TWEEDE BESTUURSRAPPORTAGE 2024
TWEEDE BESTUURSRAPPORTAGE 2024
Januari tot en met augustus 2024
OPSTELLER
Organisatie : Omgevingsdienst Noord-Holland Noord
Afdeling : Bedrijfsvoering
Ambtelijk secretaris : X.X.X. xxx xxx Xxxx
Kenmerk : 40509805
Adres : Postbus 2095
1620 EB HOORN
Bezoekadres : Dampten 2
: 1624 NR HOORN
OPDRACHTGEVER
Organisatie : Omgevingsdienst Noord-Holland Noord
Contactpersoon : Q.M. Foppe
Telefoon : 000-00 00 000
DATUM
24 oktober 2024
VERSIE
INHOUDSOPGAVE
5
1.1 Realisatie werkprogramma’s 6
1.3 Bestemming resultaat 2024 6
7
2.1 Begroting (organisatieniveau) 7
2.1.1 Toelichting verschillen op hoofdlijnen 7
2.2 Toelichting per programma 8
9
3.1 Ontwikkelingen rondom de gewijzigde Gemeenschappelijke Regeling (GR) 9
3.2.2 15% van de Omgevingswet is nu ingevoerd 9
3.2.4 Vooroverleg, tijdig inzetten! 10
3.4 Interbestuurlijk Programma Versterking VTH-stelsel 10
12
4.2.1 Wachtrij teruggedrongen 12
4.4 Controles bij bedrijven 13
16
5.3 Nieuwe handhavingsmiddelen 17
6 PROGRAMMA 3 OVERHEAD/BEDRIJFSVOERING
18
6.1.3 Formatie en Bezetting 18
6.1.5 Financiële gevolgen voor de Bestuursrapportage 20
6.2.2 Bezwaar en beroepszaken 21
6.3 Versterking Bedrijfsvoering 21
6.3.1 Project Benchmark Afdeling Bedrijfsvoering 21
6.3.2 Project versteviging inkoop, aanbesteding en contractmanagement 22
6.3.3 Toekomstgerichte Werving en Selectie 3.0 22
6.3.4 Additionele Capaciteit Financiën 22
24
8 OVERZICHT VOORGENOMEN INVESTERINGEN
26
27
1 BESTUURLIJKE SAMENVATTING
Voor u ligt de tweede bestuursrapportage (BURAP) van 2024. Xxx rapporteren over de periode januari tot en met augustus 2024.
De Omgevingsdienst Noord-Holland Noord (OD NHN) is een onafhankelijke partner die op inspirerende wijze mensen en kennis verbindt om maatschappelijke ambities in de fysieke leefomgeving te realiseren. We maken Natuur & Milieu zichtbaar als logische thema’s in de afweging bij keuzes door overheden, burgers en bedrijven. In de ontwikkeling en transitie van de fysieke leefomgeving op de thema's natuur en milieu, spelen we een aanjagersrol. Daarnaast verhogen we de maatschappelijke bewustwording bij burgers en bedrijven voor de thema’s natuur en milieu. We werken daarbij met de kernwaarden Samen, Dichtbij, Deskundig, Maatschappelijk bewust.
In de organisatie werken betrokken medewerkers die passie hebben voor hun vakgebied. We ervaren alleen nog steeds een aanzienlijk verschil tussen de behoefte aan gekwalificeerde medewerkers en het beschikbare aanbod op de arbeidsmarkt. De afgelopen periode zijn er activiteiten ontwikkeld om de uitstroom en het ziekteverzuim terug te dringen. We willen een aantrekkelijke werkgever zijn met fijne werkplekken en voldoende ontwikkelmogelijkheden.
Naast onze reguliere taken, hebben we ook veel ander werk verzet. Ons doel om vóór 1 april de bestuurlijke besluitvorming rondom het Plan van aanpak Xxxxxxxxxxx af te ronden, is echter niet behaald. Het bestuur heeft het plan van aanpak uiteindelijk op 27 juni unaniem vastgesteld en deze is op 10 juli aangeboden aan het ministerie I&W. In dit plan ontbreekt echter nog de financiële paragraaf. Dit proces heeft veel capaciteit van management én financials gevergd en de aandacht wel afgeleid van de sturing op de realisatie van begroting/UP's.
Wij zijn er trots op dat:
• We actief in gesprek zijn met het Maritiem Cluster (Den Helder - Provincie - Ministerie van Defensie) over de Ontwikkelambities gebied Willemsoord en daarbuiten. We zijn actief in gesprek zijn met het Maritiem Cluster (Den Helder - Provincie - Ministerie van Defensie) over de Ontwikkelambities gebied Willemsoord en daarbuiten.
• We goede stappen hebben gezet in het optimaliseren van het geografisch informatiesysteem GIS.
• We nu zelf kennis hebben van sanering/wegverkeerslawaai en hierbij niet meer afhankelijk zijn van kennis van derden.
• Voor de opgave Klimaat & duurzaamheid in toenemende mate gebruik wordt gemaakt van onze aanjagersrol op regionaal niveau.
• De aanvragen voor bodemenergiesystemen hoger zijn dan verwacht. We zien hierbij dat het gebruik van de Samenwerkingsfunctionaliteit (SWF) in de regio goed werkt. Een mooi bewijs van onze maatschappelijke meerwaarde.
• De invoering Omgevingswet met een goed resultaat is doorgevoerd. In 2024 is de routering verbeterd en zijn de interne werkprocessen herijkt en uitgelijnd.
• We de wachtrij voor vergunningaanvragen regulering hebben teruggedrongen: Op 1 september van dit jaar hadden we nog bijna 400 lopende zaken in behandeling. Ter vergelijking: op 1 mei waren dat er nog iets meer dan 900 en eind 2023 zelfs zo'n 1.200. Voor de asbestsloopmeldingen en gemeentelijke natuuradvisering geldt dit in het bijzonder. De wachttijd is teruggebracht tot enkele dagen/maximaal twee weken.
1.1 Realisatie werkprogramma’s
De gerealiseerde productie op de gezamenlijke werkprogramma's is 59% ten opzichte van de geprognotiseerde 67%. We gaan met maximale inzet en huidige middelen blijven wij inzetten onze productie. De belangrijke twee oorzaken voor deze achterstand, is de krapte op de arbeidsmarkt en het feit dat wij geen invloed hebben op de vraag gestuurde producten die wij leveren (advies en vergunningverlening). Dit komt door:
• Stagnatie in de bouwsector,
• De komst van de Omgevingswet met complex overgangsrecht (en een nieuw digitaal stelsel) en onduidelijkheid voor de agrarische sector.
• We zien ook positieve ontwikkeling; participatietrajecten bij onze deelnemende gemeenten komen inmiddels goed op gang. We verwachten dat hier concrete aanvragen en meldingen uit voortkomen.
• We blijven werken aan het toezicht (informatiepositie & risicobeheersing) op de meest risicovolle bedrijven en activiteiten in het werkgebied.
• Door diverse strategische wervingsinitiatieven hebben wij 31 vacatures ingevuld.
1.2 Financieel resultaat
In hoofdstuk 2 wordt een eerste financiële doorkijk gegeven naar het einde van het jaar. Er wordt een voorlopig financieel positief resultaat van 4,6% ten opzichte van onze huidige begroting geprognotiseerd. De belangrijkste verklaringen hiervoor zijn de onbenutte personele lasten en de slechts beperkte inhuur van tijdelijk personeel.
