Ondergetekenden:
Green Deal van Provincie Noord-Brabant met de Rijksoverheid
Ondergetekenden:
1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, ieder handelende in haar of zijn hoedanigheid van bestuursorgaan, tezamen hierna ook te noemen: Rijksoverheid;
2. De Commissaris van de Koningin van de provincie Noord-Brabant, de heer X.X.X.X. xxx xx Xxxx.
Hierna tezamen ook genoemd: partijen;
Hebben gezamenlijk het volgende vastgesteld:
Het kabinet beoogt een Green Deal met de samenleving, die bijdraagt aan verduurzaming van de maatschappij op korte en langere termijn en die lonend is voor overheid en maatschappij. Doel van de Green Deal is laten zien dat groen en groei hand in hand gaan.
1. Partijen zien publiekprivate samenwerking als de beste manier om verduurzaming van onze economie te versnellen en hier ook economisch van te profiteren. Deze unieke
gezamenlijke aanpak is in Nederland op andere terreinen zeer succesvol en de Green Deal zal hierop voortbouwen. Creativiteit, ondernemerschap en innovatie zijn onmisbaar om deze verduurzaming mogelijk te maken.
2. Bij de Green Deal gaat het om concrete duurzame initiatieven, waarbij barrières verdwijnen, innovaties ontwikkeld, gefinancierd en toegepast worden en duurzame kansen worden benut. In de praktijk loopt de maatschappij tegen belemmeringen aan die in de weg staan aan initiatieven die leiden tot een verdere verduurzaming.
3. In de Green Deal willen partijen concrete afspraken maken die deze belemmeringen weg nemen, zodat de initiatieven die anders moeilijk van de grond komen ruim baan krijgen. Initiatieven kunnen betrekking hebben op (decentrale) energie, energiebesparing, schaarse grondstoffen, water en mobiliteit. Deze initiatieven kunnen vervolgens ook als voorbeeldfunctie dienen voor andere partijen en daarmee de totale markt in beweging zetten.
4. De geïnventariseerde projecten van de initiatiefnemers zijn door het wegnemen van de beschreven belemmeringen potentieel succesvol, kunnen op korte termijn resultaten opleveren en kunnen uitmonden in nieuwe economische activiteiten of kostenbesparingen op korte
of langere termijn voor het bedrijfsleven. De resultaten van deze green deal kunnen daarna toepasselijk zijn op andere, vergelijkbare projecten, waardoor de reikwijdte van de Green Deal kan worden vergroot zonder dat daar specifieke ondersteuning vanuit de Rijksoverheid tegenover staat.
Partijen hebben het volgende vastgesteld:
De provincie Noord-Brabant heeft met haar Energieagenda een stevige ambitie, die in deze green deal zijn weerslag vindt. Ingezet wordt op duurzame technologische innovatie, kennis en samenwerking. Dit versterkt de economische positie van Brabant als technologische topregio. De provincie focust daarbij op drie clusters: zonne-energie, elektrisch rijden/slimme netwerken en biobased economy. Deze clusters bieden grote kansen voor de Brabantse economie en werkgelegenheid en kennen een nationaal belang in het Topsectorenbeleid.
De Green Deal tussen beschreven partijen bestaat uit de volgende afspraken:
1. Clusterontwikkeling zonneceltechnologie
Green Deal initiatief
Binnen de sterk groeiende wereldmarkt van zonneceltechnologie heeft Zuidoost-Nederland een sterke positie op het terrein van dunne film productietechnologie. De provincie Noord-Brabant ondersteunt het Solliance initiatief. Dit is een samenwerkingsverband tussen de kennisinstellingen ECN, TNO, TU/e, Holst en Imec op het terrein van onderzoek solar-productietechnologie. Een volgende stap is de valorisatie van onderzoeksresultaten uit het Solliance initiatief: MKB bedrijven die de kennis omzetten in commerciële producten en diensten. Daartoe zijn partijen samen met het bedrijfsleven voornemens een solar valorisatie- programma in te richten. Partijen werken samen bij de verdere uitwerking van het valorisatieprogramma.
Provincie Noord-Brabant
De provincie Noord-Brabant investeert € 28 miljoen in de clusterontwikkeling Solliance en heeft daarnaast 10 miljoen euro gereserveerd voor de inrichting van een valorisatieprogramma voor MKB bedrijven, onder de voorwaarde dat ook de Rijksoverheid een passende financiële ondersteuning levert.
