CONTROLE- EN VERANTWOORDINGSPROTOCOL TREKKINGSRECHT PERSOONSGEBONDEN BUDGET
CONTROLE- EN VERANTWOORDINGSPROTOCOL TREKKINGSRECHT PERSOONSGEBONDEN BUDGET
(TR PGB1.0) WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING
2015 (WMO) en Jeugdwet (JW)
Dit protocol is bestemd voor de SVB en haar accountant met betrekking tot de taken die de SVB uitvoert in het kader van
TR PGB1.0 voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 en de Jeugdwet voor het verslagjaar 2020
Status: Versie 1.0
d.d. 16 februari 2021
INHOUDSOPGAVE
Inhoud
0 WIJZIGINGEN T.O.V. 2019 2
1 ALGEMEEN: UITGANGSPUNTEN 3
1.1 Inleiding 3
1.2 Wet & regelgeving en ketenverantwoordelijk 4
1.3 Het PGB-proces 5
1.4 Doelstelling controleprotocol 7
1.5 Rapportage & assurance 7
1.6 Regelgeving, procedures en termijnen 8
1.7 Definities/begripsbepaling 9
2 VERANTWOORDINGSPROTOCOL 11
2.1 Inleiding 11
2.2 Verantwoording 11
2.3 Definitie fouten en onzekerheden 12
3 ACCOUNTANTSPROTOCOL 13
3.1 Doelstelling en reikwijdte onderzoek 13
3.2 Aandachtspunten voor de controle 13
3.3 Reikwijdte werkzaamheden en materialiteit 13
3.4 Foutevaluatie t.b.v. de oordeelsvorming 14
3.5 Andere informatie als onderdeel van de verantwoording 14
3.6 Rapportages accountant 15
BIJLAGE I: MODELLEN 16
MODEL A: MODEL GOEDKEURENDE CONTROLEVERKLARING TR PGB WMO EN JW 16
MODEL B: VOORBEELDTEKST RECHTMATIGHEID (INCLUSIEF M&O) 20
MODEL C: FINANCIËLE VERANTWOORDING TR PGB WMO EN JW 23
BIJLAGE II: INFORMATIESTROOM VOOR UITVOEREN TR PGB 25
BIJLAGE III: 20210119 TOETSINGSKADER RECHTMATIGHEID PGB 2020 TR VERSIE 1.0 – IS APARTE BIJLAGE EN WORDT ALS ZODANIG AANGELEVERD 26
BIJLAGE IV: LOONDOORBETALING BIJ ZIEKTE 26
0 Wijzigingen t.o.v. 2019
Het protocol bevat ten opzichte van 2019 de volgende wijzigingen: Tekstueel:
• de jaartallen en periodes zijn geactualiseerd naar deze verantwoordingsperiode;
Inhoudelijk:
• De taken zoals beschreven in paragraaf 1.1 zijn gesynchroniseerd met de taken zoals beschreven in het protocol voor PGB2.0, behoudens de BUO’s die voor PGB1.0 nog wel worden geleverd en de twee afzonderlijke controleprotocollen voor de WMO en de JW zijn samengevoegd in 1 protocol. De samenhang tussen protocol, verantwoording en verklaring is toegelicht aan het eind van paragraaf 1.1.
• Eind paragraaf 1.2 en in paragraaf 3.2 benoemd dat controle op dubbele betalingen bij de overgang van PGB1.0 naar PGB2.0 specifieke aandacht betreffen;
• Diverse verwijzingen naar Standaard 3402 zijn geschrapt;
• Paragraaf 1.4: de verschillende rapportages en producten van de AD zijn specifiek benoemd;
• Paragraaf 1.5: beschrijving van de review van de werkzaamheden van de AD-SVB is aangepast op basis van de feitelijke situatie;
• Paragraaf 3.6: aangepast op huidige behoefte overige informatie;
• Tabellen in de bijlagen zijn gesynchroniseerd met protocol PGB2.0.
1 Algemeen: uitgangspunten
1.1 Inleiding
De Sociale Verzekeringsbank (SVB) is op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (WMO) en de Jeugdwet (JW) belast om met ingang van 1 januari 2015 betalingen ten laste van door gemeenten verstrekte budgetten, evenals het hiermee verbonden budgetbeheer uit te voeren. Dit resulteert in de volgende taken:
• Het uitvoeren van de toets op recht (TOR) conform Uitvoeringsregeling WMO 2015 artikel 2a lid 5 en Regeling JW artikel 8a lid 5;
• Het toetsen en controleren van declaraties aan vereisten PGB-regelingen;
• Het uitbetalen van salarissen aan zorgverleners die budgethouders ten dienste zijn;
• Het uitbetalen van vergoedingen aan zorgverleners die daar recht op hebben;
• Het uitbetalen van ziekengeldvergoedingen i.v.m. vervangende zorg (door het gelijktijdig verhogen van het budget);
• Het overnemen van de salarisadministratie en/of werkgeversadministratie voor budgethouders (jaaropgaven, loonstroken, inhoudingen en premies afdragen aan Belastingdienst);
• Het verwerken van (wijzigingen in) het aan de budgethouder toegekende budget (TKB) en de tussen de budgethouder en zorgverlener afgesloten zorgovereenkomst (ZOK);
• Het verwerken van vrijwillige stortingen;
• Het verstrekken van rekening-courant- en budgetuitputtingsoverzichten (BUO’s) hetzij op papier hetzij via de portal (MijnWMO/MijnJW);
• Het beheer van modelovereenkomsten;
• Ondersteunen bij het voorkomen en signaleren van fraude.
De uitvoering van de WMO en de JW valt onder de beleidsverantwoordelijkheid van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS).
De SVB verantwoordt zich over de gedane betalingen ten laste van door gemeenten verstrekte budgetten, evenals het hiermee verbonden budgetbeheer. Om dit op een voor alle gemeenten met betrekking tot de WMO en de JW op een heldere, efficiënte en adequate wijze te doen, is dit controle- en verantwoordingsprotocol (het Protocol) opgesteld.
Het Protocol is opgebouwd uit drie delen:
• Deel 1: Algemeen: uitgangspunten. Dit onderdeel is bestemd voor de SVB en haar accountant. Het geeft een algemene inleiding, de doelstelling, assurance & rapportage en relevante definities.
• Deel 2: Verantwoordingsprotocol. Dit onderdeel is bestemd voor de SVB. Het bespreekt de regelgeving, de te volgen procedures.
• Deel 3: Accountantsprotocol. Dit onderdeel is bestemd voor de accountant van de SVB (de AD-SVB1). Het bespreekt de uit te voeren werkzaamheden en de hierbij te hanteren criteria.
