Basisregels voor de relatie tussen cliënt en bank
Basisregels voor de relatie tussen cliënt en bank
1 Toepassingsgebied en wijzigingen van deze voorwaarden en de bijzondere voorwaarden voor individuele zakenrelaties
(1) Toepassingsgebied
De Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op de gehele zakelijke relatie tussen de klant en de binnenlandse kantoren van de Bank (hierna te noemen "de Bank"). Bovendien gelden voor individuele zakenrelaties (bijvoorbeeld voor effectentransacties, betalingstransacties en spaartransacties) bijzondere voorwaarden, die afwijkingen van of aanvullingen op deze Algemene Voorwaarden bevatten; deze worden met de cliënt overeengekomen bij de opening van de rekening of bij het plaatsen van een order. Indien de cliënt ook zakelijke betrekkingen onderhoudt met buitenlandse kantoren, strekt het pandrecht van de Bank (nr. 14 van deze Handelsvoorwaarden) mede tot zekerheid van de vorderingen van deze buitenlandse kantoren.
(2) Niet toepasbaar
Wijzigingen in deze Handelsvoorwaarden en de Bijzondere Voorwaarden worden uiterlijk twee maanden voor de voorgestelde datum van inwerkingtreding ervan in tekstvorm aan de klant aangeboden. Indien de klant in het kader van de zakelijke relatie met de Bank een elektronisch communicatiekanaal is overeengekomen (bijvoorbeeld internetbankieren), kunnen de wijzigingen ook langs deze weg worden aangeboden. De klant kan met de wijzigingen instemmen of deze verwerpen vóór de voorgestelde datum waarop zij van kracht worden. De klant wordt geacht zijn toestemming te hebben gegeven indien hij niet vóór de voorgestelde datum waarop de wijzigingen van kracht moeten worden, te kennen heeft gegeven dat hij de wijzigingen afwijst. De Bank zal de klant in haar aanbod uitdrukkelijk wijzen op dit gevolg van de goedkeuring. Indien aan de cliënt wijzigingen van de voorwaarden van de betalingsdiensten worden aangeboden (bv. voorwaarden voor overmakingen), kan hij het raamcontract voor betalingsdiensten waarop de wijziging betrekking heeft, eveneens zonder opzegtermijn en kosteloos opzeggen vóór de voorgestelde datum waarop de wijzigingen van kracht worden. De Bank zal de klant in haar aanbod uitdrukkelijk wijzen op dit recht van opzegging.
2. Bankgeheim en bankinformatie
(1) Bankgeheim
De Bank is verplicht tot geheimhouding van alle feiten en beoordelingen met betrekking tot de cliënt waarvan zij kennis krijgt (bankgeheim). De Bank mag alleen informatie over de klant bekendmaken als dit wettelijk verplicht is of als de klant daarmee heeft ingestemd of als de Bank gemachtigd is om bankgegevens te verstrekken.
(2) Bankgegevens
Een bankverslag bevat algemene verklaringen en opmerkingen over de financiële omstandigheden, de kredietwaardigheid en de solvabiliteit van de cliënt; het bevat geen informatie over het bedrag van de rekeningen, spaartegoeden, deposito's of andere activa die aan de bank zijn toevertrouwd, noch over het bedrag van het opgenomen krediet.
(3) Voorwaarden voor de verstrekking van bankgegevens
De Bank is bevoegd om besluiten te nemen ten aanzien van rechtspersonen en in het handelsregister ingeschreven kooplieden om bankgegevens te verstrekken, op voorwaarde dat de vraag betrekking heeft op hun zakelijke activiteiten. De Bank verstrekt echter geen informatie indien zij van de klant andersluidende instructies heeft ontvangen. De Bank verstrekt slechts bankgegevens over andere personen, met name particuliere klanten en verenigingen, indien deze daarmee in het algemeen of in individuele gevallen uitdrukkelijk hebben ingestemd. Bankinformatie wordt alleen verstrekt indien de verzoeker op geloofwaardige wijze heeft aangetoond een gerechtvaardigd belang te hebben bij de gevraagde informatie en er geen reden is om aan te nemen dat de verstrekking van informatie in strijd is met beschermingswaardige belangen van de klant.
(4) Ontvangers van bankinformatie
De Bank verstrekt alleen bankinformatie aan haar eigen klanten en aan andere kredietinstellingen voor hun doeleinden of die van hun klanten.
3. Aansprakelijkheid van de bank / medeschuldige nalatigheid van de cliënt
(1) Aansprakelijkheidsbeginselen
Bij de uitvoering van haar verplichtingen is de Bank aansprakelijk voor elke fout van haar personeelsleden en van de personen op wie zij een beroep doet voor de uitvoering van haar verplichtingen.
Voor zover de bijzondere voorwaarden van toepassing zijn op individuele zakenrelaties of andere overeenkomsten anders bepalen, hebben deze bepalingen voorrang. Als de klant door verwijtbaar gedrag heeft bijgedragen aan het ontstaan van een schade (bijvoorbeeld door schending van de in nr. 11 van deze Handelsvoorwaarden vermelde medewerkingsplichten), bepalen de beginselen van de medeschuldige nalatigheid in welke mate de Bank en de klant de schade moeten dragen.
