TOEPASSINGSRICHTLIJNEN VOOR REMUNERATIERAPPORTERING
COMMISSIE CORPORATE GOVERNANCE PRIVATE STICHTING
TOEPASSINGSRICHTLIJNEN VOOR REMUNERATIERAPPORTERING
Standaardpresentatie van de remuneratie van niet-uitvoerende bestuurders en uitvoerende managers van vennootschappen waarvan de aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt
Informatieverplichtingen
Wet van 6 april 2010 (B.S. 23 april 2010) tot versterking van het deugdelijk bestuur bij de genoteerde vennootschappen
De wet van 6 april 2010 legt beursgenoteerde vennootschappen de verplichting op een remuneratieverslag op te stellen. Artikel 96, § 3 van het Wetboek van Vennootschappen beschrijft de elementen die dit verslag moet bevatten. Dit artikel vervangt in wezen Principe
7 van de Belgische Corporate Governance Code 2009 inzake de remuneratie van de bestuurders van beursgenoteerde vennootschappen alsook bijlage F betreffende de vereisten inzake openbaarmaking (hoofdstuk remuneratie).
De nieuwe leeswijzer is opgemaakt om de ondernemingen te helpen bij de toepassing van de reglementering van 2010 betreffende het remuneratieverslag.
Hij vervangt de in maart 2010 gepubliceerde editie, die nog betrekking had op de Belgische Corporate Governance Code 2009.
Een belangrijke opmerking is voorts dat de leeswijzer bedoeld is als ondersteunende tool voor het toepassen van de wettelijke verplichtingen. Hij kan hoegenaamd niet als vervanger van de wettekst fungeren.
Disclaimer
De Commissie Corporate Governance heeft met de grootst mogelijke zorgvuldigheid, op basis van het Wetboek van Vennootschappen, deze leeswijzer opgesteld. Zij kan evenwel niet garanderen dat de inhoud van de leeswijzer volledig vrij zou zijn van eventuele fouten of onvolkomenheden in de toepassing of interpretatie van de overeenkomstige bepalingen van het Wetboek van Vennootschappen. De Commissie kan dan ook niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade op welke manier dan ook, die zou zijn ontstaan door het gebruik van de leeswijzer. Bij twijfel over de correcte toepassing van het Wetboek van Vennootschappen, zijn alleen de rechtbanken bevoegd.
Xxxxxxxxxxxxxx 0 X – 0000 Xxxxxxx
T + 32 2 515 08 59
F + 32 2 515 09 85
Versie 22 december 2010 1
INLEIDING
Dit document omvat richtlijnen met het oog op de toepassing van de wettelijke bepalingen inzake remuneratie uit het Belgisch Wetboek van Vennootschappen. Ze dienen voornamelijk als ondersteuning voor de vennootschappen bij het toepassen van de wettelijk verplichtingen die voortvloeien uit de wet van 6 april 2010.
Inwerkingtreding
Deze bijzondere voorschriften treden niet alle tegelijk in werking; het tijdstip verschilt van onderdeel tot onderdeel. In onderstaand schema wordt duidelijk gemaakt op welk tijdstip elk onderdeel van kracht wordt.
REGELS | REGELS INZAKE VERTREK- VERGOEDING | VERKLARING DEUGDELIJK BESTUUR | REMUNERATIE COMITE | REMUNERATIE VERSLAG | REGELS INZAKE VARIABELE REMUNERATIE |
INWERKING- TREDING (IWT) | Van toepassing op de overeenkomsten die worden aangegaan of verlengd na 3 mei 2010 (10 d. na publicatie van de wet) | Van toepassing voor het lopende boekjaar | Van toepassing voor de boekjaren die aanvangen na 23.04.2010 | Van toepassing voor de boekjaren die aanvangen na 23.04.2010 | Van toepassing vanaf het boekjaar dat aanvangt na 31.12.2010 |
Wet van 6 april 2010 | (IWT) art. 12, derde lid | (IWT) art. 12, eerste lid | (IWT) art. 12, tweede lid | (IWT) art. 12, eerste lid | (IWT) art. 20 |
Het remuneratieverslag is van toepassing voor de boekjaren die ingaan na 23.04.2010. Dat betekent dat de voorschriften inzake het remuneratieverslag voor de meeste vennootschappen in werking zullen treden in het boekjaar dat ingaat op 1 januari 2011 en waarover in 2012 verslag wordt gedaan.
