CONVENANT
CONVENANT
KEMPEN INTERVENTIE TEAM 2021 - 2026
XXXXXXXXX XXXXXX INTERVENTIE TEAM 2021-2026
• De gemeente Best, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, X.X.X.X. Xxxxxx, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Best;
• De gemeente Bergeijk, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, X. Xxxxxxxxxx, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Bergeijk;
• De gemeente Bladel, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, R.P.G. Bosma, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Bladel;
• De gemeente Eersel, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, W.A.C.M. Xxxxxxx, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Eersel;
• De gemeente Oirschot, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, J.C.R. Keijzers, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Oirschot;
• De gemeente Xxxxxx-Xx Xxxxxxx, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, X.X.X.X. xxx xx Xxx, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Reusel-de Mierden;
• De gemeente Veldhoven, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, M.J.A. Delhez, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Veldhoven;
• De gemeente Waalre, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, A.J.W. Xxxxxxxxxx, handelend ter uitvoering van een besluit van burgemeester en wethouders van gemeente Waalre;
• Politie-Eenheid Oost-Brabant, basisteam de Kempen, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door teamchef, X. xx Xxxxx;
• Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door het sectorhoofd van de sector Risico- en Crisisbeheersing, xxxxxxx X. xx Xxx, voor zover het betreft de wettelijke taken en de gemeenschappelijke taken die door de gemeenten zijn overgedragen aan de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost;
• Omgevingsdienst Zuidoost Brabant ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de directeur, xxxxxxx X. xxx Xxxx, voor zover het betreft de wettelijke taken en de gemeenschappelijke taken die door de gemeenten zijn overgedragen aan de Omgevingsdienst;
Gezamenlijk aan te duiden als: 'convenantpartners'
Nemen in aanmerking dat:
1. Binnen de gemeenten van basisteam de Kempen er plaatsen zijn waar complexe handhavingsproblematiek aan de orde is;
2. Convenantpartners verschillende handhavende overheidstaken hebben. Samenwerking in het uitoefenen van het toezicht meerwaarde oplevert in vergelijking met een individuele aanpak van elke convenantpartner en daarom de effectiviteit van deze controles in hoge mate bevordert;
3. Binnen de Kempengemeenten het Kempen Interventie Team (KIT) gewenst is.
4. Er reeds succesvol is gewerkt met een Kempen Interventie Team onder regie van de VNG en onder het LSI-convenant op het gebied van huisvesting van arbeidsmigranten.
5. De succesvolle aanpak van het bestuurlijk KIT binnen Peelland als maatstaf dient voor de Kempen.
6. Op basis van de ontwikkelde manier van samenwerking tussen de partners binnen basisteam Peelland de aanpak succesvol en effectief is gebleken;
7. Binnen de Kempen behoefte is aan een structurele samenwerking op het gebied van openbare orde en veiligheid en toezicht & handhaving;
8. Het KIT vanuit één coördinatiepunt gezamenlijk en integraal, probleempanden en -subjecten aanpakt die de aandacht vragen van verschillende handhavende instanties;
9. Onderlinge informatie-uitwisseling nodig is voor dit samenwerkingsverband;
10. Voor zover er persoonsgegevens worden uitgewisseld, dit alleen gebeurt als daarvoor een rechtmatige grondslag bestaat en met inachtneming van de geldende privacyregelgeving. Dit convenant geeft daarvoor de basis;
KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN:
DEEL I DE SAMENWERKING
Artikel 1 Doelstelling
Convenantpartners werken samen in het Kempen Interventie Team (KIT) om te komen tot:
a) het integraal uitoefenen van toezicht op en handhaving van wetten en lokale regelgeving, het voorkomen en signaleren van strafbare feiten en het handhaven van de openbare orde en veiligheid, ieder op basis van eigen toegekende wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
b) de handhaving en het toezicht te richten op signalen in de openbare ruimte of in het private domein binnen het basisteam de Kempen welke bestuursrechtelijk en/of strafrechtelijk in strijd zijn met de geldende wet- en regelgeving;
c) een door ¾ van de partners gedragen keuze van de aan te pakken kwesties in het gehele gebied van het basisteam de Kempen;
d) een eenduidig en professioneel overheidsoptreden bij complexe handhavings-, overlast- en/of ondermijningsproblematiek dat vertrouwen geeft in de overheid;
e) het benutten en bevorderen van elkaars netwerk, ervaring en expertise;
f) het sneller herkennen van signalen, genoemd onder artikel 1, lid b, en samenwerkingspartners beter weten te vinden. Tevens wordt de frequentie van bestuurlijke controles van panden en/of subjecten beter afgestemd en kunnen alle partners ter plekke de benodigde informatie vergaren.
Artikel 2 Werkwijze
1. ledere convenantpartner verplicht zich ertoe een gekwalificeerde medewerker te laten deelnemen aan het KIT. Dit is zoveel mogelijk een vaste deelnemer, gelet op de continuïteit en de noodzakelijke samenwerking binnen het team. Deze medewerker heeft vanuit de eigen organisatie mandaat gekregen om zelfstandig werkafspraken (zie derde lid) te kunnen maken.
