BINDEND ADVIES
Geschillencommissie voor de Fortis-schikkingsovereenkomst
p/a Tossens Goldman Gonne
IT Tower Xxxxxx Xxxxxx 000/00, 0000 Xxxxxxxx Xxxxxxx Tel. x00 0 000 00 00 – Fax x00 0 000 00 00
BINDEND ADVIES
ex Artikelen 7:900 e.v. van het Nederlandse Burgerlijk Wetboek
in overeenstemming met Artikel 4.3.5. xxx xx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
in het geschil tussen
de heer
hierna genoemd de “Claimant”
en
Computershare Investor Services PLC
hierna genoemd “Computershare”
tezamen genoemd “Partijen”
De Geschillencommissie:
de xxxx Xxxxxx KORTE de xxxx Xxxx XXXXX
de heer Xxxx-Xxxxxxxx XXXXXXX
6 JULI 2021
INHOUDSOPGAVE
I. INLEIDING 3
A. De Partijen 3
B. Samenstelling van de Geschillencommissie 3
C. De historische context en de achtergrond van de procedure voor het geschil 3
C.1 De Gebeurtenissen 3
C.2 Het proces van bemiddeling 4
C.3 De Schikkingsovereenkomst 4
C.4 De Geschillencommissie 5
II. BESCHRIJVING VAN HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE BIJ DE GESCHILLENCOMMISSIE 5
III. SAMENVATTING VAN HET GESCHIL 8
IV. STANDPUNTEN EN VERZOEKEN VAN DE PARTIJEN 8
A. De correspondentie voorafgaande aan de procedure bij de Geschillencommissie 8
B. Standpunt van de Claimant 10
C. Standpunt van Computershare 12
V. BEVINDINGEN EN OVERWEGINGEN VAN DE GESCHILLENCOMMISSIE 16
A. Ontvankelijkheid van het Verzoek tot Bindend Advies 16
B. Tijdigheid van de door de Claimant ingediende Kennisgeving van Onenigheid 16
C. De grond van de zaak 21
VI. BESLISSING 21
I. INLEIDING
A. De Partijen
1. De Claimant is de heer
, Nederland (de Claimant).
, wonend aan de
2. Computershare Investor Services PLC is een onderneming onder de wet- en regelgeving van het Verenigd Koninkrijk, handelend als Claims Administrator voor de Fortis- schikkingsovereenkomst en, in die hoedanigheid, geregistreerd als kantoorhoudend per adres XX Xxx 00 Xxx Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx Xxxx, Xxxxxxx XX00 0XX, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx (Computershare)1.
B. Samenstelling van de Geschillencommissie
3. De Geschillencommissie bestaat uit vijf leden2. Artikel 3.1 van haar Reglement3 schrijft voor: “Elk geschil dat aan de Geschillencommissie wordt voorgelegd zal worden beslecht door een combinatie van drie leden”.
4. Voor het onderhavige geschil bestaat deze combinatie uit de volgende leden: de xxxx Xxxxxx Xxxxx, de xxxx Xxxx Xxxxx en de heer Xxxx-Xxxxxxxx Xxxxxxx.
C. De historische context en de achtergrond van de procedure voor het geschil
C.1 De Gebeurtenissen
5. In 2007 en 2008 hebben Fortis N.V. (na 30 april 2010, Ageas N.V.), een onderneming onder Nederlands recht en Fortis S.A./N.V. (na 30 april 2010, Ageas S.A./N.V.), een onderneming onder Belgisch recht (de Fortis Group of Ageas) bepaalde activiteiten ondernomen die volgens bepaalde aantijgingen, in strijd zouden zijn geweest met de Belgische en Nederlandse wet- en regelgeving (de Gebeurtenissen).
6. Als gevolg van deze aantijgingen werden zowel in Nederland als in België civielrechtelijke claims ingediend en gerechtelijke procedures gestart door onder anderen de VEB4, SICAF5 en
1 Computershare is, in gevolge Artikel 4.2 van de Schikkingsovereenkomst, aangesteld tot Claims Administrator.
2 De Geschillencommissie bestaat uit de volgende leden: xxxxxxx Xxxxxxxxx Xxxx (vanaf 30 april 2021), de xxxx Xxxxxx Xxxxx (vanaf het begin), xxxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxx (vanaf 30 april 2021), de xxxx Xxxx Xxxxx (vanaf het begin) en de heer Xxxx-Xxxxxxxx Xxxxxxx (vanaf het begin). De xxxx Xxxx Xxxx was ook lid van de Geschillencommissie (vanaf het begin tot 18 november 2021).
3 Het Reglement van de Geschillencommissie kan worden geraadpleegd op de website van FORsettlement: xxx.xxxxxxxxxxxxx.xxx.
4 Vereniging van Effectenbezitters, een vereniging naar Nederlands recht, met zetel in Den Haag, en ingeschreven in het handelsregister onder nummer 40408053 (VEB).
5 Stichting Investor Claims Against FORTIS, een stichting naar Nederlands recht, met zetel in Amsterdam, Nederland, en ingeschreven in het handelsregister onder nummer 50975625 (SICAF).
FortisEffect6 (alle in Nederland), en door Deminor7 en een groep van beleggers geadviseerd en gecoördineerd door Xxxxxxx (in België).
C.2 Het proces van bemiddeling
7. Op 8 oktober 2015 ging, op basis van een bemiddelingsovereenkomst, een bemiddelingsproces van start tussen de voornoemde eisers, Ageas en de Stichting FORsettlement8 (FORsettlement).
8. Uit dit bemiddelingsproces kwam voort dat Xxxxx xxxxxx was, zonder te erkennen dat zij bij enig foutief gedrag betrokken is of is geweest, of dat zij enige wet- of regelgeving heeft overtreden, of dat enige persoon die aandelen hield in de Fortis Group in 2007 of 2008 enige voor vergoeding in aanmerking komende schade zou hebben geleden, alle vorderingen te schikken die enige persoon die een of meerdere aandelen in de Fortis Group hield op enig moment tussen 28 februari 2007 c.o.b.9 en 14 oktober 2008 c.o.b. (de Eligible Shareholders), heeft gehad, heeft, of in de toekomst mocht hebben in verband met de Gebeurtenissen tegen Ageas, haar bestuurders en enige andere partijen.
C.3 De Schikkingsovereenkomst10
9. Bovengenoemde uitkomst van de bemiddeling is vervolgens op 13 april 2018 ingebed in een formele schikkingsovereenkomst tussen Ageas SA/NV, de Vereniging van Effectenbezitters, DRS Belgium CVBA, de Stichting Investor Claims Against FORTIS, de Stichting FortisEffect en Stichting FORsettlement (de Schikkingsovereenkomst)11. Volgens de Schikkingsovereenkomst heeft iedere Eligible Shareholder aanspraak op een bepaalde vergoeding (een gedeelte van het Schikkingsbedrag), waarvan de toedeling onder toezicht staat van de Claimbehandelaar en de Geschillencommissie. De Schikkingsovereenkomst is algemeen verbindend verklaard door het Gerechtshof te Amsterdam op 13 juli 2018.
10. Computershare is door de Stichting benoemd tot Claimbehandelaar. Zij heeft tot taak om een onafhankelijke beoordeling te maken of iemand die een Claimformulier indient, volgens de Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx een aanspraak heeft op een vergoeding, en om namens Ageas de vergoeding te betalen aan de Eligible Shareholder die een Claimformulier voor een geldige claim heeft ingediend.
6 Stichting FortisEffect, een stichting naar Nederlands recht, met zetel in Utrecht, Nederland, en ingeschreven in het handelsregister onder nummer 30249138 (FortisEffect).
