun beurt vertegenwoordigd door X. Xxxxx en X. xxx Xxxx respec- tievelijk G.W. Bos en X. Xxxxx, hierna te noemen de “Initiatiefnemer”,
Ondergetekenden 1 en 2, hierna ook gezamenlijk te noemen: “Partijen”.
OVERWEGENDE DAT
- De Gemeente haar Ruimtelijk beleid voor de ontwikkeling van het Amstel Business Park Zuid, hier na te noemen “Werkstad OverAmstel”, heeft vastgelegd in de Ruimtelijk-Economische Visie (vastgesteld 12 oktober 2017) en Richtlijnen voor ontwikkeling d.d. 15 mei 2019 (vast- gesteld 4 juli 2019). In het Ruimtelijk beleid is de ambitie vastgelegd om het Amstel Business Park Zuid te transformeren van klassiek bedrijventerrein naar gemengd stedelijk gebied: de Werkstad OverAmstel. Daarbij is plaats voor intensivering van ruimtegebruik, meer ontmoe- tingsmogelijkheden, hogere kwaliteit en meer menging met andere functies. Het Ruimtelijk beleid richt zich enerzijds op elementen die voor de hele Werkstad OverAmstel gelden, zoals duurzaamheid, infrastructuur en programma, anderzijds op een specifieke aanpak per deel- gebied;
- De Gemeente het Ruimtelijk beleid uitwerkt en aanvult met een nog op te stellen beeldkwali- teitsplan;
- De Initiatiefnemer eigenaar is van het perceel kadastraal bekend gemeente Ouder-Amstel, sectie B, nummer 4150, plaatselijk bekend H.J.E. Wenckebachweg 144-148, weergegeven op de als bijlage 1 bijgevoegde situatietekening (hierna: het “Plangebied”);
- Het Plangebied op grond van het vigerende bestemmingsplan Duivendrecht en het Repara-
tieplan Duivendrecht de bestemming ‘Kantoor-1’heeft;
- De Initiatiefnemer voornemens is binnen het Plangebied een woongebouw te realiseren met circa 500 woningen (circa 40.500 m2 bruto vloeroppervlakte (BVO) exclusief parkeren, (fiet- sen-)bergingen en loggia’s) met in de plint circa 4.800 m2 BVO aan commerciële en, circa 3.200 m2 BVO aan maatschappelijke functies en ondergronds (fiets-)parkeren;
- Partijen ten behoeve van de verdere uitwerking van bovengenoemd voornemen op 27 novem- ber 2018 een intentieovereenkomst hebben gesloten, waarin onder meer is vastgelegd dat de Initiatiefnemer een Ruimtelijk Plan uitwerkt en ter beoordeling voorlegt aan de Gemeente. Per brief van 19 december 2019 hebben partijen deze intentieovereenkomst verlengd;
- Het bovenstaande heeft geresulteerd in het Ruimtelijk Plan ‘Xxxxxxxxxxxxx 000 / plan: Dia- logue’ d.d. 11 juni 2020 en de Gemeente op 23 juni 2020 heeft ingestemd met dit Ruimtelijk Plan, zoals bedoeld in artikel 4.2 van bovenbedoelde intentieovereenkomst;
- Partijen over en weer hebben vastgelegd/ geaccepteerd dat relevante afspraken inzake inten- tieovereenkomst, verlenging, instemming die zijn gemaakt met rechtsvoorganger APF zijn/ worden doorgelegd aan Xxxxxxxxxxxxx B.V. (bijlage 2 brieven Gemeente OA aan APF d.d. 19 december 2019 en 22 september 2020);
- Een deel van de gronden die zijn betrokken in het Ruimtelijk Plan eigendom zijn van de ge- meente Amsterdam, hetgeen meebrengt dat de Initiatiefnemer ervoor dient te zorgen dat zij het eigendom van die gronden verwerft, zo nodig in overleg met de Gemeente. Voor het on- verhoopte geval dat de Initiatiefnemer er niet in slaagt bovengenoemde gronden van Amster- dam te verwerven, is voorzien in een alternatieve uitwerking van het Ruimtelijk Plan (Variant B), beperkt tot het eigendom van de initiatiefnemer;
