Gemeente en scholen engageren zich voor een ‘duurzaam veilige schoolomgeving’
Gemeente en scholen engageren zich voor een ‘duurzaam veilige schoolomgeving’
Colofon
Redactie Veerle De Bent Mobiel 21 vzw
Eindredactie Xxxx Xxxxxxxxx
1 WAT IS EEN SCHOLENOVEREENKOMST?
Mobiel 21 vzw
Lay-out en vormgeving Xxxxxx Xxxxx, KBC
Xxxxxx Xxxx, Mobiel 21 vzw
Wil je meer informatie of wens je begeleiding? Neem contact op met Xxxxxx 21 vzw,
Vital Xxxxxxxxxxxxxx 00 X 0000 Xxxxxx
Tel. 000 00 00 00
Fax 000 00 00 00
e-mail: xxxx@xxxxxx00.xx xxx.xxxxxx00.xx xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
Verantwoordelijke uitgever Xxxx Xxxxxxxx
Mobiel 21 vzw
Deze brochure kadert in de campagne ‘Veilig en milieuvriendelijk naar school’. Andere beschikbare brochures voor scholen zijn: Fietspoolen, Voetpoolen, Autovrije schooldagen, Je school in beweging en Schoolvervoerplan.
Kostprijs 3 euro
(incl. BTW, excl. verzendingskosten) Leuven 2007
Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van
2
druk, fotokopie of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs en van de uitgever.
Inhoud
1 Wat is een scholenovereenkomst? 3
2 Waarom een scholenovereenkomst? 4
3 Wie kan een scholenovereenkomst afsluiten? 6
4 Stappenplan voor de opmaak van een scholenovereenkomst 8
5 Wat kan een gemeente aanbieden? 10
6 Wat kunnen scholen doen? 12
7 Wat kan de politie doen? 14
8 Praktijkvoorbeelden 15
9 Evaluatieformulier 21
10 Een greep uit het aanbod van Mobiel 21 22
Het is een overeenkomst over verkeer en mobiliteit die een gemeente met haar scholen voor een vastgelegde termijn afsluit.
Het gaat om een geheel van concrete maatregelen en initia- tieven die een gemeente, schooldirecties, ouders en andere mogelijke betrokken partners samen realiseren binnen een afgesproken termijn.
Een scholenovereenkomst kan bestaan uit initiatieven en maatregelen op het vlak van informatie, sensibilisatie, educatie, vervoersorganisatie en infrastructuur. De part- ners nemen elk specifieke taken en engagementen op zich, volgens hun eigen mogelijkheden, middelen en capaciteiten.
Samenwerken is de boodschap!
Liefst een samenwerking die niet ophoudt bij het uitwisselen van goede bedoelingen en beloften, maar die leidt tot con- crete acties en realisaties. Om die samenwerking effectief waar te maken, bestaat de scholenovereenkomst.
Alle partners kunnen specifieke engagementen op zich nemen. Enkele voorbeelden van initiatieven:
- een schoolvervoerplan opmaken,
- een schoolroutekaart opstellen met veilige stap- en fietsroutes naar de scholen in de gemeente,
- bestaande knelpunten op fietsroutes oplossen,
- alternatieve, veiligere fietsroutes ontwikkelen,
- verkeerstoezicht door politie of gemachtigde opzichters in de schoolomgevingen versterken,
- autovrije schooldagen organiseren,
- voet- en fietspools opstarten,
- een verkeerseducatieve route uitwerken,
- meer praktijkgerichte stap- en fietsactiviteiten organiseren,
- comfortabele en veilige wachtaccommodatie aan bushaltes uitbouwen.
De bedoeling van een scholenovereenkomst is:
- de verkeersveiligheid op schoolroutes en in schoolomgevingen verhogen,
- de verkeersleefbaarheid in schoolomgevingen verbeteren,
- meer milieuvriendelijke verplaatsingen naar school realiseren.
Schoolroutekaart realiseren
Schoolvervoerplan opmaken 3
Verkeerstoezicht door gemachtigde opzichter Een fietspool opstarten
2 WAAROM EEN SCHOLENOVEREENKOMST?
De verkeersdrukte aan schoolpoorten en op schoolroutes neemt alsmaar toe. Soms wordt de drukte chaos en beslis- sen ouders uit een onveiligheidsgevoel om hun kinderen met de auto naar school te brengen. Ze vinden de route en/of de schoolomgeving te gevaarlijk om hun kind(eren) zelfstandig naar school te laten stappen of fietsen. Openbaar vervoer biedt ook niet altijd en overal een geschikt alternatief en het gebruik ervan door kinderen op lagereschoolleeftijd is niet evident. Dit alles resulteert in nog meer autoverkeer en nog minder plaats en veiligheid voor voetgangers en fietsers.
Nochtans maakten vele scholen de laatste jaren een in- haalbeweging om stappen en fietsen naar school weer mogelijk en aantrekkelijker te maken. Dat gebeurde onder andere onder de vorm van sensibilisatiecampagnes, meer praktijkgerichte verkeers- en mobiliteitseducatie, het op- starten van poolprojecten, maar ook door het constructief meewerken aan en meedenken over oplossingen voor (infra)structurele knelpunten.
Dat een school op zich alleen het mooie weer niet kan ma- ken bleek duidelijk toen op 1 september 2005 alle school- omgevingen zone 30 werden. Naast het plaatsen van de zone 30-verkeersborden werd snel duidelijk dat ook andere maatregelen nodig zijn om verantwoord verkeersgedrag af te dwingen, zoals een aangepaste weginrichting, duide- lijke en begrijpelijke informatie en sensibilisatie van auto- mobilisten.
Maar stel dat een gemeente de straten rondom de scholen veiliger wil inrichten en de scholen doen geen inspanningen om verplaatsingen te voet, met de fiets of het openbaar vervoer aan te moedigen, dan is er weinig kans dat die inspanningen voldoende renderen. Samenwerken is dus noodzakelijk om initiatieven en maatregelen alle kans op
4 slagen te geven.
De voordelen van een scholenovereenkomst
- Het bevordert de samenwerking tussen gemeente en scholen.
- De partners zijn actiever betrokken bij beslissingen en de uitvoering ervan.
- Het leidt tot meer structurele initiatieven op korte en lange(re) termijn.
- Het draagt effectief bij tot een algemeen veiligere en milieuvriendelijkere mobiliteit.
Een schoolomgeving staat nooit op zich, maar is altijd een deel van een ruimere omgeving.
- De partners kunnen elkaar onderling motiveren.
- Er is continue aandacht voor verkeer en mobiliteit op verschillende niveaus en terreinen.
- De kans op effectieve realisaties is groter.
- Afspraken worden meer en beter opgevolgd én geëvalueerd.
Specifieke voordelen voor de gemeente
- Het is een instrument om vanuit een integrale mobiliteitsvisie prioriteiten te bepalen en maatregelen te nemen. Zo kan een gemeente infrastructuur- aanpassingen, informatieverstrekking, sensibilisatie, educatie en vervoersorganisatie beter op elkaar afstemmen. Dit levert meer en betere resultaten op.
- De kans dat meer ouders en leerlingen zich milieu- vriendelijk gaan verplaatsen en dat schoolomgevingen veiliger en leefbaarder worden, is groter.