7 DRS Belgium CVBA, een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Belgisch recht, met zetel in Brussel, België, en ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder nummer 0452.511 .928 (Deminor)
8 Een stichting naar Nederlands recht, met zetel in Amsterdam, Nederland, en ingeschreven in het handelsregister onder nummer 65740599.
9 Volgens bijlage 1 bij de Schikkingsovereenkomst betekent "c.o.b.": het moment waarop de handel sluit op de aandelenbeurs van Amsterdam of Brussel, als relevant, op een gegeven datum.
10 De Schikkingsovereenkomst kan worden geraadpleegd op de website van Forsettlement : xxx.xxxxxxxxxxxxx.xxx
11 Tenzij in dit Bindend Advies anders aangegeven, hebben termen met een hoofdletter in dit advies dezelfde betekenis als hoe dit termen in de Schikkingsovereenkomst gedefinieerd zijn.
C.4 De Geschillencommissie
11. De Schikkingsovereenkomst bepaalt ook dat er een Geschillencommissie moet zijn. Volgens Artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst kunnen Eligible Shareholders geschillen voorleggen aan de Geschillencommissie “ter definitieve beslechting in de vorm van een bindend advies naar Nederlands recht”.
12. Het Bindend Advies dat de Geschillencommissie zal uitbrengen in overeenstemming met het voorgaande is een specifieke vorm van geschillenbeslechting die is geregeld in Artikel 7:900 van het Nederlandse Burgerlijk Wetboek, waarbij de partijen in een geschil een derde partij de beslechting van het geschil toevertrouwen. Volgens Artikel 4.17 van het Reglement van de Geschillencommissie moet het bindend advies worden vastgesteld in overeenstemming met het Nederlands recht, met wat bepaald is in de Schikkingsovereenkomst, met het Reglement van de Geschillencommissie en, indien relevant, in overeenstemming met andere rechtsregels of enige van toepassing zijnde handelsgebruiken, die de Geschillencommissie toepasselijk acht in het licht van de aard van het geschil. Artikel 10.1 van de Schikkingsovereenkomst bepaalt dat ook op die overeenkomst zelf bij uitsluiting Nederlands recht van toepassing is.
13. Het Reglement van de Geschillencommissie dat het functioneren van de Geschillencommissie regelt, als ook de procedure volgens welke een geschil door de Geschillencommissie wordt behandeld, is openbaar gemaakt12.
II. BESCHRIJVING VAN HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE BIJ DE GESCHILLENCOMMISSIE
14. Op 24 februari 2021 leidt de Claimant een Verzoek tot Bindend Advies in tegen de Kennisgeving van late indiening van een Bezwaarschrift van Computershare van 17 februari 2021 waarbij zijn claim werd afgewezen.
15. Nadien, op 24 februari 2021 bevestigt de Geschillencommissie ontvangst van het Verzoek tot Bindend Advies.
16. Op 25 februari 2021 maakt de Geschillencommissie het Verzoek tot Bindend Advies en de bijhorende stukken over aan Computershare met de vraag om tegen uiterlijk 4 maart 2021 haar standpunt in deze zaak mee te delen.
17. Op 3 maart 2021 deelt Computershare haar positie mee aangaande haar beoordeling van de voorgelegde claim.
18. Op 3 maart 2021 nodigt de Geschillencommissie de Claimant uit om zijn standpunt aangaande het antwoord van Computershare van 3 maart 2021 mee te delen tegen uiterlijk 10 maart 2021.
12 Het Reglement van de Geschillencommissie kan worden geraadpleegd op de website van FORsettlement: xxx.xxxxxxxxxxxxx.xxx.
19. Op 8 maart 2021 geeft de Claimant zijn oordeel mee over het standpunt dat Computershare met haar brief van 3 maart 2021 had ingenomen.
20. Op 10 maart 2021 vraagt de Geschillencommissie aan de Claimant om het elektronisch bericht van Fortsettlement van 26 maart 2019 in haar geheel naar de Geschillencommissie door te sturen. Tezelfdertijd vraagt de Geschillencommissie aan Computershare om tegen uiterlijk 17 maart 2021 haar reactie op de meest recente correspondentie van de Claimant mee te delen.
21. Op 11 maart 2021 deelt Computershare de Nederlandstalige versie van haar brief van 3 maart 2021 mee.
22. Op 11 maart 2021 laat de Claimant weten niet meer over het elektronisch bericht van 26 maart 2019 in kwestie te beschikken.
23. Op 17 maart 2021 reageert Computershare met een brief in het Engels en in het Nederlands op de meest recente correspondentie van de Claimant.
24. Op 18 maart 2021 vraagt de Geschillencommissie aan de Claimant of hij nog enig commentaar heeft op de meest recente correspondentie van Computershare.
25. Op 23 maart 2021 richt de Claimant een nieuwe brief aan de Geschillencommissie als reactie op de brief van Computershare van 17 maart 2021.
26. Op 26 maart 2021 vraagt de Geschillencommissie aan Computershare of zij nog commentaar wenst te verstrekken op de meest recente correspondentie van Xxxxxxxx, en legt daarvoor een termijn op die verstrijkt op 30 maart 2021.
27. Op 7 april 2021 antwoordt Computershare dat zij haar eerder standpunt handhaaft, en dat zij door het vakantieschema en andere administratieve verplichtingen niet in staat was tijdig te antwoorden.
28. Op 8 april 2021 reageert de Claimant op de meest recente correspondentie van Computershare.
29. Op 15 april 2021 nodig de Geschillencommissie de Partijen uit om deel te nemen aan een hoorzitting.
30. Op 16 april 2021 antwoordt de Claimant met het verzoek om het te houden bij een schriftelijke procedure omdat zijn gehoor hem in de steek laat.
31. Op 20 april 2021 bevestigt Computershare dat zij geen bezwaar heeft om de procedure verder enkel schriftelijk te laten verlopen.
32. Op 29 april 2021 stelt de Claimant de vraag wat de volgende stappen in de procedure zijn.
33. Op 11 mei 2021 brengt de Xxxxxxxx zijn bericht van 29 april 2021 in herinnering en vraagt om een antwoord.
34. Op 12 mei 2021 verstuurt Computershare haar brief met datum van 11 mei 2021 in het Engels en in het Nederlands waarin ze haar positie verduidelijkt.
35. Op 18 mei 2021 legt de Geschillencommissie een aantal bijkomende gerichte vragen voor aan de Claimant en aan Computershare met het verzoek daarop uiterlijk 25 mei 2021 te antwoorden.
36. Nadien op 18 mei 2021 verstrekt de Claimant de antwoorden voor wat betreft de vragen die aan hem gericht waren.
37. Op 25 mei 2021 verzoekt Computershare om over een bijkomende werkdag te beschikken om de antwoorden op de vragen van 18 mei 2021 voor te bereiden.
38. Op 26 mei 2021 bevestigt de Geschillencommissie dat zij aan Computershare een bijkomende werkdag toekent om de vragen te beantwoorden, die de Geschillencommissie met haar email van 18 mei 2021 aan haar had voorgelegd.
39. Nadien, op 26 mei 2021 richt Computershare een brief met de antwoorden op de voorgelegde vragen.
40. Op basis van de analyse van de stukken welke Computershare heeft meegedeeld legt de Geschillencommissie op 10 juni 2021 een aantal bijkomende vragen voor aan de Claimant.
41. Op 14 juni 2021 antwoordt de Claimant op de vragen die de Geschillencommissie met haar email van 10 juni 2021 aan hem had voorgelegd.
42. Op 28 juni 2021 doet de Claimant navraag bij de Geschillencommissie omtrent de stand van zaken van de behandeling van zijn Verzoek tot Bindend Advies en vraagt hij om een ontvangstmelding van zijn bericht van 14 juni 2021. De Claimant richt dit bericht enkel aan de Geschillencommissie en niet aan Computershare.