Vennootschappen met een afwijkend boekjaar (d.w.z. niet samenvallend met het kalenderjaar) – het begin van het boekjaar valt bv. op 1 juli 2010 – moeten weten dat het remuneratieverslag in het jaarverslag dat zij in 2011 publiceren aan de wettelijke transparantievoorwaarden zal moeten voldoen. (Meestal komt dat verslag in de periode september-oktober 2011 uit).
Toepassingsgebied ratione personae
Met betrekking tot het toepassingsgebied willen wij u er op wijzen dat dit voor de nieuwe wetsvoorschriften breder is dan voor de Belgische Corporate Governance Code. Ratione personae hanteren de wetsbepalingen de term “uitvoerend management” niet, maar zij bepalen specifiek voor wie de voorschriften van het Wetboek van Vennootschappen gelden.
Voor meer duidelijkheid besloot de Commissie een glossarium in te lassen van begrippen die een aantal termen uit de wetsvoorschriften van het Wetboek van Vennootschappen groeperen. Zo zijn bv. de in artikel 96, § 3, 2de lid, 1° (i) bedoelde personen onder de
benaming “uitvoerend management” gegroepeerd om niet alle termen doorheen deze richtlijnen voortdurend te hoeven herhalen.
Om misverstanden te voorkomen en bij twijfel is het raadzaam de wetsbepalingen in het Wetboek van Vennootschappen er op na te slaan. In de hoofding van elke paragraaf vindt u een verwijzing naar de relevante wettelijke bepaling.
GLOSSARIUM1
CEO (Chief Executive Officer): deze term doelt op de hoofdvertegenwoordiger van de uitvoerende bestuurders, de voorzitter van het directiecomité, de hoofdvertegenwoordiger van de andere leiders of de hoofdvertegenwoordiger van de personen belast met het dagelijks bestuur van de vennootschap.
Uitvoerende managers: deze term doelt op alle uitvoerende bestuurders, de leden van het directiecomité (conform art. 524bis X.Xxxx.), de „andere leiders‟ en de personen belast met het dagelijks bestuur van de vennootschap.
Andere leiders: voor de toepassing wordt met andere leiders verwezen naar de leden van elk comité waar de algemene leiding van de vennootschap wordt besproken en dat wordt georganiseerd buiten de regeling van artikel 524bis van het Wetboek van Vennootschappen (cf. art. 96, § 3, 3de lid).
Verdiende jaarbonus voor het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar): de variabele remuneratie die gebaseerd is op de prestaties in het boekjaar. Niet alle verdiende bonussen worden noodzakelijk het daaropvolgende jaar betaald. Voor een deel kan uitgestelde betaling gelden.
Betaalde jaarbonus voor het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar): het gedeelte van de jaarbonus dat in het boekjaar is verdiend en niet is uitgesteld, en/of de uitgestelde bonusbedragen die initieel in de jaren vóór het boekjaar werden verdiend maar vervolgens uitgesteld werden en uiteindelijk in het boekjaar verworven werden.
Uitgestelde jaarbonus voor het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar): de variabele remuneratie die is gebaseerd op de prestaties in het boekjaar maar die pas na verloop van bepaalde tijd wordt betaald en waarbij de uiteindelijke betaling mogelijk aan bijkomende criteria gekoppeld is.
In het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar) toegekende aandelenopties: Tijdens het boekjaar toegekende rechten op verwerving van aandelen waaraan op typische wijze verwervings- en uitoefenrestricties verbonden zijn.
In het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar) uitgeoefende aandelenopties: rechten op verwerving van aandelen die toegekend zijn vóór het boekjaar en die tijdens het boekjaar werden uitgeoefend.
In het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar) vervallen aandelenopties: rechten op verwerving van aandelen die in het boekjaar vervallen zijn (geldt bv. ook voor opties waarvan de uitoefenperiode verliep of voor opties die niet langer uitgeoefend kunnen worden wegens beëindiging van het (arbeids)contract).
In het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar) toegekende rechten op aandelen: aandelen die in het boekjaar werden toegekend en waaraan typisch verwervingsrestricties verbonden zijn.
