BESTEK
Ten behoeve van: de gevelrestauratie van bouwdeel Kazerne van Fort Sabina te Heijningen
Besteknummer: 335-2B_b1
Projectnummer: 335-2B
Samensteller(s): Restauratiearchitectuur BBM
dhr. F.H. xxx xxx Xxxx
Datum: 01-04-2020
Dit bestek is opgesteld met de STABU-systematiek, uitgave: 2017-1
onder licentienummer: N05.01.03E
INHOUDSOPGAVE
OVERZICHT BIJLAGEN 2
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 3
00 ALGEMEEN 4
00.01 ALGEMENE OMSCHRIJVING 4
00.02 AANVULLENDE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN UAV 2012 4
00.03 VERZEKERINGEN 30
00.04 VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN 33
00.05 TEKENINGEN EN BEREKENINGEN 33
00.06 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 35
00.09 OVERIGE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 36
TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING 38
05 BOUWPLAATSVOORZIENINGEN 39
05.00 ALGEMEEN 39
05.31 LOODSEN EN KETEN 42
05.32 BESCHIKBAARSTELLING MATERIEEL 44
05.34 SCHOONMAKEN EN PREVENTIEF ONDERHOUD NIEUW WERK 47
05.41 INRICHTING WERKTERREIN 49
05.42 AFSLUITINGEN EN RECLAME 50
05.43 TIJDELIJKE TERREINVERHARDINGEN 51
10 STUT- EN SLOOPWERK 52
10.00 ALGEMEEN 52
10.32 PLAATSELIJK SLOOPWERK 54
12 GRONDWERK 69
12.00 ALGEMEEN 69
12.40 ONTGRAVEN VAN GROND 70
12.50 VERWERKEN VAN GROND EN GRONDVERVANGENDE MATERIALEN 71
12.81 FOLIES EN WEEFSELS 72
15 TERREINVERHARDINGEN 74
15.00 ALGEMEEN 74
15.42 TEGELBESTRATING 74
16 BEPLANTING 76
16.00 ALGEMEEN 76
16.22 ONDERHOUD BEPLANTING 76
16.41 ZAAIEN 77
17 TERREININRICHTING 79
17.00 ALGEMEEN 79
17.34 VERKEERSVOORZIENINGEN, BEWEGWIJZERING EN RECLAME 79
17.35 DECORATIEVE OBJECTEN 80
17.51 TIMMERWERK, IN HET WERK VERVAARDIGDE OBJECTEN 80
21 BETONWERK 82
21.00 ALGEMEEN 82
21.24 INJECTEREN BESTAAND WERK 82
21.25 HERSTELLEN BESTAAND WERK 83
22 METSELWERK 84
22.00 ALGEMEEN 84
22.21 VERWIJDEREN AFWERKINGEN 87
22.22 AANSLUITINGEN EN AANHELEN 88
22.23 INJECTEREN 90
22.24 REINIGEN METSELWERK 90
22.26 AANPASSEN BESTAAND WERK 91
22.31 BAKSTEEN MET MORTEL 91
22.71 AFKWAST-, VERTIN- EN RAAPLAGEN 94
22.72 VOEGWERK 94
22.82 VERANKERINGEN EN OPVANGCONSTRUCTIES 96
30 KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN 97
30.00 ALGEMEEN 97
30.21 DEMONTEREN/VERWIJDEREN BESTAAND WERK 99
30.25 HERSTELLEN BESTAAND WERK 100
30.33 DEUREN 109
30.34 RAMEN 111
30.38 XXXXXXXXXX XXXXXXXX, RAMEN EN DEUREN 112
30.80 HANG- EN SLUITWERK 112
34 BEGLAZING 121
34.00 ALGEMEEN 121
34.25 HERSTELLEN BESTAAND WERK 122
34.31 ENKELBLADIG GLAS 122
35 NATUUR- EN KUNSTSTEEN 124
35.00 ALGEMEEN 124
35.21 DEMONTEREN/VERWIJDEREN BESTAAND WERK 131
35.22 REINIGEN BESTAAND WERK 133
35.27 HERPLAATSEN BESTAAND WERK 134
35.29 HERSTELLEN BESTAAND WERK 136
35.34 NATUURSTEEN BLOKKEN, PLATEN EN BANDEN 141
36 VOEGVULLING 149
36.00 ALGEMEEN 149
36.30 VOEGVULLINGEN MET KIT 149
40 STUKADOORWERK 152
40.00 ALGEMEEN 152
40.21 HERSTELLEN 153
40.25 HERSTELLEN BESTAAND WERK 154
43 METAAL- EN KUNSTSTOFWERK 157
43.00 ALGEMEEN 157
43.38 DIVERSE ONDERDELEN 158
43.44 GAZEN, NETTEN EN WEEFSELS 173
46 SCHILDERWERK 175
46.00 ALGEMEEN 175
46.21 BESTAANDE ONDERGROND, HOUT 177
46.22 BESTAANDE ONDERGROND, METAAL 180
46.23 BESTAANDE ONDERGROND, STEENACHTIG 183
46.31 NIEUWE ONDERGROND, HOUT 185
46.32 NIEUWE ONDERGROND, METAAL 187
70 ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES 191
70.00 ALGEMEEN 191
70.42 BUISLEIDINGEN EN SLANGEN 192
70.72 SCHAKELAARS, LAAGSPANNING 193
70.81 VERLICHTINGSARMATUREN 193
75 COMMUNICATIE- EN BEVEILIGINGSINSTALLATIES 194
75.00 ALGEMEEN 194
75.51 REGISTRATIE-APPARATUUR 194
89 POST ONVOORZIENE WERKZAAMHEDEN 195
89.00 ALGEMEEN 195
89.09 POST ONVOORZIENE WERKZAAMHEDEN 195
BIJLAGEN 196
STAAT VAN VERREKENPRIJZEN 197
MODEL-INTENTIEOVEREENKOMST 200
INSCHRIJFBILJET 202
MODEL BANKGARANTIE MODEL II 204
GARANTIEVERKLARING VOOR EEN ONDERDEEL (MODEL II) 206
OVERZICHT BIJLAGEN
Bij de beschrijving van het werk behorende tekeningen:
tekeningnr.: omschrijving: schaal: datum:
Tekeningen maatregelen m.b.t. herstel:
MT-01 Zuidgevel 1:50 24-02-2020
MT-02 Noordgevel en Zuidgevel aanzicht binnenzijde 1:50 24-02-2019
Overige bijlagen:
(achter het bestek:)
- model staat van verrekenprijzen.
- model-intentieovereenkomst.
- inschrijfbiljet.
- bankgarantie.
- garantieverklaring voor een onderdeel.
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
00 ALGEMEEN
00.01 ALGEMENE OMSCHRIJVING
00.01.10 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN
01. VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN
Van toepassing zijn de standaard technische bepalingen in de STABU- Standaard 2012, alsmede, voor zover daarvan niet uitdrukkelijk is afgeweken in het bestek, de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), vastgesteld bij beschikking van 19 januari 2012 nr. 2011-2000541953 van de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, zoals deze zijn opgenomen in de STABU- Standaard 2012 als bijlage II, uitgegeven door Stichting STABU te Ede.
00.02 AANVULLENDE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN UAV 2012
00.02.01 AANDUIDINGEN, BEGRIPSBEPALINGEN
01. WERKTERREIN NIEUWBOUW
Onder werkterrein wordt verstaan het terrein en/of het water dat door de opdrachtgever aan de aannemer voor de uitvoering van het werk ter beschikking wordt gesteld, het terrein en/of het water waarop en waarin het werk wordt uitgevoerd daarin begrepen.
02. WERKTERREIN VERBOUW
Onder werkterrein wordt tevens verstaan de als zodanig aangeduide aanwezige opstallen of delen daarvan waarin, waarop of waaraan het werk moet worden uitgevoerd.
90. INSTALLATIES
In paragraaf 1, lid 1 van de U.A.V. dient met betrekking tot "bouwstoffen" in plaats van "installaties" gelezen te worden "installaties of onderdelen daarvan".
Daar waar in de U.A.V. sprake is van "onderhoudstermijn" dient gelezen te worden "onderhouds- of servicetermijn".
91. SITUATIE TER PLEKKE
De aannemer wordt geacht op de hoogte te zijn van de staat, de situering en hoogteligging van het terrein, alsmede de toegangsmogelijkheden tot het werk terrein op de dag van aanbesteding.
92. INSTALLATEUR
Onder installateur wordt verstaan de aannemer van het installatiewerk .
00.02.02 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN
01. GELDIGHEID
Daar waar een publicatie zonder datum is vermeld, is deze publicatie van toepassing zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt.
02. PUBLICATIES
Daar waar een technisch normvoorschrift, praktijkrichtlijn, beoordelingsrichtlijn of een andere publicatie is vermeld, is deze van toepassing.
Daar waar bij een publicatie een correctie (c) of een aanvulling (a) of een wijziging (w) is vermeld, is deze publicatie inclusief die correctie, aanvulling of wijziging van toepassing.
90. STRIJDIGHEDEN VAN BEPALINGEN
inlichtingen, de tekeningen en van toepassing zijnde voorschriften onderlinge strijdigheden voorkomen is, met inachtneming van het gestelde in Par. 2, lid 4 en 5 van de U.A.V., de volgorde van geldende kracht in afdalende zin als volgt:
- de bouwvergunning.
- de opdracht.
- de nota's van bestekswijzigingen en nota's van inlichtingen als genoemde in de opdracht.
- het bestek met bijlagen.
- de bestektekeningen; bij onderlinge strijdigheid prevaleert de tekening op de grootste schaal.
- de STABU Standaardbepalingen 2012.
- de werk - en detailbesprekingen.
- de overige bepalingen.
Bij strijdigheden of omissies tussen bestek, overige voorwaarden en
tekeningen moet de inschrijver/aannemer dit bij de aanwijzing melden. Bij niet gemelde strijdigheden of omissies geldt voorshands de zwaarste eis. De aan de naleving van deze bepaling verbonden kosten zijn voor rekening van de aannemer.
91. STRIJDIGHEDEN VAN VOORSCHRIFTEN
Voorschriften van overheidswege moeten door de aannemer in acht worden genomen, indien tussen overheidsvoorschriften geen overeenstemming bestaat, geldt het zwaarste voorschrift en wel in de volgende afdalende zin:
- landelijke overheidsvoorschriften (het Bouwbesluit).
- plaatselijke overheidsvoorschriften.
- voorschriften van Provinciale en/of Gemeentelijke diensten en bedrijven. Indien de aannemer meent dat een bepaald voorschrft en/of bepaling niet onder een van de bovenstaande preferentieregels valt, dan treedt de aannemer in overleg met de directie aangaande de toepassing van de voorschriften. De aan de naleving van deze voorschriften en beschikkingen etc. verbonden kosten zijn voor rekening van de aannemer.
92. AANVULLING OP DE PARAGRAAF 2, LID 3 VAN DE U.A.V.
Paragraaf 2, lid 4 van de U.A.V. aanvullen met: Indien in de van toepassing zijnde voorwaarden c.q. voorschriften keuzemogelijkheden worden opengelaten waarin het bestek niet voorziet, of indien van toepassing zijnde voorwaarden c.q. voorschriften strijdig zijn, is de aannemer verplicht met de directie te overleggen over de uiteindelijke keuze.
93. VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN
Indien in de van toepassing zijnde voorschriften keuzemogelijkheden worden opengelaten, waarin dit bestek niet voorziet, is de aannemer verplicht tijdig de directie te raadplegen over de uiteindelijke keuze. Indien het de aannemer of de directie blijkt dat de overeenkomst onverenigbare strijdigheden bevat, danwel dat er verschillen bestaan tussen de
overeenkomst en de werk elijkheid, zijn zij verplicht tot wederzijds overleg omtrent de gevolgen daarvan voor de uitvoering van het werk . Alle
werk zaamheden en leveringen die niet met name zijn genoemd in dit bestek, maar wel op tekening zijn aangegeven, worden geacht te zijn opgenomen in dit bestek.
00.02.03 DIRECTIE
01. AANGEWEZEN DIRECTIE
Zoals bedoeld in paragraaf 3, lid 1 van de UAV 2012 wordt aangewezen als directie:
- n.t.b. door de opdrachtgever.
90. DIRECTIE
De directie is bevoegd tot het opdragen van bestekswijzigingen. Er wordt met nadruk op gewezen dat uitsluitend de directie beslist over wijzigingen,
aanvullingen en meer- en minderwerk . Indien door anderen gegeven opdrachten worden uitgevoerd, is de directie bevoegd deze opdrachten onmiddellijk in te trekken, zonder dat deze voor verrekening in aanmerking komen of zonder dat de opleveringstermijn wordt verlengd. Onverminderd het gestelde in de U.A.V., Par. 3, lid 6, zal door de directie ook buiten het werk terrein toezicht uitgeoefend kunnen worden op de vervaardiging van vooraf gereed te maken onderdelen.
91. TOEZICHT
Het uitoefenen van het toezicht van een door de opdrachtgever aangestelde toezichthouder op de uitvoering van het werk en op de naleving van de overeenkomst ontheft de aannemer niet van zijn verplichtingen het werk volgens bestek en tekeningen uit te voeren. Aannemer blijft ten volle aansprakelijk jegens opdrachtgever voor de uitvoering van het werk overeenkomstig bestek en aannemingsovereenkomst en zal de aanwezigheid van directie en/of toezicht nimmer aan opdrachtgever tegenwerpen teneinde zijn aansprakelijkheid voor deugdelijke en tijdige uitvoering te verminderen.
00.02.04 GEVOLMACHTIGDE VAN DE AANNEMER
90. VOLMACHT
De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen moet geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig bijlage A van de U.A.V.
91. GEVOLMACHTIGDE
Binnen een week na de datum van aanvang wijst de aannemer
overeenkomstig Par. 4 van de U.A.V. een gevolmachtigde aan. De directie is bevoegd vervanging van de gemachtigde te eisen, indien haar is
gebleken dat deze de voor zijn taak benodigde geschiktheid mist.
00.02.05 VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER
01. BOUWBESPREKING
De bouwbespreking zoals bedoeld in paragraaf 5, lid 1 van de UAV 2012 zal worden gehouden.
00.02.05 VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER
02. OVERZICHT TER BESCHIKKING GESTELDE BOUWSTOFFEN
Door de opdrachtgever worden de navolgende bouwstoffen ter beschikking gesteld:
De volgende onderdelen worden aangeleverd door DERDEN:
- De levering van de nieuwe exemplaren houten gevelluiken.
Enkel de levering van de nieuwe houten gevelluiken vind plaats vanuit derden.
Alle overige werk zaamheden van aan deze gevelluiken (demontage, herplaatsing, pas maken, schilderwerk en etc.) en alle werk zaamheden
m.b.t. de bij deze gevelluiken behorende smeedwerk onderdelen en hang- en sluitwerk en en loodwerk en etc. maakt wel onderdeel uit van de
werk zaamheden van de aannemer.
03. AFLEVERING BOUWSTOFFEN OPDRACHTGEVER
Door de opdrachtgever beschikbaar gestelde bouwstoffen worden kosteloos op of in het vervoermiddel bij het werkterrein afgeleverd.
00.02.06 VERPLICHTINGEN VAN DE AANNEMER
01. ONDERGRONDSE KABELS EN LEIDINGEN
De aannemer meldt de aanvang van de uitvoering van de (graaf)werkzaamheden, waarbij mogelijk in de grond aanwezige kabels en leidingen betrokken zijn, conform de grondroerdersregeling (Wet Informatie- uitwisseling Ondergrondse Netten; WION) aan het daarvoor bestemde
digitaal loket van het Kadaster (Klic-online).
Vóór de aanvang van de (graaf)werkzaamheden waarbij in de grond aanwezige kabels en leidingen betrokken zijn, traceert de aannemer de ligging hiervan en draagt hij er zorg voor dat tijdens de uitvoering van de (graaf)werkzaamheden daaraan geen schade ontstaat.
De aannemer draagt er zorg voor dat de ontvangen gegevens over in de grond aanwezige kabels en leidingen op de bouwplaats aanwezig zijn en instrueert uitvoerend en machinebedienend personeel.
De aannemer zal de (graaf)werkzaamheden uitvoeren conform de CROW- publicatie 250 (Richtlijn zorgvuldig graafproces). Deze publicatie is tegen betaling verkrijgbaar bij Stichting CROW te Ede (xxx.xxxx.xx).
02. VRIJWARING
De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen alle eventuele aanspraken die door de belastingdienst in het kader van de ketenaansprakelijkheidsregeling worden gemaakt, alsmede tegen eventuele hierop gebaseerde verhaalsaanspraken van onderaannemers die met (een deel van) het werk zullen worden belast.
