Meerjarenafspraken 2018 – 2023
Meerjarenafspraken 2018 – 2023
Voor u liggen de meerjaren prestatieafspraken 2018-2023 tussen de gemeente Delft, woningcorpo- ratie Vestia en huurdersraad Vestia, evenals de vertaling daarvan naar concrete prestatieafspraken voor het jaar 2019. Gemeente, corporaties en huurdersorganisaties werken op een breed terrein samen en maken daarover, conform de Woningwet, afspraken over de volgende thema’s: Nieuwbouw; Betaalbaarheid, beschikbaarheid en bereikbaarheid; Kwaliteit; Duurzaamheid; Leefbaarheid; en Huisvesting kwetsbare groepen.
De afspraken zijn gebaseerd op de meerjarenvisie die beschreven staat in de Woonvisie Delft (2016- 2023). We beogen in dit document niet alle inspanningen van gemeente en corporatie(s) (volledig) te beschrijven, maar alleen die afspraken en onderwerpen die extra aandacht en inspanningen vragen en waarop we gezamenlijk willen sturen. Voor de achterliggende documenten verwijzen we naar de volgende bijlagen:
- Afspraken over de achtervang van de borging van de WSW (bijlage 1)
- Stappenplan sloop/nieuwbouw en grootschalige renovatie (bijlage 2)
- Reeds afgesloten convenanten (bijlage 3)
Daarnaast zijn de reeds gemaakte regionale afspraken tussen gemeenten en corporaties van toepassing.
Proces
In 2017 zijn de (meerjaren-)afspraken tot stand gekomen als resultaat van een nauwe samenwerking tussen gemeente, corporatie(s) en huurdersorganisatie(s). Hierdoor ligt er een stevige, inhoudelijke basis onder de afspraken en is er commitment ontstaan bij de samenwerkende partijen om de komende jaren gezamenlijk vorm te blijven geven aan de afspraken en met elkaar te monitoren op de voortgang. In 2018 is voortgebouwd op dit proces door de bieding van de corporaties, een reactie hierop van de gemeente en is samen in een tripartite-overleg gekomen tot een compacte set van 7 afspraken als prioriteit voor 2019. Het betreft de volgende afspraken:
1. Samenwerking als gebiedspartners;
2. Samenwerking als sociaal domeinpartners;
3. Betaalbaarheid in relatie tot armoedebeleid;
4. Doorstroming integraler bekeken;
5. Aanpak schuldpreventie en doorontwikkeling ‘incassovrije wijken’;
6. Duurzaamheid: werk maken van ‘Delft Aardgasvrij’; en
7. Leefbaarheid en (woon-)overlast.
De (aflopende) jaarschijf van 2018 is uit deze tekst gehaald, een nieuwe jaarschijf met afspraken voor 2019 is hiervoor in de plaats gekomen.
1. Nieuwbouw en transformatie
Opgave
De gemeentelijke woonvisie zet in op meer evenwichtige wijken met een kwalitatief duurzame, toekomstbestendige en gevarieerde woningvoorraad door transformatie en toevoeging van woningen.
Door de toevoeging van (middel-)dure huur en koop én de voorgenomen verkoop/liberaliserings-
programma’s van woningcorporaties werken we toe naar een evenwichtiger voorraad. Het streven is de verhouding in de Delftse woonvoorraad (exclusief studentenhuisvesting) in 2030 te laten zijn: circa 33% sociaal, 13% vrije sectorhuur en 53% koop. Op deze wijze past de woningmarkt beter bij de onderwijs- en arbeidsmarkt. Kwaliteitsverbetering van de voorraad vindt plaats door vernieuwing, verjonging, verduurzaming en spreiding van de sociale voorraad. Bij het sturen op waar het aantal sociale huurwoningen minder kan en waar meer, geldt als globaal richtpunt een gemiddelde van 33% per wijk, maar zullen ook andere belangrijke factoren zoals voorraadbeleid corporaties en beschikbaarheid locaties een rol spelen.
Delft ontwikkelt zich meer en meer tot internationale kennisstad. De (inter-)nationale aantrekkings- kracht van de TU is groot. In de Woonvisie is tot 2023 de prioriteit opgenomen om 2.000 studenten- eenheden op en rond de TU-campus te realiseren.
Nieuwbouw en transformatie van sociale huurwoningen staat in het teken van toevoegen van kwaliteit en het meer spreiden van de sociale woningvoorraad binnen Delft. De inzet is het toevoegen van (ver-)nieuw(d)e sociale huurwoningen, met een focus op 4 doelgroepen:
- Gezinnen (grote eengezinswoningen)
- Ouderen
- Young professionals/kenniswerkers en pas afgestudeerden
- Mensen met een behoefte aan tijdelijke huisvesting Er zijn 12 prioritaire gebieden:
Meerjarenafspraken
De opgave om meer kwaliteit en balans in de woningvoorraad aan te brengen is niet eenvoudig. Gemeente en corporaties werken nauw samen in een geprioriteerde gebiedsaanpak. Op de korte termijn werken de 4 corporaties, ieder met de focus op één gebied/thema met gemeente en andere partners samen aan een integrale aanpak. Dit leidt in 2018 tot haalbare scenario’s voor vernieuwing en toevoeging van woningen. Naast nieuwbouw betekent dit ook:
- verlenging van de levensduur door duurzame renovatie èn
- transformatie van de bestaande voorraad waar sprake is van concentratie van sociaal bezit. Met transformatie wordt bedoeld verkoop, omzetten naar middeldure huur, sloop en nieuwbouw middeldure huur of koop.
Op basis van deze opbrengsten worden concrete meerjarenafspraken over fasering, inzet in de bestaande voorraad, in nieuwbouw en beschikbaarheid van locaties en inzet van middelen per partij vastgelegd.
Studentenwoningen
In de periode van de woonvisie (2016-2023) worden 2000 studentenwoningen gerealiseerd bij voorkeur op en rond de TU-Campus.
Achtervang van de borging van het WSW
De ontwikkelingen rond de financiering van de woningbouw hebben geleid tot nieuwe afspraken. Afspraken zijn nodig om de omvang van de noodzakelijke achtervang transparant en objectiveerbaar te maken en het proces van totstandkoming van achtervang naar alle betrokkenen hanteerbaar en acceptabel te maken. In 2016 heeft de gemeente Delft besloten dat zij in principe alleen nog als achtervang wil fungeren voor activiteiten die ten dienste staan van de Delftse prestatieafspraken.
Voor de in Delft actieve corporaties geldt dat zij daar in principe volledig in mee kunnen gaan. De afspraken die in het kader van de achtervang van de borging van het WSW zijn gemaakt staan verder beschreven in bijlage 1.
Afspraken 2019
In 2019 geven we prioriteit en vorm aan het principe van de samenwerking als gebiedspartners.