2. De ondergetekende zullen zich houden aan de geldende privacy bepalingen zoals opgetekend in de AVG en U-AVG, respectievelijk de Wpg en Bpg.
3. Het KIT wordt aangestuurd door een teamleider die in dienst is, of wordt genomen, van de gemeente Veldhoven. De teamleider wordt door de overige gemeentelijke convenantpartners benoemd tot onbezoldigd gemeenteambtenaar en tevens aangewezen als integraal toezichthouder.
4. Tijdens het integrale overleg van het KIT van de deelnemende partners worden concrete werkafspraken gemaakt over de uitvoering van de afgesproken integrale handhavingsactiviteiten en/of toepassing van overheidsregelingen. Ook kunnen werkafspraken worden gemaakt over de uitvoering van activiteiten die voortvloeien uit de individuele doelstellingen van convenantpartners.
5. Convenantpartners verplichten zich ten behoeve van de gezamenlijke doelstelling om alle uit de aanpak voor hun organisatie voortvloeiende werkzaamheden die voor een integrale aanpak noodzakelijk zijn, te verrichten. ledere partner blijft verantwoordelijk voor het werk op basis van de eigen bevoegdheden.
6. De casussen worden opgepakt in afstemming met de burgemeester(s) van de gemeente(n) waar deze casussen zich voordoen. Prioritering wordt, indien noodzakelijk, afgestemd tussen de burgemeester van de deelnemende gemeenten onderling en politie onder regie van de teamleider KIT.
7. Als vanuit een lopende ondermijningscasus binnen het Ambtelijk Vooroverleg Ondermijning de Kempen (AVO) een integrale controle gewenst is, kan het KIT hiervoor gevraagd worden.
8. De bestuurlijke verantwoordelijkheid voor het functioneren van het KIT bij de aanpak van een casus berust bij de burgemeester van de gemeente waar de betreffende casus speelt. Als een casus speelt in meer dan een gemeente, geldt dit voor alle betrokken burgemeesters voor zover het gaat om de aanpak op het grondgebied van hun gemeente. Daarnaast is iedere convenantpartner verantwoordelijk voor het eigen werk.
Artikel 3 Financiën
1. Convenantpartners dragen ieder zelf de kosten die de samenwerking, de informatie-uitwisseling en de uitvoering met zich meebrengen. Voor wat betreft kosten ontstaan uit schadevergoeding wordt verwezen naar art. 8 van dit convenant.
2. Tenzij anders wordt overeengekomen zijn convenantpartners voor de uitvoering van deze overeenkomst geen vergoeding aan elkaar verschuldigd.
3. De kosten van de teamleider, administratieve ondersteuning en facilitaire kosten worden gezamenlijk gedragen door de gemeenten.
4. Voor de als gevolg van de werkzaamheden op grond van dit convenant gegenereerde opbrengsten geldt dat deze hun normale, door de wetgever beoogde bestemming volgen.
5. Convenantpartners dragen zorg voor professionaliteitsbevordering van de medewerkers die zij afvaardigen in het KIT. De kosten van noodzakelijke opleiding inclusief bijkomende kosten komen voor rekening van de convenantpartner waar de werknemer in dienst is.
Artikel 4 Resultaatmeting, evaluatie, bewaking en voortgangsrapportage
1. Convenantpartners zijn ieder zelf verantwoordelijk voor de resultaatmeting, bewaking en beheersing van hun eigen activiteiten in het kader van het convenant, die deel uitmaken van de reguliere evaluaties van hun organisaties.
2. Onder leiding van de teamleider vindt jaarlijks een evaluatie plaats. Ook maakt de teamleider jaarlijks een rapportage (verslag en verantwoording) voor de partners over de resultaten in relatie tot de doelstellingen.
3. Convenantpartners verplichten zich ertoe elkaar in kennis te stellen van de voortgang van de uit het KIT voortvloeiende acties en processen. Deze afstemming vindt plaats in het reguliere KIT overleg van alle deelnemende partners.
4. Naar aanleiding van het verslag en de verantwoording kan het convenant met instemming van alle convenantpartners worden gewijzigd of geactualiseerd indien noodzakelijk.
Artikel 5 Informatie-uitwisseling
1. Convenantpartners verplichten zich over en weer met inachtneming van de wettelijke bepalingen die informatie te verstrekken die nodig is om de samenwerking effectief en efficiënt te laten verlopen.
2. Informatie-uitwisseling vindt plaats binnen de geldende wettelijke kaders en aanwending van deze gegevens vindt uitsluitend plaats ten behoeve van een goede vervulling van de publieke taak of wettelijke verplichting van convenantpartners.
3. Convenantpartners houden zich bovendien aan de hieronder in deel 2 opgenomen artikelen 17 tot en met 25 over de wijze van verstrekking van informatie.
Artikel 6 Geheimhouding/privacy
1. Convenantpartners zijn verplicht tot geheimhouding van de in het kader van dit convenant verwerkte gegevens, tenzij uit hun taak, op grond van de wet of uit dit convenant de noodzaak tot mededeling voortvloeit of enig ander wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht.