1 Bij de Auditdienst van de SVB zijn overheidsaccountants, zoals bedoeld in de Verordening op de ledengroepen, werkzaam. Op basis van dit controle- en verantwoordingsprotocol wordt de opdracht door de
In de bijlagen zijn de modellen voor de verantwoording en de rapportages voor de accountant van de SVB (de AD) opgenomen.
De SVB dient de AD van het protocol in kennis te stellen. Het protocol is beoordeeld door de Werkgroep Controleprotocollen (COPRO) van de NBA en hun reacties zijn verwerkt.
Het is mogelijk dat in 2020 een aantal budgethouders over gaat op gebruik van het PGB 2.0 systeem (de gemeente Westland is al over op PGB2.0). Het PGB 2.0 systeem is ontworpen om tegemoet te komen aan de wens om de budgethouder beter (digitaal) te bedienen, en IT- beperkingen weg te nemen. De geautomatiseerde processen verlopen in PGB 2.0 wezenlijk anders dan in PGB1.0 (Treks). De consequentie daarvan voor de verantwoording en controlewerkzaamheden van de SVB respectievelijk de Auditdienst (AD) is dat er separate verantwoordingen worden opgesteld en controles moeten worden uitgevoerd. Dit controleprotocol heeft alleen betrekking op PGB1.0 (Treks). Dit betekent dat er separate protocollen voor PGB1.0 en PGB2.0 zijn opgesteld, omdat er wezenlijke verschillen zijn tussen de twee systemen.
1.2 Wet & regelgeving en ketenverantwoordelijk
Dit protocol is gebaseerd op de wet- en regelgeving en procesgang bij aanvang van de verslagperiode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 -hierna te noemen het verslagjaar. Dit protocol kan in principe worden gehanteerd zolang als het PGB1.0 systeem nog in gebruik is en zolang er geen inhoudelijk en tekstuele aanpassingen zijn gedaan. Vanaf dat moment/jaar dient de nieuwe versie te worden gehanteerd. Als de wijzigingen of consequenties materieel zijn, treedt de SVB in overleg met de ketenpartners.
gemeenten (al dan niet via de VNG) aan de AD verstrekt. Zodoende wordt voldaan aan artikel 3 en 4 van de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO).
1.3 Het PGB-proces
In onderstaand figuur is het PGB-proces van start tot einde op hoofdlijnen weergegeven zoals dat geldt in het PGB1.0-systeem.
De gemeenten zijn bij wet verantwoordelijk voor het toekennen van persoonsgebonden budgetten2. De gemeenten kennen de budgethouder een persoonsgebonden budget (pgb) toe in de vorm van een Toekenningsbeschikking (TB). Bij deze toekenning is de gemeente verantwoordelijk voor de juiste, tijdige en volledige opname in de toekenning van specifieke aspecten zoals opgenomen in de Regeling WMO/JW.
De SVB ontvangt van de Toekenningsbeschikking een afschrift in de vorm van het toekenningsbericht (TKB) via de portal (MijnWMO/MijnJW). De budgethouder sluit vervolgens met de zorgverlener(s) een zorgovereenkomst(-en) (ZOK) en stuurt die naar de SVB voor een toets op het recht (TOR). Na deze toets zet de SVB de ZOK in de portal voor accordering van de ZOK door de gemeente (maximumtarieven en andere specifieke afspraken).
Na de toets op het recht accordeert de gemeente de zorgovereenkomst(en), die samen met het toekenningsbericht de basis vormen voor de uitbetaling3 door de SVB aan de zorgverleners voor de door hen geleverde zorg (maandelijkse betaling van vast overeengekomen bedrag, urendeclaraties of facturen).
De SVB is namens de colleges verantwoordelijk voor de juiste, volledige en tijdige betaling4 van de bestedingen op basis van de door de budgethouder ingediende (en geaccordeerde) zorgovereenkomst (zorgverleners die een vast overeengekomen maandbedrag ontvangen) en declaraties (facturen en urenbriefjes) voor geleverde zorg. Hierbij controleert de SVB de declaratie op basis van het toekenningsbericht (TKB), de door de gemeente goedgekeurde zorgovereenkomst en het actuele budgetsaldo zoals bij de SVB bekend. Beide documenten en
2 Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. en Artikel 8.1.1. van de Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.
3 Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. en Artikel 8.1.1. van de Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.
4 Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. en Artikel 8.1.1. van de Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.
de bij de SVB bekende budgetstand vormen het uitgangspunt voor de rechtmatige betaling van bestedingen uit het pgb zoals opgenomen in de Regeling WMO/JW.
Hoewel het doen van betalingen namens gemeenten aan de zorgverleners bij wet is belegd bij de SVB, zijn de verstrekkers wel (samen met de Budgethouder) verantwoordelijk voor de rechtmatige besteding (inhoudelijk) van het budget inclusief de door de SVB gedane betalingen. De SVB controleert uit formeel perspectief of ingediende declaraties voorzien zijn van een handtekening van de budgethouder56, en of deze overeenkomt met de handtekening op de zorgovereenkomst. Deze controle is niet bedoeld als controle op de prestatielevering. De controle op de prestatielevering is de verantwoordelijkheid van de verstrekker.
In bijlage II is de informatiestroom voor de uitvoering van de WMO/JW schematisch weergegeven.
Overgang van het PGB1.0 naar het PGB2.0-systeem
Er zijn verschillende manieren waarop een budgethouder, zorgverlener, gemeente en SVB van het PGB1.0-systeem (= de huidige werkwijze via de SVB-systemen) naar het PGB2.0-systeem over kunnen gaan. Ongeacht de wijze van overgaan op PGB2.0 gelden de volgende uitgangspunten:
• Vanaf het moment van overgang door een gemeente en haar budgethouders op het PGB2.0-systeem wordt het PGB1.0-systeem bij de SVB voor de betreffende budgethouders afgesloten, tenzij de budgethouder een zogenoemde achterblijver of terugzetter is als gevolg van combicontracten, verhuizers, salarisverhoudingen, ontbrekende AGB-codes, etc. Deze categorieën budgethouders zullen PGB 2.0 niet gebruiken, voor hen blijft PGB1.0 toegankelijk. Dit om dubbele betalingen en andere mismatches in de PGB1.0 en PGB2.0 administraties te voorkomen.
• Declaraties en andere mutaties die na het moment van overgaan op PGB 2.0 ingediend worden maar betrekking hebben op verleende zorg & ondersteuning in de periode vòòr de overgang in hetzelfde verslagjaar, worden in het PGB2.0-systeem verwerkt.