Doel: Bewaken van de integraliteit en als regisseur kunnen sturen op gebieden. In de buurten en
wijken (‘gebieden’) komen de effecten van duurzaamheidsingrepen, nieuwbouw, transformaties en leefbaarheidsmaatregelen tot uitdrukking. We willen het eindbeeld van de Woonvisie concreter maken door gebiedsafstemming en als gebiedspartners met elkaar optrekken.
De bovenstaande meerjarenafspraken en het principe van samenwerking als gebiedspartners, vertalen zich naar de volgende concrete afspraken in 2019:
Afspraak: we maken begin 2019 afspraken over de principes van gebiedsgewijs werken en hoe we in deze gebieden als partners optrekken. Dat geeft kader aan de investeringsbesluiten van de corporaties maar ook aan bijvoorbeeld een gezamenlijke inzet op leefbaarheid. De grote investeringsbeslissingen die in de loop van 2019 zijn genomen, komen terug als bieding/prestatieafspraak in 2020. Hiermee gieten we investeringsbeslissingen niet onnodig in het keurslijf van de prestatieafspraken.
Inzet Vestia:
- In aanbouw te nemen nieuwbouwwoningen: Xxxxxxxxxxxx, 00 woningen (24 DEAB en 8 niet- DAEB). Deze woningen worden naar verwachting eind 2019 of begin 2020 opgeleverd.
- Eind 2018 zal naar verwachting bekend zijn welke delen van de portefeuille van DUWO en Vestia worden uitgeruild. In 2019 volgt een principebesluit. De gemeente en huurdersorganisaties kunnen daarop hun zienswijze geven.
- Vestia is actief op zoek naar mogelijkheden om (nieuwbouw-)woningen aan te kopen in haar kerngebied (Delft, Den Haag, Rotterdam en Zoetermeer). E.e.a. binnen de (financiële) kaders van het herstelplan. Mogelijke uitvoering is mede afhankelijk van instemming van de Aw en het WSW.
- Brasserskade / Vrijenban i.c.m. Indische buurt: in 2019 werken we een gezamenlijk besluit uit over de mogelijke aanpak van dit gebied gericht op verbetering van de kwaliteit, het even- wichtiger maken van de buurt en de verbetering van de openbare ruimte. Het doorzetten van de plannen is mede afhankelijk van instemming van het WSW.
Inzet gemeente:
- Laten zien van de samenhang en de effecten van de losse projecten op de doelstellingen op stedelijk niveau en naar wijken en buurt.
- Het maken van afstemmingsafspraken om het gezamenlijke doel te bereiken.
- Organiseren van (een) gezamenlijke bijeenkomst(-en) over de effecten van voorraadbeleid, programmering nieuwbouw, de sociaal maatschappelijke componenten en duurzaamheidsvoornemens.
2. Betaalbaarheid, beschikbaarheid en bereikbaarheid
Opgave
De woningmarkt moet een afspiegeling zijn van de samenleving, met kansen voor diverse doelgroep- en ongeacht inkomen, leeftijd of huishoudsituatie. Hierdoor blijven wijken vitaal en is er voldoende draagvlak voor voorzieningen. In de wijken wonen doelgroepen die variëren in sociale en economi- sche draagkracht. Er is sprake van een passend aanbod voor de veranderende vraag.
Er is in de hele regio een grote vraag naar betaalbare woningen (met een huurprijs tot € 640, prijspeil 2018). Delft zet er op in dat buurgemeenten meer aanbod realiseren voor deze doelgroep.
Corporaties optimaliseren hun voorraad-, toewijzings- en huurbeleid, zodat de groepen die het meest in de knel komen worden ontzien. Richtinggevend hierin zijn de regionale afspraken over woonruimteverdeling. In Delft zien we een oplopende wachttijd voor grote gezinnen. Hiervoor worden 150 betaalbare nieuwbouw sociale huurwoningen gerealiseerd.
Betaalbare woningvoorraad vertaalt zich ook naar het kunnen (blijven) betalen van de woning. Op dat vlak werken we samen in de vroegsignalering van schuldenproblematiek (exclusief studenten- huisvesting) en het voorkomen van huisuitzettingen.
Meerjarenafspraak
Dit leidt tot de volgende meerjarenafspraken op het gebied van Beschikbaarheid:
- Corporaties maken jaarlijks transparant hoe hun woningvoorraad met actuele prijzen is opge- bouwd en hoe deze verhoudingen zijn op basis van het beleidslabel. Dit vormt onderdeel van de wachttijdenmonitor. Op basis hiervan wordt het vrijkomend aanbod ingeschat. Realisatie van het vrijkomend aanbod is onderdeel van de wachttijdenmonitor.
- Op basis van de wachttijdenmonitor stellen corporaties waar nodig en waar mogelijk hun voorraad-, huur-, of toewijzingsbeleid bij om de slaagkans van doelgroepen die als onevenredig laag ten opzichte van het gemiddelde wordt beoordeeld te verbeteren.
- Voor de nieuwe verkoopprogramma’s geldt dat er geen grote eengezinswoningen worden
verkocht, geliberaliseerd en gesplitst. Er geldt een ‘nee, tenzij’ uitgangspunt. Definitie van een grote woning is: 65 m2 woonoppervlakte en 4 of meer kamers.
- Toetsingscriteria voor nieuwe verkoopprogramma’s zijn:
- Draagt verkoop bij aan streven naar evenwichtige spreiding sociale woningbouw, als richtlijn 33%, per wijk?
- Gaat het om een schaars product?
- Is er een andere speler die het complex over wil nemen om middeldure huur te realiseren?
- Vindt de verkoop plaats in een van de geprioriteerde gebieden en zo ja past dit in de gebiedsaanpak?
- Wat is het advies van de huurdersorganisatie aan de corporatie over het verkoopprogramma?
En de meerjarenafspraken op het gebied van Betaalbaarheid:
- Corporaties wijzen toe conform de regionale prestatieafspraken.
- Gemeente en corporaties zetten zich in om huurschulden en huisuitzettingen te voorkomen. Het aantal huisuitzettingen vanwege een betalingsachterstand stijgt in de periode 2018-2023 niet.
Afspraken 2019
In 2019 geven we prioriteit en vorm aan de verbinding van betaalbaarheid in relatie tot armoedebeleid.
Doel: Agendering met elkaar van de betaalbaarheid voor specifieke inkomensgroepen. Vanuit de regionale afspraken volgt een generieke afspraak over de betaalbaarheid (85% wordt aangeboden als sociaal, 70% van het vrijkomend bezit heeft een huur onder de aftoppingsgrenzen). Deze regionale afspraak richt zich alleen op de huur bij mutatie. Op het niveau van Delft willen wij concretere afspra- ken maken over de huurverhoging. De minima-effectrapportage (Nibud, 2015) toont aan dat – onder meer door landelijk beleid – de bestedingsruimte voor de minima onder druk komt te staan. We ontwikkelen voor de groep tot 110% van de bijstandsnorm een regeling zodat deze groep ontzien wordt bij de jaarlijkse huurverhoging. Verder willen wij met de corporaties verkennen wat er in de toekomst verder nog mogelijk is.