- De Gemeente bereid is haar medewerking te verlenen aan het in exploitatie brengen van het Plangebied ten behoeve van het Ruimtelijk Plan en daarmee de gewenste ontwikkeling te fa- ciliteren, mits kostenneutraal en zonder financiële risico’s voor de Gemeente en mits vol- doende waarborgen worden getroffen voor een goede en stelselmatige ontwikkeling binnen Werkstad OverAmstel. In dat kader dient een anterieure exploitatieovereenkomst te worden gesloten ten behoeve van het verhaal van de Exploitatiekosten, voor zover deze naar rato aan het Ruimtelijk Plan toegerekend kunnen worden conform het bepaalde in afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening. De voorliggende anterieure exploitatieovereenkomst voorziet hier in;
- Voorafgaand aan het sluiten van deze overeenkomst nog geen beoordeling van de integriteit van Initiatiefnemer heeft plaatsgevonden. Initiatiefnemer is zich ervan bewust dat een der- gelijke beoordeling conform de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen (Bibob) in de ver- volgfase, onder meer bij het beoordelen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning, nog vereist kan zijn.
PARTIJEN KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN:
1. Definities
De hierna opgenomen definities maken integraal onderdeel uit van deze anterieure overeen- komst:
a. Werkstad OverAmstel: het Amstel Business Park Zuid, zoals weergegeven op de kaart in
bijlage 3 van deze anterieure overeenkomst;
b. Bouwrijp maken: binnen het exploitatiegebied is het terrein milieu hygiënisch geschikt gemaakt voor de bestemming, kabels en leidingen zijn verlegd of verwijderd, eventuele bebouwing is gesloopt en funderingen/funderingsresten zijn tot op de paalkoppen verwij- derd.
c. (concept) Bestemmingsplan: het ontwerp met alle bijbehorende stukken dat zal worden vervaardigd, en de voor bestemmingsplannen vereiste procedure zal doorlopen, en dat ten slotte dient om uiteindelijk de status van vigerend bestemmingsplan te verkrijgen;
d. Exploitatiegebied: het gebied zoals opgenomen in het Financieel Model;
e. Exploitatiebijdrage: de op basis van het Financieel Model naar rato voor het Project te betalen bijdrage in de kosten voor de grondexploitatie, bestaande uit de Plankosten Werkstad OverAmstel en de Investeringen Werkstad OverAmstel;
f. Investeringen Werkstad OverAmstel: de investeringen in de openbare ruimte in Werkstad Overamstel en eventuele overige exploitatiekosten zoals die volgen uit het Financieel Mo- del, niet zijnde de Plankosten Werkstad OverAmstel, die deel uitmaken van de Exploita- tiebijdrage en op grond van deze overeenkomst door de Gemeente worden verhaald;
g. Financieel Model: het door Partijen opgestelde Financieel Model, zoals opgenomen in bij- lage 4 ;
h. Plangebied: het gebied dat is weergegeven op de als bijlage 1 bijgevoegde situatieteke- ning;
i. Plankosten Werkstad OverAmstel: de voor Werkstad OverAmstel door de gemeente ge- maakte en te maken plan- en voorbereidingskosten die, deel uit maken van Exploitatie- bijdrage, en op grond van anterieure overeenkomsten door de gemeente worden ver- haald
j. Project: Het samenstel van activiteiten en werkzaamheden die ten behoeve van de reali- sering van het Ruimtelijk Plan in het Exploitatiegebied worden verricht dan wel uitge- voerd;
k. Ruimtelijk Plan (Variant A): het door de Initiatiefnemer uitgewerkte en door de Gemeente goedgekeurde Ruimtelijk Plan d.d. 11 juni 2020, zoals aangehecht als bijlage 5. Het Ruim- telijk Plan Variant B is gelijk aan het Ruimtelijk Plan Variant A, behoudens de nog de Initi- atiefnemer uit te werken en door de Gemeente goed te keuren wijzigingen die erin voor- zien dat het Project beperkt is tot het huidige eigendom van de Initiatiefnemer en met dien verstande dat het programma gelijk blijft.
