Convenant
Convenant
AL 921 - 1Z*3ED
tussen de Belastingdienst en de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO Nederland)
November 2023
De in februari 2021 overeengekomen aanvullingen / wijzigingen zijn in het convenant verwerkt en worden door partijen bekrachtigd door een hernieuwde ondertekening.
Februari 2021
LTO Nederland, in deze vertegenwoordigd door de heer ir. H.J.H. Koehorst, en de Belastingdienst, in deze vertegenwoordigd door de heer X.X. Xxxxxx, hebben in de periodieke evaluatie gesproken over het functioneren van het Platform Landbouw, de vaststelling van de Landelijke Landbouwnormen en de continuïteit in de samenstelling van de werkgroepen en voorts het convenant inclusief de annex.
April 2017
LTO Nederland en de Belastingdienst hebben per april 2017 het convenant Land- en Tuinbouw geactualiseerd. De informatie opgenomen in annex 2 “Kwalificatie inkomsten uit nevenwerkzaamheden” de “burenhulp”, ofwel werkzaamheden bij een andere (agrarische) onderneming is gewijzigd. De nieuwe tekst is opgenomen in het convenant.
10 december 2010
Partijen: de brancheorganisatie, LTO Nederland, gevestigd te Den Haag, in deze vertegenwoordigd door de heer X.X. Xxxx, en de Belastingdienst, in deze vertegenwoordigd door de heer T.W.M. Xxxxxx, lid van het Managementteam Belastingdienst, sluiten het convenant Land- en Tuinbouw.
Partijen:
− de brancheorganisatie LTO Nederland, gevestigd te Den Haag, in deze vertegenwoordigd door de heer drs. H.P.L. Xxx xxx Xxxxxx MBA, algemeen directeur
en
− de Belastingdienst, in deze vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxx, algemeen directeur MKB, hernieuwen het convenant.
Partijen willen hiermee
− het correct naleven van fiscale verplichtingen door ondernemers binnen de branche bevorderen,
− vooraf tot afstemming komen over fiscale aandachtspunten,
− de administratieve lasten verminderen voor de ondernemers,
− de rechtszekerheid bevorderen.
Samenwerking
Partijen werken met elkaar samen op basis van wederzijds vertrouwen, begrip en transparantie. Rechten en verplichtingen op basis van wet- en regelgeving zijn en blijven zonder enige beperking van toepassing.
Partijen geven hun samenwerking vorm in het Platform Landbouw. Partijen dragen er zorg voor dat hun vertegenwoordigers over de benodigde deskundigheid beschikken. Vanaf de aanvang van het Platform zullen vertegenwoordigers van de Samenwerkende Registeraccountants en Accountantsadministratieconsulenten (SRA), de Vereniging van accountants en administratiekantoren met vestigingen in het Westland en De B-driehoek (‘De TAAK’) en de Vereniging van Accountants- en Belastingadviesbureaus (VLB), de brancheorganisatie bijstaan.
Het bestaande overleg tussen het landbouwbedrijfsleven en de Belastingdienst in het Platform Landelijke Landbouwnormen wordt onderdeel van het Platform Landbouw.
Het Platform Landbouw komt op verzoek van partijen bijeen. Dit gebeurt tenminste éénmaal per kalenderjaar op initiatief van de Belastingdienst.
Afspraken
Partijen willen in de actualiteit afspraken maken over branchespecifieke aandachtspunten bij de uitvoering van fiscale wet- en regelgeving. Partijen leggen in de praktijk gesignaleerde aandachtspunten actief aan elkaar voor. Hierbij wordt inzicht gegeven in de relevante feiten en omstandigheden. De Belastingdienst geeft zo snel mogelijk zijn visie op de mogelijke rechtsgevolgen. Hieruit voortvloeiende standpunten worden vastgelegd in de annex bij dit convenant.
Partijen dragen, met inachtneming van hun eigen verantwoordelijkheid, zorg voor de communicatie van deze standpunten naar de agrarische sector. Partijen bevorderen hierbij de naleving van de in dit convenant gemaakte afspraken door ondernemers en fiscale intermediairs in de agrarische sector. Daarmee wordt de kwaliteit van de aangiften verbeterd.