1.3 Bestemming resultaat 2024
Met het opstellen van deze tweede bestuursrapportage schatten we dat het rekeningresultaat 2024 ongeveer €1.295 miljoen zal bedragen. In het Algemeen Bestuur van 27 juni 2024 is besloten om het rekeningresultaat jaarrekening 2024, die ter vaststelling aan u wordt voorgelegd op 9 juli 2025, wordt gebruikt om een start te maken met de implementatie van het Plan van Aanpak Robuustheidscriteria.
2 FINANCIEEL PERSPECTIEF
2.1 Begroting (organisatieniveau)
Tabel 1: Prognose tweede bestuursrapportage 2024
Begroting 2024 (vastgesteld door AB) | Prognose 2024 (1e burap 2023) | Prognose 2024 (2e burap 2023) | |
LASTEN | |||
Programma 1 Milieutaken | 13.731 | 13.903 | 12.725 |
Programma 2 VTH plustaken | 6.672 | 7.196 | 6.725 |
Programma 3 Overhead | 7.165 | 8.924 | 8.643 |
Onvoorzien Milieutaken | 60 | 60 | 60 |
Onvoorzien VTH plustaken | 64 | 64 | 64 |
Totaal | 27.692 | 30.148 | 28.217 |
BATEN | |||
Programma 1 Milieutaken * | 18.603 | 17.407 | 16.997 |
Programma 2 VTH-plustaken * | 9.074 | 9.854 | 9.901 |
Programma 3 Overhead OD NHN | 15 | 604 | 534 |
Totaal | 27.692 | 27.865 | 27.432 |
Geraamd saldo van baten en lasten | -0 | -2.283 | -785 |
Toevoeging reserves | |||
Onttrekking reserves | |||
- bestemmingsreserve MP ICT | 761 | 763 | |
- bestemmingsreserve CAO | 976 | 976 | |
- bestemmingsreserve Impuls cultuur & mensontwikkeling | - | 18 | |
- bestemmingsreserve VTH-Plustaken | 295 | - | |
- bestemmingsreserve verstevigen bedrijfsvoering Milieu | 248 | 215 | |
- bestemmingsreserve verstevigen bedrijfsvoering VTH-Plus | 152 | 109 | |
Resultaat (- = tekort) | -0 | 149 | 1.295 |
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000.
* Specificatie zie tabel 2
2.1.1 Toelichting verschillen op hoofdlijnen
In deze tweede bestuursrapportage blijkt dat de omvang van de baten en de lasten is afgenomen ter vergelijking met de eerste bestuursrapportage.
Het bijstellen van het positieve resultaat in de tweede bestuursrapportage, ten opzichte van de eerste bestuursrapportage, met €1,1 miljoen heeft diverse oorzaken. De verschillen tussen de eerste en tweede bestuursrapportage kunnen op hoofdlijnen worden verklaard:
• Er is een voordelig verschil op de salariskosten van €1.000.000. Dit wordt deels veroorzaakt doordat vacatures later, of nog niet, zijn ingevuld. Om vacatures op sleutelfuncties te kunnen vervullen zijn €85.000 aan extra wervingskosten gemaakt.
Voor verdere toelichting verwijzen wij u naar de paragraaf Bedrijfsvoering.
• De geprognotiseerde lasten voor de ICT-projecten, die niet gedekt worden uit de reserve Masterplan ICT, vallen naar verwachting €239.000 lager uit. Een aantal projecten zijn voorspoedig verlopen waardoor de geraamde kosten lager uitvallen.
• In het huidig boekjaar zijn besluiten, zoals investeringen en projecten, later uitgevoerd dan we hadden verwacht in de eerste bestuursrapportage. Daardoor vallen de geprognotiseerde lasten in 2024 lager uit dan werd verwacht. Een deel van deze lasten zal in het boekjaar 2025 tot uitdrukking komen.
Hieronder de specificatie van de opbouw van de baten van het programma Milieutaken en het programma VTH-Plustaken.
Tabel 2: Specificatie inkomsten
BATEN | Soort inkomsten | Begroting 2024 (vastgesteld door AB) | Prognose 2024 (1e burap 2024) | Prognose 2024 (2e burap 2024) |
Programma 1 Milieutaken * | Lumpsum | 15.248 | 14.611 | 14.611 |
Programma 1 Milieutaken | Aanvullende opdrachten / bijdragen gemeenten | 1.988 | 1.911 | 1.550 |
Programma 1 Milieutaken | Subsidies (Rijk / Provincie) | 1.367 | 884 | 836 |
Totaal programma 1 Milieutaken | 18.603 | 17.407 | 16.997 | |
Programma 2 VTH-plustaken * | Lumpsum | 9.074 | 9.711 | 9.711 |
Programma 2 VTH-plustaken | Aanvullende opdrachten | - | 143 | 191 |
Totaal programma 2 VTH-Plustaken | 9.074 | 9.854 | 9.901 |
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000.
* De overheveling van de bodemtaken van de Provincie Noord-Holland naar de gemeenten ad € 637.000 is in de begroting van 2024 ten onrechte verrekend met de lumpsum van de VTH-plus taken. Dit had verrekend moeten worden met het aandeel van de Provincie Noord-Holland in de milieutaken. In de eerste bestuursrapportage is dit gecorrigeerd. In het UP 2024 van de provincie Noord-Holland is dit goed opgenomen.
2.2 Toelichting per programma
In tabel 3 en 4 is te zien hoe het positieve saldo is verdeeld over de programma’s Milieutaken en VTH-Plustaken. Ook hier wordt het voordeel veroorzaakt door onbenutte personele lasten.
Daarnaast veroorzaken onttrekkingen uit de reserves het positieve saldo.
Tabel 3: Programma Milieutaken
Programma Milieu | Begroting 2024 (vastgesteld door AB) | Prognose 2024 (1e burap 2023) | Prognose 2024 (2e burap 2023) |
Geraamd saldo van baten en lasten | -2.070 | -1.159 | |
Onttrekking reserve MP ICT | 504 | 505 | |
Onttrekking reserve CAO* | 604 | 604 | |
Onttrekking Impuls cultuur & mensontwikkeling | - | 18 | |
Onttrekking reserve verstevigen bedrijfsvoering Milieu | 248 | 215 | |
Resultaat (- = tekort) | - | -714 | 182 |
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000
Tabel 4: Programma VTH-Plustaken
Programma VTH-Plus | Begroting 2024 (vastgesteld door AB) | Prognose 2024 (1e burap 2023) | Prognose 2024 (2e burap 2023) |
Geraamd saldo van baten en lasten | -213 | 374 | |
Ontrekking reserve MP ICT | 257 | 257 | |
Onttrekking reserve CAO* | 372 | 372 | |
Onttrekking reserve verstevingen bedrijfsvoering VTH-Plus | 152 | 109 | |
Onttrekking aan reserve VTH-Plustaken | 295 | - | |
Resultaat (- = tekort) | - | 862 | 1.113 |
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000.
3 ORGANISATIEONTWIKKELINGEN
Dit jaar werkt de OD NHN aan verschillende nieuwe projecten én ronden we lopende trajecten af die gericht zijn op het versterken/toekomstbestendig maken van de organisatie. In dit hoofdstuk beschrijven we de stand van zaken voor deze trajecten.
3.1 Ontwikkelingen rondom de gewijzigde Gemeenschappelijke Regeling (GR)
Sinds 1 juli 2024 is de gewijzigde Gemeenschappelijke Regeling van de OD NHN, volgens de aanpassing van de Wet gemeenschappelijke regelingen, in werking getreden. De wetswijziging heeft als doel de gemeenteraden en provinciale staten meer invloed en controle te geven op de gemeenschappelijke regelingen.