Afspraak: We adopteren de werkwijze zoals die als pilot in Rotterdam is uitgevoerd. We maken een op de Delftse situatie en partners toegesneden werkwijze voor de huurverhoging van 2019. We evalueren en rapporteren na juli 2019.
Ook geven we prioriteit aan de aanpak schuldpreventie en de doorontwikkeling van de pilot ‘incassovrije wijk’.
Doel: Het voorkomen van schulden, het sneller delen over en weer van de inzichten van huurachter- standen. Om hiermee verergering voor het huishouden zelf en complexere casuïstiek te voorkomen. Daarmee beperken we de maatschappelijke kosten voor alle partijen.
Afspraak: Gemeente en corporaties zetten een krachtig samenwerkingsverband op het gebied van schuldpreventie op. Dit is gericht op het voorkomen van huurachterstanden en huisuitzettingen wegens huurschuld. We maken werk van een convenant dat regelt dat we over en weer de hiervoor benodigde gegevens kunnen uitwisselen. Het convenant heeft tot doel dat er geen ontruimingen nodig zijn op basis van alleen financiële problemen. En dat we gezamenlijk komen tot een sluitende schuldenaanpak.
Inzet gemeente:
Gemeente draagt zorg voor een projectleider die partijen bij elkaar brengt en regie voert op dit gezamenlijke proces. Hij/zij zal zorgen voor de afstemming van privacy-onderdelen in relatie tot dit thema. De inzet is dat we pragmatisch maar correct met de AVG omgaan en juridisering wordt
voorkomen. Hij/zij zorgt ervoor dat een convenant tot stand komt. Is een gezamenlijke aanpak uitgetekend, dan faciliteert de projectleider de processen, het inrichten van een instrument voor melding en registratie en bekijkt deze de opvolging van de meldingen.
Naast de ontwikkeling van een nieuwe gemeentelijke nota schulden, bezien we de mogelijkheid om tot een vorm (fonds) te komen om schulden verder te saneren.
Verder zetten we in 2019 de volgende afspraken van 2018 voort:
- Gemeente en corporaties continueren de gezamenlijke opdrachtverlening voor de wachttijden- monitor.
- De gemeente en de corporaties bespreken twee keer per jaar in het bestuurlijk overleg Wonen de wachttijdenmonitor. In overleg stellen corporaties waar nodig en mogelijk hun voorraad-, huur-, of toewijzingsbeleid bij om de slaagkans van doelgroepen die als onevenredig laag wordt beoordeeld te verbeteren.
- De corporaties passen, waar dat wettelijk is toegestaan, mogelijk een inkomensafhankelijke huurverhoging toe. De extra opbrengsten van deze inkomensafhankelijke huurverhoging worden besteed aan investeringen in Delft, zoals opgenomen in deze prestatieafspraken of de biedingen per 1 juli 2018.
- T.b.v. de schuldpreventie geven corporaties inzicht in hun processen en komen tot afstemming van de processen met de gemeente.
Inzet Vestia:
- Vestia neemt geen deel aan het onderzoek en de pilot om de groep tot 110% bijstandsnorm geen huurverhoging te geven.
- Vestia voert in 2019 een beperkt verkoop- en liberalisatieprogramma uit (zie bijlage 4.A voor de verkopen en bijlage 4.B voor de liberalisaties). De aantallen zijn afhankelijk van de mutatiegraad. Bij een mutatiegraad van bijvoorbeeld 7% worden circa 10 woningen verkocht en 60 woningen geliberaliseerd. De complexen uit de vastgestelde verkoopvijver en de liberalisaties die volgen uit het splitsingsplan van Vestia kunnen bij mutatie verkocht worden. Over de nieuwe complexen volgt nader overleg en komen partijen zo snel mogelijk tot een definitieve lijst.
- Splitsing: Vestia heeft voor 2019 een vijver van 319 woningen opgenomen voor administratieve splitsing (zie bijlage 4.C van de bieding). Deze lijst is nog niet definitief. Vestia treedt hierover in overleg met de gemeente. Zo snel mogelijk komen partijen tot een definitieve lijst.
- Voor de verkopen, splitsingen als liberalisaties gelden de beoordelingscriteria uit de woonvisie welke hierboven zijn aangehaald.
- Grote woningen: op basis van het verwacht vrijkomend aanbod (Explica voorraadmonitor) komen circa 20 grote sociale woningen vrij, waarvan 12 onder de hoge aftoppingsgrens en 8 tussen de hoge aftoppingsgrens en de liberalisatiegrens.
- Naast dit verwacht vrijkomend aanbod van grote woningen is Vestia bereid om voor de huisvesting van grote gezinnen van minimaal 6 personen nog 4 grote woningen sociaal te verhuren. NB: grote woningen in seniorencomplexen zijn uitgezonderd.
Inzet gemeente:
- Gemeente laat een update maken van de wachttijdenmonitor en zorgt voor een analyse met (waar noodzakelijk) wijzigingen om de slaagkans van doelgroepen te verbeteren.
- Gemeente draagt zorg voor een projectleider voor de pilot huurverlaging én maakt samen met de corporaties een evaluatie.
3. Kwaliteit van de woningvoorraad
Opgave
Gemeente en corporaties werken gezamenlijk aan het verbeteren van de kwaliteit en vitaliteit van wijken. Dit doen zij ieder vanuit hun eigen rol door te investeren in de kwaliteit van gebouwen (o.a. door gebouwen duurzamer te maken), te investeren in het toekomstgericht maken van de sociale woningvoorraad en door te investeren in kwalitatief sterke openbare ruimte en veerkrachtige wijken.
Meerjarenafspraken
Dit leidt tot de volgende meerjarenafspraken:
- Er vindt een kwaliteitsslag plaats in verouderde woningen die niet meer voldoen aan de technische eisen van deze tijd, bij voorkeur op locaties waar sprake is van een stapeling van indicatoren.
- De gemeente investeert in de openbare ruimte, met name op die plekken waar ook renovatie plaatsvindt. Hierin zoeken corporaties en gemeente de samenwerking
- Besluitvorming over grootschalige renovatie dan wel sloop/nieuwbouw vindt plaats volgens het gezamenlijk opgestelde stappenplan, vanuit ieders rol, taken en bevoegdheden, zie bijlage 2.
Afspraken in 2019
We geven prioriteit om doorstroming integraler te bekijken.