Specifieke voordelen voor de scholen
- Een scholenovereenkomst nodigt uit om gestructureerd te werk te gaan. Geen ad hoc oplossingen meer, waarbij enkel de scholen die het hardst roepen of het sterkst lobbyen tegemoetkomingen krijgen van de gemeenten. Geen eenmalige acties meer waardoor het thema na een tijdje wordt vergeten, maar wel structurele oplos- singen die resultaat hebben, ook op langere termijn.
- Een overeenkomst afsluiten met de gemeente is een garantie dat overleg plaatsvindt en dat de gemeente naar de noden en behoeften van de scholen luistert.
- Scholen kunnen zelf specifieke problemen aandragen en voorstellen formuleren voor oplossingen.
- Het wordt voor scholen duidelijker wat ze kunnen verwachten van de gemeente en eventuele andere partners en wat ze zelf kunnen doen.
- De scholen kunnen zich profileren als ‘mobiliteits- bewuste school’.
- Er is overleg tussen scholen met verschillende problemen, eigen ervaringen en initiatieven. Men kan met andere woorden leren van elkaar.
- Scholen staan samen sterker en kunnen samen overleggen met de gemeente. Het bespaart hen veel tijd en energie die ze anders moeten investeren in individuele contacten met de gemeente.
5
Schoolomgevingen worden steeds drukker door meer autoverkeer
Vele ouders laten hun kinderen niet meer fietsen of stappen naar school
Het invoeren van een zone 30-school- omgeving heeft pas zin als alle betrokken partners hun verantwoordelijkheid opnemen en samenwerken
Meer veilige en milieuvriendelijke verplaatsingen naar school: een uitdaging
voor scholen en gemeenten Drukte aan de schoolpoort
De leerlingen kunnen zelf knelpunten aanduiden op een kaart
3 WIE KAN EEN SCHOLENOVEREENKOMST AFSLUITEN?
Dé belangrijkste partners zijn de gemeente en de scholen in die gemeente.
- De gemeente
De gemeente wordt best vertegenwoordigd door de schepen van verkeer en mobiliteit en de mobiliteits- ambtenaar. Het moet in ieder geval iemand zijn met bevoegdheid om beslissingen te nemen op het vlak van verkeer en mobiliteit of iemand die voorstellen
kan bespreken met de personen en instanties die beslissingen nemen.
- De directies van de scholen in de gemeente Dat kunnen directies zijn van basisscholen en/of secundaire scholen1. Vooral in grotere gemeenten en steden zal je diversiteit in het aanbod van scholen aantreffen.
De inhoud van de overeenkomst voor een basisschool zal (gedeeltelijk) verschillen van die voor een secundaire school, omdat je met aan ander doelpubliek en ook andere problemen en prioriteiten te maken krijgt.
- Ouders
Uit ervaring blijkt dat deze vooral actief zijn in basis- scholen, maar omdat de slaagkracht van maatregelen en projecten vaak staat of valt met het medeweten en vooral de medewerking van ouders, is het belangrijk dat je er ouders ook in secundaire scholen bij betrekt. Ouders zijn belangrijk onder andere voor het signaleren van verkeersknelpunten in de school- omgeving en op schoolroutes, maar ook voor het toetsen van de praktische haalbaarheid van sommige acties, zoals het opstarten van een fietspool.
- Leerkrachten
Meestal zijn slechts één of enkele leerkrachten per school actief bij de scholenovereenkomst betrokken. Toch is het belangrijk dat alle info verder doorsijpelt naar het volledige leerkrachtenteam.
De inbreng en latere uitwerking mag je vooral ver- wachten op het vlak van sensibilisatie en educatie.
- Leerlingen
De mening van leerlingen is altijd belangrijk als het gaat om het nemen en uitvoeren van maatregelen en initiatieven die hun veiligheid bevorderen en die het hen mogelijk maken om te voet, per fiets of met het openbaar vervoer naar school te komen. In secundaire scholen is het gemakkelijker om hen als volwaardige
partner bij het opstellen van een scholenovereenkomst te betrekken. In basisscholen ligt dit moeilijker, maar je kan hen wel bij het voorbereidende werk betrekken, door bijvoorbeeld in klasverband te bespreken welke knelpunten zij zelf ervaren in hun schoolomgeving, samen na te denken over originele acties of te bespreken hoe ze op een andere manier dan met de auto naar school zouden kunnen komen.
- Politie
De actieve inbreng van de lokale politie hangt af van de zone waaronder de gemeente en haar scholen vallen en over welke mogelijkheden en middelen deze beschikt. In ieder geval is de politie een partner die je zeker moet betrekken bij de opmaak van de overeenkomst, niet in het minst omdat zij op de hoogte moeten zijn van de te verwachten en de uit te voeren maatregelen.
- Andere relevante partners
Afhankelijk van je lokale situatie en lokale knelpunten en prioriteiten kan je nog andere partners betrekken, bijvoorbeeld:
- De Lijn
Voor het beter afstemmen op elkaar van bus- en schooluren, voor het optimaliseren van wachthaltes, voor het extra inleggen van bussen op drukke lijnen.
- De gemeentelijke preventiedienst
Voor materiaal en medewerking aan sensibilisatie- campagnes of het actief ondersteunen van verkeerseducatie.
- Gemachtigde opzichters
Voor extra toezicht op gevaarlijke plaatsen, voor extra begeleiding bij uitstappen of verkeerseducatie op straat, bv. stadswachten die worden ingezet als gemachtigde opzichter.
- Lokale mobiliteitsorganisaties
Bijvoorbeeld organisaties die fietsen verhuren en herstellen, bestaande overlegorganen met als thema verkeer en mobiliteit…
Initiatieven van andere lokale partners
7
6
1 In grote steden is het zelfs mogelijk om ook met hogescholen en universiteiten samen te werken, maar omdat die doelgroep zo verschillend is van bv. basisscholen zullen de initiatieven en maatregelen in de overeenkomst (grotendeels) anders zijn.
Leerkrachten hebben een belangrijke inbreng op vlak van verkeerseducatie
De politie is een belangrijke partner bij het opstellen van een scholenovereenkomst
Het gebruik van openbaar vervoer bij jongeren
stimuleren Samenwerken met een fietshersteldienst
Betrokkenheid van het lokale beleid is essentieel
4 STAPPENPLAN VOOR DE OPMAAK VAN EEN SCHOLENOVEREENKOMST
Stappenplan
- De gemeente neemt het initiatief om een overeenkomst af te sluiten, informeert zich eerst over het concept en de mogelijke inhoud van een overeenkomst.
- De gemeente nodigt alle scholen en partners tijdig uit voor een eerste overleg.
- De gemeente organiseert het overleg praktisch en bereidt het inhoudelijk voor.
Wie neemt het initiatief?
In principe neemt de gemeente het initiatief om een over- eenkomst af te sluiten. Zij kan gestimuleerd worden door een of meer scholen.
De gemeente kan zich best vooraf informeren bij andere gemeenten die al een overeenkomst afsloten en/of bij een organisatie die deskundig is en ervaring heeft op dat vlak. Zo kan ze zich al een duidelijker beeld vormen van wat zo’n overeenkomst in haar eigen gemeente kan inhouden en welke meerwaarde deze kan bieden.