(2) Doorgegeven orders
Indien een order typisch zo wordt uitgevoerd dat de Bank de verdere uitvoering ervan aan een derde toevertrouwt, voert de Bank de order uit door ze in eigen naam aan de derde door te geven (doorgestuurde order). Dit geldt bijvoorbeeld voor het verkrijgen van bankgegevens van andere kredietinstellingen of de bewaring en administratie van effecten in het buitenland. In deze gevallen is de aansprakelijkheid van de Bank beperkt tot de zorgvuldige selectie en instructie van de derde.
(3) Verstoring van de bedrijfsvoering
De Bank is niet aansprakelijk voor verliezen veroorzaakt door overmacht, rellen, oorlogshandelingen of natuurrampen, noch voor andere gebeurtenissen waarvoor zij niet verantwoordelijk is (bijvoorbeeld stakingen, lock-outs, verkeersstoringen, handelingen van binnenlandse of buitenlandse overheden).
4. Niet van toepassing.
5. Beschikkingsrecht na het overlijden van de klant
Na het overlijden van de klant moet de persoon die beweert de wettelijke erfgenaam van de klant tegenover de Bank te zijn, aan de Bank het passende bewijs leveren van zijn of haar erfrechtelijke rechten.
Indien een kopie of een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift van de testamentaire beschikking (testament, erfovereenkomst) samen met het desbetreffende proces verbaal van opening aan de Bank wordt voorgelegd, kan de Bank de daarin als erfgenaam of executeur-testamentair aangeduide persoon als rechthebbende beschouwen, hem/haar toestaan beschikkingen te treffen en met name aan hem/haar bevrijdende betalingen doen. Dit is niet van toepassing indien de Bank weet dat de daarin genoemde persoon niet gerechtigd is over de tegoeden te beschikken (bijvoorbeeld na betwisting of wegens de ongeldigheid van het testament) of indien zij hiervan door nalatigheid geen kennis heeft gekregen.
6. Toepasselijk recht en bevoegde rechter voor commerciële en publiekrechtelijke klanten
(1) Toepasselijkheid van het Duitse recht
Op de zakelijke relatie tussen de klant en de Bank is het Duitse recht van toepassing.
(2) Plaats van jurisdictie voor binnenlandse afnemers
Indien de cliënt een koopman is en indien de betwiste handelsrelatie voortvloeit uit de uitoefening van zijn handelsactiviteit, kan de Bank de cliënt dagvaarden voor de rechtbank van het kantoor waar de rekening wordt bijgehouden of voor elke andere bevoegde rechtbank; hetzelfde geldt voor een publiekrechtelijke rechtspersoon en voor publiekrechtelijke bijzondere fondsen. De Bank zelf kan door deze cliënten slechts worden gedagvaard voor de rechtbank die bevoegd is voor het kantoor waar de rekening wordt bijgehouden.
(3) Plaats van jurisdictie voor buitenlandse klanten
De overeenkomst inzake de bevoegde rechter is ook van toepassing op cliënten die in het buitenland een vergelijkbare commerciële activiteit uitoefenen, alsmede op buitenlandse instellingen die vergelijkbaar zijn met binnenlandse publiekrechtelijke rechtspersonen of met een binnenlands publiekrechtelijk speciaal fonds.
7. Goedkeuring van lopende rekeningen (rekeningen in rekening-courant)
(1) Uitgifte van financiële staten
Behoudens andersluidende overeenkomst, geeft de Bank aan het einde van elk kalenderkwartaal een rekeningafschrift af voor een rekening-courant; de wederzijdse schuldvorderingen die in deze periode ontstaan (met inbegrip van de interesten en kosten van de Bank) worden verrekend. De Bank kan over het saldo van de vereffening rente in rekening brengen overeenkomstig artikel 12 van deze Handelsvoorwaarden of zoals anderszins met de klant overeengekomen.
(2) Termijn voor bezwaren; goedkeuring bij stilzwijgen
Bezwaren wegens onjuistheid of onvolledigheid van een periodiek saldoverslag moeten door de klant uiterlijk zes weken na ontvangst van het overzicht worden ingediend; indien de bezwaren in tekstvorm worden ingediend, volstaat het de bezwaren binnen de termijn van zes weken toe te zenden. Het niet tijdig indienen van bezwaren geldt als goedkeuring. De Bank zal bij de verstrekking van de periodieke balans in het bijzonder op deze consequentie wijzen. De klant kan ook na het verstrijken van de termijn om rectificatie van de periodieke saldoafrekening verzoeken, maar moet dan bewijzen dat zijn rekening ten onrechte werd gedebiteerd of dat een creditering waarop hij recht heeft, niet werd uitgevoerd.