In het boekjaar (het door het jaarverslag behandelde boekjaar) vervallen rechten op aandelen: aandelen die tijdens het boekjaar vervallen zijn (bv. wegens de beëindiging van het (arbeids)contract).
1 Deze algemene termen werden ter vereenvoudiging toegevoegd en dienen enkel tot het vergemakkelijken van de leesbaarheid van deze richtlijnen.
Deel 1
Beschrijving van de tijdens het door het jaarverslag behandelde boekjaar gehanteerde procedure om een remuneratiebeleid te ontwikkelen en de remuneratie te bepalen
Art. 96, § 3, 2de lid, 1° W.Venn.
Welke procedure· heeft uw vennootschap in het boekjaar gevolgd voor:
(i) het ontwikkelen van een remuneratiebeleid voor niet-uitvoerende bestuurders en uitvoerende managers?
(ii) het bepalen van het remuneratieniveau voor niet-uitvoerende bestuurders en uitvoerende managers?
Geef hieronder een beschrijving van (i) en (ii).
Beschrijf bondig de stappen die zijn gedaan om een remuneratiebeleid te ontwikkelen en de remuneratie te bepalen, bv. opmaak van een voorstel door de directie, toelichting en bespreking in het remuneratiecomité, toelichting en goedkeuring in de raad van bestuur, voorlegging aan en goedkeuring door de algemene vergadering.
Deel 2a
Verklaring over het tijdens het door het jaarverslag behandelde boekjaar gehanteerde remuneratiebeleid
Art. 96, § 3, 2de lid, 2° W.Venn.
Geef toelichting bij het remuneratiebeleid dat in het boekjaar t.a.v. de niet-uitvoerende bestuurders en uitvoerende managers is gevoerd, op zijn minst wat de volgende punten betreft:
a) de principes waarop de remuneratie was gebaseerd, met aanduiding van de relatie tussen remuneratie en prestaties;
b) het relatieve belang van de verschillende componenten van de vergoeding;
c) de kenmerken van prestatiepremies in aandelen, opties of andere rechten om aandelen te verwerven;
d) informatie over het remuneratiebeleid voor de komende twee boekjaren.
Wanneer het remuneratiebeleid in vergelijking met het gerapporteerde boekjaar ingrijpend wordt aangepast (na het einde van dat boekjaar), dient dit in het bijzonder tot uitdrukking te komen.
Deel 2b Terugvorderingsbepalingen Art. 96, § 3, 2de lid, 11° W.Venn.
Voor de uitvoerende managers en de CEO, de mate waarin ten gunste van de vennootschap voorzien is in een terugvorderingsrecht van de variabele remuneratie die wordt toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens.
Deel 3 Bestuurdersvergoeding en andere remuneratie2 van
niet-uitvoerende bestuurders en uitvoerende managers
in hun hoedanigheid van lid van de raad m.b.t. het door het jaarverslag behandelde boekjaar
art. 96, § 3, 2de lid, 3°- 4° W.venn.
Naam van de bestuurder en hoedanigheid (uitvoerende of niet-uitvoerende bestuurder) | … |
Bestuurdersvergoeding | Totaal bedrag van de verdiende vergoedingen mbt het boekjaar Verwijzing naar toelichting van de vergoedingsstructuur (bv. jaarlijkse vergoeding, comitévergoeding, (comité)voorzittersvergoedin g, zitpenningen) |
Andere voordelen | Totaal bedrag van de in het boekjaar verdiende andere voordelen Voetnoot om de aard van de bijkomende voordelen aan te geven |
2 De remuneratie en andere voordelen die door de vennootschap, of een vennootschap die tot de consolidatiekring van de vennootschap behoort, rechtstreeks of onrechtstreeks werden toegekend.
Deel 4
Evaluatiecriteria voor de vergoeding van de uitvoerende managers3 gebaseerd op prestaties
Art. 96, § 3, 2de lid, 5° W.Venn.
Komen de uitvoerende managers in aanmerking voor vergoedingen gebaseerd op:
- de prestaties van de vennootschap of van een vennootschap die tot de consolidatiekring van deze vennootschap behoort, of
- de prestaties van de bedrijfseenheid, of
- de prestaties van de betrokkene,
dan dient de volgende informatie te worden verstrekt:
- de criteria voor de evaluatie van de prestaties ten opzichte van de doelstellingen,
- aanduiding van de evaluatieperiode,
- een beschrijving van de methoden die worden toegepast om na te gaan of aan deze prestatiecriteria is voldaan.