De gemeente maakt -al dan niet met hulp van een extern deskundige- een eerste ontwerp van de overeenkomst. Ze kan aangeven welke bijdragen zij zelf wil en kan leveren en wat zij van de scholen en eventuele andere partners ver- wacht. Het is belangrijk dat de afspraken praktisch haalbaar zijn voor alle partners. Zo niet zal het een papieren over- eenkomst zijn en blijven en dat is geenszins de bedoeling.
Informeren van partners
De gemeente licht het ontwerp toe op een eerste overleg- moment met de scholen en partners of nodigt een extern deskundige uit om dat te doen. Bij een toelichting door een externe is het best dat de gemeente haar persoon- lijke engagementen en accenten voorstelt. Tijdens deze bijeenkomst kunnen scholen en partners de bedoeling van een overeenkomst beter leren begrijpen, vragen stellen, hun eigen verwachtingen kenbaar maken en mogelijke engage- menten of beperkingen bespreken.
Intern overleg binnen de scholen
8 en partnerorganisaties
De scholen en andere betrokken partners kunnen dit
ontwerp van overeenkomst verder intern bespreken. Ze kunnen het voorstellen op een personeelsvergadering, tijdens een werkgroepvergadering, tijdens een overleg met de ouders of het oudercomité.
Voor scholen is het belangrijk dat alle betrokkenen van de school op de hoogte worden gebracht en dat zij later achter de genomen maatregelen en initiatieven kunnen staan. Men kan het ontwerp uiteraard aanvullen of nieuwe voorstellen formuleren. De standpunten van directie, personeel, leer- krachten, ouders en leerlingen zijn dus belangrijk.
Definitieve overeenkomst
Scholen en gemeente overleggen opnieuw over de defini- tieve inhoud van de overeenkomst.
Ze spreken doelstellingen op korte en op middellange termijn af en concretiseren die termijnen. Onder korte termijn verstaan we meestal het begonnen en het volgende schooljaar, middellange termijn is dan tussen de twee en vier volgende schooljaren.
Een formeel startmoment
Wanneer alle partners het eens zijn, leggen ze hun afspraken en engagementen vast in een formele tekst. Het zijn con- crete afspraken die een termijn omvatten waarbinnen ze de doelstellingen moeten realiseren.
De ondertekening kan een ‘plechtig’ moment zijn, waarop je naast alle betrokkenen ook de lokale pers en buurtbewoners van de scholen (of vertegenwoordigers ervan) kan uitnodi- gen. Het plan kenbaar maken aan de ruimere bevolking kan immers een extra motivatie zijn voor de betrokkenen.
Vanaf dan gaat elke partner aan de slag. Xxxxx neemt zijn verantwoordelijkheid en zet alles in het werk om zijn engagement na te komen.
Evalueren en bijsturen
Alle betrokkenen spreken best op voorhand af wanneer ze hun inspanningen zullen evalueren, bijvoorbeeld na een jaar of aan het einde van een schooljaar.
Een overleg volstaat dus één of twee keer per jaar, tenzij je echt samen initiatieven gaat uitwerken, bv. een autoluwe schooldag voor alle scholen, maar dan gaat het overleg eerder over de concrete uitwerking van een initiatief dan over het evalueren ervan.
Als voorbereiding voor de evaluatie kan je het evaluatie- formulier in de bijlage gebruiken. Je zet alle geplande initia- tieven en maatregelen op een rij met ernaast de partner die instaat voor de realisatie ervan. Ook de termijn waarbinnen ze zouden moeten gerealiseerd zijn is belangrijke informatie. Ten slotte kan je aanduiden wat gerealiseerd is en wat (nog) niet.
Bij de gerealiseerde initiatieven ga je na of dit vlot is ver- lopen, welke plus- of knelpunten er eventueel waren, wie betrokken was, wat het voorlopige resultaat is, of dit nog een verdere opvolging kent of moet kennen.
Bij de (nog) niet gerealiseerde initiatieven bekijk je waarom het (nog) niet tot een uitvoering kwam en wanneer en of de uitvoering alsnog zal plaatsvinden.
Een voorbeeld van een evaluatieformulier vind je in de bijlagen.
- De gemeente maakt, al dan niet met hulp van een extern deskundige, een voorontwerp van overeenkomst of een basistekst voor elke partner tegen het eerste overleg.
- De gemeente of de externe deskundige stelt het concept en een eerste ontwerp van overeenkomst voor op het overleg.
- Scholen en andere partners stemmen officieel toe om mee te werken aan de opmaak van een overeenkomst.
- Scholen en andere partners overleggen intern over de inhoud van de overeenkomst en hun eigen specifiek engagement.
- De gemeente organiseert een tweede overleg en nodigt alle partners uit voor het tweede overleg.
- Gemeente, scholen en andere partners overleggen samen over de uiteindelijke inhoud van de overeenkomst.
- De gemeente past de overeenkomst zo nodig aan en maakt een definitieve versie.
- Alle partners ondertekenen de definitieve overeenkomst, al dan niet op een officieel moment. De gemeente organiseert de officiële ondertekening.
- De partners realiseren elk hun afgesproken initiatieven en maatregelen binnen de afgesproken termijn en volgen deze zelf op.
- De gemeente volgt de uitvoering van de overeenkomst door de partners op en stuurt bij of ondersteunt waar nodig.
- De gemeente organiseert minstens jaarlijks 9
een overleg om samen met de partners
de overeenkomst en de gerealiseerde initiatieven te evalueren.
- De partners sturen bij waar en wanneer nodig.
- De partners overleggen voor verdere afspraken.
Officiële hernieuwing van de scholenovereenkomst in Rotselaar, mei 2006
5 WAT KAN EEN GEMEENTE AANBIEDEN?
Herinrichting van de schoolomgeving binnen Module 10
Gemeenten die een mobiliteitsconvenant onder- tekenden kunnen een Module 10 afsluiten.
De opmaak van een schoolvervoerplan
Een gemeente kan infrastructurele maatregelen nemen, in- grijpen in de vervoersorganisatie, veilige en milieuvriendelijke verplaatsingen stimuleren, hierover gericht informeren en scholen ondersteunen bij verkeers- en mobiliteitseducatie. De meest gestructureerde manier om al deze initiatieven te plannen is door samen met de scholen een schoolvervoer- plan2 op te stellen.
Initiatieven om te informeren
- Systematisch, tijdig en correct informeren over geplande en uitgevoerde werken.
- Tijdig informeren over veilige alternatieve schoolroutes bij geplande werken.
- Een infoavond over verkeersveiligheid in de school- omgeving organiseren.
- Een infoavond over schoolpooling3 organiseren voor alle geïnteresseerde scholen.
- In samenwerking met de scholen een schoolroutekaart4 opmaken.
- Een ‘infopakket mobiliteit’ uitwerken voor alle scholen.
- Het agenderen van de scholenovereenkomst op bestaand overleg.
Initiatieven om te sensibiliseren
- Het organiseren van autovrije schooldagen of het stimuleren en ondersteunen ervan.
- Het actief stimuleren van openbaarvervoergebruik door bijvoorbeeld goedkoper of gratis busgebruik via het derdebetalerssysteem5.