Tegenprestatie Rijksoverheid
De Rijksoverheid onderschrijft het belang van het Solliance initiatief. Het solar valorisatieprogramma past goed in de aanpak dat met het topsectorenbeleid wordt beoogd; een sterke markt- en exportpositie, een stevige kennisintensiteit, intensieve samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijven en de potentie een innovatieve bijdrage aan maatschappelijke uitdagingen te leveren. Voor de topsectoren (ook voor energie) worden voor het einde van het jaar onderzoeks- en innovatie roadmaps opgesteld met daarin voorstellen voor langjarige programma’s en thema’s.
De Rijksoverheid heeft niettemin hierop vooruitlopend een aantal instrumenten die valorisatie binnen het Solliance initiatief kunnen versterken. In de eerste plaats kunnen Solliance partners gebruik maken van de innovatiekrediet regeling. Hoewel dit een generieke regeling is, is de verwachting dat deze ook voor Solliance van meerwaarde kan zijn. Gelet op het belang dat de Rijksoverheid hecht aan Solliance zal zij bedrijven in de solarindustrie faciliteren bij het gebruik maken van deze regeling.
2. Grootschalige technologische proefiuin duurzame decentrale energie
Green Deal initiatief
Partijen zijn voornemens een grootschalige proeftuin te ontwikkelen, waarin het potentieel van kennis, innovatieve bedrijven en startende ondernemingen sneller de weg naar de markt kan vinden. Partijen werken dit verder uit binnen de Brainport 2020 agenda, waarin een grootschalige technologische proeftuin duurzame (decentrale) energieopwekking en – besparing is benoemd. De proeftuin biedt de kans aan bedrijven en instituten als Eindhoven Energy Institute, KIC Innoenergy, FOM en Solliance, om kennis en technologie in de praktijk te beproeven. Dit wordt bereikt door aanbieders en afnemers samen te brengen en krachten te bundelen. Het doel is risicoreductie te bewerkstelligen om de omzetting van technologische mogelijkheden naar marktontwikkelingen mogelijk te maken. Op deze manier zal in de Brainport regio Eindhoven gebundelde kennis sneller tot economische waarde voor de Nederlandse industrie leiden.
De Rijksoverheid zal bezien, welke potentieel belemmerende regels (bijvoorbeeld Bouwbesluit) tijdelijk en onder randvoorwaarden aangepast kunnen worden. Daarnaast wordt de zelflevering van duurzame energie verbreed naar verenigingen van eigenaars door aanpassing van de Elektriciteitswet.
De Rijksoverheid stelt binnen de relevante wettelijke kaders en ter ondersteuning van (schaalsprong) projecten in het solar experimenteergebied en de biobased economy een subsidie in een nog nader te bepalen vorm beschikbaar van in totaal maximaal € 12 miljoen voor zover deze strookt met de toepasselijke staatssteunregels. Daartoe zal de provincie Noord-Brabant op korte termijn een aanvraag indienen vergezeld van een projectplan (inclusief begroting).
De bijdrage heeft als doel om de risico’s voor private investeerders te verlagen, waardoor zij sneller en tegen gunstigere voorwaarden kunnen participeren in een proeftuin.
3. Biobased economy
Green Deal initiatief
De sectoren chemie en agro zijn voor Nederland belangrijk gezien hun bijdragen aan werkgelegenheid, BBP en export. Er ligt een uitdaging om de twee bedrijfstakken samen te brengen tot een nieuwe groene chemie, de biobased economy. De biobased economy is een economie die voor zijn energie en materialen niet meer afhankelijk is van fossiele brandstoffen, maar van groene grondstoffen. Het is voor ondernemers zoeken naar slimme routes voor biomassa, aan de hand van het cascadeprincipe. Dit betekent het intelligent gebruiken van de aanwezige functionaliteit in de biomassa.
In Zuidwest Nederland ligt een grote potentie voor de biobased economy, met name in de verbinding tussen agrofood en chemie. De provincie Noord-Brabant werkt hierin samen met provincie Zeeland en met Vlaanderen. De Agenda Biobased Economy voor Zuidwest Nederland is recentelijk aangeboden aan de topteams Chemie en Agro & Food. In deze agenda wordt aangegeven dat er in Zuidwest Nederland al ruim 120 projecten op het gebied van biobased economy zijn opgestart. Intensivering van deze projecten is van groot belang en vereist een schaalsprong.