8. Terugboekingen en correcties door de bank
1. Voor de afsluiting van de rekeningen
De Bank kan onjuiste crediteringen op rekeningen-courant (bijvoorbeeld wegens een onjuist rekeningnummer) door middel van een debitering terugboeken tot de volgende periodieke saldo- opgave, mits de Bank een terugbetalingsvordering op de klant heeft (terugboeking); in dit geval kan de klant zich niet tegen de debitering verzetten met het argument dat hij reeds over het bedrag van de creditering heeft beschikt.
(2) Na goedkeuring van de rekeningen
Indien de Bank een onjuiste creditering pas na de verstrekking van een periodieke balans vaststelt en indien zij een terugbetalingsvordering op de cliënt heeft, zal zij de rekening van de cliënt debiteren ter hoogte van haar vordering (correctieboeking). Indien de klant bezwaar maakt tegen de boeking, zal de Bank het bedrag opnieuw op de rekening crediteren en haar terugbetalingsvordering afzonderlijk geldend maken.
(3) Informatie van de klant; renteberekening
De Bank stelt de klant onverwijld in kennis van elke terugboeking of correctie. Wat de berekening van de rente betreft, voert de Bank de boekingen uit met terugwerkende kracht tot de dag waarop de onjuiste boeking heeft plaatsgevonden.
9. Incasso-opdrachten
(1) Afgifte van voorwaardelijke kredieten bij indiening
Indien de Bank de tegenwaarde van cheques en domiciliëringen crediteert vóór hun incassering, gebeurt dit onder voorbehoud van hun incassering, zelfs indien zij bij de Bank zelf betaalbaar zijn. Indien de klant andere documenten voorlegt met de opdracht om een schuldbedrag van een debiteur te verkrijgen (bijvoorbeeld rentecoupons) en de Bank voor het bedrag een creditnota uitreikt, is dit onder voorbehoud van ontvangst van het bedrag door de Bank. Het voorbehoud geldt zelfs indien de cheques, automatische incasso's en andere papieren bij de bank zelf betaalbaar zijn. Indien cheques of domiciliëringen niet worden gehonoreerd of indien de Bank het bedrag van de incasso-opdracht niet ontvangt, zal de Bank de voorwaardelijke creditering annuleren. Dit gebeurt ongeacht of in de tussentijd een periodieke balans is opgemaakt.
(2) Verrekening van automatische afschrijvingen en door de cliënt uitgegeven cheques Automatische afschrijvingen en cheques worden geacht te zijn verrekend indien de boeking niet uiterlijk op de tweede bankwerkdag 1- in het geval van SEPA-incasso's van ondernemingen uiterlijk op de derde bankwerkdag - na de uitvoering ervan wordt teruggeboekt. Contante cheques worden al geïnd bij betaling aan de persoon die de cheque aanbiedt. Cheques worden ook geïnd wanneer de bank in een individueel geval een betaald bericht verzendt. Cheques die via de clearinginstelling van de Bundesbank worden aangeboden, worden geïnd indien zij niet binnen de door de Bundesbank gestelde termijn zijn terugontvangen.
10. Transacties in vreemde valuta en risico's verbonden aan rekeningen in vreemde valuta.
(1) Uitvoering van orders voor rekeningen in vreemde valuta
Rekeningen in vreemde valuta van de cliënt dienen om betalingen aan de cliënt en vervreemdingen van de cliënt in vreemde valuta op kasbasis af te wikkelen. De verwerking van tegoeden op rekeningen in vreemde valuta (bijvoorbeeld door overboekingen ten laste van het tegoed in vreemde valuta) geschiedt met inschakeling van banken in het land van herkomst van de valuta, indien de Bank deze niet volledig binnen haar eigen organisatie uitvoert.
(2) Creditboekingen bij deviezentransacties met de cliënt Indien de Bank met de cliënt een transactie sluit (bijvoorbeeld een valutatermijntransactie) op grond waarvan zij een bedrag in een vreemde valuta verschuldigd is, voldoet zij aan haar deviezenverplichting door de rekening van de cliënt in die valuta te crediteren, tenzij anders overeengekomen.
(3) Tijdelijke beperking van de uitvoering door de Bank
De verplichting van de Bank om een debetsaldo in vreemde valuta (lid 1) te voldoen of een verplichting in vreemde valuta (lid 2) na te komen, wordt opgeschort in de mate en voor de duur dat de Bank niet of slechts in beperkte mate kan beschikken over de valuta waarin het debetsaldo in vreemde valuta luidt of de verplichting luidt, ten gevolge van politiek geïnduceerde maatregelen of gebeurtenissen in het land van die valuta. Voor zover en zolang dergelijke maatregelen of gebeurtenissen voortduren, is de Bank er evenmin toe gehouden de prestatie te verrichten op een andere plaats buiten het land van de valuta, in een andere valuta (met inbegrip van de euro) of door het verwerven van contanten. Anderzijds wordt de verplichting van de Bank om een beschikking ten laste van een tegoed in vreemde valuta uit te voeren, niet opgeschort indien de Bank deze beschikking geheel in eigen beheer kan uitvoeren. Het recht van de klant en van de Bank om wederzijdse vorderingen die in dezelfde valuta opeisbaar zijn, met elkaar te verrekenen, wordt door de bovenstaande bepalingen niet aangetast.