2. De convenantpartners verbinden zich ten opzichte van elkaar om informatie die zij hebben ontvangen niet zonder uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van de verstrekkende deelnemende partij door te verstrekken aan anderen dan de deelnemende partijen.
3. Verwerking van persoonsgegevens vindt uitsluitend plaats binnen de verstrekkingenregimes van de onderscheidene privacywetgevingen, waarbij de geheimhouding is geregeld respectievelijk in de AVG (voor anderen dan politie) en de Wet politiegegevens (politie).
4. Eenieder die betrokken is bij de uitvoering van het convenant en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit convenant voortvloeit.
5. lndien een ontvanger van gegevens van bovenstaande afwijkt, kunnen de overige convenantpartners gezamenlijk maatregelen treffen die leiden tot het opschorten en uiteindelijk opzeggen van de samenwerking.
6. Als na verstrekking blijkt dat (politie)gegevens onjuist of onvolledig zijn, draagt de verstrekkende partij zorg, dat de ontvangende partijen op de hoogte worden gebracht van correcties en/of aanvullingen.
Artikel 7 Veiligheidsaspecten
1. Bij het beletten en/of belemmeren van ambtshandelingen, het plegen van wederspannigheid en/of bij strafbare feiten tegen de persoonlijke integriteit van één of meer medewerkers van een convenantpartner die werkzaamheden verricht op grond van dit convenant wordt aangifte gedaan en neemt de politie deze zaak met voorrang in behandeling.
2. Medewerkers van een convenantpartner die met genoemde belemmeringen of strafbare feiten worden geconfronteerd worden door hun organisatie aangespoord tot het doen van aangifte bij de politie. De medewerkers kunnen domicilie kiezen bij hun eigen organisatie.
3. Convenantpartners en hun medewerkers volgen daarnaast de afspraken zoals opgenomen in de eigen (lokale of landelijke) agressie- en geweldsprotocollen tegen overheidsdienaren.
Artikel 8 Aansprakelijkheid
1. Convenantpartners sluiten aansprakelijkheid tegenover elkaar voor schade op grond van deze overeenkomst uit, tenzij er sprake is van opzet, grove schuld of grove nalatigheid.
2. Convenantpartners zijn volledig aansprakelijk voor eigen medewerkers die tijdens of in verband met de werkzaamheden van het KIT direct of indirect schade leiden, dan wel slachtoffer worden van een strafbaar feit, tenzij hierover schriftelijk andere afspraken zijn gemaakt;
3. Aansprakelijkheid van door derden geleden schade die veroorzaakt wordt door het handelen van medewerkers gedurende of in verband met een activiteit van het KIT wordt gedragen door de convenantpartner waar de medewerker in dienst is. Mocht de aansprakelijkheid niet eenduidig herleidbaar zijn dan wordt in onderling overleg tussen de convenantpartners het vervolg met betrekking tot de aansprakelijkheid bepaald.
Artikel 9 Signaleren van belemmeringen
Wanneer naar de mening van convenantpartners wettelijke kaders de samenwerking en/of de informatieverstrekking in de weg staan, leggen zij dit voor aan de betrokken organisaties.
Artikel 10 Communicatie
1. De externe communicatie geschiedt door de teamleider KIT in samenspraak met de burgemeester van de betreffende gemeente(n). Andere convenantpartners zullen geen openbare publicaties of op enig andere manier dan ook externe melding maken van op grond van dit convenant verrichte werkzaamheden, activiteiten en/of behaalde resultaten, tenzij daartoe verplicht op grond van wettelijke bepalingen zoals de Wet openbaarheid van bestuur en inzageverzoeken. Waar nodig vindt dit in afstemming met de afdeling communicatie van de politie plaats.
2. In specifieke casuïstiek kan hier in overleg met de teamleider KIT en de betreffende burgemeester van worden afgeweken.
Artikel 11 Toetreding
1. Dit convenant staat open voor toetreding door andere overheidsinstellingen die gelijke doelstellingen nastreven als de convenantpartners. Een nieuwe partner kan door het indienen van een aanvraag bij de teamleider KIT toestemming vragen om toe te treden tot dit convenant. De nieuwe partner zal worden gevraagd een DPIA uit te voeren op het werkproces van dit convenant. om aan te tonen dat zij binnen dit samenwerkingsverband normen zal hanteren voor gegevensuitwisseling die overeenkomen met de normen van dit convenant. Na goedkeuring van alle convenantpartners kan de nieuwe partner toetreden via ondertekening van een bijlage bij het convenant.
Artikel 12 Wijziging
Tussentijdse wijzigingen of aanvullingen van dit convenant dienen door 3/4 van de convenantpartners schriftelijk te worden bekrachtigd.
Artikel 13 Inwerkingtreding, opzegging, beëindiging en voortdurende verplichtingen
1. Dit convenant treedt in werking op de datum van ondertekening en wordt aangegaan voor de duur van vijf jaren. Er zal een jaarlijkse evaluatie plaatsvinden waarbij in ieder geval wordt gekeken naar de toepassing en bewaking van de uitvoering van het convenant.