Provincie Noord-Brabant
De Provincie Noord-Brabant is bereid de komende jaren € 13,5 miljoen in de biobased economy te investeren. Zij heeft daartoe een aantal projecten geïdentificeerd om verder te ontwikkelen, zogenaamde ‘schaalsprong projecten’. Drie van deze projecten worden onder de Green Deal gebracht.
1. Doorontwikkeling Green Chemistry Campus Bergen op Zoom
De campus is een samenwerking van grote bedrijven uit de agro- en chemiesector (o.a. Cargill en Sabic) en jonge innovatieve bedrijven. De campus start vanuit de bestaande infrastructuur bij Sabic, maar zal snel overgaan naar nieuwbouw. De campus bestaat o.a. uit een incubatiecentrum voor jonge bedrijven. De activiteiten zijn bij voorkeur al zover uitgewerkt dat ze de laboratoriumfase zijn ontstegen en in de fase beginnen te komen van opschaling (pilotfase) en businessontwikkeling. Binnen de doorontwikkeling van de Green Chemistry Campus zet Avans zich in voor een lectoraat en kenniskring Biobased Economy, onderwijsontwikkeling en het opzetten van een kenniscentrum.
2. Agro L Food cluster Nieuw Prinsenland (Suikerunie)
Dit schaalsprong project betreft de realisatie van een duurzame productielocatie door clustering van bedrijven uit en gelieerd aan de agro- en levensmiddelensector met een bestaande suikerfabriek (Suikerunie) en een grootschalige glastuinbouwlocatie. In totaal gaat het om de uitgifte van 50 ha netto uitgeefbaar bedrijventerrein, 220 ha netto glas, en 40 ha autonome ontwikkeling door de suikerfabriek. Het project omhelst daarnaast de uitwisseling van reststromen (bioraffinage, vergisting, etc.), vergroening van de procesindustrie door schone technologie, inzet van groene grondstoffen en het sluiten van kringlopen (restwarmte, water en waterzuivering, verwerking van biomassa (rest)stromen). Er worden groene bouwstenen voor materialen en chemicaliën geproduceerd (suikerderivaten, bietenpulp, biogas).
3. Duurzame procesindustrie Moerdijk
Het schaalsprongproject Duurzame procesindustrie voorziet in opwekking van groene stroom en warmtelevering op het haven- en industrieterrein Moerdijk. Het bestaande warmtenet dat in 2009 in gebruik is genomen wordt uitgebouwd van een warmtenet tussen enkele bedrijven op Moerdijk tot het schaalniveau van meerdere gebieden in West-Brabant. Het opwekken van groene stroom en warmte vindt plaats door vergisting van regionale agro-reststromen. Een ander element uit het project is het oplossen van logistieke uitdagingen en de hierbij horende belemmerende regelgeving rond vergunningen en afvalstoffen.
Tegenprestatie Rijksoverheid
De drie projecten vragen een voorinvestering om tot volledige wasdom te komen, welke nog niet gedekt is. De Rijksoverheid stelt binnen de relevante wettelijke kaders en ter ondersteuning van (schaalsprong) projecten in het solar experimenteergebied en de biobased economy een subsidie in een nog nader te bepalen vorm beschikbaar van in totaal maximaal € 12 miljoen voor zover deze strookt met de toepasselijke staatssteunregels. Daartoe zal de provincie Noord-Brabant op korte termijn een aanvraag indienen vergezeld van een projectplan (inclusief begroting).
Deze bijdrage heeft als doel de risico’s voor private investeerders te verlagen, waardoor zij sneller en tegen gunstigere voorwaarden kunnen participeren in projecten.
De Rijksoverheid zal de partijen in de regio faciliteren om lange termijn investeringen te doen door samen met de regio op te trekken richting de EU en de Europese Investeringsbank. Zij doet dit door het toegankelijk maken van haar netwerk, binnen haar netwerk de Zuidwestelijke propositie aan te bevelen en waar nodig de Europese lobby vanuit de Zuidwestelijke Delta te ondersteunen, bijvoorbeeld door het afgeven van een letter of support en het meenemen in de bespreekpunten van de minister met zijn collega bewindslieden.