De belangrijkste wijzigingen omvatten de versterking van de positie van de gemeenteraden en provinciale staten, door middel van een actieve informatieplicht, en de mogelijkheid om een adviescommissie in te stellen. Daarnaast zijn er extra controle-instrumenten geïntroduceerd, zoals een gemeenschappelijk enquêterecht en de mogelijkheid om een onderzoekscommissie in te stellen.
Voor onze organisatie betekent dit dat we onze informatieverstrekking aan de vertegenwoordigende organen hebben aangescherpt. Daarnaast zijn de regels rondom uittreding en de begrotingscyclus aangepast en is een evaluatiebepaling opgenomen. Deze zullen periodiek het functioneren van de GR zal beoordelen.
3.2 Omgevingswet
3.2.1 Algemeen
Tot nu toe stond dit jaar voor onze organisatie in het teken van werken onder de Omgevingswet. De technische invoering is zonder grote problemen verlopen. In een enkel geval bleek de routering nog niet volgens afspraak te verlopen, maar dit is in de eerste maanden al rechtgezet.
Mede door de gedegen, maar arbeidsintensieve in- en externe voorbereiding, is de technische invoering van de Omgevingswet een succes. Zo zijn al onze interne werkprocessen herijkt en uitgelijnd op een realistische doorlooptijd, is er getest en geoefend met de systemen, zijn medewerkers opgeleid en is ons zaaksysteem vervangen en ingericht op de Omgevingswet.
De voorbereiding is extern onder andere vormgegeven door afstemming in het periodiek overleg van de programmamanagers en het opstellen van onderlinge werkafspraken, de omzetting van lokale regels, aanpassing van de dienstverleningsovereenkomsten en het mandaat én het inregelen van de behandeldienst.
3.2.2 15% van de Omgevingswet is nu ingevoerd
Volgens een inschatting van het Ministerie is momenteel 15% van de Omgevingswet met succes door de Nederlandse overheden ingevoerd.
Het gaat hier met name om het deel dat de directe uitvoering van VTH-taken betreft (waaronder de taken van de OD NHN). Zo wordt er de komende jaren nog gewerkt aan het opstellen van de omgevingsvisies en omgevingsplannen. Daarmee krijgt een steeds groter deel van de wet plaats in de samenleving. U bent van harte uitgenodigd om hierbij gebruik te maken van de bij de OD NHN beschikbare kennis en producten.
Het regionale overleg van de programmamanagers in Noord-Holland Noord wordt, in een nieuw jasje, voortgezet.
Alle betrokken overheden, inclusief de provincie, de gemeenten, drie grote GR-en en het waterschap, zijn aangesloten bij dit overleg. Onder de nieuwe titel “Programma Samenwerking Omgevingswet” (PSO) wordt bijvoorbeeld gekeken naar de uitwerking van de onderlinge werkafspraken in de regio. De bestuurlijke koppeling van het PSO wordt momenteel opnieuw uitgewerkt. Dit volgt nog.
3.2.4 Vooroverleg, tijdig inzetten!
Het belang van goed en tijdig vooroverleg tussen initiatiefnemers en omgevingsdienst wordt nogmaals benadrukt. Om initiatiefnemers in het traject van een vergunningaanvraag goed te helpen, is het belangrijk dat de omgevingsdienst hier tijdig bij betrokken is en er in een vroeg stadium contact is. Bij onze bestuurlijke en ambtelijke contacten brengen wij dit regelmatig onder de aandacht. Zo kunt u bijvoorbeeld al bij gronduitgifte of via uw bedrijvenloket op de rol van de OD NHN wijzen.
Er komen vaker vragen bij onze omgevingsadviseurs binnen over gemeentelijke omgevingsvisies en omgevingsplannen. Ook hier is het van belang dat tijdig, en planmatig, advies bij de OD NHN wordt ingewonnen. Zo kunnen vergunning- en toezichttaken in een later stadium adequaat (in de geest van de Omgevingswet) ingezet worden.
Het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) gaat binnenkort over naar een nieuwe versie. Het is belangrijk dat alle ketenpartners tegelijkertijd naar deze nieuwe versie overgaan. Anders werken de koppelingen niet en kunnen we via de SWF en het DSO niet met elkaar communiceren. De onderlinge afstemming over deze overgang vindt momenteel plaats.
3.3 VTH-Kwaliteitscriteria
Om te toetsen of we als OD NHN aan de landelijke kwaliteitscriteria voor omgevingsdiensten voldoen, zijn alle medewerkers in een uitvoerende VTH-functie dit jaar bevraagd en getoetst door een onafhankelijk extern bureau. Hierdoor hebben we een goed en positief beeld van de kwaliteit en borging van onze deskundigheid gekregen: we voldoen aan nagenoeg alle criteria. Om hierop verder te verbeteren en om de kennis van onze medewerkers op het vereiste niveau te houden, stellen we voor de komende jaren een Strategisch Opleidingsplan op.
3.4 Interbestuurlijk Programma Versterking VTH-stelsel
In navolging van het rapport van de commissie Xxx Xxxxxxx, is het interbestuurlijk programma IBP VTH (IBP VTH) opgezet. Eén van de pijlers van het IBP richt zich op robuustheid en financiering van omgevingsdiensten. Aangezien de OD NHN op basis van het toetsingskader niet aan alle criteria voldoet, heeft de staatssecretaris verzocht om een plan van aanpak op te stellen en deze vóór 1 april 2024 aan te leveren.
Besluitvorming over de structurele dekking van dit plan van aanpak is uitgesteld. Om de start van de uitvoering niet te laten afhangen van deze besluitvorming, heeft het AB op 27 juni 2024 besloten om al vanaf 2025 ruimte binnen de begroting door meevallers (incidentele dekking) in te zetten voor de implementatie van het plan van aanpak.
Met het opstellen van deze tweede bestuursrapportage schatten we in dat het rekeningresultaat 2024, dat voornamelijk voortkomt uit de lagere structurele kosten door personeelsgebrek en een daaraan gerelateerde lagere productie, ongeveer €1,2 miljoen zal bedragen. Om zo snel mogelijk met de uitvoering van het Plan van aanpak robuustheid te kunnen beginnen, is het voorstel om daar nu al minimaal €733.000 voor te reserveren. Daardoor kan al per begin 2025 begonnen worden met de implementatie van het plan. Wanneer het uiteindelijke rekeningresultaat, halverwege 2025, definitief bekend is, kunnen we bepalen of dit bedrag volledig of gedeeltelijk gebruikt moet worden voor de uitvoering van het plan.
De gefaseerde toekenning van middelen heeft gevolgen voor het tempo waarin het plan uitgevoerd kan worden. Met name het incidentele karakter beperkt de mogelijkheden om structurele versterking te realiseren. Overigens kent het Plan van aanpak robuustheid naast de onderdelen die
geld kosten, ook onderdelen die geen additionele middelen vragen. Deze kunnen al opgestart kunnen worden.
Tot slot, wordt in opdracht van het algemeen bestuur in 2025 een onafhankelijk efficiencyonderzoek uitgevoerd naar de bedrijfsvoering van onze gehele organisatie. Mogelijk leveren de resultaten daarvan concrete ruimte op voor een structurele eigen bijdrage aan de robuustheidscriteria.
4 PROGRAMMA 1 MILIEUTAKEN
4.1 Aanvragen en meldingen
Binnen het hoofdzakelijk vraaggestuurde cluster ‘Aanvragen en Meldingen’ zien we dat er, na het inwerkingtreden van de Omgevingswet, nog relatief weinig aanvragen en meldingen zijn binnengekomen bij de OD NHN. Dit kan komen door de vertraging van bouwactiviteiten. Deze activiteiten wachten op duidelijkheid over de doorwerking van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)op aanvragen. Tussen Kerst en oud en nieuw van vorig jaar, hebben veel initiatiefnemers aanvragen onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ingediend.
