ALGEMENE LEVERINGS- EN BETALINGSVOORWAARDEN VAN
ALGEMENE LEVERINGS- EN BETALINGSVOORWAARDEN VAN
VAN DEN BROEK PLUIMVEESERVICE B.V.
Hoofdstuk 1. ALGEMENE VOORWAARDEN
Artikel 1: Definities
In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1. Xxx xxx Xxxxx Pluimveeservice B.V. (hierna te noemen VDB): de rechtspersoon die aan een opdrachtgever werknemers ter beschikking stelt voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van deze opdrachtgever;
1.2. Werknemer: Iedere natuurlijke persoon die door tussenkomst van VDB – al dan op uitzendbasis - werkzaamheden verricht of gaat verrichten ten behoeve van een opdrachtgever.
1.3. Opdrachtgever: Iedere natuurlijke- of rechtspersoon die zich door tussenkomst van VDB voorziet van werknemers;
1.4. Opdracht: De overeenkomst tussen VDB en een opdrachtgever op basis waarvan - en in zoverre telkens - één enkele werknemer ten
xxxxxxx van die opdrachtgever door tussenkomst van VDB werkzaamheden zal verrichten;
1.5. Uitzendovereenkomst: De arbeidsovereenkomst waarbij de werknemer door VDB, in het kader van de uitoefening van het beroep of bedrijf van VDB ter beschikking wordt gesteld aan een opdrachtgever om krachtens een door deze aan VDB verstrekte opdracht arbeid
te verrichten onder toezicht en leiding van die opdrachtgever;
Artikel 2: Toepasselijkheid van deze voorwaarden
2.1. Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere aanbieding van VDB aan en op iedere overeenkomst tussen VDB en een opdrachtgever waarop VDB deze voorwaarden van toepassing heeft verklaard, alsmede op de daaruit voortvloeiende leveringen en diensten van welke aard dan ook tussen VDB en een opdrachtgever, voor zover van deze voorwaarden niet door partijen nadrukkelijk schriftelijk is afgeweken.
2.2. De opdrachtgever met wie eenmaal op deze voorwaarden werd gecontracteerd wordt geacht stilzwijgend met de toepasselijkheid daarvan op een later met VDB gesloten overeenkomst in te stemmen.
2.3. Alle aanbiedingen, ongeacht de wijze waarop deze zijn gedaan, zijn vrijblijvend.
2.4. VDB is niet gebonden aan algemene voorwaarden van de opdrachtgever voor zover die afwijken van deze voorwaarden.
2.5. Indien enige bepaling uit deze voorwaarden nietig is of wordt vernietigd, zullen de overige bepalingen van deze voorwaarden volledig van kracht blijven en zullen partijen in overleg treden teneinde nieuwe bepalingen ter vervanging van de nietige of vernietigde bepalingen overeen te komen, waarbij zoveel mogelijk het doel en de strekking van de nietige of vernietigde bepaling in acht zal worden genomen.
Artikel 3: Wijze van facturering en betalingsvoorwaarden
3.1. De facturen van VDB zijn mede gebaseerd op de ingevulde en door de opdrachtgever voor akkoord getekende tijdverantwoordingsformulieren.
3.2. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor de juiste, tijdige, volledige invulling en ondertekening van de tijdverantwoordingsformulieren.
3.3. Bij verschil tussen een bij VDB ingeleverd tijdverantwoordingsformulier en het door de opdrachtgever behouden afschrift daarvan, geldt het bij VDB ingeleverde exemplaar als juist, tenzij de opdrachtgever het tegendeel kan aantonen.
3.4. Indien de opdrachtgever niet aan het gestelde in het tweede lid voldoet, kan VDB besluiten om de opdrachtgever te factureren op basis van de bij haar bekende feiten en omstandigheden. VDB zal hiertoe niet overgaan zolang er geen redelijk overleg daaromtrent met de opdrachtgever heeft plaatsgevonden.