4. Elektrisch rijden en slimme nenen
Green Deal initiatief
Technische doorbraken in vermogenselektronica, ICT en accutechnologie hebben ervoor gezorgd dat de ontwikkelingen van slimme decentrale netten en elektrische voertuigen de afgelopen drie jaar in een stroomversnelling zijn geraakt. In Brabant heeft een groot aantal bedrijven aan deze versnelling bijgedragen. Door de unieke combinatie van beschikbare kennis, aanwezige marktpartijen en ambitieuze overheden heeft Brabant een sterke uitgangspositie wat Nederland op het gebied van elektrisch rijden en slimme netwerken een groot economisch verdienpotentieel oplevert.
De toegevoegde waarde van de provincie is vooral de valorisatie van kennis en het aanjagen van cross- sectorale innovatie. De provincie wil daarom de samenwerking tussen gemeenten, bedrijven en kennisinstellingen faciliteren, campussen doorontwikkelen en een impuls geven aan de markt. Het ministerie van EL&I en de provincie Noord-Brabant werken samen in een Green Deal elektrisch rijden en slimme netwerken (bijgevoegd). Binnen de nationale FET-aanpak, zoals verwoord in het Plan van Aanpak ‘Elektrisch Rijden in de versnelling’, krijgt Brabant een duidelijke rol als focus- en experimenteergebied.
Binnen de nationale aanpak krijgt Brabant een duidelijke rol als focus- en experimenteergebied. Dit wordt nader beschreven in de Green Deal Elektrisch Vervoer Brabant (bijgevoegd). De belangrijkste elementen zijn:
- Brabant heeft een kennispositie en is leading in ontwikkeling in het ‘heavy duty powertrain’ voertuigsegment en de ontwikkeling van slimme laadinfrastructuur. De Brabantse aanpak voor de periode 2011-2014 is daarmee gericht op de marktontwikkeling van belangrijke niches zoals openbaar vervoer (bussen en taxi’s), binnenstedelijke logistiek (waaronder afvalinzameling). Brabant maakt met deze niche aanpak een specifieke keuze voor nul-emissie, full electric, plug-in hybride met range extenders.
- Binnen de provincie zullen experimenteergebieden worden ingericht om ervaring op te doen met o.m. nul emissie openbaar vervoer, stadsdistributie, vervoer t.b.v. zorginstellingen, niet- spoedeisend ambulance vervoer, stadsreiniging e.d. Daarmee wordt tevens voor bedrijven de mogelijkheid geboden hun producten in de eigen lokale markt te testen en verbeteren.
- Er zal een regionaal revolving fund worden ingericht voor risicodragende participatie en investeren in initiatieven en bedrijven en internationale acquisitie van bedrijven. De ervaringen van de valorisatieregeling SLIM-ERB 2010-2011 zullen worden ingezet zodat ook in deze fase de valorisatie van R&D-kennis mogelijk wordt gemaakt. De provincie zal voor de hiervoor genoemde initiatieven € 10 miljoen ter beschikking stellen. Het beleid van de Provincie Brabant, de BrabantStad Gemeenten (Breda, Helmond, ’s-Hertogenbosch, Tilburg, Eindhoven) is gericht op het verduurzamen van het eigen wagenpark en het faciliteren van elektrisch vervoer en slimme netten in Brabant.
- Brabantstad stimuleert het inrichten van de laadinfrastructuur. In 2012 streeft de Provincie Noord-Brabant naar 50 oplaadpunten in tenminste drie gemeenten (totaal 150). In 2014 streeft de Provincie Noord-Brabant naar 500 laadpunten per deelnemende gemeente en 500
oplaadpunten in de overige Brabantse gemeenten Met focus op 6 gemeenten richt Brabant zich op 1500 voertuigen en 3000 laadpunten; T/m 2014 worden in Brabant tenminste 3 slimme wijken gerealiseerd waarin slimme netten en slimme mobiliteit worden gecombineerd.
- Brabant wil een strategische voorlopersrol spelen in de concessiehervorming in het kader van elektrisch openbaar vervoer en meewerken aan aanpassingen in het concessiebeleid gericht op ZERO-emissie OV.
Tegenprestatie Rijksoverheid
- Brabant krijgt een duidelijke rol als Focusgebied voor elektrisch rijden.