Uitzonderingen op de beide uitgangspunten betreft budgethouders die verhuizen van een gemeente die met PGB1.0 werkt naar een gemeente die met PGB2.0 werkt. Declaraties en mutaties e.d. over de PGB1.0 periode worden nog verwerkt in het PGB1.0-systeem (en door de SVB verantwoord aan de vorige gemeente).
In de praktijk zullen vele gemeenten geconfronteerd worden met de situatie dat er voor hun budgethouders gedurende het verslagjaar zowel betalingen via PGB1.0 als PGB2.0 hebben plaatsgevonden, en de SVB over beide betaalstromen een aparte verantwoording en controleverklaring afgeeft.
5 Hiertoe behoren niet de betalingen aan zorgverleners die een vast overeengekomen maandbedrag ontvangen 6 Uit nota van toelichting bij de Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 11 december 2015, kenmerk 868952-144025-WJZ,: “In het verlengde hiervan is geregeld dat de budgethouder een ontvangen schriftelijke declaratie moet ondertekenen. Een elektronisch ingediende declaratie moet altijd via DigiD worden bekrachtigd. Om deze reden is de handtekening alleen verplicht bij een fysieke schriftelijke declaratie. Hierdoor is helder dat de declaratie door de budgethouder akkoord is bevonden. Dit is een waarborg tegen het doorsturen van facturen voor diensten die niet zijn afgenomen. Betalingen kunnen, bij het niet voldoen aan de gestelde regels, door de SVB geweigerd worden. Uiteraard staat daarna een herstelmogelijkheid open.”
1.4 Doelstelling controleprotocol
Dit protocol heeft als doel om enerzijds voorschriften/uitgangspunten te geven voor de verantwoording door de SVB als opdrachtnemer en anderzijds aanwijzingen te geven voor het onderzoek door de SVB aangewezen accountant, zijnde de SVB Auditdienst (AD).
1.5 Rapportage & assurance
Rechtmatigheidsverantwoording van de Raad van Bestuur (Bijlage model B)
De verantwoordelijkheid voor de rechtmatige uitvoering van de taken inzake PGB WMO/JW, zoals beschreven in paragraaf 1.1 berust binnen de SVB primair bij de Raad van Bestuur (RvB). De RvB van de SVB geeft in de bedrijfsvoering paragraaf van de verantwoording een rapportage over de (on)rechtmatigheid van de door de SVB betaalde bestedingen.
De door de SVB op te leveren verantwoording bevat naast de financiële verantwoording (zie 2.2.) een door de RvB afgegeven rechtmatigheidsverantwoording (zie hieronder). Om zekerheid te krijgen over de juistheid en volledigheid van de financiële verantwoording en de financiële rechtmatigheid hebben de gemeenten de volgende assurance gevraagd:
Een controleverklaring met een oordeel over de getrouwheid van de financiële verantwoording en een oordeel over de getrouwheid van de rechtmatigheidsverantwoording met een redelijke mate van zekerheid volgens NBA Standaard 800 ”Bijzondere overwegingen – controles van financiële overzichten die zijn opgesteld in overeenstemming met stelsels voor bijzondere doeleinden”.
In onderstaande tabel een overzicht van de verantwoordings- en accountantsproducten aangaande PGB1.0:
Verantwoordingsproducten SVB | Accountantsproducten |
Financiële Verantwoording PGB WMO en Rechtmatigheidsverantwoording | Controleverklaring bij financiële verantwoording WMO bij PGB1.0 |
Financiële Verantwoording PGB Jeugdwet en rechtmatigheidsverantwoording | Controleverklaring bij financiële verantwoording Jeugdwet bij PGB1.0 |
Accountantsverslag WMO / Jeugdwet |
Voor 2020 is het niet mogelijk gebleken om een assurance-rapport Standaard 3402 type II uit te brengen als gevolg van te veel leemten in de beheersmaatregelen van de IT-omgeving. In de IT-paragraaf van de verantwoording wordt ingegaan op een aantal aspecten met betrekking tot de IT-omgeving van de SVB welke ingezet wordt bij de dienstverlening van de SVB in het kader van de uitvoering van het trekkingsrecht pgb. Ingegaan wordt op: de ontwikkelingen in de IT-omgeving, de gehanteerde applicaties, de informatie-uitwisseling via de portalen en de DigiD-aansluiting in de verslagperiode.
De export van Treks (applicatie) naar de database waarmee de portalen worden gevuld geschiedt via een intern ingeregelde procedure. Met betrekking tot de informatie-
uitwisseling via de portalen zal tevens worden ingegaan op de werking van de export tussen Treks (applicatie) en de portalen.
De AD verricht een marginale toetsing met betrekking tot de IT-paragraaf zoals opgenomen in de verantwoording en rapporteert hierover in het accountantsverslag, zie verder hoofdstuk 3.7.
Met betrekking tot de verslagperiode wordt door de SVB een verantwoording inclusief controleverklaring, op wetsniveau, opgeleverd. Als aanvullende dienstverlening verstrekt de directie DPGB van de SVB een projectiebrief (zonder assurance). De projectiebrief kan voor gemeenten als hulpmiddel dienen om de uitkomsten van de rechtmatigheidscontrole op wetsniveau te projecteren op de bestedingen bij een individuele gemeente.
1.6 Regelgeving, procedures en termijnen Regelgeving
Naast de WMO 2015, de JW, het uitvoeringsbesluit WMO, het uitvoeringsbesluit voor de JW, de regeling WMO en de regeling JW zijn voor de controle eveneens van toepassing de beroepsvoorschriften voor registeraccountants en accountants-administratieconsulenten, zoals de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO), de Verordening gedrags- beroepsregels accountants (VGBA) en de relevante Nadere voorschriften Controle en overige standaarden (NV COS).
Termijnen
Volgens de Planning en Control cyclus dienen gemeenten voor 15 juli jaar t + 1 hun jaarrekening (inclusief TR PGB) aan de Provincie op te leveren over het controlejaar t inclusief het oordeel van de accountant over de getrouwheid en rechtmatigheid.
Rekening houdend met het bestuurlijk traject van de gemeente zelf houdt dit in dat de SVB op uiterlijk 15 maart jaar t + 17 haar verantwoording inclusief het oordeel van de accountant over de getrouwheid van de verantwoording en de rechtmatigheidsverantwoording van de RvB aan de gemeenten moet aanleveren. Dit heeft als consequentie dat de verantwoording en de rechtmatigheidsverantwoording gaan over 12 maanden van het verslag jaar en zijn gebaseerd op de door de SVB in de verslagperiode betaalde pgb-bestedingen met betrekking tot huidige en voorgaande budgetjaren (kasbasis).