43. Op 29 juni 2021 bevestigt de Geschillencommissie aan de Claimant de ontvangst van zijn bericht van 28 juni 2021 en wijst zij de Claimant op de tegensprekelijkeid van de debatten en de vereiste om alle betrokkenen in alle correspondentie te betrekken.
44. Op 4 juli 2021 sluit de Geschillencommissie de debatten en kondigt zij aan binnen enkele dagen een bindend advies over het geschil uit te brengen.
III. SAMENVATTING VAN HET GESCHIL
45. De Claimant beweert dat hij enkel de eerste pagina van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering heeft ontvangen, welke Computershare op 25/26 maart 202013 heeft toegestuurd en dat hij de daaropvolgende pagina’s niet heeft ontvangen. Omdat op de volgende pagina’s ondermeer toelichting wordt verstrekt omtrent de procedure en de termijn voor de indiening van een bezwaar stelt de Claimant geen kennis te hebben gekregen van deze bepalingen.
46. Computershare is van oordeel dat de Claimant niet tijdig zijn bezwaar heeft kenbaar gemaakt bij Computershare.
IV. STANDPUNTEN EN VERZOEKEN VAN DE PARTIJEN
A. De correspondentie voorafgaande aan de procedure bij de Geschillencommissie
47. Op 23 augustus 2018 heeft Rabobank een positieoverzicht aan de Claimant overgemaakt waarin 6.000 aandelen Fortis worden gerapporteerd op datum van 7 november 2007, zijnde het einde van de Periode 1. Het gaat om zogenaamde Buyer Shares. Voor de andere voor de Schikkingsovereenkomst relevante data worden geen aandelen op deze staat vermeld.
48. Op 25 oktober 2018 heeft de Claimant zijn Claimformulier ingediend waarbij hij vergoeding vordert voor het aanhouden van 6.000 aandelen Fortis op 21 september 2007, zijnde de aanvangsdatum van de Periode 1.
49. Op 25 maart of 26 maart 2019 heeft Computershare een bericht genoemd “Aanvaarding van Vordering en uitkering” per email aan Claimant gericht waarin 0 aandelen worden gerapporteerd voor zowel de Buyer Shares als de Holder Shares, en waarin 6.000 aandelen worden gerapporteerd als hoogste positie tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008.
50. Op 28 maart 2019 maakt Computershare een bedrag van € 665 (70% van €950 vergoeding als compensation add on) over op de rekening van de Claimant bij Rabobank, welke is gebaseerd op het aanhouden van 6.000 aandelen bij de aanvang van de Periode 1.
51. Ergens voor of op 24 december 2020 heeft de Claimant een vraag voorgelegd aan Computershare. Geen van de Partijen legt enige documentatie dienaangaande over.
52. Op 24 december 2020 heeft Computershare een “Afwijzing van uw onenigheid als niet tijdig ingediend” aan de Claimant gericht als antwoord op een bezwaar dat hij eerder zou hebben ingediend. Computershare verwijst in deze brief naar de uiterste datum voor de indiening van een Bezwaarschrift, te weten 15 april 2019.
13 In onderhavig geschil staat de precieze datum van dit document ter discussie. Om deze reden worden alle verwijzingen naar de verzending van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering in dit Bindend Advies vermeld met verwijzing naar de twee data
53. Op 24 december 2020 heeft de Claimant geantwoord dat er helemaal geen onenigheid is, dat hij helemaal geen Bezwaarschrift heeft ingediend, en dat zijn vraag (zie §.51) ertoe strekt te weten wanneer de betaling komt.
54. Op 6 januari 2021 antwoordt Computershare met een schets van de historiek van de correspondentie. In hetzelfde bericht verwijst Computershare naar een recent ontvangen Bezwaarschrift zonder enige verduidelijking of verwijzing naar een datum, waarin de Claimant zou hebben aangegeven niet akkoord te gaan met de berekening op grond van zijn stelling dat dat hij in bezit was van 6.000 aandelen aan het einde van de Periode 1 (7 november 2007). Op basis van het positieoverzicht van de Rabobank stelt Computershare vast dat de Claimant inderdaad 6.000 aandelen aan het einde van de Periode 1 aanhield en dus in aanmerking kon komen voor compensatie voor 6.000 Buyer Shares voor de Periode 1. Na het controleren van het Claimformulier stelt Computershare vast dat de Claimant 6.000 aandelen heeft ingevuld voor het begin van de Periode 1 (21 september 2007) in plaats van deze 6.000 aandelen te vermelden op het einde van de Periode 1 (7 november 2007). Computershare verduidelijkt dat het in maart 2019 de claim heeft aanvaard op basis van wat werd ingevuld op het Claimformulier, wat inhield dat deze 6.000 aandelen noch als Buyer Shares noch als Holder shares werden aanzien, en de Claimant enkel aanspraak kon maken op de vergoeding welke overeenstemt met het hoogste aantal aandelen aangehouden tijdens de voor de Schikkingsovereenkomst relevante periode. Computershare wijst erop dat de Claimant tot 15 april 2019 de tijd had om een bezwaarschrift in te dienen om zijn fout recht te zetten. Aangezien de Claimant geen bezwaarschrift vóór deze deadline heeft ingediend, is de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/ 26 maart 2019 bindend geworden en staat er geen verder rechtsmiddel open. Dit werd door Computershare bevestigd met de email van 24 december 2020.
55. Nadien, op 6 januari 2021, heeft de Claimant navraag gedaan omtrent de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/ 26 maart 2019, en heeft hij op een fout in de boodschap van Computershare gewezen waarin, onterecht, wordt verwezen naar 600 (zeshonderd) aandelen als hoogste positie in plaats van 6.000 (zesduizend) aandelen.
56. Op 7 januari 2021 heeft Computershare geantwoord met de bevestiging dat het, als hoogste aangehouden positie, wel degelijk om 6.000 (zesduizend) aandelen en niet om 600 (zeshonderd) aandelen gaat. Voor het overige brengt Computershare in herinnering dat er in het Claimformulier 6.000 aandelen werden gerapporteerd bij de aanvang van de Periode 1.
57. Op 7 of 8 januari 2021 heeft de Claimant gereageerd met het bericht dat het fijn was dat Computershare de fout in het Claimformulier heeft ontdekt, dat hij verbaasd was te lezen dat zijn claim elektronisch zou zijn ingediend omdat hij zich herinnert dit per post te hebben gedaan, en dat hij dit Claimformulier zorgvuldig heeft ingevuld.
58. Op 8 januari 2021 heeft Computershare ontvangst van het bericht van de Claimant bevestigd. Daarnaast confirmeerde zij tevens dat het Claimformulier wel degelijk elektronisch werd
ingediend, zoals ook kon worden afgeleid uit de aan de claim toegekende code, en dat de
online ingediende claims automatisch in het systeem worden overgenomen en opgeslagen.
59. Tussen 8 januari en 11 januari 2021 heeft de Claimant gevraagd welke dienst binnen Computershare hij kan contacteren, en vroeg hij om nadere informatie omtrent de Geschillencommissie.
60. Op 11 januari 2021 heeft Computershare de contactgegevens van de Geschillencommissie meegedeeld.
61. Op 11 januari 2021 heeft de Claimant gevraagd wat het tijdspad is voor de behandeling van de voorgelegde vraag (zie § 53).
62. Op 12 januari 2021 heeft Computershare geantwoord dat de behandeling van zijn grieven tussen de 1 tot 3 weken zou duren.