- Zorgen voor fluohesjes en helmen voor fietspoolers.
10
2 Meer info op p.22 3 Meer info op p.22 4 Meer info op p.23
6 Meer info op p.22
Verkeers- en mobiliteitseducatie ondersteunen
- Verkeers- en mobiliteitslessen geven in scholen.
- Verkeers- en mobiliteitseducatie op straat begeleiden.
- Fietsgraveeracties organiseren.
- Samen met de scholen verkeerseducatieve routes6 ontwikkelen.
- Info en didactisch materiaal voor scholen verzamelen en uitlenen.
Initiatieven om de vervoersorganisatie te verbeteren
Algemeen
- Een cursus voor gemachtigde opzichter organiseren.
- Stadswachten inzetten als gemachtigde opzichters op gevaarlijke plaatsen en/of aan basisscholen.
- Politietoezicht bepleiten op cruciale knelpunten.
Te voet
- Een voetpool logistiek ondersteunen.
Met de fiets
- Een fietspool logistiek ondersteunen.
- Zorgen voor voldoende, veilige en degelijke fietsen- stallingen.
De Lijnbusservice
- Onderhandelen met De Lijn om haltes te verplaatsen.
- De haltes beter doen onderhouden.
- Comfortabele wachthaltes realiseren.
- Zorgen voor een fietsenstalling bij de haltes.
- De weg tussen school en halte herinrichten zodat deze veilig en aantrekkelijk wordt.
- Onderhandelen met De Lijn om het traject aan te passen in functie van de ligging van de scholen.
De schoolbusservice
- De halte van de schoolbus aanpassen en/of verplaatsen.
Carpool
- Het opstarten van een carpool ondersteunen.
Met de trein
- De weg tussen het station en de scholen aantrekkelijk en veilig maken.
Het parkeren en stationeren reorganiseren
- Een overleg organiseren met de scholen over:
- het aanpassen van het stationeren in de zone voor schoolpoorten,
- het aanpassen van het parkeren aan schoolpoorten.
Reorganisatie van de toegang tot de school
- Overleggen over het verplaatsen van de schooltoegang om de verkeersveiligheid en bereikbaarheid voor voetgangers en fietsers te verhogen.
Infrastructurele maatregelen om schoolom- gevingen en -routes veiliger te maken
- Knelpunten in de schoolomgeving onderzoeken
- Knelpunten op de schoolroutes onderzoeken.
- Veilige en leefbare schoolomgevingen realiseren.
- Veilige schoolroutes realiseren.
- Het stationeren en parkeren efficiënt en veilig organiseren.
- Veilige afzetzones voor de scholieren realiseren.
Deze module regelt de subsidiëring van de herinrichting van de schoolomgeving.
Steden en gemeenten krijgen geld van het Vlaamse Gewest om schoolomgevingen langs of vlakbij een gewestweg herinterichten om:
- de verkeersveiligheid voor de scholieren te verbeteren,
- verplaatsingen te voet, met de fiets, bus, tram, trein of carpool te bevorderen,
- een evenwicht na te streven tussen de verschillende categorieën verkeersdeelnemers.
Concreet betekent dat onder meer: snelheids- beheersing, verbetering van de oversteekbaarheid, bescherming van de voetgangers en de fietsers en veilige in- en uitstapmogelijkheden voor scholieren die met bus of tram komen of die met de auto worden gebracht.
De herinrichting moet gerealiseerd worden zonder het parkeeraanbod te verruimen en mag geen ingrepen bevatten die in hoofdzaak het wegbeeld verfraaien of vooral de commerciële context verbeteren.
Ook bij Module 10 ligt de nadruk op samen- werking tussen het Vlaamse Gewest, de gemeente en de scholen.
- Het Vlaamse Gewest subsidieert de herinrichting geheel op haar domein of gedeeltelijk op gemeentelijk domein.
- De gemeentelijke overheid zorgt voor het ontwerp, de aanbesteding en de uitvoering van de werken.
11
- De school stelt een vervoerplan op waarin zij acties onderneemt om het aantal veilige en milieuvriendelijke verplaatsingen naar school te verhogen.
Fluovestjes en fietshelmen voor fietspoolers
Schoolroutekaart realiseren
Autovrije schooldagen organiseren Comfortabele wachthaltes nabij de scholen Effectieve snelheidsverlaging
Een infoavond over verkeersveiligheid
6 WAT KUNNEN SCHOLEN DOEN?
De bijdrage van scholen kan zeer divers zijn omdat er binnen een schoolstructuur verschillende partners be- trokken zijn: directie, leerkrachten, leerlingen, ouders en ander schoolpersoneel.
Een school kan informeren, sensibiliseren en zorgen voor verkeers- en mobiliteitseducatie. Dat zijn haar belangrijkste taken. Maar ze kan zeker ook meewerken aan een betere organisatie van vervoer naar school, suggesties doen voor infrastructurele maatregelen en oplossingen voor knelpun- ten voorstellen.
Enkele concrete voorbeelden:
De opmaak van een schoolvervoerplan
Een school kan samen met de gemeente een schoolver- voerplan opstellen. In dat schoolvervoerplan gaat ze onder andere initiatieven vastleggen om de infrastructuur en de vervoersorganisatie te verbeteren, om ouders, leerkrachten en leerlingen nog meer en beter te informeren, om hen te sensibiliseren voor een veiliger en milieuvriendelijker ver- keersgedrag én om verkeers- en mobiliteitseducatie uit te werken en te organiseren.
Initiatieven om te informeren
- Een infoavond over mobiliteit organiseren.
- Ouders en leerlingen informeren over de dienstregeling van bus of trein.
- Ouders en leerlingen bij de inschrijving of de start van een nieuw schooljaar informeren over de bereikbaar- heid van de school volgens de verschillende vervoers- wijzen en al bestaande initiatieven die veilig en milieu-
12 vriendelijk woon-schoolverkeer stimuleren.
- In samenwerking met de gemeente participeren aan de opmaak van een schoolroutekaart.
- Een infoavond over pooling naar school organiseren voor ouders en leerkrachten.
Initiatieven om te sensibiliseren
- Een ‘Autovrije schooldag’ organiseren.
- Schooluitstappen bewust te voet, met de fiets of het openbaar vervoer plannen.
- Ludieke acties uitwerken, bijvoorbeeld een affiche- wedstrijd om het fietsen te promoten of correct parkeerders belonen met een leuke zelfgemaakte attentie of deelnemen aan de schoolspaaractie ‘Veilig en milieuvriendelijk naar school7’.
Verkeers- en mobiliteitseducatie organiseren en uitwerken
- Verkeers- en mobiliteitslessen geven in de klas.
- Fietsvaardigheidstrainingen geven op school8.
- Fietsvaardigheidstrainingen geven op straat.
- Een verkeerseducatieve route uitwerken.
- Fietscontroles organiseren in de school met nabespreking.
- Fietsgraveeractie organiseren in de school.
- Verkeerswandelingen in de schoolomgeving maken.
- Leerlingen leren gebruik maken van het openbaar vervoer.
- Regelmatig educatief materiaal over mobiliteit aankopen.
