NAAM EN ZETEL
NAAM EN ZETEL
Artikel 1
1. De coöperatie draagt de naam: Xxxxxxx Xxxxxx, Coöperatieve Vereniging U.A.
2. Zij is gevestigd te Utrecht. DOEL EN MIDDELEN Artikel 2
De coöperatie heeft ten doel het voorzien in de stoffelijke behoeften van haar leden door met hen overeenkomsten te sluiten in het na te noemen bedrijf dat zij te dien einde ten behoeve van haar leden uitoefent of doet uitoefenen, te weten:
1. het ten behoeve van haar leden uitoefenen van een uitvaartbedrijf door voor eigen rekening met haar leden op de nader bij deze statuten en/of bij reglement vastgestelde en/of vast te stellen voorwaarden ledenovereenkomsten aan te gaan omtrent de verzorging van een uitvaart;
2. het deelnemen in, zich op andere wijze interesseren bij, het voeren van beheer over en het financieren van vennootschappen en andere ondernemingen, alsook het aangaan en verstrekken van geldleningen en het verstrekken van zekerheden;
3 het beheren van en beschikken over registergoederen;
4. het zich sterk maken of het zich hoofdelijk of anderszins naast of voor anderen verbinden;
5. het beleggen van vermogen, en wel onder meer in registergoederen en effecten, zoals aandelen en andere bewijzen van deelgerechtigdheid, obligaties en andere rentedragende schuldvorderingen, onder welke naam en in welke vorm ook;
zomede al hetgeen dat met het vorenstaande verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, een en ander in de ruimste zin.
De coöperatie kan overeenkomsten, als die welke zij met haar leden sluit, ook met anderen aangaan. Indien de coöperatie van de haar in de vorige zin toegekende bevoegdheid gebruik maakt, mag zij dat niet in zodanige mate doen dat de overeenkomsten met de leden slechts van ondergeschikte betekenis zijn.
MIDDELEN
Artikel 3
1. De coöperatie tracht haar doel te bereiken door aan haar leden tegen betaling van één of meer bedragen de verzorging van hun uitvaart volledig of tot een bepaald maximum in het vooruitzicht te stellen, uit te voeren door Barbara Uitvaartverzorging Coöperatieve Vereniging U.A., statutair gevestigd te Utrecht, met adres 0000 XX Xxxxxxx, Egginklaan 51, ingeschreven in het handelsregister onder nummer: 30026665, hierna te noemen: Uitvaartverzorging Barbara, of, met toestemming van het bestuur van Uitvaartverzorging Xxxxxxx, door derden.
2. Verder tracht de coöperatie haar doel te bereiken door het verrichten van al datgene wat in verband met haar doelstellingen rechtstreeks of zijdelings in verband staat of daartoe bevorderlijk kan zijn.
LIDMAATSCHAP
Artikel 4
Het lidmaatschap is persoonlijk en derhalve niet vatbaar voor overdracht door een lid, anders dan ten gevolge van fusie, splitsing of overgang waarbij de coöperatie partij is.
LEDEN
Artikel 5
1. Leden van de coöperatie zijn natuurlijke personen met wie de coöperatie één
of meer ledenovereenkomsten heeft gesloten.
2. De leden zijn jegens de coöperatie gehouden al datgene na te komen waartoe de statuten, eventuele reglementen en de ledenovereenkomst hen verplichten.
TOETREDING
Artikel 6
1. Het lidmaatschap vangt van rechtswege aan op het tijdstip waarop door een natuurlijk persoon een dergelijke ledenovereenkomst met de coöperatie wordt gesloten.
2. Het bestuur beslist over de toelating van een lid.
LEDENLIJST
Artikel 7
Het bestuur houdt een ledenlijst bij waarin degenen zijn opgenomen die bij overlijden aanspraak hebben op delen van of de gehele besproken uitvaart. In de ledenlijst worden de namen van de leden en hun adressen ingeschreven, alsmede de datum waarop hun lidmaatschap is aangevangen, alsook eventueel is geëindigd. Ieder lid is verplicht zijn adres en de wijzigingen daarvan steeds schriftelijk aan het bestuur op te geven. De ledenlijst is ter inzage van de leden.