63. Op 2 februari 2021 heeft de Claimant vastgesteld dat de periode van 3 weken is verlopen en dat hij nog steeds zonder verder nieuws is.
64. Op 3 februari 2021 heeft Computershare de Claimant erop gewezen dat de bezwaartermijn is verstreken omdat het bezwaar niet tegen uiterlijk 15 april 2019 werd meegedeeld.
65. Op 4 februari 2021 heeft de Claimant een email aan Computershare gericht met de vraag of het standpunt van Computershare van eerder die dag definitief is.
66. Op 17 februari 2021 heeft Computershare aan de Claimant een “Kennisgeving van late indiening van een bezwaar” gestuurd.
67. Op 26 februari 2021 heeft de Claimant een Verzoek tot Bindend Advies bij de Geschillencommissie ingeleid.
B. Standpunt van de Claimant
68. De Claimant geeft toe dat hij bij het invullen van het Claimformulier een fout heeft gemaakt, en 6.000 aandelen Fortis ten onrechte heeft vermeld als zijnde de beginpositie van de Periode 1 die relevant is voor de berekening van de vergoeding, terwijl in werkelijkheid en volgens de bankverklaring het om 6.000 aandelen Fortis ging, die op het einde van de Periode 1 dienden te worden gerapporteerd en als Buyer Shares dienen te worden beschouwd. Volgens zijn berekeningen komt de vergoeding op basis van de foutieve informatie uit op een bedrag van 950 EUR terwijl dit, op basis van de correcte informatie, 4.475 EUR hoort te zijn.
69. De Claimant stelt dat hij, bij de ontvangst van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/26 maart 2019, de aansluiting tussen zijn eigen opgave in het Claimformulier enerzijds, en de terugkoppeling van Computershare anderzijds niet heeft kunnen maken. Hij kon nergens
terugvinden wat bedoeld was met de termen “Buyer Shares” en “Holder Shares”. Er wordt weliswaar verwezen naar de Schikkingsovereenkomst, maar de Claimant oordeelt dat een juridische tekst van 47 pagina’s voor hem niet toegankelijk is. De Claimant verwijst ook naar de website van FORsettlement en zegt dat hij de antwoorden niet vond in de “Glossary”. De Claimant vindt ook dat hij misleid werd door de tekst van de eerste pagina van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering waarin wordt verwezen naar “voorlopige vergoeding” en “wat uw definitieve vergoeding ook moge zijn”. De Claimant stelt dat in de Aanvaarding van Vordering en Uitkering een leeswijzer met uitleg ontbrak. Het document was voor hem ondoorzichtig met een cryptisch tabelletje, terwijl een uitnodiging om de gegevens te controleren en bij fouten recht te zetten ontbrak. Ook was er volgens hem nergens een vermelding van een bestaande deadline van 15 april 2019 welke volgens de Claimant absurd kort is.
70. De Claimant verwijt Computershare het niet verstrekken van een opgaaf van registratie direct na de indiening van zijn claim.
71. De Claimant voegt eraan toe dat hij lang geduld heeft uitgeoefend omdat dit ook uitdrukkelijk werd gevraagd met de woorden “HET NAUWKEURIG VERWERKEN VAN VORDERING VEREIST EEN AANZIENLIJKE HOEVEELHEID TIJD. BIJ VOORBAAT DANK U VOOR UW GEDULD” op het Claimformulier.
72. De Claimant doet opmerken dat de Aanvaarding van Vordering en Uitkering zoals hij deze heeft ontvangen er anders uitziet dan de versie welke Computershare in het kader van dit geschil meedeelt. Zo stelt de Claimant vast dat het ontvangen bericht dat hij eertijds heeft ontvangen de datum van 25/26 maart 2019 draagt, en het door Computershare aangeleverde stuk de datum van 26 maart 2019 draagt, dat er in het ontvangen bericht geen sprake is van een bijlage. De Claimant merkt op dat in de ontvangen e-mail de bedragen staan met een scheidende spatie tussen het valuta-teken en het bedrag. In het door Computershare aangeleverde stuk is dat niet het geval. Belangrijker nog is volgens de Claimant dat slechts een gedeelte van de boodschap bij hem terecht is gekomen, namelijk de eerste pagina, en dat de passages aangaande de termijn, de uitnodiging tot controle van de gegevens en het onherroepelijk karakter van de Vaststelling van Aanvaarding ontbreken zodat hij hiervan geen kennis had.
73. De Claimant wijst erop dat de email die hij ontving, degene is waarvan hij een afdruk stuurde, en dat die anders is dan hetgeen Computershare opgaf. Claimant voegt daaraan toe dat de bewuste brief niet als bijlage in een email werd gestuurd maar wel een email met tekst. De Claimant begrijpt niet hoe het kan dat hij een visueel duidelijk ander bericht ontving dan datgene wat Computershare verstrekte.
74. De Claimant betwist de samenhang tussen de verschillende door Computershare voorgelegde bewijsstukken en stelt dat Computershare enkel de systematiek van het verzendproces uitlegt zonder aan te tonen wat er daadwerkelijk werd verstuurd. Naar het oordeel van de Claimant toont Computershare niet daadwerkelijk aan dat de effectieve verzending zonder problemen is verlopen, dat het emailbericht zonder problemen is samengesteld, dat de verwerking ervan probleemloos is verlopen, en dat de distributie probleemloos is verlopen.
75. De Claimant legt uit dat hij zich in zijn analyse, heeft laten adviseren en dat dit advies leidde tot de conclusie dat Computershare bij de verdediging van haar positie gebruik maakt van onbetrouwbare documenten ter onderbouwing van een gekozen positie. De niet- onderbouwde conclusie van het niet-getoonde onderzoek is naar het oordeel van de Claimant daarom discutabel.
76. De indiening van de claim diende met bewijsstukken gedaan te worden. De Claimant stelt dat de controle van het aangeleverde bewijsmateriaal een essentieel onderdeel van de taak van Computershare vormt, en dat daarmee de verantwoordelijkheid bij de controle van de inhoud van de verwerkte claim ook bij haar rust. In het meegezonden bewijs is naar het oordeel van de Claimant onomstotelijk vast te stellen hoe de feitelijke gegevens waren. Computershare had als taak die bewijsstukken te controleren. Die controle had een signaal van verkeerd indienen op moeten leveren, waarna een gecorrigeerde claim ingestuurd had kunnen worden. Uit het ingediende bewijsmateriaal blijkt onomstotelijk dat de ingediende claim gebaseerd moest zijn op 6.000 aandelen aan het einde van de Periode 1 en dat daarmee het bedrag van de vergoeding 4.475 EUR hoorde te zijn zijn en niet 950 EUR.
77. Het claimsproces bevat een voorziening aangaande het corrigeren van foutieve claims. Het Hof geeft hiermee uiting aan betrokkenheid bij eventuele administratieve fouten en de onevenredigheid van de gevolgen daarvan. De Claimant stelt dat er in de procedure zoals opgezet door de Schikkingsovereenkomst expliciet ruimte wordt voorzien voor onvoorziene situaties, vergissingen en onduidelijkheden die gecorrigeerd moeten worden en verwijst daarbij naar de Bijlage II, paragraaf 7 artikel D van de Schikkingsovereenkomst welke stelt dat “Teneinde rekening te houden met een beperkte foutmarge in de verwerking van claims, de mogelijkheid van niet-verwerkte Claim Forms en onopgeloste tekortkomingen, wordt de Resterende Uitkering slechts uitgekeerd tot een maximum van 95% van het Schikkingsbedrag na de hierboven in (c) bedoelde verwerking. Het resterende bedrag wordt op zijn vroegst zes
(6) maanden daarna uitgekeerd en vanaf dat moment zo snel als praktisch en redelijkerwijs
mogelijk is.”. De Claimant wenst een beroep te doen op deze voorziening.