(4) Wisselkoers
De wisselkoers voor transacties in vreemde valuta wordt vastgesteld overeenkomstig de "Lijst van prijzen en diensten". In het geval van betalingsdiensten is bovendien het raamcontract voor betalingsdiensten van toepassing.
Verplichtingen van de klant tot medewerking 11 Verplichtingen van de klant tot medewerking
(1) Kennisgeving van wijzigingen
Voor de goede gang van zaken is het noodzakelijk dat de klant de Bank onverwijld in kennis stelt van elke wijziging van zijn naam en adres en van het verstrijken of wijzigen van elke aan de Bank verleende vertegenwoordigingsbevoegdheid (in het bijzonder een volmacht). Deze kennisgevingsverplichting geldt ook indien de vertegenwoordigingsbevoegdheid is ingeschreven in een openbaar register (bijvoorbeeld het handelsregister) en het verstrijken of de wijziging ervan in dit register is ingeschreven. Daarnaast kunnen nog andere wettelijke meldingsverplichtingen ontstaan, met name uit hoofde van de wet op het witwassen van geld.
(2) Duidelijkheid van de orders
De inhoud van de beschikkingen moet ondubbelzinnig duidelijk zijn. Orders die niet duidelijk geformuleerd zijn, kunnen aanleiding geven tot vragen, hetgeen kan leiden tot vertragingen. De klant moet er vooral op toezien dat zijn gegevens, met name het rekeningnummer en de bankcode of IBAN2 en BIC3, alsmede de valuta, correct en volledig zijn wanneer hij een bestelling plaatst. Wijzigingen, bevestigingen of herhalingen van bestellingen moeten als zodanig worden aangegeven.
(3) Bijzondere mededeling in geval van urgentie bij de uitvoering van een order Indien de cliënt het noodzakelijk acht een order met bijzondere spoed uit te voeren, dient hij de Bank daarvan afzonderlijk in kennis te stellen. In het geval van opdrachten die op een formulier worden gegeven, moet dit buiten het formulier om gebeuren.
(4) Onderzoek van en bezwaar tegen mededelingen van de Bank
De cliënt dient rekeningafschriften, effectenafschriften, depot- en inkomstenafschriften, andere afschriften, kennisgevingen van uitvoering van opdrachten alsmede informatie over verwachte betalingen en zendingen (adviezen) onmiddellijk op juistheid en volledigheid te controleren en eventuele bezwaren onverwijld kenbaar te maken.
(5) Kennisgeving aan de Bank in geval van verzuim van kennisgeving
Indien de klant geen rekeningafschriften en geen effectenrekeningafschriften ontvangt, moet hij de Bank daarvan onmiddellijk in kennis stellen. De verplichting om de Bank in kennis te stellen geldt ook in geval van niet-ontvangst van andere mededelingen die de Cliënt verwacht te ontvangen (effectentransacties, rekeningafschriften na de uitvoering van de orders van de Cliënt of betreffende betalingen die de Cliënt verwacht te ontvangen).
Kosten van bankdiensten
12. Rente, vergoedingen en kosten
(1) Rente en kosten bij transacties met consumenten
De hoogte van de rente en kosten voor standaardbankdiensten die de Bank aan consumenten verleent, met inbegrip van het bedrag van de betalingen boven de voor de hoofddienst overeengekomen kosten, staan vermeld in de "Prijsindicatie - Standaardtarieven in het gestandaardiseerde retailbankbedrijf" en in de "Lijst van prijzen en diensten".
Indien een consument gebruik maakt van een hoofddienst die daarin is vermeld en er geen afwijkende overeenkomst is gesloten, gelden de rente en kosten die op dat moment op de prijsaanduiding of de lijst van prijzen en diensten zijn vermeld.
Een overeenkomst tot het verrichten van een betaling door de consument boven de overeengekomen vergoeding voor de hoofddienst kan door de Bank met de consument slechts uitdrukkelijk worden gesloten, zelfs indien deze op de prijsaanduiding of in de lijst van prijzen en diensten is vermeld.
Tenzij anders is overeengekomen, zijn de wettelijke bepalingen van toepassing op de vergoeding voor diensten die niet in de prijslijst of in de prijslijst zijn opgenomen en diensten die ten behoeve van de consument worden verleend en waarvan te verwachten valt dat zij, gelet op de omstandigheden, alleen tegen vergoeding kunnen worden verleend.
(2) Rente en kosten in zaken met klanten die geen consument zijn Het bedrag van de rente en kosten voor gebruikelijke bankdiensten die de Bank verleent aan klanten die geen consument zijn, wordt vermeld op de "Prijsaanduiding - Standaardtarieven in gestandaardiseerde retailbanking" en in de "Lijst van prijzen en diensten", voor zover de Prijsaanduiding en de Lijst van prijzen en diensten gebruikelijke bankdiensten tonen die worden verleend aan klanten die geen consument zijn (bijvoorbeeld zakelijke klanten).