3.5. De opdrachtgever dient er voor zorg te dragen dat de facturen van VDB, zonder enige inhouding, korting of verrekening, binnen 14 dagen na factuurdatum zijn betaald op een door VDB aan te wijzen bankrekening.
3.6. Uitsluitend rechtstreekse betalingen aan VDB werken voor de opdrachtgever bevrijdend. Het rechtstreeks betalen dan wel het verstrekken van voorschotten aan de werknemer door de opdrachtgever zijn niet toegestaan, ongeacht de reden of de wijze waarop zulks geschiedt. Dergelijke betalingen en verstrekkingen regarderen VDB niet en leveren geen grond op voor enige schulddelging of verrekening.
3.7. Bij niet, niet tijdige of niet volledige betaling door de opdrachtgever van enige door hem verschuldigde bedragen, is hij met ingang van de vervaldatum van de betreffende factuur van rechtswege in verzuim. Vanaf dat moment is de opdrachtgever tevens een vertragingsrente van 1% per maand, een gedeelte van een maand voor een hele maand rekenende, over het bruto factuurbedrag aan VDB verschuldigd.
3.8. Alle kosten, zowel in als buiten rechte, de kosten van rechtskundige bijstand daaronder begrepen, die VDB moet maken ten gevolge van het niet nakomen van de betalingsverplichtingen door de opdrachtgever, zijn voor rekening van de opdrachtgever. De buitengerechtelijke incassokosten van VDB, te berekenen over het te incasseren bedrag, worden, met een minimum van € 113,45 vastgesteld op tenminste 15% van de hoofdsom
c.q. indien dit tot een lager bedrag leidt, op het bedrag berekend overeenkomstig rapport Voorwerk II.
3.9. Tariefwijzigingen ten gevolge van CAO-verplichtingen en wettelijk vastgestelde loon en/of lastenverhogingen zoals premies sociale verzekeringen, worden met ingang van het tijdstip van die wijzigingen aan de opdrachtgever doorberekend en zijn dienovereenkomstig door de opdrachtgever verschuldigd, ook indien deze wijzigingen zich voordoen tijdens de duur van een opdracht.
Artikel 4: Ontbinding
4.1. Indien een partij in gebreke blijft aan zijn verplichtingen uit de overeenkomst te voldoen, is de andere partij -buiten hetgeen in de overeenkomst is bepaald- gerechtigd de overeenkomst door middel van een aangetekend schrijven buitengerechtelijk te ontbinden. De ontbinding zal pas plaatsvinden nadat de ingebreke gestelde partij schriftelijk op de hoogte is gesteld van de ingebrekestelling en hem een redelijke termijn is geboden om de tekortkoming te zuiveren.
4.2. Voorts is de ene partij gerechtigd, zonder dat enige aanmaning of ingebrekestelling zal zijn vereist, buiten rechte de overeenkomst door middel van een aangetekend schrijven met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk te ontbinden indien:
a. de andere partij (voorlopige) surséance van betaling aanvraagt of hem (voorlopige) surséance van betaling wordt verleend;
b. de andere partij zijn eigen faillissement aanvraagt of in staat van faillissement wordt verklaard;
c. de onderneming van de andere partij wordt geliquideerd;
d. de andere partij zijn huidige onderneming staakt;
e. buiten toedoen van deze partij op een aanmerkelijk deel van het vermogen van de andere partij beslag wordt gelegd, dan wel indien de andere partij anderszins niet langer in staat moet worden geacht de verplichtingen uit de overeenkomst na te kunnen komen.
4.3. Indien de opdrachtgever op het moment van de ontbinding reeds prestaties ter uitvoering van de overeenkomst had ontvangen, kan hij de overeenkomst slechts gedeeltelijk ontbinden en wel uitsluitend voor dat gedeelte, dat door of namens VDB nog niet is uitgevoerd.