BEËINDIGING LIDMAATSCHAP
Artikel 8
1. Het lidmaatschap eindigt niet eerder dan nadat de door het betrokken lid met de coöperatie gesloten ledenovereenkomst(en) is (zijn) geëindigd.
2. Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen indien, binnen het kader van de activiteiten van de coöperatie, zijn rechten en/of verplichtingen jegens de coöperatie worden beperkt respectievelijk verzwaard.
3. Het lidmaatschap eindigt:
a. door de dood van het lid;
b. door opzegging door het lid;
c. door opzegging namens de coöperatie;
d. door ontzetting.
4. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts schriftelijk geschieden tegen het einde van het boekjaar en met inachtneming van een
opzeggingstermijn van vier weken, met dien verstande dat een lid zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang kan opzeggen binnen één maand nadat hem een besluit is meegedeeld tot omzetting van de coöperatie in een andere rechtsvorm of tot fusie of splitsing.
5. Opzegging van het lidmaatschap door de coöperatie geschiedt door het bestuur.
Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de coöperatie niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de coöperatie niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
Opzegging als in dit lid bedoeld geschiedt met onmiddellijke ingang.
6. Een opzegging in strijd met het bepaalde in lid 4, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum waartegen was opgezegd.
7. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur en wordt aan de betrokkene ten spoedigste schriftelijk, met opgave van redenen, meegedeeld. Hij kan binnen een maand na ontvangst van de mededeling tegen de ontzetting bij de algemene vergadering in beroep gaan. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. De algemene vergadering kan ingevolge een ingesteld beroep de ontzetting slechts ongedaan maken met een meerderheid van drie/vierde van de geldig uitgebrachte stemmen.
Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de coöperatie handelt, of de coöperatie op onredelijke wijze benadeelt.
8. Bij beëindiging van het lidmaatschap overeenkomstig hetgeen in artikel 8 bepaald worden er geen door de leden betaalde bedragen gerestitueerd.
AANSPRAKELIJKHEID / VERPLICHTINGEN VAN DE (OUD)LEDEN
Artikel 9
1. Iedere verplichting van haar leden of oud-leden, om in een tekort van de coöperatie bij te dragen, wordt uitgesloten.
2. Het bestuur kan onder goedkeuring van de algemene vergadering binnen het kader van de activiteiten van de coöperatie ten behoeve van de leden rechten bedingen en te hunnen laste verplichtingen aangaan.
3. Ieder lid is gebonden aan de bepalingen van de statuten, de krachtens de statuten vastgestelde reglementen en besluiten van de algemene vergadering en van het bestuur.
Voorts is een lid gehouden tot nakoming van de gesloten ledenovereenkomsten en de financiële verplichtingen bij of krachtens deze statuten.
OPROEPINGEN EN MEDEDELINGEN
Artikel 10
1. Oproepingen, kennisgevingen en andere mededelingen door of aan de coöperatie geschieden bij al dan niet aangetekende brief.
Brieven, bestemd voor leden worden verstuurd aan de bij de coöperatie bekende adressen.
Brieven bestemd voor het bestuur worden verstuurd aan het adres van de coöperatie.
2. Als datum waarop een brief is verstuurd, geldt voor niet aangetekende brieven de datum van het poststempel, terwijl voor aangetekende brieven het stempel van het bewijs van terpostbezorging geldt.
Verzending van brieven mag ook per elektronische gegevensdrager geschieden.
3. Mededelingen welke krachtens de wet of de statuten aan de algemene vergadering moeten worden gericht, kunnen geschieden door middel van opneming in de oproepingsbrieven.