De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
03. VERKLARINGEN BETALINGSGEDRAG AANNEMER
Desgevraagd moet de aannemer na het verstrijken van elk kalenderkwartaal aan de opdrachtgever de meest recente verklaring van de belastingdienst verstrekken omtrent zijn betalingsgedrag inzake de afdracht van loonbelasting en sociale verzekeringspremies. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
04. NALEVEN WET ARBEID VREEMDELINGEN
Onder verwijzing naar paragraaf 6, lid 11 van de UAV 2012 wordt de aannemer geacht bekend te zijn met hetgeen in de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) bepaald is omtrent het verbod om vreemdelingen in Nederland arbeid te laten verrichten zonder tewerkstellingsvergunning.
De aannemer leeft de bepalingen van de Wav na, alsmede deze besteksbepaling.
Bij elke bouwvergadering zorgt de aannemer ervoor dat "de naleving van de Wav" wordt geagendeerd, besproken en opgenomen in het verslag.
De aannemer wijst iedere door hem bij de uitvoering van het werk gecontracteerde onderaannemer schriftelijk op de bepalingen van de Wav en verplicht de onderaannemer de bepalingen van de Wav na te leven en deze besteksbepaling op te nemen in door hem te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten.
Alle aan de (niet)naleving verbonden gevolgen en kosten zijn voor rekening van de aannemer.
De aannemer stelt mede namens de opdrachtgever de identiteit vast van alle op het werk aanwezige vreemdelingen als bedoeld in artikel 15 Wav en controleert de identiteitsbewijzen en de tewerkstellingsvergunningen van deze vreemdelingen op echtheid en geldigheid.
De aannemer bewaart mede namens de opdrachtgever kopieën van deze documenten in zijn administratie als bedoeld in artikel 15 Wav tot tenminste 5 (vijf) jaar na het einde van het kalenderjaar waarin de oplevering plaatsvindt. De aannemer kan hierbij gebruikmaken van elektronische middelen.
De opdrachtgever, dan wel de door hem aangewezen persoon, kan op ieder willekeurig moment de naleving door de aannemer van de Wav en deze besteksbepaling controleren.
Op eerste verzoek van de opdrachtgever, dan wel de door hem aangewezen persoon, zal de aannemer onverwijld de betreffende administratie en (opgeslagen) documenten overleggen.
Bij welke overtreding van de Wav dan ook, geconstateerd door de Inspectie SZW of enig ander orgaan, komen boetes die daaruit voor de opdrachtgever voortvloeien, voor rekening van de aannemer en vrijwaart de aannemer de opdrachtgever ter zake.
De opdrachtgever zal deze boetes aan de aannemer doorbelasten en de aannemer zal deze op eerste verzoek aan de opdrachtgever vergoeden dan wel zal de opdrachtgever deze boetes verrekenen met de eerstvolgende (termijn)betaling(en) door de opdrachtgever aan de aannemer te doen, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is en ongeacht een eventueel bezwaar of beroep van de aannemer tegen de opgelegde boete. Het voorgaande laat alle overige rechten en aanspraken van de opdrachtgever onverlet.
05. ONGEVALLEN
De aannemer moet de directie terstond op de hoogte stellen van alle ongevallen op het werkterrein, met verstrekking van alle ter zake doende inlichtingen.
06. ONDERAANNEMERS/PERSONEEL VAN DERDEN
De aannemer mag bij de uitvoering van het werk slechts gebruik maken van:
- onderaannemers, indien hij daarvoor schriftelijke goedkeuring van de "opdrachtgever" in plaats van de "directie" heeft gekregen, zulks in uitdrukkelijke afwijking van paragraaf 6, lid 26 van de UAV 2012.
- personeel dat hem door derden ter beschikking is gesteld, indien hij daarvoor schriftelijke toestemming van de directie heeft gekregen. De aannemer blijft niettemin jegens de opdrachtgever voor bedoeld personeel ten volle verantwoordelijk.
Alle voor het werk in te schakelen onderaannemers moeten een geblokkeerde rekening hebben geopend als bedoeld in de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
10. WERKZAAMHEDEN BUITEN OVEREENGEKOMEN WERKTIJDEN Indien de aannemer voornemens is werkzaamheden op het werkterrein te verrichten buiten de werktijden zoals deze zijn overeengekomen met de directie, dan dient hij bij de directie hiertoe tijdig een verzoek in.
12. BEPERKINGEN M.B.T. GELUIDNIVEAU
Ten aanzien van het geluidniveau, veroorzaakt door materieel op het werk, gelden de volgende beperkingen:
Buiten de reguliere werktijden mogen geen geluidsbelastingen plaatsvinden hoger dan wettelijk is toegestaan. Indien onverhoopt toch geluidsbelastende activiteiten plaatsvinden buiten de reguliere werktijden dient te aannemer hiervoor ontheffing aan te vragen bij het bevoegd gezag. Deze geluidsbelastende activiteiten mogen alleen plaatsvinden nadat de opdrachtgever hiervoor uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven.
13. BEPERKINGEN M.B.T. TRILLINGEN
Ten aanzien van trillingen, veroorzaakt door materieel op het werk, gelden de volgende beperkingen:
Indien werkzaamheden uitgevoerd worden waarbij trillingen plaatsvinden welke naar verwachting schade kunnen toebrengen aan het gebouw en/of belendingen dient voordat deze werkzaamheden plaatsvinden een onderzoek verricht te worden naar de maximaal toelaatbare trillingen die deze werkzaamheden tot gevolg hebben.
14. WET AANPAK SCHIJNCONSTRUCTUES (WAS)
a. Onder verwijzing naar paragraaf 6, lid 11 van de UAV 2012 houdt de aannemer zich bij de uitvoering van het werk aan de geldende wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsvoorwaarden en aan de CAO die voor hem van toepassing is.
b. De aannemer legt alle arbeidsvoorwaardelijke afspraken ten behoeve van de uitvoering van het werk op een inzichtelijke en toegankelijke wijze vast.
c. De aannemer verschaft desgevraagd en onverwijld aan bevoegde instanties toegang tot deze arbeidsvoorwaardelijke afspraken en werkt mee aan controles, audits en/of loonvalidatie.
d. De aannemer verschaft desgevraagd en onverwijld aan de opdrachtgever, dan wel aan de door hem aangewezen persoon, toegang tot de onder sub c genoemde arbeidsvoorwaardelijke afspraken indien de opdrachtgever dit noodzakelijk acht in verband met het voorkomen of de behandeling van een loonvordering aangaande verrichte arbeid ten behoeve van de uitvoering van het werk.
e. De aannemer is verplicht om deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen en de onderaannemer en/of andere partijen te verplichten deze bepaling in eventueel door hen af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
16. ARBO- EN VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM
Ter ondersteuning aan de V&G-coördinator(en), dient de aannemer een aantoonbaar actief beleid te voeren op het gebied van veiligheid en gezondheid. De aannemer dient het actieve beleid aan te tonen door middel van een:
- VCA certificaat.
- VCA** certificaat is vereist.
90. CESSIE VORDERING OP LEVERANCIER
Indien de opdrachtgever krachtens paragraaf 5, lid 5 van de U.A.V. voor niet of niet tijdige levering aansprakelijk is, zal de aannemer zijn vordering op de leverancier op eerste verzoek van de opdrachtgever aan deze cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag.
91. AANVULLING OP PARAGRAAF 6 LID 19 VAN DE U.A.V.
De aannemer dient een (hoofd)uitvoerder aan te wijzen, die is belast met de dagelijkse leiding van de desbetreffende aannemer. Een volgens de directie goed functionerende (hoofd)uitvoerder mag alleen worden vervangen na overleg en met goedkeuring van de directie. Indien de opdrachtgever tijdens de uitvoering van mening is dat de (hoofd)uitvoerder niet voldoet, dient de aannemer, na schriftelijke aanzegging, de betrokkene te ontheffen van zijn functie. De aannemer dient vervolgens zorg te dragen voor een vervangende (hoofd)uitvoerder.
92. AANVULLING OP PARAGRAAF 6 LID 27 VAN DE U.A.V.
Indien de aannemer meent dat een voor de aannemer voorgeschreven onderaannemer niet, niet tijdig of niet deugdelijk zal presteren en de aannemer in strijd met de goede trouw zou handelen door, zonder de directie daarop te wijzen, deze onderaannemer in te schakelen, is de aannemer voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim aansprakelijk.
93. CONTROLE DOOR DE AANNEMER
Door of namens de directie opgegeven maten en aantallen voor de vervaardiging en uitvoering van onderdelen dienen voor de bestelling of uitvoering daarvan te worden gecontroleerd, ook daar waar dit in het bestek niet uitdrukkelijk wordt vermeld, zonder enige verrekening.
94. EIGENDOM BEREKENINGEN, TEKENINGEN EN SPECIFICATIES
De aannemer moet de nodige tekeningen, berekeningen en specificaties maken, welk e nodig zijn voor een goede uitvoering van het werk . Alle door de aannemer ten behoeve van de overeenkomst vervaardigde tekeningen, berekeningen, materiaal- en apparatuurlijsten en alle overige bescheiden
worden door betaling van de aanneemsom het eigendom van de opdrachtgever en dienen door de aannemer te worden voorzien van de naam van de opdrachtgever en eventueel andere door de opdrachtgever te verstrekken gegevens. De opdrachtgever zal het recht hebben deze documenten,wanneer deze haar eigendom zijn, zonder uitzondering en zonder verplichting tegenover de aannemer en/of derden, te gebruiken.
95. SCHADECLAIMS
Geen van de uitvoerende partijen kan een schadeclaim bij de directie neerleggen als blijkt dat door schuld van een partij, de andere partijen hierdoor extra bouwplaatsk osten e.d. zouden hebben.
96. NUTSBEDRIJVEN EN ARBEIDSINSPECTIE
Bij de aanvang van het werk contact opnemen met de betrokken nutsbedrijven en de arbeidsinspectie en het overleg zodanig regelen dat de voortgang van het werk niet wordt geschaad.
De door genoemde instellingen gevraagde nadere gegevens betreffende de installatie tijdig aan deze instellingen overleggen.
De directie over alle afspraken met de nutsbedrijven en de arbeidsinspectie informeren.
97. KWALITEITSEISEN
a. De op het werk inschrijvende aannemer dient BRL ERB (Erkend Restauratie Bouwbedrijf) gecertificeerd te zijn. De aannemer dient in bezit te zijn van het certificaat voor middelgrote aannemers (d.w.z. min. 7 manjaren ervaring in de restauratie). Informatie wat betreft de eisen en voorwaarden voor certificering kan worden verkregen bij de certificerende instantie De KIWA.
b. De onderaannemer van het natuursteenwerk dient lid te zijn van de Vereniging Restauratie Steenhouwers, en zodoende in het bezit zijn van het hierbij behorende ERS-certificaat (het certificaat volgend na toetsing volgens de "Erkenningsregeling Restauratie Steenhouwerijen"). Deze certificeringseis geld voor de uitvoering van alle werkzaamheden m.b.t. de levering van nieuwe natuursteen onderdelen en voor alle reparatiewerkzaamheden aan de bestaande natuursteen onderdelen. De werkzaamheden m.b.t. de demontage en de plaatsing van de natuursteenwerken vallen buiten deze certificeringseis en mogen dus ook door de aannemer zelf uitgevoerd worden.
00.02.07 DATUM VAN AANVANG
01. DATUM VAN AANVANG
In uitdrukkelijke afwijking van paragraaf 7, lid 1 van de UAV 2012 zal als datum van aanvang worden aangemerkt :
- zie de in de uitnodigingsbrief van de aanbesteding genoemde startdatum.
02. AANVANG WERKZAAMHEDEN
Het is de aannemer niet toegestaan met het werk aan te vangen voor de datum van aanvang, als bedoeld in paragraaf 7, lid 1 van de UAV 2012.
00.02.08 UITVOERINGSDUUR, UITSTEL VAN OPLEVERING, BEPROEVING
02. DATUM VAN OPLEVERING
Het werk moet uiterlijk worden opgeleverd op:
- zie de in de uitnodigingsbrief van de aanbesteding genoemde einddatum.
08. OPLEVERING BUITENSCHILDERWERK
Het tijdstip van oplevering van het buitenschilderwerk wordt nader vastgesteld in overleg met de directie.
20. WERK IN PLAATS VAN TECHNISCHE INSTALLATIEWERK
In uitdrukkelijke afwijking van paragraaf 8a van de UAV 2012, dient waar staat, "technische installatiewerk" te worden gelezen, "werk".
21. BEPROEVING
Alvorens het werk of onderdelen daarvan in bedrijf worden gesteld of in
gebruik worden genomen, moeten zijn beproefd:
- de in de werkomschrijving opgenomen W-installaties (zie de W- hoofdstukken).
- de in het bestek opgenomen E-installaties (zie ook de E-hoofdstukken). De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van de beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van de beproeving stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie.
Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van de beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van de beproeving stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie.
Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de aannemer.
Door de ondertekening door de aannemer en de directie van het rapport waarin het beproevingsresultaat is opgenomen staan de resultaten van de beproeving vast.
Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport waarin het beproevingsresultaat is opgenomen.
Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald.
Op deze herhaalde beproeving is het hierboven vermelde van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn.
Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming van het werk plaats.
90. UITSTEL VAN OPLEVERING
Eventueel opgedragen meerwerk kan geen aanleiding zijn tot uitstel van de oplevering zolang het bedrag van de meerwerk en van de aannemer niet groter is dan 5% van de desbetreffende aanneemsom.
91. TOEVOEGEN AAN PARAGRAAF 8 VAN DE U.A.V.
Aan par. 8 U.A.V. wordt een zesde lid toegevoegd, luidende:
Als omstandigheden buiten de wil en de aansprakelijkheid van de aannemer worden ook aangemerkt algemene werk stakingen en uitsluitingen, tenzij de werk staking of uitsluiting:
1. het gevolg is van een handeling van de aannemer in strijd met:
a. een wettelijk e bepaling inzake arbeid;
b. een ter plaatse geldende arbeidsovereenkomst;
c. een bepaling in het bestek betreffende loon of arbeidsduur.
2. op enigerlei wijze door de aannemer is uitgelokt.
00.02.09 OPNEMING EN GOEDKEURING
90. OPNEMING EN GOEDKEURING
De schriftelijke of mondelinge aanvraag van de aannemer, genoemd in art. 9, lid 1 van de U.A.V., zal tenminste 10 werkdagen voor de datum dat het werk naar verwachting van de aannemer voltooid zal zijn in het bezit van de directie moeten zijn, resp. in het dagboek of het weekrapport zijn aangetekend.
91. STAAT VAN GEREEDHEID VOOR OPNEMING
Op de in Par. 10 van de U.A.V. bedoelde dag van opneming dient het werk tenminste in de hiernavolgende staat van gereedheid te verkeren:
a. de werkzaamheden moeten voltooid zijn.
b. alle tijdelijke voorzieningen en bouwplaatsinrichtingen moeten van het werk verwijderd zijn.
c. de gazons, verhardingen en terreinrioleringen moeten in de oorspronkelijke staat zijn teruggebracht.
d. de revisietekeningen en garantiebewijzen moeten, evenals de gebruiksaanwijzingen, aanwezig zijn.
e. de adressen voor werkafspraken voor het afwikkelen van de meldingen tijdens de onderhoudsperiode moeten geregeld zijn.
92. TIJDSTIP OPNEMING EN GOEDKEURING
De tijdsduur van de opneming wordt bepaald door de aard van het werk en de wijze waarop het werk is uitgevoerd; in dit verband zal onder de dag en het tijdstip van opneming zoals bedoeld in Par. 9, lid 2 van de U.A.V. worden verstaan: de dag en het tijdstip waarop met de opneming wordt aangevangen.
93. AFWIJKING VAN PAR. 9, DE LEDEN 3 EN 5 VAN DE U.A.V.
In afwijking van het bepaalde in Par. 9, de leden 3 en 5 van de U.A.V. zal de schriftelijke mededeling of het werk al dan niet is goedgekeurd worden gedaan binnen 15 dagen nadat het werk is opgenomen.
00.02.10 OPLEVERING
90. OPLEVERING
Indien bepaalde werkzaamheden met toestemming van de directie door weersomstandigheden gereed komen na oplevering van het werk (bv. buitenschilderwerk) geldt daarvoor als datum van ingang van de onderhoudstermijn de datum van gereedkomen van die werkzaamheden.
91. WERKZAAMHEDEN DOOR DERDEN T.G.V. HERSTELLINGEN
Indien tijdens de onderhoudsperiode door de aannemer herstellingen moeten worden verricht, waardoor eveneens werkzaamheden aan het werk van derden moeten worden uitgevoerd, zijn alle kosten die hiervan het gevolg zijn, c.q. verband houden met deze herstellingen, voor rekening van de aannemer.