Deze gegevens dienen zo te worden vermeld dat zij geen vertrouwelijke informatie leveren omtrent de strategie van de onderneming.
3 Bijkomende informatie is vereist voor de aandelengerelateerde vergoeding zoals bedoeld in art. 96, § 3, 2de lid, 8° W.Venn.
Deel 5a
Remuneratie4 van de CEO voor het door het jaarverslag behandelde boekjaar
Art. 96, § 3, 2de lid, 6° W.Venn.
Naam van de CEO | ... |
Statuut van de CEO | Zelfstandige – Management company – Loontrekkende |
Vaste remuneratie | Loontrekkende: brutobasisloon (incl. Belgisch en vast buitenlands inkomen) Zelfstandige/Management company: brutobasisloon/gefactureerde vergoedingen (excl. BTW) |
Variabele remuneratie | De betaalde jaarbonus voor het boekjaar. De uitgestelde jaarbonus voor het boekjaar5, hoeft niet meegerekend te worden in het gerapporteerde betaalde bonusbedrag (aangezien deze nog niet uitbetaald is kan dit leiden tot “dubbeltelling”) maar het moet wél in een voetnoot worden vermeld. In het betaalde bonusbedrag moeten daarentegen wél alle bonusbedragen meegeteld en in een voetnoot toegelicht worden die in vorige jaren verdiend en in het boekjaar verworven werden. Loontrekkende: brutobedrag betaalde jaarbonus (incl. Belgisch en variabel buitenlands inkomen). |
4 Remuneratie en andere voordelen die rechtstreeks of onrechtstreeks is/zijn toegewezen door de vennootschap of door een vennootschap die tot de consolidatiekring van die vennootschap behoort, met uitsluiting van corporate bestuurdersvergoedingen welke in deel 3 moeten worden vermeld.
5 Indien het om uitgestelde betaling in cash gaat. In het andere geval, bij uitgestelde betaling in aandelen, moet het uitgestelde bonusbedrag ondergebracht worden in de informatie betreffende de toekenning van aandelen – zie deel 7a/7b.
6 Wanneer deze remuneratie (niveau) in vergelijking met het door het jaarverslag behandelde boekjaar ingrijpend wordt aangepast, dient dit in het bijzonder tot uitdrukking te komen.
Zelfstandige / Management company: brutobasisloon/gefactureerde vergoedingen (excl. BTW) Indien de cijfers van de verdiende jaarbonus m.b.t. het behandelde boekjaar nog niet beschikbaar zijn, dan dient alvast de tijdens het boekjaar betaalde bonus te worden gerapporteerd. | |
Totaal | De som van het gerapporteerde jaarlijks basisloon en de betaalde jaarbonus· voor het boekjaar. |
Xxxxxxxx | Verklaring van de toepasselijke pensioenregeling: moet worden toegelicht (of verwijzing indien de regeling elders in het verslag wordt toegelicht) Type pensioenplan “vaste bijdragen”/ “cash balance”: de werkgeversbijdrage over het jaar Type pensioenplan “vaste prestaties” : de “service cost” (aan het dienstjaar toegerekende pensioenkost) die wordt gebruikt voor de berekening van de boekhoudkundige kost, verminderd met de werknemersbijdragen. De methodologie die wordt gebruikt voor de bepaling van de “service cost” dient gebaseerd te zijn op de International Financial Reporting Standards (IFRS). |
Andere voordelen | Totaal bedrag, met een toelichting van bijzonderheden van de belangrijkste onderdelen (bv. Kosten of waarde van verzekeringen, wagen, andere voordelen in natura). |
Deel 5b
Aan de CEO betaalde langetermijn-cashbonus m.b.t. het door het jaarverslag behandelde boekjaar
Art. 96, § 3, 2de lid, 6° W.Venn.
Naam en statuut van de CEO | ... |
Soort plan | Verwijzing naar de beschrijving van het plan. Ook mee te rekenen: langetermijn-cash incentiveplannen gerelateerd aan een prestatieperiode van langer dan één jaar welke eindigde tijdens het boekjaar. |
Prestatieperiode | Geef begin en einde van de prestatieperiode aan. |
Bedrag | Het brutocashbedrag dat m.b.t. het boekjaar is verworven (voor de prestatieperiode eindigend in het boekjaar) en zal worden uitbetaald. |
Deel 6a
Op globale basis en m.b.t. het door het jaarverslag behandelde boekjaar: de remuneratie6 van de andere leden van het uitvoerend management
Art. 96, § 3, 2de lid, 7° W.Venn.