BESTUUR
Artikel 11
1. De coöperatie wordt bestuurd door een bestuur, bestaande uit - bij voorkeur - een oneven aantal van ten minste drie natuurlijke personen. Het
precieze aantal bestuurders wordt vastgesteld door de algemene vergadering, in overleg met het bestuur van Uitvaartverzorging Barbara.
2. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de coöperatie.
3. Het bestuur kan, onder goedkeuring van de algemene vergadering, een reglement vaststellen voor de verdeling van haar taken.
4. Het bestuur besluit bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Een besluit kan slechts worden genomen indien ten minste de helft van de bestuurders ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurder kan zich ter vergadering door een medebestuurder doen vertegenwoordigen.
5. Iedere bestuurder brengt één stem uit. Bij staking van stemmen wordt het besluit niet geacht te zijn genomen.
6. Van het verhandelde in elk bestuurdersvergadering worden notulen opgemaakt, die door de bestuursvergadering worden vastgesteld en ten bewijze daarvan door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend.
7. Het oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen bestuursbesluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijke vastgelegd voorstel. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het vorige lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
8. Bij huishoudelijk reglement kunnen desverlangd nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.
9. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten, mits de volstrekte meerderheid van alle bestuurders zich omtrent het voorstel schriftelijk hebben uitgesproken, waaronder begrepen per elektronische gegevensdrager.
10. Met toestemming van de algemene leden vergadering is het bestuur bevoegd tot het huren of op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen of afstaan van registergoederen of ruimten daarin.
Het bestuur is verder bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de coöperatie zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een ander verbindt. Op het ontbreken van deze toestemming kan door en tegen derden beroep worden gedaan.
BESTUURDERS
Artikel 12
1. De bestuurders worden benoemd, geschorst en ontslagen door de algemene vergadering.
2. De bestuurders worden door de algemene ledenvergadering bij voorkeur uit de leden van de coöperatie benoemd, op basis van een in verband met de vacature opgestelde profielschets.
Bij het opstellen van de profielschets wordt vastgelegd aan welke kwalificaties het betreffende bestuurslid moet voldoen.
Binnen het bestuur moeten in ieder geval de volgende kwaliteiten zijn vertegenwoordigd:
a. financiële expertise (mede in verband met het door de coöperatie belegde vermogen);
b. bekendheid met de uitvaartbranche;
c. algehele bestuursvaardigheden;
d. het hebben van een Utrechts netwerk.
Bestuurders kunnen ook buiten de leden worden benoemd, mits tenminste twee/derde van de bestuurders (naar boven afgerond) uit de leden van de coöperatie bestaat, en mits deze voldoen aan de hiervoor genoemde profielschets.
3. Het bestuur wijst uit zijn midden aan een voorzitter, secretaris, en een penningmeester; en zo nodig een plaatsvervangend voorzitter. Voorzitter, secretaris en penningmeester vormen tezamen het dagelijks bestuur. Vereniging in één persoon van de functies van secretaris en
penningmeester is toegestaan.
4. De algemene vergadering kan een bestuurder te allen tijde schorsen of ontslaan indien zij daartoe termen aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist van ten minste twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin tenminste twee procent (2%) van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
De geschorste bestuurder wordt in de gelegenheid gesteld zich in de algemene vergadering te verantwoorden en zich daarbij door een raadsman te laten bijstaan.
De bestuurders zijn bevoegd te allen tijde zelf hun ontslag te nemen, mits dit schriftelijk geschiedt met een opzeggingstermijn van tenminste één maand.
5. Bestuurders worden voor de tijd van vier (4) jaren benoemd door de algemene ledenvergadering, die bepaalt hoeveel bestuurders er zullen zijn, in een vergadering waarin tenminste twee procent (2%) van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurder is voor ten hoogste één aanvullende termijn herbenoembaar, zodat de maximale bestuurstermijn acht jaar is. Bestuurders treden af volgens een door het bestuur op te stellen rooster, zodat de continuïteit binnen het bestuur gewaarborgd is.