Fiscaal dienstverleners die actief zijn in de agrarische sector kunnen aan de Belastingdienst aangeven dat zij de in de annex opgenomen landbouwnormen toepassen in de fiscale aangiften. De Belastingdienst past de vorm en de intensiteit van zijn toezicht hier op aan.
Inwerkingtreding, periodieke evaluatie en beëindiging
Dit convenant treedt vanaf ondertekening in werking. Het convenant en de annex zullen aan het einde van een periode van 5 kalenderjaren door het Platform Landbouw worden geëvalueerd en zo nodig geactualiseerd. Het geactualiseerde convenant en/of de geactualiseerde annex vervangen de voorgaande versie(s).
Partijen kunnen dit convenant per einde van ieder kalenderjaar, of tussentijds wegens bijzondere omstandigheden, beëindigen. In dat geval zullen zij hun voornemen vooraf schriftelijk met redenen omkleed aan de andere partij(en) kenbaar maken en, indien deze daarom verzoekt(en), in een mondeling overleg toelichten.
Ondertekening
Den Haag, 24 november 2023
Namens LTO Nederland
drs. H.P.L. Xxx xxx Xxxxxx MBA
Namens de Belastingdienst
X. Xxxx
24 november 2023 hernieuwde Convenant Land- en Tuinbouw
1 Landelijke landbouwnormen
Het Platform Landbouw bereidt in overleg met het landbouwbedrijfsleven de Landelijke Landbouwnormen voor. Aan dit overleg nemen deel:
− de Belastingdienst
− de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur (KAVB)
− de LTO Nederland
− de Samenwerkende Registeraccountants en Accountantsadministratieconsulenten (SRA)
− de Vereniging van accountants-, administratie en belastingadvieskantoren (De TAAK)
de Vereniging van Accountants- en Belastingadviesbureaus (VLB).
Het resultaat van de voorbereiding wordt besproken in een overleg waaraan deelnemen: de voorzitters en enkele leden van alle werkgroepen van de Landelijke Landbouwnormen, een vertegenwoordiging van het landbouwbedrijfsleven en een vertegenwoordiging van het Platform Landbouw. Na een instemmend advies van dit overleg stelt de Belastingdienst de Landelijke Landbouwnormen vast door deze te publiceren.
De Landelijke Landbouwnormen worden jaarlijks voor de meest gangbare kostenposten én voor bepaalde bedrijfsmiddelen en voorraden voor de in Nederland uitgeoefende akkerbouw, veehouderij en tuinbouw vastgesteld. Deze normen en normbedragen worden gebruikt voor de berekening van de jaarwinst voor de in Nederland uitgeoefende ondernemingen in de agrarische sector.
Indien afgeweken wordt van de Landbouwnormen, wordt dit in het aangiftebiljet inkomstenbelasting aangegeven bij de vraag: “Bent u bij de vaststelling van het resultaat afgeweken van de Landelijke Landbouwnormen?”.
De publicatie van de Landbouwnormen wordt na het einde van ieder jaar bekendgemaakt door een persbericht. De tekst van de Landbouwnormen is te downloaden via xxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxx.
2 Kwalificatie inkomsten uit nevenwerkzaamheden
Kwalificatie inkomsten uit werkzaamheden bij een andere onderneming
Veel agrariërs ontplooien naast de activiteiten in de eigen onderneming1activiteiten bij andere ondernemingen. Dit speelt met name bij ondernemingen die niet kunnen of willen groeien en bij ondernemingen die, bijvoorbeeld in een opvolgingssituatie, extra capaciteit (zoon / dochter) ter beschikking krijgen. De activiteiten liggen in het verlengde van die van de eigen onderneming en zijn qua tijdsbesteding ondergeschikt aan die in de eigen onderneming. Een melkveehouder (opdrachtnemer) melkt bijvoorbeeld ook bij een andere melkveehouder (opdrachtgever) en krijgt hiervoor een vergoeding. Beide partijen zijn met elkaar daarvoor een arbeidsrelatie aangegaan.