4.4. Bedragen die VDB vóór de ontbinding aan de opdrachtgever heeft gefactureerd in verband met hetgeen zij reeds ter uitvoering van de overeenkomst heeft gepresteerd, blijven onverminderd door opdrachtgever aan haar verschuldigd en worden op het moment van de ontbinding direct opeisbaar.
4.5. Indien de opdrachtgever, na deswege in gebreke te zijn gesteld, enige verplichting voortvloeiende uit de overeenkomst niet, niet volledig of niet tijdig nakomt, is VDB gerechtigd haar verplichtingen jegens de opdrachtgever op te schorten, zonder daardoor tot enige schadevergoeding jegens de opdrachtgever gehouden te zijn. Hiertoe is VDB eveneens gerechtigd in de onder lid 2 van dit artikel bedoelde omstandigheden.
Artikel 5: Aansprakelijkheid
5.1. Behoudens bepalingen van dwingend recht alsmede met inachtneming van de rechtsregels van de redelijkheid en billijkheid, is VDB niet gehouden tot enige vergoeding van schade van welke aard dan ook, direct of indirect, ontstaan aan de werknemer of aan zaken dan wel personen bij of van de opdrachtgever of een derde, welke schade is ontstaan als een gevolg van:
a. het ter beschikkingstellen van een werknemer door VDB aan de opdrachtgever, ook wanneer mocht blijken dat die werknemer niet blijkt te voldoen aan de door de opdrachtgever aan hem gestelde vereisten;
b. het eenzijdig opzeggen door, en een doen of nalaten van een werknemer, de opdrachtgever zelf of een derde, waaronder begrepen het aangaan van verbintenissen door de werknemer.
5.2. Voorts is VDB behoudens bepalingen van dwingend recht alsmede met inachtneming van de rechtsregels van redelijkheid en billijkheid niet gehouden tot enige vergoeding van schade van welke aard dan ook, direct of indirect, ontstaan in de uitvoering van werkzaamheden die VDB krachtens overeenkomst van opdracht als opdrachtnemer voor de opdrachtgever uitvoert, ongeacht door wiens toedoen de schade is ontstaan.
5.3. Eventuele aansprakelijkheid van VDB voor enige directe schade is in ieder geval, per gebeurtenis, beperkt tot 50% van het betreffende gefactureerde dan wel te factureren bedrag. Voor indirecte schade, waaronder gevolgschade, is VDB nimmer aansprakelijk.
5.4. De opdrachtgever is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaaldekkende aansprakelijkheidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in lid 1 van dit artikel.
5.5. In ieder geval dient de opdrachtgever VDB te vrijwaren tegen eventuele vorderingen van de werknemer of derden, tot vergoeding van schade als bedoeld in lid 1 van dit artikel geleden door die werknemer of derden.
5.6. De in leden 1 en 2 van dit artikel opgenomen beperkingen van aansprakelijkheid komen te vervallen indien sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van VDB en/of diens leidinggevend personeel.
5.7. VDB heeft te allen tijde het recht, indien en voor zover mogelijk, eventuele schade van de opdrachtgever ongedaan te maken. Hiertoe wordt tevens gerekend het recht van VDB maatregelen te treffen die eventuele schade kan voorkomen dan wel beperken.
Artikel 6: Overmacht
6.1. In geval van overmacht van VDB zullen haar verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst worden opgeschort, zolang de overmacht toestand voortduurt. Onder overmacht wordt
verstaan elke van de wil van VDB onafhankelijke omstandigheid, die de nakoming van de overeenkomst blijvend of tijdelijk verhindert en welke noch krachtens wet, noch naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid voor haar risico behoort te komen.
6.2. Zodra zich bij VDB een overmacht toestand voordoet als in het eerste lid van dit artikel bedoeld, zal zij daarvan mededeling doen aan de opdrachtgever.