Wie in een tussentijdse vacature word benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in. Aftredende bestuurders zijn te allen tijde herbenoembaar, met inachtneming van de maximale bestuurstermijn, tenzij er een vacature nog niet is vervuld.
6. Ingeval van tussentijds aftreden van een bestuurder blijft het bestuur bevoegd, ook indien het aantal bestuurders hierdoor onder de drie mocht zijn gedaald. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of plaatsen aan de orde komt.
7. Aan de bestuurders kan een beloning worden toegekend; deze vergoeding wordt jaarlijks vastgesteld door de algemene vergadering.
Kosten worden aan de bestuurders op vertoon van de bewijsstukken vergoed.
VERTEGENWOORDIGING, TEGENSTRIJDIG BELANG EN PROCURATIE
Artikel 13
1. Onverminderd het hierna in dit lid bepaalde wordt de coöperatie vertegenwoordigd hetzij door het gehele bestuur hetzij door twee gezamenlijk handelende leden van het dagelijks bestuur. Zulks laat onverlet de bevoegdheid van het bestuur tot het treffen van speciale vertegenwoordigingsvoorzieningen voor bepaalde gevallen (procuratie). Indien er slecht één bestuurder in functie is, wordt de coöperatie vertegenwoordigd door die bestuurder.
2. Indien een bestuurder in privé een overeenkomst met de coöperatie sluit of in privé enigerlei procedure, anders dan bedoeld in artikel 2:15 lid 4 Burgerlijk Wetboek, tegen de coöperatie voert, kan de coöperatie ter zake slechts worden vertegenwoordigd door de overige bestuurders, zulks met inachtneming van het bepaalde in lid 1, alles tenzij de algemene vergadering te dien einde een persoon aanwijst; zodanig persoon kan ook zijn de bestuurder, te wiens aanzien het strijdig belang bestaat. Indien een bestuurder op enige andere wijze dan in de vorige zin omschreven een belang heeft, strijdig met dat van de coöperatie, is hij, evenals ieder van de andere bestuurders, bevoegd de coöperatie te vertegenwoordigen.
3. Het bestuur kan aan een of meer personen doorlopende vertegenwoordigingsbevoegdheid verlenen; het bestuur kan aan een of meer bestuurders vertegenwoordigingsbevoegdheid verlenen om als zodanig, met inachtneming van zijn volmacht, de coöperatie zelfstandig of met een ander te vertegenwoordigen. Het bestuur kan aan gevolmachtigden een titel verlenen. Het bestuur zal van het toekennen van doorlopende vertegenwoordigingsbevoegdheid opgave doen bij het handelsregister waaronder de coöperatie valt.
DIRECTIE
Artikel 14
1. Voor de dagelijkse leiding van de zaken van de coöperatie wordt het bestuur onder zijn verantwoordelijkheid bijgestaan door een gesalarieerde directie, bestaande uit een of meer leden, te benoemen door het bestuur.
2. De taak van de directie zal nader door het bestuur in een afzonderlijke overeenkomst met de coöperatieve vereniging: Coöperatie Xxxxxxx Xxxxxx
U.A. en / of de coöperatieve vereniging: Barbara Uitvaartverzorging, Coöperatieve verenging U.A. worden geregeld.
3. De directie woont alle vergaderingen bij, zowel van het bestuur als van de leden, tenzij het bestuur of de algemene ledenvergadering zulks niet wenselijk oordeelt.
JAARREKENING
Artikel 15
1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de coöperatie en van alles betreffende de werkzaamheden van de coöperatie, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de coöperatie op éénduidige wijze kunnen worden gekend.
2. Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van elk boekjaar, welk boekjaar gelijk loopt met het kalenderjaar, maakt het bestuur een jaarrekening op en legt het deze voor aan de leden ter inzage te haren kantore behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering met ten hoogste vier maanden op grond van bijzondere omstandigheden.