2. Juridisch-planologische procedure / besluitvorming
a. De Gemeente is in beginsel bereid planologische medewerking te verlenen aan het Pro- ject, onder de voorwaarden die zijn vastgelegd in de voorliggende overeenkomst.
b. De Initiatiefnemer dient ten behoeve van het Project een ontvankelijke aanvraag in voor een bestemmingsplan en alle overige voor het Project benodigde vergunningen en/of publiekrechtelijke toestemmingen.
c. De Gemeente heeft de inspanningsverplichting tot het in procedure brengen van de on- der b. bedoelde aanvragen, voor (zover een bestuursorgaan van) de Gemeente bevoegd gezag is. De Gemeente heeft een inspanningsverplichting om te bevorderen dat het be- stemmingsplan, de omgevingsvergunning en/of de eventuele andere benodigde vergun- ningen op voortvarende wijze de daartoe geëigende procedure doorloopt en hierover binnen de kortst haalbare termijn besloten wordt. Waar dat naar het oordeel van de Ge- meente bevorderlijk is voor een voorspoedige voortgang van de formele besluitvorming, zal de Gemeente de relevante delen van het bestemmingsplan, de omgevingsvergunning
en/of de eventuele andere benodigde vergunningen en besluiten tijdig aan andere be- voegde instanties voorleggen ter afstemming.
d. De Gemeente behoudt bij de nakoming van deze overeenkomst en eventuele vervolg- overeenkomsten volledig haar publiekrechtelijke bevoegdheden, taken en verantwoor- delijkheden. Dit houdt in dat er van de zijde van de Gemeente geen sprake van toereken- bare tekortkoming zal zijn en de Gemeente tot geen enkele vergoeding van enige schade, kosten en rente van de Initiatiefnemer is gehouden, indien het handelen naar deze ver- antwoordelijkheid eist, dat de Gemeente publiekrechtelijk en/of privaatrechtelijke (rechts-) handelingen verricht of nalaat, die niet in het voordeel zijn van de aard of de strekking van deze overeenkomst of van de voortgang en/of uitvoering van het Project.
e. Deze overeenkomst en eventuele vervolgovereenkomsten laten onverlet dat de Ge- meente gehouden is om de (Europese) regelgeving op het gebied van aanbestedings- recht, mededinging en staatssteun na te leven. Het naleven van deze verplichtingen le- vert op geen enkele wijze tekortkoming op in de nakoming van de verplichtingen van de Gemeente uit hoofde van deze overeenkomst of eventuele vervolgovereenkomsten en zal niet leiden tot gehoudenheid van de Gemeente tot vergoeding van schade, kosten en rente aan de Initiatiefnemer.
3. Eisen voor het Project
a. Algemeen. De Initiatiefnemer draagt zorg voor de realisatie van het Project conform het Ruimtelijk Plan (Variant A), mits de Initiatiefnemer 1) er tijdig (voorafgaand aan de vast- stelling van het bestemmingsplan) in is geslaagd om te zorgen voor de verwerving van de daarvoor benodigde grond van Amsterdam én 2) er in is geslaagd om juridisch bindende afspraken te maken voor de tijdige realisatie van de hiervoor benodigde waterberging (conform sub f). Indien de Initiatiefnemer niet uiterlijk voor de vaststelling van het be- stemmingsplan aan bovengenoemde twee voorwaarden kan voldoen, zal de Initiatiefne- mer het Ruimtelijk Plan Variant B uitwerken en ter goedkeuring voorleggen aan de Ge- meente. Na goedkeuring door de Gemeente zal de Initiatiefnemer zorgdragen voor de realisatie van het Project conform het Ruimtelijk Plan Variant B. De Initiatiefnemer zal voor eigen rekening en risico (laten) zorgen voor het bouwrijp maken en de inrichting van het Plangebied inclusief de openbare ruimte, de aanleg van de openbare voorzienin- gen voor zover op grond van het Ruimtelijk Plan aanwezig binnen het Plangebied, de aansluiting op openbare ruimte en alle kosten die daarmee samenhangen. Deze in- richting en werkzaamheden worden uitgevoerd overeenkomstig het Ruimtelijk Plan (vari- ant A of B, zie boven), het bestemmingsplan, de te verlenen omgevingsvergunning en/of andere vergunningen, de als bijlage 6 aangehechte eisen aan de inrichting van de open- bare ruimte, het ruimtelijk beleid, en overige relevante publiekrechtelijke documenten.