92. EXTRA ONDERHOUDSPERIODE
Indien zich tijdens de onderhoudstermijn lekkages voordoen in doorvoeren en/of daken, dan geldt voor het betreffende onderdeel na herstel een extra onderhoudstermijn waarin tenminste de periode van 1 oktober tot 1 april voorkomt.
93. PROCES VERBAAL VAN OPLEVERING
Na opneming / keuring van het werk zal door de directie een procesverbaal van oplevering worden opgesteld. Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien het proces-verbaal door opdrachtgever, directie en aannemer voor akkoord is ondertekend.
94. BOUWTIJDVERLENGING
Indien de aannemer verzoekt om bouwtijdverlenging en deze door de directie
is verleend, zijn de hieruit voortvloeiende kosten voor bouwplaatskosten, directievoering en toezicht voor zijn rekening.
00.02.11 ONDERHOUDSTERMIJN
01. ONDERHOUDSTERMIJN
De onderhoudstermijn bedraagt in maanden:
- 6 (zes) kalendermaanden voor de bouwkundige werkzaamheden aansluitend op de opleveringsdatum van het werk of het deel van het werk indien oplevering in gedeelten is overeengekomen.
- 12 (twaalf) kalendermaanden voor de technische installaties aansluitend op de opleveringsdatum van het werk of het deel van het werk indien oplevering in gedeelten is overeengekomen.
Onverkort het bovenstaande geldt, dat voor elk door de aannemer opgeheven gebrek een nieuwe onderhoudsperiode ingaat even lang als de onderhoudstermijn als hierboven vermeld.
90. VERBORGEN GEBREKEN
Voor die onderdelen van het werk waaraan tijdens de onderhoudsperiode verborgen gebreken worden geconstateerd, gaat de onderhoudsperiode opnieuw in op de dag dat het herstel daarvan ten genoege van de directie is gereedgekomen.
91. IN GEBREKE BLIJVEN TIJDENS DE ONDERHOUDSTERMIJN
Indien de aannemer in gebreke blijven de herstelwerk zaamheden op eerste aanzegging te verrichten, zullen deze werk zaamheden vanwege de opdrachtgever worden uitgevoerd, zonder dat de aannemer opnieuw in gebreke wordt gesteld, voor rekening van het desbetreffende aannemer.
92. WERKZAAMHEDEN NA DE OPLEVERING VAN HET WERK
Indien bepaalde werk zaamheden, met toestemming van de directie, gereed komen na oplevering van het werk , geldt daarvoor als datum van ingang van de onderhoudsperiode, de datum van gereedkomen van die werk zaamheden.
93. HERSTELLINGEN
Indien gedurende de onderhoudsperiode door de aannemer
herstelwerk zaamheden aan het werk moeten worden verricht, waardoor eveneens werk zaamheden aan werk van installateurs of derden moet worden uitgevoerd, zijn alle kosten welk e het gevolg zijn van en/of verband houden met deze herstelwerk zaamheden voor rekening van de aannemer, wiens werk de herstelwerk zaamheden noodzakelijk maakte.
94. TERMIJN VOOR HERSTELLEN VAN GEBREKEN
Wanneer de door de directie gestelde termijn voor het herstellen van gebreken, zoals bedoeld in par.11 lid 2 en 3 U.A.V., de einddatum van de hierboven genoemde onderhoudstermijn overschrijdt, zal de onderhoudstermijn met deze overschrijding worden verlengd.
95. GEBREKEN
Par. 11 U.A.V. aanvullen met:
Onder gebreken zullen ook worden verstaan de gevolgen van overmatige
krimp van bouwmaterialen, alsmede het onvoldoende functioneren of sluiten van beweegbare onderdelen.
De aannemer zal zich niet beroepen op onderaannemers, garantieverklaringen of leveringsvoorwaarden van leverancier.
96. LEKKAGES
Indien zich gedurende de onderhoudsperiode lekkages voordoen aan de bouwk undige werk en voor het betreffende onderdeel, zal na herstel een extra onderhoudstermijn gelden waarin in elk geval de periode van oktober t/m april voorkomt.
97. IN GEBREKE BLIJVEN AANNEMER
Par.11 lid 3 U.A.V. aanvullen met:
Voldoet de aannemer niet of op onvoldoende wijze aan de orders hem aangaande het herstel van de gebreken gegeven, dan geschieden de
herstellingen vanwege de directie, doch voor rekening en verantwoording van de aannemer.
De kosten van herstellingen, vermeerderd met 20% ter tegemoetkoming van de engineeringskosten, zullen dan op de onderhoudstermijn in mindering worden gebracht.
Daarnaast is de aannemer verplicht tot het vergoeden van eventuele schade van welk e aard dan ook.
98. AANTEKENINGEN
De aannemer is verplicht van alle herstelwerk zaamheden gedurende de onderhoudstermijn aantekening te houden en deze punten alsnog op de revisietekeningen en/of in de bedieningsvoorschriften e.d. te verwerk en.
99. STORINGEN
Na melding van een storing, m.b.t. de opgeleverde installaties, moet binnen een halve dag een monteur ter plaatse zijn om de storing op te heffen.
Indien de storing wordt gemeld na 16.00 uur moet de monteur de volgende kalenderdag voor 9.00 uur ter plaatse zijn. De aannemer geeft twee telefoonnummers op van werk nemers die goed bekend zijn met de installaties.
00.02.12 AANSPRAKELIJKHEID VAN DE AANNEMER NA DE OPLEVERING
90. AANSPRAKELIJKHEID VAN DE AANNEMER NA DE OPLEVERING
In afwijk ing van paragraaf 12, lid 1 van de UAV, blijft de aannemer volledig aansprakelijk voor de juistheid van de op de revisietekeningen vermelde gegevens en derhalve ook aansprakelijk voor de schade welk e de opdrachtgever lijdt als gevolg van een onjuiste, dan wel onvolledige weergave op deze revisietekeningen.
Het in par. 12 van de UAV lid 2 gestelde, lijdt tevens uitzondering voor de onderdelen, waarvoor in het bestek genoemde garantie wordt verlangd, zulks overeenkomstig de voorwaarden van de garantie.
91. AANVULLING OP PAR. 12 LID 2 VAN DE U.A.V.
Het in Par. 12, lid 2 van de U.A.V. bepaalde aanvullen met:
c. indien in die onderdelen, waarvoor in dit bestek garanties worden verlangd, tijdens de garantieperiode gebreken voorkomen die
kennelijk te wijten zijn aan minder goede hoedanigheid of gebrekkige uitvoering.
92. VERBORGEN GEBREK
Met inachtneming van het bepaalde in Par. 12, lid 3 van de U.A.V. wordt onder "verborgen gebrek" mede verstaan: materialen en/of constructies welk e niet beantwoorden aan redelijkerwijs te stellen eisen en/of verwachtingen, voor zover de toepassing van deze materialen en/of constructies onder de verantwoordelijk heid van de aannemer valt.
00.02.13 WIJZIGING TIJDSTIPPEN VAN UITVOERING
90. WIJZIGING TIJDSTIPPEN VAN UITVOERING
De aannemer is niet bevoegd wijzigingen in de tijdstippen van uitvoering aan te brengen zonder schriftelijke toestemming van de directie; door de aannemer verlangde wijzigingen als hiervoor bedoeld, kunnen nimmer aanleiding zijn voor verrekeningen.
91. WIJZIGINGEN TIJDSTIPPEN VAN UITVOERING T.G.V. MEERWERK Wijzigingen in de tijdstippen van uitvoering die een gevolg zijn van meerwerk kunnen geen aanleiding zijn voor verrekeningen.
00.02.14 SCHORSING VAN HET WERK/BEEINDIGING IN ONVOLTOOIDE STAAT
01. VEILIGHEIDSMAATREGELEN
De aannemer moet in overleg met de directie naast de gepaste maatregelen de nodige veiligheidsmaatregelen nemen.
00.02.15 WERKTERREIN
01. AANDUIDING WERKTERREIN
Als werkterrein is beschikbaar:
- de direct gelegen rondom de gevels van het gebouw gelegen delen.
- de interne ruimten van het gebouw waarin onderhoudswerk zaamheden plaats vinden.
- indien er interne transporten plaats vinden dan dienen de bestaande interieurs door aannemer afdoende beschermd te worden tegen beschadigingen.
90. LEIDINGEN EN KABELS
1. Alvorens het werk terrein in gebruik te nemen dient de aannemer zich te vergewissen van het huidige en toekomstige beloop van leidingen,
kabels e.d. De aannemer is ten volle aansprakelijk voor schade(n) ten gevolge van bouwwerk zaamheden aan leidingen, kabels, enzovoort, in en om het bouwterrein.
2. Tijdig voor de aanvang van de uitvoering gaat de aannemer bij de opdrachtgever, de betrokken nutsbedrijven en de openbare diensten na of hij over de juiste gegevens inzake de ligging van de kabels en leidingen beschikt.
3. Voordat met de uitvoering van enig onderdeel van het werk wordt begonnen, zoekt de aannemer de in de nabijheid hiervan gelegen kabels en leidingen op, door het met handkracht graven van voldoende gaten en sleuven en geeft hij de ligging daarvan in het terrein door middel van
piketten aan.
4. Tijdens de ontgraving en aanvulling van de sleuven, als gedurende de tijd dat de kabels en leidingen ontgraven zijn, dienen de nodige voorzieningen getroffen te worden om schade aan kabels en leidingen hinder in hun goede werk ing te voorkomen.
5. Indien de desbetreffende kabels en leidingen niet worden gevonden, dan wel kabels en leidingen worden aangetroffen waarvan de ligging niet
blijkt uit de aan de aannemer ter beschikking gestelde gegevens, worden de leidingbeheerders door de aannemer hiervan op de hoogte gesteld. De aannemer houdt rekening met de mogelijkheid van horizontale en verticale afwijk ingen in de ligging van de kabels en leidingen, zowel bij het opzoeken als bij de verdere uitvoering van het werk .
6. De aannemer onderzoekt de ligging van kabels en de leidingen op aansluitingen met de hoofdleidingen van de diverse nutsbedrijven. De kabels en leidingen moeten in overleg met de nutsbedrijven worden afgesneden, beveiligt en afgedopt.
91. INDELING EN GEBRUIK WERKTERREIN
Ten aanzien van de indeling en het gebruik van het werk terrein geldt het volgende:
1. De aannemer wordt geacht op de hoogte te zijn van de staat, de situering en hoogteligging van, alsmede de toegangsmogelijkheden tot en de obstakels in, bij of boven het werk terrein op de dag van de opdrachtverstrekking. Zulks onverminderd het bepaalde in de paragrafen 15 en 29 van de U.A.V.
2. De bij de opdrachtgever beschikbare informatie omtrent de hoedanigheid en obstakels van c.q. op het werk terrein wordt slechts verstrekt, zonder in te staan voor de volledigheid, om de aandacht van de aannemer hierop te vestigen en zonder de aannemer te ontheffen van onderzoeksplicht en verantwoordelijk heid.
3. Brandkranen, sifons, afsluiters, kabelmoffen en andere aan te wijzen delen moeten steeds voor hun doel bereikbaar zijn.
4. De kosten voor herstel van bestratingen, tuinaanleg e.e.a. buiten in dit
bestek vallende delen van het perceel zijn voor rekening van de aannemer.
5. Voor overige zaken/voorwaarden m.b.t. werk terrein zie hoofdstuk 05., paragraaf 00.
6. Indien tijdelijke afsluiting van de openbare weg noodzakelijk is dient de aannemer hiervoor ontheffing aan te vragen bij het bevoegd gezag.
92. KOSTEN ONDERZOEK EN MATERIALEN
De kosten van de nodige onderzoeken, maatregelen en voorzieningen voor de in dit hoofdstuk genoemde werk zaamheden zijn voor rekening van de aannemer.
93. GEBRUIK ANDERE TERREINEN
Gebruik van andere terreinen buiten het aangewezen werk terrein valt onder de verantwoordelijk heid van de aannemer en gebruikskosten zijn voor zijn rekening.
94. AANVOER MATERIALEN E.D.
De aannemer dient zich bij de diverse gemeentelijke instanties op de hoogte te stellen van de eventuele tijden waarop geen aan- en/of afvoer van materialen kan geschieden.
00.02.16 AFSLUITING, RECLAME
01. FOTOGRAFEREN EN FILMEN
Voor het maken van foto's, films of video-opnamen en dergelijke van het werk, het verlenen van medewerking daaraan en het geven van publiciteit inzake het werk, is toestemming van de opdrachtgever noodzakelijk.
90. AFSLUITING, RECLAME
De wijze van afsluiting en bewak ing van het werk terrein is voor de verantwoordelijk heid van de aannemer.
Plaats, aantal en uitvoering van reclame behoeft de goedkeuring van de directie.
91. VERNIELING EN DIEFSTAL
De aannemer dient, aantoonbaar, de nodige maatregelen te nemen om het werk tot en met de oplevering te beschermen tegen diefstal en vernielingen. Vernieling en of diefstal van het werk c.q. van de op het werk terrein aanwezige bouwstoffen en materialen is tot en met de oplevering voor
rekening en risico van de aannemer.
92. AFSLUITING
Een afsluiting van de bouwplaats en de werk terreinen wordt verlangd.
00.02.17 VERWERKING VAN BOUWSTOFFEN
02. HOEDANIGHEID VAN BOUWSTOFFEN
Voor zover in het bestek niet anders bepaald moeten de te verwerken bouwstoffen nieuw zijn.
90. VERWERKING VAN BOUWSTOFFEN
Bouwstoffen transporteren, opslaan en verwerk ing geschiedt overeenkomstig hetgeen bepaald is in het verstrekte bewijs en in de betreffende normen, voorschriften en BRL's.
00.02.18 KEURING VAN BOUWSTOFFEN
01. KEURING VAN BOUWSTOFFEN
De door de directie te keuren bouwstoffen als bedoeld in paragraaf 17, lid 2 en paragraaf 18, lid 1 van de UAV 2012 zijn de volgende:
alle bouwstoffen.
02. BOUWSTOFFEN MET KWALITEITSVERKLARING
Een gebrek dat zich na deze goedkeuring in de bouwstoffen met kwaliteitsverklaring openbaart en dat bij uitwendige visuele beoordeling redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden, wordt aangemerkt als een gebrek in de zin van de paragrafen 12 en 17, lid 3 van de UAV 2012.
03. BESLUIT BODEMKWALITEIT
De aannemer overlegt van de door hem te leveren bouwstof, die op of in de bodem of in het oppervlaktewater moet worden aangebracht, een door het Besluit Bodemkwaliteit toegelaten bewijsmiddel, waaruit blijkt dat de desbetreffende bouwstof aan de eisen van dit besluit voldoet.
Een ander bewijsmiddel dan een erkende kwaliteitsverklaring of een partijkeuring volgens de regels van het Besluit Bodemkwaliteit is, tenzij dit bestek anders vermeldt, niet toegestaan.
De aannemer verstrekt het bewijsmiddel schriftelijk aan de directie binnen een met de directie afgesproken termijn, waarbij met het gestelde in het Besluit Bodemkwaliteit rekening wordt gehouden.
04. MONSTERS TER BEOORDELING
Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld dient hiervan een monster ter beoordeling aan de directie te worden voorgelegd:
- zie bij de hoofdstukken genoemde specifieke monsters. Bouwmaterialen bemonsteren ter goedkeuring van de directie, als omschreven in de desbetreffende hoofdstukken van het bestek. De goedgekeurde monsters maken deel uit van het bestek.
Gelijk waardigheid van de in paragraaf 17 U.A.V. genoemde merknaam betekend ook esthetische gelijk waardigheid. Dit ter goedkeuring door de directie.
90. LEVERING ZONDER PRODUCT-CERTIFICAAT
Bouwstoffen die met een product-certificaat geleverd moeten worden, mogen worden betrokken van een leverancier die niet onder een keurmerk mag leveren, mits de aannemer deze bouwstoffen op zijn kosten tijdig laat keuren op de aanwezigheid van dezelfde eigenschappen als die van de bouwstoffen met productcertificaat door een door de Raad van Accreditatie erkende certificatie-instelling.
91. APPARATUUR EN INSTRUMENTEN
Paragraaf 18, lid 3 van de UAV aanvullen met:
"De aannemer stelt daartoe eveneens de nodige apparatuur en instrumenten ter beschikking".
00.02.19 EIGENDOM VAN BOUWSTOFFEN
01. OVERGEBLEVEN BOUWSTOFFEN
Het bepaalde in paragraaf 19, lid 3 van de UAV 2012 is niet van toepassing op de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen.
90. EIGENDOM VAN BOUWSTOFFEN
Bij toepassing van Par. 19 en 40, lid 3 van de U.A.V.
wordt onder bouwstoffen, voor zover deze zich in een fabriek of werk plaats bevinden buiten het bouwterrein, verstaan: "gerede producten of naar het oordeel van de directie daarmee gelijk te stellen bouwstoffen". De aannemer dient bij de keuring het in Par. 19, lid 1 van de U.A.V. genoemde formulier B te overleggen aan de opdrachtgever.