Binnen gemelde termijn legt het bestuur ook het bestuursverslag over de gang van zaken en het gevoerde beleid ter inzage voor de leden, tenzij artikel 2:396 lid 6, eerste volzin Burgerlijk Wetboek voor de coöperatie geldt. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene vergadering - de jaarvergadering - die het bestuur uiterlijk een maand na afloop van de termijn
doet houden. In de jaarvergadering komen aan de orde:
a. vaststelling van het bestuursverslag en goedkeuring van de jaarrekening;
b. voorziening in eventuele vacatures van bestuurders;
c. voorstellen van het bestuur of de leden.
Het bestuur zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het bestuursverslag en de krachtens artikel 2:392 lid 1 Burgerlijk Wetboek toe te voegen gegevens vanaf de oproep voor de algemene vergadering, bestemd tot behandeling van de jaarrekening, ten kantore van de coöperatie aanwezig zijn. De leden kunnen de stukken aldaar inzien en er kosteloos een afschrift van krijgen.
De balans benevens de staat van baten en lasten met toelichting - de jaarrekening- worden door de bestuurders ondertekend; ontbreekt de ondertekening van één of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgaaf van redenen melding gemaakt.
3. Goedkeuring door de algemene vergadering van de jaarrekening strekt het bestuur tot décharge.
4. Ten laste van de door de wet voorgeschreven reserves mag een tekort slechts worden gedelgd voor zover de wet dat toestaat.
De reserves van de coöperatie mogen in geen geval onder de leden worden verdeeld.
5. Het voordelig saldo van de winst- en verliesrekening dat na afboeking van de bedragen voor afschrijvingen, voorzieningen en bijzondere reserveringen overblijft, wordt toegevoegd aan de algemene reserve, welke zal dienen tot delging van eventuele verliezen.
6. Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd
leesbaar kunnen worden gemaakt.
ACCOUNTANT
Artikel 16
1. De coöperatie kan aan een accountant als bedoeld in artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek, de opdracht verlenen om de door het bestuur opgemaakte jaarrekening te onderzoeken overeenkomstig het bepaalde in lid 3 van dat artikel, met dien verstande dat de coöperatie daartoe gehouden is indien de wet dat verlangt.
Indien de wet de benoeming van een accountant niet vereist, kan de coöperatie de in de vorige zin bedoelde opdracht ook aan en andere deskundige dan aan een accountant verlenen.
2. Tot het verlenen van de opdracht is de algemene vergadering bevoegd. Gaat deze daartoe niet over, dan komt het bestuur deze bevoegdheid toe. De aanwijzing van een accountant wordt door generlei voordracht beperkt; de opdracht kan te allen tijde worden ingetrokken door de algemene vergadering en door degene die haar heeft verleend. De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur.
3. Het bestuur is verplicht de accountant als bedoeld in het vorige lid van dit artikel ten behoeve van zijn onderzoek alle door hem gevraagde inlichtingen te verschaffen, hem desgewenst de kas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de coöperatie voor raadpleging beschikbaar te stellen.
ALGEMENE VERGADERING
Artikel 17
1. Andere algemene vergaderingen dan de jaarvergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.
2. Aan de algemene vergadering komen in de coöperatie alle bevoegdheden toe die niet door de wet of door de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
WIJZE BIJEENROEPEN EN TOEGANG
Artikel 18
1. De algemene vergaderingen worden bijeen geroepen door het bestuur, met
inachtneming van een termijn van ten minste tien kalenderdagen tenzij de statuten anders bepalen, onder vermelding van plaats en tijd van vergadering. De bijeenroeping geschiedt bij advertentie in tenminste één ter plaatse waar de coöperatie is gevestigd veelgelezen dagblad danwel door een aan alle leden te zenden schriftelijke mededeling waarbij de op de vergadering te behandelen onderwerpen worden vermeld.
2. Behalve de jaarvergadering zullen algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur zulks wenselijk acht, alsmede zo dikwijls zulks schriftelijk, met opgave van de te behandelen onderwerpen, wordt verzocht door ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende der stemmen in de algemene vergadering, indien daarin alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
3. Na ontvangst van een verzoek als in lid 2 bedoeld, is het bestuur verplicht tot bijeenroeping van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken.