- Deelname van leerkrachten aan bijscholingsactiviteiten over verkeer en mobiliteit.
7 Meer info op p.23 8 Meer info op p.23
Initiatieven om de vervoersorganisatie te verbeteren
Te voet
- Voetpools of begeleide rijen organiseren.
Met de fiets
- Fietspools organiseren.
- Voldoende en kwaliteitsvolle fietsenstallingen installeren in de school.
De Lijnbusservice
- Scholieren naar de dichtstbijgelegen halte begeleiden.
- In overleg met De Lijn zorgen voor een betere aansluiting van de dienstregeling op de begin- en einduren van de school.
- In overleg met De Lijn zorgen voor een betere aansluiting van het traject van de bus op de ligging van de school.
De schoolbusservice
- Het bestaande bustraject verbeteren.
- Het parkeren van de schoolbus reorganiseren.
- Nagaan of het inleggen van een schoolbus haalbaar is.
Carpoolservice
- Carpool organiseren voor leerkrachten.
- Carpool organiseren voor leerlingen.
Met de trein
- De schooluren beter doen aansluiten op de treinuren.
Het parkeren en stationeren reorganiseren
- Overleggen met de gemeente om het stationeren
in de buurt van schoolpoorten onmogelijk te maken.
- Overleggen met de gemeente over efficiënter en correct parkeren in de schoolomgeving.
- Het langparkeren van de leerkrachten reorganiseren.
- Overleggen met de gemeente over het realiseren van veilige afzetzones voor leerlingen.
- Overleggen met de gemeente om de zone voor de schoolpoort autovrij te maken.
Reorganisatie van de schooltoegang
- De schooltoegang verplaatsen om de verkeersveiligheid te verhogen.
- Een extra uitgang realiseren voor een veilige bereikbaarheid voor voetgangers en fietsers.
Initiatieven om schoolroutes
en schoolomgevingen veiliger te maken
- Knelpunten in de schoolomgeving inventariseren.
- Knelpunten op de schoolroutes inventariseren.
- Adviseren bij het ontwerp van de gemeente.
13
Schoolspaaractie
‘Veilig en milieuvriendelijk naar school’ Leren over de dode hoek Uitstappen per fiets maken Voetpools organiseren Voldoende en veilige fietsenstallingen
Knelpunten inventariseren
7 WAT KAN DE POLITIE DOEN? 8 PRAKTIJKVOORBEELDEN
De actieve inbreng van de lokale politie hangt af van de zone waaronder de gemeente en haar scholen vallen en over welke mogelijkheden en middelen deze beschikt. In ieder geval is de politie een partner die je zeker moet betrekken bij de opmaak van de overeenkomst, niet in het minst omdat zij op de hoogte moeten zijn van de te verwachten en de uit te voeren maatregelen.
Enkele concrete voorbeelden van initiatieven waarbij politie kan ondersteunen:
- Fietsvaardigheidstrainingen geven op school.
- Fietsvaardigheidstrainingen geven op straat.
- Verkeerswandelingen begeleiden in de schoolomgeving.
- Fietscontroles begeleiden.
- Fietsgraveeracties begeleiden
- Een voet- of fietspool een keer mee begeleiden bij de start.
- Leerkrachten en ouders opleiden tot gemachtigd opzichter.
- Snelheidscontroles met preventieve en/of repressieve fase plannen.
- Preventieve en/of repressieve aanpak bij foutparkeren in de schoolomgeving.
Bij het plannen van initiatieven en het opmaken van een
scholenovereenkomst is het belangrijk om het ‘STOP-principe9’ te volgen
en te promoten, nl. eerst stappen, dan trappen, dan openbaar vervoer of georganiseerd leerlingenvervoer
en in laatste instantie pas privévervoer.
Hier geven we een algemeen voorbeeld van een scholenovereenkomst. In elke paragraaf vind je inspiratie voor maatregelen op maat van jouw gemeente/school. Je kan ze aanvullen met eigen maatregelen en initiatieven.
Scholenovereenkomst ‘Duurzaam veilige schoolomgeving’
Artikel 1 Partijen
Tussen
- de stad/gemeente ........................................., vertegenwoordigd door de schepen van mobiliteit ,
- de schooldirecties van het basisonderwijs en het secundair onderwijs van gemeente ,
- de oudercomités van de scholen,
- de leerlingen van de scholen,
- de gemachtigde opzichters,
- de politiezone van ,
wordt overeengekomen:
Artikel 2 Voorwerp van onderhavige overeenkomst
De scholenovereenkomst ‘Duurzaam veilige schoolomgeving’ wil bijdragen tot het verhogen van de verkeersveiligheid op de schoolroutes, het verbeteren van de verkeersleefbaarheid in de schoolomgevingen en het verhogen van het aantal milieu- vriendelijke verplaatsingen naar school.
De partners willen dit bereiken door:
- infrastructurele maatregelen gekoppeld aan het versterken van het alternatieve vervoersaanbod,
- het opstellen van een schoolvervoerplan bestaande uit: het verbeteren van de huidige vervoersorganisatie, concrete en correcte informatie verspreiden, sensibiliseren en organiseren van verkeers- en mobiliteitseducatie,
- het gericht inzetten en optreden van politie en gemachtigde opzichters.
Artikel 3 Toepassingsgebied
Deze overeenkomst is van toepassing op het grondgebied van de gemeente ........................................... .
14
9 Net als het Regeerakkoord gaat ook het Beleidsplan Mobiliteit uit van het ‘STOP-principe’: stappen, trappen, openbaar vervoer en dan het privé vervoer. Zie Regeerakkoord 2004. Vlaamse regering, p.60-61 en Beleidsnota 2004-2009 Mobiliteit. Minister van Mobiliteit, Sociale Economie en Gelijke Kansen Xxxxxxxx Xxx Xxxxxx, p. 48.
Begeleiden van fietsvaardigheidstraining Begeleiden van verkeerswandelingen
Artikel 4 Algemene uitvoeringsbepalingen
§ 1 De stad/gemeente verbindt zich tot volgende maatregelen en initiatieven
15
op het vlak van informatie: 15
- het agenderen van de overeenkomst ‘Duurzaam veilige schoolomgeving’ op de agenda van de verkeerscommissie,
- het ontwerpen en verspreiden van een schoolroutekaart,
- het beleggen van een of meer overlegvergaderingen met alle scholen in de gemeente...