91. TER BESCHIKKING GESTELDE BOUWSTOFFEN
Het bepaalde in Par. 19, lid 3 van de U.A.V. is niet van toepassing op de bouwstoffen waarvan de aankoop uit de stelposten wordt verrekend en op de ter beschikking gestelde bouwstoffen.
00.02.21 OUDE BOUWSTOFFEN
90. EIGENDOM OUDE BOUWSTOFFEN
Voorzover niet anders in dit bestek is vermeld, zijn de uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde voor de opdrachtgever.
91. OUDE BOUWSTOFFEN UIT SLOOP
Onder oude bouwstoffen wordt bij sloopwerk zaamheden verstaan de van de sloopwerk zaamheden afkomende bouwstoffen.
92. ONVOORZIEN OUDE BOUWSTOFFEN
Onvoorzienbaar uit het werk komende bouwstoffen blijven eigendom van de opdrachtgever, tenzij de directie verklaart dat zij voor de opdrachtgever niet van waarde zijn.
In het geval deze bouwstoffen aan de opdrachtgever verblijven, zijn de
kosten, zoals bedoeld in paragraaf 21, lid 3 van de UAV voor rekening van de opdrachtgever.
00.02.22 GARANTIE VOOR EEN ONDERDEEL
01. TE GARANDEREN ONDERDELEN
Voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode.
Onderdeel:
- onderdeel: zie de in de hoofdstukken van werk omschrijving opgenomen onderdelen.
- te garanderen door: de aannemer.
- periode: zie de in de hoofdstukken van werk omschrijving opgenomen periodes.
02. GARANTIEVERKLARING
Met betrekking tot onderdelen waarvoor een garantie wordt verlangd van een onderaannemer of leverancier, dient een garantieverklaring volgens het bij dit bestek gevoegde model overgelegd te worden aan de directie.
De garantieverklaring dient te worden overgelegd voor het gereedkomen van het gegarandeerde onderdeel.
De door de aannemer in twee-voud op te maken en te ondertekenen garantieverklaringen verstrekken. De polissen van de verzekerde garanties dienen gelijktijdig met de garantieverklaringen beschikbaar te worden gesteld aan de directie.
De garantieverklaringen laten onverlet de aansprakelijkheid van de aannemer volgens de UAV par.12.
90. VERVALLEN PARAGRAAF 22, LEDEN 2, 3 EN 4
In aansluiting op paragraaf 22, lid 1 van de UAV vervalt het gestelde in de leden 2, 3 en 4 en wordt dit vervangen door de volgende bepalingen:
2. Met betrekking tot een onderdeel van het werk waarvoor een garantie wordt verlangd, dient van dat onderdeel een garantieverklaring volgens het bij dit bestek gevoegde model overgelegd te worden, inhoudende:
a. dat de garant zich verbindt voor zijn rekening alle voorkomende gebreken op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk te herstellen, tenzij de garant aantoont dat de gebreken niet voor zijn risico komen;
b. dat de garantieverklaring zal gelden van het gereedkomen van het onderdeel af tot het einde van de onderhoudstermijn van het werk en in aansluiting daarop gedurende de in het bestek genoemde periode.
3. Bij elk onderdeel van het werk waarvoor het geven van garantie wordt gevorderd, vermeldt het bestek of de garantieverklaring zal worden verstrekt door de aannemer, dan wel de onderaannemer of leverancier van dat onderdeel. Indien een zodanige vermelding ontbreekt, zal de garantieverklaring door de aannemer worden verstrekt. De aannemer draagt zorg voor het verstrekken van de garantieverklaring door de onderaannemer of leverancier aan de opdrachtgever. Indien de garantieverklaring niet door de onderaannemer of leverancier wordt verstrekt, wordt de garantieverklaring door de aannemer verstrekt.
4. Indien een garantieverklaring als bedoeld in het eerste lid niet is overgelegd of een andersluidende garantieverklaring is overgelegd, kan daaruit geen afstand of wijziging van de in het eerste lid omschreven garantieverplichting worden afgeleid.
91. AANVULLING OP PARAGRAAF 22, LID 2 VAN DE U.A.V. GARANTIE & BEWIJSLAST
In uitdrukkelijke afwijk ing van het gestelde in lid 2, paragraaf 22 van de UAV geldt ten aanzien van gegarandeerde onderdelen en producten dat de aannemer zich onvoorwaardelijk verbinden voor zijn rekening alle
voorkomende gebreken op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk te herstellen.
De aannemer dient in voorkomende gevallen aan te tonen dat er sprake is van omstandigheden c.q. oorzaken die hem in het kader van de garantie niet zijn toe te rekenen.
92. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 6
Aan paragraaf 22 wordt een zesde lid toegevoegd:
Model-garantieverklaringen moeten ter goedkeuring bij de directie worden ingediend alvorens de betreffende onderaannemer en/of leverancier en/of fabrikant wordt goedgekeurd in de zin van par.6 lid 25 van de U.A.V.
93. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 7
Aan paragraaf 22 wordt een zevende lid toegevoegd:
Gebreken, hoe ook ontstaan, dienen tijdens de garantietermijn ten genoegen van de opdrachtgever en voor rekening van de aannemer hersteld te worden.
Met herstelwerk zaamheden dienen de aannemer binnen 14 dagen na eerste aanzegging door of namens de opdrachtgever of diens eventuele rechtsopvolger(s) een aanvang te maken.
Bij in gebreke blijven van de aannemer heeft de opdrachtgever of diens rechtsopvolger(s) het recht herstellingen voor rekening en risico van de aannemer door derden te laten uitvoeren. De kosten van de
herstelwerk zaamheden worden ingehouden en vermeerderd met 20% ter tegemoetkoming van de engineeringskosten.
Voor onderdelen die in de garantietermijn zijn vervangen, gaat de volgende garantietermijn opnieuw in op de dag van vervanging.
Voor onderdelen die in de garantietermijn zijn vervangen en die seizoensgebonden moeten worden beproefd, gaat de volledige garantietermijn opnieuw in op de dag van vervanging en loopt tenminste tot en met een beproevingsseizoen na vervanging.
94. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 8
Aan paragraaf 22 wordt een achtste lid toegevoegd:
Niet onder de hiervoor genoemde garanties vallen: gebreken ten gevolge van normale slijtage,ernstige verwaarlozing van onderhoud, het onjuist onderhouden en het onjuist gebruik, molest, overmacht.
De hiervoor genoemde omstandigheden dienen in voorkomende gevallen door de aannemer te worden aangetoond.
95. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 9
Aan paragraaf 22 wordt een negende lid toegevoegd:
De hiervoor genoemde garanties voor onderdelen en de eventuele uitzondering(en) hierop laten onverlet de verplichtingen van de aannemer in de onderhoudstermijn en de aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering.
96. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 10
Aan paragraaf 22 wordt een tiende lid toegevoegd:
Alle garantieverklaringen zullen zijn opgesteld op naam van de aannemer en diens rechtsopvolgers.
In de bepalingen van de garantieverklaring dient te worden opgenomen dat eventuele geschillen tussen de verstrekker van de garantie en degene die zich op de garantie kan beroepen, worden onderworpen aan arbitrage volgens paragraaf 49 van de UAV en eventuele aanvullende bepalingen in paragraaf 00.02.49 van dit bestek.
97. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 11
Aan paragraaf 22 wordt een elfde lid toegevoegd:
Garanties verstrekt door de fabrikant en/of leverancier van bouwstoffen en/of bouwonderdelen, welk e de in het bestek voorgeschreven termijn overschrijden, zullen onverkort van toepassing zijn en blijven gelden voor de verkrijger van het gegarandeerde. Dit houdt in dat de verkrijger van het gegarandeerde goed op grond van een door hem verkregen garantie van de fabrikant en/of leverancier een verhaalsrecht heeft op de garantie.
98. AANVULLING OP PARAGRAAF 22 VAN DE U.A.V. TOEVOEGING LID 12
Aan paragraaf 22 wordt een twaalfde lid toegevoegd:
Wanneer een onderaannemer, leverancier of fabrikant over standaard garantiebepalingen beschikt mogen deze worden gebruikt in aanvulling op, maar niet in plaats van de volgens het bestek geëiste garantieverklaringen. Toestemming tot het toevoegen van dergelijke garantiebepalingen wordt per geval door de opdrachtgever verleend of onthouden na een schriftelijk verzoek van de aannemer aan de directie. Alle garanties van een onderaannemer, leverancier of fabrikant van installatie-onderdelen dienen onverkort over te gaan op de opdrachtgever, voor zover deze de garantietermijn van 12 maanden te boven gaan.
00.02.23 LOODSEN EN ANDERE HULPMIDDELEN
90. LOODSEN EN ANDERE HULPMIDDELEN
Ontplofbare gassen en voor mens en dier giftige stoffen opslaan in aparte voor opslag geschikte ruimten, die slechts toegankelijk zijn voor de voor verwerk ing aangewezen personen.
91. VERVANGEN PARAGRAAF 23, LID 1 VAN DE U.A.V.
U.A.V., paragraaf 23, lid 1 wordt vervangen door een nieuw lid 1: Bouwstoffen en hulpstoffen worden in een of meer daartoe geschikte en behoorlijk ingedeelde ruimten zodanig opgeslagen, dat hun vorm, uiterlijk en samenstelling behouden blijven en zij niet blootstaan aan de invloed van agressieve stoffen, verontreinigingen, vocht en weersomstandigheden. De aannemer houdt deze ruimten schoon en in goede staat.
00.02.26 ALGEMEEN TIJDSCHEMA, WERKPLAN
01. ALGEMEEN TIJDSCHEMA
De indeling van de tijdsduur op het algemeen tijdschema moet worden aangegeven in:
kalenderdagen.
02. INPASSING WERKZAAMHEDEN DERDEN
De door derden uit te voeren werkzaamheden dienen te worden opgenomen en ingepast zowel in het verlangde algemene tijdschema als ook in het gedetailleerde werkplan.
In de verlangde documenten dient een zo volledig mogelijk inzicht te worden gegeven in de hoedanigheid, de volgorde en de uitvoering van de werkzaamheden.
04. ONDERTEKENING ALGEMEEN TIJDSCHEMA, WERKPLAN
De aannemer zal het algemene tijdschema en het gedetailleerde werkplan waarin zijn werkzaamheden zijn opgenomen en ingepast, na goedkeuring zijnerzijds, voor akkoord tekenen.
05. GEDETAILLEERD WERKPLAN
Een gedetailleerd werkplan zoals bedoeld in paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012 wordt verlangd voor:
- alle onder bestek vallende werkzaamheden.
- alle meet- en tekenwerkzaamheden voor het vervaardigen van de voor de uitvoering benodigde werktekeningen.
De indeling van de tijdsduur op het gedetailleerd werkplan moet worden aangegeven in
kalenderdagen.
90. BEWAKING VAN HET WERKPLAN
De aannemer dient tijdig het initiatief te nemen teneinde in overleg met de directie en derden te komen tot regeling en afstemming van de
werk zaamheden binnen het werk plan. De stand van het werk ten opzichte van het werk plan wordt in overleg met de directie tweewek elijks door middel van een datumlijn en standlijn op het werk plan aangetekend en schriftelijk vastgelegd. Indien nieuwe gegevens daartoe aanleiding geven, worden het werk plan en het tijdschema bijgesteld zodra de directie daarover haar goedkeuring heeft verstrekt. De aannemer draagt de verantwoordelijk heid voor een tijdige signalering van eventuele tijdsafwijk ingen ten opzichte van het werk plan en de consequenties daaraan verbonden; dit zowel voor de door hem als voor de nevenaannemers en door derden uit te voeren werk en. Zodra aan de aannemer omstandigheden bekend worden die naar zijn oordeel zullen leiden tot afwijk ing van het algemene tijdschema of werk plan en van de afspraken die op die basis gemaakt zijn, brengt hij deze omstandigheden tijdig ter kennis aan de directie en de medebetrokkenen.
00.02.27 DAGBOEK, LIJSTEN, RAPPORTEN, BOUWVERGADERINGEN
01. BESTEKPOSTEN OP BASIS VAN DE STABU-BESTEKSSYSTEMATIEK Het meer en minder werk moet door de aannemer worden verwerkt in bestekposten volgens de STABU-bestekssystematiek en worden gebundeld in volgorde en codering overeenkomstig het bestek.
02. TE VERSTREKKEN LIJSTEN
De in paragraaf 27, lid 7 van de UAV 2012 genoemde lijsten worden verlangd.
03. TE VERSTREKKEN RAPPORTEN
De in paragraaf 27, lid 8 van de UAV 2012 genoemde rapporten worden verlangd.
04. BOUWVERGADERINGEN
De bouwvergaderingen zoals bedoeld in paragraaf 27, lid 9 van de UAV 2012 zullen worden gehouden: één keer per vier weken.
90. VERSLAGEN WERKVERGADERINGEN
De aannemer zorgt voor een adequate coördinatie tussen zijn
werk zaamheden en die van zijn onderaannemers en houdt wek elijks vergaderingen, waarbij afstemming van alle betrokken disciplines plaatsvindt en zaken als k waliteit en veiligheid besproken worden. Voor de werk besprekingen wordt mede de directie en toezichthouder uitgenodigd. De aannemer dient notulen te maken van bovengenoemde vergaderingen en verstrekt deze binnen een week aan de aanwezigen en verdere belanghebbenden.
De notulen gaan vergezeld van de eventueel gemaakte schetsen, notities etc. ter verduidelijking van de werk onderdelen.
00.02.28 AFBAKENING, PEILINGEN EN OPMETINGEN
02. PEIL
Als peil P geldt:
- een n.t.b. vast punt van het gebouw. Peil gedurende de bouw te onderhouden.
00.02.29 VERSCHILLEN IN AFMETINGEN OF TOESTAND
90. SCHADELIJKE VOORWERPEN OF STOFFEN
Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen waarvan de aanwezigheid niet in dit bestek is vermeld en waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of het milieu brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen.
91. VERSCHILLEN IN AFMETINGEN
De schaal van de verstrekte bestektekeningen is indicatief, maten dienen in het werk te worden vastgesteld. De verstrekte maten op borderellen zijn indicatief; de diktematen van de blokken zijn ingeschat aan de hand van in het werk incidenteel vastgestelde diktematen.
92. MAATVOERING, PLAATSBEPALING, VERSCHILLEN IN AFMETING Aangezien de plaatsen van de installatieonderdelen of aan de installatie te koppelen constructies op de tekening slechts bij benadering zijn aangegeven, moet de aannemer in overleg met de directie de juiste plaatsen, standen en maten ervan vaststellen.
00.02.31 VERBAND MET ANDERE WERKEN
01. WERKZAAMHEDEN DOOR DERDEN
Door derden worden uitgevoerd:
- De plaatsing van de nieuwe keukeninrichting (keukenblok en - apparatuur) van ruimte B0.2.
02. GEGEVENS VOOR DOOR DERDEN TE TREFFEN VOORZIENINGEN
De aannemer verstrekt tijdig aan de directie de gegevens van de door derden ten behoeve van hem te treffen voorzieningen.
03. VANWEGE DE OPDRACHTGEVER GETROFFEN VOORZIENINGEN De aannemer moet de voorzieningen die vanwege de opdrachtgever zijn uitgevoerd zo spoedig mogelijk controleren, nadat hij door of namens de
opdrachtgever van de voltooiing van die voorziening in kennis is gesteld. Van eventuele tekortkomingen stelt hij de directie terstond in kennis. De hogere kosten die een gevolg kunnen zijn van het niet ter kennis brengen van vorenbedoelde tekortkomingen, komen voor rekening van de aannemer, indien en voor zover hij deze tekortkomingen redelijkerwijze had behoren op te merken.
00.02.31 VERBAND MET ANDERE WERKEN
01. WERKZAAMHEDEN DOOR DERDEN
Door derden worden uitgevoerd:
De volgende onderdelen worden aangeleverd door DERDEN:
- De levering van de nieuwe exemplaren houten gevelluiken.
Enkel de levering van de nieuwe houten gevelluiken vind plaats vanuit derden.
Alle overige werk zaamheden van aan deze gevelluiken (demontage, herplaatsing, pas maken, schilderwerk en etc.) en alle werk zaamheden
m.b.t. de bij deze gevelluiken behorende smeedwerk onderdelen en hang- en sluitwerk en en loodwerk en etc. maakt wel onderdeel uit van de
werk zaamheden van de aannemer.