Indien een klant die geen consument is, gebruik maakt van een bankdienst die in de lijst is opgenomen en er geen andersluidende overeenkomst is gesloten, zijn de rente en kosten van toepassing die op dat ogenblik in de prijsaanduiding of de lijst van prijzen en diensten zijn vermeld.
Voor het overige stelt de Bank het bedrag van de rente en kosten naar eigen goeddunken vast (artikel 315 van het Duits Burgerlijk Wetboek), voor zover er geen andere overeenkomst is gesloten en er geen andersluidende wettelijke bepalingen bestaan.
(3) Niet-vergoedbare diensten
De Bank zal geen vergoeding aanrekenen voor een dienst waartoe zij wettelijk of op grond van een contractuele nevenverbintenis verplicht is, of die zij in haar eigen belang verricht, tenzij dit wettelijk toegelaten is en in rekening wordt gebracht overeenkomstig de wettelijke voorschriften.
(4) Wijziging van de rentevoet; recht van de klant op beëindiging in geval van een verhoging De wijziging van de rentevoet voor leningen met een variabele rentevoet geschiedt op basis van de respectieve leningsovereenkomst met de klant. De Bank stelt de klant in kennis van elke wijziging van de rentevoeten. In geval van een verhoging kan de klant, tenzij anders overeengekomen, de hierdoor getroffen kredietovereenkomst met onmiddellijke ingang opzeggen binnen zes weken na kennisgeving van de wijziging. Indien de klant de overeenkomst beëindigt, worden de verhoogde rentevoeten niet toegepast op de beëindigde kredietovereenkomst. De Bank zal een redelijke termijn toestaan voor de afwikkeling.
(5) Niet toepasbaar
(6) Vergoeding van onkosten
Elke vordering van de Bank tot terugbetaling van kosten wordt beheerst door de wettelijke bepalingen.
1 Bankwerkdagen zijn alle werkdagen, behalve: zaterdag, 24 en 31 december.
2 Internationaal bankrekeningnummer
3 Bank Identificatie Code
(7) Specifieke kenmerken van overeenkomsten met consumenten over leningen en betalingsdiensten voor betalingen
Bij overeenkomsten inzake consumentenkrediet en overeenkomsten inzake betalingsdiensten met consumenten worden de rente en de kosten (lasten en uitgaven) geregeld in de respectieve contractuele overeenkomsten en bijzondere voorwaarden, en daarnaast in de wettelijke bepalingen.
Onderpand voor de vorderingen van de Bank op de klant
13. Vestiging of versterking van zekerheden
(1) Recht van de Bank om zekerheden te stellen
Voor alle vorderingen die voortvloeien uit de zakelijke bankrelatie kan de Bank eisen dat de cliënt zekerheden stelt, zelfs indien de vorderingen voorwaardelijk zijn (bv. vordering tot terugbetaling van kosten als gevolg van een vordering uit hoofde van een namens de cliënt gestelde garantie). Indien de klant zich tegenover de Bank aansprakelijk heeft gesteld voor de verbintenissen van een andere klant van de Bank (bijvoorbeeld als borg), is de Bank evenwel slechts gerechtigd om voor de schuld die uit de aansprakelijkstelling voortvloeit, zekerheden te eisen of deze te verhogen vanaf het ogenblik waarop zij opeisbaar wordt.
(2) Verandering in risico
Indien de Bank aanvankelijk geheel of gedeeltelijk heeft afgezien van het eisen van zekerheidsstelling of -verbetering wanneer vorderingen op de cliënt ontstaan, kan zij op een later tijdstip alsnog zekerheidsstelling eisen. Voorwaarde hiervoor is echter dat zich omstandigheden voordoen of bekend worden die een verhoogde risicobeoordeling van de vorderingen op de cliënt rechtvaardigen. Dit kan met name het geval zijn als
- de economische omstandigheden van de klant ongunstig zijn veranderd of dreigen te veranderen, of
- de bestaande zekerheden in waarde zijn verminderd of dreigen te worden verminderd.
De aanspraak van de Bank op zekerheden bestaat niet indien uitdrukkelijk is overeengekomen dat de cliënt geen zekerheden behoeft te stellen of slechts nader gespecificeerde zekerheden behoeft te stellen. In het geval van overeenkomsten inzake consumentenkrediet bestaat de aanspraak op de verschaffing of vergroting van zekerheden slechts voor zover de zekerheden in de leningsovereenkomst zijn gespecificeerd. Indien het netto-kredietbedrag hoger is dan EUR 75.000, bestaat het recht op het stellen of verhogen van zekerheden ook indien geen zekerheden zijn gesteld in een vóór 21 maart 2016 gesloten overeenkomst inzake consumentenkrediet of in een na 21 maart 2016 gesloten algemene overeenkomst inzake consumentenkrediet in de zin van artikel 491, lid 2, van het Duitse burgerlijk wetboek bevat geen of geen sluitende informatie over zekerheden bevat.