Doel: Doorontwikkelen van de doorstroommakelaar naar een integrale benadering. Waar voor- gaande jaren alleen de nadruk lag op het vrijspelen van grote (eengezins-) woningen, willen we dit jaar doorstroming breder faciliteren door ook te kijken naar andere aspecten die het voor huis- houdens makkelijker maken om schaarse woningtypes vrij te spelen.
Dit willen we doen door de leefwereld van het huishouden en de kansen die doorstromen naar een nieuwe woning biedt, voorop te stellen. We willen het moment van een aanvraag van een traplift of andere voorzieningen in schaarse sociale woningen als natuurlijk moment gebruiken om te spreken over verhuizen. Verder naar de toekomst toe, kijken we wat kan worden gebouwd om de gewenste doorstroming in de sociale voorraad te activeren.
Dit leidt tot de volgende concrete afspraken:
Gemeenten en corporaties:
- We plussen het profiel en de werkwijze van de doorstroommakelaar op. We kijken of we elementen en werkwijzen kunnen delen en gebruiken vanuit WMO-advisering, herkennen van eenzaamheid en geïntegreerd tot een advies te kunnen komen (wonen, woonomgeving én welzijn). Om zo kansen te kunnen aanreiken voor een nieuwe, passende huisvesting.
We ontwikkelingen in de tweede helft van 2019 met specialisten van corporaties en het gemeentelijk sociaal team een profielschets en delen ervaringen. We verkennen najaar 2019 de mogelijkheid tot gezamenlijke inzet.
- Vanuit de vertaalslag van de woonvisie naar gebieden gaan wij met de corporaties aan de slag om vanuit doorstroming het gewenste woningbouwprogramma te bepalen.
Inzet corporaties:
De corporaties stimuleren de doorstroming van huurders, die niet meer voor een sociale huurwoning in aanmerking komen of te groot wonen in een schaars woningtype.
De instrumenten die hierbij worden ingezet zijn:
- Inkomensafhankelijke huurverhoging
- Inzet doorstroommakelaar; met de gemeente samen wordt 1 fte beschikbaar gesteld, waarbij de kosten voor de helft door de gemeente en voor de helft door de corporaties gedragen worden.
- Partijen creëren budget voor het oplossen van knelpunten bij een beoogde verhuizing
- Maatwerk en coulance bij vertrek oude huurder uit schaarse woning en bij toewijzing
- Het realiseren van het gewenste woningbouwprogramma
Inzet gemeente:
Gemeente benoemt een projectleider die zorgdraagt voor de regie op dit gezamenlijke proces. Hij/zij zal, in afstemming met de werkgroep langer en weer thuis, zorgdragen dat kennis en ervaringen gedeeld worden van huidige werkwijze en de ervaringen van de coaches van het sociaal team inbrengen. De projectleider maakt mogelijk dat er een go/no-go plaatsvindt in Q3 2019 op de gezamenlijke inzet van een doorstroommakelaar-nieuwe-stijl.
Flankerende maatregelen
- Het nieuwbouwprogramma bevat woningen in kwaliteit en type die lange doorstroomketens bevorderen en waardoor huurders makkelijker een stap in hun wooncarrière kunnen maken.
- Agendering in regionale Huisvestingsverordening of voorrang voor doorstromers naar de vrije sector en koop is te realiseren. Ook in (nieuwbouw-)woningen van beleggers en projectontwik- kelaars.
- Inzet WMO: consulenten meer informatie laten verstrekken over doorstroommogelijkheden. Gebruik het moment van een aanvraag van een traplift of andere voorzieningen in schaarse sociale woningen als natuurlijk moment om te spreken over verhuizen.
- De gemeente onderzoekt of ontschotting mogelijk is van het WMO-budget voor woning- gebonden voorzieningen (en zo - deels - beschikbaar kan worden gesteld voor verhuiskosten- vergoeding).
Inzet Vestia:
- Doorstart Bomenwijk. Vestia pakt de herstructurering van de Bomenwijk opnieuw op. Hierbij wordt toegewerkt naar een evenwichtige wijk door toevoeging van een mix van sociale huur en middeldure huur. We starten in 2019 hierover het overleg met de buurt. Vestia draagt bij toekomstige uitverhuizing zorg voor de leefbaarheid. De gemeente draagt zorg voor de verbetering en aanleg van het openbaar gebied.
- Nadere verkenning en besluitvorming over renovatie complex Xxxxxxxxxxxxxxxxx, 000 woningen. De woningen worden zo maximaal mogelijk verduurzaamd en de veiligheid en leefbaarheid van het complex worden verbeterd.
- Start renovatie complex Vosmaerstraat. Vestia voert in deze portiekflat van 24 woningen een pilot uit met Europese subsidie voor energieopwekking via de gevel. Bij gebleken succes wordt deze aanpak verder uitgerold voor vergelijkbare complexen.
- Renovatieprojecten in onderzoek zijn: Industriewijk, 256 woningen en Javastraat, 67 woningen.
De technische kwaliteit en de duurzaamheid van de woningen worden verbeterd.
- Nadere verkenning van mogelijke toekomstige renovatieprojecten: Xxxxxxx xxx Xxxxxxxxxx, 132 woningen en Abtswoude / Stefanna / Spoorzone in overleg met Xxxxxx xxx Xxxxxxx.
- Het bedrag van Vestia in 2019 voor investeringen voor renovaties en/of nieuwbouw, inclusief de no regret maatregelen voor duurzaamheid, bedraagt voor haar totale portefeuille ca. € 97 mln. Dit is voor Delft in 2019 € 5,9 miljoen.
- Vestia geeft in 2019 in totaal € 108 miljoen uit aan onderhoud; daarvan is € 38 miljoen (35%) bestemd voor planmatige onderhoudsactiviteiten. Hiervan is € 3,6 miljoen bestemd voor planmatige onderhoudsactiviteiten in Delft.
4. Duurzaamheid
Opgave
In 2050 is Delft energieneutraal, dat wil zeggen dat de hoeveelheid gebruikte energie minimaal gelijk is aan de hoeveelheid duurzaam opgewekte energie. Er zijn twee tussendoelstellingen:
- In 2020 gebruikt Delft 35% minder energie dan in 1990 en is de CO2 uitstoot met 35% afgenomen.
- In 2030 gebruikt Delft 50% minder energie dan in 1990 en is de CO2 uitstoot met 50% afgenomen t.o.v. 1990.
Meerjarenafspraken
Dit leidt tot de volgende meerjarenafspraken:
- Vanuit het convenant Voorhof-Oost werken gemeente en corporaties samen met andere vastgoedeigenaren aan het verkennen op welke wijze 1400 woningen in Voorhof aardgasvrij kunnen worden gemaakt.