03. VANWEGE DE OPDRACHTGEVER GETROFFEN VOORZIENINGEN De aannemer moet de voorzieningen die vanwege de opdrachtgever zijn uitgevoerd zo spoedig mogelijk controleren, nadat hij door of namens de
opdrachtgever van de voltooiing van die voorziening in kennis is gesteld. Van eventuele tekortkomingen stelt hij de directie terstond in kennis. De hogere kosten die een gevolg kunnen zijn van het niet ter kennis brengen van vorenbedoelde tekortkomingen, komen voor rekening van de aannemer, indien en voor zover hij deze tekortkomingen redelijkerwijze had behoren op te merken.
00.02.32 GEVONDEN VOORWERPEN
01. ONDERBREKING VAN HET WERK
Indien de uitvoering van het werk of een deel daarvan door het vinden van voorwerpen zoals bedoeld in paragraaf 32 van de UAV 2012 moet worden onderbroken, wordt de schade die de aannemer lijdt als gevolg van deze onderbreking, vergoed.
90. GEVONDEN VOORWERPEN
Voorwerpen van waarde voor de opdrachtgever welk e bij het ontgraven en/of bij de sloopwerk zaamheden gesignaleerd worden, dienen terstond bij de eerste waarneming bij de directie aangemeld te worden. De directie bepaald te allen tijde de waarde i.v.m. het behoud van deze gevonden voorwerpen. Met het vrijmaken van van waarde zijnde voorwerpen wordt een aanvang genomen in overleg met en ter goedkeuring van de directie.
91. EIGENDOM GEVONDEN VOORWERPEN
Onvoorzien uit het werk komende voorwerpen blijven eigendom van de opdrachtgever, tenzij de directie verklaart dat zij voor de opdrachtgever niet van waarde zijn. In het geval deze voorwerpen aan de opdrachtgever verblijven, zijn de kosten zoals bedoeld in paragraaf 21, lid 3 van de U.A.V. voor rekening van de opdrachtgever.
00.02.34 WIJZIGINGEN IN DE UITVOERING
90. WIJZIGINGEN IN DE UITVOERING
Aanvullend op paragraaf 34 van de U.A.V. geldt: de aannemer dient in geval het bedoelde meerwerk ontstaat, de kosten hiervan vooraf met de directie overeen te komen.
91. ANDERE UITVOERINGSWIJZEN
Uit eventueel door de aannemer voor te stellen andere constructie- en/of uitvoeringswijzen met de daaruit voortvloeiende aanpassing van andere werk en en werk zaamheden, waarvan de beslissing bij de directie berust, mogen in geen geval rechten worden ontleend tot het in rekening brengen van meerwerk .
De directie aanvaardt, ondanks haar goedkeuring geen verantwoordelijk heid voor de deugdelijkheid van de betreffende voorstellen van de aannemer.
De kosten voor het eventueel vervaardigen van nieuwe of het wijzigen van (bestaande) tekeningen en berekeningen als gevolg van deze voorstellen zijn voor rekening van de aannemer, evenals de kosten van eventueel in te schakelen adviseurs.
00.02.35 VERREKENING VAN MEER EN MINDER WERK
90. VERREKENING MEER EN MINDERWERK
De verrekening van meer- en minderwerk geschiedt door middel van staten van meer- en minderwerk die door de directie worden opgemaakt. Deze staten worden na akkoordbevinding achtereenvolgens door de desbetreffende aannemer en de opdrachtgever ondertekend.
Als basis voor de verrekening van meer- en minderwerk worden de arbeidsuren, materiaalkosten en/of eenheids- en totaalbedragen uit de door de aannemer te verstrekken open begroting aangehouden. De arbeid, gebaseerd op het gemiddeld uurloon, conform de in de aannemingsbegroting gehanteerde normen en bedragen.
Ongespecificeerde posten zoals totaalbedragen van onderaannemers zijn niet toegestaan.
Gehele herrekening van onderdelen vindt niet plaats.
Bij de verrekening van meer- en minderwerk worden de voor de uitvoering nodige netto kosten, voor zover deze rechtstreeks betrekking hebben op de uitvoering, berekend.
De kosten op de bouwplaats voor algemene inrichting, verzorging en uitvoering worden niet afzonderlijk verrekend, maar worden geacht in de aanneemsom te zijn begrepen.
Over het totaal saldo van meer- en minderwerk wordt een percentage voor algemene kosten, winst en risico vergoed, gelijk aan het percentage van de inschrijfbegroting.
Verrekening van meer- en minderwerk zal geschieden na gereedkomen van het betreffende onderdeel.
91. NIET IN AANMERKING KOMEND VOOR VERREKENING Prijsverhogingen tengevolge van een niet volledige prijsopgave voor een volledige bouwk undige en technische afwerk ing alsmede stagnatiekosten worden niet verrekend. De bestektekeningen vormen een geheel met het bestek, dit betekent dat hetgeen niet is geschreven maar wel is getekend, of omgekeerd, dient te worden uitgevoerd zonder nadere verrekening.
92. VOORWAARDEN VOOR UITVOERING MEER EN MINDERWERK
Meer- en minderwerk en mogen niet worden uitgevoerd zonder schriftelijke (prijs)opgave van de aannemer en zonder schriftelijke opdracht van de opdrachtgever. De (prijs)opgave van de meer- en minderwerk en behoeft de goedkeuring van de directie.
93. TIJDSTIP VAN VERREKENING
Het tijdstip van verrekening zal zijn bij de oplevering van het werk .
94. BOUWTIJDVERLENING / KOSTEN
In tegenspraak van paragraaf 8, lid 4 zullen opdrachten tot meerwerk geen aanleiding geven tot aanspraken op bouwtijd verlenging en/of met de bouwtijd verlenging gepaard gaande kosten zoals ondermeer (extra) bouwplaatsk osten e.d., tenzij de aannemer voor de verstrekking van de opdracht tot meerwerk schriftelijk aanspraak heeft gemaakt op bouwtijd verlenging en/of daarmee gepaard gaande extra kosten.
95. LEVEREN BEGROTINGEN / OFFERTES VAN AANNEMER EN ONDERAANNEMER(S) C.Q. LEVERANCIERS
De aannemer is verplicht om op verzoek van de directie begroting(en) / offerte(s) te maken van de meer- en minderwerk en.
Indien in deze begroting(en) / offerte(s) van de aannemer ook offertes van onderaannemer(s) zijn opgenomen dan is de aannemer tevens verplicht om deze begroting(en) / offerte(s) van deze onderaannemer(s) c.q. leveranciers aan de directie te leveren.
Alle door de aannemer en onderaannemers geleverde begrotingen / offertes dienen volledig te zijn gespecificeerd in hoeveelheden / aantallen / uren / materialen / materieel / etc.
De directie is bevoegd om tot nadere uitleg en evt. aanvullingen van deze begroting(en) / offerte(s) van de aannemer en onderaannemers c.q. leveranciers te vragen.
00.02.36 BESTEKSWIJZIGINGEN
01. BEVOEGDHEID AANBRENGEN BESTEKSWIJZIGINGEN
De bevoegdheid tot aanbrengen van bestekswijzigingen als bedoeld in paragraaf 36, lid 2 van de UAV 2012 is voorbehouden aan de opdrachtgever.
90. PROCEDURE T.A.V. BESTEKSWIJZIGINGEN
Indien de aannemer een schriftelijk verzoek tot wijziging ontvangt als bedoeld in Par. 36, lid 1 van de U.A.V. (waaronder ook te verstaan werk - en detailtekeningen voor zover deze naar zijn mening wijzigingen inhouden en hij dit beschouwt als meer- en minderwerk ) zal hij alvorens het betreffende werk onderdeel uit te voeren, hiervan onmiddellijk schriftelijk kennis geven aan de directie of dit op de eerstvolgende bouwvergadering ter sprake brengen. De opdrachtgever en de directie dienen in de gelegenheid gesteld te worden ingeval van meerwerk de nodige gegevens terzake te verzamelen of de nodige maatregelen te treffen om het meerwerk te voorkomen. De eventuele financiële gevolgen van deze wijzigingen dienen in elk geval binnen 14 dagen na het verzoek tot wijziging in het bezit van de directie te zijn. Indien wijzigingen niet schriftelijk zijn opgedragen, is het niet toegestaan de wijzigingen uit te voeren of materialen voor de wijzigingen te bestellen, noch zullen hieraan ontleende afspraken op meerwerk (ongeacht de bepalingen in Par. 36, lid 3 van de U.A.V.) worden erkend.
Bestekswijzigingen dienen conform Par. 36, lid 2 van de U.A.V. schriftelijk te zijn opgedragen. In tegenstelling tot Par. 36, lid 5 van de U.A.V., wordt
een overeenkomstige aantekening in het dagboek of week rapport niet aangemerkt als schriftelijke opdracht.
91. AANVULLING OP PAR. 36 VAN DE U.A.V.
De directie behoudt zich het recht voor om, indien zij dit noodzakelijk acht, onderdelen die in het bestek zijn genoemd, niet op te dragen en met inbegrip van alle opslagen te verrekenen.
92. GESPECIFICEERDE PRIJSAANBIEDINGEN
Voor de in paragraaf 36 van de U.A.V. genoemde bestek- wijzigingen gespecificeerde prijsaanbiedingen aanbieden, gespecificeerd naar loon, algemene kosten, winst en risico, levering enz..
Bestekswijzigingen dienen conform de UAV paragraaf 36 lid 2 door de opdrachtgever schriftelijk te zijn opgedragen. In afwijk ing op het gestelde in de UAV paragraaf 36 lid 5 wordt een overeenkomstige aantekening in het dagboek of week rapport niet aangemerkt als schriftelijke opdracht.
00.02.37 STELPOSTEN
01. OVERZICHT STELPOSTEN
De stelposten als bedoeld in paragraaf 37, lid 1 van de UAV 2012 zijn de volgende:
Echter in afwijking hiervan zijn de volgende stelposten excl. algemene kosten, excl. winst en risico en excl. B.T.W.:
Stelpost S22-1 groot: € 800,-.
- De mortelreparaties van de sparingen en beschadigingen aan de te handhaven bakstenen van het bestaande schoonmetselwerk van de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen van de Zuidgevel.
Stelpost S30-1 groot: € 1.200,-.
- Het met Repair-care systeem uitvoeren van reparaties aan de houtwerken van de bestaand te handhaven buitendeuren, gevelluiken, binnenramen en binnenraamkozijnen van de Zuidgevel en Noordgevel.
E.e.a. niet zijnde de reparaties van sparingen van verwijderde roestende spijkers en niet zijnde de reparaties van sparingen van (gedemonteerde
c.q. verwijderde) knieren.
Stelpost S30-2 groot: € 1.800,-.
- Het leveren van overige nieuwe hang- en sluitwerk onderdelen voor de gevelopeningen van de Zuidgevel en Noordgevel. Het hang- en sluitwerk wat nader is uitgewerkt in de overige besteksposten van hoofdstuk 30 valt buiten deze stelpost. Tevens vallen alle in hoofdstuk 43 opgenomen onderdelen buiten deze stelpost. Stelpost is excl. opslagen en excl. b.t.w, excl. demontage en montage van het hang- en sluitwerk.
Stelpost S35-1 groot: € 3.800,-.
- Het repareren van breuken, het repareren van steken en / of brandlagen, en het aanbrengen van mortelreparaties in bestaand te handhaven hardsteen onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel.
E.e.a. niet zijnde de onder bouwdeel .01 van bestekpost 35.29.09-b en/of de in de overige bestekposten opgenomen breuken.
Stelpost S43-1 groot: € 3.300,-.
- Het leveren en plaatsen van een nieuwe te reconstrueren lantaarn incl. lantaarnarm t.p.v. de boven entree merk D0.01 gelegen restanten van de oude lantaarnarm. E.e..a. excl. werkzaamheden aansluiting elektra.
Stelpost S43-2 groot: € 3.500,-.
- Het plaatselijk vervangen van overige (smeed)ijzeren onderdelen en/of bijleveren van overige ontbrekende (smeed)ijzeren onderdelen van de bestaande (smeed)ijzeren onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel.
E.e.a. niet zijnde de in de overige besteksposten c.q. hoofdstukken omschreven onderdelen en werkzaamheden.
Stelpost S70-1 groot: € 300,-.
- Het leveren en aansluiten van een n.t.b. verlichtingsarmatuur t.p.v. entree
D0.10.
Stelpost S89-1 groot: € 15.000,-.
- Voor de uit de aard van de werkzaamheden voortvloeiende niet in het bestek opgenomen onvoorziene werkzaamheden van de gevelrestauratie van bouwdeel Kazerne.
90. STELPOSTEN
Alle stelposten zijn netto inkoopbedragen, excl. B.T.W., tenzij in het bestek bij de omschrijving van de stelpost uitdrukkelijk anders is bepaald. Alle overige kosten voor de uitvoering van de stelpost moeten begrepen zijn in de aanneemsom.
91. BIJKOMENDE KOSTEN
De bijkomende kosten, als bedoeld in par.37, de leden 5,6 en 8 van de
U.V.A. alsmede de door de aannemer nodig geachte provisie, vergoedingen, winst en risico etc. (de "opslagen") worden geacht in de aanneemsom van het werk te zijn begrepen.
92. AFREKENING STELPOSTEN
Par. 37 lid 2 aanvullen met: Het tijdstip van verrekening zal zijn bij de oplevering van het werk .
93. LEVEREN BEGROTINGEN / OFFERTES VAN AANNEMER EN ONDERAANNEMER(S) C.Q. LEVERANCIERS
De aannemer is verplicht om begroting(en) / offerte(s) te maken, van de volgens de directie in stelpost(en) onder te brengen werk zaamheden.
Indien in deze begroting(en) / offerte(s) van de aannemer ook offertes van onderaannemer(s) zijn opgenomen dan is de aannemer tevens verplicht om deze begroting(en) / offerte(s) van deze onderaannemer(s) aan de directie te leveren.
Alle door de aannemer en onderaannemers geleverde begrotingen / offertes dienen te zijn gespecificeerd in hoeveelheden / aantallen / uren / materialen
/ materieel / onderaannemers etc.
De directie is bevoegd om tot nadere uitleg en evt. aanvullingen van deze begroting(en) / offerte(s) van de aannemer en onderaannemers te vragen.
00.02.38 HOEVEELHEDEN
01. METING HOEVEELHEDEN
Meting van hoeveelheden vindt plaats overeenkomstig de Standaardmeetmethode NEN 3699+c94.
02. OVERZICHT VERREKENBAAR GESTELDE HOEVEELHEDEN
De verrekenbaar gestelde hoeveelheden als bedoeld in paragraaf 38, lid 1 van de UAV 2012 zijn de volgende:
- Zie de staat van verrekenposten.
00.02.39 AFWIJKINGEN VAN VERREKENBARE HOEVEELHEDEN
90. AFWIJKINGEN VAN VERREKENBARE HOEVEELHEDEN
In afwijk ing van paragraaf 39 lid 2 van de UAV worden verrekenprijzen niet gewijzigd naar aanleiding van afwijk ingen groter dan 110 % of kleiner dan 90
% van de in het bestek aangegeven hoeveelheden.
00.02.40 BETALING
01. BETALING IN TERMIJNEN
De betaling van de aannemingssom geschiedt in termijnen, met bankgarantie.
Het in onderdelen geanalyseerde werk moet, nadat het tijdschema door de directie is goedgekeurd, in een betalingsschema worden weergegeven.
Indien het tijdschema tijdens de uitvoering van het werk wordt gewijzigd, of het verzoek van de aannemer om overdracht van in de zin van paragraaf 19, lid 1 van de UAV 2012 bedoelde eigendomsrechten wordt ingewilligd, moet het betalingsschema in overleg met de directie worden bijgesteld.
02. DECLARATIES
De betaling zal geschieden nadat de aannemer een declaratie heeft ingediend.
De aannemer moet de declaratie op naam van de opdrachtgever indienen bij de directie.
Aantal: 2-voud
Elke termijndeclaratie dient vergezeld te gaan van:
- een ingevulde en geactualiseerde procenten verdeelstaat (voor elke werk fase vastleggen en in geld uitdrukken van het percentage dat van deze werk fase in de afgelopen periode in het werk is aangebracht);
De betaling van een termijn vindt plaats wanneer de aannemer aan al zijn voorgeschreven verplichtingen heeft voldaan, voor zover dit op de dag der opneming was na te gaan, onverminderd zijn aansprakelijkheid t.o.v. de opdrachtgever voor gebreken welk e zich na de opneming voordoen.
De opdrachtgever betaald de termijn binnen 30 dagen na goedkeuring van de declaratie.
03. DECLARATIES OP BASIS VAN DE RISICOREGELING
De declaraties van verrekeningen in het kader van een risicoregeling moeten afzonderlijk en uiterlijk binnen twee maanden, nadat de eerste officiële publicatie van de daarvoor benodigde loon- en materiaalindices is verschenen, op naam van de opdrachtgever bij de directie ingediend worden.
04. STORTING OP G-REKENING
De aannemer verschaft zo spoedig mogelijk na de opdracht van het werk de gegevens als bedoeld in de artikelen 6 en 7 van de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004.