6.3. Voor zover daaronder niet reeds begrepen, wordt onder overmacht tevens verstaan: werkstaking, bedrijfsbezetting, blokkades, embargo, overheidsmaatregelen, oorlog, revolutie en/of enig daaraan gelijk te stellen toestand, stroomstoringen, storingen in elektronische communicatielijnen, brand, ontploffing en andere calamiteiten, waterschade, overstroming, aardbeving en andere natuurrampen, alsmede omvangrijke ziekte van epidemiologische aard van personeel.
6.4. Zolang de overmacht toestand voortduurt zullen de verplichtingen van VDB zijn opgeschort. Deze opschorting zal echter niet gelden voor verplichtingen waarop de overmacht geen betrekking heeft en reeds voor het intreden van de overmacht toestand zijn ontstaan.
6.5. Indien de overmacht toestand drie maanden heeft geduurd, of zodra vaststaat dat de overmacht toestand langer dan drie maanden zal duren, is ieder der partijen gerechtigd de overeenkomst tussentijds te beëindigen zonder inachtneming van enige opzegtermijn. De opdrachtgever is ook na zodanige beëindiging van de overeenkomst gehouden de door hem aan VDB verschuldigde vergoedingen, welke betrekking hebben op de periode vóór de overmacht toestand, aan VDB te betalen.
6.6. VDB is tijdens de overmacht toestand niet gehouden tot vergoeding van enigerlei schade van of bij de opdrachtgever, noch is zij daartoe gehouden na beëindiging van de overeenkomst als in het vorige lid van dit artikel bedoeld.
Artikel 7: Reclames
7.1. Reclames ter zake van door VDB aan de opdrachtgever verstuurde facturen dienen binnen acht dagen na verzenddatum van de betreffende factuur schriftelijk door de opdrachtgever aan VDB kenbaar te worden gemaakt, op straffe van verval van het recht op reclame.
7.2. Een reclame schort de betalingsverplichting van de opdrachtgever niet op.
Artikel 8: Geschillen
8.1. Op de overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing.
8.2. Ten aanzien van geschillen tussen partijen die verband houden met de overeenkomst is uitsluitend de Nederlandse rechter bevoegd.
8.3. Dergelijke geschillen zullen uitsluitend worden berecht door de rechtbank binnen het arrondissement waarbinnen VDB is gevestigd.
Hoofdstuk 2. VOORWAARDEN VOOR HET TERBESCHIKKINGSTELLEN VAN UITZENDKRACHTEN
Artikel 9: (Uur)beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht
9.1. De beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht worden steeds vooraf aan de terbeschikkingstelling en zo nodig gedurende de terbeschikkingstelling, bepaald aan de hand van gesprekken die ter zake door VDB worden gevoerd met de opdrachtgever.
9.2. De beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht zullen worden afgestemd op de beloning en overige vergoedingen zoals beschreven in de CAO welke van toepassing is op het bedrijf van de opdrachtgever.
9.3. Indien op het bedrijf van de opdrachtgever geen CAO van toepassing is dan wordt bij de bepaling van de beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht uitgegaan van de maatstaven die daarvoor worden gehanteerd binnen het bedrijf van de opdrachtgever, met dien verstande dat in ieder geval rekening wordt gehouden met de wijze van bepaling
daarvan voor het, met de uitzendkracht vergelijkbaar, vast personeel in dienst van de opdrachtgever in dezelfde leeftijd, in dezelfde functie en rekening houdend met dezelfde ervaring.
Artikel 10: Inhoud van de overeenkomst en opzegtermijnen
10.1. In de overeenkomst wordt de duur van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht vermeld en wanneer deze op voorhand nog niet duidelijk is, een zo nauwkeurig mogelijke schatting daarvan. Zo mogelijk en wenselijk wordt daarin verder de begin- en einddatum van de terbeschikkingstelling, het aantal te werken uren, een opzegtermijn en de arbeidsvoorwaarden van de uitzendkracht vastgelegd. De opgenomen tijdsduur is een indicatie en niet bindend voor VDB, de opdrachtgever of de uitzendkracht.