Indien aan het verzoek tot bijeenroeping binnen veertien kalenderdagen nadat dit door het bestuur werd ontvangen, geen gevolg wordt gegeven, zullen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping kunnen overgaan op de wijze waarop het bestuur overeenkomstig deze statuten de algemene vergadering bijeenroept.
4. De algemene ledenvergaderingen worden gehouden te Utrecht.
5. Bij de oproeping worden de op de vergadering te behandelen onderwerpen vermeld.
6. Toegang tot de algemene vergadering hebben de leden van de coöperatie. Geen toegang hebben de geschorste leden. Over toelating van andere personen beslist de algemene vergadering.
De bestuurders hebben ter vergadering een raadgevende stem.
STEMRECHT EN BESLUITVORMING
Artikel 19
1. Toegang tot de algemene vergadering hebben de leden van de coöperatie. Geen toegang hebben geschorste leden.
Over toelating van andere personen beslist de algemene vergadering.
2. Ieder lid van de coöperatie, mits niet geschorst, heeft één stem. Ieder lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid. Een lid van de coöperatie kan slechts als schriftelijk gevolmachtigde van één ander lid optreden.
3. Xxxxxxxx over zaken en benoeming van bestuurders geschiedt mondeling tenzij één van de aanwezige stemgerechtigde leden schriftelijke stemming eist.
Het aannemen van voorstellen bij acclamatie is mogelijk mits dit geschiedt op voorstel van de voorzitter.
4. Over alle voorstellen betreffende zaken en personen wordt beslist bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen, voorzover de statuten niet anders bepalen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
5. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter, dat door de vergadering een besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voorzover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
6. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van dit oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
7. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen of zijn alle oproepingsformaliteiten niet volledig in achtgenomen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering. Een dergelijk besluit wordt door de secretaris opgenomen in notulen, die tijdens de eerstvolgende algemene vergadering worden vastgesteld.
VOORZITTERSCHAP - NOTULEN
Artikel 20
1. De voorzitter van het bestuur leidt de algemene vergadering benevens de bestuursvergadering. Bij zijn afwezigheid of ontstentenis zal een andere bestuurder als voorzitter van de vergadering optreden. Xxxxx ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien dan voorziet de vergadering daarin zelve.
2. Van het ter algemene vergadering verhandelde worden door de secretaris of een door de voorzitter van de vergadering aangewezen lid van de coöperatie notulen gehouden, die in dezelfde dan wel in een volgende algemene vergadering worden vastgesteld. Ten blijke van de vaststelling worden de notulen door de voorzitter van de vergadering en de secretaris getekend.
3. De inhoud van de notulen is beschikbaar voor de leden.
HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 21
1. De algemene vergadering kan één of meer huishoudelijke reglementen vaststellen, bij welk reglementen alles geregeld kan worden wat dienstig wordt geacht en welke niet in strijd mag zijn met de wet noch met de statuten.
2. Voor vaststelling of wijziging van het reglement moet een voorstel met de letterlijke tekst vijf kalenderdagen vóór de algemene vergadering waarin deze behandeling aan de orde komt bekend worden gemaakt op de wijze als in artikel 21 is bepaald.
STATUTENWIJZIGING
Artikel 22
1. Wijziging van de statuten kan slechts plaats hebben na een besluit van de algemene vergadering, waartoe werd opgeroepen met de mededeling dat daarin wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering moet ten minste éénentwintig kalenderdagen bedragen. Door het besluit tot statutenwijziging kan geen wijziging in de door de coöperatie met haar leden in de uitoefening van haar bedrijf aangegane ledenovereenkomst worden aangebracht tenzij deze
bevoegdheid in alle aangegane overeenkomsten op duidelijke wijze is voorbehouden. Een wijziging van statuten, reglementen, algemene voorwaarden of dergelijke is daartoe niet voldoende.