op het vlak van sensibilisatie:
- het promoten van het STOP-principe,
- het actief stimuleren van openbaarvervoergebruik in samenwerking met de scholen,
- het logistiek ondersteunen van scholen bij het organiseren van autoluwe schooldagen en andere sensibilisatie-initiatieven,
- het organiseren van een of meer autoluwe schooldagen,
- het ter beschikking stellen van hesjes en fietshelmen voor fietspoolers en hun begeleiders…
op het vlak van educatie:
- het uitwerken van een verkeerseducatieve route samen met de basisscholen,
- het uitwerken van een fietsvaardigheidsparcours,
- het ontwikkelen van een materialenset voor fietsvaardigheidstraining,
- het samenstellen van een koffer met educatief materiaal…
op het vlak van vervoersorganisatie:
- het opleiden van vrijwilligers tot gemachtigde opzichters,
- het onderhandelen met De Lijn over een aanpassing van de dienstregeling,
- het nemen van maatregelen voor een efficiënter stationeer- en parkeergedrag in de schoolomgeving…
op het vlak van infrastructuur:
- het onderzoeken van knelpunten in de schoolomgevingen en op schoolroutes,
- het aanpakken van knelpunten in de schoolomgevingen en op schoolroutes,
- het optimaliseren van bestaande stap- en fietsroutes,
- het ontwikkelen van alternatieve stap- en fietsroutes,
- het inrichten van een kiss-and-ride zone…
§ 2 De schooldirecties verbinden zich tot
- het opstellen van een schoolvervoerplan,
- het stimuleren van gebruik van beveiligde routes,
- het stimuleren van voet-, fiets- en carpooling en gebruik van het openbaar vervoer,
- het sensibiliseren voor gebruik van alternatieve parkeermogelijkheden,
- het organiseren van praktijkgerichte educatieve activiteiten zoals het verkennen van de schoolomgeving, het inventariseren van schoolrouteknelpunten, het uitwerken en regelmatig afleggen van een verkeerseducatieve route,
- het stimuleren en vrijstellen van leerkrachten om nascholing over verkeer en mobiliteit te volgen,
- het aanschaffen van didactisch materiaal,
- het stimuleren van initiatieven die de verkeersveiligheid kunnen verhogen (gedrag, kleding, technische voorschriften fietsen),
- het optimaliseren van de veiligheid aan de schoolpoort door organisatorische maatregelen (parkeren, gemachtigde opzichters, stadswachten, begeleide rijen),
- het informeren en sensibiliseren van ouders,
- het organiseren van autovrije schooldagen, initiatieven in de Week van de Xxxxxx Xxxxxxxxxxxx, initiatieven in de Week van Vervoering.
§ 3 De oudercomités verbinden zich tot
- het gebruiken van beveiligde schoolroutes,
- het (mee) organiseren en deelnemen aan voet-, fiets- en carpools,
- een voorbeeldverkeersgedrag (niet parkeren voor de schoolpoort, snelheid matigen, zich zoveel mogelijk milieuvriendelijk verplaatsen),
16
- het signaleren van onveilige situaties in de schoolomgeving en op schoolroutes,
16 - het mee begeleiden van educatieve activiteiten zoals het afleggen van een verkeerseducatieve route of een fietsparcours.
§ 4 De gemachtigde opzichters verbinden zich tot
- verkeerstoezicht in de onmiddellijke omgeving van de schoolpoort,
- het fungeren als tussenpersoon voor de verschillende weggebruikers en politiediensten ter hoogte van de schoolpoorten,
- het signaleren van onveiligheidsindicaties.
§ 5 De politie verbindt zich tot
- het ondersteunen van educatieve en praktijkgerichte acties (fietsparcours, verkeerseducatieve route, fietscontroles, fiets- pool, voetpool),
- het voeren van een progressieve verkeershandhaving,
- het fungeren als meldpunt voor onveiligheidsindicaties.
Artikel 5 Duur
Het convenant ‘Duurzaam veilige schoolomgeving’ wordt afgesloten voor onbepaalde duur en zal tweejaarlijks geëvalueerd worden.
Opgemaakt te in zoveel exemplaren als er partijen zijn.
naam gemeente
Datum: ............................................................................................................................................................................................
Voor de gemeente ...........................................................................................................................................................................
naam, functie en handtekening van bijvoorbeeld Schepen voor Mobiliteit
Voor de scholen ...............................................................................................................................................................................
naam, functie en handtekening
Verantwoordelijke oudercomité .....................................................................................................................................................
naam, functie en handtekening
Voor de politie .................................................................................................................................................................................
naam, functie en handtekening
Voor andere partners: .....................................................................................................................................................................
naam, functie en handtekening van bijvoorbeeld De Lijn, externe lokale organisatie...
..........................................................................................................................................................................................................
17
17
..........................................................................................................................................................................................................
..........................................................................................................................................................................................................
Convenant duurzaam veilige schoolomgeving in Rotselaar
Rotselaar is een landelijke gemeente in Vlaams-Brabant met zeven basisscholen en één secundaire school.
Artikel 1 Partijen
Tussen:
- de gemeente Rotselaar,
- de schooldirecties van het basisonderwijs en het secundair onderwijs,
- de oudercomités van de desbetreffende scholen,
- de gemachtigd opzichters,
- de politiediensten,
- de leerlingen van de verschillende scholen wordt overeengekomen wat volgt:
Artikel 2 Voorwerp van onderhavige overeenkomst
Het convenant ‘Duurzaam Veilige Schoolomgeving’ wil ertoe bijdragen de verkeersveiligheid op de schoolroutes te verhogen en de verkeersleefbaarheid in de schoolomgeving te verbeteren. Dit door middel van een ruimtelijke herstructurering gekoppeld aan een verhoogde bereikbaarheid door versterking van de alternatieve vervoermiddelen.
Artikel 3 Toepassingsgebied
Onderhavig convenant is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Rotselaar.
Artikel 4 Algemene uitvoeringsbepalingen
§ 1 De gemeente Rotselaar verbindt zich tot
- het ontwikkelen van alternatieve en het optimaliseren van bestaande fietsroutes en kerkwegels,
- het verspreiden en indien nodig actualiseren van een veilige schoolroutekaart,
- de herinrichting van de schoolrouteknelpunten,
- het agenderen van de ‘Duurzaam Veilige Schoolomgeving’ op de agenda van de ‘Werkgroep Veilige Schoolomgeving’,
- het ontwikkelen van verkeerseducatieve routes,
- trachten te volgen van het STOP-principe d.w.z. voorrang geven aan stappers en trappers, daarna openbaar vervoer en schoolbus en pas als het niet anders kan privévervoer per auto.
§ 2 De schooldirecties verbinden zich tot
- het stimulerend optreden ten opzichte van de vastgelegde en beveiligde schoolroutes,
- de intensivering van educatieve en praktijkgerichte activiteiten zoals verkenning van de schoolomgeving, een plaatsbezoek van schoolrouteknelpunten als wandelaar en/of fietser. Politionele ondersteuning is mogelijk.
- het stimulerend optreden inzake verkeersveiligheid (gedrag, kleding, technische voorschriften fietsen…),
18
- het optimaliseren van de veiligheid aan de schoolpoort door organisatorische maatregelen,
18 - het inoefenen van de verkeerseducatieve routes.
§ 3 De oudercomités verbinden zich tot
- het sensibiliserend optreden ten opzichte van de vastgelegde en beveiligde routes,
- een voorbeeldverkeersgedrag,
- het organiseren van een educatieve verkeersactiviteit per schooljaar,
- het signaleren van onveiligheidsindicaties,
- het meewerken aan het verspreiden en eventueel actualiseren van het schoolrouteplan en dit voorstellen aan leerlingen en ouders.
§ 4 De gemachtigde opzichters verbinden zich tot
- de intensivering van verkeerstoezicht in de onmiddellijke omgeving van de schoolpoort,
- het fungeren als tussenpersoon voor de verschillende weggebruikers en politiediensten ter hoogte van de schoolpoorten,
- het signaleren van onveiligheidsindicaties.