- Brabant wordt daarbij nadrukkelijk gezien als gebied waar grote kansen liggen voor het realiseren van verdienpotentieel d.m.v. valorisatie van kennis op het gebied van zowel full electric vervoer als plug-in hybride met range extenders. Het gaat daarbij vooral om ontwikkeling van heavy
duty powertrain voor niche markten als electrische bussen, stadsdistributie en afvalverzameling, batterymanagement-systemen, veiligheid, ICT, slimme laadinfrastructuur en daaraan gerelateerde dienstverlening.
- In het kader van het HTSM topadvies heeft het bedrijfsleven met kennisinstellingen het onderwerp “Electric Vehicle Technology en toepassingen daarvan” een plaats gegeven binnen “Future Powertrain projecten”. Dit sluit aan bij het generieke valorisatiebeleid van EL&I om resultaten van onderzoek sneller hun weg te laten vinden naar nieuwe producten, processen of diensten. Daarbij zal goede afstemming plaatsvinden tussen EL&I en Brabant.
- De Rijksoverheid zal Brabant helpen bij de ontwikkeling van revolving investeringsfondsen en daarbij naar goede aansluiting streven tussen deze green Deal en het nieuwe innovatiefonds-MKB+.
- Bij de opzet en uitvoering van internationale proeftuinen voor elektrisch rijden, zoals die met Noordrijn Westfalen, zullen de provincie en binnen de provincie gelokaliseerde bedrijven en kennisinstellingen nadrukkelijk worden betrokken.
- Bij relevante investeringsprojecten van potentiële buitenlandse investeerders, zal NFIA de desbetreffende Brabantse vestigingslocaties onder de aandacht brengen. Van groot belang daarbij is, dat er goed zicht is op wat de regio aan buitenlandse investeerders te bieden heeft. Brabant, i.c. de BOM, zal concrete investeringsprojecten uitwerken en tijdig met de NFIA afstemmen.
5. fondsen
Green Deal initiatief
De Provincie Noord-Brabant experimenteert actief met revolverende inzet van middelen om zodoende investeringsdrempels te verlagen. Daartoe onderzoekt de provincie een 5-tal grootschalige energieprojecten op de mogelijkheden van revolverende financiële inzet, waaronder zon-PV, biomassa en warmteprojecten (o.a.op energieweb Moerdijk).
De provincie deelt actief haar kennis en ervaring met de 5 pilotprojecten ter beschikking.
Tegenprestatie Rijksoverheid
De Rijksoverheid zal de mogelijkheid bieden aan partijen om het beheer van hun revolverende publiek/ private fondsen te stroomlijnen. Dit levert lagere beheerslasten op voor partijen en een helder aanspreekpunt voor gebruikers. Daarnaast voorziet de Rijksoverheid in een aanpak om hoge afhandelingskosten bij de financiering van duurzame initiatieven te verlagen. Het kabinet gaat samen met financiële instellingen een stichting ondersteunen die de eerste technische beoordeling kan doen van duurzame projecten. De stichting is voor iedereen toegankelijk. Hiermee kunnen de afhandelingskosten worden verlaagd.
Partijen spreken de intentie uit deze Green Deal ten uitvoer te brengen. Partijen zullen elkaar onverwijld inlichten indien bij de uitvoering blijkt dat er zich omstandigheden voordoen die het realiseren van de green deal niet mogelijk maakt.
Slotbepalingen
Deze Green Deal treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening en geldt voor de periode 2011 tot 2015. Alle in deze Green Deal genoemde projecten worden zo snel mogelijk ter hand genomen.
Partijen komen overeen dat de Green Deal afspraken niet in rechte afdwingbaar zijn. Deze Green Deal zal samen met andere afgesloten Green Deals openbaar worden gemaakt, waardoor andere partijen kennis kunnen nemen van de gesloten Green Deals zodat navolging van deze Deals kan worden bevorderd.