2. Beëindiging van deelname door een convenantpartner gebeurt via aangetekend schrijven aan alle convenantpartners met een opzegtermijn van 2 maanden;
3. Dit convenant kan met instemming van alle convenantpartners op ieder moment ontbonden worden;
4. Verplichtingen die naar hun aard bestemd zijn om ook na ontbinding van het convenant voort te duren, blijven na ontbinding van dit convenant bestaan. Tot deze verplichtingen behoort onder meer de afspraak over geheimhouding.
Artikel 14 Geschillen
1. Convenantpartners proberen bij geschillen tot een voor iedere partij aanvaardbare oplossing te komen.
2. Indien geen eigen oplossing wordt bereikt, zijn convenantpartners bevoegd het geschil voor te leggen aan de daartoe bevoegde rechter binnen het arrondissement Oost-Brabant.
Artikel 15 Toepasselijk recht en titel en inzage
1. Op dit convenant is Nederlands recht van toepassing.
2. Dit convenant kan worden aangehaald als "Convenant Kempen Interventie Team 2021-2026".
3. Dit convenant ligt voor eenieder ter inzage bij de gemeente Veldhoven als de gezamenlijk verantwoordelijke als genoemd in artikel 20 van dit convenant. De teamleider van het KIT verzorgt de inzage.
DEEL II DE PRIVACY
Artikel 16 Begripsbepalingen
1. Teamleider KIT: verantwoordelijk voor de aansturing en in dienst van een (van de) gemeente(n) en door de andere gemeenten benoemd tot onbezoldigd Gemeenteambtenaar.
2. Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.
3. Verwerking van persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens.
4. Politiegegeven: elk persoonsgegeven dat in het kader van de uitoefening van de politietaak wordt verwerkt.
5. Dossier: elk gestructureerd geheel van persoonsgegevens, ongeacht of dit geheel van gegevens gecentraliseerd of verspreid is op een functioneel of geografisch bepaalde wijze, dat volgens bepaalde criteria toegankelijk is en betrekking heeft op verschillende personen.
6. Verantwoordelijke: de natuurlijke persoon, rechtspersoon of het bestuursorgaan dat, alleen of samen met anderen, het doel van en de middelen voor de verwerking van persoonsgegevens vaststelt.
7. Betrokkene: degene op wie een persoonsgegeven betrekking heeft;
8. Verstrekken van persoonsgegevens: het bekend maken of ter beschikking stellen van persoonsgegevens.
9. Uitwisselen van persoonsgegevens: het over en weer verstrekken van persoonsgegevens tussen partijen onderling.
10. AP: Autoriteit Persoonsgegevens; de toezichthouder persoonsgegevens. Zij is ingesteld om toezicht te houden op de naleving van de wettelijke regels voor bescherming van persoonsgegevens. De AP ziet in dat kader ook toe op de doorwerking van de gestelde normen in de praktijk.
10. AVG: Algemene Verordening Gegevensbescherming
11. Wpg: Wet politiegegevens
12. Actiegegevens: de geconstateerde overtreding en de actie die daaruit voortvloeit
Artikel 17 Geheimhoudingsplicht
1. Voor zover convenantpartners daartoe wettelijk al niet verplicht zijn, leggen zij, aan hun deelnemers en andere medewerkers, de plicht tot geheimhouding op. Deze plicht strekt tot geheimhouding van persoonsgegevens waarvan de medewerkers kennisnemen, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht of uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.
2. Indien de verwerker op grond van een wettelijke verplichting gegevens dient te verstrekken, zal de verwerker de grondslag en de identiteit van de verzoeker verifiëren en zal de verwerker de verwerkingsverantwoordelijke onmiddellijk, voorafgaand aan de verstrekking, ter zake informeren, tenzij wettelijke bepalingen dit verbieden.
3. Op verstrekte politiegegevens blijft de geheimhoudingsplicht uit artikel 7 lid 2 Wpg van toepassing. Doorverstrekking van persoonsgegevens vindt alleen plaats onder gelijkluidende geheimhouding en beveiligingsvoorwaarden welke bij verstrekking overeengekomen zijn. Dit geldt, conform artikel 23, lid 1 onder d AVG, ook voor de uitoefening van de rechten van betrokkenen onder de AVG.
Artikel 18 Doel en grondslag van de verwerking van persoonsgegevens
1. Het doel waarvoor de persoonsgegevens worden verzameld is het uitwisselen van persoonsgegevens om de in artikel 1 genoemde doelstelling van het convenant te bereiken.
2. De politie verwerkt politiegegevens voor zover die verwerking noodzakelijk is voor de invulling van de politietaak, zoals neergelegd in artikel 3 Politiewet 2012. De grondslag voor verwerking van politiegegevens is gelegen in de Wpg. De grondslag voor structurele verstrekking van artikel 8- en artikel 13 politiegegevens, aan convenantpartners in het samenwerkingsverband is gelegen in artikel 20 Wpg.