Het landelijke beeld, dat we ook deels terugzien bij de OD NHN, is dat het aantal aanvragen voor een vergunning in de tweede periode nog achterblijft op de situatie onder de Wabo. Hiervoor zijn in onze regio verschillende oorzaken. Hieronder vindt u de belangrijkste:
• Werken met het DSO is voor initiatiefnemers, maar ook voor hun adviseurs, nog altijd complex. De OD NHN steekt momenteel veel tijd in de begeleiding van initiatiefnemers.
• De doorwerking van de nieuwe wetgeving op de bedrijfsvoering is nog onduidelijk. Dit lijkt initiatiefnemers af te schrikken. Met name voor onze toezichthouders is de inhoudelijke duiding van het begrip zorgplicht nog een uitdaging.
• Participatietrajecten binnen de gemeenten lopen nog, de aanvragen komen daarna.
• De agrarische sector heeft nog met grote onzekerheden te maken. De sector blijkt momenteel af te wachten. Het lijkt erop dat zij initiatieven nog vasthouden tot er meer ruimte is om te ondernemen.
• Uit recente publicaties in de pers blijkt door stijgende rente, grond- en bouwkosten het aantal bouwaanvragen landelijk terug te lopen. Dit heeft ook invloed op het werk van de omgevingsdiensten. Inmiddels lijkt de bouwsector de weg omhoog weer gevonden te hebben.
Over deze verslagperiode zijn er twee uitzonderingen op de iets stagnerende vraag. Het gaat hier om de asbestsloopmeldingen en de aanvragen voor bodemenergiesystemen. Hier ligt het aantal aanvragen hoger dan verwacht. We zien hierbij ook dat het gebruik van de Samenwerkingsfunctionaliteit (SWF) in de regio goed werkt.
4.2 Doorlooptijden
Een belangrijke indicator voor de doorlooptijden is de wachtrij. Het aantal actieve zaken geeft daarvan een beeld. Op 1 september van dit jaar waren er bij de OD NHN nog bijna 400 lopende zaken in behandeling. Ter vergelijking: op 1 mei waren dat er nog iets meer dan 900 zaken en eind 2023 zelfs zo'n 1.200 zaken. Zo zijn we er met extra inzet in geslaagd om de wachttijd bij de gemeentelijke natuuradvisering terug te brengen van zes maanden naar twee weken. Voor de asbestsloopmeldingen ging deze van een kleine maand naar enkele dagen.
4.3 Korte lijnen nodig
Naast de invoering van de Omgevingswet, zijn ook de reguliere werkzaamheden voortgezet. We hebben ons, via onze ROM-adviseurs en vergunningverleners, ingezet om meerdere lokale- en regionale initiatieven mogelijk te maken.
Korte lijnen tussen de initiatiefnemers, onze opdrachtgevers en onze organisatie zijn belangrijk om de inhoud van een vergunningaanvraag goed af te stemmen. Vooroverleg en het direct voldoen aan de indieningsvereisten door de aanvrager zijn van belang voor een vlotte afhandeling van de aanvraag, binnen de wettelijke termijnen.
4.4 Controles bij bedrijven
We hebben in het eerste en tweede tertaal van 2024 minder controles bij bedrijven kunnen uitvoeren dan gepland. Hiervoor zijn diverse oorzaken aan te wijzen.
Om de continuïteit van de uitvoering te kunnen waarborgen, hebben we meerjarige raamcontracten met drie externe adviesbureaus afgesloten. Aan het begin van dit jaar heeft een van deze adviesbureaus aangegeven geen controles voor ons te kunnen uitvoeren door personeelsproblemen. Het onderbrengen van deze controles bij de andere contractanten en/of andere adviesbureaus heeft geen resultaat opgeleverd.
Bij het plannen en uitvoeren van controles, geven we prioriteit aan bedrijven die een potentieel risico vormen voor de leefomgeving.
We verwachten dat we in het derde tertaal van 2024 iets inlopen op onze achterstanden. Het staat wel vast dat we de planning van 2024 niet kunnen halen en waarmaken. We gaan hierover in overleg met onze opdrachtgevers.
Door de Omgevingswet vergen de voorbereiding en uitwerking van controles meer tijd dan verwacht. Dit komt vooral door de overgangsregels en doordat we ervaring moeten opdoen met bijvoorbeeld het Besluit activiteiten leefomgeving. Sinds 1 april zijn we gestart met het gebruik van digitale checklisten. We verwachten dat dit onze toezichthouders gaat helpen met het toepassen van de nieuwe wet- en regelgeving en de verwerking van de resultaten. Toch moeten we eerst ervaring opdoen met deze nieuwe werkwijze.
Door personeelstekort, verzuim, ouderschapsverlof, nieuwe wet- en regelgeving én het gebruik van een nieuwe applicatie is de werkdruk hoog.
Sinds 1 januari 2024 is het bevoegd gezag voor de voormalige Wet bodembescherming verschoven Voor de uitvoering van de deze taken is in het Uitvoeringsprogramma uren en budget geprognotiseerd. Toch blijken in de eerste twee tertalen nog veel meer bodemsaneringen onder het overgangsrecht te vallen, waardoor de provincie het bevoegde gezag blijft. Hierdoor zijn er in deze periode voor de provincie meer controles uitgevoerd dan voor de gemeenten.
4.5 Project EML
Met het project ‘Erkende Maatregelen Lijst (EML)’ houden we toezicht op de energiebesparingsplicht voor bedrijven. Dit is een belangrijke pijler in het Klimaatakkoord. EML zijn verplichte maatregelen die door bepaalde bedrijven, in het kader van de energiebesparingsplicht, genomen moeten worden. Door extra financiële middelen moet het toezicht op de besparingsplicht meer stimulans krijgen. In 2024 zijn er twee verschillende financieringsregelingen met verschillende voorwaarden van kracht: de specifieke uitkering toezicht energiebesparing bedrijven (Rijksbijdrage SPUK-THE) en het Energiebesparingsakkoord (Provinciale bijdrage EBA). Beide regelingen hebben een looptijd tot 31 december 2026.
Voor de versnelling van het toezicht is geen structureel budget beschikbaar; we kunnen daar dan ook beperkt eigen personeel voor inzetten. Duidelijkheid over een mogelijk structurele bijdrage vanaf 2027 vanuit het rijk is er nog niet.
De voortgang van de controles, in het kader van het EBA, verschilt per gemeente. De OD NHN is meer gaan sturen op de uitvoering door gerichter controles uit te zetten. Het totaal aantal geplande controles wordt aan het einde van de looptijd EBA behaald.
De uiteenlopende voorwaarden vanuit de financieringsregelingen zien we terug in de rapportageverplichtingen. Deze vragen veel inzet, zeker met de dataregistratie in opbouw. Inmiddels kennen we vijf verschillende rapportagevormen en -frequenties voor energiebesparing.
4.6 Energietransitie
Vanuit externe veiligheid krijgen we vaker adviesaanvragen voor de realisatie van biogas (monovergisters) in het agrarisch- en buitengebied. In theorie is het mogelijk om energie te halen uit de combinatie van zon, wind en mest. Hiermee kunnen bedrijven meer zelfvoorzienend zijn in hun energiebehoefte en wordt de kans op overbelasting van het elektriciteitsnet minder.