b. Eisen duurzaamheid. De Initiatiefnemer draagt er zorg voor dat het Project wordt gereali- seerd conform de als bijlage 7 aangehechte leidraad voor duurzaamheid.
c. Eisen social return. De Initiatiefnemer neemt de inspanningsverplichting op zich om op sociaal gebied iets terug te doen voor de gemeente Ouder-Amstel, bijvoorbeeld door werk aan de bieden aan inwoners van de gemeente met een afstand tot de arbeids- markt.
d. Mobiliteitsplan. De Initiatiefnemer zal uiterlijk 1 april 2021 een mobiliteitsplan uitwerken en ter goedkeuring voorleggen aan de gemeente, uiterlijk voorafgaand aan de vaststel- ling van het bestemmingsplan. In het mobiliteitsplan dient te worden uitgewerkt en naar het oordeel van de Gemeente, voldoende aannemelijk te worden gemaakt dat het Pro-
ject niet zal leiden tot een toename van de parkeerdruk in de omgeving door het realise- ren van voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein, en dient te worden ingezet op duurzame vormen van mobiliteit. Leidraad voor beoordeling is opgenomen in bijlage 8.
e. Afspraken parkeren openbare ruimte. De Initiatiefnemer draagt zorg voor het realiseren en in stand houden van voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein conform de parkeer- norm die wordt opgenomen in het vast te stellen bestemmingsplan. De Initiatiefnemer doet door ondertekening van de voorliggende overeenkomst afstand van het recht op parkeervergunningen, mede en behoeve van haar eventuele rechtsopvolgers en alle toe- komstige gebruikers van het Project.
f. Watercompensatie. De Initiatiefnemer zorgt ervoor, indien de Initiatiefnemer voldoet aan de voorwaarden voor het Ruimtelijk Plan Variant A zoals genoemd onder a., dat het oppervlaktewater dat als gevolg van het Project moet worden gedempt, volledig wordt gecompenseerd door nieuw oppervlaktewater elders binnen het Exploitatiegebied. De Initiatiefnemer dient hiervoor voor eigen rekening en risico afspraken te maken met de desbetreffende grondeigenaar (thans gemeente Amsterdam). De Initiatiefnemer dient er voorts voor de zorgen dat het Project zal voldoen aan de eisen die hiervoor in het kader van de watertoets door de waterbeheerder worden gesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van de compensatie van de toename van xxxxxxx oppervlak binnen het Exploitatiegebied door extra oppervlaktewater en/of andere maatregelen ten behoeve van waterbergend vermogen.
g. Programma. De Initiatiefnemer is verplicht het Project te realiseren en in stand te hou- den in overeenstemming met het als bijlage 9 aangehechte programma, met daarin on- der meer een percentage voor het aandeel te realiseren sociale huurwoningen en mid- deldure huurwoningen. Ten aanzien van de krachtens dit programma te realiseren soci- ale huurwoningen en middeldure huurwoningen wordt verwezen naar de definities in artikel 1 van de Verordening doelgroepen woningbouw Ouder-Amstel 2020. Het college van burgemeester en wethouders zal zich zal inspannen ten behoeve van het Project een afwijking die verordening ter besluitvorming aan de gemeenteraad voor te leggen, in die zin dat wordt toegestaan dat de gemeentelijke indexering van de maximale huurprijs- grens voor middeldure huurwoningen gebeurt aan de hand van de Consumenten Prijs Index (CPI) van het CBS + 1%.