78. De Claimant is van oordeel dat de sanctie voor de niet tijdige reactie op de Aanvaarding van Vordering en Uitkering niet in verhouding staat tot de marginale administratieve vergissing welke hij heeft begaan bij het invullen van het Claimformulier. Naar het oordeel van de Claimant moet worden gekeken naar de geest van de Schikkingsovereenkomst die erin bestaat te compenseren binnen een werkbaar kader – wat iets anders is dan uitsluiting door een onomstotelijk vast te stellen administratieve onvolkomenheid die niet binnen het tijdspad zichtbaar werd. De aandelenportefeuille is volgens de Claimant de grondslag voor compensatie en het Claimformulier is slechts het medium.
C. Standpunt van Computershare
79. Computershare maakt een uitdraai over van een passage uit de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/26 maart 2019 welke stelt: “Bijgevoegd is een belangrijke mededeling met
betrekking tot uw vordering in de Fortisschikking. Indien u vragen hebt, neem dan a.u.b. met
ons contact op.”
80. Artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst voorziet in de mogelijkheid voor Computershare om met de Claimant te communiceren over de aanvaarding of de verwerping van een claim, alsook over de gelegenheid die aan deze laatste wordt geboden om vastgestelde tekortkomingen recht te zetten. Computershare stelt dat zij met haar brief van 25/26 maart 2019 de Claimant de gelegenheid heeft geboden om niet akkoord te gaan met de voorgestelde berekening.
81. Computershare oordeelt dat, op basis van artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst, de Claimant, bij ontvangst van een aanvaarding van een vordering, op zijn minst kennis had moeten hebben van de proceduriële termijnen: “ lndien een Eligible Shareholder het oneens is met deze vaststelling en de Claims Administrator en de Eligible Shareholder niet in staat zijn binnen twintig (20) Werkdagen nadat de Claims Administrator van het meningsverschil in kennis is gesteld overeenstemming te bereiken over het geschil, kan de Eligible Shareholder het geschil voorleggen aan de Geschillencommissie ter definitieve en bindende beslechting in de vorm van een bindend advies naar Nederlands recht, welke beslechting door de Geschillencommissie binnen twintig (20) Werkdagen nadat het geschil aan haar is voorgelegd zal plaatsvinden.”
82. Computershare verwijst in haar argumentatie naar artikel 4.3 van het Reglement van de Geschillencommissie dat stelt : “Indien de persoon in kwestie het oneens is met de Vaststelling, kan die persoon (“Betwistende Claimant”) binnen twintig (20) kalenderdagen na de datum van verzending van de Vaststelling, een bezwaarschrift ("Bezwaarschrift") indienen bij de Claims Administrator”, en voegt daar ook aan toe dat deze periode van 20 kalenderdagen, gedefinieerd in artikel 4.3, werd gebruikt om de deadline van 15 april 2019 vast te stellen, zoals berekend vanaf 26 maart 2019.
83. Computershare stelt vast dat de Claimant niet binnen de voorziene termijn heeft gereageerd, maar op 24 februari 2021 een geschil heeft ingeleid bij de Geschillencommissie.
84. Computershare verwijst eveneens naar het artikel 4.4 van het Reglement van de Geschillencommissie: “Indien de Betwistende Claimant geen Bezwaarschrift indient binnen deze termijn van 20 dagen zoals bepaald in artikel 4.3, is de Vaststelling door de Claims Administrator bindend en staat geen verder rechtsmiddel open”.
85. Computershare stelt dat de Claimant ten onrechte beweert dat de Aanvaarding van Vordering en Uitkering geen termijn zou hebben voorzien, en stelt dat de datum van 15 april 2019 als uiterste datum voor een betwisting wel degelijk in dit bericht staat opgenomen. Als bewijs maakt zij de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/26 maart 2019 over welke twee pagina’s beslaat.
86. Computershare betwist dat de Claimant zijn Claimformulier per post zou hebben opgestuurd en bevestigt dat de claim, welk de Claimant heeft ingediend, wel degelijk langs elektronische
weg werd ingediend. Dit kan, althans volgens Computershare, ook worden opgemaakt uit de code die aan de ingediende claim werd toegekend.
87. Computershare geeft een verklaring voor de discrepanties die de Claimant heeft vastgesteld tussen de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25 maart 2019 welke hij eertijds heeft ontvangen, en de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 26 maart 2019 waarvan Computershare stelt deze verzonden te hebben. Computershare bevestigt, na een uitvoerig onderzoek van haar programmeurs, dat de Claimant inderdaad de Aanvaarding van Vordering en Uitkering gedateerd op 25 maart 2019 ontving via het opgegeven emailadres met als uiterste datum om een Bezwaarschrift in te dienen, de datum van 14 april 201914. Computershare wijst er ook op dat het onderzoek heeft aangetoond dat de Aanvaarding van Vordering en Uitkering in zijn geheel werd verstuurd en dat de paragraaf die de uiterste datum van 14 april 2019 aangeeft, was opgenomen in de brief in kwestie. Computershare legt uit dat de Aanvaarding van Vordering en Uitkering via een broadcast-email naar de Claimant werd gestuurd op 25 maart 2019 ’s avonds, om 23:45 uur GMT. Het bovenste gedeelte van de uitgedrukte versie van de email van de Claimant geeft als datum en uur dinsdag 26 maart 2019 00:52 uur (GMT+1) aan, zodat de tijdstippen van verzending en ontvangst nagenoeg overeenkomen.
88. Computershare legt uit dat elke email afzonderlijk wordt gevolgd en een unieke identificatie toegewezen krijgt, zodat zij de bezorging kan volgen. De email van de Claimant maakte deel uit van een groep van 5.000 Nederlandstalige “broadcasts”, inclusief deze van andere Fortis Claimanten. Computershare bezorgt een uitdraai van de gearchiveerde gegevens specifiek met betrekking tot de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van de Claimant, alsook van een HTML-model van de vermeende ontbrekende paragraaf (in het Nederlands). In het voorgelegde rapport wordt in de kolom “ReceipientFieldValue” (sic) de datum van 14 april 2019 vermeld. Computershare legt uit dat de datum van 14 april 2019, de uiterste datum om een Bezwaarschrift in te dienen, werd ingevoerd in de Aanvaarding van Vordering en Uitkering welke op 25/26 maart 2019 aan de Claimant werd gestuurd.
89. Computershare voegt hieraan toe dat haar programmeurs het HTML-model hebben gebruikt om de grafische code (12IP1I) van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/26 maart 2019 te bevestigen. Ze hebben tevens de HTML door het Dream Weaver programma geleid om de details van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering te bevestigen. De RecipientFieldValue kolom in het Fortis Email Archief heeft betrekking op de tags in het HTML- model uittreksel dat aan de Aanvaarding van Vordering en Uitkering, waarmee Computershare meent te bevestigen dat alle waardevelden in het Fortis Email Archief wel degelijk in hun geheel in de Aanvaarding van Vordering en Uitkering de Claimant werden ingevoerd, inclusief de paragraaf waarin te lezen stond dat de uiterste datum voor de indiening van een Bezwaarschrift 14 april 2019 was.
14 De Geschillencommissie merkt op dat Computershare het in haar brief van 2 maart 2021 heeft over een termijn die verstrijkt op 15 april 2019. In haar brief van 17 maart 2021 stelt Computershare echter: “Een uitvoerig onderzoek van onze programmeurs bevestigde dat Dhr. inderdaad de Aanvaarding van vordering en uitkering gedateerd 25 maart 2019 (...) ontving via zijn emailadres
@xxxxxxx.xx met als uiterste datum om een Bezwaarschrift in te dienen, 14 april 2019.”