We beoordelen ook binnengekomen meldingen van gesloten bodemenergiesystemen op volledigheid en haalbaarheid. Daarnaast zorgen we voor de administratieve afhandeling en controle van deze bodemenergiesystemen. Verder registreren we de gemelde systemen in het Landelijk Register Grondwater. De ‘open systemen’ vallen onder de bevoegdheid van de provincie en worden door OD NZKG opgepakt.
We merken dat de aanvragen/meldingen van bodemenergiesystemen toenemen door de transitie naar aardgasvrij wonen. De afgelopen negen jaar is er een enorme toename van het aantal meldingen geweest. De aanvragen variëren van systemen voor een individueel kantoorgebouw, tot systemen voor complete nieuwbouwwijken. Ook komen er steeds meer aanvragen binnen voor de installatie van meerdere warmtepompen tegelijk. Hierbij speelt het aspect geluid een belangrijke rol om overlast en klachten te voorkomen.
Daarnaast zijn de eerste buurtbatterijen gerealiseerd. Deze zijn van belang om de pieken van overbelasting op het elektriciteitsnetwerk op te vangen. Buurtbatterijen geven brandgevaar en ze produceren geluid. We verwachten hierdoor een toename in het aantal adviesaanvragen voor externe veiligheid en geluid.
We merken dus dat we bij elk omgevingsaspect steeds meer adviesaanvragen behandelen die een relatie hebben met de energietransitie. Vooruitlopend op de uitvoeringsprogramma’s, is geïnvesteerd in capaciteit bij advisering over het onderdeel natuur. Met deze investering willen we ‘meer aan de voorkant van het proces’ van de gemeenten zitten.
Naast de wettelijke taken, zijn we ook met partners in overleg om projecten al in een vroeg stadium voor te bespreken. Zo hebben we regelmatig overleg met Liander en is er een taskforce opgericht om op provinciaal niveau zaken te bespreken met de provincie, andere omgevingsdiensten, Liander en Tennet.
4.7 Circulaire economie
Onze organisatie voert de coördinatietaak voor Circulair Westfriesland uit. Circulair Westfriesland is gericht op het sluiten van materiaalketens en het verminderen van de omgevingsimpact binnen de sectoren Agrarisch, Bouw/GWW, Zorg, (Maak)industrie en Horeca/Recreatie. Dat doen we vanuit publiek-private samenwerking.
• De ondertekening circulaire sloopdeal in januari 2024 heeft ervoor gezorgd dat er 30 circulaire sloopprojecten voorbereid, of al gerealiseerd, zijn door de ondertekenaars.
• Met partners is een Kennis- en Innovatieprogramma circulaire bouw opgesteld. Deze wordt ingediend voor de Regio Deal NHN.
• De Biobased Innovatie HUB is een feit en lanceerde de wegwijzer voor ondernemers in Noord-Holland Noord. Met de Biobased Innovatie HUB faciliteren we ondernemers zodat zij de versnelling in de biobased bouwinnovatie kunnen maken.
• Met Kennisinstellingen en ondernemers is een Kennis- en innovatieprogramma Teelt voor Bouw neergezet. Voor de uitvoering wordt financiering gezocht.
• Een werkgroep GWW is een verkenning gestart naar mogelijkheden voor het gezamenlijk realiseren van een bestratingsdepot voor gemeenten in NHN.
• Circulair Westfriesland en provincie Noord-Holland lanceerden een dasboard waarin meer dan 60 circulaire bouwmateriaalketens zijn opgenomen en welke partijen in die ketens zitten.
• Circulair Westfriesland en provincie Noord-Holland lanceerden een dasboard waarin meer dan 60 circulaire bouwmateriaalketens zijn opgenomen en welke partijen in die ketens zitten.
• We organiseerden een kennissessie Mest & Micro-organismen om de geleerde lessen uit de testopstelling te delen met veehouders in Noord-Holland Noord.
• Met partners is een Kennis- en innovatieprogramma Experimententuin NHN opgesteld en dit is ingediend voor een EIP-subsidie.
• Samen met GP Groot en gemeente Alkmaar werkten we samen aan een verkenning naar E- waste in Noord-Holland Noord in relatie tot de invoering van de UPV (Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid).
5 PROGRAMMA 2 VTH-PLUSTAKEN
5.1 Bodemtaken
Dit jaar is de Omgevingswet ingegaan. Hierdoor is het bevoegd gezag voor de Wet bodembescherming (Wbb) verschoven van de provincie naar de gemeenten. Onder de Omgevingswet spreken we ook niet meer van de Wbb, maar over Graven en saneren.
Alle zaken die voor 1 januari 2024 zijn gestart, maar nog niet afgesloten, vallen onder het overgangsrecht. Hierover blijft de provincie het bevoegd gezag.
Het aantal aanvragen voor beschikkingen (Wbb plustaken) onder het overgangsrecht loopt voor op het schema van 2024. De saneringsevaluaties (Wbb beschikking) blijven alleen achter. In het eerste tertaal hebben we qua meldingen (BUS-meldingen en evaluaties) een inhaalslag gemaakt. Voor inwerkingtreding van de Omgevingswet, zijn in het laatste kwartaal van 2023 verhoudingsgewijs veel meldingen ingediend, zodat deze nog onder de Wet bodembescherming afgehandeld konden worden. In het eerste tertaal van 2024 is er daardoor een piek ontstaan en was de grens van de aantallen en uren zo goed als bereikt. In het tweede tertaal zien we een overschrijding van de aantallen. Ook is er nog een aardige werkvoorraad aanwezig die afgehandeld moet worden
5.2 Natuurtaken
Met het geven van advies, het beoordelen van aanvragen, het afgeven van vergunningen en ontheffingen, het houden van toezicht én het uitvoeren van handhaving, leveren we een bijdrage aan het behoud van de biodiversiteit en het in stand houden van de Noord-Hollandse natuur.
Al jaren is het op het gebied van stikstof onrustig qua wet -en regelgeving en beleid. Deze onrust blijft aanhouden en zorgt voor knelpunten bij de afhandeling van vergunningen voor de maatschappelijk opgaven zoals woningbouw en verduurzaming.
Met de provincie Noord-Holland is afgesproken om het budget van 2023 dat niet besteed is, door te schuiven naar 2024. Dit budget is ingezet om tijdelijk extra capaciteit in te huren voor het onderdeel Soortenbescherming. De achterstand bij dit onderdeel is nog niet ingehaald, maar we lopen wel in.
We zien steeds vaker projecten waarbij duurzame energie wordt opgewekt. Sinds de invoering van de Omgevingsverordening NH 2020, zijn kleine turbines onder bepaalde voorwaarden toegestaan in het landelijk gebied. De meeste gemeenten in Noord-Holland hebben alleen nog geen beleidsregels voor kleine windturbines. De aanvragen voor het plaatsen van kleine windturbines in het buitengebied nemen toe. We krijgen regelmatig het verzoek om vanuit milieu en natuur mee te denken bij het opstellen van beleidsregels. Uiteraard zijn we ook met de provincie over dit onderwerp in gesprek. Wanneer de uitkomsten van het landelijk onderzoek bekend zijn, kunnen we onze deelnemers nog beter adviseren op dit onderdeel.
GEM Bloemendalerpolder C.V. (GEM) realiseert in de Bloemendalerpolder een woonwijk met 2.750 woningen. In de Bloemendalerpolder komen beschermde soorten zoals de heikikker, rugstreeppad, platte schijfhoren, wezel, hermelijn en de ringslang voor. Met de ontwikkeling van het woningbouwproject in de Bloemendalerpolder gaat een deel van het leefgebied van deze soorten verloren.
Wekelijks worden hier (avond)controles uitgevoerd. Ook hebben diverse zittingen over de zaak plaatsgevonden. Er is regelmatig overleg met de projectleiders bouw en de ecologen OD NHN.