Verspreiding(skring)
De Verantwoording TR PGB WMO en JW is opgesteld voor de gemeenten, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Hierdoor is de verantwoordingsinformatie mogelijk niet geschikt voor andere doeleinden. De controleverklaring is derhalve uitsluitend bestemd voor bovengenoemde partijen en hun accountants en dient niet te worden verspreid aan of te worden gebruikt door anderen.
7 Hierbij is de SVB afhankelijk van het tijdig afleveren van de rapportage van de ADR
Review van de werkzaamheden van de AD
De AD stelt de controlerende accountants van de gemeenten in de gelegenheid bij de SVB een collegiaal overleg te houden c.q. een review uit te voeren met betrekking tot de uitgevoerde werkzaamheden (risicoanalyse, controleaanpak en review van de rechtmatigheidssteekproef). De review vindt plaats bij de AD op twee vooraf te bepalen dagen aan de hand van het door de accountant van de SVB opgebouwde dossier. De SVB stelt de accountants van de gemeenten vooraf (schriftelijk) op de hoogte.
Uit het oogpunt van doelmatigheid (geen dubbele van werkzaamheden) en zo laag mogelijke belasting van de AD streeft de AD ernaar om de reviewinspanning zoveel mogelijk te beperken. De AD bepleit daarom (in overeenstemming met NBA-handreiking 1122 art 4.3.2 “Steunen op accountantscontrole bij de Gemeenschappelijke Regeling”) dat er een gezamenlijke review wordt uitgevoerd door een gecombineerd team van accountants.
1.7 Definities/begripsbepaling
In aanvulling op dan wel conform de WMO 2015 en de JW, het uitvoeringsbesluit WMO, het uitvoeringsbesluit JW,de regeling WMO en de regeling JW gelden voor dit protocol de volgende definities:
• Accountant: de door Opdrachtnemer aangestelde registeraccountant of Accountant- Administratieconsulent ten aanzien van wie in het accountantsregister een aantekening is geplaats als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel i. van de Wet op het accountantsberoep.
• Auditdienst SVB (AD): de dienst die in opdracht van de Raad van bestuur van de SVB de accountantscontrole uitvoert.
• Budgetjaar: Is het jaar waarop de besteding betrekking heeft.
• Budgethouder (BH): de persoon aan wie een persoonsgebonden budget is toegekend.
• Controle: voor zover dit protocol de term controle gebruikt, wordt hiermee bedoeld het uitvoeren van controlewerkzaamheden volgens NBA Standaard 800.
• Controleverklaring: De controleverklaring bij Model C “de financiële verantwoording WMO/JW en de rechtmatigheidsverantwoording op totaalniveau en in de bijlage per gemeente ” betreft een controleverklaring met een redelijke mate van zekerheid volgens NBA Standaard 800 ‘Bijzondere overwegingen - controles financiële overzichten die zijn opgesteld in overeenstemming met stelsels voor bijzondere doeleinden’.
• Directie PGB (DPGB): De directie van de SVB die PGB uitvoert.
• Financiële rechtmatigheid: het voldoen aan wet- en regelgeving voor zover deze een financieel effect hebben op de betreffende verantwoording van rekening couranten en budget uitputtingsoverzichten. Dit betekent dat de in de verantwoording genoemde bedragen tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de relevante artikelen van de WMO en de JW, het Uitvoeringsbesluit WMO/JW, de regeling WMO/JW en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving.
• Persoonsgebonden budget (pgb): bedrag waaruit namens de budgethouder betalingen worden gedaan voor diensten, en andere maatregelen die tot een maatwerkvoorziening behoren, en die een cliënt/budgethouder van derden heeft betrokken.
• PGB1.0 systeem: Het bestaande systeem waarmee de SVB werkt (Treks).
• PGB2.0 systeem: Het nieuwe systeem, waarin zowel het Z- als het F-domein is opgenomen.
• Toekenningsbericht (TKB): door de gemeente via de portal (MijnWMO/MijnJW) aangeleverde budgettoekenning.
• Toets op het recht (TOR): de toets op de Zorgovereenkomst op het recht en de uitvoerbaarheid, zoals genoemd in de Uitvoeringsregeling WMO 2015 artikel 2a lid 5 en Regeling Jeugdwet artikel 8a lid 5.
• Zorgovereenkomst (ZOK): een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst van opdracht (voor een familielid, een freelancer of een zorg verlenende instantie) tussen de budgethouder en de zorgverlener waarin een beschrijving van de aard van de zorgwerkzaamheden is opgenomen en afspraken (conform de Regeling WMO/JW) zijn vastgelegd over het loon of de vergoeding en de wijze van declareren.
• Zorgverlener (ZV): de zorgverlener is de persoon of instelling met wie de budgethouder een ZOK heeft.
2 Verantwoordingsprotocol
2.1 Inleiding
Zoals gesteld onder 1.5 dient de SVB de Verantwoording TR PGB WMO/JW inclusief de financiële verantwoording en rechtmatigheidsverantwoording van de RvB uiterlijk 15 maart jaar t+1 aan de gemeenten aan te leveren. Omdat er in de wet en regelgeving WMO/JW geen format voor de financiële verantwoording is voorgeschreven, is in Bijlage I onder Model C van dit protocol een modelformat financiële verantwoording opgenomen. In Bijlage I onder Model B is een modelformat voor de rechtmatigheidsverantwoording van de Raad van Bestuur opgenomen.
2.2 Verantwoording
Jaarlijks na afloop van de verslagperiode zal de SVB een verantwoording TR PGB voor de WMO/JW voor alle gemeenten gezamenlijk opleveren met daarin de relevante financiële en niet financiële gegevens over de verleende dienstverlening.
Op hoofdlijnen zal de Verantwoording TR PGB WMO/JW bestaan uit:
• Hoofdstuk algemeen:
o Voorwoord;
o Bedrijfsvoeringsparagraaf inclusief rechtmatigheidsverantwoording van de Raad van Bestuur van de SVB.
o Mogelijk misbruik en oneigenlijk gebruik
o ICT
• Financiële verantwoording:
o Eén generiek overzicht van de rekening courant TR PGB WMO /JW op totaalniveau opgebouwd uit de ontvangen voorschotten van gemeenten en de betaalde bestedingen (kasbasis);
o De financiële verantwoording is op kasbasis (met uitzondering van de ontvangen voorschotten) d.w.z. dat alleen de daadwerkelijk betaalde bestedingen tot en met 31 december van het boekjaar zijn meegenomen;
• Bijlage
o Een bijlage met een overzicht van de rekening courant PGB TR WMO/JW op gemeenteniveau bestaande uit de te verantwoorden betaalde bestedingen8 in de verslagperiode op kasbasis en de van gemeenten ontvangen voorschotten met betrekking tot het jaar 2020 (waarvan het totaal aansluit op de voorgaande financiële verantwoording).