10.2. Indien VDB of de opdrachtgever de terbeschikkingstelling wenst te beëindigen terwijl de uitzendkracht nog geen negen (9) weken bij opdrachtgever werkzaam is, dan behoeft geen opzegtermijn in acht te worden genomen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
10.3. De opdracht, waarbij is overeengekomen dat de aan de opdrachtgever ter beschikking gestelde uitzendkracht voor bepaalde tijd voor opdrachtgever werkzaam zal zijn eindigt slechts door het verstrijken van de overeengekomen contractduur, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. VDB zal de opdrachtgever hierop nadrukkelijk schriftelijk attenderen vóór het aangaan van de opdracht.
10.4. Indien de opdrachtgever de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht, die ingevolge de schriftelijke overeenkomst voor bepaalde tijd bij opdrachtgever werkzaam zou zijn, tussentijds wenst te beëindigen, zal de opdrachtgever aan VDB verschuldigd zijn een terstond opeisbare boete, groot 100% van het laats geldende opdrachtgeverstarief voor de betrokken uitzendkracht, zulks voor de duur van de periode vanaf het moment van tussentijdse beëindiging door de opdrachtgever van de terbeschikkingstelling, tot het moment van afloop van de opdracht zoals overeengekomen.
10.5. Indien de opdrachtgever de terbeschikkingstelling wenst te beëindigen terwijl de uitzendkracht voor onbepaalde tijd maar reeds langer dan acht (8) weken werkzaam is voor opdrachtgever, dan geldt, tenzij schriftelijk anders overeengekomen, het volgende opzegregime:
a. tot en met de achtste week: géén opzegtermijn;
b. van de negende tot en met de twaalfde week : zes werkdagen;
x. xxx xx xxxxxxxxx tot en met de zestiende week : acht werkdagen;
d. van de zeventiende tot en met de twintigste week: tien werkdagen;
e. vanaf de eenentwintigste week : twaalf werkdagen;
of zoveel korter als partijen alsdan nader overeenkomen.
Artikel 11: Aangaan rechtstreekse arbeidsverhouding door opdrachtgever met de uitzendkracht
11.1. Indien de opdrachtgever met een hem, door VDB, te beschikking gestelde uitzendkracht, of met de uitzendkracht welke aan hem ter beschikking gesteld zal gaan worden, rechtstreeks een arbeidsverhouding wil aangaan, dan dient hij VDB daarvan onverwijld schriftelijk in kennis te stellen. Partijen zullen alsdan in overleg treden teneinde de wens van de opdrachtgever te bespreken.
11.2. De opdrachtgever gaat niet rechtstreeks een arbeidsverhouding met de uitzendkracht aan indien de uitzendkracht de uitzendovereenkomst met VDB niet rechtsgeldig heeft beëindigd, onverminderd de overige verplichtingen van de opdrachtgever als bedoeld in lid 3. Indien de opdrachtgever direct, of binnen een periode van 1040 gewerkte uren door de uitzendkracht na aanvang van de opdracht, een arbeidsverhouding rechtstreeks voor zich, middels en/of voor derden met de betrokken uitzendkracht aangaat, zal hij aan VDB verschuldigd zijn een terstond opeisbare, niet voor matiging vatbare, boete groot 25% van het laatst geldende opdrachtgeverstarief voor de betrokken uitzendkracht, zulks voor de duur van de periode
vanaf het moment van aangaan door de opdrachtgever van de voornoemde arbeidsverhouding met de uitzendkracht tot het moment van afloop van de in de aanvang dezes genoemde periode van 1040 gewerkte uren.