§ 5 De politiediensten verbinden zich tot
- het ondersteunen van educatieve en praktijkgerichte acties, zoals:
- de samenwerking met de Werkgroep Veilige Schoolomgeving,
- acties tijdens de week van de zachte weggebruiker
(fietscontrole en graveren, toezicht tijdens verkeersvrije schooldag…),
- toezicht tijdens een fietsexamen.
- het voeren van een preventief en eventueel repressief handhavingsbeleid,
- het fungeren als meldpunt voor onveiligheidsindicaties,
- het coördineren van de theoretische opleiding van gemachtigde opzichters i.s.m. de provincie Vlaams-Brabant en het ver- zorgen van het praktijkgerichte luik van deze opleiding,
- het verzekeren van een intensieve begeleiding en ondersteuning van de gemachtigde opzichters voor het toezicht aan de schoolpoorten bij het begin van het nieuwe schooljaar en dit nadien te onderhouden.
§ 6 De leerlingen verbinden zich tot
- het volgen van de verkeersregels,
- het in orde houden van hun fietsen,
- zoveel als mogelijk te voet, per fiets of met de schoolbus naar school komen,
- het aanmoedigen van ouders om de verkeersreglementering te respecteren en de veiligheid in het verkeer te bevorderen,
- het doorbreken van de cirkel ‘Ik breng mijn kind naar school omdat het er onveilig is’.
Artikel 5 Duur
Het convenant ‘Duurzaam Veilige Schoolomgeving’ wordt afgesloten voor een periode van minimaal vijf jaar en zal jaarlijks geëvalueerd worden.
Opgemaakt te Rotselaar, op 8 mei 2006 in zoveel exemplaren als er partijen zijn.
Voor de gemeente Rotselaar: Xxx Xxxxxxxx, Secretaris x Xxxx Xxxxx, Burgemeester x
Voor de politie: Politiezone BRT, Korpschef Xxxxxxx Xxxxxxx x
19
Voor de scholen 19
de scholen | de directies | de oudercomités | de leerlingen |
GBS’t Centrum | X | X | X |
Vrije Basisschool De Klinker | X | X | X |
GBS Rotselaar-Heikant | X | X | X |
GBS Wezemaal | X | X | X |
Vrije Basisschool De Rank | X | X | X |
Vrije Basisschool De Klimboom | X | X | X |
GBS Werchter – Den Drempel | X | X | X |
Montfortcollege | X | X | X |
‘Veilig en milieuvriendelijk naar school’ in Kortrijk
Aanleiding voor het opstellen scholenovereenkomst Door heel wat losstaande verkeersinitiatieven van de stad en de scholen konden scholen soms door de bomen het bos niet meer zien. Zowel de stad als de scholen hadden nood aan een overzicht van wat de gemeente voor hen kon en wilde re- aliseren. De gemeentelijke mobiliteits- en preventiedienst en de afdelingen mobiliteit, politiezorg en wijkwerking van de politie gingen samen rond de tafel zitten en zetten hun aanbod voor de scholen op een rijtje. De vraag was echter of ook de scholen zich zouden engageren.
Engagement via overeenkomst
Na een informatieronde met de scholen ondertekenden de stad, de scholen en de politie een scholenovereenkomst voor een veilige en duurzame schoolomgeving. In die overeenkomst beloofde de stad een jaarlijks budget voor infrastructuurwerken en de aanleg en het onderhouden van fietspaden in de school- omgeving. Samen met een studiebureau maakte de stad een prioriteitenlijst van de scholen die hiervoor in aanmerking kwa- men. Scholen die de overeenkomst ondertekenden genoten de voorkeur.
- Zo beloofde het stadsbestuur onder andere om educa- tieve middelen en diensten ter beschikking te stellen, om begeleiding te voorzien bij het organiseren van activiteiten zoals fietspooling, autoloze verkeersdagen, maar het voor- zag ook middelen op de begroting voor infrastructurele aanpassingen.
- De politie van haar kant stond in voor toelichting over diverse onderwerpen, het beveiligen van oversteekplaat- sen, verkeerstoezicht…
- Van de scholen en oudercomités vroeg de gemeente onder andere om correct parkeergedrag en pools te stimuleren, educatie te voorzien, concrete acties op
te zetten en de mogelijkheden op eigen terrein te bekijken.
20
Om dit alles te kunnen opvolgen richtte de gemeente twee werkgroepen op: de ‘werkgroep schoolomgevingen’ voor het ‘harde, infrastructurele luik’ en de ‘werkgroep mobiliteits- educatie’ voor het ‘zachte, educatieve luik’ van het beleid. Om het geheel te coördineren stelde de gemeente een ambtenaar
20 binnen de directie Mobiliteit en Infrastructuur fulltime vrij.
De gemeente sloot de overeenkomst af met kleuter-, basis- en middelbare scholen, scholen voor hoger onder- wijs en universiteiten. In totaal bereikte de gemeente hiermee 55 directies, 27.000 leerlingen en studenten en ouders.
Doelstellingen
De doelstellingen van de overeenkomst:
- uitgebreide educatieve aanbod gebruiken,
- scholen aanzetten tot het nemen van sensibiliserende acties,
- scholen aanzetten tot het maken van een schoolvervoer- plan in ruil voor infrastructurele ingrepen,
- scholen aanzetten tot nadenken over het optimaliseren van het mobiliteitsgebeuren op het eigen terrein,
- het autoverkeer ter hoogte van de schoolpoort reduceren en in goede banen leiden.
Concrete realisaties
- Alle scholen ondertekenden de overeenkomst.
- Alle scholen begonnen aan de opmaak van een school- vervoerplan.
- Alle scholen kunnen zeer voordelig fluohesjes aankopen om te gebruiken bij schoolactiviteiten.
- De meeste scholen werken actief aan sensibilisatie.
- Er zijn studieopdrachten met voorstellen voor prioritaire schoolomgevingen en om de fietsroutes in kaart te brengen en te evalueren.
- Er kwam een wedstrijd voor scholen met de meest originele ideeën voor verkeersveiligheid aan de scholen en voor mobiliteitseducatie. De geldprijzen moeten
opnieuw in verkeersveiligheid geïnvesteerd worden.
- Het opstarten en organiseren van schoolpooling.
- Het inschakelen van gemachtigd opzichters op vaste punten. Door de overeenkomst lieten sommige scholen al hun leerkrachten een (opfris)cursus ‘gemachtigde opzichter’ volgen.
- De ter beschikking gestelde materialen (bv. behendigheids- parcours voor fietsers, verkeerskoffers) en diensten (fietsencontrole) worden gedurende het hele schooljaar benut.
- Een jaarlijkse praktische verkeersproef voor leerlingen van het zesde leerjaar.
Situatie vóór de overeenkomst
- Voor de overeenkomst namen de scholen een eerder afwachtende houding aan.
- Er was slechts sporadisch aandacht voor het thema ‘verkeer’.
- Het aanbod was versnipperd en niet structureel uitgebouwd.
Situatie na de overeenkomst
- De scholen zijn actief betrokken.
- De aandacht voor het thema is er voortdurend, bij scholen én gemeente.
- Er is één personeelslid fulltime aangeduid om exclusief rond schoolomgevingen en mobiliteitseducatie te werken.