- DUWO realiseert alle nieuwbouw woningen waarvan de planvorming in 2018 start aardgasvrij en CO2neutraal. Daar waar aansluiting op collectieve warmte-infrastructuur mogelijk is sluit nieuwbouw aan of worden voorbereidingen getroffen om aan te sluiten door middel van een
tijdelijke situatie. Deze scenario’s worden opgenomen in de nog te maken meerjarenafspraken.
Duurzaamheid is in 2019 een prioriteit: we maken werk van ‘Delft Aardgasvrij’
Doel: Ontwikkelen van een gezamenlijk energietransitieplan. Het warmteplan is een belangrijke drager hierin. Het verbreden van het warmteplan Voorhof naar de andere wijken van Delft.
Afspraken 2019
Gemeente en corporaties zetten het voortvarende élan op dit thema voort. Met onder meer voort- zetting van de stevige regierol in de processen Warmtenet en ‘Aardgasvrij Delft’. We faciliteren en maken de Aedes-routekaart en de ontwikkeling van de energie-index van de voorraad onderling vergelijkbaar en inzichtelijk op het niveau van Delft en de wijken.
Inzet Vestia:
- Vestia maakt de Aedes-routekaart concreter voor Delft zodat vergelijkbaarheid van de vier corporaties mogelijk is.
- Vestia maakt de energie-indexen transparant en vergelijkbaar zodat de gemeente de effecten van beleid op een Delftse kaart kan weergeven.
- Start renovatie met pilot duurzaamheid in complex Vosmaerstraat (zie boven paragraaf 3).
- Vestia werkt actief mee aan het verduurzamingsinitiatief ‘Open warmtenet Delft’, wat zich richt op het totstandkomen van een open warmtenet in de wijken Voorhof en Buitenhof.
- Vestia denkt mee en sluit aan bij een formele samenwerkingsvorm voor het onderhoud van het net en het OEF (onderhoudsenergiefonds) van het warmtenet in Voorhof-Oost.
- Voor de korte termijn worden op ‘natuurlijke momenten’ bij planmatig onderhoud waar mogelijk isolerende maatregelen toegepast aan daken en gevels die zo veel mogelijk rekening houden met de lange-termijn ambitie CO2-neutraal in 2050.
- In 2019 zorgt Vestia voor een uitbreiding van haar duurzaamheidsvisie op het gebied van invloed op duurzaam bewonersgedrag en de mate en haalbaarheid van circulair materiaalgebruik.
Inzet gemeente:
- Gemeente draagt zorg voor de voortzetting van de stevige regierol in de processen Warmtenet en ‘Aardgasvrij Delft”. Als eind 2018 de concept-samenwerkingsovereenkomst Warmtenet met
de vier partners en Stedin tot stand gekomen is, zal in 2019 gekomen worden tot een ‘final investment decision’.
- Mede op basis van de onderlinge vergelijkbaarheid zal de gemeente o.b.v. de routekaart in overleg met de corporaties een warmteplan opstellen voor de overgang naar aardgasloos wonen. Hierbij betrekken we de huurdersorganisaties. Een eerste versie is Q3-2019 gereed.
- Organiseren van twee discussiebijeenkomsten (met corporaties en betrokken huurders) om het thema duurzaamheid en huurverhogingen te bespreken. Uitkomst moet idealiter leiden tot inzicht in de randvoorwaarden en beperkingen bij beide partijen (bijv. tot in welke mate kunnen corporaties nog voldoende bijdragen aan presteren op de andere onderdelen zoals bijv. betaalbaarheid/beschikbaarheid).
- Inzet in mogelijke gezamenlijke lobby naar het Rijk.
5. Leefbaarheid
Opgave
Gemeente en corporaties werken gezamenlijk aan de leefbaarheid in de wijken en rondom complexen, met als doel veerkrachtige wijken te ontwikkelen waar mensen prettig en veilig kunnen wonen. Bewoners zijn trots op hun buurt. Door gebiedsgericht te werken ontstaat een heldere koers en ontwikkelrichting die leidt tot een opwaartse spiraal. Bij (markt)partijen wordt energie ontketend voor commitment aan de ontwikkelrichting en investeringen in de gebieden.
Meerjarenafspraken
Dit leidt tot de volgende meerjarenafspraken:
- Kansen als gevolg van gebiedsontwikkeling (transformatie en nieuwbouw) grijpen we aan om gezamenlijk te investeren in de leefbaarheid. De 12 prioritaire gebieden kunnen hier richting aan geven, maar we kijken ook naar de andere gebieden.
- Gezamenlijk beoordelen we de leefbaarheid in de wijken door de onderzoeksresultaten naast elkaar te leggen en de gezamenlijke inspanningen te bepalen.
- We werken samen aan de uitwerking van de buurtgerichte aanpak voor de wijken Buitenhof, Voorhof, Tanthof en Kuyperwijk. Integrale samenwerking staat hierbij voorop, zodat wijkpartners van elkaar weten wat er speelt in de wijk.
- Vanuit de integrale aanpak pakken we zaken als overlast, High Impact Crime (HIC), de aanpak van hennepproblematiek en schuldenproblematiek aan.
- De huurdersorganisaties organiseren jaarlijks een wijkschouw waar de gemeente en corporaties aan meedoen.
- Gemeente en corporaties experimenteren met de inzet van projecten ter bevordering van de leefbaarheid (zoals de wijkconciërge, de flatcoach en student&wijk). Zij doen dit vanuit een lange termijn perspectief op leefbaarheid in de buurt. Gezamenlijk bepalen ze wanneer welk instrument voldoende bijdraagt om doorgezet te worden.
- Gemeente en corporaties continueren de gezamenlijke inzet op buurtbemiddeling en mediation.
Priortiteit in 2019 wordt gegeven aan leefbaarheid en (woon-)overlast.
Doel: we willen preciezer en scherper worden wat de inzet van leefbaarheidsmaatregelen is in de gebieden. Leefbaarheid willen we aanvullend op de versterking van gebieden laten zijn. Dit vraagt het delen van de gegevens en inzichten van iedere partij, het vooraf benoemen wat de effecten van interventies zouden kunnen betekenen (zogenaamd ‘prestatiedenken’). We stemmen de plannen voor onderhoud aan de openbare ruimte hierop af.
Op woonoverlast willen we een effectievere aanpak die zichtbaarder is voor betrokkenen.
Afspraken 2019
Wanneer we een perspectief op gebieden geven, zorgen we voor gebiedsafstemming: het delen van gegevens en benoemen van de inzet van leefbaarheidsinstrumenten en de bijdrage aan sociaal- economische doelen in dat gebied. We stemmen onze inzet af op elkaar.
In 2019 benoemen we wat we precies verstaan onder woonoverlast, welk proces wordt doorlopen en wat ieders rollen zijn. Dit leidt tot het in Q1-2019 totstandkomen van een convenant met alle partijen met als doel dat terugkerende (woon-)overlast wordt teruggedrongen.