90. Computershare stelt dat zij de Aanvaarding van Vordering en Uitkering in zijn geheel heeft verstuurd. De brief gedateerd op 25/26 maart 2019 zoals terug te vinden in de correspondentie van de Claimant is volgens Computershare duidelijk de eerste pagina van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering. Het bericht vervolgde op de tweede pagina, welke de Claimant niet heeft toegevoegd in zijn antwoord. Gebaseerd op de bevestiging van haar programmeurs bevestigt Computershare dat de uitgestuurde Aanvaarding van Vordering en Uitkering duidelijk ook de uiterste termijn voor reactie – te weten 14 april 2019 – vermeldt.
91. Computershare wijst erop dat de Claimant weliswaar heeft verklaard dat de e-mail betreffende de Aanvaarding van Vordering en Uitkering die hij heeft ontvangen, onvolledig was maar dat uit deze ontvangen bijlage welke de Claimant aan Computershare heeft bezorgd blijkt dat het gaat om pagina 1 van 3. Het resterende deel van de e-mail met de uiterste termijn om een geschil in te dienen staat op pagina 2, die de Claimant beweert niet te hebben ontvangen, maar uit deze bijlage blijkt duidelijk dat het om meer dan de eerste pagina gaat. De Claimant had op dat moment de gelegenheid om contact op te nemen met de Claims Administrator om te informeren naar eventuele ontbrekende informatie, maar heeft dit niet gedaan. De bewering van de Claimant dat hij slechts één bladzijde van de mailing heeft ontvangen is niet in overeenstemming met wat leesbaar is in de linkerbovenhoek van de mailing (dat aangeeft dat het om een mailing van 3 bladzijden gaat). Computershare stelt daarom dat de bewering van de Claimant dat hij slechts één bladzijde heeft ontvangen een vergissing is en niet kan worden gebruikt als een poging om een uitzondering te maken op eerder aanvaarde beginselen in verband met het definitieve karakter van de vordering.
92. Aangaande de grond van de zaak en in het bijzonder de discrepantie tussen de aandelen zoals gerapporteerd in het Claimformulier enerzijds (bij aanvang van de Periode 1), en de aandelen zoals vermeld in het bankattest (op het einde van de Periode 1), bevestigt Computershare dat zij dit verschil had waargenomen. Zij heeft de Xxxxxxxx hierop niet gewezen omdat naar haar oordeel de gegevens vermeld in het Claimformulier de gegevens zijn waarop de vordering tot schadevergoeding stoelt. Computershare verwijst daarvoor naar haar beleid terzake dat eruit bestaat geen hogere vergoeding toe te kennen dan hetgeen de Claimant vordert. De achterliggende gedachte van deze stelling is dat er veel redenen kunnen zijn waarom het bezit van een specifiek aantal aandelen voor een of meerdere van de zes data vermeld op een bankattest, niet overeenkomt met het aantal aandelen dat de Claimant beweerde in bezit te hebben op die datum. Daarbij verwijst Computershare naar mogelijke familieregelingen zoals een schenking, een echtscheidingsregeling, etc. die bindend tussen de partijen zijn , maar die nog niet zijn aangemeld of nog niet werden geïmplementeerd bij de bank.
93. Computershare stelt dat het, behoudens in duidelijke gevallen, er daarom van uitgaat dat de afwijking niet noodzakelijkerwijs het gevolg is van een fout van de Claimant, en dat het daarom niet spontaan opwaartse correcties zal doorvoeren. Als voorbeeld voor een duidelijk geval waarvoor een uitzondering geldt verwijst Computershare naar de Guidance Note n°4 welke het specifieke geval voorziet van een Claimant die minder aandelen voor de Positie 7 vordert dan hetgeen uit de documentatie blijkt.
V. BEVINDINGEN EN OVERWEGINGEN VAN DE GESCHILLENCOMMISSIE
A. Ontvankelijkheid van het Verzoek tot Bindend Advies
94. Om door de Geschillencommissie in behandeling te worden genomen, moet een geschil volgens artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst bij de Geschillencommissie aanhangig worden gemaakt binnen 30 werkdagen na het schrijven waarin Computershare de bezwaren van de Eligible Shareholder tegen het afwijzen van zijn claim geheel of gedeeltelijk afwijst. De Geschillencommissie heeft vastgesteld dat “de Kennisgeving van late indiening van bezwaarschrift” van Computershare dateert van 17 februari 2021 en dat het geschil op 24 februari 2021 bij haar aanhangig is gemaakt met een brief die de datum van 26 februari 2021 draagt. Op grond hiervan beschouwt de Geschillencommissie het geschil als tijdig ingediend en heeft zij het bezwaar in behandeling genomen.
B. Tijdigheid van de door de Claimant ingediende Kennisgeving van Onenigheid
95. De Geschillencommissie dient zich eerst en vooral uit te spreken over de vraag of de Claimant zijn Kennisgeving van Onenigheid tijdig heeft ingediend als reactie op de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van 25/26 maart 2019 welke dient te worden aanzien als de Vaststelling zoals bedoeld in Artikelen 4.2 tot 4.4 van het Reglement van de Geschillencommissie.
96. Indien een claimant zijn Kennisgeving van Onenigheid niet binnen twintig (20) kalenderdagen indient nadat hem de Vaststelling werd bezorgd, krijgt deze Vaststelling volgens Artikel 4.4 een bindend karakter en beschikt de Claimant over geen enkel verhaal meer.
97. In een aantal andere Bindende Adviezen welke de Geschillencommissie reeds heeft uitgevaardigd heeft zij de sanctie voorzien in Artikel 4.4 van haar Reglement bevestigd en ook toegepast15.
98. De situatie is in dit geval evenwel in meerdere opzichten niet dezelfde:
(a) De Claimant stelt dat Computershare hem nooit heeft geïnformeerd over de door haar vastgestelde discrepantie zijnde de vermelding in het Claimformulier van 6.000 aandelen bij de aanvang van de Periode 1 in plaats van deze te vermelden op het einde van de Periode 1 zoals opgegeven op het bankattest.
(b) De Claimant stelt dat de Vaststelling van Aanvaarding en Uitkering misleidend was in de zin dat hij niet de discrepantie kon vaststellen tussen de berekende Voorlopige Vergoeding en het bedrag waarop hij effectief kon aanspraak maken.
15 Zie onder meer de Bindende Adviezen n°2020/0067, 2021/0003, 2021/0004, 2021/0008, 2021/0009, 2021/0010, 2021/0014 en 2021/0018 bekend gemaakt op de website van FORsettlement: xxx.xxxxxxxxxxxxx.xxx.
99. De Geschillencommissie is van oordeel dat beide stellingen juist zijn.
a) Wat betreft de eerste stelling
100. De Geschillencommissie stelt vast dat de Claimant, bij het invullen van het Claimformulier, de positie van 6.000 aandelen Fortis foutief heeft ingevuld als een positie bij aanvang van de Periode 1 (20 september 2007) in plaats van 6.000 aandelen op het einde van de Periode 1 (7 november 2007) te vermelden, zoals ook kon worden afgeleid uit de bijgevoegde bankverklaring van Rabobank van 23 augustus 2018. Dit kan synthetisch als volgt worden voorgesteld:
Aanvang Periode 1 | Einde Periode 1 | Aanvang Periode 2 | Einde Periode 2 | Aanvang Periode 3 | Einde Periode 3 | Hoogste positie | |
Vermeld in het Claimformulier | 6.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.000 |
Volgens het bankattest | 0 | 6.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.000 |
Aanvaard door Computershare | 6.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.000 |
101. De Geschillencommissie is van oordeel dat de discrepantie tussen het Claimformulier en de bankverklaring duidelijk en op het eerste zicht merkbaar was. Computershare ontkent overigens niet de fout te hebben waargenomen. Computershare ontkent evenmin dat ze de Claimant hiervan niet in kennis heeft gesteld.