Voor de bepaling van het door de Raad van Bestuur af te geven oordeel over de rechtmatige wetsuitvoering in de bedrijfsvoerings-paragraaf gelden met betrekking onrechtmatigheids- en onzekerheidspercentages onderstaande toleranties en betrouwbaarheidseis van 95%. De Raad van Bestuur beoordeelt niet-gecorrigeerde fouten en onzekerheden voor zijn/haar oordeel over de rechtmatige wetsuitvoering in onderlinge samenhang. De RvB betrekt de bevindingen van de AD-SVB bij het opstellen van de rechtmatigheidsverantwoording.
8 Zie paragraaf 1.6 onder ‘Termijnen’.
Onderstaande tabel is ook van toepassing voor bepaling van de materialiteit voor de controle van de financiële verantwoording door de AD-SVB. Voor onderstaande toleranties gelden als basis de totale betalingen voor de wet.
Oordeel | ||||
Goedkeurend | Met Beperking | Oordeelont- houding | Afkeuring | |
Fouten in de financiële verantwoording per wet | ≤ 1% | >1% en < 3% | n.v.t. | ≥ 3% |
Onzekerheden in de controle | ≤ 3% | >3% en < 10% | ≥ 10% | n.v.t. |
2.3 Definitie fouten en onzekerheden
Van een fout in de verantwoording is sprake als een (gedeelte van een) post niet in overeenstemming is met een of meer aspecten van het PGB2.0 toetsingskader zoals opgenomen in bijlage II. Voor een adequate onderbouwing van het oordeel is het noodzakelijk dat de RvB fouten en onzekerheden zoveel mogelijk kwantificeert.
Onzekerheden betreffen onderdelen in de controle waarover niet voldoende en/of geschikte controle informatie is verkregen.
3 Accountantsprotocol
3.1 Doelstelling en reikwijdte onderzoek
De controle heeft als doel het vaststellen van de juistheid en volledigheid van:
• Het door de SVB opgestelde generieke overzicht van de betaalde bestedingen en de ontvangen voorschotten van gemeenten op totaalniveau (zie hoofdstuk 2.2);
• Een toelichting op bovenstaande stukken;
• De door de Raad van Bestuur SVB afgegeven en in de bedrijfsvoeringparagraaf opgenomen rechtmatigheidsverantwoording.
3.2 Aandachtspunten voor de controle
Voor de controlewerkzaamheden die leiden tot de controleverklaring behorend bij de verantwoording rekening couranten gelden volgende aandachtspunten:
a) De rechtmatige betaling van bestedingen, zoals uitgewerkt in het toetsingskader PGB1.0 (zie bijlage III). Inclusief misbruik en oneigenlijk gebruik.
b) In verband met gedurende het verslagjaar werken in zowel PGB1.0 en PGB2.0, gelden de volgende specifieke aandachtspunten:
• indien een gemeente budgethouders in PGB1.0 en PGB2.0 heeft, dient gebruik te worden gemaakt van de verantwoordingen PGB1.0 en PGB2.0, beide op wetsniveau;
• De AD-SVB moet specifiek aandacht hebben voor de situatie dat gedurende het verslagjaar zowel in het PGB1.0 systeem als in PGB2.0 systeem is gewerkt en dat er geen dubbele betalingen mogen voorkomen.
3.3 Reikwijdte werkzaamheden en materialiteit
De accountant dient zijn controle zodanig in te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de financiële verantwoording geen afwijkingen (fouten en onzekerheden) van materieel belang bevat.
Het wordt aan de accountant overgelaten op welke wijze hij zijn verdere controleaanpak inricht, hoe hij zijn controlewerkzaamheden uitvoert en hoe hij op grond daarvan voldoende controle-informatie verkrijgt.
Het proces van registreren en betalen van maandelijkse vastgestelde bedragen, facturen en declaraties betreffende geleverde zorg (bestedingen) in het kader van TR PGB WMO/JW betreft voor elke gemeente een identiek proces bij de SVB. Voor de controle wordt op totaalniveau een statistisch onderbouwde steekproef getrokken. Een goedkeurende controleverklaring impliceert dat in de financiële verantwoording geen afwijkingen (onjuistheden en onzekerheden) voorkomen met een belang dat groter is dan de in onderstaande tabel weergegeven toleranties. Dit moet vastgesteld worden met een betrouwbaarheid van 95%.
Hierbij geldt als omvangbasis het totaalbedrag PGB TR dat voor de WMO/JW door de SVB in het kalenderjaar voor bestedingen is betaald (totaal betaalde bestedingen conform model C in Bijlage I). Zie ook de tabel in paragraaf 2.2.
3.4 Foutevaluatie t.b.v. de oordeelsvorming
Met betrekking tot de foutevaluatie gelden de volgende uitgangspunten:
• Zie paragraaf 2.3 Definitie fouten en onzekerheden (van de RvB);
• Bij de foutschatting ten behoeve van de oordeelsvorming moet worden uitgegaan van de absolute waarde van de bij de controle aangetroffen financiële fouten. Salderen van fouten is daarom niet toegestaan;
• Bij de oordeelsvorming wordt uitgegaan van de statistisch meest waarschijnlijke fout;
• Daarnaast wordt zowel de minimale als maximale fout bepaald, om vast te stellen of toereikende controle- informatie is verkregen met het gebruik van steekproefuitkomsten om hierop een oordeel te kunnen baseren, of aanleiding bestaat tot het uitvoeren van aanvullende gegevensgerichte controlewerkzaamheden;
• Niet gecorrigeerde fouten en onzekerheden dienen individueel en in onderlinge samenhang te worden beoordeeld.
3.5 Andere informatie als onderdeel van de verantwoording Het stelsel Trekkingsrecht PGB - ontwikkelingen
De AD SVB stelt vast dat de andere informatie (in dit geval de passage: Het stelsel Trekkingsrecht PGB - ontwikkelingen) verenigbaar is met de rechtmatigheidsverantwoording en financiële verantwoording en geen materiële afwijkingen bevat. AD SVB volgt hierbij de opgenomen vereisten in Standaard 720.