De vraag kan zich voordoen of de inkomsten uit de werkzaamheden bij een andere onderneming als winst uit onderneming, loondienst of resultaat uit overige werkzaamheid gekwalificeerd moeten worden. In veel gevallen is sprake van winst uit onderneming. Daarvan is in ieder geval sprake als voldaan wordt aan de volgende criteria:
a. tussen de opdrachtnemer en de opdrachtgever is sprake van een overeenkomst van opdracht of een arbeidsovereenkomst, en;
b. de werkzaamheden bij de andere onderneming zijn ondergeschikt aan de werkzaamheden in de eigen onderneming, en;
c. de werkzaamheden waarvoor een overeenkomst van opdracht of een arbeidsovereenkomst is aangegaan zijn soortgelijke werkzaamheden als de werkzaamheden die worden verricht in de eigen onderneming van de opdrachtnemer.
Hierna zijn de criteria a, b en c nader uitgewerkt en is aangegeven wanneer de inkomsten uit werkzaamheden bij een andere onderneming aangemerkt mogen worden als winst uit onderneming van de opdrachtnemer.
Ad a: Overeenkomst van opdracht en arbeidsovereenkomst
Om aan de opdrachtgever zekerheid te verschaffen omtrent de arbeidsrelatie die de opdrachtnemer met hem heeft, kan het volgende dienen:
− Een overeenkomst van opdracht, waarbij gebruik gemaakt is van de Modelovereenkomst voor branche of beroepsgroep | LTO Nederland Agrarische werkzaamheden, geen werkgeversgezag Beoordeling Belastingdienst nr. 904-21-54390-1-0 | 18-01-2022
dan wel
− Een overeenkomst van opdracht, waarbij gebruik gemaakt is van de Algemene modelovereenkomst geen werkgeversgezag, opgesteld door de Belastingdienst nr. 90821-25537-1-0-| 01-06-2021
dan wel
− Een arbeidsovereenkomst
Ad b: Ondergeschikt
De werkzaamheden bij de andere onderneming zijn ondergeschikt als maximaal 30% van de totaal bestede tijd wordt besteed bij een andere onderneming. Dit met een maximum van 600 uur.
Voorbeelden:
− Totaal bestede tijd 1500 uur. Maximaal 450 uur (30%) te besteden bij een andere onderneming;
− Totaal bestede tijd 2000 uur. Maximaal 600 uur (30% met een maximum van 600 uur) te besteden bij een andere onderneming.
Ad c.1: Soortgelijke werkzaamheden
Werkzaamheden in de eigen - en andere onderneming zijn soortgelijk als beiden werkzaamheden betreffen met de volgende SBI-codes:
SBI | Omschrijving |
0111 | Teelt van granen, peulvruchten en oliehoudende zaden |
0113 | Teelt van groenten en wortel- en knolgewassen |
01131 | Teelt van groenten in de volle grond |
01132 | Teelt van groenten onder glas |
01133 | Teelt van paddenstoelen |
01134 | Teelt van aardappels en overige wortel- en knolgewassen |
0116 | Teelt van vezelgewassen |
0119 | Xxxxx van overige eenjarige gewassen |
01191 | Teelt van snijbloemen en snijheesters in de volle grond |
01192 | Teelt van snijbloemen en snijheesters onder glas |
01193 | Teelt van voedergewassen |
01199 | Xxxxx van overige eenjarige gewassen (rest) |
0121 | Teelt van druiven |
0124 | Teelt van pit- en steenvruchten |
01241 | Teelt van appels en peren |
01242 | Xxxxx xxx xxxxxxxxxxxxx |
0125 | Teelt van overige boomvruchten, kleinfruit en noten |
01251 | Teelt van aardbeien in de volle grond |
01252 | Teelt van aardbeien onder glas |
01253 | Teelt van houtig klein fruit in de volle grond (incl. overige boomvruchten en noten) |
01254 | Teelt van houtig klein fruit onder glas |
0127 | Teelt van gewassen bestemd voor de vervaardiging van dranken |
0128 | Teelt van specerijgewassen en van aromatische en medicinale gewassen |
0129 | Xxxxx van overige meerjarige gewassen |
0130 | Teelt van sierplanten |
01301 | Teelt van bloembollen |
01302 | Teelt van perkplanten in de volle grond |
01303 | Teelt van perkplanten onder glas |
01304 | Teelt van potplanten onder glas |