11.3. De opdrachtgever (doorlener) die niet zijn eigen personeel uitleent maar de door hem ingeleende uitzendkracht op zijn beurt weer uitleent aan een ander, de uiteindelijke opdrachtgever, is aan VDB (werkgever) de boete verschuldigd zoals bedoeld in het vorig lid, indien er rechtstreeks een arbeidsverhouding wordt aangegaan tussen de uiteindelijke opdrachtgever en de uitzendkracht binnen een periode van 1040 gewerkte uren door de uitzendkracht na aanvang van de opdracht.
11.4. De opdrachtgever dient ten allen tijde een eventueel tussen VDB en de uitzendkracht overeengekomen non-concurrentiebeding te eerbiedigen. Op verzoek van de opdrachtgever zal VDB hem informeren omtrent het bestaan en de inhoud van een zodanig beding.
Artikel 12: Selectie van uitzendkrachten
12.1. De uitzendkracht wordt door VDB gekozen enerzijds aan de hand van de bij VDB bekende hoedanigheden en kundigheden van de voor uitzending beschikbare uitzendkrachten en anderzijds aan de hand van de door opdrachtgever aan VDB verstrekte inlichtingen betreffende de op te dragen werkzaamheden.
12.2. Niet-functie-relevante eisen bij het verstrekken van inlichtingen betreffende de op te dragen werkzaamheden, zoals bedoeld in het vorige lid, kunnen niet door de opdrachtgever worden gesteld. In ieder geval zullen deze door VDB niet worden gehonoreerd.
12.3. VDB is geheel vrij in de keuze van de persoon of de personen die zij ter beschikking van opdrachtgever stelt.
12.4. De opdrachtgever heeft het recht om indien een uitzendkracht niet voldoet aan de door de opdrachtgever gestelde eisen, zulks binnen 4 uur na de aanvang der werkzaamheden aan VDB kenbaar te maken.
Artikel 13: Zorgverplichting opdrachtgever en vrijwaring jegens VDB
13.1. De opdrachtgever is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt.
13.2. De opdrachtgever is jegens VDB aansprakelijk voor en dientengevolge gehouden tot vergoeding van de schade die de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt, tenzij de opdrachtgever aantoont dat hij de in lid 1 van dit artikel genoemde verplichtingen is nagekomen of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht.
13.3. Indien de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werkzaamheden zodanig letsel heeft bekomen dat daarvan de dood het gevolg is, is de opdrachtgever overeenkomstig artikel 6:108 BW jegens de in dat artikel bedoelde personen en jegens VDB gehouden tot vergoeding van de schade aan de bedoelde personen, tenzij de opdrachtgever aantoont dat hij de in lid 1 van dit artikel genoemde verplichtingen is nagekomen of dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht.
13.4. De opdrachtgever zal VDB te allen tijde vrijwaren tegen aanspraken, jegens VDB ingesteld wegens het niet nakomen door de opdrachtgever van de in lid 1 van dit artikel genoemde verplichtingen en verleent VDB de bevoegdheid haar aanspraken terzake aan de direct belanghebbende(n) te cederen, dan wel mede namens VDB tegen de opdrachtgever geldend te maken.
13.5. De opdrachtgever is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaal dekkende aansprakelijkheidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in dit artikel.
Artikel 14: Overige verplichtingen van de opdrachtgever
14.1. Tijdig voordat de terbeschikkingstelling een aanvang neemt, dient de opdrachtgever aan VDB de noodzakelijke informatie te verstrekken over de verlangde beroepskwalificatie van de uitzendkracht, alsmede VDB een Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI & E) ter hand te stellen, bevattende de specifieke kenmerken van de door de uitzendkracht in te nemen arbeidsplaats. VDB zal voor doorgeleiding van voor bedoelde informatie en documentatie aan de uitzendkracht zorgdragen.