(3) Vaststelling van een termijn voor de verschaffing of versterking van zekerheden De Bank stelt een redelijke termijn vast voor de verschaffing of versterking van zekerheden. Indien de Bank voornemens is gebruik te maken van haar recht tot opzegging zonder opzegtermijn krachtens artikel 19, lid 3, van deze Handelsvoorwaarden indien de klant zijn verplichting tot het stellen of verhogen van zekerheid niet binnen de gestelde termijn nakomt, stelt zij de klant daarvan vooraf in kennis.
14. Instemming met een pandrecht ten gunste van de bank
(1) Overeenkomst inzake het retentierecht
De cliënt en de Bank komen overeen dat de Bank een pandrecht verwerft op de effecten en voorwerpen die een binnenlands bijkantoor in het kader van de bankverrichtingen in bezit heeft gekregen of zal krijgen. De Bank verwerft ook een pandrecht op de vorderingen waarop de klant uit hoofde van de bankrelatie jegens de Bank recht heeft of in de toekomst recht zal hebben (bijv. rekeningsaldi).
(2) Gewaarborgde vorderingen
Het pandrecht strekt tot zekerheid van alle bestaande, toekomstige en voorwaardelijke vorderingen waarop de Bank en al haar binnenlandse en buitenlandse kantoren uit hoofde van de bankrelatie jegens de cliënt recht hebben. Indien de klant zich jegens de Bank aansprakelijk heeft gesteld voor de verplichtingen van een andere klant van de Bank (bijvoorbeeld als borg), strekt het pandrecht echter slechts tot zekerheid van de schuld die uit de aansprakelijkstelling voortvloeit, en wel vanaf de vervaldag daarvan.
(3) Uitzonderingen op het retentierecht
Indien tegoeden of andere activa in de beschikkingsmacht van de Bank komen met het voorbehoud dat zij slechts voor een bepaald doel mogen worden gebruikt (bijvoorbeeld een deposito in contanten ter voldoening van een wisselbrief), strekt het pandrecht van de Bank zich niet uit tot deze activa. Hetzelfde geldt voor de door de Bank zelf uitgegeven aandelen (eigen aandelen) en voor de effecten die de Bank in het buitenland voor rekening van de cliënt in bewaring heeft. Voorts strekt het pandrecht zich niet uit tot de door de Bank zelf uitgegeven winstbewijzen/ winstbewijzen van de Bank en tot de gesecuritiseerde en niet-gecuritiseerde achtergestelde verplichtingen van de Bank.
(4) Rente- en dividendcoupons
Indien de effecten aan het pandrecht van de Bank zijn onderworpen, heeft de klant niet het recht de afgifte te eisen van de rente- en dividendcoupons die op deze effecten betrekking hebben.
15. Zekerheidsrechten op inningsdocumenten en op gedisconteerde wissels
(1) Overdracht bij wijze van zekerheid
De Bank verwerft de eigendom van de cheques en wissels die haar ter incasso worden aangeboden op het ogenblik van de aanbieding. De Bank verwerft de onbeperkte eigendom van gedisconteerde wissels op het ogenblik van de aankoop; indien zij gedisconteerde wissels op de rekening aanrekent, behoudt zij bij wijze van waarborg de eigendom van deze wissels.
(2) Overdracht tot zekerheid
Wanneer de eigendom van cheques en wissels wordt verworven, gaan ook de onderliggende schuldvorderingen op de Bank over; een overdracht van schuldvorderingen vindt eveneens plaats wanneer andere papieren ter incasso worden aangeboden (bij voorbeeld incasso's, handelspapieren).
(3) Documenten met betrekking tot geoormerkte inzameling
Indien incassodocumenten aan de Bank worden overhandigd onder het voorbehoud dat de tegenwaarde ervan slechts voor een bepaald doel mag worden gebruikt, strekken de cessie tot zekerheid en de cessie tot zekerheid zich niet uit tot deze documenten.
(4) Gewaarborgde vorderingen van de Bank
De eigendom tot zekerheid en de cessie tot zekerheid strekken tot zekerheid van alle schuldvorderingen waarop de Bank jegens de klant recht heeft bij de overlegging van incassodocumenten van de rekeningen-courant van de klant of die ontstaan als gevolg van het retourdebito van onbetaalde incassodocumenten of gedisconteerde wissels. Op verzoek van de klant draagt de Bank de eigendom tot zekerheid van de aan haar overgedragen papieren en schuldvorderingen opnieuw aan de klant over, indien zij op het ogenblik van het verzoek geen te waarborgen schuldvorderingen op de klant heeft of indien zij de klant niet toestaat vóór de definitieve betaling over de tegenwaarde van de papieren te beschikken.
16. Beperking van de collaterale vordering en de verplichting tot vrijgave
(1) Dekkingslimiet
De Bank kan haar aanspraak op het stellen of versterken van zekerheden doen gelden totdat de realiseerbare waarde van alle zekerheden overeenkomt met het totale bedrag van alle vorderingen die uit de bankrelatie voortvloeien (dekkingslimiet).