Vaste remuneratie | De m.b.t. het boekjaar verdiende som van de individuele remuneratie en desgevallend de bestuurdersvergoedingen Loontrekkende: brutobasisloon: (incl. Belgisch en vast buitenlands inkomen) Zelfstandige / Management Company: brutobasisloon/gefactureerde vergoedingen (excl. BTW) |
Variabele remuneratie | De som van de individuele betaalde jaarbonus voor het boekjaar. De uitgestelde jaarbonus voor het boekjaar7, hoeft niet meegerekend te worden in het gerapporteerde betaalde bonusbedrag (aangezien deze nog niet uitbetaald is kan dit leiden tot “dubbeltelling”), maar het dient wél in een voetnoot te worden vermeld. In het betaalde bonusbedrag moeten daarentegen wél alle bonusbedragen meegeteld – en in een voetnoot toegelicht – worden die in vorige jaren verdiend en in het boekjaar verworven werden. Loontrekkende: brutobedrag van betaalde jaarbonus (incl. Belgisch en variabel buitenlands inkomen). Zelfstandige / Management Company : brutobasisloon/gefactureerde vergoedingen (excl. BTW) |
6 Remuneratie en andere voordelen die rechtstreeks of onrechtstreeks is/zijn toegewezen door de vennootschap of door een vennootschap die tot de consolidatiekring van die vennootschap behoort, met uitsluiting van corporate bestuurdersvergoedingen (welke in deel 3 moeten worden vermeld).
7 Indien het om uitgestelde betaling in cash gaat. In het andere geval, bij uitgestelde betaling in aandelen, moet het uitgestelde bonusbedrag ondergebracht worden in de informatie betreffende de toekenning van aandelen – zie deel 7a/7b.
6 Wanneer deze remuneratie (niveau) in vergelijking met het door het jaarverslag behandelde boekjaar ingrijpend wordt aangepast, dient dit in het bijzonder tot uitdrukking te komen.
Indien de cijfers van de verdiende jaarbonus m.b.t. het behandelde boekjaar nog niet beschikbaar zijn, dan dient alvast de tijdens het boekjaar betaalde bonus te worden gerapporteerd. | |
Totaal | De som van het jaarlijks basisloon en de betaalde jaarbonus voor het boekjaar |
Pensioen | Het toepasselijke pensioenplan dient te worden toegelicht (of verwijzing indien elders in het verslag toegelicht) Type pensioenplan “vaste bijdragen”/ “cash balance”: de werkgeversbijdrage over het jaar Type pensioenplan “vaste prestaties” : de “service cost” (aan het dienstjaar toegerekende pensioenkost) die wordt gebruikt voor de berekening van de boekhoudkundige kost, verminderd met de werknemersbijdragen. De methodologie die wordt gebruikt voor de bepaling van de “service cost” dient gebaseerd te zijn op de International Financial Reporting Standards (IFRS). |
Andere voordelen | Totaal bedrag, met een toelichting van bijzonderheden van de belangrijkste onderdelen (bv. Kosten of waarde van verzekeringen, wagen, andere voordelen in natura). |
Deel 6b
Op globale basis, de langetermijncash
die m.b.t. het tijdens het jaarverslag behandelde boekjaar is betaald aan de andere leden van het uitvoerend management (buiten de CEO)
Art. 96, § 3, 2de lid, 7° W.Venn.
Soort plan | Verwijzing naar het remuneratieverslag met beschrijving van het plan. Eveneens mee te rekenen: langetermijn-cash incentiveplannen gebaseerd op een meer dan één jaar lange prestatieperiode welke tijdens het boekjaar eindigde. |
Prestatieperiode | Geef begin en einde van de prestatieperiode aan. |
Bedrag | Het brutocashbedrag dat m.b.t. het boekjaar is verworven (voor de prestatieperiode eindigend in het boekjaar) en zal worden uitbetaald. |
Deel 7a
Op individuele basis:
Aantal en voornaamste kenmerken van de tijdens het verslag jaar aan de diverse uitvoerende managers (CEO inbegrepen) toegekende aandelen
Art. 96, § 3, 2de lid, 8° W.Venn.