Er zijn twee tijdelijke medewerkers aangetrokken om het PAS-proces te versnellen. Het is helaas niet gelukt om meer senioriteit in te huren. Hier blijven we wel naar streven. De eerste bestuurlijke rechtsoordelen (BRO) voor de pas zijn verzonden. Dit is echt een prestatie, omdat ieder BRO-
maatwerk betreft. Toch gaat het proces trager dan we zouden willen. We blijven inzetten op extra ervaren krachten en andere ‘out-of the-box’ oplossingen.
5.3 Nieuwe handhavingsmiddelen
Om een nog beter beeld te kunnen krijgen bij verschillende controles, heeft de organisatie drones aangeschaft en zijn medewerkers opgeleid tot dronepiloot. Met behulp van de drones krijgen we zicht op situaties die vanaf de grond moeilijk, of niet, zichtbaar zijn. Zo hebben we onder andere overzichtelijke gebiedsbeelden kunnen maken van het bouwproject Bloemendalerpolder.
Door de handhavers van Zwemwater wordt ieder jaar een veiligheidsonderzoek uitgevoerd bij aangewezen zwemlocaties in oppervlaktewater. Hier hadden we vaak het probleem dat sommige locaties te diep zijn om in een waadpak te controleren. Om dit probleem op te lossen hebben we een sonarboot aangeschaft. Met behulp van de sonarboot kunnen we de waterbodem nauwkeurig in kaart te brengen. De handhavers hebben een opleiding gevolgd om goed met de sonarboot om te kunnen gaan en het kaartmateriaal te kunnen analyseren.
5.4 Isolatieopgave
Er ligt een grote uitdaging om de isolatieopgave, en andere verduurzamingsmaatregelen, hand in hand te laten gaan met het behoud van biodiversiteit.
Het rijk stelt voor de isolatie van woningen met een hoog energielabel (D/E/F/G) behoorlijke budgetten beschikbaar voor gemeenten. Ook kunnen gemeenten hiermee mensen helpen die zelf hun isolatie niet kunnen bekostigen (energiearmoedegelden).
Samen met de provincie Noord-Holland zijn we druk bezig om handvatten te bieden aan gemeenten. Het uiteindelijk doel is om een soortenmanagementplan (SMP) op te kunnen stellen, waarop een gebiedsgerichte omgevingsvergunning (GGO) afgegeven kan worden. Inmiddels zijn voor Purmerend en Heemskerk de eerste SMP's vastgesteld. Dit traject neemt al snel twee jaar in beslag. Daarom is er landelijk een lijn uitgerold voor natuurvriendelijk isoleren. Zo kunnen ook anderen wel al starten met de isolatieopgave. Met een klein aantal gemeenten zijn we al in een vergevorderd stadium om te komen tot een GGO. We verwachten in het derde tertaal de eerste gebiedsgerichte omgevingsvergunningen af te geven.
6 PROGRAMMA 3 OVERHEAD/BEDRIJFSVOERING
6.1 HRM
We ervaren nog steeds een aanzienlijk verschil tussen de behoefte aan gekwalificeerde medewerkers en het beschikbare aanbod op de arbeidsmarkt. Het is moeilijk om personeel te vinden dat aansluit bij onze specifieke behoeften. Vaak missen sollicitanten de benodigde specifieke kennis, ervaring of vaardigheden.
Eén van de strategieën is het binnenhalen van junior medewerkers en deze zelf op te leiden. Inmiddels hebben wij een externe opleidingscoördinator ingeschakeld die zich bezighoudt met het opstellen van een Strategisch Opleidingsplan. Dit plan zal de basis vormen voor het systematisch ontwikkelen van de vaardigheden en kennis van onze medewerkers, onder andere volgens de VTH- Kwaliteitscriteria.
Een andere strategie is om de uitstroom en het ziekteverzuim terug te dringen. Dit gebeurt door een aantrekkelijke werkgever te zijn. Zo bieden we een aantrekkelijke werkplek en voldoende ontwikkelmogelijkheden. Goede Arbo-voorzieningen, een Bedrijfs Opvang Team (BOT), projecten voor betere planning & samenwerking, Programma Vitaliteit en het bespreken van ongewenst gedrag dragen bij aan een prettig werkklimaat.
De gevolgen van de krappe arbeidsmarkt nemen toe, omdat de instroom van nieuwe medewerkers laag blijft en het personeelsverloop toeneemt. Om deze uitdagingen aan te pakken, hebben we een recruitmentbureau ingeschakeld dat ons helpt bij het aantrekken van medewerkers voor cruciale posities.
Daarnaast zetten we door met diverse strategische wervingsinitiatieven, waaronder:
• Actieve deelname aan carrièredagen en banenmarkten op hogescholen;
• Het vergroten en benutten van ons externe netwerk;
• Het stimuleren van interne doorgroeimogelijkheden voor bestaande medewerkers;
• Het optimaliseren van onze vacatureteksten en wervingscampagnes via sociale media.
Aantal vacatures
35
30
25
20
15
10
5
0
Vervuld
Open
Tot nu toe zijn er dit jaar van de 51 vacatures er 31 zijn ingevuld.
31 | 20 | ||
Grafiek 1: Vacatures en invulling 2024
Onze totale formatie is vastgesteld op 250 fte. Uit grafiek 2 blijkt dat de totale bezetting (exclusief uitbesteed werk) lager is dan de vastgestelde formatiebegroting. De externe inhuur is inclusief
inhuur voor de uitvoering van projecten om bedrijfsvoering te versterken, het Masterplan ICT én Specifieke uitkeringen. Hierdoor wordt een deel van de getoonde bezetting niet ingezet voor het uitvoeren van de uitvoeringsprogramma’s. Verder heeft ook het ziekteverzuim gevolgen voor de productie. Tot slot, drukt ook ouderschapsverlof op de uitvoeringsuren.
Grafiek 2: Formatie en bezetting
Een deel van de vacaturegelden wordt ingezet om externe partijen in te huren via meerjarige raamcontracten. Deze externe partijen hebben ook moeite om gekwalificeerd personeel aan te trekken, op te leiden én in te zetten voor het uitvoeren van werkzaamheden. Verschillende raamcontractanten hebben inmiddels aangegeven dat ze niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Dit heeft effect gehad op het uitvoeringsprogramma en het bijstellen van onze prognoses.
In het tweede tertaal ligt het ziekteverzuim bij OD NHN nog steeds een paar procent boven onze interne norm van 5%. Dit hogere verzuimpercentage vraagt om voortdurende aandacht en gerichte maatregelen om het verzuim te beheersen en te verminderen. Denk hierbij aan goede Arbozorg, individuele gesprekken, managementaandacht in zogenaamde driehoeksgesprekken.
Grafiek 3: Percentage ziekteverzuim per maand.
In 2024 bleef het landelijke verzuim rond de 5,9%. Het langdurige verzuim in Nederland loopt echter toe.. Dit is ook het geval bij onze organisatie. Langdurig verzuim is vaak moeilijk beïnvloedbaar. We hebben verschillende maatregelen die we hiervoor inzetten. Denk hierbij aan Arbo-en preventiemaatregelen, gesprekken met bedrijfsarts bij dreigende uitval.
Grafiek 4: Verzuimduur in percentages ziekteverzuim.
6.1.5 Financiële gevolgen voor de Bestuursrapportage
Aangezien niet alle vacatures door inhuur worden vervuld, blijft er een positief saldo over. Daarnaast zijn een aantal vacatures voor seniorposities niet ingevuld, maar zijn er meer junior medewerkers aangetrokken. Dit leidt tot een lagere salarislast.