Misbruik en oneigenlijk gebruik
Met het stelsel trekkingsrecht pgb is beoogd de fraude op budgetbesteding tegen te gaan. De SVB heeft een signalerende rol richting de verstrekkers van budgetten, beantwoordt vragen in het kader van fraudeonderzoek en voert blokkadeverzoeken door. In de verantwoording wordt een passage aangaande Misbruik en oneigenlijk gebruik opgenomen, met daarin het aantal gedane meldingen en ontvangen terugkoppelingen. De AD SVB stelt vast dat de andere informatie (in dit geval de passage Misbruik en oneigenlijk gebruik) verenigbaar is met de rechtmatigheidsverantwoording en de financiële verantwoording en geen materiële afwijkingen bevat. AD SVB volgt hierbij de opgenomen vereisten in Standaard 720.
ICT
De AD SVB stelt vast dat de andere informatie (in dit geval de passage: ICT) verenigbaar is met de rechtmatigheidsverantwoording en financiële verantwoording en geen materiële afwijkingen bevat. AD SVB volgt hierbij de opgenomen vereisten in Standaard 720.
Bijlage met een overzicht van de rekening courant PGB TR WMO/JW op gemeenteniveau De SVB stelt vast dat de andere informatie (in dit geval de bijlage met betaalde bestedingen en ontvangen voorschotten op gemeenteniveau) verenigbaar is met de rechtmatigheidsverantwoording en de financiële verantwoording en geen materiële afwijkingen bevat. AD SVB volgt hierbij de opgenomen vereisten in Standaard 720.
3.6 Rapportages accountant
De Verantwoording TR PGB WMO/JW
Bij de Verantwoording TR PGB WMO/JW geeft de AD één controleverklaring (juistheid en volledigheid) op totaalniveau m.b.t.:
a. Het door de SVB opgestelde generieke overzicht van de rekening courant TR PGB WMO / JW op totaalniveau bestaande uit de te verantwoorden betaalde bestedingen in de verslagperiode (op kasbasis) en de ontvangen voorschotten van gemeenten met betrekking tot het jaar 2020.
b. De in de bedrijfsvoering paragraaf opgenomen rechtmatigheidsverantwoording.
De in hoofdstuk zz van de verantwoording opgenomen paragrafen Het stelsel trekkingsrecht pgb (zzz), Misbruik en oneigenlijk gebruik (zzz), ICT (zzz) en de bijlage met het overzicht van de rekening courant PGB TR WMO/JW op gemeenteniveau (waarvan het totaal aansluit op de financiële verantwoording) worden aangemerkt als andere informatie. Overeenkomstig Standaard 720 stelt de accountant vast of deze andere informatie met de Financiële verantwoording en Rechtmatigheidsverantwoording verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat.
Accountantsverslag
De AD brengt een accountantsverslag uit waarin de bevindingen van de AD zijn opgenomen met betrekking tot de belangrijkste uitkomsten van de controlewerkzaamheden ten aanzien van het TR PGB op basis van de WMO/JW. In het accountantsverslag rapporteert de accountant over de bevindingen vanuit de controle en de hoofdlijnen van de interne beheersing rond de uitvoering van de TR PGB binnen de SVB. Specifieke aandachtspunten zijn gedefinieerd in paragraaf 3.2.
Bijlage I: Modellen
Model A: Model goedkeurende controleverklaring TR PGB WMO9 en JW
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Afgegeven ten behoeve van de gemeenten, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in het kader van trekkingsrecht persoonsgebonden budget Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015
A. Verklaring over de Verantwoording Ons oordeel
Wij hebben:
• De Financiële verantwoording 20xx TR PGB Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (WMO) en JW van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) te Amstelveen d.d. yy maart 20xx over het jaar 20xx zoals opgenomen in hoofdstuk zz, bestaande uit:
o De financiële verantwoording op totaal niveau, alsmede
o een toelichting op deze financiële verantwoording;
• De in paragraaf zzz van de Verantwoording TR PGB (WMO/JW) van de SVB opgenomen rechtmatigheidsverantwoording van de Raad van Bestuur van de SVB over het jaar 20xx;
die alle deel uitmaken van de Verantwoording 20xx TR PGB (WMO/JW) van de SVB (die hierna tezamen worden aangeduid als de Verantwoording), gecontroleerd.
Naar ons oordeel is de in de Verantwoording TR PGB (WMO/JW) opgenomen financiële verantwoording met de financiële toelichtingen daarbij en de rechtmatigheidsverantwoording van de Raad van Bestuur van de SVB over 20xx in alle materieel van belang zijnde aspecten opgesteld in overeenstemming met het “Controle- en verantwoordingsprotocol Trekkingsrecht Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke Ondersteuning (WMO/) en Jeugdwet (JW) 2020”, specifiek deel 2 verantwoordingsprotocol, de WMO/JW, het Besluit WMO/JW en de regeling WMO/JW en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving.
De basis voor ons oordeel
Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden en het ‘Controle- en verantwoordingsprotocol TR Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en Jeugdwet (JW) 2020’, specifiek deel 3 accountantsprotocol. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie ‘Onze verantwoordelijkheid voor de controle van de Verantwoording’.
9 De basis voorbeeldverklaringen van de NBA worden nog geactualiseerd. Zie de site van de NBA voor de meest recente voorbeeldteksten en –verklaringen.
Wij zijn onafhankelijk van de SVB zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).
Wij vinden dat de door ons verkregen controle informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
B. Verklaring over de in de Verantwoording opgenomen andere informatie
De Verantwoording omvat andere informatie, die bestaat uit de in hoofdstuk zzz opgenomen paragrafen:
• Het stelsel trekkingsrecht pgb (zzz)
• Mogelijk misbruik en oneigenlijk gebruik (zzz)
• ICT (zzz)
• Bijlage met een overzicht van de rekening courant PGB TR WMO/JW op gemeenteniveau (zzz)
Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie met de Financiële verantwoording en de Rechtmatigheidsverantwoording 20xx verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat.
Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de controle of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat.
Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in de Nederlandse Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de Verantwoording.
De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie.
C. Benadrukking van de basis voor financiële verslaglegging en beperking in gebruik en verspreidingskring
Wij vestigen de aandacht op paragraaf zzz Toelichting waarin de basis voor de financiële verslaggeving uiteen is gezet. Daarin staat de specifieke grondslag per onderdeel van het financiële overzicht verwoord. De Verantwoording is opgesteld voor de gemeenten, VNG en het Ministerie van VWS met als doel de SVB in staat te stellen te voldoen aan de vereisten uit de (WMO/JW), het Besluit (WMO/JW) en de regeling (WMO/JW). Hierdoor is de Verantwoording mogelijk niet geschikt voor andere doeleinden. Onze controleverklaring is derhalve uitsluitend bestemd voor de SVB, de gemeenten, VNG en het Ministerie van VWS en dient niet te worden verspreid aan of te worden gebruikt door anderen. Ons oordeel is niet aangepast als gevolg van deze aangelegenheid.