Getekend te ’s-Gravenhage op
De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Drs. M.J.M. Verhagen
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
J.J. Atsma
Namens Provincie Noord-Brabant
De Commissaris van de Xxxxxxxx xxx xx xxxxxxxxx Xxxxx-Xxxxxxx, Xx xxxx X.X.X.X. xxx xx Xxxx
Bijlage
Green Deal Focusgebied Provincie Brabant Inleiding
Technische doorbraken in vermogenselektronica, ICT en accutechnologie hebben ervoor gezorgd dat de
ontwikkelingen van slimme decentrale netten en elektrische voertuigen de afgelopen drie jaar in een stroomversnelling zijn geraakt. In Brabant heeft een groot aantal bedrijven aan deze versnelling bijgedragen. Door de unieke combinatie van beschikbare kennis, aanwezige marktpartijen en ambitieuze overheden heeft Brabant een sterke uitgangspositie wat Nederland op het gebied van elektrisch rijden en slimme een groot economisch verdienpotentieel oplevert. De toegevoegde waarde van de provincie is vooral de valorisatie van kennis en het daarbij aanjagen van crosssectorale innovatie. De provincie wil daarom de samenwerking tussen gemeenten, bedrijven en kennisinstellingen faciliteren, campussen doorontwikkelen en een impuls geven aan de markt. Het Rijk en de provincie Noord-Brabant werken samen in een Green Deal elektrisch rijden en slimme netwerken. Binnen de nationale aanpak, zoals verwoord in het Plan van Aanpak ‘Elektrisch Rijden in de versnelling’ krijgt Brabant een duidelijke rol als focus- en experimenteergebied.
Provincie Noord-Brabant tekent dit onderdeel van de Green Deal mede namens BrabantStad, de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij en op het terrein van elektrisch rijden en slimme netten ook namens actieve bedrijven en kennisinstellingen binnen de provincie Brabant.
Algemene uitgangspunten
- Bij het thema elektrisch rijden en slimme netten gaat om een economische en ecologische kans, die zich in een vroeg, dynamisch, stadium van ontwikkeling bevindt en kansen biedt door de sectoroverstijgende innovaties. Er is een sterke behoefte aan maatwerk in de afstemming tussen het provinciale innovatiesysteem en de rijksoverheid.
- Het provinciale beleid op het thema elektrisch rijden en slimme netten houdt sterk verband met het nationale topsectorenbeleid en het Plan van Aanpak ‘Elektrisch rijden in de versnelling‘.
- Een internationale oriëntatie en internationale samenwerking zijn in de ontwikkeling van slimme netten en elektrisch rijden essentieel om de marktkansen voor Nederlandse partijen of de vestiging en groei van internationale partijen in Nederland succesvol te laten zijn.
De Green Deal tussen beschreven partijen bestaat uit de volgende afspraken:
Green Deal initiatief van de provincie Brabant
Valorisatie
Brabant heeft een goede kennispositie en is leading in ontwikkeling in het ‘heavy duty powertrain’ voertuigsegment en de ontwikkeling van slimme laadsystemen. De Brabantse aanpak voor de periode 2011-2014 is daarmee gericht op de marktontwikkeling van belangrijke niches zoals openbaar vervoer (bussen en taxi’s) en binnenstedelijke logistiek (waaronder afvalinzameling). Brabant maakt met deze nicheaanpak een specifieke keuze voor nul-emissie, full electric, plug-in hybrides met range extenders.
Maatregelen:
- Binnen de provincie zullen experimenteergebieden worden ingericht om ervaring op te doen met o.m. nul-emissie openbaar vervoer, stadsdistributie, vervoer t.b.v. zorginstellingen, niet- spoedeisend ambulancevervoer, stadsreiniging e.d. Daarmee wordt tevens voor bedrijven de mogelijkheid geboden hun producten in de eigen lokale markt te testen en verbeteren.
- De provincie zal zorg dragen voor het aanbrengen van focus in de activiteiten door op thematisch niveau te zorgen voor clustering van activiteiten rond elektrisch rijden en slimme netten. Die clusters worden gevormd rond 5 toonaangevende bedrijven, young inventors, start-ups, MKB- bedrijven.
- De ervaringen van de valorisatieregeling SLIM-ERB 2010-2011 zullen worden ingezet zodat ook in deze fase de valorisatie van R&D-kennis mogelijk wordt gemaakt.
- De provincie zal tenminste 10 valorisatieprojecten realiseren en 4 bedrijfsparticipaties (i.c. de BOM) aangaanDe provincie zal voor de hiervoor genoemde initiatieven €10 mln. ter beschikking stellen. Deze €10 miljoen wordt ingezet in een, in 2011 te realiseren, PPS- arrangement waarmee in totaal 60 miljoen wordt geïnvesteerd in elektrisch rijden en slimme netten.
- Er zal hiervoor een regionaal revolving fund worden ingericht voor risicodragende participatie en investeren in initiatieven en bedrijven en internationale acquisitie van bedrijven.
