Contract
Dit betreft een model van een praktijkovereenkomst. Xxxxx iets niet in de overeenkomst of is de informatie niet meer actueel? Dan zijn wij niet aansprakelijk voor de mogelijke gevolgen daarvan. Gebruik van dit model geschiedt op eigen risico. Wij kunnen geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor enige directe of indirecte schade ten gevolge van – of in verband met – het gebruik van dit model, ook niet indien mocht blijken dat dit model onjuist of onvolledig is.
Voorbeeld Praktijkovereenkomst BBL
Gegevens Deelnemer
achternaam: voorletters: voornaam: geslacht: m/v geboortedatum: geboorteplaats: adres: postcode: woonplaats:
Werkgever/Leerbedrijf naam:
adres:
postcode: plaats:
code leerbedrijf: relatienummer:
Onderwijsinstelling
naam:
adres:
postcode:
plaats:
NEMEN HET NAVOLGENDE IN AANMERKING:
- Dat onderwijs in de praktijk van het beroep deel uitmaakt van elke beroepsopleiding volgens de Wet educatie en beroepsonderwijs, Onderwijsgids en Examenregeling;
- Dat de deelnemer is ingeschreven bij de onderwijsinstelling op grond van een onderwijsovereenkomst;
- Dat de door de Deelnemer in het kader van deze overeenkomst te verrichten activiteiten een leerfunctie hebben.
VERKLAREN HET VOLGENDE TE ZIJN OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1. Doel praktijkovereenkomst
1. Het doel van deze praktijkovereenkomst is het vastleggen van afspraken over beroepspraktijkvorming, zodat het uitbreiden van kennis en ervaring gerealiseerd kan worden dat noodzakelijk is voor het voltooien van een beroepsopleiding in het kader van de WEB.
Artikel 2 Beroepspraktijkvorming beroepsopleiding (in te vullen door onderwijsinstelling)
1. De beroepspraktijkvorming wordt uitgevoerd in het kader van:
- naam opleiding:
- code opleiding:
- kwalificatieniveau:
- leerweg: BBL
- onderwijsbegeleider:
Artikel 3 Duur en omvang beroepspraktijkvorming (BPV) Ingangsdatum:
Einddatum:
Aantal uren per week:
Artikel 4 inhoud van de beroepspraktijkvorming
1. Uitgangspunt van de beroepspraktijkvorming zijn de voor de opleiding geldende onderwijs- en vormingsdoelen zoals opgenomen in de onderwijsgids en examenregeling van de opleiding.
2. Aan de beroepspraktijkvorming ligt een inhoudelijk plan voor de beroepspraktijkvorming ten grondslag dat in de onderwijsgids en examenregeling is opgenomen, of waarnaar wordt verwezen.
3. De onderwijsgids en examenregeling is voor elke deelnemer op een toegankelijke plaats in te zien.
Artikel 5 begeleiding
1. Namens het leerbedrijf is een praktijkbegeleider belast met de begeleiding van de deelnemer. De onderwijsbegeleider van de onderwijsinstelling zal het verloop van de beroepspraktijkvorming volgen door het onderhouden van regelmatige contacten met de praktijkbegeleider en de deelnemer.
Artikel 6 beoordeling
1. De onderwijsinstelling heeft de eindverantwoordelijkheid bij de beoordeling van de beroepspraktijkvorming.
2. De procedure van de beoordeling van de beroepspraktijkvorming staat beschreven in de onderwijsgids en examenregeling van de opleiding en staat tevens vermeld in de opdrachten BPV.
3. Het bevoegd gezag betrekt bij de beoordeling het oordeel van het leerbedrijf, met inachtneming van de desbetreffende in de onderwijsgids en examenregeling op te nemen regels.
4. Indien overeengekomen stelt het leerbedrijf aan het eind van de beroepspraktijkvorming een rapportage op over het functioneren van de deelnemer tijdens de beroepspraktijkvorming bij het leerbedrijf.
Artikel 7 deelname examens
1. De deelnemer wordt door het leerbedrijf in staat gesteld deel te nemen aan toetsen of examens van de onderwijsinstelling die tijdens de periode van de beroepspraktijkvorming plaatsvinden, tenzij vooraf anders bepaald.
Artikel 8 beoordeling beroepspraktijkvorming
1. Het leerbedrijf verklaart zich bereid beoordeling van de beroepspraktijkvorming, indien mogelijk gezien de locatie van de organisatie, op de praktijkplaats te doen plaatsvinden.
Artikel 9 aansprakelijkheid
1. Het leerbedrijf is jegens de deelnemer aansprakelijk voor schade die de deelnemer tijdens of in verband met de beroepspraktijkvorming lijdt, tenzij het leerbedrijf aantoont dat zij de in artikel 7:658, lid 1 Burgerlijk Wetboek genoemde verplichtingen is nagekomen of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de deelnemer.
Artikel 10 gedragsregels en veiligheid
1. De deelnemer is verplicht de binnen het leerbedrijf in belang van orde, veiligheid en gezondheid gegeven regels, voorschriften en aanwijzingen in acht te nemen. Hij wordt over deze regels ingelicht.
2. Het leerbedrijf treft, overeenkomstig de Arbeidsomstandighedenwet, maatregelen die gericht zijn op de bescherming van de lichamelijke en geestelijke veiligheid van de deelnemer.
Artikel 11 geheimhouding
1. De deelnemer is verplicht alles geheim te houden wat hem onder geheimhouding wordt toevertrouwd of wat er als geheim te zijner kennis is gekomen of waarvan hij het vertrouwelijke karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
Artikel 12 afwezigheid
1. Voor de afwezigheid tijdens de beroepspraktijkvorming gelden voor de deelnemer de regels zoals deze door het leerbedrijf gehanteerd worden evenals de regels zoals deze in de onderwijsovereenkomst tussen deelnemer en onderwijsinstelling zijn afgesproken.