D. Beschrijving van verantwoordelijkheden met betrekking tot de Verantwoording Verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur voor de Verantwoording
De Raad van Bestuur van de SVB is verantwoordelijk voor het opstellen van de Verantwoording in overeenstemming met de wetten (WMO/JW), de Besluiten (WMO/JW) en de regelingen (WMO/JW), e.e.a. volgens het verantwoordingsprotocol (deel 2).
In dit kader is de Raad van Bestuur verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de Raad van Bestuur noodzakelijk acht om het opstellen van de Verantwoording mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude.
Onze verantwoordelijkheid voor de controle van de Verantwoording
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van de controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel.
Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken.
Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze Verantwoording nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel.
Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften, het Controle- en verantwoordingsprotocol Trekkingsrecht Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en Jeugdwet (JW) 2020 en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit:
• Het identificeren en inschatten van risico’s dat de Verantwoording afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle- informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing;
• Het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de SVB;
• Het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor de financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door de Raad van Bestuur en de toelichtingen die daarover in de Verantwoording staan;
• Het evalueren of de presentatie, structuur en inhoud van de Verantwoording en de daarin opgenomen toelichtingen;
• Het evalueren of de Verantwoording de opgave de onderliggende transacties en gebeurtenissen zonder materiele afwijkingen weergeeft.
Bij onze controle hebben wij de goedkeuringstoleranties voor fouten en onzekerheden toegepast zoals deze zijn opgenomen in paragraaf 2.2 van het “Controle- en verantwoordingsprotocol Trekkingsrecht Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke Ondersteuning 2015 (WMO) en de Jeugdwet (JW) 2020 “,
Wij communiceren met de Raad van Bestuur onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing.
Plaats, datum Audit Dienst SVB
Naam accountant en ondertekening met die naam
Model B: Voorbeeldtekst Rechtmatigheid (inclusief M&O)
(Onderdeel van de bedrijfsvoering paragraaf van de verantwoording)
Rechtmatigheidsverantwoording 2020
Bij het uitvoeren van onze opdrachten beschouwen we het voldoen aan de rechtmatigheidsnormen als een van de belangrijkste doelstellingen. In hoeverre we daarin slagen, verantwoorden we met (on-)rechtmatigheidspercentages. Conform het “Controle- en verantwoordingsprotocol Trekkingsrecht Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke Ondersteuning 2015 (WMO) en de Jeugdwet (JW) 2020“ voor de SVB en haar accountant geeft de Raad van Bestuur daarnaast een rechtmatigheidsverklaring af, waarin is meegewogen of het beleid op het gebied van Misbruik en Oneigenlijk gebruik (M&O) toereikend is.
Rechtmatigheidsverklaring 202010
Op basis van het “Controle- en verantwoordingsprotocol Trekkingsrecht Persoonsgebonden Budget (TR PGB) Wet maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en de Jeugdwet (JW) 2020” voor de SVB en haar accountant heeft de SVB het onrechtmatigheidspercentage voor 2020 berekend op 0,xxx procent van de totale betaalde bestedingen per wet. Het totale percentage onzekerheden bedraagt 0,xxx procent van de totale betaalde bestedingen per wet. Onderstaande tabel toont de onrechtmatigheidsscore, gebaseerd op fouten in procenten per wet. Op grond van het onrechtmatigheidspercentage stelt de Raad van Bestuur dat de wetsuitvoering WMO door de SVB in de verslagperiode (on)rechtmatig is geweest.
Onrechtmatigheidsscore WMO en JW
Voor het jaar 2020 zijn de percentages als volgt:
WMO of JW | Vermijdbaar* | Onvermijdbaar** | Totaal**** |
Formeel Materieel | x,xx% x,xx% | x,xx% x,xx% | x,xx% x,xx% |
Totaal | x,xx% | x,xx% | x,xx% |
* Vermijdbare onrechtmatigheid: er is sprake van een vermijdbare onrechtmatigheid indien de fout is toe te schrijven aan de reguliere bedrijfsvoering van de SVB. Na afschaffen van het coulancebeleid zijn de reguliere controles weer ingevoerd (op 1 augustus 2016 is de verwerking van de zorgovereenkomsten weer in de reguliere procesgang gebracht). Geheel 2020 volgt de verwerking van zorgovereenkomsten en declaraties de reguliere bedrijfsvoering.
** Onvermijdbare onrechtmatigheid: dit zijn onrechtmatigheidsfouten binnen de keten die het gevolg zijn van terugval- en noodscenario’s en het verminderd controleregime, in opdracht
10 De rechtmatigheidsverantwoording heeft betrekking op het totaal van de betaalde bestedingen in de verantwoordingsperiode 1-1-2020 t/m 31-12-2020 met betrekking tot de budgetjaren 2017 t/m 2020.
van het ministerie van VWS. Een onrechtmatige betaling in 2020, waar een zorgovereenkomst of wijzigingsformulier van voor 1 augustus 2016 aan ten grondslag ligt (en een onrechtmatigheidsfout bevat), betreft een onvermijdbare fout.
*** Het totaal onrechtmatigheidspercentage hoeft niet gelijk aan de optelling van de totale onrechtmatigheidspercentages volgens de tabellen ‘formele fouten’ en ‘materiële fouten’.
Ter verduidelijking: het percentage gebaseerd op alleen materiële fouten kan hoger zijn, omdat ook materiële fouten (2e, 3e, etc. fout) worden meegenomen die in het totaal niet zijn mee geëvalueerd, ingeval de post al voor 100% (formeel) fout is.
Ter verduidelijking: het percentage gebaseerd op alleen materiële fouten kan hoger zijn, omdat ook materiële fouten (2e, 3e, etc. fout) worden meegenomen die in het totaal niet zijn mee geëvalueerd. In dat geval is de maximale fout (IST-bedrag) reeds bereikt als gevolg van formele fouten. Formele fouten zijn bijna altijd voor het hele IST-bedrag fout.
Op grond van het onrechtmatigheidspercentage van xx,xx% stelt de Raad van Bestuur van de SVB dat de wetsuitvoering WMO of de JW door de SVB in de verslagperiode (on)rechtmatig is geweest. Opgemerkt dient te worden dat de betalingen die op formele gronden als onrechtmatig beoordeeld zijn, niet onjuist hoeven te zijn omdat de declaratie juist kan zijn of de zorg geleverd kan zijn.