Het percentage van elke door de aannemer in te dienen declaratie dat door de opdrachtgever in verband met de door de aannemer voor zijn werknemers verschuldigde loonbelasting en sociale premies op de geblokkeerde rekening zal worden gestort bedraagt:
38%.
De aannemer moet op elke declaratie uitdrukkelijk het loonkostenbestanddeel van het gedeclareerde bedrag vermelden.
Niettemin is de opdrachtgever gerechtigd in bijzondere omstandigheden het gedeelte van de aannemingssom dat betrekking heeft op de door de aannemer voor zijn werknemers verschuldigde loonbelasting en sociale premies rechtstreeks aan de bevoegde belastingdienst over te maken. De opdrachtgever zal deze stortingen in mindering brengen op de door hem verschuldigde termijnen van de aannemingssom.
Voordat de opdrachtgever daartoe overgaat, zal hij de aannemer daarover schriftelijk inlichten.
De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
90. DECLARATIES MEER- EN MINDERWERK
De declaraties voor meer- en minder werk op naam van de opdrachtgever bij de directie indienen in 2-voud.
Zonder termijnbetalingsregeling mogen verzamelrekeningen uitsluitend betrekking hebben op meer en minder werk van een vakgebied.
De rekeningen specificeren naar aard van de werk zaamheden en eventueel naar de wijze waarop het risico wordt verrekend.
91. OPLEVERINGSTERMIJN
De opleveringstermijn bedraagt 5% van de aanneemsom van de aannemer en zal worden betaald wanneer nadat:
- Het werk overeenkomstig paragraaf 10, lid 1 van de UAV is opgeleverd;
- De in het bestek geëiste garantieverklaringen, onderhouds- en bedieningsvoorschiften en revisietekeningen door de de desbetreffende
aannemer zijn verstrekt;
- De bij de opneming van het geconstateerde en in het procesverbaal opgenomen tekortkomingen en gebreken door de desbetreffende aannemer zijn aangevuld en/of hersteld;
- De eindafrekening, vermeerderd respectievelijk verminderd met het saldo van het meer- en minderwerk , door de directie is goedgekeurd;
- Een schriftelijke verklaring is afgegeven door de desbetreffende aannemer, dat er omtrent het saldo meer- en minderwerk , de verrekening van de stelposten en de verrekenbare hoeveelheden en de toe te passen kortingen volkomen overeenstemming bestaat met de opdrachtgever en de directie en dat de aannemer na uitbetaling van dat, geen enkele vordering op de opdrachtgever kan doen gelden.
Uiterlijk binnen 4 wek en nadat het werk is opgeleverd dienen de benodigde stukken voor de eindafrekening in het bezit te zijn van de directie.
00.02.41 OMZETBELASTING
01. VERLEGGINGSREGELING OMZETBELASTING
De aannemer moet op zijn declaratie vermelden dat de omzetbelasting wordt verlegd, tenzij de belastingdienst die ter zake bevoegd is, schriftelijk heeft medegedeeld dat ten aanzien van het werk de verleggingsregeling omzetbelasting niet van toepassing is. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten op te nemen.
90. OMZETBELASTING
De in het bestek genoemde bedragen zijn excl. B.T.W.
00.02.42 KORTINGEN
01. KORTINGSBEDRAG
De korting, bedoeld in paragraaf 42, lid 2 van de UAV 2012, bedraagt per dag:
- € 250,00 per kalenderdag.
In aanvulling op paragraaf 42 van de U.A.V. kan de directie voor het geval de aannemer meer dan 20 werk dagen op het algemeen tijdschema achter is, deze korting ook inhouden. Deze ingehouden korting wordt aan de aannemer uitbetaald, indien en voorzover hij weer op het tijdschema is ingelopen. Tevens komen de kosten van de opdrachtgever en zijn adviseurs voor rekening van de aannemer op basis van de werk elijk gemaakte kosten volgens de op dat moment geldende tarieven.
02. PREMIE EERDERE OPLEVERING
Voor elke dag dat de aannemer het werk eerder oplevert dan de krachtens de overeenkomst bepaalde datum van oplevering, ontvangt hij een premie. De premie bedraagt € 50,00 per kalenderdag.
00.02.43 VERPANDING OF CESSIE/ZEKERHEIDSTELLING/VERZEKERING
01. BANKGARANTIE
De aannemer moet zo spoedig mogelijk nadat het werk aan hem is opgedragen, doch uiterlijk voor het verschijnen van de eerste termijn, een door een bank of verzekeringsmaatschappij afgegeven bankgarantie ten behoeve van de opdrachtgever stellen.
De bankgarantie moet worden opgesteld volgens het model dat als bijlage bij dit bestek is opgenomen.
De waarde van de bankgarantie bedraagt van de aannemingssom in (%): 5% excl. BTW.
Indien de bedoelde bankgarantie niet voor het verschijnen van de eerste termijn is ontvangen en goedgekeurd, wordt een bedrag ingehouden op de
eerste en zo nodig de daarop volgende termijnen totdat de som van deze inhouding(en) het bedrag van de bankgarantie zal hebben bereikt. Het ingehouden bedrag zal worden verrekend nadat de bovenbedoelde bankgarantie zal zijn ontvangen en goedgekeurd.
Binnen 14 dagen na afloop van de bankgarantie worden de ten behoeve van de bankgarantie overgelegde bescheiden aan de aannemer geretourneerd. Het bedrag van de bankgarantie gedurende de onderhoudsperiode, bedraagt 2% van de aanneemsom.
00.02.44 SCHADE AAN HET WERK
90. SCHADE AAN HET WERK
De aannemer dient de directie steeds schriftelijk in kennis te stellen van de schadegevallen.
In deze mededeling dienen te worden opgenomen het tijdstip, de oorzaak, de omvang van de schade, foto's van de schade, genomen c.q. te nemen maatregelen en welk e acties zijn genomen ter beperking van de schade enz. Indien schade is aangericht, is de aannemer gehouden de schade op eigen initiatief, dan wel op aanzegging van de directie zo spoedig mogelijk te herstellen, opdat de tijdsplanning niet in gevaar komt. De aannemer moet aan de directie mededelen hoe deze schade hersteld gaat worden, een en ander ter goedkeuring van de directie.
00.02.46 IN GEBREKE BLIJVEN/OVERLIJDEN VAN DE AANNEMER
90. IN GEBREKE BLIJVEN/OVERLIJDEN VAN DE AANNEMER
Toevoegen aan paragraaf 46, lid 3 van de U.A.V.:
Onverminderd het recht van de opdrachtgever op schadevergoeding is de opdrachtgever gerechtigd, in geval van aanvraag van surseance van betaling, aanvraag van faillissement c.q. surseance van betaling of faillietverklaring als bedoeld in de aanhef van dit artikel, direct voor rekening van de aannemer het werk te voltooien.
Toevoegen aan paragraaf 46, lid 7 van de U.A.V.:
Bij de in deze bedoelde situatie worden alle op het werk aanwezige hulpmiddelen en materiaal geacht ter beschikking te staan van de aannemer. Vergoeding voor gebruik van deze hulpmiddelen door of vanwege de opdrachtgever ter voltooiing van het werk wordt aan niemand verstrekt.
91. VERPLICHTINGEN AANNEMER
Indien de aannemer zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst niet kan nakomen, geeft hij hiervan onmiddellijk onder vermelding van de oorzaken die hieraan ten grondslag liggen schriftelijk bericht ter
kennisgeving aan de directie. Indien de aannemer zich op overmacht beroept, heeft de opdrachtgever het recht de overeenkomst te beëindigen zonder tot enigerlei schadevergoeding gehouden te zijn. Onder overmacht wordt in geen geval verstaan: regen, storm, sneeuw, ijs of andere ongunstige weersomstandigheden.
00.02.49 BESLECHTING VAN GESCHILLEN
01. MEDIATION
Indien partijen zulks overeenkomen, zullen in afwijking van het gestelde in paragraaf 49, lid 2 van de UAV 2012, alle geschillen die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan ter beslechting worden onderworpen aan een mediationprocedure overeenkomstig het mediationreglement voor de MfN-registermediators van de Mediatorsfederatie Nederland, zoals dat luidt op de dag waarop de overeenkomst waarop het geschil betrekking heeft, in werking trad.
Indien mediation is geëindigd zonder dat door partijen overeenstemming is bereikt, zal het geschil worden beslecht door arbitrage als bedoeld in
paragraaf 49, lid 2 van de UAV 2012.
02. BUITENGEWONE LEDEN SCHEIDSGERECHT
Indien een der partijen zulks verlangt, wordt een der leden van het scheidsgerecht uit de buitengewone leden van de Raad van Arbitrage voor de Bouw gekozen dan wel door de voorzitter van die Raad benoemd. In dit geval bestaat het scheidsgerecht steeds uit drie leden.
03. RAAD VAN ARBITRAGE
De tekst "Raad van Arbitrage voor de Bouw" in paragraaf 43a, lid 4, paragraaf 48, lid 2 en paragraaf 49, lid 2 van de UAV 2012 wordt vervangen door "Raad van Arbitrage voor Metaalnijverheid en -Handel".
04. BEVOEGDHEID SCHEIDSLIEDEN
In paragraaf 49, lid 5 van de UAV 2012 komt de tekst "met dien verstande dat in aanvulling dezer regelen de bepaling geldt, dat scheidslieden niet bevoegd zijn het tussen partijen overeengekomene te wijzigen" te vervallen.
00.03 VERZEKERINGEN
00.03.10 VERZEKERINGEN DOOR DE AANNEMER
01. CAR-VERZEKERING DOOR DE AANNEMER/SECTIES
Onverminderd zijn aansprakelijkheid, sluit de aannemer een Constructie All- Risks (CAR-)verzekering af waarin gedekt dient te zijn: alle materiële schade en of verlies of vernietiging onverschillig de oorzaak daarvan, zulks met terzijdestelling van het bepaalde in artikel 7:951 Burgerlijk Wetboek.
*
De keuze van verzekeraar(s) en de inhoud van de polis behoeven de goedkeuring van de opdrachtgever.
De duur van de verzekering loopt van aanvang van het (de) werk(en) tot en met de dag waarop het (de) werk(en) overeenkomstig paragraaf 10, lid 1 of 2 van de UAV 2012 als opgeleverd wordt (worden) beschouwd en in geval van (een) overeengekomen onderhoudstermijn(en), in aansluiting daarop gedurende de overeengekomen onderhoudstermijn(en). De dekking omvat de volgende rubrieken met het daarbij genoemde eigen risico.
Sectie Het Werk, waaronder te verstaan:
- het in dit bestek beschreven werk inclusief meer en minder werk.
- door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen.
- werken van xxxxxx (als bedoeld in paragraaf 31 van de UAV 2012) te weten:
* De levering van de nieuwe exemplaren houten gevelluiken.
Enkel de levering van de nieuwe houten gevelluiken vind plaats vanuit derden. Alle overige werk zaamheden van aan deze gevelluiken (demontage, herplaatsing, pas maken, schilderwerk en etc.) en alle werk zaamheden m.b.t. de bij deze gevelluiken behorende smeedwerk onderdelen en hang- en sluitwerk en en loodwerk en etc. maakt wel onderdeel uit van de werk zaamheden van de aannemer.
- bestaande eigendommen van de opdrachtgever. Onder deze rubriek wordt verzekerd alle materiële schade en verlies of vernietiging voor zover ontstaan door de uitvoering van het (de) werk(en).
- persoonlijke eigendommen van de verzekerden en van personeel van verzekerden.
- keten, loodsen, gereedschappen en hulpmaterieel.
- transport van bouwstoffen,verlies of beschadiging uit eigen gebrek, constructiefouten, fouten in het ontwerp, ondeugdelijke materialen en onvoldoende deskundigheid, een en ander met terzijdestelling van het bepaalde in de artikelen 249 en 276 van het Wetboek van Koophandel.
- Het bestek van het project bestaat uit de volgende bestekdelen:
* bestekdeel 474-1A_renovatie (administratieve bepalingen en bouwplaats & renovatie Koetshuis).
* bestekdeel 474-2A_dak (plat dak Koetshuis).
* bestekdeel technische installaties.
De bij bestekdeel 474-1A_renovatie opgenomen administratieve bepalingen en bouwplaats zijn voor alle bestekdelen van toepassing.
met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: EURO 2.500,--
Sectie Aansprakelijkheid, waaronder te verstaan:
- aansprakelijkheid voor zaak- en letselschade (inclusief de hieruit voortvloeiende gevolgschade) als gevolg van de werkzaamheden met een verzekerde som per evenement/gebeurtenis van minimaal:
EURO 2.500.000,--
met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: EURO 2.500,--
Er moet een bepaling zijn opgenomen, waaruit blijkt dat de verzekerden en hun werknemers, ondergeschikten en personen voor wie verzekerden aansprakelijk zijn, onderling en ten opzichte van elkaar als derden worden beschouwd.
Sectie Eigendommen van de opdrachtgever, waaronder te verstaan:
- alle materiële schade en/of verlies en/of vernietiging van de eigendommen van de opdrachtgever en zaken waarvoor hij verantwoordelijk is, indien en voor zover ontstaan door en/of verband houdende met de uitvoering van het (de) werk(en), met een verzekerde som per evenement/gebeurtenis van minimaal:
EURO 2.500.000,--
met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: EURO 2.500,--
Het eigen risico komt ten laste van de partij voor wiens risico de schade is op grond van de overeenkomst. Het eigen risico geldt per gebeurtenis of reeks van gebeurtenissen welk e uit een en dezelfde oorzaak voortvloeien.
02. CAR-VERZEKERING PARTIJEN/DEKKING/BEWIJSSTUK/OPZEGGING De polis vermeldt de aannemer als verzekerde. Als mede-verzekerden moeten worden vermeld:
- de opdrachtgever.
- de architect(en) en adviseur(s).
- de directie.
- onderaannemer(s).
- derden (als bedoeld in paragraaf 31 van de UAV 2012) te weten:
* De levering van de nieuwe exemplaren houten gevelluiken.
Enkel de levering van de nieuwe houten gevelluiken vind plaats vanuit derden. Alle overige werk zaamheden van aan deze gevelluiken (demontage, herplaatsing, pas maken, schilderwerk en etc.) en alle werk zaamheden m.b.t. de bij deze gevelluiken behorende smeedwerk onderdelen en hang- en sluitwerk en en loodwerk en etc. maakt wel onderdeel uit van de werk zaamheden van de aannemer.
De verzekering moet een volledige primaire werking/dekking hebben voor de Sectie Het Werk.
Het eigen risico komt ten laste van de partij voor wiens risico de schade is op grond van de overeenkomst. Het eigen risico geldt per gebeurtenis of reeks van gebeurtenissen welk e uit een en dezelfde oorzaak voortvloeien. De eventuele verschuldigde afmakingscourtage bij schade-uitkering moet in de verzekering zijn opgenomen.
Onverzekerde schade(n) en eigen risico('s) komen ten laste van voor de schade verantwoordelijke partij of anders voor de partij die voor het werk verantwoordelijk is. De eigen risico's gelden per evenement/gebeurtenis of
reeks van evenementen/gebeurtenissen voortvloeiende uit dezelfde oorzaak en cumuleren niet.
Na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd overeenkomstig paragraaf 10, lid 1 of lid 2 van de UAV 2012 tot en met de dag waarop de onderhoudstermijn(en) eindigt (eindigen), is dekking beperkt tot materiële schade aan het (de) werk(en) en verlies of vernietiging ontstaan door het uitvoeren van de verplichtingen die voortvloeien uit de onderhoudstermijn(en) en materiële schade aan het (de) werk(en) en verlies of vernietiging welke zich openbaart na de dag van oplevering waarvan de oorzaak ligt:
- in de uitvoeringsduur van het werk op het werkterrein (extended maintenance).
De aannemer overlegt het bewijsstuk, waaruit het sluiten van de verzekering blijkt, ten spoedigste, in elk geval binnen één week, na de dag waarop de aannemer het werk is opgedragen, aan de opdrachtgever.
De aannemer zal bedingen dat, ingeval van opzegging van de polis, de desbetreffende verzekeraar, makelaar of tussenpersoon hiervan per aangetekende brief aan de opdrachtgever mededeling zal doen en dat de verzekering na verzending van bedoelde brief nog veertien dagen zal doorlopen, gedurende welke periode de opdrachtgever het recht heeft om op kosten van de aannemer een nieuwe verzekering op dezelfde voorwaarden te sluiten. De uit dien hoofde betaalde premie en kosten worden op de aannemingssom ingehouden.
03. CAR-VERZEKERING DUUR BIJ OPLEVERING IN DELEN
Voor de delen van het werk die, overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 1, lid 2 van de UAV 2012 als afzonderlijk werk worden beschouwd, geldt dat de verzekering voor dat deel eindigt op het moment dat de onderhoudstermijn van het laatst opgeleverde deel is verstreken.