(2) Vrijgave
Indien de realiseerbare waarde van alle zekerheden de dekkingslimiet op meer dan tijdelijke basis overschrijdt, geeft de Bank op verzoek van de klant zekerheden van haar keuze vrij voor het bedrag dat de dekkingslimiet overschrijdt; bij de keuze van de vrij te geven zekerheden houdt zij rekening met de legitieme belangen van de klant en van derden die zekerheden hebben gesteld voor de verplichtingen van de klant. In dit kader is de Bank tevens verplicht de opdrachten van de klant met betrekking tot de in pand gegeven tegoeden uit te voeren (bijvoorbeeld verkoop van effecten, betaling van spaarsaldi).
(3) Bijzondere overeenkomsten
Indien voor een bepaalde zekerheidsstelling een andere waarderingsnorm dan de realiseerbare waarde is overeengekomen, of indien een andere dekkingslimiet is overeengekomen, of indien een andere limiet is overeengekomen voor het vrijgeven van zekerheden, zijn deze doorslaggevend.
17. Uitwinning van zekerheden
(1) Keuzevrijheid van de bank
Indien de Bank zekerheden realiseert, kan zij kiezen uit verschillende onderpanden. Bij de realisatie van de zekerheden en de selectie van de te realiseren zekerheden houdt de Bank rekening met de legitieme belangen van de cliënt en van derden die zekerheden hebben gesteld voor de verplichtingen van de cliënt.
(2) Ontvangstenverrekening krachtens de wet op de belasting over de toegevoegde waarde Indien de tegeldemaking onderworpen is aan de BTW, zal de Bank voor de opbrengst een creditnota uitschrijven aan de klant, die zal worden geacht een factuur te zijn voor de levering van het goed dat als zekerheid dient en zal voldoen aan de vereisten van de BTW-wetgeving.
18. Opzeggingsrechten van de klant
(1) Recht van opzegging op elk moment
De klant kan de gehele zakelijke relatie of afzonderlijke zakelijke relaties (bijv. het chequeverdrag), waarvoor noch een termijn noch een afwijkende opzeggingsbepaling is overeengekomen, te allen tijde zonder inachtneming van een opzegtermijn opzeggen.
(2) Beëindiging om gegronde redenen
Indien voor een zakelijke relatie een termijn of een afwijkende opzegbepaling is overeengekomen, kan opzegging zonder opzegtermijn alleen plaatsvinden indien daarvoor een goede reden bestaat die het voor de klant onredelijk maakt de zakelijke relatie voort te zetten, zelfs met inachtneming van de gerechtvaardigde belangen van de Bank.
(3) Wettelijke rechten van opzegging
Wettelijke rechten van beëindiging blijven onverlet.
19. Opzeggingsrechten van de bank
(1) Opzegging met inachtneming van een opzeggingstermijn
De Bank kan de gehele zakelijke relatie of afzonderlijke zakelijke relaties waarvoor noch een termijn noch een afwijkende opzeggingsbepaling is overeengekomen, te allen tijde opzeggen met inachtneming van een redelijke opzegtermijn (bijvoorbeeld de cheque-overeenkomst die de cliënt het recht geeft chequeformulieren te gebruiken). Bij het bepalen van de opzeggingstermijn houdt de Bank rekening met de legitieme bezorgdheid van de klant. Voor de opzegging van een raamcontract voor
betalingsdiensten (bijvoorbeeld een rekening-courant of een kaartcontract) en een effectenrekening bedraagt de opzegtermijn ten minste twee maanden.
(2) Opzegging van leningen voor onbepaalde tijd
Leningen en leningsverbintenissen waarvoor geen termijn of afwijkende opzeggingsbepaling is overeengekomen, kunnen te allen tijde zonder opzeggingstermijn door de Bank worden opgezegd. Bij de uitoefening van dit opzeggingsrecht houdt de Bank rekening met de legitieme belangen van de klant.
Voor zover het Duitse Burgerlijk Wetboek voorziet in bijzondere voorschriften voor de opzegging van een overeenkomst inzake een consumptieve lening, kan de Bank de overeenkomst slechts opzeggen in overeenstemming met deze voorschriften.