h. Inrichtingsplan openbare ruimte. Indien de Initiatiefnemer voldoet aan de voorwaarden voor het Ruimtelijk Plan Variant A, stelt de Initiatiefnemer een inrichtingsplan op voor de openbare ruimte (voor de in Variant A benodigde verplaatsing van de waterpartij) en legt dit ter goedkeuring voor aan de Gemeente, uiterlijk voor 31 december 2021.
i. Partijen zijn ermee bekend dat de openbare ruimte in eigendom en beheer is van de ge- meente Amsterdam. Over de herinrichting van de openbare ruimte zal de Gemeente in overleg treden met de gemeente Amsterdam.
4. Financiële bepalingen
a. De Gemeente heeft de gemaakte en nog te maken exploitatiebijdrage begroot op basis van het Financieel model en gespecificeerd in bijlage 4. De Initiatiefnemer heeft kennis genomen van de in deze bijlage gespecificeerde kosten voor de grondexploitatie en be- vestigt dat deze redelijk en noodzakelijk zijn.
b. De door Initiatiefnemer verschuldigde Exploitatiebijdrage is gespecificeerd in bijlage 4.
c. De Exploitatiebijdrage bestaat uit een bijdrage Plankosten Werkstad OverAmstel zoals gespecificeerd in bijlage 4 en een bijdrage Investeringen Werkstad OverAmstel zoals ge- specificeerd in bijlage 4.
d. De bijdrage Plankosten Werkstad OverAmstel is verschuldigd binnen 30 dagen na de on- dertekening van deze Anterieure Exploitatieovereenkomst. De Gemeente reikt tijdig een factuur uit ten behoeve van de verschuldigde betaling.
e. De bijdrage Investeringen Werkstad OverAmstel is verschuldigd nadat de voor de realisa- tie en gebruik van het Project benodigde omgevingsvergunning voor (in elk geval) de ac- tiviteit ‘bouwen’ is verleend maar uiterlijk binnen zes maanden nadat deze omgevings- vergunning onherroepelijk is en onder de voorwaarde dat de Initiatiefnemer uiterlijk bin- nen de in artikel 5 bedoelde planning zorg draagt voor de indiening van een ontvanke- lijke aanvraag voor deze omgevingsvergunning en in ieder geval binnen 24 maanden na- dat het bestemmingsplan (als bedoeld in artikel 2 onder c.) onherroepelijk is geworden. De Gemeente reikt tijdig een factuur uit ten behoeve van de verschuldigde betaling.
f. Initiatiefnemer draagt zelf de kosten die voor haar uit hoofde van deze Anterieure Exploi- tatieovereenkomst ontstaan.
g. De Gemeente heeft te kennen gegeven dat de raming van de Investeringen Werkstad OverAmstel nog nader gedetailleerd moet worden en pas na sluiting van deze overeen- komst gefinaliseerd zal worden. De Gemeente zal zich inspannen dit te doen binnen de planning als bedoeld in artikel 5. Initiatiefnemer ontvangt de definitieve raming zodra deze bij de Gemeente bekend is. De door de Initiatiefnemer verschuldigde bijdrage In- vesteringen Werkstad OverAmstel is gemaximeerd tot het bedrag als bedoeld onder c. Indien de door de Gemeente op te stellen definitieve raming lager uitvalt, wordt de door de Initiatiefnemer verschuldigde bijdrage Investeringen Werkstad OverAmstel overeen- komstig naar beneden toe bijgesteld. In het geval dat naar het oordeel van de Gemeente definitief vast is komen te staan dat bepaalde in bijlage 4 genoemde Investeringen Werk- stad OverAmstel niet zullen plaatsvinden, vindt restitutie plaats van de naar rato corres- ponderende delen van de reeds betaalde Exploitatiebijdrage.