90. OPZEGGING VERZEKERING
De aannemer zal bedingen dat, ingeval van opzegging van de polis, de desbetreffende verzekeraar, makelaar of tussenpersoon hiervan per aangetekende brief aan de verzekerden mededeling zal doen en dat de verzekering na verzending van bedoelde brief nog veertien dagen zal doorlopen, gedurende welk e periode de opdrachtgever het recht heeft op
kosten van de aannemer een nieuwe verzekering op dezelfde voorwaarden te sluiten.
De uit dien hoofde betaalde premie en kosten worden op de aannemingssom ingehouden.
91. AANSPRAKELIJKHEID
De aansprakelijkheid de aannemer volgens de Wet of uit overeenkomst wordt niet beperkt, verminderd of gewijzigd door enige bepaling in dit artikel, waaronder mede verstaan wordt zijn verplichtingen alle schade volledig te herstellen en het werk volgens het bestek op te leveren.
Onverminderd het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde, sluit de aannemer en zijn onderaannemers voor hun rekening verzekeringen af, die de risico's afdekken van:
a. schade t.g.v. Wettelijke Aansprakelijkheid die voortvloeit uit het gebruik van aannemersmaterieel t.b.v. de uitvoering van het werk .
b. schade aan objecten waarvoor krachtens de Wet
Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen een verzekeringsplicht geldt, overeenkomstig de voorschriften van die Wet, alsmede voor schade aan derden, inclusief dood en/of lichamelijk letsel van personen, veroorzaakt in verband met de uitvoering van het werk , voortvloeiende uit het gebruik van eigen of aan anderen behorende motorrijtuigen. In de zin van deze verzekering niet gedekte motorrijtuigen mogen niet op het werk worden gebruikt.
c. schade aan al datgene wat overigens t.b.v. de uitvoering op het werk of
nabij de bouwplaats aanwezig is, zoals materieel, gereedschappen, hulpmateriaal, opstallen, alsmede de goederen van hen die t.b.v. de uitvoering van het werk op of nabij de bouwplaats aanwezig zijn, tegen het risico van brand volgens de bepalingen gelijk of gelijk waardig aan die van de Nederlandse Beursbrandpolis en tegen de risico's van storm en diefstal.
De aannemer is verplicht te beschikken over een wettelijk e
aansprakelijkheidsverzekering (WA) voor aanneming van werk en tot een minimum verzekerd bedrag van € 3.000.000,-.
00.04 VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN
00.04.10 VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN
01. WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN NIET VERREKENBAAR
Niet verrekenbaar zijn wijzigingen van:
- loonkosten.
- materiaalprijzen.
- brandstofprijzen.
- huren.
- vrachten.
- rechten.
- heffingen.
- sociale lasten.
- reis- en verblijfkosten.
- bouwplaatskosten.
00.05 TEKENINGEN EN BEREKENINGEN
00.05.10 TEKENINGEN EN BEREKENINGEN
01. TEKENINGEN VERSTREKKINGSVORM
De tekeningen en andere gegevens benodigd voor de uitvoering van het werk worden aan de aannemer kosteloos digitaal verstrekt.
Verstrekkingsvorm:
- PDF.
Indien de aannemer gedrukte exemplaren wenst, komen de kosten hiervan voor zijn rekening.
02. VERANTWOORDELIJKHEID VOOR TEKENINGEN
De aannemer blijft, ook na goedkeuring door de directie, verantwoordelijk voor de door hem gemaakte tekeningen betreffende de constructies, werkwijze, maatvoering en dergelijke.
03. WIJZIGINGEN IN TEKENINGEN
Wanneer door de aannemer wijzigingen in de door hem gemaakte tekeningen worden aangebracht wordt dit op het origineel bij het onderschrift aangegeven door middel van een nummer- en datumwijziging. De aannemer registreert en distribueert deze tekeningen.
Oudere versies van tekeningen komen daardoor te vervallen.
Indien de aannemer zich niet met door de directie gewenste wijzigingen kan verenigen, deelt hij dit de directie schriftelijk mede.
Aangebrachte wijzigingen duidelijk markeren.
04. VERANTWOORDELIJKHEID VOOR BEREKENINGEN
De aannemer blijft, ook na goedkeuring door de directie, verantwoordelijk voor de door hem gemaakte berekeningen.
05. DOOR DE AANNEMER TE VERVAARDIGEN TEKENINGEN
Door de aannemer te vervaardigen tekening.
Van:
- Werktekeningen te leveren van de in de betreffende hoofdstukken van de bestekdelen genoemde onderdelen.
Tekeningen, procedures:
- Op werk tekeningen moeten duidelijk zijn aangegeven de afmetingen, verbindingen, verankeringen, e.d. van onderdelen van constructies en installatiedelen. Deze werk tekeningen ter controle in 2-voud aan de directie verstrekken.
- Binnen twee wek en na ontvangst worden de werk tekeningen door de directie gecontroleerd en teruggezonden.
- Indien de werk tekeningen niet zijn goedgekeurd de door de directie op de tekeningen vermelde opmerkingen verwerk en. De bijgewerk te
werk tekeningen binnen twee wek en opnieuw ter controle in 2-voud aan de directie verstrekken. Indien de aannemer zich niet kan verenigen met de door de directie voorgestelde wijzigingen meldt hij dit schriftelijk aan de directie met kopie aan de opdrachtgever.
- Na goedkeuring, de werk tekeningen in 2-voud aan de directie verstrekken, tenzij in de betreffende hoofdstukken meer exemplaren worden verlangd.
06. DOOR DE AANNEMER TE VERVAARDIGEN BEREKENINGEN
Door de aannemer te vervaardigen berekening. Van:
- Berekeningen te leveren van de in de betreffende hoofdstukken van bestekdelen genoemde onderdelen.
Berekeningen, procedures:
- De berekeningen met de bijbehorende tekeningen, ter controle in 2-voud aan de directie verstrekken.
- Binnen twee wek en na ontvangst worden de berekeningen door de directie gecontroleerd en teruggezonden.
- Indien de berekeningen niet zijn goedgekeurd de door de directie in de berekeningen vermelde opmerkingen verwerk en. De bijgewerk te
berekeningen binnen twee wek en opnieuw ter controle in 2-voud aan de directie verstrekken. Indien de aannemer zich niet kan verenigen met de door de directie voorgestelde wijzigingen meldt hij dit schriftelijk aan de directie met kopie aan de opdrachtgever.
- Na goedkeuring de berekeningen in 2-voud aan de directie verstrekken, tenzij in de betreffende hoofdstukken meer exemplaren worden verlangd.
90. VERANTWOORDELIJKHEID EN TAAKVERDELING
Overeenkomstig art.4 VBU 1988 dient de constructeur, genoemd in de voorbladen, aangemerkt te worden als hoofdconstructeur voor het totale werk . Alle voor het werk geldende constructietekeningen en berekeningen moeten door de constructeur zijn gefiatteerd. de constructeur zorgt voor indiening bij de betreffende dienst van de gemeente.
91. NADERE BEPALINGEN TEKENINGEN
Alle op de bouw circulerende tekeningen, ook die van de onderaannemers dienen door de ter beoordeling en goedkeuring aan de directie en architect te worden voorgelegd.
De directie / architect zal de tekeningen beoordelen op esthetische k waliteit. Er mag alleen gewerk t worden met de meest recente door de directie voor definitief gemerkte tekeningen.
De aannemer houdt hierop controle.
92. INDIENING TEKENINGEN EN BEREKENINGEN
De directie dient namens de aannemer de door of namens de aannemer vervaardigde tekeningen en berekeningen ter goedkeuring in bij de plaatselijke dienst Bouw- en Woningtoezicht.
93. TEKENINGEN MET CAD-SYSTEEM
Op verzoek worden van de tekeningen, welk e met een CAD-systeem zijn
vervaardigd, exemplaren in een standaard uitwisselformaat aan de aannemer verstrekt. De kosten voor eventuele conversie zijn voor rekening van de aannemer.
94. SPARINGSTEKENINGEN
De installateur verplicht zich tot het vervaardigen van de definitieve sparingstekeningen. Daartoe worden door de directie de nodige bouwk undige
tekeningen verstrekt. De definitieve sparingstekeningen dient de installateur in bij de aannemer.
95. REVISIETEKENINGEN
De werk tekeningen moeten na de benodigde vervolledigingen als revisietekeningen worden afgeleverd. Revisiegegevens moeten worden vastgelegd voordat de onderdelen aan het zicht zijn onttrokken.
Aantal te verstrekken exemplaren:
- ter goedkeuring 1 stuks in witdruk ;
- goedgekeurde in navolgende omvang: op CD-ROM in DWG-formaat en DXF-formaat en in PDF-formaat, en 1 stuks in witdruk , gevouwen, in eschermhoes, in ordner(s).
Tijdstip van verstrekking van de tekeningen:
- ter goedkeuring bij de oplevering;
- goedgekeurde: 1 maand na oplevering.
96. TOEGEPASTE MATERIALEN EN BEDIENINGS- EN ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN
De aannemer dient bij oplevering van het werk de directie een overzicht te verstrekken van de in het werk toegepaste materialen, met bijbehorende leveranciers en/of onderaannemers. Tevens dient de aannemer bij de oplevering van het werk de bedienings- en onderhoudsvoorschriften te verstrekken van al die materialen en onderdelen waarvan de bediening en het onderhoud een bepaalde zorg of kennis behoeft.
00.06 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN
00.06.10 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN
02. AANSTELLING V&G-COÖRDINATOR VOOR DE UITVOERINGSFASE Ingevolge het bepaalde in artikel 2.29 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb 1999.451) stelt de aannemer één of meer coördinatoren (V&G- coördinatoren) voor de uitvoeringsfase aan. Deze coördinator(en) geeft (geven) uitvoering aan de coördinatietaken genoemd in artikel 2.31 van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
90. KENNISGEVING
Voor aanvang van de bouwwerk zaamheden de Arbeidsinspectie in de regio waar het bouwwerk wordt gerealiseerd in kennis stellen van de voorgenomen totstandbrenging van het bouwwerk . De kennisgeving opstellen volgens het model, dat als bijlage bij dit bestek is opgenomen, en gedurende de uitvoering van het werk actueel houden.
- Deze kennisgeving op een voor iedereen zichtbare plek op het werk terrein aanbrengen.
91. BOUWVEILIGHEIDSPLAN
Voor met de uitvoering van de werk zaamheden mag worden begonnen moet het door de aannemer op te stellen bouwveiligheidsplan, zoals bedoeld in door de aannemer in de Modelbouwverordening 1992 artikel 2 1.6 lid h, en Bijlage 1 art. 5, in definitieve vorm bij de directie en de gemeentelijke dienst Bouwen woningtoezicht zijn ingediend en door de directie en de daartoe bevoegde gemeentelijke dienst zijn beoordeeld en zijn goedgekeurd.
Eventuele nadere eisen zullen geen aanleiding geven voor verrekening.
Tijdstip van verstrekken:
- voor aanvang van de werk zaamheden. Aantal te verstrekken exemplaren:
- ter goedkeuring : 2 stuks;
- goedgekeurde : 2 stuks.
00.09 OVERIGE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
00.09.01 AUTEURS- EN OCTROOIRECHTEN
90. AANSPRAKELIJKHEID VAN DE AANNEMER
De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen alle aanspraken en eisen tot schadevergoeding van derden wegens door de uitvoering van het werk gepleegde inbreuk op auteurs- en octrooirechten van deze derden, tenzij de inbreuk voortvloeit uit door of namens de opdrachtgever voorgeschreven constructies en werk wijzen.
00.09.02 REGELGEVING BIJ IN GEBRUIK ZIJNDE OBJECTEN
90. GEBRUIK NIET-ONTRUIMDE GEBOUWGEDEELTEN
De werk zaamheden zodanig uitvoeren, dat het gebruik van de niet ontruimde gebouwgedeelten zonder gevaar, zonder overlast en overeenkomstig hun bestemming voortgezet kan worden.
91. WERKEN BUITEN NORMALE WERKTIJDEN
Indien buiten de normale werk tijden werk zaamheden worden verricht, moet steeds namens de aannemer een leidinggevend en verantwoordelijk persoon op het werk aanwezig zijn.
92. XXXXXXX WERKZAAMHEDEN
De aannemer dient ten allen tijde bij de directie te melden indien hij gebruik wil maken van of in de omgeving van bestaande of in gebruik zijnde projecten wil werk en.
De aannemer dient ten allen tijde bij de directie te melden indien hij buiten de normale werk tijden wil werk en.
93. VERBOD OP ALCOHOL EN DRUGS
Op het werk mogen geen alcohol en drugs gebruikt worden.
94. AANVULLENDE PROTOCOLLEN
Beveiliging bouwplaats/ werk terrein:
- De bouw zal altijd door een uitvoerder afgesloten moeten worden of door een vaste vervanger.
- Wanneer werk zaamheden met een verhoogd risico worden uitgevoerd zoals lassen, snijden en solderen, dan mogen deze alleen maar plaats vinden tot 14.00 uur 's-middags en zal de aannemer gehouden worden de uitvoerder of zijn vervanger extra toezicht te laten houden en elke 15 minuten de werk zaamheden te controleren. Tevens zal de directie van dergelijke werk zaamheden op de hoogte gesteld worden. Daarnaast zal altijd op een dergelijke werk plek een voor het grijpen, goedgekeurd en gebruiksklaar brandblusapparaat aanwezig moeten zijn.
- De aannemer zal toezien op een opgeruimde bouw, zowel in het gebouw als op het terrein voor het gebouw als op het terrein van de keten en opslagloodsen zelf.
00.09.03 OVERIGE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
90. JUISTE LIGGING VAN KABELS EN LEIDINGEN
Tijdig voor de aanvang van de uitvoering gaat de desbetreffende aannemer bij de opdrachtgever, de betrokken Nutsbedrijven en de openbare diensten na of hij over de juiste gegevens inzake de ligging van kabels en leidingen beschikt.
91. TRACERING VAN KABELS EN LEIDINGEN
Voordat met de uitvoering van enig onderdeel wordt begonnen, zoekt de desbetreffende aannemer de in de nabijheid hiervan gelegen kabels op, door met handkracht graven van voldoende gaten en sleuven en geeft hij de ligging daarvan in het terrein aan door middel van piketten.
92. MELDING VAN AFWIJKINGEN EN GEGEVENS
Indien de betreffende kabels en leidingen niet worden begonnen, danwel
kabels en leidingen worden aangetroffen waarvan de ligging niet blijkt uit de ter beschikking gestelde gegevens, worden de leidingbeheerders door de aannemer hiervan op de hoogte gesteld.
93. AFWIJKING IN LIGGING VAN KABELS EN LEIDINGEN
De aannemer houdt rekening met de mogelijkheid van horizontale afwijk ingen verdere uitvoering van het werk .
94. BOUWHISTORISCHE DOCUMENTATIE
De aannemer stelt bij de oplevering van het werk de door hem vervaardigde en door de directie goedgekeurde tekeningen, mallen, foto's etc. ter beschikking ten behoeve van bouwhistorische documentatie.
95. PROTOCOL BOUWPLAATS
De voertaal op de bouwplaats is Nederlands. De op de bouwplaats aanwezig werknemers van aannemer, onderaannemers, ZZP’ers en eventueel derden dienen de Nederlandse taal te beheersen in woord en geschrift. Indien dit niet het geval is dienen deze personen bij de eerste aanschrijving aan de aannemer van het werk verwijderd te worden.
TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING
05 BOUWPLAATSVOORZIENINGEN
05.00 ALGEMEEN
05.00.10 BEGRIPPEN: ALGEMEEN
09. BOUWPLAATS
De aannemer dient t.p.v. de volgende locatie zijn bouwplaats (ketenpark / opslag materiaal etc.) op te richten:
- Een n.t.b. gedeelte van het eigen terrein van Fort Sabina. E.e.a. i.o.m. de terreinbeheerder van Fort Sabina.
19. WERKTERREIN
Het werkterrein van de aannemer en de bouwplaats dienen te worden gemarkeerd door een bouwhek.
29. PARKEERVOORZIENINGEN
Het personeel op de bouw van de aannemers / onderaannemers dient te parkeren op de bij het Fort behorende eigen terreinen.
E.e.a. i.o.m. de terreinbeheerder van Fort Sabina.
05.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. RADIO'S EN DERGELIJKE
Het is slechts toegestaan radio- en/of andere afspeelapparatuur op de bouwplaats gedurende de bouwperiode te laten spelen op werkdagen vanaf 's ochtends 09.00 uur tot 's middags 16.15 uur en wel op een aanvaardbaar geluidsniveau ter voorkoming van geluidsoverlast.
Het geluidsniveau ten gevolge van het werk mag tegen de gevels van de belendingen niet meer bedragen dan 60 dB (A).