Corporaties en gemeente:
- Onder regie van de gemeente nemen corporaties, politie en bewonersorganisaties deel aan de werkgroep High Impact Crime.
- De gemeente neemt de regie op cases op het gebied van overlast-, hennep- en schuldenproble- matiek. De noodzaak is hier om het primaire proces (onder andere via het Veiligheidshuis en het Uitvoeringsoverleg) te stroomlijnen en ervoor te zorgen dat cases zo snel mogelijk opgepakt worden.
Inzet Vestia:
- Neemt deel aan/leveren input voor de wijkschouw en ondertekening convenant.
- Leefbaarheidsaanpak Rode Dorp/Buitenhof:
Deelname aan het uitvoeringsprogramma kansen voor Buitenhof.
Vanuit Vestia zijn er investeringsplannen voor de complexen in het Rode Dorp. De vergroting van de veiligheid van complexen wordt hierin meegenomen.
Wijkkantoor wordt beschikbaar gesteld voor gebruik van actieve bewonersgroep Rode Feniks en Delft Voor Elkaar voor buurtactiviteiten.
- Samenwerking met Stunt:
Met stichting Stunt (leerwerkplaats) hebben we een contract afgesloten voor het schoonmaken van de binnentuinen in Buitenhof. Het gaat hier om het opruimen van zwerfvuil, tegelijkertijd is het een sociaal project die kwetsbaren de kans geeft werkervaring op te doen.
- Samenwerking met Stichting Present:
St. Present levert (groepen) vrijwilligers aan die werkzaamheden kunnen uitvoeren bij bewoners in de woning en/ of tuin. Het gaat hier om kwetsbare huurders die om allerlei redenen zelf niet in staat zijn hun woning en/ of tuin te onderhouden. Het gaat hier wel om éénmalige klussen, zodat een huurder een goede start heeft.
- Vergroten veiligheid complexen: Vestia investeert in betere verlichting in complexen en achterpaden.
- Aanpak woonoverlast:
Voor de aanpak van overlast wordt indien nodig de APV ingezet om op te treden tegen overlast gevende huurders
Samenwerking met de Sociale Teams in de wijken in situaties waar problemen achter de voordeur spelen
- Tuinonderhoud: Samen met Hovenier van der Heijden, Vestia en Present zijn er afspraken gemaakt over een project waarbij de tuinen van een hele straat worden aangepakt. Dit betreft tuinen die niet meer bij te houden zijn door huurders, maar die grootschalig aangepakt moeten worden.
- Bewonersparticipatie: In Delft zijn 6 bewonerscommissies/contactgroepen actief. Vestia onderhoudt regelmatig contact met bewonersgroepen en commissies in haar complexen. Daar waar geen groep bewoners actief is, maakt Vestia gebruik van een natuurlijke aanleiding
- Budget voor leefbaarheid: in het bedrag per woning houden we rekening met het wettelijk maximum. (prijspeil 2018 € 127,51 gemiddeld per DAEB verhuureenheid).
Inzet gemeente:
- Faciliteren wijkschouw met de huurders en het gezamenlijk benoemen van de vervolgstappen.
- Doorontwikkeling van de kansenkaart-systematiek en helderheid over de aanspreekpersonen in de gebieden (bijv. regisseurs publiek belang).
- Inzicht geven in gebieden waar een stapeling van indicatoren is en het gesprek met partijen (veiligheid, zorg, corporaties) hierover voeren met als doel tot een gezamenlijke definitie te komen.
- Organiseren van twee bijeenkomsten om gebiedsfoto’s voor de Westeindebuurt en Krakeel- polder met elkaar te ontwikkelen. Delen van inzichten over leefbaarheid (methodieken naast elkaar leggen), aangeven ieders inzet en (waar strijdige inzet is) beter afstemmen.
- Woonoverlast: Gemeente zorgt voor continuïteit op dit thema. We dragen zorg dat een overlast- convenant AVG-proof is, onnodige juridisering wordt daarbij voorkomen. We zetten in op proces- verbetering op dit thema (gezamenlijke dossiers en gegevensoverdracht).
- We verkennen de meerwaarde van het inzetten van een overlastcoördinator.
6. Kwetsbare groepen
Opgave
Door de extramuralisering en het scheiden van wonen en zorg blijven mensen weer (bijzondere doel- groepen) of langer (ouderen) zelfstandig wonen. Gemeente en corporaties maken in iedere buurt ruimte voor kwetsbare mensen en maken mogelijk dat kwetsbare mensen langer of weer zelfstandig kunnen blijven wonen. Van belang is een goede combinatie tussen draagkrachtige en kwetsbare burgers. Een voorwaarde hiervoor is de aanwezigheid van netwerken van wijkpartners en bewoners in de wijken. Dit maakt vroegsignalering mogelijk. Daarnaast vormt ook een gevarieerd woningaan- bod in iedere wijk een noodzakelijk voorwaarde. De gemeente, corporaties en zorg/welzijnsinstellin- gen werken samen aan de Ontwikkelagenda Wonen en Zorg.
Meerjarenafspraken
Dit leidt tot de volgende meerjarenafspraken:
- De gemeente neemt de regierol in het langer of weer (zelfstandig) thuis wonen en de Ontwikkelagenda Wonen en Zorg.
- Onder regie van de gemeente investeren we gezamenlijk in het proces en de aanpak.
- Corporaties stellen woningen beschikbaar voor huisvesting van cliënten vanuit instellingen, hierover zijn procesafspraken gemaakt.
- Corporaties signaleren richting gemeente als er vermoedens zijn van problemen achter de voordeur.
- We stellen met corporaties en zorginstellingen een aanpak op die zorgt voor snelle doorstroming vanuit de crisisopvang of beschermd wonen naar sociale huurwoning.
- Met partners en inwoners ontwikkelen we een keten van preventie, vroegsignalering, aanpak problematiek en vangnet in de wijk.
- De gemeente voert vanuit de Toegang de regie over woonbegeleiding en signalering van ernstige problematiek achter de voordeur. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het voorkomen van verloedering en overlast m.b.t. kwetsbare huurders
- We verkennen en realiseren wat nodig is aan extra instrumenten bij het zelfstandig wonen, zoals toezicht of gemeenschappelijke ruimtes of een tussenvorm van beschermd- en begeleid wonen.
- We zetten in op soepele doorstroming in de woonzorgmarkt door realisatie van een short stay- voorziening of realisatie van andere tijdelijke doorstroomvoorzieningen. Iedere corporatie draagt bij aan beschikbaar stellen van short stay.
- Corporaties huisvesten jaarlijks naar evenredigheid taakstelling statushouders en bijzondere doelgroepen.