3. De burgemeester verwerkt en verstrekt persoonsgegevens voor zover dit noodzakelijk is om te voldoen aan de wettelijke verplichting op grond van artikel 6, lid 1 onder c AVG, of voor de vervulling van een taak van algemeen belang of van een taak in het kader van uitoefening van het openbaar gezag dat aan hem is opgedragen op grond van artikel 6, lid 1 onder e AVG.
4. Het college van B&W verwerkt en verstrekt persoonsgegevens, voor zover dit noodzakelijk is om te voldoen aan de wettelijke verplichting op grond van artikel 6, lid 1 onder c AVG, of voor de vervulling van een taak van algemeen belang of van een taak in het kader van uitoefening van het openbaar gezag dat aan hem is opgedragen op grond van artikel 6, lid 1 onder e AVG.
5. De doeleinden uit artikel 1 dragen bij aan:
a. Het voorkomen en opsporen van strafbare feiten, en/of;
b. Het handhaven van de openbare orde, en/of;
c. Het uitoefenen van toezicht op het naleven van wet- en regelgeving. Dit wordt gezien als een algemeen zwaarwegend belang.
Artikel 19 Gegevensuitwisseling
1. De verstrekking aan en uitwisseling van persoonsgegevens door partijen vindt plaats met inachtneming van de voor iedere deelnemer toepasselijke wettelijke regelingen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het convenant.
2. De Politie-eenheid Oost-Brabant kan de navolgende politiegegevens aan de gemeenten verstrekken :
a. NAW-gegevens
b. geboortedatum en -plaats
c. aard en omvang van de (vermeende) niet-naleving van regelgeving
3. De gemeenten kunnen de volgende gegevens verstrekken:
a. NAW-gegevens
b. BSN
c. geboortedatum en -plaats
d. aard en omvang van de (vermeende) niet-naleving van regelgeving
4. De Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost kan de volgende gegevens verstrekken:
a. NAW-gegevens
b. aard en omvang van de (vermeende) niet-naleving van regelgeving
5. Het verstrekken van gegevens geschiedt mondeling, schriftelijk, via een beveiligde mailverbinding of beveiligde internetomgeving.
6. Naar aanleiding van het KIT-overleg worden persoonsgegevens schriftelijk vastgelegd in de vorm van werkafspraken per adres/pand. Hierbij worden uitsluitend de volgende gegevens van de betrokkenen vastgelegd en verwerkt:
a. telefoonnummer
b. geboortedatum
c. BSN voor zover dit is toegelaten op grond van de wet
d. kentekens
e. (anonieme) meldingen over overlastgegevens pand, bedrijf, niet zijnde persoonsgegevens
f. actiegegevens;
g. gegevens over door partijen gemaakte werkafspraken ter uitvoering van de in artikel 1 genoemde doelstellingen maar niet zijnde inhoudelijke of persoonsgegevens
7. De gegevens worden opgenomen in gezamenlijke werkafspraken en worden verder opgeslagen in dossiers of geautomatiseerde systemen van iedere convenantpartner afzonderlijk.
8. Partijen verwerken de persoonsgegevens van de betrokkene uitsluitend voor zover dat noodzakelijk is voor het doel als bedoeld in artikel 1 en in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke regelingen, waaronder in ieder geval begrepen de geheimhoudingsplichten die voor partijen gelden.
9. Partijen kunnen de uitgewisselde persoonsgegevens van de betrokkene verder verwerken, uitsluitend voor zover die verwerking verenigbaar is met het doel als bedoeld in artikel 3 en voor zover noodzakelijk voor de goede uitoefening van de taak van de desbetreffende partij.
10. De persoonsgegevens kunnen verder geanonimiseerd gebruikt worden voor beschrijvende evaluatieve- en onderzoeksdoeleinden inzake het integraal optreden.
11. Verwerkingen dienen regelmatig ter controle aangeboden te worden aan de vooraf aangewezen privacy vertegenwoordiger of Functionaris Gegevensbescherming van een van de convenantpartners.
Artikel 20 Verantwoordelijke
Er is sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Aan de verwerkingen nemen verschillende organisaties deel. De deelnemende organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor de door hen aangeleverde gegevens.
De gemeente Veldhoven is de gemeenschappelijke verantwoordelijke voor het KIT.
De deelnemende organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het opnemen van het KIT als ontvanger van gegevens in hun meldingen bij de AP.
Artikel 21 Meldplicht datalekken en beveiligingsincidenten
1. De convenantpartners verplichten zich ten opzichte van elkaar om passende technische en organisatorische maatregelen te treffen ter beveiliging van de gegevens tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking, en om de informatie strikt vertrouwelijk en met gepaste geheimhouding te behandelen.
2. Partijen zien erop toe dat slechts medewerkers die gerechtigd zijn om de dossiers in te zien en ermee te werken, daartoe worden geautoriseerd/gemachtigd voor zover dit noodzakelijk is voor de taak die zij uitvoeren.