5. Realisatie van het Project en planning
a. De realisatie van het Project geschiedt door en voor rekening en risico van de Initiatief- nemer.
b. Partijen gaan uit van de als bijlage 10 aangehechte streefplanning.
c. Voornoemde planning legt op Partijen een inspanningsverplichting om alle benodigde werkzaamheden binnen het daarin opgenomen tijdschema te (doen) verrichten, zulks om de voortgang te waarborgen en eventuele vertraging tot een minimum te beperken.
6. Overlegstructuur
Voor de begeleiding van de planuitvoering en de coördinatie tussen Partijen, vindt overleg plaats tussen de Initiatiefnemer en de Gemeente, op basis van een projectgroep. Partijen heb- ben het recht een projectgroepvergadering te beleggen, indien zij dit noodzakelijk achten.
Over het organiseren van deze projectgroepvergadering, frequentie, verslaglegging, etc gaan partijen in nader overleg.
7. Planschade
a. De Initiatiefnemer zal voor zijn eigen rekening een planschaderisicoanalyse van een onaf- hankelijke deskundige overleggen aan de Gemeente met, indien sprake is van een nega- tieve mutatie die leidt tot een vergoedbare schade, daarin een raming van het totale planschaderisico. De Initiatiefnemer zal op eerste verzoek van de Gemeente een bankga- rantie verstrekken ter zekerheid van het door de onafhankelijke deskundige geraamde planschaderisico.
b. Indien de Gemeente op grond van artikel 6.1 Wro in relatie tot het bestemmingsplan of enig ander besluit op grond van deze overeenkomst voor het Project gehouden zal zijn tot vergoeding van planschade aan derden, komen de kosten daarvan voor rekening van Initiatiefnemer.
c. Aanvragen om vergoeding van planschade die voortvloeit uit het Project neemt het col- lege van burgemeester en wethouders van de Gemeente in behandeling conform de vi- gerende gemeentelijke procedureregeling planschadevergoeding.
d. Initiatiefnemer zal in de gelegenheid worden gesteld om zijn visie over de aanvraag om vergoeding van planschade bij de hiertoe door de Gemeente ingeschakelde adviseur ken- baar te maken en zal vervolgens in de gelegenheid worden gesteld te reageren op het conceptadvies van de adviseur.
e. Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente besluit uiteindelijk over de aanvraag tot vergoeden van planschade rekening houdend met het daartoe opge- stelde eindadvies van de adviseur en de visie van Initiatiefnemer. Initiatiefnemer zal, in- dien het college een vergoeding van planschade heeft vastgesteld en uitgekeerd, het als- dan uitgekeerde bedrag aan de Gemeente vergoeden binnen dertig dagen na het eerste verzoek van de Gemeente. Bij te late betaling van dit bedrag, is Initiatiefnemer aan de Gemeente de wettelijke handelsrente ex art. 6.119a BW verschuldigd over het niet tijdig betaalde, zulks rekenend vanaf dertig dagen na bovengenoemd verzoek tot en met de dag van volledige betaling.
f. Als degene die een aanvraag om vergoeding van planschade heeft ingediend het oordeel van de rechter vraagt, dan is dat oordeel, wanneer het onherroepelijk is geworden voor Partijen bindend.
g. Het staat Initiatiefnemer vrij om met degene die een aanvraag om vergoeding van plan- schade heeft ingediend te onderhandelen over een in overleg met het college van burge- meester en wethouders van de Gemeente goed te keuren te treffen minnelijke regeling. Komen partijen tot overeenstemming dan betaalt Initiatiefnemer het overeengekomen bedrag rechtstreeks aan de verzoeker.
8. Looptijd en beëindiging overeenkomst
a. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor de periode die nodig is om het Project te rea- liseren. De overeenkomst eindigt doordat het Project in overeenstemming met deze overeenkomst is gerealiseerd en de Partijen alle verplichtingen uit deze overeenkomst zijn nagekomen, waaronder de betalingsverplichtingen van de Initiatiefnemer.
b. Deze overeenkomst kan door de Gemeente worden beëindigd indien de Initiatiefnemer niet tijdig conform deze overeenkomst de Exploitatiebijdrage als bedoeld in artikel 4 sub
b. en c. heeft overgemaakt aan de Gemeente.