De kosten voor het inhuren van tijdelijk personeel blijven binnen de financiële kaders van onze begroting. Tot slot, verwachten we een hogere uitkering van het UWV te ontvangen voor ziekte, zwangerschaps- en bevallingsverlof.
6.2 Juridische zaken
Ook in 2024 blijft het aantal verzoeken in het kader van de Wet open overheid (Woo) doorgaan. In de eerste twee tertalen van 2024 hebben we 39 Woo-verzoeken in behandeling genomen en er zijn
inmiddels 26 zaken afgesloten. Daarnaast liep er één beroepsprocedure. Deze procedure is het eerste tertaal bij de rechtbank behandeld. Het beroep was, volgens de verwachting, gegrond. We moesten hierdoor een herstelactie uitvoeren.
In de eerste twee tertalen van 2024 zien we een aantal ontwikkelingen op het gebied van bezwaar- en beroepsprocedures. De rechtbank ende Raad van State zijn begonnen om achterstanden in te halen, waardoor opeens veel ‘oude’ zaken op zitting komen. Daarnaast neemt de complexiteit van zaken verder toe en procederen partijen steeds verder door tot en met de laatste instantie. Hoewel het aantal ingediende bezwaren stabiel blijft, zien we dat juridische procedures daardoor vaker lang duren. Dit komt, mede doordat betrokken partijen ook vaker juridische ondersteuning inschakelen en de regelgeving in transitie is.
Daarnaast merken we dat omwonenden en maatschappelijke organisaties meer betrokken zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen. Dit zorgt voor een toename van bezwaren bij milieu- en natuurkwesties en bouwprojecten. De nadruk ligt hierbij vaak op thema’s zoals stikstof, natuurbeheer en leefomgeving. Dit vraagt om een zorgvuldige afweging van belangen en een heldere communicatie van het bevoegd gezag.
Tenslotte blijft het belangrijk dat onze dienstverlening gericht is op het vroegtijdig oplossen van conflicten, zodat formele procedures voorkomen kunnen worden.
6.3 Versterking Bedrijfsvoering
Het Algemeen Bestuur heeft op 12 juli 2023 akkoord gegeven om vanuit het rekeningresultaat 2022 eenmalig €400.000 uit te geven voor de versteviging van de bedrijfsvoering. Dit bedrag is verdeeld over verschillende projecten. Eind 2023 zijn de eerste stappen genomen om deze projecten uit te voeren. Alle projecten zijn eind 2024 in de afrondende fase.
Tabel 5: Projecten bedrijfsvoering
6.3.1 Project Benchmark Afdeling Bedrijfsvoering
Op 1 juni 2024 is het project Benchmark-/Capaciteitsanalyse Bedrijfsvoering van start gegaan. Met dit project willen we de omvang van het takenpakket binnen Bedrijfsvoering evalueren, de benodigde personeelsformatie vaststellen én de bijbehorende kosten berekenen.
Daarnaast onderzoeken we hoe de processen binnen Bedrijfsvoering efficiënter kunnen worden ingericht. Het beoogde resultaat is de ontwikkeling van een toekomstbestendige Afdeling Bedrijfsvoering.
Het project zal eind 2024 worden afgerond. We verwachten dat het project in 2025 een vervolg zal krijgen, aangezien de bevindingen uit de capaciteitsanalyse en de efficiëntere inrichting van de bedrijfsvoering nog geïmplementeerd moeten worden. De reserve is toereikend om te kunnen implementeren.
6.3.2 Project versteviging inkoop, aanbesteding en contractmanagement
In 2023 heeft de organisatie een externe inkoopspecialist aangetrokken. Daarnaast is er een inkoopkalender opgesteld voor de periode 2023/2024. Met behulp van deze kalender beperken we onregelmatigheden tot maximaal 3% en waarborgen we de goedkeuring van de jaarrekening. In de eerste twee tertalen van 2024 zijn er verschillende aanbestedingen volgens de inkoopkalender gestart. Daarnaast werken we aan het corrigeren van inhuurcontracten die in 2024 onregelmatig bleken te zijn. Het nieuwe inkoopproces is in beeld gebracht en geautomatiseerd.
Deze voortdurende inspanningen stellen ons in staat om een solide basis te leggen voor duurzame groei en operationele excellentie binnen OD NHN.
6.3.3 Toekomstgerichte Werving en Selectie 3.0
Eind 2023 is het project Toekomstgerichte Werving en Selectie van start gegaan. Er is een strategisch HR-adviseur binnengehaald die verantwoordelijk is voor de coördinerende taken. Deze rol omvatte een diepgaande analyse van diverse HR-aspecten binnen onze organisatie Met dit project willen we het HR-team beter afstemmen op de strategische doelstellingen van de OD NHN.
In de afgelopen acht maanden zijn de volgende onderdelen onderzocht, geanalyseerd en (deels) geïmplementeerd:
• Werving en Selectie: Evaluatie en optimalisatie van de huidige wervings- en selectieprocessen.
• Functie-indeling volgens HR 21: Herziening en aanpassing van functiebeschrijvingen in lijn met de HR 21-normen.
• Ontwikkelscan binnen VTH Criteria 2.3: Uitvoering van een ontwikkelscan gebaseerd op de vastgestelde VTH-criteria.
• Formatieoverzicht in samenhang met de begroting: Opstellen van een formatieoverzicht dat is geïntegreerd met de financiële begroting.
• Automatisering in AFAS: Een deel van de HR-taken is geconfigureerd en geautomatiseerd in het nieuwe AFAS-systeem, met verdere stappen richting digitalisering.
• Ontwikkeling van beleidsstukken en werkprocessen: Het opstellen van ontbrekende beleidsdocumenten en het herzien van werkprocessen is in 2023 gestart en zal in 2024 verder worden doorgevoerd.
6.3.4 Additionele Capaciteit Financiën
In 2024 hebben we een externe Business Controller aangetrokken die, het in 2023 gestarte, project voortzet. De Business Controller richt zich specifiek op de financiële verantwoording van de Uitvoeringprogramma’s (UP’s) 2024 en het opstellen van de UP’s 2025. Daarnaast houdt de Business Controller zich bezig met het uitwerken van de financiële gevolgen van het transitieplan.
6.4 ICT
Sinds 1 januari is de Omgevingswet succesvol geïntegreerd in ons zaaksysteem. Dankzij een grondige voorbereiding zijn er nauwelijks problemen opgetreden. Tegelijkertijd is op dezelfde datum ons nieuwe bedrijfsinformatiesysteem, AFAS, in gebruik genomen.
Momenteel werken we aan de verdere ontwikkeling om ervoor te zorgen dat alle modules naadloos op elkaar aansluiten. Deze transitie zorgt ervoor dat financiële en personele processen op een consistente manier worden uitgevoerd. Dit draagt bij aan een correcte verantwoording van onze werkzaamheden. Daarnaast worden de dashboards (digitale stuurinformatie) vernieuwd om accurate en relevante data weer te geven.
6.5 Huisvesting
We hebben geïnvesteerd om onze werkomgeving te verbeteren en aantrekkelijker te maken. Deze investeringen worden dit jaar uitgevoerd binnen het bestaande investeringsplan. Voor meer details verwijzen wij naar hoofdstuk 9: Voorgenomen investeringen.
Om een aantrekkelijke kantooromgeving te realiseren, en hybride werken te ondersteunen, richten we ons op verschillende thema’s. Voorbeelden hiervan zijn vitaliteit, samenwerking, het binden en boeien van medewerkers en het bevorderen van verbinding.