In 2019 willen we het uitgangspunt van samenwerking als sociaal domeinpartners verder vorm- geven en uitwerken.
Doel: Voorzien in adequate huisvesting van kwetsbare groepen en senioren. Met een integrale aanpak (wonen, woonomgeving, welzijn én zorg) werken we aan resultaat om de bijzondere doelgroepen en senioren maximaal te ondersteunen in zelfstandig wonen en leven. Voor een effectieve aanpak zijn niet alleen corporaties en gemeente nodig maar ook de zorgverlenende partners. Deze zijn programmatisch verenigd in de regiegroep Xxxxxx en Weer Thuis.
Afspraken in 2019
In de regiegroep Xxxxxx en Weer Thuis en de bijbehorende werkgroepen, maken we met elkaar uitvoeringsafspraken op productniveau (wonen en zorg) en procesniveau.
Gemeente en corporaties:
- In de regiegroep Xxxxxx en Weer Thuis en de bijbehorende werkgroepen, maken we met elkaar uitvoeringsafspraken op productniveau (wonen en zorg) en procesniveau.
- Werken nauw samen in het kernteam Wonen en Zorg rondom ouderen en bijzondere doelgroep- en. De gemeente is procesmatig regisseur hiervan, gezamenlijk zijn partijen verantwoordelijk voor de invulling.
- Stellen een plan van aanpak Ouderenhuisvesting op. In dit plan wordt onder andere de inzet van de doorstroommakelaar en het experimenteren met de doorstroompremie opgenomen.
- In het licht van het beleid rondom spreiding/clustering van bijzondere doelgroepen en draag- kracht in de wijk, wordt heroverwogen hoe woningtoewijzing voor bijzondere doelgroepen moet lopen: via de reguliere woonruimteverdeling en/of bemiddeling.
- Effectueren de verbeteringen in het urgentieproces
Inzet Vestia:
- Vestia levert naar rato haar bijdrage aan het huisvesten van bijzondere doelgroepen en statushouders en labelt en topt zo nodig en waar mogelijk woningen af voor deze groepen. Vestia monitort de toewijzing aan bijzondere doelgroepen en statushouders en stemt bij mogelijke overschrijding van kritische grenzen van de leefbaarheid af met gemeente en andere corporaties
- Vestia verbetert de informatievoorziening op haar website over wonen en zorg (o.a. stalling scootmobiels en WMO).
- De ZAV’s in mutatiewoningen blijven waar mogelijk in tact voor nieuwe huurders.
Inzet gemeente:
- Zorgdragen voor continuering (en uitbouw) van procesregisseur xxxxxx (senioren) en weer thuis (bijzondere doelgroepen), alsmede voor een adequate sturing op beide programma’s.
- Gemeente zorgt voor regie op het regionaal transformatieplan BW/MO
- Organiseren van een regie- en werkgroep met gemeente(n), aanbieders en corporaties om afspraken te implementeren.
Plaats ondertekening: Delft Datum ondertekening:
M.M. Nijenhuis Vestigingsmanager Vestia
Huurdersraad Xxxxxx
X. Xxxxxxxxxxx
Wethouder gemeente Delft
Bijlagen bij Meerjarenafspraken 2018-2023
Bijlage 1: Achtervang WSW
De corporaties bieden nu jaarlijks concreet inzicht in de waarde van hun bezit in de gemeenten waar zij actief zijn, de leningen waarvoor de gemeenten een achtervangpositie hebben ingenomen en welke ontwikkeling zij daar de komende jaren in verwachten.
Bij deze meerjaren prestatieafspraken (2018– 2023) stemmen we in met het aangaan van een generieke, gelimiteerde-achtervang-overeenkomst met het WSW ten behoeve van door Xxxxxxxx, Vestia, Vidomes en DUWO op te nemen leningen in de komende prestatieafsprakenperiode 2018- 2023, jaarlijks aan te passen aan de nieuwe periode, met een maximum van xx miljoen euro, gekoppeld aan het feitelijk investeringsprogramma in Delft van de corporaties (ten behoeve van deze woningmarkt).
Deze achtervang, voor de duur van de investering, maakt leningen door de in Delft werkzame corporaties mogelijk. Met de achtervang kan het WSW leningen borgen. Op basis van de borging zijn banken en andere financiële instellingen bereid om leningen tegen een lagere rente af te sluiten met corporaties. Met de aan te trekken leningen kunnen de corporaties de prestatieafspraken realiseren. De aan te trekken leningen worden door de Delftse corporaties gebruikt om de afgesproken prestaties te realiseren. De achtervangovereenkomst is daarom gekoppeld aan de looptijd van de prestatieafspraken (2018-2023). Hiervoor verwachten zij xx miljoen euro aan nieuwe leningen en herfinancieringen nodig te hebben. Door het maximeren van de achtervang op dit bedrag wordt voorkomen dat de gemeente Delft voor een hoger bedrag borgt dan voor de uitvoering van de prestatieafspraken door de corporaties nodig is. In de afgesproken jaarlijkse cyclus van
prestatieafspraken (‘’jaarschijf’’) kan het investeringsprogramma van (een van) de corporaties wijzigen. Bij een herziening van de prestatieafspraken kan dan een nieuwe achtervang limiet worden vastgelegd.
Afgesproken is dat we de gemeente middels dit format twee maal per jaar informeren: bij het doen van een bod op de woonvisie (op basis van de dPi van een jaar eerder, eventueel geactualiseerd) en uiterlijk 15 december op basis van de dan ook in te dienen dPi. Dit jaar zal uiterlijk in december de eerste aanlevering plaatsvinden.
Naast de ontwikkeling van de achtervang en dekkingsgraad, worden ook de mutaties en de door de corporatie en gemeente benodigde acties in het overzicht opgenomen. Op basis hiervan is de gemeente tijdig geïnformeerd en kan het ondertekenen van eventuele documentatie snel gebeuren.
Bijlage 2: Stappenplan sloop/nieuwbouw en grootschalige renovatie
Door corporaties en gemeente te nemen stappen bij sloop of grote renovaties waarvoor moet worden verhuisd:
Beleidsmatig gezien is de basis voor sloop/nieuwbouw en grote renovaties het door de gemeenteraad vastgestelde woonbeleid. Hierin staan de kaders voor een woningmarkt die aansluit bij de woonwensen. In het verlengde hiervan worden door corporaties, huurdersorganisaties en gemeente prestatieafspraken gemaakt en hierbinnen ook de afspraken over voorgenomen sloop/nieuwbouw en renovaties.
Aangegeven kan hierbij worden dat het om wederzijdse voorspelbaarheid gaat, waarbij iedere betrokken partij zijn/haar rol op zorgvuldige wijze vervult.