Naam van de uitvoerende manager | ... |
Beslissingsorgaan en datum van beslissing | Raad van bestuur en algemene vergadering |
Soort plan | Verwijzing naar remuneratieverslag met beschrijving van het plan8 |
Aantal aandelen | Aandelen |
Prijs tegen welke de aandelen zijn toegekend | |
Datum waarop de aandelen beschikbaar zijn | Voetnoot om aan te geven of de toewijzing aan een prestatievoorwaarde gekoppeld is – Zo ja, verwijzing naar de beschrijving van de prestatievoorwaarden |
Verwachte toekenningswaarde op jaarbasis | De toekenningswaarde kan worden aangegeven. De methodiek voor bepaling van de waarde op jaarbasis kan gebaseerd worden op de International Financial Reporting Standards (IFRS). |
8 Met uitsluiting van aandelen in het kader van koopplannen voor alle werknemers (all employee stock purchase plans)
Deel 7b
Op individuele basis:
Aantal en voornaamste kenmerken van de aandelenopties of andere rechten die tijdens het boekjaar zijn toegekend aan de diverse uitvoerende managers (met inbegrip van de CEO)
Art. 96, § 3, 2de lid, 8° W.Venn.
Naam van de uitvoerende manager | ... |
Beslissingsorgaan en datum van beslissing | Raad van bestuur en algemene vergadering |
Soort plan | Verwijzing naar het remuneratieverslag met beschrijving van het plan (uitsluitend management incentiveplannen – aandelen toegekend in het kader van een plan voor alle werknemers hoeven hier niet te worden aangegeven) |
Aantal opties | Opties, warranten of andere rechten met dezelfde economische waarde (zoals bv. Share Appreciation Rights) |
Uitoefenprijs | Uitoefenprijs van de optie, warrant of ander recht met dezelfde economische waarde |
Datum waarop de opties verworven zullen worden en periode gedurende welke zij kunnen worden uitgeoefend | Periode waarin de opties, warranten of andere rechten met dezelfde economische waarde uitgeoefend kunnen worden (wachttijd en termijn). In voetnoot aan te geven of de verwerving gekoppeld is aan een prestatievoorwaarde – Zo ja, verwijzing naar de beschrijving van prestatievoorwaarden. |
Vermoedelijke toekenningswaarde op jaarbasis | De vermoedelijke toekenningswaarde kan worden aangegeven. De methodiek voor bepaling van de waarde op jaarbasis kan gebaseerd worden op de International Financial Reporting Standards (IFRS). |
Deel 7c
Op individuele basis:
Aantal en voornaamste kenmerken van de tijdens het boekjaar uitgeoefende of vervallen aandelenopties of andere rechten van de diverse uitvoerende managers (met inbegrip van de CEO)
Art. 96, § 3, 2de lid, 8° W.Venn.
Naam van de uitvoerende manager | ... |
Soort plan | Verwijzing naar het remuneratieverslag met beschrijving van het plan. |
Aantal uitgeoefende opties | |
Uitoefenprijs | |
Jaar van toekenning van de uitgeoefende opties | |
Aantal vervallen opties | |
Jaar van toekenning van de vervallen opties | |
Aantal vervallen aandelen | |
Jaar van toekenning van de vervallen aandelen |
Deel 8a
Op individuele basis:
de voornaamste bepalingen van de contractuele relatie betreffende vertrekvergoeding met de CEO en met elk van de andere uitvoerende managers
Art. 96, § 3, 2de lid, 9° W.Venn.
Voor de uitvoerende managers (met inbegrip van de CEO) omvat het remuneratieverslag de bepalingen omtrent de vertrekvergoedingen op individuele basis.
Deel 8b
Motivering en beslissing van de raad van bestuur inzake vertrekvergoeding Art. 96, § 3, 2de lid, 10° W.Venn.
In geval van vertrek, van een uitvoerend manager (ook de CEO), de verantwoording en de beslissing door de raad van bestuur, op voorstel van het remuneratiecomité, of de betrokkenen in aanmerking komen voor de vertrekvergoeding, en de berekeningsbasis hiervoor
◊ ◊
◊