Voertuigen
- Noord-Brabant en BrabantStad zijn gecommitteerd aan de nationale ambitie van 200.000 elektrische voertuigen.
- Het beleid van de Provincie Brabant en de BrabantStad Gemeenten (Breda, Helmond, ’s-Hertogenbosch, Tilburg, Eindhoven) is gericht op het verduurzamen van het eigen
wagenpark en het faciliteren van elektrisch vervoer en slimme netten in Brabant. Binnen de experimenteergebieden rijdt in deze steden inmiddels een tiental voertuigen met een zware of heavy duty powertrain (OV en afvalinzameling) naast 100+ personenvoertuigen. De provincie stuurt binnen haar invloedssfeer op een opschaling naar 1500 voertuigen in 2014.
Infrastructuur
- Brabantstad stimuleert het inrichten van de laadinfrastructuur. In 2012 streeft Brabant naar 50 oplaadpunten in tenminste drie gemeenten (totaal 150). In 2014 streven we naar 500 laadpunten per deelnemende gemeente en 500 oplaadpunten in de overige Brabantse gemeenten. Met focus op 6 gemeenten richt Brabant zich op 1500 voertuigen en 3000 laadpunten;
- Brabant pleit voor koppeling van elektrisch rijden aan slimme netwerken en dit integraal te behandelen. Slimme netwerken maken een betaalbare en grootschalige uitrol van
laadinfrastructuur mogelijk en ontsluiten tevens de grootschalige inzet van decentrale duurzame energie. T/m 2014 worden in Brabant tenminste 3 slimme wijken gerealiseerd waarin slimme netten en slimme mobiliteit worden gecombineerd.
- Over het totale programma tot aan 2020 bedraagt de totale private en publieke investering in laadinfrastructuur en smart grid circa €500 miljoen.
- De uiteindelijke laadinfrastructuur wordt bepaald door de industriële kennis- en concurrentiepositie en door de regionale vraag naar specifieke laadvormen (normaal en slim of ‘ultra’snel c.q. inductief of conductief ). De implementatie en uitrol van laadinfrastructuur gebeurt in samenhang met de ontwikkeling van slimme netwerken.
- Brabant werkt mee aan Europese interoperabiliteit in het bijzonder met de grensstreken (NRW/ VL).
Overig
- Brabant wil een strategische voorloperrol spelen in de concessiehervorming in het kader van zero emissie openbaar vervoer en meewerken aan aanpassingen in het concessiebeleid.
- Brabant heeft de intentie om te komen tot een Europees Competence Centre voor elektrische stadsdistributie, elektrisch openbaar vervoer en elektrische afvalinzameling gekoppeld aan de High Tech Automotive Campus en Dinalog.
Tegenprestatie Rijksoverheid
- Binnen de uitwerking van het nationale aanpak van elektrisch rijden, zoals neergelegd in het Plan van Aanpak ’Elektrisch Rijden in de versnelling’, krijgt de provincie Brabant een duidelijke rol als Focusgebied.
Bevorderen verdienpotentieel
- Brabant wordt daarbij nadrukkelijk gezien als gebied waar grote kansen liggen voor het realiseren van verdienpotentieel d.m.v. valorisatie van kennis op het gebied van zowel full electric vervoer als plug-in hybride met range extenders. Het gaat daarbij vooral om o.m. ontwikkeling van
heavy duty powertrains voor niche markten als elektrisch openbaar vervoer, stadsdistributie, afvalverzameling en de ontwikkeling op het gebied van batterymanagement-systemen, veiligheid, ICT, laadinfrastructuur en daaraan gerelateerde dienstverlening.
- In het kader van het HTSM topadvies heeft het Automotive bedrijfsleven met kennisinstellingen het onderwerp ’Electric Vehicle Technology en toepassingen daarvan’ een plaats gegeven binnen ’Future Powertrain projecten’. Dit sluit aan bij het generieke valorisatiebeleid van EL&I om resultaten van onderzoek sneller hun weg te laten vinden naar nieuwe producten, processen of diensten. Daarbij zal goede afstemming plaatsvinden tussen EL&I en Brabant.