102. Volgens Computershare hebben beleggers geen recht op een vergoeding, tenzij zij het correct hebben geclaimd. De Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx verplicht niet om iemand meer toe te kennen dan werd geclaimd.
103. Computershare voert als bewijs van haar positie de Guidance note n°4 aan. Deze nota van de Stichting Forsettlement behandelt het geval dat een claimant in zijn Claimformulier voor de zogenaamde zevende positie een aantal aandelen opgeeft, dat niet het hoogste aantal is zoals dit uit andere stukken blijkt. Computershare heeft de vraag voorgelegd of zij bij haar analyse het aantal door de Claimant in het Claimformulier opgegeven aandelen dient aan te passen met het correcte aantal aandelen. De Stichting heeft hierop geantwoord: “The Claims Administrator should correct the error and take into account the actual highest number of shares held. The reason for this interpretation is that the Settlement Agreement must be implemented in good faith, in such a way that Eligible Shareholders are paid the compensation amounts to which they are properly entitled”.
104. De Geschillencommissie heeft zich gebogen over de vraag of het past voor een onafhankelijke beoordelaar zoals Computershare om bij de toetsing van het Claimformulier met de onderliggende stukken en bij de vaststelling van discrepanties, enkel rekening te houden met fouten die leiden tot een neerwaartse correctie van de vordering van een claimant, en niet met opwaartse correcties ten gunste van een claimant. Naar het oordeel van de
Geschillencommissie valt zulke eenzijdige aanpak niet te rijmen met de specifieke taak waarmee Computershare werd belast, en welke ertoe strekt aan de claimanten de juiste vergoeding toe te kennen. De Guidance Note n°4 waarvan sprake in de voorgaande paragraaf gaat in dezelfde zin.
105. Computershare stelt dat het, behoudens in duidelijke gevallen, er van uitgaat dat de afwijking niet noodzakelijkerwijs het gevolg is van een fout van de Claimant. De Geschillencommissie is van oordeel dat, gezien de aard van de discrepantie, er minstens aanwijzingen waren en zelfs een vermoeden bestond dat deze discrepantie was toe te schrijven aan een materiële fout vanwege de Claimant. In zulke omstandigheden lijkt het naar het oordeel van de Geschillencommissie niet meer dan normaal dat Computershare, in het kader van haar opdracht van onafhankelijke Claims Administrator, tenminste de Claimant hierop attendeert door hem een Vaststelling van Tekortkoming(en) te richten, zoals is voorzien in de Schikkingsovereenkomst.
106. Dat Computershare het gepast oordeelt om het Claimformulier als enige referentie te hanteren zonder daarbij enige toetsing met de onderliggende stukken uit te voeren indien deze een voor de Claimant een gunstiger en alleszins correcter beeld geven valt ten slotte moeilijk te rijmen met de benadering die de Claims Administrator in andere gevallen heeft gevolgd16 waarbij zij zelf de ontbrekende gegevens van het Claimformulier heeft aangevuld aan de hand van de wel beschikbare bankattesten.
107. De Geschillencommissie heeft reeds in een eerder Bindend Advies het standpunt ingenomen17 dat wanneer Computershare een discrepantie vaststelt tussen het door de Claimant ingediende Claimformulier en andere brongegevens, zij zulke discrepantie niet eenzijdig kan aanpassen zonder de Claimant over deze verschillen, te aanzien als een Tekortkoming, conform Artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst te informeren en hem, in voorkomend geval, de gelegenheid te bieden om de Tekortkoming te remediëren.
108. Naar het oordeel van de Geschillencommissie maakt het daarbij niet uit of deze andere brongegevens informatie is welke Computershare rechtstreeks heeft ontvangen van de depothoudende bank18, dan wel documenten zijn die de Claimant zelf heeft verstrekt (zoals hier het geval is).
109. De Geschillencommissie concludeert uit voorgaande paragrafen dat Computershare een Kennisgeving van Tekortkoming(en) aan de Claimant hoorde te richten met betrekking tot de
16 Zie in dit verband het Bindend Advies n° 2020/0094 van de Geschillencommissie.
17 Zie in dit verband het Bindend Advies n° 2021/0023 waarbij de Geschillencommissie opmerkt dat in dit eerder Bindend Advies Computershare het door de Claimant in het Claimformulier opgegeven aantal aandelen heeft aangepast zonder de door haar vastgestelde discrepantie met andere brongegevens te beschouwen als een Tekortkoming en de Claimant hiervan te informeren.
In dit geval heeft Computershare eveneens een discrepantie vastgesteld en het door de Claimant vermelde aantal aandelen in het Claimformulier als berekeningsbasis aangehouden, dit niettegenstaande zij had vastgesteld dat het door de Claimant opgegeven aantal aandelen niet overeenstemde met het onderliggende bankattest.
18 Zoals het geval is in het Bindend Advies 2021/0023.
vastgestelde discrepantie tussen het aantal opgegeven in het Claimformulier en het aantal aandelen vermeld in het bankattest zoals is voorgeschreven in Artikel 4.1 van het Reglement van de Geschillencommissie welke, in lijn met Artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst stelt: “ Indien de Claims Administrator een tekortkoming in een claim constateert, zal hij de persoon die het betreffende Claim Form heeft ingediend in de gelegenheid stellen die tekortkoming binnen een door de Claims Administrator gestelde termijn te verhelpen. “. Het is slechts nadat de Claimant in de gelegenheid werd gesteld om de vastgestelde tekortkoming te herstellen en na afloop van de termijn die aan een Claimant wordt gegund voor het rechtzetten van vastgestelde tekortkoming(en) dat Computershare een vaststelling van Aanvaarding of van Afwijzing, al naargelang het geval, kan richten aan de Claimant.
110. Zoals de Geschillencommissie reeds heeft geoordeeld in andere Bindende Adviezen19, dient Computershare elke Claimant te informeren van elke specifieke tekortkoming. Indien Computershare vaststelt dat de gegevens welke de Claimant heeft opgegeven niet stroken met andere brongegevens waarover ze beschikt20, of met de bewijsstukken die de Claimant heeft overgemaakt zoals hier het geval is, dient ze zulks te beschouwen als een Tekortkoming en dient zij, conform Artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst de Claimant hiervan in kennis te stellen en hem, in zoverre mogelijk is, de gelegenheid te bieden deze Tekortkoming te remediëren.
b) Wat betreft de tweede stelling
111. Daarnaast merkt de Geschillencommissie op dat Computershare op 25/26 maart 2019 een bericht naar de Claimant heeft gestuurd welke de titel draagt van Aanvaarding van Vordering en Uitkering waaruit de Claimant, gelet op de specifieke bewoording, zou kunnen afleiden dat zijn vordering tot vergoeding, zonder enige aanpassing, werd aanvaard.
112. De Geschillencommissie merkt tevens op dat in dit bericht van Aanvaarding van Vordering en uitkering de berekening van de vergoeding wordt gestaafd aan de hand van de gegevens vermeld in zes vakjes onderverdeeld als “Buyer” en “Holder” shares voor de drie opeenvolgende perioden. De voorstelling in deze zes vakjes is een andere voorstelling dan deze welke is terug te vinden in het Claimformulier, waar de zes vakjes de positie bij de begindatum en de einddatum van de drie voor de Schikkingsovereenkomst relevante periodes weergeven. Het is derhalve voor een Claimant niet altijd evident om de omrekening te maken van de zes vakjes zoals vermeld in het Claimformulier in de aantallen die gerapporteerd worden in het bericht van Aanvaarding van Vordering en Uitkering. De Geschillencommissie kan dan ook begrip opbrengen voor de argumenten waarmee de Claimant wenst aan te tonen dat de draagwijdte van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering van Computershare van 25/26 maart 2019 hem niet duidelijk was.