3. Partijen houden procedures in stand die erop gericht zijn om inbreuken in de beveiligingsmaatregelen voor de persoonsgegevens redelijkerwijs te detecteren en daarop actie te ondernemen, daaronder begrepen maatregelen tot herstel.
4. Partijen stellen onverwijld, maar uiterlijk binnen 24 uur na kennisneming, de verwerkingsverantwoordelijke(n) op de hoogte van een inbreuk op de beveiliging waarbij sprake is van (een aanzienlijke kans op) ernstige nadelige gevolgen voor de bescherming van persoonsgegevens.
5. De kennisgeving omvat in ieder geval:
a. de aard en omvang van de inbreuk;
b. de contactgegevens van de persoon bij wie meer informatie over de inbreuk kan worden verkregen;
c. de maatregelen die kunnen worden genomen om de gevolgen van de inbreuk te voorkomen of beperken;
d. de mogelijke gevolgen en risico’s van de inbreuk op de bescherming van
persoonsgegevens voor de betrokkene;
e. de maatregelen die partij zelf reeds heeft genomen of zal nemen om de bescherming van persoonsgegevens te herstellen.
6. Kennisgeving van de inbreuk aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) door de partijen gebeurt zonder onredelijke vertraging maar in ieder geval binnen 72 uur na ontdekking en geschiedt door de verwerkingsverantwoordelijke, volgens de daartoe door de AP-beschikking gestelde procedure.
De kennisgeving aan de AP omvat minimaal:
a. de aard van de inbreuk;
b. een omschrijving van de categorieën betrokkenen van wie persoonsgegevens zijn betrokken bij de inbreuk;
c. de categorieën persoonsgegevens;
d. of de persoonsgegevens zijn versleuteld, geanonimiseerd, of anderszins onbegrijpelijk zijn gemaakt;
e. de aanbevolen maatregelen om de negatieve gevolgen van de inbreuk te beperken;
f. de geconstateerde en de vermoedelijke gevolgen van de inbreuk voor de verwerking van de persoonsgegevens en de maatregelen die partij heeft getroffen of voorstelt te treffen om deze gevolgen te verhelpen.
7. Wanneer een inbreuk als bedoeld onder lid 4 (een aanzienlijke) kans op ernstige nadelige gevolgen heeft voor de betrokkene, wordt deze over de inbreuk geïnformeerd. De verwerkingsverantwoordelijke informeert de betrokkene over de inbreuk. De beslissing tot melding aan de betrokkene wordt eveneens door de betreffende verwerkingsverantwoordelijke(n) genomen.
8. Kennisgeving van de inbreuk aan betrokkene zoals bedoeld onder lid 6 is niet vereist indien:
a. passende technische en organisatorische maatregelen zijn genomen die de bescherming van persoonsgegevens ook na de inbreuk garanderen;
b. achteraf genomen maatregelen de waarschijnlijkheid op een hoog privacy risico hebben weggenomen of;
c. wanneer mededeling aan betrokkene een onevenredig inspanning zou vragen.
9. Partijen verlenen elkaar de medewerking die redelijkerwijs van elkaar mag worden verwacht die benodigd is om aan de op partijen rustende verplichtingen te voldoen, mede met het oog op een eventueel onderzoek door de toezichthouder.
10. Partijen houden een overzicht bij van iedere inbreuk die leidt tot de aanzienlijke kans op ernstige nadelige gevolgen dan wel ernstige nadelige gevolgen heeft voor de bescherming van de persoonsgegevens. Het overzicht bevat in ieder geval feiten en gegevens omtrent de aard van de inbreuk, de gevolgen daarvan en de genomen corrigerende maatregelen, alsmede de tekst van de kennisgeving aan de betrokkene.
Artikel 22 Rechten van de betrokkene
1. De betrokkene kan bij een convenantpartner verzoeken:
a. informatie te verschaffen over de verwerking van zijn of haar persoonsgegevens;
b. inzage te geven in zijn of haar vastgelegde persoonsgegevens;
c. zijn of haar, vastgelegde persoonsgegevens te corrigeren, dat wil zeggen verbeteren, aanvullen, verwijderen en/of afschermen;
d. de verwerking van zijn of haar persoonsgegevens te staken (recht van verzet) of te beperken.
2. De wijze waarop de betrokkene deze rechten kan uitoefenen is beschreven in hoofdstuk III van de AVG en in artikel 25 tot en met 28 van de Wpg en worden dienovereenkomstig nagekomen.
3. lndien de betrokkene de leeftijd van 16 jaar nog niet heeft bereikt dan wel onder curatele is gesteld, komen de rechten, als bedoeld in het eerste lid, toe aan de wettelijk vertegenwoordiger.
4. lndien de betrokkene xxxxxx vraagt in eigen dossiers of werkdossiers van afzonderlijke partijen dan wel een correctieverzoek indient voor in deze dossiers opgenomen gegevens, wordt dit verzoek doorgezonden aan de betreffende convenantpartner. ledere partij dient op basis van zijn eigen privacy regime dit verzoek tijdig te behandelen en daarover te rapporteren aan de teamleider van het KIT.