(3) Opzegging om gegronde redenen zonder opzegtermijn Een opzegging zonder opzegtermijn van de gehele zakelijke relatie of van afzonderlijke zakelijke relaties is toegestaan indien er sprake is van gegronde redenen die het voor de Bank onredelijk maken om de relatie voort te zetten, zelfs wanneer rekening wordt gehouden met de legitieme bezorgdheid van de klant. Als geldige reden wordt met name beschouwd
– indien de klant onjuiste informatie over zijn financiële omstandigheden heeft verstrekt die van wezenlijk belang was voor de beslissing van de Bank over het verstrekken van een lening of over andere transacties die risico's voor de Bank inhouden (bijvoorbeeld het overhandigen van een betaalkaart); in het geval van consumentenkredieten is dit alleen van toepassing indien de klant bewust informatie heeft achtergehouden die relevant is voor de kredietwaardigheidsbeoordeling of dergelijke informatie heeft vervalst en dit heeft geleid tot een tekortkoming in de kredietwaardigheidsbeoordeling, of
– indien zich een aanzienlijke verslechtering voordoet of dreigt voor te doen van de financiële omstandigheden van de cliënt of van de waarde van de zekerheden, waardoor de terugbetaling van de lening of de nakoming van enige andere verplichting jegens de Bank - met inbegrip van de tegeldemaking van de daartoe gestelde zekerheden - in het gedrang komt, of
– indien de cliënt niet binnen de door de Bank gestelde redelijke termijn voldoet aan zijn verplichting tot het stellen of verhogen van zekerheid overeenkomstig artikel 13 lid 2 van deze Handelsvoorwaarden of op grond van een andere overeenkomst.
Indien de gegronde reden bestaat in de schending van een contractuele verplichting, is de opzegging slechts toegestaan na het vergeefse verstrijken van een redelijke termijn voor de oplossing of na een vergeefse waarschuwing, tenzij dit wegens de bijzonderheden van het individuele geval niet nodig is (§ 323, leden 2 en 3, van het Duitse burgerlijk wetboek).
(4) Opzegging van consumentenkredietovereenkomsten in geval van wanbetaling
Voor zover het Duitse Burgerlijk Wetboek voorziet in bijzondere voorschriften voor opzegging wegens wanbetaling van een consumentenkredietovereenkomst, kan de Bank de overeenkomst slechts opzeggen in overeenstemming met deze voorschriften.
5) Opzegging van een overeenkomst over een basisrekening
De bank kan een basisrekeningovereenkomst alleen opzeggen met inachtneming van de afspraken die tussen de bank en de cliënt zijn gemaakt op basis van de Wet betaalrekeningen en de bepalingen van de Wet betaalrekeningen.
(6) Afwikkeling na opzegging
In geval van opzegging zonder opzegging verleent de Bank de cliënt een redelijke termijn voor de afwikkeling (met name voor de terugbetaling van een lening), tenzij een onmiddellijke afwikkeling is vereist (bijvoorbeeld, in geval van opzegging van een chequeverdrag, de teruggave van de chequeformulieren).
Bescherming van deposito's
20. depositogarantiefonds
De reikwijdte van de bescherming wordt geregeld door §5, §7 en §8 van de Duitse wet op de depositobescherming (Einlagensicherungsgesetz - EinSiG). TEN31 Bank AG is opgenomen in de compensatieregeling van de Duitse banken (EdB). Naast alle soorten deposito's - hoofdzakelijk zicht-
, termijn- en spaardeposito's - omvat de depositobescherming ook geregistreerde spaarobligaties. Verplichtingen waarvoor een bank instrumenten aan toonder heeft uitgegeven, zoals obligaties aan toonder en depositocertificaten aan toonder, zijn echter niet beschermd. Er bestaat geen aanspraak op schadeloosstelling indien de deposito's niet in euro of in de valuta van een EU-lidstaat luiden. Compensatie van een effectentransactie kan met name worden overwogen indien de instelling niet in staat is om, in strijd met haar plicht, effecten terug te geven die eigendom zijn van de cliënt en voor zijn rekening in bewaring zijn gegeven.
Indien u meer informatie wenst over depositoverzekeringen, gelieve deze link te volgen: www.edb- xxxxxx.xx.
Klachten/Ombudsman-procedure
21. klachten en alternatieve geschillenbeslechtingsprocedures
De klant heeft de volgende buitengerechtelijke opties:
- De klant kan zich met een klacht tot de Bank wenden. De Bank zal op passende wijze reageren op klachten, in tekstvorm (bijvoorbeeld per brief, fax of e-mail).
- Bovendien kan de klant te allen tijde bij de Bundesanstalt für Finanzdienstleistungsaufsicht, Xxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxx 000, 00000 Xxxx, schriftelijk of in proces- verbaal een klacht indienen wegens schending door de Bank van de Duitse wet op het toezicht op betalingsdiensten (Zahlungsdiensteaufsichtsgesetz - ZAG), de artikelen 675c tot 676c van het Duitse
burgerlijk wetboek (Bürgerliches Gesetzbuch - BGB) of artikel 248 van de wet tot invoering van het Duitse burgerlijk wetboek (Einführungsgesetz zum Bürgerlichen Gesetzbuche - EGBGB).
- Bovendien kan de klant te allen tijde een schriftelijke klacht indienen bij de Deutsche Bundesbank, Xxxxxxxxxxxx 0, 00000 Xxxxxxxxx xx Xxxx, Xxxxxxxxx, met betrekking tot inbreuken door de Bank op overeenkomsten inzake consumentenkredieten en betalingsdiensten, of deze klacht sturen naar Xxxxxxx 00 00 00, 00000 Xxxxxxxxx xx Xxxx, Xxxxxxxxx.