- De Rijksoverheid/Min. EL&I is bereid haar expertise en netwerk in de risicokapitaalmarkt in te zetten bij de ontwikkeling door de provincie Brabant van revolverende investeringsfondsen voor risicodragende participaties en investeringen in initiatieven, bedrijven en internationale acquisitie van bedrijven.
- Daarnaast zal de Rijksoverheid streven naar een goede aansluiting tussen deze Green Deal en de financieringsmogelijkheden vanuit het nieuwe Innovatiefonds-MKB+. Daar waar knelpunten in de financiering van private innovatie-investeringen bij ondernemingen en bij investeringsfondsen aan de orde zijn, en die initiatieven aansluiten op deze Green Deal, liggen wellicht goede mogelijkheden tot samenwerking vanuit het Innovatiefonds MKB+. Dit zouden cofinancieringen kunnen zijn van innovatieve projecten bij individuele ondernemingen of investeringsfondsen.
Internationale samenwerking en positionering
- Bij de opzet en uitvoering van internationale proeftuinen voor elektrisch rijden, zoals die met Nordrhein-Westfalen, zullen de provincie en binnen de provincie gelokaliseerde bedrijven en kennisinstellingen nadrukkelijk worden betrokken.
- Bij relevante investeringsprojecten van potentiële buitenlandse investeerders zal NFIA de desbetreffende Brabantse vestigingslocaties onder de aandacht brengen. Van groot belang daarbij is dat er goed zicht is op wat de regio aan buitenlandse investeerders te bieden heeft. Brabant (i.c. de BOM) zal de komende periode concrete investeringsvoorstellen uitwerken en deze tijdig met de NFIA afstemmen.
- De rijksoverheid is bereid om capaciteit beschikbaar te stellen om gezamenlijk met Brabant te onderzoeken of een Europees Competence Centre voor zero emissie stadsdistributie, elektrisch openbaar vervoer en elektrische afvalinzameling wenselijk en haalbaar is.
- Rijksoverheid en provincie zullen samenwerken in gezamenlijke internationale positionering, bijvoorbeeld op de Ecartec.
Infrastructuur en smart grids
- De rijksoverheid onderschrijft de voordelen van een integrale benadering van elektrisch rijden en slimme netwerken. Voorstellen die Brabant indient voor de tender proeftuinen intelligente netten zullen in deze context worden beoordeeld.
- Het Rijk zorgt ervoor dat experimenteerruimte zal worden gecreëerd voor experimenten binnen het focusgebied Brabant met marktconcepten op het gebied van laadinfrastructuur, daar waar die zijn gekoppeld aan smart grid toepassingen.
Voertuigen
- Het Rijk faciliteert de aanschaf van elektrische voertuigen d.m.v. de fiscale maatregelen zoals beschreven in de Autobrief van de staatsecretaris van Financiën.
Monitoring
- Door de rijksoverheid wordt een voor alle focusgebieden toepasbaar monitoringssysteem ontwikkeld. Specifieke regionale wensen worden daarbij zo mogelijk meegenomen. De hierin verzamelde informatie wordt aan alle focusgebieden en anderen ter beschikking gesteld.
- Het Rijk zet zich in om de best practices tussen de Focusgebieden onderling op gestructureerde wijze te delen;
Wet- en regelgeving
- Het Rijk zal inventariseren of zich nog knelpunten op het gebied van wet.- en regelgeving voordoen die maatregelen vereisen. Het rijk draagt vervolgens zorg voor adequate en afgestemde wet- en regelgeving en beleid m.b.t. infrastructuur, voertuigen en gedrag, zowel op nationaal als EU niveau. Denk hierbij aan verkeersborden, voertuigeisen en rijbewijzen.
- Om een aantrekkelijke business case te realiseren, zullen in een aantal gevallen tijdelijke ontheffingen kunnen worden gerealiseerd, zoals bijvoorbeeld m.b.t. het rijbewijs B voor bestelbusjes die als gevolg van de batterij zwaarder zijn dan 3.500 kg.
- Het Rijk zal zich inspannen om het belang van vergunningverlening m.b.t. parkeer en laadinfrastructuur, milieuzones en venstertijden bij gemeentes onder de aandacht te brengen (bijv door VNG-convenant, informatiebijeenkomsten, afstemming tussen gemeenten onderling). Het rijk zal daarbij zorgdragen voor informatie en kennisuitwisseling aan en tussen gemeentes op basis waarvan lokaal beleid rondom EV gevormd en uitgevoerd kan worden.