Artikel 23 Bewaren en verwijderen van opgenomen persoonsgegevens
1. De persoonsgegevens worden niet langer bewaard dan noodzakelijk is voor het doel of de doeleinden en worden maximaal vijf jaren bewaard na afsluiten van het geconstateerde probleem of knelpunt door de partijen die onder de AVG vallen. De termijnen van de Archiefwet worden in acht genomen.
2. De persoonsgegevens kunnen uitsluitend voor statistische of wetenschappelijke doeleinden langer worden bewaard in niet tot de betrokkene herleidbare vorm.
Artikel 24 Informatieplicht
1. De verantwoordelijke is verplicht de betrokkene te informeren over de verwerking van zijn persoonsgegevens conform het bepaalde in artikel 13 en 14 van de AVG. lndien de persoonsgegevens niet rechtstreeks van de betrokkene worden ontvangen dan informeert de gezamenlijke verantwoordelíjke betrokkene op het moment van het voor gezamenlijk gebruiken van de gegevens.
2. lndien het risico aanwezig is dat een onderzochte persoon de mededeling zal aangrijpen om maatregelen te nemen om waarheidsvinding te belemmeren wordt de onderzochte persoon in afwijking van lid 1 op de hoogte gesteld van het uitgevoerde onderzoek zodra dit in het kader van het onderzoek verantwoord is. Hierbij wordt verwezen naar artikel 14 AVG jo. Artikel 41 UAVG.
Bijlagen
1. Beslissing tot structurele verstrekking van politiegegevens op grond van artikel 20 van de Wet politiegegevens in het kader van het Convenant Kempen Interventie Team 2021 – 2026.
M.J.A. Delhez
Burgemeester gemeente Veldhoven
A.J.W. Boelhouwer Burgemeester gemeente Waalre
X.X.X.X. xxx xx Xxx
Burgemeester gemeente Reusel-De Mierden
X. Xxxxxxxxxx
Xxxxxxxxxxxx xxxxxxxx Xxxxxxxx
X.X.X.X. Xxxxxx Burgemeester gemeente Best
R.P.G. Bosma
Burgemeester gemeente Bladel
J.C.R. Keijzers
Burgemeester gemeente Oirschot
W.A.C.M. Wouters Burgemeester gemeente Eersel
Xxxxxxx X. xx Xxxxx Teamchef
Xxxxxxx X. xx Xxx Directeur
Xxxxxxx X. xxx Xxxx, Directeur
Eenheid Oost Brabant
Beslissing tot structurele verstrekking van politiegegevens
op grond van artikel 20 van de Wet politiegegevens in het kader van het
Convenant Kempen Interventie Team 2021 - 2026
Inleiding
De politie Oost-Brabant neemt deel aan het samenwerkingsverband Kempen Interventie Team 2021-2016, waartoe partijen een convenant hebben afgesloten.
1. Partijen
Partijen die aan dit samenwerkingsverband deelnemen zijn:
• de politie Eenheid Oost Brabant, basisteam De Kempen
• het openbaar ministerie van het arrondissementsparket Oost-Brabant
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Best
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergeijk
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eersel
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Reusel-De Mierden
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven
• Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalre
Naast de hierboven genoemde partijen nemen ook de Veiligheidsregio Brabant- Zuidoost en de Omgevingsdienst Zuidoost Brabant deel aan het convenant.
Aan deze partners verstrekt de politie in het kader van het convenant Kempen Interventie Team 2021-2026 geen politiegegevens en om die reden zijn deze partijen buiten deze beslissing artikel 20 Wpg gehouden.
2. Beslissing artikel 20 Wpg
De korpschef beslist op grond van artikel 20 Wpg, in overeenstemming met het bevoegd gezag, tot het verstrekken van politiegegevens onder de hierna omschreven voorwaarden, aan partijen in voornoemd samenwerkingsverband.
3. Doeleinden
De doeleinden van de gegevensverstrekking aan onderhavig samenwerkingsverband zijn:
- Het integraal uitoefenen van toezicht op en handhaving van wettelijke en lokale regelgeving, het voorkomen en signaleren van strafbare feiten en het handhaven van de openbare orde en veiligheid, ieder op basis van eigen toegekende wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
- De handhaving en het toezicht te richten op indicaties of signaleringen van overtredingen in de openbare ruimte of in het private domein binnen basisteam De Kempen, welke bestuursrechtelijk en/of strafrechtelijk in strijd zijn met de wet- en regelgeving.
- Een door alle partners gezamenlijk gedragen keuze van de aan te pakken kwesties in het hele gebied van het basisteam De Kempen.
- Een eenduidig en professioneel overheidsoptreden bij complexe handhavings-, overlast- en/of ondermijningsproblematiek dat vertrouwen geeft in de overheid.
- Het benutten en bevorderen van elkaars netwerk, ervaring en expertise.
- Het sneller herkennen van signalen en samenwerkingspartners beter weten te vinden Tevens wordt de frequentie van bestuurlijke controles op inrichtingen of panden afgestemd en kunnen alle partners ter plekke de benodigde informatie vergaren.