Artikel 13 problemen en conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming
1. Bij problemen of conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming richt de deelnemer zich in eerste instantie tot de praktijkopleider en/of de coach. Deze trachten in gezamenlijk overleg met de deelnemer tot een oplossing te komen.
2. Wanneer de deelnemer vindt dat het probleem of conflict niet naar zijn tevredenheid is opgelost, kan de deelnemer een klacht indienen bij de coach van school of een medewerker die ze daarvoor het meest geschikt vinden. De deelnemer heeft er recht op dat zijn klacht serieus wordt behandeld. De aangesproken persoon spreekt met de deelnemer af wanneer hij terugkomt op de klacht of verwijst de deelnemer door naar de klachtenprocedure van de onderwijsinstelling.
Artikel 14 beëindiging
1. De praktijkovereenkomst eindigt:
- Op de dag van de beëindiging van de onderwijsovereenkomst tussen de deelnemer en de onderwijsinstelling, om welke reden dan ook (inclusief als gevolg van het (succesvol) afronden van de opleiding waar deze praktijkovereenkomst betrekking op heeft);
- Door het verstrijken van de termijn waarop deze praktijkovereenkomst van toepassing is, dan wel een overstap naar een andere opleiding binnen de instelling wordt gemaakt;
- Op de dag waarop de deelnemer de school (voortijdig) verlaat dan wel de deelnemer door de onderwijsinstelling is uitgeschreven;
- Door onderling goedvinden van de onderwijsinstelling, de deelnemer en het leerbedrijf, nadat dit schriftelijk door partijen is bevestigd;
- Indien de deelnemer zich, ondanks nadrukkelijke waarschuwing, niet houdt aan gedragsregels die in deze overeenkomst staan en die binnen de onderneming van de
werkgever gelden, nadat dit schriftelijk is bevestigd door de organisatie en/of de onderwijsinstelling;
- Indien één der partijen op grond van zwaarwegende omstandigheden beëindiging van deze overeenkomst noodzakelijk acht en in redelijkheid niet verlangd kan worden de overeenkomst te laten voortduren;
- Wanneer de instelling, de deelnemer of het leerbedrijf de hem bij wet of de praktijkovereenkomst opgelegde verplichtingen niet nakomt;
- Wanneer de arbeidsovereenkomst, indien daar sprake van is, tussen de deelnemer en het leerbedrijf wordt beëindigd;
- Per de datum waarop het leerbedrijf is ontbonden of zijn rechtspersoonlijkheid verliest, of per de dag waarop het leerbedrijf ophoudt het in de praktijkovereenkomst bedoelde beroep of het genoemde bedrijf uit te oefenen;
- Per de datum waarop de erkenning van het leerbedrijf (zoals bedoeld in de WEB) is ingetrokken.
2. Bij voortijdige beëindiging van de praktijkovereenkomst stelt de desbetreffende partij de andere partijen daarvan schriftelijk op de hoogte.
Artikel 15 vervangende praktijkplaats
1. Indien de onderwijsinstelling en het Landelijk Orgaan Beroepsonderwijs (LOB) na het sluiten van de praktijkovereenkomst vaststellen dat de praktijkplaats niet of niet volledig beschikbaar is, de begeleiding tekort schiet of ontbreekt, het leerbedrijf niet langer beschikt over een gunstige beoordeling (als bedoeld in art. 7.2.10 van WEB) of indien er sprake is van andere omstandigheden die maken dat de beroepspraktijkvorming niet naar behoren plaatsvindt, zorgen de onderwijsinstelling en het Landelijk Orgaan Beroepsonderwijs (LOB) ervoor dat een toereikende vervangende voorziening zo spoedig mogelijk beschikbaar wordt gesteld.
Artikel 16 nieuwe overeenkomst
1. Indien de deelnemer niet binnen de gestelde tijdsduur de beroepspraktijkvorming met goed gevolg heeft afgerond kunnen de partijen een gewijzigd praktijkvormingstraject overeenkomen. Dit wordt schriftelijk vastgelegd in een nieuw op te maken praktijkovereenkomst.
Artikel 17 slotbepaling
1. In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslissen de onderwijsinstelling en het leerbedrijf na overleg met de deelnemer. Indien het gaat om zaken die de verantwoordelijkheid van het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven raken, wordt deze organisatie daarbij betrokken.
2. Deelnemer en het leerbedrijf verklaren dat zij de documenten waarnaar in deze overeenkomst wordt verwezen en/of die als aanhangsel/bijlage aan de overeenkomst zijn toegevoegd, hebben ontvangen en/of daarvan.
3. Op deze overeenkomst is uitsluitend Nederlands Recht van toepassing.
Aldus overeengekomen en ondertekend in tweevoud:
Deelnemer Plaats:
Datum:
Handtekening:
Wettelijk vertegenwoordiger van de deelnemer (voorzover de deelnemer minderjarig is) Naam:
Plaats:
Datum:
Handtekening:
Werkgever / leerbedrijf Plaats:
Datum:
Handtekening:
Onderwijsinstelling Plaats:
Datum:
Handtekening:
Landelijk Orgaan Beroepsonderwijs (LBO) Naam:
Functie:
Plaats:
verklaart:
a. dat het leerbedrijf over een gunstige beoordeling beschikt als bedoeld in artikel
7.2.10 van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB); en
b. dat de gronden voor deze gunstige beoordeling nog steeds aanwezig zijn. Datum:
Handtekening: