BURGERLIJKE
VIVIUM
BURGERLIJKE
AANSPRAKELIJKHEID VERENIGING
Referentie - VIV BA/03/01 – 506/05-2024
Vivium is een merk van P&V Verzekeringen CV
P&V Verzekeringen CV, Xxxxxxxxxxxxx 000, 0000 Xxxxxxx – xxx.xxxxxxx.xxxx/ – xxxx@xxxxxxx.xx – RPR Brussel –
BTW BE 0402.236.531 – IBAN XX00 0000 0000 0000 – BIC GKCBEBB – Verzekeringsonderneming toegelaten onder code 0058. Website xxx.xxxxxx.xx– Email : xxxx@xxxxxx.xx
Inhoudsopgave
Hoofdstuk1 De verzekering algemene burgerlijke aansprakelijkheid pg 4
Artikel 1 – Voorwerp van de verzekering pg 4
Artikel 2 – Gedekte aansprakelijkheid pg 4
Artikel 3 – Gedekte schade pg 4
Artikel 4 – Verzekeringsgebied pg 4
Artikel 5 – Bedrag van de waarborg pg 4
Artikel 6 – Vrijsteling pg 5
Artikel 7 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 5
Artikel 8 – Enkele bijzondere waarborgen pg 5
Artikel 9 – Beperkingen van de waarborg pg 5
Hoofdstuk 2 De verzekering burgerlijke aansprakelijkheid bij schade aan toevertrouwde goederen pg 8
Artikel 10 – Voorwerp van de verzekering pg 8
Artikel 11 – Gedekte aansprakelijkheid pg 8
Artikel 12 – Gedekte schade pg 8
Artikel 13 – Verzekeringsgebied pg 9
Artikel 14 – Bedrag van de waarborg pg 9
Artikel 15 – Vrijsteling pg 9
Artikel 16 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 9
Artikel 17 – Beperkingen van de waarborg pg 9
Hoofdstuk 3 De verzekering burgerlijke aansprakelijkheid na levering pg 9
Artikel 18 – Voorwerp van de verzekering pg 9
Artikel 19 – Gedekte aansprakelijkheid pg 10
Artikel 20 – Gedekte schade pg 10
Artikel 21 – Verzekeringsgebied pg 10
Artikel 22 – Bedrag van de waarborg pg 10
Artikel 23 – Vrijsteling pg 10
Artikel 24 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 10
Artikel 25 – Beperkingen van de waarborg pg 10
Hoofdstuk 4 Voorwaarden die gemeenschappelijk zijn aan de verzekeringen burgerlijke aansprakelijkheid pg 11
Artikel 26 – Reddingskosten, intresten en kosten pg 11
Artikel 27 – Beperkingen van de waarborg pg 12
Hoofdstuk 5 De verzekering rechtsbijstand pg 14
Omvang van de waarborg pg 14
Artikel 28 – Voorwerp van de verzekering pg 14
Artikel 29 – Uitbreiding tot andere begunstigden pg 16
Artikel 30 – Verzekeringsgebied pg 16
Artikel 31 – Bedrag van de waarborg pg 16
Artikel 32 – Geldigheid van de waarborg in de tijd pg 16
Artikel 33 – Drempel voor tussenkomst pg 16
Artikel 34 – Beperkingen van de waarborg pg 17
Wie doet wat bij een schadegeval? pg 18
Artikel 35 – Wat neemt de maatschappij ten laste? pg 18
Artikel 36 – Recht op minnelijke schikking pg 18
Artikel 37 – Tussenkomst van een advocaat pg 19
Artikel 38 – Tussenkomst van een technisch adviseur pg 19
Artikel 39 – Een meningsverschil tussen de maatschappij en de verzekerde pg 19
Hoofdstuk 6 De administratieve bepalingen pg 20
Bepalingen in verband met de premie pg 20
Artikel 40 – Betaling van de premie pg 20
Artikel 41 – Niet betaling van de premie pg 20
Bepalingen in verband met een schadegeval pg 21
Artikel 42 – Verplichtingen van de verzekerde pg 21
Artikel 43 – Leiding van het schadegeval pg 22
Artikel 44 – Niet-tegenstelbaarheid van bepaalde acties pg 22
Artikel 45 – Subrogatie pg 22
Artikel 46 – Verhaal pg 22
Bepalingen in verband met het verloop van de overeenkomst pg 23
Artikel 47 – De aanvang en de duur van de overeenkomst pg 23
Artikel 48 – Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden pg 23
Artikel 49 – Wijziging van de premie pg 24
Artikel 50 – Wijziging van het recht pg 24
Artikel 51 – Opzegging van de overeenkomst pg 24
Artikel 52 – Indexering pg 25
Artikel 53 – Informatieplicht van de verzekeringnemer pg 26
Artikel 54 – Verjaringstermijn pg 26
Artikel 55 – Faillissement van de verzekeringnemer pg 26
Artikel 56 – Overlijden van de verzekeringnemer pg 26
Artikel 57 – Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon pg 26
Artikel 58 – Bestemmelingen van de mededelingen en kennisgevingen pg 26
Artikel 59 – De bevoegde rechtsmacht pg 27
Artikel 60 – Hierarchie van de bepalingen in deze overeenkomst pg 27
Verklarende woordenlijst pg 27
Wettelijke vermeldingen pg 32
VIVIUM BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VERENIGING
HOOFDSTUK 1 DE VERZEKERING ALGEMENE BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID
Artikel 1 – Voorwerp van de verzekering
1. De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade aan derden toegebracht in het kader van de verzekerde activiteit.
2. De waarborg wordt verleend overeenkomstig de wettelijke minimale verzekeringsvoorwaarden voorzien in:
- het K.B. Privéleven van 12 januari 1984,
- de vrijwilligerswet,
- het vrijwilligersdecreet in het domein welzijn, volksgezondheid en gezin.
… in zover deze regelgeving op een gedekt schadegeval van toepassing is.
Artikel 2 – Gedekte aansprakelijkheid
De waarborg wordt verleend op basis van de aansprakelijkheidsregels volgens Belgisch en buitenlands recht zoals die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet.
De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele aansprakelijkheid.
De contractuele aansprakelijkheid is verzekerd voor zover deze voortvloeit uit een feit dat op zichzelf aanleiding kan geven tot buitencontractuele aansprakelijkheid. De waarborg is evenwel beperkt tot de vergoedingen die verschuldigd zouden zijn als aan de aansprakelijkheidsvordering een buitencontractuele grondslag was gegeven.
De maatschappij waarborgt eveneens de schade aan derden rechtstreeks of onrechtstreeks veroorzaakt door burenhinder op grond van artikel 3.101 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek.
Artikel 3 – Gedekte schade
De maatschappij waarborgt de vergoeding voor:
1. de lichamelijke schade, de materiële schade en de immateriële gevolgschade,
2. de zuiver immateriële schade die voortvloeit uit een voor de verzekeringnemer of zijn bestuurders plotse, onopzettelijke en onvoorzienbare gebeurtenis.
Blijft evenwel uitgesloten, de zuiver immateriële schade veroorzaakt door:
- burenhinder,
- een milieuaantasting,
- informatica.
Artikel 4 – Verzekeringsgebied
De verzekering is geldig in de hele wereld, in zover de verzekeringnemer zijn hoofdverblijfplaats of, indien hij een rechtspersoon is, zijn vestiging in België heeft.
Artikel 5 – Bedrag van de waarborg
1. De waarborg wordt verleend, per schadegeval, tot beloop van het in de bijzondere voorwaarden vermelde bedrag.
Een vergoedingsgrens kan van toepassing zijn op één of meerdere specifieke waarborgen, indien vermeld in de algemene of bijzondere voorwaarden.
Voor de zuiver immateriële schade en de schade veroorzaakt door informatica, geldt een vergoedingsgrens per schadegeval van
250.000 EUR. Voor de schade veroorzaakt door informatica geldt de vergoedingsgrens ook per verzekeringsjaar. Deze
vergoedingsgrens geldt niet voor lichamelijke schade.
2. Indien één van de in het artikel 1.2. vermelde regelgevingen op het schadegeval van toepassing is, wordt de waarborg verleend, per schadegeval, tot beloop van 31.325.475,19 EUR voor de lichamelijke schade, en tot 1.566.273,75 EUR voor de materiële schade. Deze bedragen zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. Ze wijzigen overeenkomstig artikel
52. Het basisindexcijfer is dit van december 2023, d.w.z. 129,45 (basis 2013=100).
Artikel 6 – Vrijstelling
Een vrijstelling per schadegeval vermeld in de bijzondere voorwaarden wordt ingehouden op het bedrag van de schade (behoudens voor lichamelijke schade).
Indien één van de in het artikel 1.2. vermelde regelgevingen op het schadegeval van toepassing is, bedraagt de vrijstelling 313,24 EUR. Dit bedrag is gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. Het wijzigt overeenkomstig de bepalingen van artikel
52. Het basisindexcijfer is dit van december 2023, d.i. 129,45 (basis 100 in 2013).
Artikel 7 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
De waarborg is verworven voor zover de schade zich binnen de geldigheidsduur van de waarborg voordeed. De waarborg blijft verworven voor vorderingen die na de looptijd van de waarborg worden ingediend.
Artikel 8 – Enkele bijzondere waarborgen
1. Milieuaantasting
De maatschappij waarborgt de schade aan derden die rechtstreeks of onrechtstreeks veroorzaakt wordt door een milieuaantasting die het gevolg is van een plotse, onopzettelijke en onvoorziene gebeurtenis in hoofde van de verzekeringnemer en van zijn bestuurders.
De maatschappij waarborgt geen schade voortvloeiend uit een milieuaantasting die het gevolg is van een inbreuk op de wetten en reglementeringen inzake de bescherming van het leefmilieu.
2. Burenhinder
De maatschappij waarborgt de schade aan derden die rechtstreeks of onrechtstreeks wordt veroorzaakt door bovenmatige burenhinder die de verzekerde kan ten laste gelegd worden met betrekking tot de in België gelegen onroerende goederen die voor de verzekerde activiteit worden gebruikt, in zover de schade het gevolg is van een plotse, onopzettelijke en onvoorziene gebeurtenis in hoofde van de verzekeringnemer of zijn bestuurders.
Indien de burenhinder tegelijkertijd een milieuaantasting is, zijn de beperkingen van artikel 8.1 ook van toepassing. Is evenwel niet verzekerd:
- de aansprakelijkheid voor burenhinder die uitsluitend voortvloeit uit een contractuele verbintenis die de verzekerde is aangegaan,
- de kosten om bovenmatige burenhinder te voorkomen overeenkomstig artikel 3.102 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek.
3. Water, vuur, rook, brand, ontploffing of implosie
1. De maatschappij waarborgt de schade aan derden veroorzaakt door water, vuur, rook, brand, ontploffing of implosie.
2. Is evenwel niet verzekerd:
a. de schade die normaal verzekerbaar is door de waarborg “verhaal van derden” in een brandverzekering.
Deze uitsluiting geldt echter niet voor schade veroorzaakt in hotels of gelijkaardige logementshuizen die door de verzekerden worden betrokken tijdens een tijdelijk (maximum 30 opeenvolgende dagen) of toevallig verblijf in het kader van de verzekerde activiteiten.
b. de schade aan gebouwen (en hun inhoud) die de verzekerden gebruiken of huren.
Deze uitsluiting geldt echter niet voor schade veroorzaakt door water, vuur, rook, brand, ontploffing of implosie, aan gebouwen, infrastructuren, installaties en tenten (en aan hun inhoud) die de verzekerden tijdelijk (maximum 30 opeenvolgende dagen) gebruiken of huren in het kader van de verzekerde activiteit, met inbegrip van hotelkamers of gelijkaardige logementshuizen.
3. Indien de de schade veroorzaakt door water, vuur, rook, brand, ontploffing of implosie tegelijkertijd een milieuaantasting is, zijn de beperkingen van artikel 8.1 ook van toepassing.
4. Materieel
De maatschappij waarborgt de schade aan derden veroorzaakt door het materieel dat behoort tot de normale uitrusting die noodzakelijk is voor het uitoefenen van de verzekerde activiteiten, met uitsluiting van onroerende goederen.
Is onder meer verzekerd, de schade veroorzaakt door:
- de gewone onderhouds- en herstellingswerken van het materieel,
- het materieel dat occasioneel ter beschikking gesteld wordt van derden. De waarborg geldt evenwel niet voor materieel dat verhuurd wordt, in leasing gegeven wordt of op proef ter beschikking gesteld wordt,
- publiciteitsmaterieel voor de aankondiging van de verzekerde activiteiten.
5. Onroerende goederen
De maatschappij waarborgt de schade aan derden veroorzaakt door de onroerende goederen in België (m.i.v. lichtreclames, reclameborden en zonnepanelen die er op bevestigd zijn), die de verzekerden gebruiken in het kader van de verzekerde activiteit.
Is onder meer verzekerd, de schade veroorzaakt door:
- de liften in zover deze beantwoorden aan de op het ogenblik van het schadegeval geldende reglementering m.b.t. de beveiliging en het onderhoud,
- de gewone onderhouds- en herstellingswerken van de gebouwen.
6. Verplaatsingen
De maatschappij waarborgt de schade aan derden veroorzaakt door en tijdens verplaatsingen in het kader van de verzekerde activiteit, m.i.v. verplaatsingen met behulp van elektrische fietsen, speed pedelecs en gemotoriseerde voortbewegingstoestellen, zonder afbreuk aan de uitsluiting vermeld in artikel 27.5.
7. De aansprakelijkheid als opdrachtgever
De maatschappij waarborgt de aansprakelijkheid van de verzekeringnemer in zijn hoedanigheid van aansteller, voor de schade aan derden veroorzaakt door motorrijtuigen die zijn aangestelden gebruiken voor de uitvoering van hun dienst, in zover die geen eigendom zijn van de verzekeringnemer noch door deze laatste ter beschikking werden gesteld, en:
- waarvoor geen verzekering burgerlijke aansprakelijkheid inzake motorrijtuigen bestaat, of
- in het geval de verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid inzake motorrijtuigen van de aangestelde verhaal uitoefent tegen de
verzekeringnemer.
De maatschappij waarborgt niet de persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder of van ieder ander betrokken persoon noch de schade aan het motorrijtuig.
Bij een schadegeval dat onder toepassing valt van de wet van 21.11.1989 inzake de verplichte aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen, verleent de maatschappij waarborg op basis van het KB van 16 april 2018 tot vaststelling van de voorwaarden van de verzekeringsovereenkomsten tot dekking van de verplichte aansprakelijkheid inzake motorrijtuigen.
Voor schade die voortvloeit uit lichamelijke schade, is de waarborg onbeperkt. Voor stoffelijke schade wordt de waarborg beperkt tot 100 miljoen EUR per schadegeval. De voornoemde bedragen worden geïndexeerd overeenkomstig artikel 3, §4 van de hierboven geciteerde wet.
Evenwel, vanaf de inwerkingtreding van het KB bedoeld in artikel 3, § 2, derde lid van de hierboven geciteerde wet, zal de waarborg voor het geheel van lichamelijke en stoffelijke schade beperkt worden tot één bedrag vermeld in dat koninklijk besluit.
8. Parkings en fietsstallingen
De maatschappij waarborgt de schade aan voertuigen van derden (m.i.v. de personeelsleden), al dan niet gemotoriseerd, die gestald zijn in de installaties, parkings of fietsstallingen van de verzekeringnemer.
De waarborg geldt ook:
- wanneer deze voertuigen worden verplaatst door aangestelden van de verzekeringnemer,
- in geval van diefstal of ontvreemding van deze voertuigen.
9. Informatica
De maatschappij waarborgt de schade aan derden die rechtstreeks of onrechtstreeks veroorzaakt wordt door het gebruik van
informatica in het kader van de verzekerde activiteit.
Deze waarborg omvat eveneens de schade aan derden veroorzaakt door het beheer van een website of emailadres van een verzekerde, mits die schade het gevolg is van een onbevoegde toegang tot of het onbevoegd gebruik van zijn elektronisch systeem of programma, bijvoorbeeld bij schade door computervirussen of misbruik van persoonsgegevens.
De waarborg wordt verleend in zover de verzekeringnemer bewijst dat, op het ogenblik van het schadegeval, de veiligheidsmaatregelen van zijn elektronisch systeem of programma (ondermeer het anti-virusprogramma), voor een in de materie onderlegd persoon, beantwoorden aan een algemeen aanvaard en in het specifiek domein toepasselijk beveiligingsniveau.
Schade door gekende virussen waarvoor op het ogenblik van het schadegeval een gepast beveiligingssysteem bestond, blijven steeds uitgesloten.
10. Vrijwilligerswerk
De maatschappij waarborgt de verzekeringnemer, wanneer deze aansprakelijkheid wordt gesteld voor de schade aan derden die veroorzaakt wordt door zijn vrijwilligers, in het kader van de verzekerde activiteit, overeenkomstig de vrijwilligerswet of het vrijwilligersdecreet in het domein welzijn, volksgezondheid en gezin, in het geval de ene dan wel de andere van toepassing is.
De maatschappij waarborgt eveneens de persoonlijke aansprakelijkheid van de verzekerde vrijwilligers voor de schade aan derden die zij veroorzaken in de uitvoering van vrijwilligerswerk voor rekening van de verzekeringnemer overeenkomstig het K.B. Privéleven van 12 januari 1984.
11. Voedselvergiftiging en allergenen
De maatschappij waarborgt de schade aan derden veroorzaakt door:
- voedselvergiftiging of de aanwezigheid van vreemde voorwerpen in voedsel,
- een vergissing in de informatie overeenkomstig de geldende reglementering inzake mededelingen van bepaalde stoffen en producten die allergieën of intoleranties veroorzaken voor niet-voorverpakte levensmiddelen.
Artikel 9 – Beperkingen van de waarborg
Zonder afbreuk aan de bepalingen van artikel 27, waarborgt de maatschappij geen: A schade aan derden veroorzaakt door:
1. gebouwen ter gelegenheid van de opbouw, wederopbouw, aanpassingswerken of afbraak,
2. het gebruik van zeilboten van meer dan 300 kg, van motorboten van meer dan 10 CV DIN, en van jet-ski’s,
3. het beoefenen van de jacht alsmede de wildschade,
4. grondverschuiving (deze uitsluiting geldt niet voor lichamelijke schade),
5. andere dieren dan huisdieren, evenals door rijpaarden waarvan de verzekerde eigenaar is,
6. het beoefenen van modelluchtvaart waarvoor een wettelijk verplichte aansprakelijkheidsverzekering moet worden afgesloten,
7. het gebruik van luchtvaartuigen (behoudens als passagier).
Is evenwel verzekerd, het recreatief gebruik van een drone in de categorie “open” in de zin van de uitvoeringsverordening (EU) 2019/947, met een maximale startmassa tot één kg, in het luchtruim van de landen van de Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk, IJsland, Noorwegen en Liechtenstein, voor zover:
- er wordt gevlogen op een veilige afstand van mensen, en zeker niet boven bijeenkomsten, en niet hoger dan 120 meter,
- er niet wordt gevlogen in door de overheid verboden zones, in het bijzonder boven of in een straal van 3 km rond een luchthaven, een militair of burgerlijk luchtvaartterrein, een industrieel complex, een gevangenis, LNG-terminals, nucleaire installaties,
- er voortdurend oogcontact is met de drone.
B. schade aan roerende en onroerende goederen en dieren van derden, die de verzekerde onder zijn bewaring heeft of die hem zijn toevertrouwd.
C. schade aan derden veroorzaakt door producten na de levering of door werken na de uitvoering.
HOOFDSTUK 2 DE VERZEKERING BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID BIJ SCHADE AAN TOEVERTROUWDE GOEDEREN
Deze verzekering is enkel verworven indien deze vermeld is in de bijzondere voorwaarden
Artikel 10 – Voorwerp van de verzekering schade aan toevertrouwde goederen
De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade toegebracht aan goederen, toebehorend aan derden, gedurende de periode waarin die hem zijn toevertrouwd in het kader van de verzekerde activiteit:
1. om het voorwerp uit te maken van een werk.
Voor werken die bij derden worden uitgevoerd, wordt alleen het gedeelte van het goed waaraan werkelijk gewerkt wordt op het ogenblik van het schadegeval beschouwd als toevertrouwd goed. Het andere gedeelte wordt vergoed op basis van de voorwaarden voorzien in hoofdstuk I (algemene burgerlijke aansprakelijkheid).
2. om er occasioneel en tijdelijk mee te werken of te gebruiken (gedurende maximum 30 opeenvolgende dagen ter beschikking van de verzekerde),
3. om het tijdelijk te bewaren (gedurende maximum 30 opeenvolgende dagen ter beschikking van de verzekerde),
4. in uitbreiding aan artikel 8.3, de schade (andere dan deze veroorzaakt door water, vuur, rook, brand, ontploffing of implosie) aan gebouwen, infrastructuren, installaties en tenten (en aan hun inhoud) die de verzekerden tijdelijk (maximum 30 opeenvolgende dagen) gebruiken of huren in het kader van de verzekerde activiteit, met inbegrip van schade aan hotelkamers of gelijkaardige logementshuizen.
Artikel 11 – Gedekte aansprakelijkheid
De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele en de contractuele aansprakelijkheid naar Belgisch en buitenlands recht volgens de aansprakelijkheidsregels die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet.
Artikel 12 – Gedekte schade
De maatschappij waarborgt de materiële schade en de immateriële gevolgschade.
Artikel 13– Verzekeringsgebied
De waarborg geldt over de hele wereld voor zover de verzekeringnemer zijn hoofdverblijfplaats of, indien hij een rechtspersoon is, zijn vestiging in België heeft.
Artikel 14 – Bedrag van de waarborg
De waarborg wordt verleend, per schadegeval, tot beloop van het in de bijzondere voorwaarden vermelde bedrag.
Artikel 15 – Vrijstelling
Een vrijstelling per schadegeval vermeld in de bijzondere voorwaarden wordt ingehouden op het bedrag van de schade.
Indien één van de in het artikel 1.2. vermelde regelgevingen op het schadegeval van toepassing is, bedraagt de vrijstelling 313,24 EUR. Dit bedrag is gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. Het wijzigt overeenkomstig de bepalingen van artikel
52. Het basisindexcijfer is dit van december 2023, d.i. 129,45 (basis 100 in 2013).
Artikel 16 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
De waarborg is verworven voor zover de schade zich binnen de geldigheidsduur van de waarborg voordeed. De waarborg blijft verworven voor vorderingen die na de looptijd van de waarborg worden ingediend.
Artikel 17 – Beperkingen van de waarborg
Zonder afbreuk aan de bepalingen van artikel 27, waarborgt de maatschappij geen:
1. voorzienbare en geleidelijke aantasting van het toevertrouwd goed,
2. louter esthetische schade,
3. schade die haar oorsprong niet vindt buiten het toevertrouwd goed zelf,
4. schade die normaal verzekerbaar is in een brandpolis, zonder afbreuk aan artikel 8.3,
5. diefstal, ontvreemding, verlies, verdwijning of tekorten van het toevertrouwd goed,
6. schade aan gemotoriseerde transportmiddelen (o.a. motorvoertuigen, motorboten, jetski’s, luchtvaartuigen). Is evenwel verzekerd, de schade aan elektrische fietsen, speedpedelecs, gemotorsieerde voortbewegingstoestellen en gemotoriseerde rolstoelen bestemd voor personen met een lichamelijke handicap.
7. schade aan gebouwen of gedeelten van gebouwen waarvan de verzekerden huurders of gebruikers zijn, evenals aan de roerende goederen die er zich in bevinden, zonder afbreuk aan artikel 10.4,
8. waardevolle voorwerpen, munten, geld, waardepapieren, kunstwerken, juwelen, diamanten, edelstenen, voorwerpen in edel metaal,
9. schade aan geleasde of gehuurde goederen, zonder afbreuk aan artikel 10.2 en 10.4,
10 schade aan goederen die aan een verzekerde werden toevertrouwd om een andere reden dan deze vermeld in artikel 10
(vb. om te worden verkocht, om te worden tentoon gesteld,…),
11 schade door het persoonlijk gebruik van de toevertrouwde goederen, d.w.z. buiten het kader van de verzekerde activiteiten, 12 schade aan produkten die door een verzekerde werden vervaardigd, verkocht of geleverd, tijdens de eerste levering of
plaatsing van deze produkten.
HOOFDSTUK 3 DE VERZEKERING BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID NA LEVERING
Artikel 18 – Voorwerp van de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid na levering
De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade veroorzaakt aan derden in het kader van de verzekerde activiteit, door producten na de levering of door werken na de uitvoering.
Onder levering van producten of uitvoering van werken wordt verstaan de feitelijke, zelfs gedeeltelijke aflevering of overdracht van de werken of producten aan een derde, zelfs indien de producten of werken nog niet werden aanvaard.
Artikel 19 – Gedekte aansprakelijkheid
De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele en de contractuele aansprakelijkheid naar Belgisch en buitenlands recht volgens de aansprakelijkheidsregels die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet, inbegrepen de burgerlijke aansprakelijkheid krachtens de Europese Richtlijn van 25 juli 1985 inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken en zijn omzetting in de wetgevingen van de lidstaten.
Artikel 20– Gedekte schade
De maatschappij waarborgt de vergoeding voor lichamelijke schade, de materiële schade en de immateriële gevolgschade. De
zuiver immateriële schade is niet verzekerd.
Artikel 21 – Verzekeringsgebied
De waarborg geldt over de hele wereld voor de producten of werken die worden geleverd of uitgevoerd door een
verzekeringnemer die zijn hoofdverblijfplaats in België heeft, of, indien hij een rechtspersoon is, door zijn vestiging in België.
Zijn evenwel uitgesloten, producten welke met kennis van de verzekerde, bestemd zijn voor of uitgevoerd worden naar de USA of naar Canada, evenals werken die in de USA of Canada worden uitgevoerd. Deze uitsluiting geldt eveneens voor schadegevallen onder het recht of in uitvoering van het recht van de USA en Canada waar ook ter wereld.
Artikel 22 – Bedrag van de waarborg
1. De waarborg wordt verleend, per schadegeval en per verzekeringsjaar, tot beloop van het in de bijzondere voorwaarden vermelde bedrag.
2. Indien één van de in het artikel 1.2. vermelde regelgevingen op het schadegeval van toepassing is, wordt de waarborg verleend, per schadegeval, tot beloop van 31.325.475,19 EUR voor de lichamelijke schade, en tot 1.566.273,75 EUR voor de materiële schade. Deze bedragen zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. Ze wijzigen overeenkomstig artikel
52. Het basisindexcijfer is dit van december 2023, d.w.z. 129,45 (basis 2013=100).
Artikel 23 – Vrijstelling
Een vrijstelling per schadegeval vermeld in de bijzondere voorwaarden wordt ingehouden op het bedrag van de schade (behoudens de lichamelijke schade).
Indien één van de in het artikel 1.2. vermelde regelgevingen op het schadegeval van toepassing is, bedraagt de vrijstelling 313,24 EUR. Dit bedrag is gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. Het wijzigt overeenkomstig de bepalingen van artikel
52. Het basisindexcijfer is dit van december 2023, d.i. 129,45 (basis 100 in 2013).
Artikel 24 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
De waarborg is verworven voor zover de schade zich binnen de geldigheidsduur van de waarborg voordeed. De waarborg blijft verworven voor vorderingen die na de looptijd van de waarborg worden ingediend.
Artikel 25 – Beperkingen van de waarborg
Zonder afbreuk aan de bepalingen van artikel 27, waarborgt de maatschappij geen:
1. schade aan de door de verzekerde geleverde gebrekkige producten of aan de door hem uitgevoerde gebrekkige werken (of de producten of werken waarvan vermoed wordt dat ze gebrekkig zijn).
Zijn evenmin gewaarborgd, de opsporingskosten evenals de kosten om deze producten of werken te onderzoeken, te herstellen, te verbeteren, te demonteren, te vervangen of opnieuw uit te voeren, evenals de schade die daardoor noodzakelijkerwijs wordt veroorzaakt.
Wanneer het geleverde gebrekkig product of het uitgevoerde gebrekkig werk onlosmakelijk verbonden is met een ander product of werk van een derde, dan is de schade die door het gebrek van het door de verzekerde geleverde product of uitgevoerde werk wordt veroorzaakt aan het nieuw samengesteld product of aan het werk van de derde, verzekerd. De schade aan het door de verzekerde geleverd product of uitgevoerde werk evenals de kosten beschreven in de vorige alinea blijven uitgesloten.
2. kosten voor het terugroepen van de door de verzekerde geleverde gebrekkige producten (of waarvan vermoed wordt dat ze gebrekkig zijn). Deze uitsluiting doet geen afbreuk aan artikel 26 (reddingskosten overeenkomstig artikel 106 van de Wet).
3. schade die louter voortvloeit uit het feit dat de geleverde producten of uitgevoerde werken niet aan het doel beantwoorden of niet de functie vervullen waarvoor ze bestemd waren, zoals onder meer het niet voldoen aan de specificaties op het vlak van rendement, efficiëntie, geschiktheid, duurzaamheid of kwaliteit.
De waarborg blijft evenwel verworven indien de verzekerde bewijst dat deze schade uitsluitend te wijten is aan een materiële fout begaan in de uitvoering of de fabricage (en niet aan een intellectuele vergissing in de keuze van de fabricatienormen of – procedures of aan de conceptie zelf), én voor zover deze materiële fout effectief een gedekte schade heeft veroorzaakt.
In dat geval wordt waarborg verleend, per schadegeval en per verzekeringsjaar:
- voor de lichamelijke schade: tot beloop van het bedrag van de waarborg voor lichamelijke schade,
- voor de materiële schade en de immateriële gevolgschade, tot beloop van 10% van het bedrag van de waarborg voor materiële schade (zonder dat deze vergoedingsgrens minder bedraagt dan 150.000 EUR), na aftrek van de vrijstelling per schadegeval die minstens 10% van de schade bedraagt, met een minimum van 2.500 EUR en een maximum van 12.500 EUR.
4. schade die voortvloeit uit een gebrek dat bij levering van het product of bij uitvoering van het werk gekend was door of zichtbaar was voor de verzekeringnemer of zijn bestuurders.
5. schade veroorzaakt door producten geleverd of werken uitgevoerd voor de werking, de bouw, de uitrusting of de exploitatie van luchtvaartuigen, ruimtetuigen, schepen of gelijk welke andere drijvende constructies, spoorrijtuigen, nucleaire en offshore installaties, die bij aanwending in deze bedrijfstakken aan terzake specifieke vereisten moeten voldoen.
6. schade die voortvloeit uit het niet of onvoldoende onderwerpen van de producten aan de gebruikelijke tests en controles voor hun levering.
HOOFDSTUK 4 – BEPALINGEN DIE GEMEENSCHAPPELIJK ZIJN AAN DE VERZEKERINGEN BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID (HOOFDSTUK 1,2 en 3)
Artikel 26 – Reddingskosten, intresten en kosten
De maatschappij neemt eveneens ten laste, en dit zelfs boven de verzekerde bedragen:
- de reddingskosten bestemd om schade gedekt door deze overeenkomst te voorkomen of te beperken,
- de intresten op de in hoofdsom verschuldigde schadevergoeding,
- de kosten betreffende de burgerlijke rechtsvorderingen evenals de erelonen en kosten van advocaten en experten, doch enkel indien deze kosten door haar of met haar toestemming werden gemaakt of, in geval van belangenconflict dat niet aan de verzekerde toe te schrijven is, voorzover deze kosten niet op onredelijke wijze zijn gemaakt.
De tussenkomst van de maatschappij in de intresten en de kosten gebeurt in de verhouding tussen het bedrag van de waarborg en de totale geldelijke vergoeding waartoe de verzekerde gehouden is.
Boven het verzekerd bedrag van de waarborg is de tussenkomst van de maatschappij, in de reddingskosten enerzijds en de intresten en de kosten anderzijds, als volgt beperkt:
- tot 495.787,05 EUR indien het verzekerd bedrag van de waarborg lager is dan of gelijk aan 2.478.935,25 EUR,
- tot 495.787,05 EUR plus 20% van het gedeelte van het verzekerd bedrag van de waarborg dat tussen 2.478.935,25 EUR en 12.394.676,24 EUR ligt,
- tot 2.478.935,25 EUR plus 10% van het gedeelte van het verzekerd bedrag van de waarborg dat boven 12.394.676,24 EUR ligt, met een maximumtussenkomst van 9.915.740,99 EUR.
Deze bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Ze wijzigen overeenkomstig artikel 52. Het basisindexcijfer is dit van november 1992, d.i. 113,77 (basis 1988 = 100).
Artikel 27 – Beperkingen van de waarborg
Zonder afbreuk aan de artikels 9, 17 en 25, waarborgt de maatschappij geen schade voortloeiend uit:
1. opzet van een verzekerde.
- Blijft evenwel verzekerd, de schade voortvloeiend uit opzet van een verzekerde die jonger is dan 16 jaar.
De maatschappij waarborgt de burgerlijke aansprakelijkheid van de ouders, adoptanten, voogden of pleegzorgers die aansprakelijk zijn voor de minderjarige verzekerden die de schade opzettelijk hebben veroorzaakt (tenzij eerstgenoemden zelf deelachtig waren aan deze opzettelijke feiten). De maatschappij kan dan verhaal uitoefenen tegen de veroorzaker van de schade:
- indien haar netto-uitgaven niet hoger zijn dan 11.000 EUR: integraal,
- indien haar netto-uitgaven hoger zijn dan 11.000 EUR; tot beloop van 11.000 EUR verhoogd met de helft van het gedeelte dat het bedrag van 11.000 EUR overschrijdt, zonder meer te bedragen dan 31.000 EUR.
- Indien de verzekerde die de schade opzettelijk heeft veroorzaakt niet de verzekeringnemer noch een bestuurder is, blijft de waarborg evenwel verworven aan de verzekeringnemer en zijn bestuurders in zover de feiten plaats vonden zonder hun toestemming of medeweten. De vrijstelling bedraagt in dat geval minstens 2.500 EUR per schadegeval. Bij diefstal, ontvreemding, verduistering of fraude is het verzekerd bedrag bovendien beperkt tot 25.000 EUR per schadegeval.
De maatschappij kan verhaal uitoefenen tegen de verzekerde die de schade opzettelijk heeft veroorzaakt.
2. grove schuld van een verzekerde.
Onder grove schuld wordt verstaan:
a. dronkenschap of een gelijkaardige toestand als gevolg van het gebruik van alcoholische dranken of andere verdovende of bewustzijnsbeïnvloedende middelen,
b. gewelddaden jegens personen of kwaadwillige beschadiging of ontvreemding van goederen,
c. roekeloze en duidelijk gevaarlijke daden, zoals vechtpartijen, ordeverstoring, weddenschappen en uitdagingen, tenzij de verzekerde aantoont dat hij er niet actief aan heeft deelgenomen en hij niet de aanstoker of uitdager was.
Blijft evenwel verzekerd, de schade voortvloeiend uit grove schuld van een verzekerde die jonger is dan 16 jaar.
De maatschappij waarborgt de burgerlijke aansprakelijkheid van de ouders, adoptanten, voogden of pleegzorgers die burgerlijk aansprakelijk zijn voor de minderjarige verzekerden die de schade door hun grove schuld hebben veroorzaakt (tenzij ze zelf deelachtig waren aan deze grove schuld). In dit geval kan de maatschappij verhaal uitoefenen tegen de veroorzaker van deze schade:
- indien haar netto-uitgaven niet hoger zijn dan 11.000 EUR: integraal,
- indien haar netto-uitgaven hoger zijn dan 11.000 EUR; tot beloop van 11.000 EUR verhoogd met de helft van het gedeelte dat het bedrag van 11.000 EUR overschrijdt, zonder meer te bedragen dan 31.000 EUR.
Indien de verzekerde die de schade door zijn grove schuld heeft veroorzaakt niet de verzekeringnemer noch een bestuurder is, blijft de waarborg evenwel verworven aan de verzekeringnemer en zijn bestuurders in zover de feiten plaats vonden zonder hun medeweten. De maatschappij kan verhaal uitoefenen tegen de verzekerde die de schade door zijn grove schuld heeft veroorzaakt.
3. oorlog, burgeroorlog, oproer of collectieve gewelddaden al dan niet met verzet tegen de overheid, en gelijkaardige gebeurtenissen, evenals schade die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van terrorisme,
4. radioactiviteit, onder meer:
- wapens of tuigen die bestemd zijn te ontploffen door een structuurwijziging van de atoomkern,
- kernbrandstof, radioactief producten of radioactief afval,
- elke andere bron van ioniserende stralingen.
5. een aansprakelijkheid waarvoor een wettelijke verzekeringsplicht geldt, onder meer de verplichte aansprakelijkheids- verzekering voor motorrijtuigen.
- Nochtans is deze uitsluiting niet van toepassing op de schade veroorzaakt door verzekerden die, buiten het medeweten van hun ouders, adoptanten, voogden of pleegzorgers die hen onder hun hoede hebben of van de houder van het voertuig, een motor- of spoorvoertuig besturen zonder hiervoor de wettelijke vereiste leeftijd te hebben.
De maatschappij waarborgt eveneens de materiële schade aan het gebruikte vervoermiddel indien dit toebehoort aan de verzekeringnemer of aan de ouders, adoptanten, voogden of pleegzorgers van de aansprakelijke verzekerde, of aan de houder van het voertuig.
- De burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekerde waarvoor een wettelijke verzekeringsplicht geldt krachtens de
vrijwilligerswet en het vrijwilligersdecreet in het domein welzijn, volksgezondheid en gezin, is evenwel verzekerd.
6. asbest of elk product dat asbest bevat, onder om het even welke vorm en in om het even welke hoeveelheid, in zover de schade het gevolg is van de schadelijke eigenschappen van asbest,
7. gebouwen die bouwvallig zijn, tenzij de verzekerde aantoont dat de nodige voorzorgsmaaatregelen werden genomen om schade te voorkomen.
8. een milieuaantasting in de zin van de Europese richtlijn 2004/35/EG van 21 april 2004 en de omzetting ervan door de lidstaten, betreffende milieuaansprakelijkheid m.b.t. het voorkomen en herstellen van milieuschade.
9. elektromagnetische velden, genetisch gemanipuleerde organismen, prionziekten, explosieven (vuurwerk inbegrepen) of vuurwapens,
10. een schadegeval dat onder toepassing valt van de wet van 30 juli 1979 inzake de objectieve aansprakelijkheid voor brand en ontploffing,
11. bijzondere contractuele verbintenissen aangegaan door een verzekerde die zijn burgerrechtelijke aansprakelijkheid zoals die voortvloeit uit de wettelijke teksten verzwaren, zoals o.a.:
- waarborgen, uitvoeringstermijnen of boetebedingen,
- de ten lastenneming van de aansprakelijkheid ingevolge andermans daden (zonder afbreuk aan artikel xx en xx),
- een afstand van verhaal toegestaan door de verzekerde, tenzij de maatschappij hiermee uitdrukkelijk heeft ingestemd.
12. de gehele of gedeeltelijke niet-uitvoering, de onjuiste of de laattijdige uitvoering van contractuele verbintenissen, daaronder begrepen:
- de gevolgen van het niet respecteren van een verplichting om eender welke verzekeringsovereenkomst af te sluiten of in stand te houden of om een borgstelling neer te leggen,
- de opgelopen vertraging in de uitvoering van een opdracht of een prestatie,
- de gemaakte kosten om een slecht uitgevoerde prestatie te herbeginnen of te verbeteren.
13. een beheersfout begaan door de bestuurders van de verzekerde vereniging, in hun hoedanigheid van bestuurder, indien hun aansprakelijkheid wordt weerhouden uit hoofde van het wetboek van vennootschappen en verenigingen of van gelijkaardige wetten.
14. een cyber incident (zonder afbreuk aan artikel 8.9)
15. het organiseren of beoefenen van de hierna genoemde sporten:
- alle luchtsporten (o.a. ULM, luchtballon, zweefvliegen, delta-plane, parapente, parachutisme, …),
- wedstrijden voor motorrijtuigen (inclusief quads) en motorvaartuigen, alsook de voorbereidingen ervan. Blijft evenwel verzekerd, het occasioneel en recreatief beoefenen van karting, georganiseerd door de verzekeringnemer in het kader van zijn socio-culturele activiteiten,
- wielerwedstrijden, alsook de voorbereidingen ervan,
- paardenraces, alsook de voorbereidingen ervan,
- alpinisme, rotsklimmen (behoudens op een klimmuur), speleologie, bobslee (inclusief skeleton), schansspringen,
- krijgs- en gevechtssporten met de bedoeling de tegenstander fysisch te raken (full contact sporten), onder meer boksen, kickboksen, taekwondo, thaiboksen,…
- benjispringen, ropeswing, death-ride, canyoning en rafting,
- schieten met vuurwapens,
- duiken in open water.
16. immateriële schade die het gevolg is van een niet gedekte schade.
17. gerechtelijke, transactionele, administratieve of economische boetes, de schadevergoeding die als strafmaatregel of afschrikmiddel wordt toegepast zoals de zogenaamde "punitive" of "exemplary damages", en de kosten van strafvervolging, zijn ook niet verzekerd.
HOOFDSTUK 5 DE VERZEKERING RECHTSBIJSTAND
Deze verzekering is enkel verworven indien deze vermeld is in de bijzondere voorwaarden.
De schadegevallen worden beheerd door Arces.
De bepalingen van de andere hoofdstukken van deze overeenkomst zijn van toepassing op de waarborg rechtsbijstand voor zover ze niet in strijd zijn met de specifieke bepalingen van dit hoofdstuk.
OMVANG VAN DE WAARBORG
Artikel 28 – Voorwerp van de verzekering rechtsbijstand
De verzekering rechtsbijstand heeft tot doel rechtsbijstand aan te bieden bij schadegevallen die de verzekerde treffen in het kader van de verzekerde activiteiten. De verzekerde materies zijn:
1. De strafrechtelijke verdediging
Bij een schadegeval dat gewaarborgd is in de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid neemt de maatschappij de strafrechtelijke verdediging van de verzekerde ten laste, wanneer hij wordt vervolgd wegens inbreuk op wetten, besluiten, decreten en / of reglementen.
De maatschappij neemt eveneens de kosten en erelonen van een advocaat ten laste voor een verhoor van een minderjarige verzekerde bij toepassing van de Salduz Wet, tot beloop van 500 € per schadegeval. Dit bedrag is vervat in het verzekerd bedrag voor de verdediging in strafzaken.
2. Het buitencontractueel burgerlijk verhaal
Wanneer een verzekerde lichamelijke of materiële schade lijdt, waarbij naar Belgisch of naar buitenlands recht de buitencontractuele aansprakelijkheid van een derde in het gedrang komt of die derde een wettelijke vergoedingsplicht heeft, zal de maatschappij de nodige rechtsmiddelen aanwenden om een schadevergoeding te bekomen van de aansprakelijke derde of diens verzekeraar.
3. Contractuele geschillen met de verzekeraar “burgerlijke aansprakelijkheid”
De maatschappij verleent bijstand wanneer zich een contractueel geschil voordoet over de interpretatie of de toepassing van de hoofdstukken 1 t.e.m. 4 van de algemene voorwaarden (burgerlijke aansprakelijkheid) van deze overeenkomst.
4. Administratieve bijstand bij opzettelijke gewelddaden
De maatschappij verleent administratieve bijstand om de noodzakelijke formaliteiten te vervullen met het oog op het bekomen van een vergoeding door de Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden, wanneer de verzekerden, ten gevolge van die gewelddaden, een beroep kunnen doen op de waarborg “buitencontractueel burgerlijk verhaal” van deze overeenkomst.
5. Insolventie van derden
Wanneer de aansprakelijke derde onvermogend is en zijn onvermogen werd vastgesteld door het mislukken van een procedure van gedwongen tenuitvoerlegging, waarborgt de maatschappij de betaling van het bedrag dat aan de verzekerde in hoofdsom als vergoeding voor zijn schade door een rechtbank werd toegekend.
Echter deze waarborg wordt pas toegestaan indien de verzekerde kon genieten van de waarborg « buitencontractueel burgerlijke verhaal» in het kader van een vordering tot schadevergoeding gegrond op een burgerrechtelijke buitencontractuele aansprakelijkheid of een wettelijke vergoedingsplicht en onder voorwaarde dat de aansprakelijke derde een niet opzettelijke daad beging.
Deze waarborg wordt dus ondermeer niet verleend ingeval van (poging tot) diefstal, afpersing, fraude of inbraak, noch van agressie, gewelddaden, vandalisme, misbruik van vertrouwen of andere opzettelijke feiten.
Deze vergoeding wordt betaald na aftrek van een vrijstelling van 250 EUR.
6. Voorschotten
Wanneer de verzekerde geniet van de dekking « buitencontractueel burgerlijk verhaal » van deze overeenkomst ingevolge een niet opzettelijke daad veroorzaakt door een behoorlijk geïdentificeerde derde, van wie de burgerrechtelijke buitencontractuele aansprakelijkheid of de wettelijke vergoedingsplicht onbetwistbaar vaststaat, betaalt de maatschappij, indien de verzekerde het vraagt, het niet betwiste bedrag vooruit waarop hij recht heeft als vergoeding van zijn schade. Dit voorschot zal betaald worden na aftrek van een vrijstelling van 250 EUR.
Dit voorschot zal pas toegekend worden nadat de verzekerde schriftelijk zijn akkoord heeft gegeven aan de maatschappij om zijn vordering, tot beloop van de vergoeding aan de maatschappij af te staan of terug te betalen zodra hij ze ontvangt.
Deze waarborg wordt pas toegestaan onder voorwaarde dat de aansprakelijke derde een niet opzettelijke daad beging. Deze waarborg wordt dus ondermeer niet verleend ingeval van (poging tot) diefstal, afpersing , fraude of inbraak, noch van agressie, gewelddaden, vandalisme, misbruik van vertrouwen of andere opzettelijke feiten.
7. Voorschot van de vrijstelling “burgerlijke aansprakelijkheid”
Als een aansprakelijke derde de vrijstelling van zijn verzekeringspolis ‘burgerlijke aansprakelijkheid’ niet betaalt, zal de maatschappij het bedrag van deze vrijstelling voorschieten op voorwaarde dat de volledige aansprakelijkheid van die derde onomstotelijk is vastgesteld en zijn verzekeraar zijn tussenkomst heeft bevestigd.
Door het bedrag van de vrijstelling voor te schieten, is de maatschappij automatisch gesubrogeerd in de rechten van de verzekerde om dat bedrag op te eisen bij de aansprakelijke derde. Als de derde het bedrag van de vrijstelling aan de verzekerde betaalt, moet die de maatschappij daarvan op de hoogte brengen en haar het bedrag onmiddellijk terugbetalen.
8. De strafrechtelijke borgstelling
Wanneer ingevolge een gebeurtenis waarvoor de verzekerde kan genieten van de waarborg « strafrechtelijke verdediging » van deze overeenkomst, een strafrechtelijke borgtocht in het buitenland geëist wordt door de plaatselijke overheden teneinde, hetzij zijn invrijheidsstelling te bekomen wanneer hij in voorlopige hechtenis is genomen, hetzij zijn vrijheid te behouden indien hij dreigt in hechtenis te worden genomen, betaalt de maatschappij deze borgtocht vooruit.
Het voorgeschoten bedrag, vermeerderd met de in België geldende wettelijke intresten en met de eventuele terugvorderingskosten, moet terugbetaald worden, zodra de borgtocht is vrijgegeven of zodra de verzekerde definitief is veroordeeld.
9. Genadeverzoek
Indien, ten gevolge van een gewaarborgd schadegeval, de verzekerden veroordeeld werden tot een effectieve gevangenisstraf dekt de maatschappij het genadeverzoek.
Artikel 29 – Uitbreiding tot andere begunstigden
De ouders en verwanten van de verzekerde kunnen ook een beroep doen op de waarborg “buitencontractueel burgerlijk verhaal” om van de aansprakelijke derde een vergoeding te bekomen van hun eigen schade, met inbegrip van de morele schade, die zij lijden door het overlijden van de verzekerde. In dit geval zijn de verzekeringsvoorwaarden die op de verzekerde van toepassing zijn eveneens op hen van toepassing.
Artikel 30 – Verzekeringsgebied
De verzekering is geldig in de hele wereld, in zover de verzekeringnemer zijn hoofdverblijfplaats of, in het geval hij een rechtspersoon is, zijn maatschappelijke zetel in België heeft.
Een schadegeval dat voortvloeit uit producten die een verzekerde heeft geleverd of uit werken die hij heeft uitgevoerd, en die met kennis van de verzekerde, bestemd waren voor de USA of Canada, is evenwel niet verzekerd.
De waarborg “insolventie van derden” geldt uitsluitend voor schade opgelopen in België.
Artikel 31 – Bedrag van de waarborg
Het maximaal verzekerde bedrag per schadegeval bedraagt 50.000 €, alle taksen inbegrepen, en dit ongeacht het aantal
verzekerden dat bij dit schadegeval betrokken is.
De verzekerde bedragen worden teruggebracht tot maximum:
- 25.000 € voor de waarborg strafrechtelijke borgstelling (artikel 28.8),
- 15.000 € voor de waarborgen contractuele geschillen met de verzekeraar “burgerlijke aansprakelijkheid” (artikel 28.3), insolventie van derden (artikel 28.5), voorschotten (artikel 28.6) en voorschot van de vrijstelling “burgerlijke aansprakelijkheid” (artikel 28.7).
Artikel 32 – Geldigheid van de waarborg in de tijd
Het schadegeval moet zich voordoen wanneer de waarborg rechtsbijstand van kracht is.
De waarborg is evenwel niet van toepassing voor schadegevallen die hun oorsprong hebben in een feit dat of omstandigheid die dateert van vóór de aanvang van de waarborg rechtsbijstand. De dekking wordt echter wel toegekend indien de verzekerde het bewijs voorlegt dat hij vóór de aanvang van de waarborg rechtsbijstand, redelijkerwijze niet kon weten dat dit feit of deze omstandigheid een betwistbaar karakter had.
De waarborg is van toepassing op schadegevallen die zich ten laatste zes maanden na het einde van de waarborg rechtsbijstand voordoen, voor zover de gebeurtenis of omstandigheid die aan de oorsprong ligt van het schadegeval, zich heeft voorgedaan terwijl de waarborg rechtsbijstand nog van kracht was.
Artikel 33 – De drempel voor tussenkomst
De waarborg is verworven op voorwaarde dat het litigieus bedrag in hoofdsom, indien het waardeerbedrag is in geld, minstens 250 EUR bedraagt.
Onder litigieus bedrag in hoofdsom wordt verstaan, de hoofdsom die wordt gevraagd door de verzekerde of wordt geëist door een derde, zonder rekening te houden met de interesten, de kosten voor de verdediging of de schadebedingen.
Wanneer een gerechtelijke procedure noodzakelijk is, is de waarborg verworven op voorwaarde dat dit bedrag minstens 500 EUR bedraagt.
Geschillen voor het Hof van Cassatie of voor een vergelijkbare rechtsinstantie in het buitenland zijn verzekerd op voorwaarde dat dit bedrag minstens 2.500 EUR bedraagt.
Voornoemde bedragen gelden per schadegeval, ongeacht het aantal bij het schadegeval betrokken verzekerden.
Artikel 34 – Beperkingen van de waarborg
Behalve de uitsluitingen die in een ander artikel van hoofdstuk 5 “de verzekering rechtsbijstand” vermeld zijn, zijn eveneens
uitgesloten:
1. de kosten en erelonen, verbonden aan opdrachten, gegeven vóór de aangifte van het schadegeval of zonder voorafgaand overleg met de maatschappij, tenzij blijkt dat zij dringend noodzakelijk waren m.b.t. de aangiftedatum of betrekking hadden op dringende bewarende maatregelen,
2. schadegevallen m.b.t. de betwisting van kosten en honoraria van de personen die de belangen van een verzekerde verdedigen in het kader van het door deze verzekering gedekte schadegeval (expert, advokaat, enz),
3. de boetes, opdeciemen en transacties met het Openbaar Ministerie, evenals de bedragen in hoofdsom en de bijkomende bedragen waartoe de verzekerden zouden kunnen veroordeeld worden, waarin ook begrepen zijn de bijdragen tot de bij wet opgerichte speciale fondsen,
4. schadegevallen die onder de bevoegdheid vallen van de internationale of supranationale rechtbanken of van het Grondwettelijk Hof,
5. schadegevallen die het gevolg zijn van een opzettelijk feit dat door een verzekerde wordt begaan, ondermeer bij diefstal of poging tot diefstal, afpersing, fraude, oplichting, valsheid in geschriften, ongegronde wanbetaling, inbraak, agressie, gewelddaden, vandalisme en misbruik van vertrouwen,
6. schadegevallen die het gevolg zijn van een geval van grove schuld van een verzekerde:
- staat van dronkenschap of een gelijkaardige toestand, gevolg van het gebruik van andere producten dan alcoholische dranken,
- gewelddaden begaan op personen,
- roekeloze en duidelijk gevaarlijke daden, zoals vechtpartijen, ordeverstoring, weddenschappen en uitdagingen, tenzij de
verzekerde bewijst dat hij er niet actief aan deelnam en hij niet de aanstoker of uitdager was.
7. schadegevallen die het gevolg zijn van misdaden of gecorrectionaliseerde misdaden van een verzekerde.
Wanneer de verzekerde vervolgd wordt wegens opzettelijke misdrijven, met uitsluiting van misdaden of gecorrectionaliseerde misdaden, zal de dekking worden verleend voor zover de in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing hem vrijspreekt,
8. zonder afbreuk aan artikel 28.3, schadegevallen die verband houden met contractuele verplichtingen, m.i.v. de interpretatie of de uitvoering van de onderhavige verzekering rechtsbijstand,
9. schadegevallen voortvloeiend uit een oorlog, burgeroorlog, oproer of collectieve gewelddaden al dan niet met verzet tegen de overheid, en gelijkaardige gebeurtenissen, evenals schadegevallen die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg zijn van terrorisme,
10. schadegevallen die verband houden met het gebruik door de verzekerde van:
- zeilboten van meer dan 300 kg, motorboten en van jet-skis van meer dan 10 PK DIN, waarvan hij eigenaar of leasingnemer is,
- luchtvaartuigen (behalve als passagier). Is evenwel verzekerd, het recreatief gebruik van een drone in de klasse open in de zin van de uitvoeringsverordening (EU) 2019/947, met een maximale startmassa tot één kg, overeenkomstig de bepalingen van artikel 9.7,
- modelluchtvaart waarvoor een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering moet worden afgesloten,
- motorvoertuigen die dat op grond van de wet van 21 november 1989 verzekerd moeten zijn. De waarborg is evenwel verworven voor het verhaal als zwakke weggebruiker (artikel 28.2.),
- rijpaarden en dieren die geen huisdieren zijn, waarvan de verzekerde eigenaar of bewaarder is,
11. schadegevallen die verband houden met:
- radioactiviteit of nucleaire energie, zoals omschreven in artikel 27.4,
- elektromagnetische velden, genetisch gemanipuleerde organismen, prionziekten, explosieven (vuurwerk inbegrepen) of vuurwapens,
- asbest, in de zin van artikel 27.6,
- een cyber incident,
- het organiseren of beoefenen door een verzekerde van de sporten genoemd in artikel 27.15,
- andere onroerende goederen dan deze die verzekerd zijn overeenkomstig de bepalingen van het artikel 8.5.
12. het burgerlijk verhaal dat de verzekerde instelt om een vergoeding te vorderen:
- voor zuiver immateriële schade of morele schade die niet het gevolg zijn van lichamelijke of materiële schade geleden door de
verzekerde,
- op grond van de wetgeving m.b.t. arbeidsongevallen en beroepsziekten.
13. schadegevallen die voortvloeien uit betwiste rechten (dit zijn rechten die het voorwerp uitmaken van een betwisting) die aan de verzekerde worden overgedragen door successie, afstand of conventionele subrogatie, of aangaande rechten van derden die de verzekerde wil doen gelden in eigen naam,
14. collectieve acties die uitgaan van een groep van minstens 10 personen.
WIE DOET WAT BIJ EEN SCHADEGEVAL?
Artikel 35 – Wat neemt de maatschappij ten laste?
De maatschappij neemt de bijstand van de verzekerde op zich door hem te garanderen dat alle middelen zullen aangewend worden om een minnelijke, gerechtelijke, buitengerechtelijke of administratieve oplossing te vinden.
Behalve de uitgaven veroorzaakt door het beheer van het schadegeval neemt de maatschappij eveneens op zich, binnen de perken van de waarborg en ten belope van de verzekerde bedragen (artikel 31):
- de kosten voor het geheel van acties, onderzoeken en opdrachten,
- de kosten en honoraria van de advocaat of ieder ander persoon die de vereiste kwalificaties heeft overeenkomstig de op de procedure toepasselijke wet, die overeenkomstig de voorwaarden van deze verzekering is aangesteld,
- de kosten en erelonen van de deskundigen, technische adviseurs, gerechtsdeurwaarders, bemiddelaars en arbiters noodzakelijk voor de verdediging van de rechten van de verzekerde,
- de kosten voor de gerechtsprocedures en de kosten van tenuitvoerlegging – met inbegrip van de strafrechtelijke zaken – en de buitengerechtelijke procedures,
- wanneer ingevolge een gedekt schadegeval de persoonlijke verschijning van de verzekerde voor een buitenlands Hof of Rechtbank wettelijk vereist is of bevolen wordt:
° de verplaatsingskosten per trein in eerste klasse of per vliegtuig in economische of gelijkwaardige klasse, en
° de verblijfkosten (overnachting inclusief ontbijt),
in zover deze kosten op een redelijke wijze werden uitgegeven.
In de mate van het mogelijke worden deze kosten rechtstreeks betaald zonder dat de verzekerde ze dient voor te schieten. Indien deze echter btw-plichtig is, wordt deze belasting slechts ten laste genomen in de mate dat ze niet terugvorderbaar is.
Behalve in het geval van dringende conservatoire maatregelen, zijn deze kosten en honoraria echter maar gewaarborgd wanneer de stappen en plichten waaruit ze voortvloeien, werden verricht en vervuld met het voorafgaande akkoord van de maatschappij.
Artikel 36 – Recht op minnelijke schikking
Zodra een schadegeval wordt aangegeven, neemt de maatschappij de verdediging van de belangen van de verzekerde op zich.
Samen met de verzekerde gaat de maatschappij na welke maatregelen moeten worden genomen, en verbindt zich ertoe om alles in het werk te stellen om de belangen van deze laatste te verdedigen.
De maatschappij verbindt zich ertoe om alle nodige stappen te ondernemen om tot een minnelijke schikking te komen. Het spreekt voor zich dat geen enkel voorstel of geen enkele transactie wordt aanvaard zonder voorafgaande toestemming van de verzekerde.
Tenzij in hoogdringende gevallen neemt de maatschappij het automatisch beroep doen op een advocaat niet ten laste. Indien de verzekerde een advocaat aanstelt zonder de maatschappij hiervan van tevoren op de hoogte te brengen, heeft de maatschappij het recht om te weigeren, de kosten en honoraria die nadien van haar worden geëist, te betalen.
Artikel 37 – Tussenkomst van een advocaat
Wanneer moet worden overgegaan tot een gerechtelijke, administratieve of arbitrageprocedure, kan de verzekerde vrij een advocaat of iedere andere persoon kiezen die, krachtens de op de procedure toepasselijke wet, de vereiste kwalificaties heeft om zijn belangen te verdedigen, te vertegenwoordigen of te behartigen.
In het geval van arbitrage, bemiddeling of een andere erkende buitengerechtelijke vorm van geschillenbeslechting, kan de
verzekerde vrij een persoon kiezen die de vereiste kwalificaties heeft en die daartoe is aangewezen.
Ook in het geval er zich een belangenconflict voordoet met de maatschappij, is de verzekerde vrij in de keuze van een advocaat of, zo hij er de voorkeur aan geeft, iedere andere persoon die de vereiste kwalificaties heeft krachtens de op de procedure toepasselijke wet om zijn belangen te verdedigen.
Indien de verzekerde aan een advocaat vraagt om te pleiten buiten het land waarmee hij verbonden is, dan blijven de bijkomende kosten en honoraria die hierdoor ontstaan, ten laste van de verzekerde.
De verzekerde verbindt zich ertoe om op verzoek van de maatschappij, de tussenkomst te vragen van de bevoegde overheden om het bedrag van de kosten en honoraria te bepalen van de advocaat die hem heeft bijgestaan voor de verdediging van zijn belangen.
Artikel 38 – Tussenkomst van een technisch adviseur
Indien dat noodzakelijk zou blijken, kan de verzekerde een beroep doen op een technisch adviseur (expert, geneesheer,…) waarvan de tussenkomst gerechtvaardigd is doordat een van de door de verzekering rechtsbijstand voorziene waarborgen wordt uitgevoerd, maar uitsluitend nadat hij van de maatschappij een gunstig advies heeft gekregen betreffende de mogelijkheid om een technisch adviseur in te schakelen. De verzekerde verbindt zich ertoe om vóór de eerste raadpleging aan de maatschappij de gegevens door te geven van de technisch adviseur die hij heeft gekozen.
Indien de verzekerde een beroep doet op een technisch adviseur of een tegenexpert die gevestigd is in een ander land dan dat waar de opdracht moet worden uitgevoerd, blijven de bijkomende kosten en honoraria die daarvan het gevolg zijn, ten laste van de verzekerde.
Indien de verzekerde een andere technisch adviseur neemt, zal de maatschappij alleen de kosten en honoraria van de eerste technisch adviseur voor zijn rekening nemen, behalve indien deze verandering het gevolg is van redenen die buiten de wil van de verzekerde liggen.
Artikel 39 – Een meningsverschil tussen de maatschappij en de verzekerde
1. Zonder afbreuk te doen aan punt 2. van dit artikel, kan de maatschappij haar medewerking weigeren of haar tussenkomst stopzetten:
- wanneer zij meent dat een voorstel tot regeling billijk is;
- wanneer zij meent dat een rechtsvordering of een verhaal tegen een gerechtelijke beslissing geen ernstige kans op succes heeft;
- wanneer blijkt dat de als aansprakelijke beschouwde derde onvermogend is;
- wanneer de verzekerde niet verschijnt voor de rechtbank, hoewel zijn persoonlijke verschijning door de rechtspleging vereist wordt.
2. In geval van een meningsverschil met de maatschappij over de gedragslijn die zal worden gevolgd voor de regeling van het schadegeval, en nadat de maatschappij schriftelijk haar standpunt over de te volgen gedragslijn of haar weigering om de stelling van de verzekerde te volgen, heeft meegedeeld, kan de verzekerde, als hij het niet eens is met de visie van de maatschappij, de advocaat raadplegen die reeds met de zaak is belast of, bij ontstentenis, een advocaat van zijn keuze (of om het even welke andere persoon die de door de toepasselijke wet vereiste kwalificaties heeft).
Indien de advocaat het standpunt van de maatschappij bevestigt, draagt de verzekerde de helft van de honoraria en kosten van deze raadpleging.
Indien de verzekerde, tegen het advies van de advocaat, op eigen kosten een procedure begint en een beter resultaat behaalt dan wat hij zou hebben bereikt door het standpunt van de maatschappij te aanvaarden, dan verbindt de maatschappij zich ertoe dekking te verlenen en de kosten van deze raadpleging die ten laste van de verzekerde zouden zijn gebleven, terug te betalen.
Indien de advocaat echter de stelling van de verzekerde bevestigt, geniet deze van de waarborg, met inbegrip van de honoraria en kosten van deze raadpleging.
HOOFDSTUK 6 – DE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
Bepalingen in verband met de premie
Artikel 40 – Betaling van de premie
De premie, verhoogd met de taksen en bijdragen, moet ten laatste op de premievervaldag betaald worden, op verzoek van de maatschappij.
Wanneer de premie niet rechtstreeks aan de maatschappij wordt betaald, is de premiebetaling aan een derde bevrijdend indien deze de betaling vordert en hij voor de inning van de premie klaarblijkelijk als lasthebber van de maatschappij optreedt.
Artikel 41 – Niet betaling van de premie
1. Ingebrekestelling
Indien de premie op de vervaldag niet werd betaald, kan de maatschappij de waarborg schorsen of de overeenkomst opzeggen op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld, door middel van hetzij een deurwaardersexploot, hetzij een aangetekende zending.
2. De schorsing van de waarborg
De schorsing van de waarborg gaat in bij het verstrijken van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, die evenwel niet minder mag bedragen dan 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
Indien de waarborg werd geschorst, maakt de betaling door de verzekeringnemer van de achterstallige premies, zoals gepreciseerd in de laatste ingebrekestelling of rechterlijke beslissing, een einde aan de schorsing.
De schorsing van de waarborg doet niet af aan het recht van de maatschappij om de premies te eisen waarvan de vervaldatum nadien nog valt, op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld, en dat de ingebrekestelling aan de schorsing van de waarborg herinnert. Dit recht is evenwel beperkt tot de premies die betrekking hebben op twee opeenvolgende jaren.
3. De opzeg van de overeenkomst
De maatschappij kan de overeenkomst opzeggen wegens niet betaling van de premie, zelfs zonder voorafgaandelijke schorsing van de waarborg, op voorwaarde dat de verzekeringnemer in gebreke werd gesteld. De opzeg gaat in na afloop van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
De maatschappij kan haar verplichting tot het verlenen van dekking schorsen of de overeenkomst opzeggen indien dit werd bepaald in dezelfde ingebrekestelling. In dat geval gaat de opzeg in na afloop van de termijn die werd bepaald maar ten vroegste 15 dagen te rekenen vanaf de eerste dag van de schorsing van de waarborg.
Indien de maatschappij haar verplichting tot het verlenen van dekking heeft geschorst en de overeenkomst niet heeft opgezegd in dezelfde ingebrekestelling, dan kan de opzegging slechts geschieden mits een nieuwe ingebrekestelling. In dat geval gaat de opzeg in na afloop van de termijn vermeld in de ingebrekestelling, maar ten vroegste 15 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening of op de afgifte van de aangetekende zending.
4. De invorderingskosten
Bij niet-betaling van de premie heeft de maatschappij het recht om de volgende vergoeding te vorderen om enerzijds de verwijlintresten van de schuld en anderzijds alle kosten van de minnelijke invordering van de onbetaalde schuld te dekken :
• 20 euro als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk aan 150 euro is ;
• 30 euro als het verschuldigde saldo tussen 150,01 en 500 euro is ;
• 65 euro als het verschuldigde saldo hoger dan 500 euro is.
Deze bedragen kunnen geïndexeerd worden volgens de evolutie van de consumptieprijsindex, op voorwaarde dat hiertoe een koninklijk besluit wordt gepubliceerd.
Bepalingen in verband met een schadegeval
Artikel 42 – Verplichtingen van de verzekerde
1. De gevolgen van het schadegeval beperken
De verzekerde verbindt zich ertoe om alle redelijke maatregelen te nemen om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen en te verminderen.
2. Het schadegeval aangeven
De verzekerde verbindt er zich toe het schadegeval, van zodra als redelijkerwijze mogelijk is, aan te geven, aan:
- de maatschappij voor de toepassing van de waarborgen burgerlijke aansprakelijkheid (hoofdstukken 1 tot en met 4),
- aan Arces voor de toepassing van de waarborg rechtsbijstand (hoofdstuk 5): tel: 03/000.00.00; mailadres: xxxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xx.
3. De maatschappij informeren
De verzekerde verbindt zich ertoe om ons alle nuttige inlichtingen te verschaffen en te antwoorden op de vragen die hem worden gesteld om de omstandigheden van het schadegeval en de omvang van de schade te bepalen.
De aangifte moet ondermeer vermelden: plaats, datum, uur, oorzaak, omstandigheden, de vermoedelijke gevolgen van het schadegeval, en ook iedere andere verzekering die hetzelfde voorwerp dekt, v. Verder moet de identiteit van de veroorzaker van het schadegeval, van de benadeelde evenals van de eventuele getuigen meegedeeld worden.
Elke dagvaarding en alle gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken moeten door de verzekerde aan de maatschappij (of in voorkomend geval aan Arces) overgemaakt worden, onmiddellijk nadat zij aan de verzekerde worden afgegeven of betekend.
4. Meewerken aan de regeling
De verzekerde zal onder meer:
- de richtlijnen van de maatschappij volgen,
- persoonlijk verschijnen voor de rechtbank telkens de procedure dit noodzaakt en zich schikken naar de instructies opgelegd door de rechtbank.
5. Wat in geval de verzekerde de hiervoor genoemde verplichtingen niet nakomt?
Indien de verzekerde een van de in de vorige paragrafen vermelde verplichtingen niet nakomt en daar voor de maatschappij een nadeel uit voortvloeit, behoudt de maatschappij zich het recht voor om haar prestaties te beperken ten belope van dit nadeel. Verder behoudt de maatschappij zich het recht voor om onze volledige waarborg af te wijzen indien de verzekerde met frauduleuze bedoelingen op die manier is opgetreden.
Artikel 43 – Leiding van het schadegeval
Vanaf het ogenblik dat de maatschappij, in het kader van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid, tot het geven van dekking is gehouden en voor zover deze wordt ingeroepen, zal de maatschappij zich achter de verzekerde stellen binnen de grenzen van de waarborg.
De verzekerde verbindt er zich toe actief mee te werken aan de burgerlijke verdediging geleid door de maatschappij, door aan de maatschappij alle elementen, informatie, antwoorden en documenten mee te delen.
Voor zover de belangen van de maatschappij en van de verzekerde samenvallen, heeft de maatschappij het recht om, in de plaats van de verzekerde, de vordering van de benadeelde te bestrijden, zowel in der minne als in het kader van een procedure.
Voor zover de belangen van de maatschappij en van de verzekerden samenvallen en indien een advocaat moet worden aangesteld voor de verdediging van de belangen van de verzekerde en van de maatschappij, zal deze advocaat worden aangesteld door de maatschappij en op haar kosten. Indien de verzekerde ook een persoonlijke advocaat wenst toe te voegen, doet hij dat op zijn kosten.
Indien de belangen van de maatschappij en van de verzekerde niet of niet meer samenvallen, zal elke partij op zijn eigen kosten een advocaat aanstellen. De partij die niet gedagvaard werd zal vrijwillig verschijnen in de procedure gevoerd tegen de andere partij.
In elk geval kan de maatschappij de benadeelde vergoeden indien daartoe grond bestaat.
Artikel 44 – Niet-tegenstelbaarheid van bepaalde acties
Elke erkenning van aansprakelijkheid, elke dading, elke vaststelling van schade, elke belofte van schadevergoeding of elke door de verzekerde gedane betaling, zonder schriftelijke toelating van de maatschappij, is haar niet tegenstelbaar.
Het erkennen van feiten of het verstrekken van eerste geldelijke of medische hulp door de verzekerde kunnen voor de
maatschappij geen grond opleveren om haar waarborg te weigeren.
Artikel 45 – Subrogatie
1. Indien de maatschappij de waarborg heeft toegekend, treedt zij, krachtens artikel 95 van de Wet, ten belope van het bedrag van de betaalde vergoeding, in de rechten en rechtsvorderingen van de verzekerden, de benadeelde derden en de rechthebbenden die ze schadeloos heeft gesteld, tegen de voor het schadegeval aansprakelijke derde(n).
De indeplaatsstelling omvat onder meer de vergoeding van de rechtspleging, de gerechtskosten en in de mate van hun terugvorderbaarheid, de kosten en erelonen van advocaten en experten die de maatschappij heeft betaald.
2. Wanneer door toedoen van de verzekerden het subrogatierecht niet of slechts beperkt kan gebeuren ten voordele van de maatschappij, kan deze van de verzekeringnemer de terugbetaling van de betaalde schadevergoeding vorderen in de mate van het geleden nadeel.
Artikel 46 – Verhaal
De maatschappij doet afstand van verhaal – behalve in geval van kwaadwilligheid – tegenover de verzekerden, hun ascendanten en descendanten, hun echtgeno(o)t(e) en hun verwanten in rechte lijn alsmede tegenover de personen die met hen samenwonen, hun gasten en de leden van hun huispersoneel.
De afstand van verhaal geldt alleen :
- voorzover de aansprakelijke niet door een aansprakelijkheidsverzekering is gewaarborgd,
- voorzover de aansprakelijke zelf geen verhaal kan uitoefenen op elke andere aansprakelijke.
Indien de maatschappij gehouden is ten aanzien van een benadeelde derde, behoudt zij, behoudens iedere andere mogelijke vordering waarover zij beschikt, een recht van verhaal op de verzekerden ten belope van zijn persoonlijk aandeel in de aansprakelijkheid, voor zover zij volgens de Wet of de overeenkomst haar prestaties had kunnen weigeren of verminderen (overeenkomstig artikel 152 van de Wet).
Bepalingen in verband met het verloop van de overeenkomst
Artikel 47 – De aanvang en de duur van de overeenkomst
De waarborgen nemen een aanvang na betaling van de eerste premie en ten vroegste om nul uur op de datum vermeld in de bijzondere voorwaarden. De duur van de overeenkomst is 1 jaar. Ze wordt stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van 1 jaar, tenzij één van de partijen de overeenkomst opzegt ten minste 3 maanden voor het einde van de lopende periode.
Artikel 48 – Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden
1. Wijziging van de verzekeringsvoorwaarden volledig in het voordeel van de verzekeringnemer of van de
verzekerde
De maatschappij kan de verzekeringsvoorwaarden wijzigen geheel in het voordeel van de verzekeringnemer of van de verzekerde. Indien de premie verhoogt, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de artikels 49 en 51. Indien de premie niet verhoogt, kan de verzekeringnemer de overeenkomst niet opzeggen.
2. Wijziging overeenkomstig een wetgevende of reglementaire beslissing van een overheid
Indien de maatschappij de verzekeringsvoorwaarden wijzigt overeenkomstig een wetgevende of reglementaire beslissing van een overheid, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen in volgende gevallen :
- Indien deze wijziging een verhoging van de premie met zich meebrengt. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig de artikels 49 en 51;
- Indien deze wijziging niet gelijk is voor alle verzekeraars. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig onderhavig artikel evenals artikel 51;
- Indien de wettelijke beslissing zelf in het recht tot opzegging voorziet. De opzegging dient te gebeuren overeenkomstig de bepalingen van de wetgevende beslissing of, bij ontstentenis, overeenkomstig het onderhavig artikel evenals artikel 51.
In de andere gevallen kan de verzekeringnemer de overeenkomst niet opzeggen.
3. Andere wijzigingen
Indien de maatschappij andere wijzigingen aanbrengt dan deze hiervoor vermeld, verwittigt zij de verzekeringnemer hierover. De verzekeringnemer kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig onderhavig artikel evenals artikel 51.
4. Bepalingen i.v.m. communicatie en een eventueel recht van opzeg
De maatschappij verwittigt de verzekeringnemer en past de wijziging toe op de eerstvolgende jaarlijkse vervaldag. De betaling van de premie zonder reserve geldt als aanvaarding van de wijziging.
Indien de verzekeringnemer het recht heeft de overeenkomst op te zeggen:
- en de maatschappij hem minstens vier maanden voor de jaarlijkse vervaldag heeft verwittigd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de 30 dagen na de datum van kennisgeving van de wijziging. In dat geval eindigt de overeenkomst op de jaarlijkse vervaldag,
- en de maatschappij de verzekeringnemer niet minstens vier maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt maar pas bij een latere kennisgeving, kan deze de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de dag van die
kennisgeving. De opzeg gaat dan in na het verstrijken van een termijn van een maand maar ten vroegste op de jaarlijkse vervaldag.
Artikel 49 – Wijziging van de premie
1. Indien de maatschappij haar tarief wijzigt, verwittigt zij de verzekeringnemer en past de wijziging toe op de eerstvolgende jaarlijkse vervaldag. De betaling van de premie zonder reserve geldt als aanvaarding van de wijziging.
2. De verzekeringnemer kan de overeenkomst opzeggen overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen en deze van het artikel 51:
- indien de maatschappij de verzekeringnemer minstens 4 maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen de 30 dagen na de datum van kennisgeving van de wijziging. In dat geval eindigt de overeenkomst op de jaarlijkse vervaldag;
- Indien de maatschappij de verzekeringnemer niet minstens 4 maanden voor de jaarlijkse vervaldag verwittigt maar pas bij een latere kennisgeving, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de dag van die kennisgeving. De opzeg gaat dan in na het verstrijken van een termijn van een maand maar ten vroegste op de jaarlijkse vervaldag.
Deze mogelijkheid om de overeenkomst op te zeggen geldt niet indien :
- de premie werd gewijzigd overeenkomstig een duidelijk en nauwkeurig omschreven bepaling in de overeenkomst;
- wanneer de wijziging van het tarief voortvloeit uit een algemene aanpassing die door een bevoegde overheid wordt opgelegd en waarvan de toepassing gelijk is voor alle verzekeringsmaatschappijen.
Artikel 50 – Wijziging van het recht
De maatschappij behoudt zich het recht voor, nieuwe voorwaarden voor te stellen indien er een wijziging optreedt in het Belgische of buitenlands recht dat de omvang van de waarborg kan beïnvloeden. In dit geval zijn de bepalingen van artikel 51 van toepassing.
Artikel 51 – Opzegging van de overeenkomst
1. Wijze van opzegging
De opzegging gebeurt door middel van een deurwaardersexploot, van een aangetekende zending, of door overhandiging van de opzeggingsbrief in ruil voor een ontvangstbewijs.
De opzegging voor niet-betaling van de premie kan niet gebeuren door overhandiging van de opzeggingsbrief in ruil voor een ontvangstbewijs.
2. Aanvang van de opzegging
Behoudens andersluidende bepaling, wordt de opzegging van kracht na afloop van een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot of, in het geval van een aangetekende zending, te rekenen vanaf de dag die volgt op de afgifte of op de dag van het ontvangstbewijs.
3. Premiekrediet
Het gedeelte van de premie dat betrekking heeft op de periode die volgt op de datum van het van kracht worden van de opzegging, stort de maatschappij terug binnen een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf die aanvang.
4. Mogelijkheid tot opzegging voor de verzekeringnemer
Los van andere gevallen voorzien door de Wet, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen in de volgende gevallen:
- voor het einde van elke verzekeringsperiode, overeenkomstig artikel 47,
- voor de aanvang van de overeenkomst wanneer tussen de dag van het afsluiten van de overeenkomst en deze van de inwerkingtreding, meer dan één jaar is verstreken. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst kennis gegeven worden. De opzegging wordt van kracht op de aanvangsdatum van de overeenkomst,
- indien de maatschappij één (of meerdere) waarborg(en) vermindert of opzegt,
- in geval van een aanzienlijke en blijvende risicovermindering, overeenkomstig de Wet,
- in geval van wijziging van het tarief en/of de verzekeringsvoorwaarden, overeenkomstig artikel 48 en 49,
- na elk schadegeval.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft toegekend, kan de verzekeringnemer de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op onze laatste betaling of bij de administratieve afsluiting van het dossier.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft geweigerd, dient de verzekeringnemer de opzegging aan de maatschappij mee te delen ten laatste binnen de maand die volgt op de weigering.
De opzegging na schadegeval wordt van kracht na afloop van een termijn van drie maanden vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot, of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte bij de post.
5. Mogelijkheid tot opzegging voor de maatschappij
Los van andere gevallen voorzien door de Wet, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen in de volgende gevallen:
- voor het einde van elke verzekeringsperiode, overeenkomstig artikel 47,
- voor de aanvang van de overeenkomst wanneer tussen de dag van het afsluiten van de overeenkomst en deze van de inwerkingtreding, meer dan één jaar is verstreken. Van deze opzegging moet uiterlijk drie maanden vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst kennis gegeven worden. De opzegging wordt van kracht op de aanvangsdatum van de overeenkomst,
- in geval van een aanzienlijke en blijvende risicoverzwaring, overeenkomstig de Wet,
- in geval van opzettelijk verzwijgen of opzettelijk onjuist meedelen van de gegevens m.b.t. het risico,
- indien de verzekeringnemer de wijziging van de overeenkomst niet aanvaardt in geval van onopzettelijk verzwijgen of onopzettelijk onjuist meedelen van de beschrijving van het risico,
- bij niet-betaling van de premie, overeenkomstig artikel 41,
- in geval van faillissement van de verzekeringnemer, overeenkomstig artikel 55,
- in geval van overlijden van de verzekeringnemer, overeenkomstig artikel 56,
- in geval van wijziging van de Belgische of de buitenlandse wetgeving die de omvang van de dekking kan wijzigen, overeenkomstig artikel 50,
- na elk schadegeval:
Indien de maatschappij haar waarborg heeft toegekend, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op onze laatste betaling of bij de administratieve afsluiting van het dossier.
Indien de maatschappij haar waarborg heeft geweigerd, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen de maand die volgt op de weigering.
De opzegging na schadegeval wordt van kracht na afloop van een termijn van drie maanden vanaf de dag die volgt op de kennisgeving van het deurwaardersexploot, of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte bij de post.
De maatschappij kan de overeenkomst altijd opzeggen na schadegeval, wanneer de verzekerde heeft nagelaten een van de verplichtingen ontstaan uit het feit dat het schadegeval zich heeft voorgedaan, na te komen met de bedoeling haar te bedriegen, op voorwaarde dat de maatschappij bij een onderzoeksrechter klacht met burgerlijke partijstelling hebben neergelegd tegen de verzekerde, of dat zij hem gedagvaard heeft om te verschijnen voor de bevoegde rechterlijke instantie, op basis van artikel 193, 196, 197, 496 of 510 tot 520 van het wetboek van strafrecht.
De opzegging wordt van kracht na afloop van een termijn van een maand te rekenen vanaf de dag die volgt op de kennisgeving of op de dag van het ontvangstbewijs of, in het geval van een aangetekende zending, vanaf de dag volgend op de afgifte. De maatschappij moet de schade als gevolg van die opzegging vergoeden indien zij afstand doet van haar vordering of indien de strafvordering uitmondt in een buitenvervolgingstelling of een vrijspraak.
Artikel 52 – Indexering
1. Voor de waarborg Burgerlijke aansprakelijkheid (hoofdstuk 1,2,3 en 4):
De vermelde bedragen van de waarborg en de vrijstellingen zijn niet geïndexeerd, tenzij anders vermeld.
De bedragen die geïndexeerd zijn, wijzigen op elke jaarlijkse vervaldag overeenkomstig de bestaande verhouding tussen
- de index van de consumptieprijzen van toepassing op het moment van deze vervaldag, en
- de basisindex van de consumptieprijzen vermeld in de algemene voorwaarden.
Bij een schadegeval is de van toepassing zijnde index deze van de maand voorafgaand aan de datum van het schadegeval.
2. Voor de waarborg Rechtsbijstand (hoofdstuk 5):
De vermelde bedragen van de waarborg, de tussenkomstdrempels en de vrijstellingen zijn niet geïndexeerd.
Artikel 53 – Informatieplicht van de verzekeringnemer
De verzekeringnemer heeft de plicht om, zowel bij het afsluiten van de overeenkomst als tijdens de duur ervan, het risico correct en volledig voor te stellen aan de maatschappij.
De verzekeringnemer moet, in de loop van de overeenkomst, de gegevens meedelen die van dien aard zijn dat ze het risico gevoelig en duurzaam verzwaren.
Het niet naleven van deze verplichtingen kan leiden tot een vermindering van de tussenkomst van de maatschappij, of zelfs een verval van waarborgen, overeenkomstig de bepalingen van de Wet.
Artikel 54 – Verjaringstermijn
Krachtens artikel 88 van de Wet bedraagt de verjaringstermijn voor elke rechtsvordering voortvloeiend uit een verzekeringsovereenkomst 3 jaar. De termijn begint te lopen vanaf de dag van het voorval dat het vorderingsrecht doet ontstaan. Wanneer echter degene aan wie de rechtsvordering toekomt, bewijst dat hij pas op een later tijdstip van het voorval kennis heeft gekregen, begint de termijn te lopen vanaf dat tijdstip, maar hij verstrijkt in elk geval vijf jaar na het voorval, behoudens bedrog.
Artikel 55 – Faillissement van de verzekeringnemer
In geval van faillissement van de verzekeringnemer blijft de overeenkomst bestaan ten voordele van het geheel van de schuldeisers, die jegens de maatschappij instaan voor de betaling van de premies die nog moeten vervallen na de faillietverklaring.
Niettemin hebben de maatschappij en de curator van het faillissement het recht de overeenkomst op te zeggen. Evenwel kan de opzegging van de overeenkomst door de maatschappij slechts gebeuren ten vroegste drie maanden na de faillietverklaring, terwijl de curator van het faillissement dit slechts kan gedurende de drie maanden volgend op de faillietverklaring.
Artikel 56 – Overlijden van de verzekeringnemer
In geval van overlijden van de verzekeringnemer blijft de overeenkomst bestaan ten voordele van zijn erfgenamen. Zij kunnen de overeenkomst opzeggen binnen een termijn van drie maanden en veertig dagen na het overlijden. De maatschappij heeft het recht de overeenkomst op te zeggen binnen drie maanden te rekenen vanaf de dag waarop zij kennis heeft gekregen van het overlijden.
Artikel 57 – Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon
Verbintenissen aangegaan door de tussenpersoon zijn niet tegenstelbaar aan de maatschappij indien die niet voorkomen in deze overeenkomst. Geen enkele bijvoeging, wijziging aan de tekst of afwijking van de voorwaarden is geldig indien zij niet bekrachtigd is door de maatschappij.
Artikel 58 – Bestemmelingen van de mededelingen en kennisgevingen
De voor de maatschappij bestemde mededelingen en kennisgevingen moeten gedaan worden aan één van haar zetels in België, aan haar elektronisch adres of aan elke met dat doel in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon.
De voor de verzekeringnemer, erfgenamen of rechtverkrijgenden bestemde mededelingen en kennisgevingen worden geldig gedaan aan het laatste door de maatschappij gekende adres. Deze mededelingen en kennisgevingen kunnen met de instemming van de verzekeringnemer eveneens gebeuren via elektronische post op het laatste door hem aangegeven adres.
Artikel 59 – De bevoegde rechtsmacht
Deze overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving. Enkel de Belgische rechtsinstanties zijn bevoegd voor geschillen met betrekking tot deze overeenkomst.
Artikel 60 – Hierarchie van de bepalingen in deze overeenkomst
De bijzondere voorwaarden vullen de algemene voorwaarden aan of wijken er van af, in de mate dat zij ermee tegenstrijdig zouden zijn.
VERKLARENDE WOORDENLIJST
De begrippen in deze woordenlijst worden in de algemene voorwaarden cursief gedrukt. Indien deze begrippen ook in de bijzondere voorwaarden voorkomen, dienen zij ook overeenkomstig deze woordenlijst te worden gelezen, tenzij hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Voor de toepassing van deze overeenkomst verstaat men onder:
Aangestelde
Iedere natuurlijke persoon, al dan niet bezoldigd, die de verzekerde activiteiten uitoefent onder het gezag en het toezicht van de verzekeringnemer.
Arces
Arces, Xxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxxxx, is de in rechtsbijstand gespecialiseerde onafhankelijke dienst van de maatschappij.
Bestuurder
De natuurlijke personen die een leidende functie uitoefenen of een leidende werkzaamheid uitvoeren van dagelijks bestuur van de verzekerde vereniging.
Burenhinder
De vergoedingsplicht op basis van artikel 3.101 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek.
Cyber incident
Elke werkelijke of vermeende ongeoorloofde toegang door een derde, elk gebruik van de persoonlijke gegevens van een natuurlijke persoon die zich bevinden in het computersysteem dat eigendom is van de verzekerde vennootschap en/of elke indringing in dat computersysteem en/of indringing vanuit dat computersysteem naar het computersysteem van een derde, met het doel om informatie zonder toestemming te wijzigen, te veranderen, te beschadigen, te vernietigen, te verwijderen, door te sturen of op te slaan.
Derden
Alle andere natuurlijke of rechtspersonen dan:
- de verzekeringnemer,
- de aansprakelijke verzekerde en zijn gezinsleden die bij hem inwonen,
- de aangestelden van de verzekerden die kunnen genieten van de vergoedingen voorzien in de wetgeving op de arbeidsongevallen.
De andere verzekerden worden onderling als derden beschouwd.
Elektrische fiets
Een rijwiel met een elektrische hulpmotor met een nominaal continu vermogen van maximaal 0,25 KW, waarvan de aandrijfkracht geleidelijk vermindert en tenslotte wordt onderbroken wanneer het voertuig een snelheid van 25 km/uur bereikt, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen.
Feitelijke vereniging
Elke vereniging zonder rechtspersoonlijkheid van twee of meer personen die in onderling overleg een activiteit organiseren met het oog op de verwezenlijking van een onbaatzuchtige doelstelling, met uitsluiting van enige winstverdeling onder haar leden en bestuurders, en die een rechtstreekse controle uitoefenen op de werking van de vereniging.
Gemotoriseerd voortbewegingstoestel
Elk motorvoertuig met één of meer wielen dat door bouw en motorvermogen, op een horizontale weg, niet sneller kan rijden dan 25 km per uur, onder meer elektrische rolstoelen, elektrische rolwagens voor personen met verminderde mobiliteit, gemotoriseerde autopeds en zelf balancerende één- of tweewielige elektrische toestellen.
Immateriële schade
Elk in geld waardeerbaar en becijferbaar nadeel dat voortvloeit uit ontzegging van voordelen die met de uitoefening van een recht verbonden zijn, uit onderbreking van een door een persoon of goed verstrekte dienst, of uit winstderving, en inzonderheid: verlies van afzet, van cliënteel, van winst, gebruiksderving van roerend of onroerend goed, productiestilstand en andere gelijkaardig geldelijk nadeel.
Immateriële gevolgschade
De immateriële schade die het gevolg is van een door deze overeenkomst gewaarborgde materiële schade of lichamelijke schade.
Informatica
Het geheel van technieken voor het elektronisch verzamelen, sorteren, in het geheugen opslaan, het verzenden, het gebruiken of behandelen van gegevens op een geautomatiseerde wijze.
KB Privéleven van 12/01/1984
KB van 12 januari 1984 tot vaststelling van de minimumgarantievoorwaarden van de verzekeringsovereenkomsten tot dekking van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid buiten overeenkomst met betrekking tot het privéleven.
Lichamelijke schade
Alle nadelige gevolgen van een aantasting van de fysieke of psychische integriteit.
Maatschappij
P&V Verzekeringen CV, Xxxxxxxxxxxx 000, 0000 XXXXXXX, verzekeringsonderneming toegelaten onder codenummer 0058 door de NBB, de Xxxxxxxxxxxxxx 0, 0000 Xxxxxxx voor het uitoefenen van de tak “Burgerlijke aansprakelijkheid” en “Rechtsbijstand”.
Materiële schade
De materiële beschadiging, de vernieling of het verlies van goederen, evenals elke fysieke aantasting van een dier.
Milieuaantasting
Een schadelijke, nadelige of storende wijziging aan de gesteldheid van de grond, het water of de atmosfeer ongeacht of deze wijziging een tijdelijk dan wel een permanent karakter heeft, alsmede lawaai, geur, temperatuur, toxische schimmels, trillingen en stralingen.
Oproer
Een gewelddadige manifestatie, zelfs als ze niet beraamd is, van een groep van personen die gepaard gaat met opgehitste gemoederen en gekenmerkt wordt door ongeregeldheden of onwettige daden, alsook door verzet tegen de organismen die met de handhaving van de openbare orde belast zijn, zonder dat een dergelijke beweging noodzakelijk tot doel heeft de gevestigde openbare machten omver te werpen.
Opsporingskosten
De bedachtzaam gemaakte kosten voor het opzoeken van de producten of de werken die de oorzaak van een schade zijn of die vermoed worden het te zijn.
Prionziekten
Overdraagbare spongiforme encefalopathiën zoals ondermeer BSE, de ziekte van Creutzfeldt-Xxxxx, de ziekte van Scrapie.
Product
Elk tastbaar goed geleverd in het kader van de verzekerde activiteit.
Reddingskosten
De kosten die voortvloeien zowel uit de maatregelen die de maatschappij heeft gevraagd om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen of te beperken als uit de dringende en redelijke maatregelen die de verzekerde uit eigen beweging heeft genomen om bij nakend gevaar een schadegeval te voorkomen, of, zodra het schadegeval ontstaat, om de gevolgen ervan te voorkomen of te beperken, mits zij met de zorg van een goed huisvader zijn gemaakt, ook wanneer de aangewende pogingen vruchteloos zijn geweest.
De maatregelen dienen dringend te zijn, dit wil zeggen dat de verzekerde verplicht is ze onmiddellijk te nemen zonder de mogelijkheid de maatschappij te verwittigen en voorafgaand haar akkoord te verkrijgen, op gevaar af de belangen van de maatschappij te schaden.
Het gevaar moet nakend zijn, dit wil zeggen dat er op zeer korte termijn zeker een gedekt schadegeval zou volgen indien de maatregelen niet werden genomen.
Blijven evenwel ten laste van de verzekerde:
- de kosten die voortvloeien uit maatregelen om een gedekt schadegeval te voorkomen bij ontstentenis van nakend gevaar of wanneer het nakend gevaar afgewend is;
- de kosten die voortvloeien uit het laattijdig nemen van maatregelen of uit de nalatigheid om preventiemaatregelen te nemen die vroeger al hadden moeten genomen zijn.
Schadegeval
1. Voor de toepassing van de waarborg burgerlijke aansprakelijkheid: het zich voordoen van schade dat aanleiding geeft tot de waarborg van deze overeenkomst.
Alle schades te wijten aan éénzelfde initiële oorzaak of aan een reeks van gelijkaardige oorzaken vormen samen één en hetzelfde schadegeval, waarvan de datum die is van het eerste voorvallen van schade. Zij worden dus geacht allen te zijn voorgevallen in hetzelfde verzekeringsjaar als dat waarin het eerste van deze schades is voorgevallen.
Indien de datum van het voorvallen van de schade niet met zekerheid vastgesteld kan worden, zal de datum van de eerste uiting van de schade in aanmerking genomen worden.
2. Voor de toepassing van de waarborg rechtsbijstand: een schadegeval is de situatie waarin een verzekerde een nood aan rechtsbijstand inroept ten overstaan van een derde, naar aanleiding van een materie die door de waarborg rechtsbijstand is gewaarborgd.
Deze nood aan rechtsbijstand wordt verondersteld te zijn ontstaan, ofwel wanneer er naar aanleiding van een juridische aanspraak een geschil blijkt te zijn tussen een verzekerde en een derde, ofwel wanneer een verzekerde wordt gedagvaard om ter terechtzitting te verschijnen, ofwel wanneer er schade is.
Het geschil wordt geacht zich voor te doen wanneer een verzekerde er niet langer redelijkerwijze aan kan twijfelen dat zijn rechten bedreigd worden.
Worden beschouwd als één enkel schadegeval, alle meningsverschillen of geschillen die voortvloeien uit identieke of gelijkaardige rechtscheppende feiten met een onderling oorzakelijk verband, ongeacht het aantal verzekerden dat een beroep zou doen op de waarborg rechtsbijstand.
Speedpedelec
Een tweeledig voertuig met pedalen (met uitsluiting van gemotoriseerde rijwielen), met een hulpaandrijving met als hoofddoel trapondersteuning waarvan de aandrijfkracht wordt onderbroken bij een voertuigsnelheid van maximum 45 km/uur, en met een cilinderinhoud van ten hoogste 50 cm3 met een netto-maximumvermogen van ten hoogste 4 KW indien het een motor met compressieontsteking betreft, of met een nominaal continu maximumvermogen van ten hoogste 4 KW indien het een elektrische motor betreft.
Terrorisme
Een clandestien georganiseerde actie met ideologische, politieke, etnische of religieuze bedoelingen, individueel of door een groep uitgevoerd, waarbij geweld wordt gepleegd op personen of de economische waarde van een materieel of een immaterieel goed geheel of gedeeltelijk wordt vernield, ofwel om indruk te maken op het publiek, een klimaat van onveiligheid te scheppen of de overheid onder druk te zetten, ofwel om het verkeer of de normale werking van een dienst of een onderneming te belemmeren.
Vandalisme
De schade ten gevolge van een daad van een persoon waarvan afdoende bewezen is dat die enkel werd verricht met de bedoeling schade te berokkenen.
Vergoedingsgrens
Het bedrag vermeld in de algemene of bijzondere voorwaarden, tot beloop waarvan een welbepaalde waarborg is verzekerd. Dit bedrag is vervat in het bedrag dat is verzekerd voor de materiële schade en de immateriële gevolgschade, en kan er dus niet mee worden gecumuleerd.
Verhaal van derden
De buitencontractuele vordering van een derde voor schade aan zijn goederen, door vuur, door een brand, door een ontploffing of door rook ingevolge vuur of een brand die ontstaat in of medegedeeld wordt door een gebouw waarvan de verzekeringnemer eigenaar, huurder of gebruiker is.
Verzekerde activiteit
- de activiteit vermeld in de bijzondere voorwaarden,
- de aanverwante activiteiten die nodig zijn voor en verband houden met de uitoefening van de activiteit vermeld in de bijzondere voorwaarden, onder meer:
✓ schoonmaak, onderhoud, herstelling, inrichting, monteren of demonteren van de installaties of het materiaal,
✓ vergaderingen, trainingen en repetities,
✓ het gebruik van onroerende en roerende goederen (bebouwde en onbebouwde terreinen) en van dieren,
✓ de collectieve verplaatsingen die door de verzekeringnemer wordt georganiseerd, met inbegrip van het verblijf,
✓ de deelname aan en het organiseren van culturele en sociale evenementen, zoals beurzen en tentoonstellingen,
✓ het uitbaten van een cafetaria, het bereiden en verdelen van voedsel of dranken,
✓ het organiseren van tijdelijke manifestaties van recreatieve aard en / of met het oog op het inzamelen van fondsen ter ondersteuning van de verzekerde activiteit, zoals een eetfestijn, een bal of het organiseren van een tombola,
- de verplaatsingen op de weg naar en van de verzekerde activiteit.
Indien de verzekeringnemer een overeenkomst met beperkte duurtijd afsluit, zonder stilzwijgende vernieuwing, omdat de verzekerde activiteit een tijdelijke activiteit is, is de verzekering geldig gedurende maximum 8 dagen voor en 8 dagen na de duurtijd van de verzekerde activiteit, maar ten vroegste vanaf het moment dat de maatschappij in het bezit werd gesteld van de beschrijving van deze activiteiten.
Activiteiten waarvoor de verzekerde niet beschikt over de wettelijke of reglementaire toelatingen of kwalificaties, zijn geen verzekerde activiteit.
Verzekerden
1. De verzekeringnemer,
2. Zijn bestuurders aangestelden en vrijwilligers tijdens en naar aanleiding van de uitoefening van hun functies,
3. Zijn toevallige vrijwilligers, wanneer zij occasioneel onbezoldigde prestaties leveren, en waarvan de namen voorafgaandelijk aan de maatschappij werden meegedeeld,
4. Zijn leden in de uitoefening van hun functies.
Kandidaat-leden zijn eveneens verzekerden tijdens hun deelname aan de verzekerde activiteiten die door de verzekeringnemer
voor hen worden opengesteld, echter niet op de weg naar en van de verzekerde activiteit,
5. De ouders, adoptanten, voogden of pleegzorgers van de minderjarige verzekerden, voor zover ze voor die personen burgerrechtelijk aansprakelijk zijn, indien zij niet zelf beschikken over een verzekering die hun aansprakelijkheid dekt.
6. De andere personen vermeld in de bijzondere voorwaarden.
Verzekeringnemer
De persoon of de vereniging die deze overeenkomst afsluit.
Verzekeringsjaar
De periode tussen twee jaarlijkse hoofdvervaldagen van de overeenkomst.
Vordering
Hetzij de eis vanwege een derde tot schadevergoeding, hetzij het geheel van eisen vanwege derden tot vergoeding van serieschade, hetzij de aangifte van de verzekeringnemer ten bewarende titel aan de maatschappij, wanneer hij, zelfs bij afwezigheid van eis tot schadevergoeding, meent dat, als gevolg van bepaalde schade, zijn aansprakelijkheid verondersteld, weerhouden of in het gedrang gebracht kan worden.
Vrijstelling
Het gedeelte van het schadebedrag vermeld in de bijzondere en/of algemene voorwaarden dat bij elk schadegeval ten laste van de verzekeringnemer blijft.
Vrijwilliger
Elke natuurlijke persoon die vrijwilligerswerk verricht. De bestuurders van de verzekeringnemer die aan deze voorwaarden beantwoorden, zijn eveneens vrijwilligers in de zin van deze overeenkomst.
Vrijwilligersdecreet in het domein welzijn, volksgezondheid en gezin
Het decreet van 3 april 2009 betreffende het georganiseerd vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, en het besluit van de Vlaamse regering van 26 februari 2010 houdende de algemene bepalingen die van toepassing zijn op de erkende organisaties voor autonoom vrijwilligerswerk en de organisaties met ingebouwd vrijwilligerswerk.
Vrijwilligerswet
De wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, en het KB van 19 december 2006 tot vaststelling van de minimum Garantievoorwaarden.
Vrijwilligerswerk
Elke verzekerde activiteit
a) die onbezoldigd en onverplicht wordt verricht;
b) die verricht wordt ten behoeve van één of meer personen, andere dan degene die de verzekerde activiteit verricht, van een groep of organisatie of van de samenleving als geheel;
c) die ingericht wordt door een organisatie anders dan het familie- of privé-verband van degene die de verzekerde activiteit
verricht;
d) en die niet door dezelfde persoon en voor dezelfde organisatie wordt verricht in het kader van een arbeidsovereenkomst, een dienstencontract of een aanstelling als statutair personeelslid.
Weg naar en van de verzekerde activiteit
Het normaal traject dat de verzekerden moeten afleggen om zich te begeven van hun verblijfplaats naar de plaats waar de
verzekerde activiteiten plaats hebben, en omgekeerd.
Het begrip "normaal traject" zal worden geapprecieerd in functie van de bepalingen van de wet van 10 april 1971 betreffende de ongevallen die zich voordoen op de weg van en naar het werk, en van de Belgische rechtspraak terzake.
Werken
Alle materiële werken uitgevoerd in het kader van de verzekerde activiteit.
Wet
De Wet van 4 april 2014 betreffende de Verzekeringen.
Zuiver immateriële schade
De immateriële schade die niet voortvloeit uit materiële schade of lichamelijke schade.
WETTELIJKE VERMELDINGEN
Algemene verordening met betrekking tot de gegevensbescherming.
De maatschappij verbindt zich ertoe, als verwerkingsverantwoordelijke, om de persoonsgegevens te verwerken overeenkomstig de geldende privacywetgeving. Voor meer informatie wordt verwezen naar de klantenbrochure van de maatschappij of de website xxxxx://xxx.xxxxxx.xx/xxxxxxx.
Datassur
Elke oplichting of poging tot oplichting van de maatschappij brengt niet alleen de opzegging van de verzekeringsovereenkomst met zich mee, maar wordt ook strafrechtelijk vervolgd op grond van artikel 496 van het Strafwetboek. De betrokkene zal bovendien opgenomen worden in het bestand van Datassur CV, dat de speciaal op te volgen verzekeringsrisico’s ter herinnering brengt aan de aangesloten leden verzekeraars.
De verzekeringnemer stemt er bij deze mee in dat de maatschappij aan Datassur CV persoonsgegevens meedeelt die relevant zijn in het exclusieve kader van de beoordeling van de risico’s en van het beheer van de contracten en ermee verbonden schadegevallen. Iedere persoon die zijn identiteit aantoont, heeft het recht zich tot Datassur te richten om de gegevens die op hem betrekking hebben, in te kijken en, in voorkomend geval, te laten rechtzetten. Om dat recht uit te oefenen moet de persoon in kwestie een gedateerd en ondertekend verzoek, samen met een kopie van zijn identiteitskaart, sturen naar het volgende adres: Datassur, dienst Bestanden, Xxxxxx Xxxxxx XX xxxx, 00, 0000 Xxxxxxx.
Klachten
Voor elke klacht met betrekking tot dit contract kan de verzekeringnemer zich richten tot:
- in eerste instantie : de dienst Klachtenmanagement van Vivium, Xxxxxxxxxxxxx 000, 0000 Xxxxxxx, e-mail: xxxxxx@xxxxxx.xx.
- in beroep : de Ombudsman van de Verzekeringen, de Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx, xxx.xxxxxxxxx-xxxxxxxxx.xx; e-mail: xxxx@xxxxxxxxx-xxxxxxxxx.xx
Dergelijke klacht sluit de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten niet uit.