Zoals in de doeleinden beschreven dragen deze bij aan het voorkomen en opsporen van strafbare feiten, het handhaven van de openbare orde en het uitoefenen van toezicht op het naleven regelgeving. De doelen worden als een zwaarwegend algemeen belang aangemerkt dat tot verstrekking noodzaakt. Het kunnen bereiken van die doelstellingen, en kunnen monitoren van de voortgang daarvan, vergt dat partijen bepaalde persoonsgegevens met elkaar kunnen uitwisselen. Zonder verstrekking van politiegegevens aan partijen is het bereiken van de doelstellingen niet mogelijk.
4. Te verstrekken gegevens
4.1 Te verstrekken gegevens artikel 8 en artikel 13 Wpg
1) Op grond van deze beslissing kunnen politiegegevens worden verstrekt die ingevolge artikel 8 en 13 van de Wpg worden verwerkt en noodzakelijk zijn ten behoeve van de onder artikel 3 genoemde doeleinden. Met in achtneming van de proportionaliteit en subsidiariteit kunnen de relevante politiegegevens worden verstrekt.
2) De politie verstrekt op grond van deze beslissing de volgende gegevens die verwerkt worden op grond van artikel 8 en 13 WPG:
a) NAW-gegevens
b) Geboortedatum en – plaats
c) Aard en omvang van de (vermeende) niet-naleving van regelgeving
4.2Categorieën betrokkenen en categorieën politiegegevens
Verstrekking van politiegegevens beperkt zich tot de categorieën van betrokkenen en categorieën van politiegegevens zoals in het convenant beschreven en voor zover dit voor de ontvangende partij noodzakelijk is om haar deel van de doelstellingen te kunnen bereiken, en de gegevens toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn.
5. Wie verstrekt aan wie?
Politiegegevens worden alleen verstrekt:
• Door politiemedewerkers die belast zijn met de casuïstiek waarin de samenwerking met het KIT wordt onderzocht of waarin die samenwerking al lopend is.
• Aan medewerkers van partijen die deelnemen aan het KIT, met uitzondering van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost en de Omgevingsdienst Zuidoost Brabant, en daartoe door hun leiding zijn aangewezen en geautoriseerd voor zover dit noodzakelijk is voor hun taak bij het behalen van de doeleinden van het convenant.
6. Hoe wordt verstrekt?
Politiegegevens kunnen mondeling en/of schriftelijk aan partijen in het samenwerkingsverband worden verstrekt, met inachtneming van passende informatiebeveiligingsmaatregelen.
Schriftelijk verstrekking vindt plaats door middel van een beveiligde mailverbinding of beveiligde internetomgeving.
7. Bijzondere verplichtingen
Politiegegevens hebben een vertrouwelijk karakter. De geheimhoudingsplicht van artikel 7 Wpg is ook op de ontvanger van toepassing en de ontvanger is gehouden maatregelen te nemen die voorkomen dat verstrekte politiegegevens ter kennis komen van onbevoegden.
Verdere verwerking, waaronder doorverstrekking, van politiegegevens kan uitsluitend plaatsvinden voor zover wet- en regelgeving daartoe verplichten of voor zover de taak van de ontvanger hiertoe noodzaakt. Indien ontvangers(s) daarvan afwijken, treft de politie hiertegen maatregelen, die kunnen leiden tot het opschorten en uiteindelijk opzeggen van de samenwerking.
De ontvanger wordt hierover op de hoogte gesteld.
Indien na verstrekking blijkt dat politiegegevens onjuist of onvolledig zijn, draagt de politie zorg dat ontvangende partijen op de hoogte worden gebracht van correcties en/of aanvullingen.
8. Documenteren (schriftelijk vastleggen verstrekking)
De politiemedewerker die, mondeling of schriftelijk, politiegegevens verstrekt, is verplicht deze verstrekking schriftelijk vast te leggen, onder vermelding van Convenant KIT 2021, de datum en reden van verstrekking, de inhoud van de verstrekte gegevens en de naam van de partij en de medewerker van de partij aan wie is verstrekt.
9. Ingangsdatum, looptijd en archivering
Deze beslissing treedt in werking op de dag na ondertekening door of namens de korpschef en wordt aangegaan voor de duur van vijf jaar; bij een verlenging dient vooraf geëvalueerd te worden.
De korpschef is bevoegd om deze beslissing op ieder moment in te trekken, of te wijzigen zodra daartoe aanleiding is.
Deze beslissing is verbonden met voornoemd samenwerkingsverband en het daarbij behorende convenant Kempen Interventie Team 2021-2026 en wordt in origineel bewaard door de politie met in achtneming van de Archiefwetgeving.
10. Ondertekening
Xxxxx besloten en ondertekend De korpschef,
namens deze
Xxxxxx xx Xxxxx
Teamchef Basisteam De Kempen
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
In overeenstemming met het bevoegd gezag
De hoofdofficier van het arrondissementsparket Oost Brabant van het openbaar ministerie
Mw. Mr. H.G.M. Rutgers
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)
……………………………………….. (plaats)
……………………………………….. (datum)