Voorwaarde om tot sloop of renovatie over te kunnen gaan is de beschikbaarheid van een sloopreglement. Op basis van de woningwet dienen corporaties vanaf 1 januari 2017 te kunnen beschikken over een met de huurdersorganisatie en gemeente afgestemd sloopreglement. In dit reglement zijn rechten en plichten voor verhuurder en huurder opgenomen inzake sloop, renovatie en groot onderhoud.
In voorkomende gevallen kan na overleg door betreffende corporatie en gemeente in gezamenlijkheid worden besloten af te wijken van het onderstaande stappenplan.
TE NEMEN STAPPEN: | VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DE TE NEMEN STAP: |
1. eerste gesprekken met bewonersvertegen- woordiging van complex dat op nominatie voor sloop of renovatie staat | corporatie |
2. communicatie met bewoners (waarbij de Delfts Doen aanpak in overweging kan worden genomen) en melding in bestuurlijk overleg met gemeente en overige corporaties | corporatie |
3. corporatie en gemeente bespreken welke afweging is gemaakt voor een sloop of renovatieplan van afzonderlijk complex 🡪 bepalend zijn bouwkundige staat in relatie tot toekomstbestendigheid, of sociaal/maatschappelijke ontwikkelingen, prestatieafspraken en woonvisie (bij sloop vanwege slechte bouwkundige staat van de woningen wordt door de corporatie een recent bouwkundig onderzoek, uitgevoerd door een gerenommeerd bureau, overlegd) | corporatie |
4. voornemen afstemmen met overige sloop- en renovatieplannen in Delft en regio (met oog op slaagkansen bij met voorrang uitverhuizen) | gemeente |
5. bestuurders corporatie en gemeente spreken af of en welke vervolgstappen kunnen worden genomen | bestuurder corporatie |
6. aanvragen vergunning tijdelijke verhuur | corporatie |
7. besluit over verstrekken vergunning tijdelijke verhuur o.b.v. leegstandswet | gemeente |
8. informeren bewoners over tijdelijke verhuur | corporatie |
9. opstellen in samenspraak met bewoners van sociaal plan o.b.v. sloopreglement (indien binnen een jaar geen overeenstemming kan worden bereikt kan mediation worden ingeschakeld) *) | corporatie |
10. definitief sloop (nieuwbouw-), renovatie- of investeringsbesluit | corporatie |
11. melding aan gemeente definitief sloop (nieuwbouw-), renovatie- of investeringsbesluit | corporatie |
12. | |
13. innemen aanvragen voor urgentie/voorrangsverklaring | corporatie |
14. - afstemming met Toegang/WMO i.v.m. woonzoekvragen personen met beperking - bepalen verhuisprofielen - voorbereiden voorrangsverklaringen | gemeente/urgentiecommissie (DAV) |
15. aanvragen aanwijzing actiegebied als voorwaarde voor verhuizen met voorrang | corporatie |
16. besluit over aanwijzen actiegebied o.b.v. huisvestingsverordening gemeente Delft (art. 3) | gemeente (college van b en w) zie voorgaande punt? |
17. schriftelijk informeren bewoners over aanwijzen actiegebied en gelijktijdig verstrekken voorrangsverklaringen | gemeente en urgentiecommissie (DAV) en corporatie |
18. gezamenlijk persbericht | corporatie en gemeente |
*) als het ook met tussenkomst van een derde niet lukt kan de corporatie het sociaal plan eenzijdig vaststellen, nadat zij het wettelijk vereiste participatietraject heeft doorlopen.
vastgesteld tijdens het bestuurlijk overleg van corporaties en gemeente op 10 november 2017 aangepast op 20 maart 2018
aangepast op 6 juli 2018
aangepast op 22 november 2018
Bijlage 3: Convenanten en ander afspraken tussen gemeente en corporaties
Duurzaamheid:
- Convenant E-deal Voorhof-Oost Aardgasvrij
Leefbaarheid & veiligheid:
- Opdracht programma Buitenhof
- Convenant informatie-uitwisseling integrale aanpak van hennepkwekerijen (dec. 2011)
- Convenant Samenwerking tussen ketenpartners in de Veiligheidskamer Delft (dec. 2018)
Huisvesting kwetsbare groepen:
- Ontwikkelagenda Wonen en Zorg 2015-2018 (juni 2015)
- Afspraken m.b.t. woningtoewijzing aan kwetsbare groepen en woningtoewijzing aan groepen met een ‘bijzondere’ woningzoekvraag (april 2016)
DUWO:
- Convenant Grof xxxx Xxx Xxxxxxxxxxx (sept 2014)
- Convenant Grof Vuil C. Franckstraat en F. Lisztstraat (sept 2014)
- Convenant Grof Vuil E. du Perronlaan en R. Holstlaan (sept 2014)
- Convenant Grof Xxxx Xxxxxx xxx Xxxxxxxxxxx (sept 2014)
- Convenant Grof Xxxx Xxxxxxxx en Xxxxxxxxx xx Xxxxxx (xxxx 0000)
- Xxxxxxxxx Grof Xxxx Xxxxxxxxxxx (sept 2014) Woonbron
- Convenant Grof Vuil Poptahof (sept 2014)
- Convenant Grof Xxxx Xxxxxxxxxxx (sept 2014)
- Convenant Grof Vuil Hercules- en Vulcanusweg (sept 2014) Vidomes
- Convenant Grof Vuil Sterflats (sept 2014)
- Convenant Grof Vuil Debussystraat (sept 2014)
- Convenant Grof Xxxx Xxxxx xx Xxxxxxxxx (sept 2014)
Bijlage 4.A: Verkoopvijver Vestia gemeente Delft (postcode 4 cijfers)
Postcode (4 cijfers) | Aantal per postcode totale verkoopvijver | Aantal per postcode actieve verkoopvijver |
2611 | 23 | 15 |
2612 | 4 | 2 |
2613 | 18 | 15 |
2614 | 90 | 55 |
2616 | 1 | 1 |
2622 | 99 | 1 |
2623 | 2 | 2 |
2624 | 74 | 10 |
2625 | 25 | 0 |
2627 | 1 | 1 |
2628 | 29 | 27 |
2629 | 11 | 8 |
Totaal | 377 | 137 |
Bijlage 4.B: liberalisatievijver Vestia gemeente Delft (postcode 4 cijfers)
Postcode (4 cijfers) | Aantal per postcode liberalisatievijver |
2611 | 209 |
2612 | 170 |
2613 | 70 |
2614 | 82 |
2622 | 126 |
2624 | 29 |
2625 | 19 |
2627 | 14 |
2628 | 223 |
Totaal | 942 |
Bijlage 4.C: splitsingsvijver Vestia gemeente Delft (postcode 4 cijfers)
Postcode (4 cijfers) | Aantal per postcode liberalisatievijver |
2611 | 115 |
2612 | 102 |
2613 | 102 |
Totaal | 319 |