01305 | Teelt van boomkwekerijgewassen in de volle grond |
01309 | Teelt van overige sierplanten in de volle grond |
0141 | Fokken en houden van melkvee |
01411 | Houden van melkvee |
01412 | Opfokken van jongvee voor de melkveehouderij |
0142 | Fokken en houden van runderen (geen melkvee) |
01421 | Houden van vleeskalveren |
01422 | Overige vleesveehouderij en zoogkoeienbedrijven |
0143 | Fokken en houden van paarden en ezels |
0145 | Fokken en houden van schapen en geiten |
01451 | Fokken en houden van schapen |
01452 | Fokken en houden van geiten |
0146 | Fokken en houden van varkens |
01461 | Fokvarkens- en vermeerderingsbedrijven |
01462 | Vleesvarkensbedrijven |
01463 | Gesloten en deels gesloten varkensbedrijven |
0147 | Fokken en houden van pluimvee |
Opfokken en/of houden van xxxxxxxxx | |
01472 | Opfokken en/of houden van vleeskuikens |
01473 | Opfokken en/of houden van ouderdieren van xxxxxxxxx en vleeskuikens |
01479 | Opfokken en/of houden van overig pluimvee |
0149 | Fokken en houden van overige dieren |
01491 | Fokken en houden van edelpelsdieren |
01499 | Fokken en houden van overige dieren (rest) |
0150 | Akker- en/of tuinbouw in combinatie met het fokken en houden van dieren |
0161 | Dienstverlening voor de akker- en/of tuinbouw |
0162 | Dienstverlening voor het fokken en houden van dieren |
0163 | Behandeling van gewassen na de oogst |
0164 | Behandeling van zaden voor vermeerdering |
Opmerking
De SBI code betreft de code van het CBS, versie 2022
Daarnaast kwalificeren werkzaamheden in het kader van agrarisch natuur- en landschapsbeheer, zoals bedoeld in de ’Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer’ (SVNL) voor het beheer van natuur en landschap, en de ‘Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap’ (SKNL), voor investeringen in natuur en landschap (omvorming, inrichting en kwaliteitsontwikkeling) ook als soortgelijke werkzaamheden. Ook in dat geval geldt dat de werkzaamheden in de eigen onderneming moeten behoren tot de in bovengenoemde tabel opgenomen werkzaamheden.
Ad c.2: Samenwerkingsverband en soortgelijke werkzaamheden
Wanneer een maat of vennoot vanuit een maatschap of vennootschap onder firma soortgelijke werkzaamheden verricht, geldt de aanvullende eis dat de opbrengsten hiervan worden ingebracht in de maatschap of vennootschap onder firma.
Indien gebruik wordt gemaakt van de Kwalificatie van Inkomsten uit nevenwerkzaamheden bij een andere onderneming, dient te worden aangetoond aan de hand van de overeenkomsten en een deugdelijke urenadministratie, dat aan de eisen van soortgelijkheid en ondergeschiktheid is voldaan.
3 Afspraken extraterritoriale werknemers in de agrarische sector
De Belastingdienst en LTO Nederland komen periodiek afspraken overeen over de fiscale verwerking van de meerkosten voor huisvesting, reiskosten en kosten levensonderhoud van extraterritoriale werknemers. Deze afspraken gelden voor de leden van LTO Noord, ZLTO, LLTB en de aangesloten vaktechnische organisaties Glastuinbouw Nederland, NFO, POV en KAVB en zijn van toepassing voor werkgevers en extraterritoriale werknemers (buitenlandse seizoenarbeiders) in dienst bij deze werkgevers en vallend onder één van de agrarische cao’s.
De regeling maakt het mogelijk dat werkgevers de meerkosten van huisvesting, reizen van en naar Nederland en kosten levensonderhoud van hun buitenlandse seizoenarbeiders fiscaal vriendelijk uitruilen op het deel van het brutoloon dat uitstijgt boven het wettelijk minimumloon.
De afspraken tussen LTO Nederland en de Belastingdienst worden vastgelegd in een brief en worden voor de doelgroep middels een brochure gepubliceerd door de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via xxxxx://xxxxxxxxxxxxxx.xx