2. Indien wijziging van de statuten gewenst wordt geacht dan dient tevoren een schriftelijk en beredeneerd voorstel te worden gedaan aan het bestuur van Uitvaartverzorging Xxxxxxx dat daarover vervolgens een schriftelijk advies uitbrengt.
3. Het voorstel tot wijziging van de statuten wordt onder overlegging met het bestuur van Uitvaartverzorging Xxxxxxx ten minste vijf kalenderdagen vóór de dag der vergadering op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage gelegd tot na de afloop van de dag, waarop de vergadering wordt gehouden.
4. Tot wijziging van de statuten kan slechts worden besloten, nadat de voorafgaande goedkeuring is verkregen van het bestuur van Uitvaartverzorging Barbara, in een nadrukkelijk tot dit doel bijeengeroepen algemene vergadering waar ten minste een/tiende van het totaal aantal stemgerechtigde leden der coöperatie aanwezig of vertegenwoordigd is, met een meerderheid van ten minste drie/vierde der geldig uitgebrachte stemmen (afronding naar boven).
5. Is niet het in het vorige lid gemelde totaal aantal stemgerechtigde leden ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd, dan moet een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden worden, en wel ten minste veertien kalenderdagen na, doch uiterlijk binnen dertig kalenderdagen na de eerste algemene vergadering, in welke tweede vergadering over het voorstel, zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal alsdan aanwezige of vertegenwoordigde stemgerechtigde leden kan worden besloten, mits met een meerderheid van twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen.
Bij de oproeping tot de tweede vergadering moet worden vermeld dat en waarom een besluit kan worden genomen onafhankelijk van het ter vergadering vertegenwoordigde gedeelte van het kapitaal.
6. De statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat daarvan een notariële
akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is iedere bestuurder bevoegd.
7. Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing bij een besluit tot juridische fusie en splitsing.
BESTEMMING VERMOGEN / VRUCHTEN; ARTIKEL 2:18 LID 6 BURGERLIJK WETBOEK
Artikel 23
Het deel van het vermogen van de coöperatie afkomstig van toen het nog een stichting was én de vruchten daarvan mogen slechts met toestemming van de bevoegde rechter anders worden besteed dan vóór de omzetting naar onderlinge waarborgmaatschappij was voorgeschreven.
Hetzelfde geldt voor de statuten van de rechtspersoon voorzover bedoeld vermogen en bedoelde vruchten op die rechtspersoon krachtens juridische fusie zijn overgegaan.
ONTBINDING
Artikel 24
1. De coöperatie kan worden ontbonden door een besluit daartoe van de algemene vergadering. Het bepaalde in de artikel 22 lid 1, 2, 3 en 4 is van overeenkomstige toepassing.
2. De coöperatie blijft na ontbinding voortbestaan voorzover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. In stukken en aankondigingen die van haar uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd: in liquidatie.
De vereffening eindigt op het tijdstip waarop aan de vereffenaars geen baten meer bekend zijn.
3. De vereffening geschiedt door het bestuur, tenzij de algemene vergadering anders besluit.
Op hen blijven bepalingen omtrent de benoeming, de schorsing, het ontslag en het toezicht van directeuren van toepassing. De overige statutaire bepalingen blijven eveneens voor zoveel mogelijk van kracht tijdens de vereffening.
4. Aan het batig saldo na vereffening wordt met inachtneming van het hiervoor in
artikel 23 bepaalde bij het besluit tot ontbinding na gepleegd overleg met het bestuur van Uitvaartverzorging Barbara - een bestemming gegeven - dat zoveel mogelijk in overeenstemming of in de geest met het doel van de coöperatie is.
5. De boeken en bescheiden van de coöperatie moeten worden bewaard hetzij fysiek hetzij op een informatiedrager gedurende zeven jaren na afloop der vereffening. Bewaarder is natuurlijk persoon of rechtspersoon die door de vereffenaars als zodanig is aangewezen.