19 Zie bijvoorbeeld het Bindend Advies n° 2020/0002.
20 Zoals het geval is in het Bindend Advies 2021/0023.
c) Gevolg van deze bevindingen
113. Uit het voorgaande vloeit voor dat de sanctie zoals voorzien in Artikel 4.4 van het Reglement van de Geschillencommissie niet kan worden toegepast in de omstandigheden dat de Claimant niet op gepaste wijze werd geïnformeerd omtrent een door Computershare vastgestelde tekortkoming. Immers, in zulk geval wordt aan de Claimant niet de gelegenheid geboden om binnen een bepaalde termijn de tekortkoming weg te werken, en heeft Computershare een Aanvaarding van Vordering uitgestuurd op grond van een Claimformulier dat een tekortkoming bevat zonder de Claimant hiervan in kennis te stellen.
114. De bij deze vaststelling gebruikte bewoording in de Vaststelling die het heeft over een Aanvaarding van Vordering wekt op zijn minst de schijn op dat Computershare de vordering zoals deze door de Claimant werd ingediend heeft gecontroleerd en aanvaard. Dat deze aanvaarding overeenstemt met hetgeen de Claimant in zijn Claimformulier heeft ingevuld, doet geen afbreuk aan de aannemelijke verwachting van claimanten dat de opgegeven gegevens in het Claimformulier ook werden afgestemd met de onderliggende stukken.
115. Indien Computershare niet systematisch claimanten in kennis stelt van vastgestelde discrepanties, maar dit, a priori, enkel doet wanneer de correctie van de tekortkoming leidt tot een reductie van de toe te kennen vergoeding, ligt niet in lijn met de taak van onafhankelijke partijbeslisser waarmee ze werd belast, en ook niet met de Guidance n° 4 uitgevaardigd door de Stichting, en welke de Geschillencommissie onderschrijft.
116. Deze toepassing van artikel 4.3.5 van de Schikkingsovereenkomst en van Artikel 4.1 van het Reglement van de Geschillencommissie ligt volledig in lijn met de eerdere door de Geschillencommissie uitgevaardigde Bindend Adviezen, waarbij zij gewezen heeft op de verplichting die weegt op Computershare om in alle omstandigheden aan Eligible Shareholders de gelegenheid te bieden om vastgestelde tekortkomingen te remediëren21.
d) De omstandigheid dat de Claimant enkel de eerste pagina van de Vaststelling van Vordering en uitkering van 25/26 maart 2019 zou hebben ontvangen
117. De Geschillencommissie stelt vast dat er tussen de Partijen een meningsverschil bestaat omtrent zowel de datum als de inhoud van de Aanvaarding van Vordering en Uitkering, welke de datum van 25 of 26 maart 2019 draagt. De Geschillencommissie heeft deze verschillen ook vastgesteld. Computershare heeft een plausibele verklaring voorgelegd welke het verschil in datum verklaart, wat zou te maken hebben met de verschillende tijdzone waarin de verzender en de ontvanger van dit bericht zich bevinden. Computershare heeft eveneens een aanvaardbare verklaring verschaft voor het verschil in lay-out zodat het voor de Geschillencommissie vast staat dat het bewuste bericht van 25 of 26 maart 2019 wel degelijk, inhoudelijk, hetzelfde bericht is.
21 Zie onder meer het Bindend Advies n° 2020/0002 bekend gemaakt op de website van FORsettlement: xxx.xxxxxxxxxxxxx.xxx.
118. Daarnaast heeft de Geschillencommissie uitgebreid de stellingen van de Partijen onderzocht rond de vraag of het bericht van 25/26 maart 2019 gedeeltelijk dan wel volledig werd verzonden en werd ontvangen. Computershare heeft een stuk van de Claimant ontvangen, en nadien ook aan de Geschillencommissie voorgelegd waarin de integrale afdruk van de eerste pagina van het bericht van 25/26 maart 2019 kan worden gelezen. Op de bovenzijde van deze pagina staat te lezen “b3agina 1 van 3” (sic) wat, naar het oordeel van de Geschillencommissie, een ernstige aanwijzing is dat deze bladzijde de eerste van drie bladzijden zou zijn. De Claimant geeft als verklaring hiervoor dat deze bovenste lijn met verwijzing naar het aantal pagina’s zou zijn toe te schrijven aan een ander geprint bericht op hetzelfde papier. De Geschillencommissie volgt de Xxxxxxxx niet in deze redenering, en volgt Computershare in haar overtuiging dat de Claimant wel degelijk het bericht van 25/26 maart 2019 integraal heeft ontvangen.
119. Voor de goede orde wijst de Geschillencommissie erop dat de vraag of de Claimant nu enkel de eerste pagina van het bericht van 25/26 maart 2019 dan wel het volledig bericht heeft ontvangen uiteindelijk geen invloed heeft op de besluiten van dit Bindend Advies.
C. De grond van de zaak
120. Wat ten slotte de grond van de zaak betreft, en in het bijzonder het verschil tussen hetgeen de Claimant in het Claimformulier heeft gerapporteerd (6.000 aandelen bij de aanvang van Periode 1) en hetgeen in het positieoverzicht werd opgenomen (6.000 aandelen op het einde van de Periode 1) heeft Computershare gepreciseerd dat haar diensten dit verschil wel hadden geconstateerd, maar dat zij de Claim heeft gehonoreerd voor de aandelen in de positie zoals door de Claimant was opgegeven in zijn Claimformulier.
121. Uit het voorgaande leidt de Geschillencommissie af dat Computershare het eens is met de Claimant en accepteert dat de positie van 6.000 aandelen moet worden aangezien als Buyer Shares tijdens de Periode 1, hetgeen in overeenstemming is met het voorgelegde bankattest. De Geschillencommissie zal derhalve Computershare uitnodigen om de Voorlopige Vergoeding opnieuw te berekenen aan de hand van de bovenstaande gegevens en over te gaan tot de aangepaste betaling in overeenstemming met deze berekening.
VI. BESLISSING
De Geschillencommissie, op grond van bovenstaande bevindingen en overwegingen:
- Aanvaardt het Bezwaar van de Claimant tegen de beslissing van Computershare van 17 februari 2021;
- Besluit dat de Claimant recht heeft op een vergoeding op grond van het aanhouden van
6.000 aandelen Fortis op het einde van de Periode 1, en niet op het grond van het aanhouden van 6.000 aandelen bij het begin van de Periode 1, wat inhoudt dat de Claimant recht heeft op de vergoeding welke overeenstemt met deze van 6.000 Buyer Shares tijdens de Periode 1;
- Nodigt Computershare uit om de Voorlopige Vergoeding opnieuw te berekenen aan de hand van de bovenstaande gegevens en over te gaan tot de aangepaste betaling in overeenstemming met deze berekening, en
- Besluit dat het onderhavige Bindend Advies wordt gepubliceerd in een geanonimiseerde vorm (voor wat betreft de naam van de Claimant) op xxxxxxxxxxxxx.xxx.
Dit Bindend Advies wordt uitgebracht in vier originele, identieke versies, één voor elk van de Partijen, één voor FORsettlement, en één voor elk van de leden van de Geschillencommissie.
Aldus uitgebracht op 6 juli 2021
De Geschillencommissie:
Xxxxxx Xxxxx Xxxx Xxxxx
Xxxx-Xxxxxxxx Xxxxxxx