Opvolging
De opvolging gedurende een schooljaar gebeurt door info- en overlegavonden, gemiddeld drie per jaar.
Daarnaast is er een nieuwsbrief ‘Mobilofiel’ die driemaal per jaar wordt uitgegeven.
Evaluatie
Op het einde van elk schooljaar volgt een evaluatie van de scholenovereenkomst van het afgelopen jaar met alle betrokken ambtenaren, politie en scholen. De werkgroepen geven een stand van zaken en de scholen kunnen er vragen stellen en opmerkingen geven voor een volgende overeenkomst.
9 EVALUATIEFORMULIER ‘SCHOLENOVEREENKOMST’
Vul in de eerste kolom alle geplande initiatieven en maatregelen in en in de tweede kolom de partner die deze realiseert. Dan geef je de termijn aan waarbinnen men deze zou moeten realiseren (korte termijn KT of middellange termijn MT). In een vijfde kolom duid je aan wat gerealiseerd is en wat (nog) niet.
In het vak ‘opmerkingen’ kan je kort vermelden welke knelpunten er waren, welke initiatieven je nog verder moet opvolgen, waarom bepaalde afspraken (nog) niet uitgevoerd werden…
Informatie
Initiatieven | Uitvoerder | KT | MT | Gerealiseerd? |
Sensibilisatie
Initiatieven | Uitvoerder | KT | MT | Gerealiseerd? |
Educatie
Initiatieven | Uitvoerder | KT | MT | Gerealiseerd? |
Initiatieven | Uitvoerder | KT | MT | Gerealiseerd? |
Vervoersorganisatie
21
Infrastructuur
Initiatieven | Uitvoerder | KT | MT | Gerealiseerd? |
Opmerkingen
10 EEN GREEP UIT HET AANBOD VAN MOBIEL 21
Schoolvervoerplan
Een gemeente kan samen met een of meer scholen een schoolvervoerplan opstellen. Een schoolvervoerplan is een geheel van maatregelen, uitgewerkt door een schooldirectie met haar leerkrachten, leerlingen en ouders, met ondersteuning van de gemeente. Het doel ervan is om het aantal veilige en milieuvriendelijke verplaatsingen naar school te doen toenemen. Een school- vervoerplan bestaat uit een knelpuntennota, een concreet actieplan en een evaluatie van de maatregelen en initiatieven in het actieplan.
In een schoolvervoerplan kunnen ze initiatieven vastleggen om de infrastructuur en de vervoers- organisatie te verbeteren, om te informeren, te sensibiliseren en verkeers- en mobiliteitseducatie op school te ondersteunen.
Een leidraad bij het uitwerken van een schoolvervoerplan vind je in de handleiding ‘Schoolvervoerplan’ van Mobiel 21. Mobiel 21 begeleidt scholen en gemeenten bij het opmaken van een schoolvervoer- plan.
Pooling naar school
Hiermee bedoelen we voetpooling, fietspooling en carpooling.
- Voetpooling: een of meer volwassenen begeleiden een groep kinderen via een afgesproken route te voet naar school en omgekeerd.
- Fietspooling: een of meer volwassenen begeleiden een groep kinderen via een afgesproken route per fiets naar school en omgekeerd.
- Carpooling: ouders die een of meer plaatsen vrij hebben in hun auto nemen andere kinderen mee naar school.
Pooling gebeurt in onderlinge afspraak tussen de ouders volgens op voorhand gemaakte afspraken, met vastgelegde routes en na het in orde brengen van verzekering en het voorzien van eventueel vereist materiaal, bv. fluohesjes en helmen voor fietspoolers. Meestal organiseert de gemeente of school voorafgaand een infovergadering voor geïnteresseerde ouders.
22
22
Verkeerseducatieve route
Een verkeerseducatieve route is een vaste uitgestippelde route in de directe school- omgeving langs verkeerssituaties die relevant en leerrijk zijn voor kinderen. Je kan een route voor voetgangers en voor fietsers uitstippelen. De route houdt een leerproces in over het verkeer, de verkeersborden en -regels, je eigen houding op straat en in verhouding tot andere weggebruikers. Zo vindt verkeers- en mobiliteitseducatie plaats in reële en bestaande verkeerssituaties waarmee kinderen dagelijks in contact komen.
Mobiel 21 werkt op vraag van scholen en gemeenten een route uit met didactische brochure voor leerkrachten op maat van de eigen schoolomgeving.
Schoolroutekaart
Een schoolroutekaart geeft de veiligste routes naar school aan. Stappen, fietsen en openbaar vervoer staan centraal, maar ook bestaande knelpunten, duurzame parkeeropties, prak- tische tips die woon-schoolverplaatsingen veilig en aangenaam maken en bestaande onder- steunende maatregelen zoals gemachtigde opzichters kunnen erin opgenomen worden. Het doel is om veilige en milieuvriendelijke verplaatsingen naar school te stimuleren en mogelijk te maken.
Een leidraad bij het uitwerken van een schoolroutekaart vind je in de handleiding ‘Veilige schoolroutes in kaart. Werkboek voor gemeenten van het Departement Mobiliteit en Openbare werken van de Vlaamse overheid. Mobiel 21 begeleidt scholen en gemeenten bij het uitwerken van een schoolroutekaart.
Schoolspaaractie ‘Veilig en milieuvriendelijk naar school’
Het is een sensibilisatiecampagne voor basisscholen bestaande uit een gratis spel met moge- lijkheid tot begeleiding bij het uitwerken van inhoudelijke verkeers- en mobiliteitsprojecten.
Met de actie kunnen scholen de leerlingen en hun ouders aanzetten om meer te voet, met de fiets, met de bus of carpoolend naar school te gaan en daarbij aandacht te hebben voor de verkeers- veiligheid in de schoolomgeving en op schoolroutes.
Kinderen verdienen gedurende de actieweek dagelijks een stip per milieuvriendelijke verplaat- sing. Die stippen kleven ze per klas op een kaartje. Volle kaartjes kleven ze op het schoolspaar- actiespandoek. Als dat spandoek vol is aan het einde van de week, dan heeft de school haar doel bereikt, nl. minder autoverkeer naar school. Jaarlijks kunnen 400 basisscholen deelnemen.
Info vind je op de website: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
23
Meester op de Fiets 23
Met de fiets naar school gaan is goed voor een dagelijkse portie gezond bewegen, draagt bij tot een milieuvriendelijk verkeer en geeft kinderen een zelfstandige actieradius. Met de fiets deel- nemen aan het verkeer is evenwel niet vanzelfsprekend. Vanuit deze visie ontwikkelden de Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS), het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) en Mobiel 21 een uniek samenwerkingsverband met als doel de fietsvaardigheid te bevorderen bij de leerlingen van de basisscholen.
Mobiel 21 werkte mee aan de handleiding die beschikbaar is via het BIVV. Op aanvraag bij de provin- ciale schoolsportsecretariaten van SVS (xxx.xxxxxxxxxxx.xx) kunnen scholen een ‘fietsmeester’ met een speciaal ontworpen materialenset op bezoek krijgen. Op deze wijze wordt een ruime variatie aan fietsvaardigheidsoefeningen en daarbij passend fietsparcours gerealiseerd.
24