In de onderstaande tabellen zijn de foutpercentages weergegeven, zoals vastgesteld bij de in de steekproef betrokken bestedingen, met het onderscheid tussen formele- en materiële fouten.
WMO of JW (formele fouten) | Vermijdbaar | Onvermijdbaar | Totaal |
Alleen formele fouten | x,xx% | x,xx% | x,xx% |
Formele fouten zijn het gevolg van het ontbreken van specifieke kenmerken/informatie op bijvoorbeeld de zorgovereenkomst (rechtsgeldigheid van de overeenkomst) of declaratie. De toekenning van de budgetten en het afsluiten van de zorgovereenkomsten zijn cruciaal omdat deze de start voor de betaling vormen. In het geval er informatie ontbreekt, is sprake van formele fouten. Een post is onrechtmatig op formele gronden omdat of het toekenningsbericht en/ of de zorgovereenkomst niet juist en/ of volledig is aangeleverd of ingevuld. Of vanwege het ontbreken van officiële documenten en vereiste handtekeningen. Bij het ontbreken van de hier bedoelde kenmerken/ informatie is de gehele post als onrechtmatig aangemerkt. Deze fouten hebben geen impact op de getrouwheid van de verantwoording. Voorbeelden van formele fouten:
- (elektronische)Handtekening(en) (DigiD/AGB) van de budgethouder, zorgverlener en/ of vertegenwoordiger (indien van toepassing) ontbreekt op de zorgovereenkomst;
- Geboortedatum van de budgethouder ontbreekt op de zorgovereenkomst;
- BSN budgethouder ontbreekt op de zorgovereenkomst;
- De factuur is niet voor akkoord getekend door de budgethouder of vertegenwoordiger (zonder dat er sprake is van een digitale declaratie via de portal).
WMO of JW (materiële fouten) | Vermijdbaar | Onvermijd- baar | Totaal |
Alleen materiële fouten | x,xx% | x,xx% | x,xx% |
Materiële fouten zijn fouten waarbij meestal sprake is van een p*q fout (hetzij tarief hetzij uren) of het foutief overnemen van bedragen. In deze gevallen is het verschil gekwalificeerd als onrechtmatig. Deze fouten kunnen impact hebben op de getrouwheid van de verantwoording. Voorbeelden van materiële fouten:
- De uitbetaling wijkt af van: het ingediende urenbriefje, de factuur of de digitale declaratie;
- Het gedeclareerde uurtarief is hoger of lager dan dat op de zorgovereenkomst is overeengekomen.
In onderstaande tabel is aangegeven wat de impact is van de gemaakte rechtmatigheidsfouten op de getrouwheid. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen fouten en onzekerheden in de getrouwheid.
Impact op getrouwheid | Onzekerheden | Fouten | Totaal |
Totaal | x,xx% | x,xx% | x,xx% |
Model C: Financiële verantwoording TR PGB WMO en JW
A. Verantwoording op wetsniveau:
• Eén generiek overzicht van de rekening courant TR PGB WMO/JW op totaalniveau opgebouwd uit de ontvangen voorschotten van gemeenten (WMO of JW) met betrekking tot 2020 (niet op kasbasis) en de betaalde bestedingen (op kasbasis);
Bedragen in € | Realisatie verslagperiode | |
Betaalde bestedingen ten laste van het budgetjaar: | ||
- 2020 | ||
- 2019 | xxxxxxxxxx | |
- 2018 | xxx.xxx.xxx | |
- 2017 | xxxxxxxxxx | |
- 2016 | xxxxxxxxxx | |
- 2015 | ||
Ontvangen voorschotten van gemeenten | xxxxxxxxxxxx | |
Saldo | xxx.xxx.xxx |
B. Toelichting:
• De betaalde bestedingen op kasbasis in de verslagperiode met betrekking tot 2020 en voorgaande budgetjaren;
• Door gemeenten verleende voorschotten voor het budgetjaar 2020;
• De loondoorbetaling bij ziekte maakt onderdeel uit van de betaalde bestedingen. In 2020 gaat het in totaal om een bedrag van € xxxx (zie bijlage IV voor nadere toelichting)
C. Bijlage: Overzicht van de rekening courant PGB TR WMO / JW op gemeenteniveau
Bedragen in euro's gemeente | Bestedingen t.l.v. 2019 | Bestedingen t.l.v. 2018 | Bestedingen t.l.v. 2017 | Bestedingen t.l.v. 2016 | Bestedingen t.l.v. 2015 | Totaal bestedingen | Voorschotten Budgetjaar 2020 |
gemeente XXX gemeente YYY Totaal gemeenten | xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx | xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx | xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx | xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx | xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx xxxxxxxxxx | xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx xx.xxx.xxx |
Bijlage II: Informatiestroom voor uitvoeren TR PGB WMO
Bijlage III: 20210119 Toetsingskader rechtmatigheid PGB 2020 TR versie 1.0 – is aparte bijlage en wordt als zodanig aangeleverd.
Bijlage IV: Loondoorbetaling bij ziekte
De SVB verricht een separaat aspectonderzoek met betrekking tot de loondoorbetaling bij ziekte van de zorgverlener. Belangrijkste aandachtspunten en onderdeel van het aspectonderzoek:
De budgethouder is als werkgever verplicht een zorgverlener door te betalen indien deze niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten (7:629 BW). Voorwaarde is dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst van een budgethouder met een zorgverlener. De hoogte van de doorbetaling bedraagt 100% eerste jaar (contract) en 70% tweede jaar (contract).
De duur van de doorbetaling bedraagt:
• AO NN 6 weken (art. 7:629 lid 2 sub a BW),
• AOW met AOW-gerechtigde 13 weken
(art. VIIIa Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd),
• AO BN 104 weken (art. 7:629 lid 1 BW)
De SVB compenseert i.v.m. haar wettelijke taak alsmede afspraken met VWS de budgetgelden die een budgethouder kwijt is aan een zieke zorgverlener teneinde de budgethouder in staat te stellen vervangende zorg in te kopen. Hiertoe heeft de SVB enkele voorwaarden verbonden aan de toekenning van de compensatie van het budget. De van toepassing zijnde voorwaarden betreffen:
• Er is sprake van een arbeidsovereenkomst in de zin van het BW i.h.k.v. Trekkingsrecht;
• De overeenkomst is goedgekeurd door de budgetverstrekker en SVB;
• Het ziekengeld (loondoorbetaling) is reeds betaald uit het budget;
• Budgethouder laat zich bijstaan door Arbodienst;
• Budgethouder en zorgverlener werken mee aan verzuimtraject;
• De budgethouder heeft de zorgverlener binnen 24 uur ziekgemeld bij de SVB.