c. Deze overeenkomst kan door Partijen worden beëindigd indien het voor het Project be- nodigde bestemmingsplan niet op 30 juni 2023 in werking is getreden dan wel niet uiter- lijk 30 juni 2024 onherroepelijk is geworden en, nadat Partijen zich redelijkerwijs hebben ingespannen om eventuele gebreken te repareren, vast is komen te staan dat de inwer- kingtreding en/of het onherroepelijk worden redelijkerwijs niet meer haalbaar is;
d. Bovengenoemde beëindiging onder b. en c. dient schriftelijk per aangetekende brief of deurwaardersexploit te geschieden, binnen twee weken na verstrijken van de voor de desbetreffende voorwaarde genoemde termijn.
e. Bij beëindiging van de overeenkomst op grond het bepaalde onder c. van dit artikel dra- gen Partijen elk hun eigen kosten, met dien verstande dat geen restitutie plaatsvindt van de op grond van artikel 4 van deze overeenkomst betaalde Exploitatiekosten, behoudens voor zover die Exploitatiekosten nog niet zijn gemaakt, vast te stellen op basis van een daartoe door de Gemeente op te stellen overzicht.
f. Deze overeenkomst eindigt voorts doordat Initiatiefnemer surséance van betaling heeft aangevraagd of in faillissement komt te verkeren.
9. Overdracht van rechten
a. Het is Initiatiefnemer voor duur van deze overeenkomst niet toegestaan om zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Gemeente haar rechten en verplichtin- gen uit deze overeenkomst en/of eventuele met deze overeenkomst samenhangende overeenkomsten tussen Partijen, geheel of gedeeltelijk over te dragen aan derden. De Gemeente is bevoegd om aan het verlenen van toestemming voorwaarden te verbinden ten aanzien van financiële zekerheid en integriteit. De Gemeente zal haar toestemming niet op onredelijke gronden onthouden.
b. Alle verplichtingen van de Initiatiefnemer uit hoofde van deze overeenkomst moeten bij elke vervreemding van binnen het Plangebied gelegen percelen of een gedeelte daarvan (waaronder ook vervreemding van het economisch eigendom wordt verstaan), alsmede bij elke toekenning van een zakelijk genotsrecht daarop of een gedeelte daarvan, aan de opvolgende eigen(a)ar(en) en/of zakelijk gerechtigde(n) bij wijze van kettingbeding wor- den opgelegd en worden bedongen ten behoeve van de Gemeente middels een derden- beding.
c. Bij niet of niet behoorlijke nakoming van de verplichting onder b. verbeurt de Initiatief- nemer indien zij, na door de Gemeente in gebreke te zijn gesteld en in verzuim is , ten behoeve van de Gemeente voor iedere overtreding een boete van EUR 100.000,- onver- minderd het recht van de Gemeente op volledige schadevergoeding.
10. Toerekenbare tekortkoming
a. Onverminderd wat de wet bepaalt ingeval een der Partijen in gebreke is in de nakoming van zijn verplichtingen uit overeenkomst en ook na verloop van een redelijke termijn, na- dat deze door de andere Partij in gebreke is gesteld, in gebreke blijft haar verplichtingen na te komen en derhalve wanprestatie pleegt, is de andere Partij gerechtigd om deze overeenkomst voor het niet reeds uitgevoerde gedeelte eenzijdig en zonder rechterlijke
tussenkomst door middel van een aangetekend schrijven aan de wanpresterende Partij te ontbinden.
b. Het in het vorige lid bepaalde laat onverlet het recht van de andere Partij om van de wanpresterende Partij nakoming van haar verplichtingen uit deze anterieure exploitatie- overeenkomst te vorderen, en het recht van de andere Partij op en de gehoudenheid van de wanpresterende Partij tot vergoeding van alle ten gevolge van de wanprestatie aan de andere Partij opkomende kosten, schaden en renten.