Vlak voor de zomer hebben we, in samenwerking met de gemeente Hoorn, onderzoek laten uitvoeren naar de klimaatbeheersing van ons gebouw. De uitslag en de daaruit voortvloeiende beheersmaatregelen, zullen in het laatste tertaal van 2024 bekend worden
Voor 2024 hebben we de volgende investeringen gepland en deels afgerond:
• Gedeeltelijke vervanging van vergader- en bureaustoelen
• Herinrichting van overlegkamers op de begane grond en een grote vergaderruimte op de eerste verdieping
• Voorzieningen laadplein
• Plaatsen nieuwe keukens
7 PROGNOSE MUTATIES RESERVES
Hierbij lichten wij de verwachte mutatie reserves 2024 aan u toe.
Tabel 6: verloop reserves
Reserves | 1-1-2024 | voorstel bestemming resultaat | verwachte onttrekking 2024 | 31-12-2024 |
Algemene Reserve | 339 | 67 | - | 406 |
Bestemmingsreserve impulsbudget cultuur-mens. | 166 | - | 18 | 148 |
Bestemmingsreserve Masterplan ICT | 1.178 | - | 763 | 416 |
Bestemmingsreserve VTH plus | 362 | 699 | - | 1.061 |
Bestemmingsreserve CAO | - | 976 | 976 | - |
Bestemmingsreserve verstevigen bedrijfsvoering Milieu | 248 | - | 215 | 33 |
Bestemmingsreserve verstevigen bedrijfsvoering VTH-Plus | 152 | - | 109 | 43 |
Totaal | 2.446 | 1.742 | 2.080 | 2.108 |
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000.
7.1 Toelichting reserves
Bestemming rekeningresultaat 2023
Het voorstel bestemming resultaat komt voort uit het jaarrekeningresultaat 2023.
Impuls cultuur-mens
De reserve ‘Impuls cultuur & mensontwikkeling’ wenden we voor het grootste gedeelte aan voor een leiderschapstrajecten in 2025.
Masterplan ICT
Op basis van eerdere afspraken, wordt de dekking voor incidentele projectkosten voor ICT gedekt uit de reserve Masterplan ICT. In 2024 wordt hier een bedrag van €763.000 onttrokken.
De reserve Materplan ICT wordt in 2024 aangewend voor incidentele uitgaven voor ICT. In 2024 gaat het om de volgende projecten:
• Doorontwikkeling werkplek ICT, gebruik Teams en Sharepoint
• Aanbesteding DMS
• Inrichting Informatiebeleid
• Doorontwikkeling OpenWave
• Inhuur ontwikkeling dashboards
• Inhuur informatie-architect
• Doorontwikkeling AFAS
VTH Plus
In de tweede bestuursrapportage is geen onttrekking van de reserve VTH-Plus voorzien. Dit is een
daling van €295.000 ten opzichte van de eerste bestuursrapportage.
Aangezien er op dit moment nog voldoende financiële middelen 2024 binnen de reguliere begroting beschikbaar zijn, is het niet noodzakelijk om de reserve aan te spreken.
CAO
Aan de reserve CAO wordt een bedrag van €976.000 onttrokken, zoals besloten in de resultaatbestemming van het rekeningresultaat 2023.
Verstevigingen Bedrijfsvoering Milieu
Voor het versterken van de bedrijfsvoering, is €215.000 onttrokken aan de reserve ‘Verstevigen bedrijfsvoering Milieu’
Verstevigingen Bedrijfsvoering VTH
Voor het versterken van de bedrijfsvoering is €109.000 onttrokken aan de reserve ‘Verstevigen
bedrijfsvoering VTH-Plustaken’.
8 OVERZICHT VOORGENOMEN INVESTERINGEN
De investeringen worden afgeschreven vanaf het jaar na investeren.
Binnen het project Duurzame Mobiliteit hebben we in het eerste tertaal van 2024 laadpalen voor
elektrische auto’s op het terrein van onze organisatie geïnstalleerd.
Tabel 7: overzicht voorgenomen investeringen
Alle genoemde bedragen zijn * € 1.000.
9 RISICOPARAGRAAF
Onze organisatie is omgeven met interne en externe onzekerheden die de realisatie van onze doelstellingen in gevaar kunnen brengen. We zijn in control als we deze onzekerheden onderkennen en maatregelen nemen zodat de organisatie voorspelbaar wordt.
Naar aanleiding van aanbeveling van de accountant hebben we invulling gegeven aan het stelsel
van ‘3 Lines of Defence’ waardoor er een cyclus is vormgegeven om risico’s te beheersen. Risicomanagement is een continu proces binnen onze organisatie. Het management heeft een risico-inventarisatie uitgevoerd als onderdeel van het controlplan voor de Concerncontroller/VIC. In 2024 heeft de OD gewerkt aan de gekwalificeerde risico's.
Hierbij informeren wij u over de voortgang van deze risico’s genoemd in de begroting 2024, en de eventuele bijstelling hierop.
1. Claims
Claims kunnen ontstaan door verwijtbaar handelen. Onderliggende oorzaken zijn bijvoorbeeld verkorting van de proceduretijd in het kader van de Omgevingswet, het stijgende aantal Woo- en handhavingsverzoeken en claims (niet de boetes, zoals opgenomen bij 2) n.a.v. datalekken.
In 2024 liep er één beroepsprocedure. Deze procedure is in het eerste tertaal bij de rechtbank behandeld. Het beroep was, volgens de verwachting, gegrond. Hierdoor moest een omvangrijke herstelactie worden uitgevoerd. Er is geen bijstelling van het huidige risico.
2. Datalekken
Risicoanalyse en beheersmaatregelen zijn gebaseerd op aanbeveling van de interne CISO/PO- functionaris. Er zijn geen significante risico’s met betrekking tot geconstateerde datalekken geconstateerd. Er is geen bijstelling van het huidige risico.
3. Aanbestedingsrisico’s
De komende periodes zijn er diverse Europese aanbestedingen. Aanbesteden biedt in beginsel optimale mogelijkheden om de beste prijs-kwaliteitverhouding te behalen. Het aanbesteden brengt echter ook financiële- en rechtmatigheidsrisico’s met zich mee. Het inkoop en aanbestedingsbeleid is hierop aangescherpt. Er is geen bijstelling van het huidige risico.
4. Projecten ten laste van het rekeningresultaat
In de financiële uitgangspunten gemeenschappelijke regelingen (FUGR) staat vermeld dat begrotingswijzigingen (tussentijdse vraag om extra financiële middelen) niet wenselijk zijn.
Afwijkingen, nadelig en voordelig, ten opzichte van de begroting worden daarom vermeld in de bestuursrapportages en vastgesteld door het Algemeen Bestuur. Er zijn in 2024 geen projecten die ten laste komen van het rekeningresultaat. Er is geen bijstelling van het huidige risico.
5. Implementatie Omgevingswet
Sinds 2024 werkt onze organisatie volgens de Omgevingswet. Hierdoor zijn de procedures, de kaders waaraan vergunningaanvragen worden getoetst en de regels waarop wordt toegezien anders dan in 2023. De medewerkers moeten zich de nieuwe procedures en werkwijzen eigen maken. Dit kost inwerktijd. Dit kan ertoe leiden dat voor het uitvoeren van de bepaalde werkzaamheden tijdelijk meer uren nodig zijn. Dit risico is tot op heden niet gebleken. Geen bijstelling van huidig risico.
Aanvullend geanalyseerde risico's 2024 Frauderisico
Vanuit de interne beheersingsmaatregelen is geconstateerd dat onze organisatie kan verbeteren op interne risico's binnen de salarisadministratie. De beheersmaatregelen worden in 2024 vormgegeven.