Hoofdstuk 3. VOORWAARDEN VOOR ARBEIDSBEMIDDELING
Artikel 15: Toepasselijkheid algemene bepalingen
15.1. De in hoofdstuk 1 opgenomen bepalingen zijn gelijkelijk van toepassing op de relatie tussen arbeidsbemiddelingsonderneming en opdrachtgever, uitgezonderd het in artikel 3 leden 1, 2, 3, 4 en 6 bepaalde.
15.2. Waar in hoofdstuk 1 wordt gesproken over: "VDB", "opdrachtgever", "werknemer" of "ter beschikking stellen", dient, wanneer sprake is van arbeidsbemiddeling, voor deze begrippen respectievelijk gelezen te worden: "arbeidsbemiddelingsonderneming", "opdrachtgever", "werkzoekende" en "arbeidsbemiddeling".
Artikel 16: Honorarium en inhoud van de overeenkomst
16.1. Het door de opdrachtgever aan de arbeidsbemiddelingsonderneming verschuldigde honorarium kan bestaan uit, hetzij een van tevoren vast overeengekomen bedrag, hetzij uit een van tevoren overeengekomen percentage van het aan de werkzoekende aangeboden bruto jaarsalaris te vermeerderen met vakantietoeslag, welk percentage minimaal 18 % bedraagt.
16.2. Tenzij schriftelijk anders overeengekomen is het in het vorige lid van dit artikel bedoelde honorarium slechts dan verschuldigd indien de arbeidsbemiddeling heeft geleid tot een arbeidsovereenkomst respectievelijk aanstelling tot ambtenaar met een door de arbeidsbemiddelingsonderneming geselecteerde werkzoekende. Ook indien zich de situatie voordoet als in artikel 18 bepaald, is de opdrachtgever het in lid 1 van dit artikel bedoelde honorarium verschuldigd.
16.3. In de overeenkomst wordt, voor zover relevant, de duur van arbeidsbemiddeling, de wijze waarop deze door de arbeidsbemiddelingsonderneming wordt uitgevoerd en het daarvoor door de opdrachtgever aan de arbeidsbemiddelingsonderneming verschuldigde honorarium opgenomen.
16.4. Onder het honorarium wordt niet verstaan de plaatsing- en productiekosten van advertenties, de reis- en verblijf kosten van de werkzoekende en de kosten van een psychologische test.
Artikel 17: Aangaan arbeidsverhouding door opdrachtgever met de werkzoekende
17.1. Indien de opdrachtgever gedurende de looptijd van de opdracht tot arbeidsbemiddeling of binnen zes maanden na beëindiging daarvan zelf rechtstreeks een arbeidsovereenkomst aangaat met dan wel overgaat tot aanstelling van een door de arbeidsbemiddelingsonderneming geselecteerde werkzoekende, is hij aan de arbeidsbemiddelingsonderneming verschuldigd een terstond opeisbare, niet voor rechterlijke matiging vatbare, boete gelijk aan het met de opdrachtgever overeengekomen honorarium voor de arbeidsbemiddeling dan wel gelijk aan het honorarium dat in rekening zou zijn gebracht indien er geen rechtstreekse arbeidsverhouding als hiervoor bedoeld zou zijn aangegaan.
Artikel 18: Selectie van werkzoekende
18.1. De werkzoekende wordt door de arbeidsbemiddelingsonderneming geselecteerd enerzijds aan de hand van de door opdrachtgever aan de arbeidsbemiddelingsonderneming verstrekte wensen omtrent diens hoedanigheden en kundigheden en verstrekte inlichtingen betreffende de aard van de functie en anderzijds aan de hand van de bij de arbeidsbemiddelingsonderneming bekende hoedanigheden en kundigheden van de werkzoekende.
18.2. Niet-functie-relevante eisen bij het verstrekken van wensen en inlichtingen betreffende de gewenste kandidaat en de aard van de functie zoals bedoeld in het vorige lid van dit artikel, kunnen niet door de opdrachtgever worden gesteld. In ieder geval zullen deze door de arbeidsbemiddelingsonderneming niet worden gehonoreerd.