11. Overige bepalingen
a. Indien de omstandigheden waaronder deze overeenkomst is gesloten onvoorzien zoda- nig extreme wijzigingen ondergaan, dat in overeenstemming met de bedoelingen van ar- tikel 6:258 BW van Partijen of van een der Partijen in redelijkheid niet meer gevergd kan worden dat deze de onderhavige anterieure exploitatieovereenkomst ongewijzigd geheel of gedeeltelijk nakomt of deze de overeenkomst niet meer kan nakomen, heeft de meest gerede Partij het recht om van de andere Partij te verlangen dat tussen Partijen een ont- bindingsovereenkomst wordt gesloten. Hierdoor zal de overeenkomst al dan niet partieel worden ontbonden en zullen Partijen, voor dat gedeelte waarvoor de overeenkomst is ontbonden, vervangende afspraken maken. Partijen treden zo spoedig mogelijk met el- kaar in overleg om te bezien of er mogelijkheden zijn om de doelstellingen van deze overeenkomst alsnog te bereiken, waarbij Partijen rekening houden met elkaars gerecht- vaardigde belangen en met de inhoud en strekking van deze overeenkomst.
b. Indien en voor zover het bepaalde in deze anterieure exploitatieovereenkomst afwijkt van hetgeen is vastgelegd in eerdere overeenkomsten, mondeling dan wel schriftelijk, dan prevaleert het bepaalde in deze overeenkomst.
c. De considerans en bijlagen maken integraal onderdeel uit van deze overeenkomst.
d. Deze overeenkomst kan slechts worden gewijzigd indien Partijen dat schriftelijk overeen- komen.
e. De ongeldigheid of nietigheid van enige bepaling van deze anterieure exploitatieovereen- komst tast de geldigheid van de overige bepalingen van de overeenkomst niet aan. Dit heeft slechts tot gevolg dat de betreffende bepaling ongeldig en/of nietig is. Partijen zul- len de betreffende bepaling(en) omzetten in een geldige regeling die zoveel mogelijk de- zelfde inhoud en werking heeft als de nietige of niet-rechtsgeldige bepaling.
12. Publicatie en communicatie
a. De Initiatiefnemer is zich ervan bewust dat de Gemeente op grond van artikel 6.24 lid 3 Wro moet publiceren dat deze anterieure exploitatieovereenkomst is gesloten. Deze pu- blicatie zal bestaan uit een zakelijke omschrijving omvattende de vermelding van de ka- dastrale percelen waar de overeenkomst betrekking op heeft, het exploitatiegebied, ver- melding van de datum van de overeenkomst en de naam (namen) van de wederpartij van de Gemeente.
b. Partijen maken in gezamenlijk overleg schriftelijke afspraken over communicatie naar der- den. Initiatiefnemer maakt daarvoor een voorstel in de vorm van een communicatieplan. Partijen streven ernaar elkaar zoveel mogelijk op de hoogte te houden en waar nodig af te stemmen.
c. De Gemeente is onverminderd het bepaalde onder a. gerechtigd aan derden mededelin- gen te doen over de inhoud en strekking van deze overeenkomst, voor zover dat naar het oordeel van de Gemeente gelet op haar bijzondere publiekrechtelijke bevoegdheden, ta- ken en verantwoordelijkheden vereist is. Voor het overige zijn Partijen gerechtigd mede- delingen te doen aan derden over de inhoud en uitvoering van deze overeenkomst, met inachtneming van elkaars gerechtvaardigde belangen.
13. Geschillen en toepasselijk recht
a. Op deze anterieure exploitatieovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
b. In geval van geschillen, voortvloeiende uit deze anterieure exploitatieovereenkomst of daarop voortbouwende overeenkomsten, zullen Partijen trachten deze in eerste instan- tie minnelijk op te lossen.
c. Indien het onmogelijk gebleken is een geschil als hiervoor bedoeld minnelijk op te lossen, zal dat geschil worden beslecht door de bevoegde rechter te Amsterdam.
Aldus overeengekomen en in tweevoud getekend: | ||||
Plaats | Plaats | |||
> | ||||
Datum | Datum | |||
> | ||||
de Gemeente | Initiatiefnemer | |||