De directie behoudt tevens het recht om ten alle tijden het gebruik van radio's en dergelijke te verbieden
90. TOEZICHT GEDRAG EIGEN PERSONEEL EN VAN ONDERAANNEMERS De aannemer ziet toe op het gedrag van zijn personeel en het personeel van zijn onderaannemers.
Personeel onder invloed van alcohol of drugs dient door de aannemer onmiddellijk van het werk afgevoerd te worden.
91. HULPSTUKKEN EN BEVESTIGINGSMIDDELEN
Alle hulpstukken en bevestigingsmiddelen ten behoeve van bouwkundige onderdelen, die volgens tekening en opgave fabrikant/leverancier noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering, worden geacht in de aanneemsom te zijn begrepen.
92. BEVESTIGINGSMIDDELEN
Voor alle buitentoepassingen moeten uitsluitend roestvaststalen bevestigingsmiddelen worden toegepast, type AISI 316 Ti, tenzij uitdrukkelijk anders omschreven. Indien om technische redenen verzinkt staal moet worden toegepast, behoeft dit de goedkeuring van de directie.
93. STOF-, SNEEUW- EN REGENINSLAGDICHT UITVOEREN
Alle dak- en wanddoorvoeringen (inclusief aansluitingen) dienen stof-, sneeuw- en regeninslagdicht te worden uitgevoerd. Dit geldt ook voor alle beweegbare en/of afsluitbare dak- en wandopeningen.
94. ELEKTROLYTISCHE WERKING
De aannemer dient alle noodzakelijke voorzieningen te treffen ter voorkoming van elektrostatische werking tussen verschillende metalen.
95. TRILLINGSNIVEAU
Het trillingsniveau ter plaatse van nabij gelegen panden mag de grenslijn tussen het gebied E en F van de grafiek op bladzijde 54 van het rapport CUR 57" Dynamische problemen in de bouw" niet overschrijden.
Tevens voldoen aan SBR richtlijn 1-1993, "schade aan bouwwerken door trillingen".
96. BETREDEN VAN HET BOUWTERREIN
De aannemer moet zodanige maatregelen treffen, dat tijdens en ook buiten de werkuren het bouw- en werkterrein niet door onbevoegden kan worden betreden.
97. BOUWLAMPEN
De door de aannemer te plaatsen lampen voor de verlichting van de bouwput dienen zodanig geplaatst te worden dat deze niet rechtstreeks de gevels van de belendingen aanlichten.
98. MATERIEEL
a. De aannemer dient zich op de hoogte te stellen van het werkgebied. De aannemer dient het toe te passen materieel af te stemmen op de mogelijkheden c.q. onmogelijkheden van het werkgebied gelegen rondom het gebouw en het interieur van het gebouw en op de aan- en afvoerroute naar het gebouw.
b. De inzet van het materieel omvat alle bijbehorende voorzieningen zoals aanbrengen rijplaten, voorzieningen t.b.v. aan- en afvoer materieel, aanbrengen van tijdelijke voorzieningen etc. Evt. schades veroorzaakt
t.g.v. onzorgvuldige transporten etc. is voor rekening aannemer.
05.00.24 EISEN EN UITVOERING: BOUWPLAATSINRICHTING
01. INDELING EN GEBRUIK WERKTERREIN
Ten aanzien van de indeling en het gebruik van het werkterrein gelden de volgende beperkingen:
a. De indeling van het werkterrein en de bouwplaats behoeft de goedkeuring van de directie.
b. Tijdelijke opslag van materiaal en materieel buiten de aangewezen bouwplaats en werkterrein is niet toegestaan.
c. Stapelen van materiaal en materieel en plaatsen van keten binnen de kroonomtrek van bomen is verboden.
d. Het is niet toegestaan om met geladen vrachtauto's op een kleinere afstand dan 1,5 meter van het monument te komen.
e. Er mogen geen brandbare materialen of materieel en keten e.d. binnen een afstand van 5 meter van de buitenzijde van het monument worden gebracht.
f. Terreinverharding is toegestaan tot op maximaal 2 meter afstand van de stam van de bomen.
g. Tijdelijke demontage van de bij de uitvoering van de bouwwerkzaamheden in de weg staande verkeersborden, straatlantaarns, paaltjes,
afvalbakken, straatmeubilair en/of eventueel te treffen (tijdelijke) verkeersvoorzieningen e.d. in onderling overleg met de Gemeente uit te voeren.
05.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
03. RECLAME VAN DE AANNEMER
Het ontwerp van de reclame en de plaats van borden moet voor de plaatsing ervan de goedkeuring van de directie hebben.
09. RECLAME VAN DE OPDRACHTGEVER
T.b.v. reclame voering van de opdrachtgever tijdens de bouw dient de aannemer kosteloos medewerking te verlenen.
19. VOORGESCHREVEN ONDERAANNEMERS
a. De vast voorgeschreven onderaannemer t.b.v. de gevelreiniging boven maaiveld van H. 05:
fa.SUPERLOOK BV
Hazepad 8
0000 XX Xxxxx
Tel.: 000-0000000
Fax.: 000-0000000
05.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN
90. WERKWATER
De kosten voor het aanleggen van de nodige leidingen met tappunten op het bouwterrein en de aansluiting op het leidingnet van het plaatselijke Nutsbedrijf zijn voor rekening van de aannemer. De verbruikskosten van het bouwwater, ook ten behoeve van de elders in het bestek genoemde derden zijn voor rekening van de aannemer.
91. BOUWSTROOM
De kosten voor het leveren en plaatsen van waterdichte schakelkasten, zwerfkasten op het bouwterrein alsmede de aansluiting van keten en loodsen en het benodigde leidingaanleg zijn voor rekening van de aannemer. De kosten van meterhuur en aansluiting op het leidingnet van het plaatselijk energiebedrijf zijn voor rekening van de aannemer. De kosten van stroomverbruik van deze
installatie, ook ten behoeve van de elders in het bestek genoemde derden zijn voor rekening van de aannemer.
05.00.50 BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN
09. BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN
x. Xx xxxxxxxx van de nodige bouwstoffen en het verrichten van de nodige werkzaamheden.
b. De beschikbaarstelling van gereedschap, materiaal, hulpmaterialen, hulpstoffen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, nodig voor de uitvoering van het werk en het verrichten van de nodige hulpwerkzaamheden.
c. De betaling precario, kosten van aansluiting van hulpleidingen en dergelijke voor rekening van de aannemer. Hierin is tevens inbegrepen de kosten voor het eventueel ontvochtigen en droogstoken.
d. De aannemer dient kosteloos zijn medewerking te verlenen aan traditionele gebruiken zoals bijvoorbeeld de officiële opening en/of het hoogste punt.
29. BRANDPREVENTIE
a. Bij werkzaamheden met las- of soldeerapparatuur dient in de directe omgeving van de werkzaamheden een brandblusser (klasse A.B.C.) aanwezig te zijn.
49. EERSTE HULP
a. Eerste hulp bij ongelukken moet kunnen worden verleend. Hiertoe moet een verbandkist, op een goed zichtbare plaats in het aannemers verblijf aanwezig zijn. De inhoud van de verbandkist moet voldoen aan de daarvoor bestaande voorschriften en na ieder gebruik weer worden gecompleteerd.
05.00.55 bijhorende verplichtingen: maatvoering
01. CONTROLE OP MAATAFWIJKINGEN
De aannemer moet de directie tijdig in kennis stellen van de tijdstippen waarop controle op maatafwijkingen plaatsvinden.
02. CONTROLEMETING
De aannemer moet de directie tijdig in kennis stellen van de tijdstippen waarop controlemetingen plaatsvinden.
09. BIJBEHORENDE VERPLICHTING MAATVOERING
a. De aannemer heeft de verplichting de maatvoeringen, welke op tekeningen staan vermeld te controleren in het werk. Geconstateerde maatafwijkingen zal de aannemer terstond aan de directie melden.
b. Kleine maatafwijkingen (+/- 10%) zijn geen aanleiding voor verrekening.
c. Uitzetten en maatvoeren behoren tot de werkzaamheden en verantwoordelijkheden van de aannemer. De tekeningen van de opdrachtgever geven hoofd- en principemaatvoering aan.
De aannemer dient de maten te controleren en pasmaten zelf in het werk te meten.
De aannemer (onderaannemers/leveranciers inbegrepen) is verantwoordelijk voor de maatvoering in het werk.
De aannemer moet de directie tijdig in kennis stellen van de tijdstippen waarop controlemetingen plaatsvinden.
05.31 LOODSEN EN KETEN
05.31.10-a BOUWKEET
0. BOUWKEET
Ruimte(n):
- verblijfsruimte: voor uitvoerder aannemer en directie.
- portaal.
- keuken.
Uitvoering (bouw)keet: standaard keetwagen of units conform de U.A.V. Vrije hoogte (m): volgens de voorschriften.
Daglichttoetreding: volgens de voorschriften. Thermische isolatie: volgens de voorschriften.
Verwarming: elektrisch incl. verbruik, voor rekening aannemer. Verlichting: via de volgens bestekspost 05.32.90-a aan te leggen voorzieningen. E.e.a. incl. verbruik, voor rekening aannemer.
Water: via de volgens bestekspost 05.32.90-a aan te leggen voorzieningen.
E.e.a. incl. verbruik, voor rekening aannemer. Telefoon: mobiel, voor rekening aannemer.
Inrichting: voldoende meubilair t.b.v. het eigen personeel en personeel van de onderaannemers en derden op de bouw.
Uitvoering (bouw)keet: standaard keetwagen of units conform de U.A.V. Tijdstip van verwijderen: direct na de oplevering of zoveel eerder als de directie bekend maakt.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De bouwkeet voor uitvoerder/directie, te plaatsen op de bouwplaats. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.31.10-b BOUWKEET
0. BOUWKEET
Ruimte(n):
- verblijfsruimte: als schaftruimte voor het personeel van de aannemer, alsmede ten behoeve van het personeel van de onderaannemers en evt. derden op de bouw.
- portaal.
- keuken.
Uitvoering (bouw)keet: standaard keetwagen of units conform de U.A.V. Vrije hoogte (m): volgens de voorschriften.
Daglichttoetreding: volgens de voorschriften. Thermische isolatie: volgens de voorschriften.
Verwarming: elektrisch incl. verbruik, voor rekening aannemer. Verlichting: via de volgens bestekspost 05.32.90-a aan te leggen voorzieningen. E.e.a. incl. verbruik, voor rekening aannemer.
Water: via de volgens bestekspost 05.32.90-a aan te leggen voorzieningen.
E.e.a. incl. verbruik, voor rekening aannemer. Telefoon: mobiel, voor rekening aannemers aannemer.
personeel van de onderaannemers en derden op de bouw. Standaard keetwagen of units conform de U.A.V.
Tijdstip van verwijderen: direct na de oplevering of zoveel eerder als de directie bekend maakt.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De bouwkeet als schaftruimte voor het personeel van de aannemer, alsmede het personeel van de onderaannemers en evt derden, te plaatsen op de bouwplaats Verrekening: niet verrekenbaar.
05.31.19-a TOILETVOORZIENING
0. TOILETVOORZIENING
- chemisch toilet, t.b.v. personeel van aannemer, alsmede t.b.v. het personeel van de onderaannemers en evt. derden op de bouw.
- op te stellen op de bouwplaats naast de bouwkeet welke dienst doet als schaftruimte voor het personeel.
Tijdstip van verwijderen: direct na de oplevering of zoveel eerder als de directie bekend maakt.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De toiletvoorziening te plaatsen op de bouwplaats Verrekening: niet verrekenbaar.
05.31.19-b SCHOONHOUDEN LOODSEN EN KETEN
0. SCHOONHOUDEN PERSONEELSVERBLIJVEN
Alle personeelsverblijven, directieverblijf etc. minimaal 1x per week schoonmaken; bij ongunstige weersomstandigheden 2x per week de vloer schoonmaken.
E.e.a. is voor rekening aannemer.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
Het schoonmaken van de bouwkeet(en) gelegen op de bouwplaats Verrekening: niet verrekenbaar.
05.31.19-c SCHOONHOUDEN CHEMISCH TOILET
0. SCHOONHOUDEN CHEMISCH TOILET
De chemisch toiletvoorziening dient op last van de aannemer min. 2 keer per maand (e.e.a. afhankelijk van de gebruiksintensiteit) door het verhuurbedrijf te worden geledigd en gereinigd.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
Het ledigen en reinigen van het chemisch toilet gelegen op de bouwplaats Verrekening: niet verrekenbaar.
05.31.20-a BOUWLOODS
0. ZEECONTAINER
Ruimte(n):
- een of meerdere kleine zeecontainers (15 voeters).
- opslagruimte van voldoende omvang voor materiaal, materieel en gereedschappen van eigen personeel en personeel onderaannemers en derden.
Tijdstip van verwijderen: direct na de oplevering of zoveel eerder als de directie bekend maakt.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De container(s) van de aannemer gelegen op de bouwplaats. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32 BESCHIKBAARSTELLING MATERIEEL
05.32.19-a STEIGER
0. STEIGER, BUITEN
Door de aannemer te plaatsen:
a. Steigers, vast:
- 1,5 m1 breed, bovenzijde tot bovenzijde van gevel.
- de aannemer verzorgt het volledige onderhoud van de steiger voor eigen rekening.
- het steiger dient te worden voorzien van een door ARBO goedgekeurde steigergaasnet (type 50% windreductie).
- de steigerbouwer dient VCA** gecertificeerd te zijn en dient zicht te houden aan de voor de steiger geldende richtlijnen.
- de steigers moeten volgens de voorschriften worden geaard.
- de belastbaarheid van de steigers moet in overeenstemming zijn met de aard en soort van de werkzaamheden zoals opgenomen in dit bestek.
- e.a.a. uitgevoerd incl. alle bij steiger behorende voorzieningen zoals kantplanken, ladderopgangen, trapbordessen, relingen etc.
Voorzieningen steigers, vast:
- de entrees tot het gebouw dienen toegankelijk te blijven en vrij te worden gehouden van steigeronderdelen.
- de aannemer dient alle noodzakelijke stut- en stempelwerken uit te rekenen en uit te voeren welke voort vloeien uit de evt. constructieberekeningen van de steiger.
- puin en vuil iedere keer na de werkzaamheden uit de goten verwijderen. Tijdsduur:
De steigers moeten, i.o.m. directie, doch uiterlijk binnen een week na de 1e aanzegging te worden verwijderd.
9. ARBO
Steigers, vast:
Steigers dienen te voldoen aan de eisen van ARBO en de gemeentelijke Dienst voor Bouw- en Woningtoezicht.
De steigers dienen door een bevoegde instantie te worden gekeurd. Aan de steigers dient een goedkeuringscertificaat te worden aangebracht alvorens anderen dan bevoegd personeel de steiger betreedt. Eventuele mutaties aan het steiger die door de aannemer wenselijk geacht worden voor de uitvoering van zijn werkzaamheden en de werkzaamheden van onderaannemers en derden volgens ARBO richtlijnen, en binnen het goedkeuringscertificaat uitvoeren.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De t.p.v. de gevels aan te brengen vaste steigers, incl. steigergaasnet, te weten t.p.v.:
- Zuidgevel: de gehele gevel incl. vleugelmuur gevel. Hierbij de steiger ca. 2 m1 door te zetten t.p.v. de aansluitende gevel van het Tourmodel.
- Noordgevel: de gehele gevel, incl. de bijbehorende vleugelmuren. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32.19-b STEIGER
0. STEIGER, BUITEN/BINNEN
Door aannemer te plaatsen:
Steigers, los:
- De aannemer verzorgt het volledige onderhoud van de steiger voor eigen rekening.
- Schraagsteigers of aluminium rolsteigers.
- Aan te brengen t.p.v. de, i.v.m. de uitvoering van werkzaamheden van
waaraan werkzaamheden dienen plaats te vinden.
Tijdsduur:
De steigers moeten, i.o.m. directie, doch uiterlijk binnen een week na de 1e aanzegging te worden verwijderd.
9. ARBO
Steigers, los:
Steigers dienen te voldoen aan de eisen van ARBO en de gemeentelijke Dienst voor Bouw- en Woningtoezicht.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De losse steigers aan te brengen, t.p.v.:
- Zuidgevel: de oppervlakken van de binnenzijde buitenwand t.p.v. de “gangruimte” van gevelopening merk D0.10 en V1.22. E.e.a. t.b.v. de volgens hoofdstuk 40 en 46 uit te voeren stukadoors- en schilderwerkzaamheden.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32.19-c BOUWLIFT
0. BOUWLIFT, BUITEN
Door de aannemer te plaatsen:
Bouwlift:
- 1 stuks bouwlift (ca. 9 m1) t.b.v. de aan- en afvoer van materiaal en materieel.
Voorzieningen bouwlift, vast:
- de bouwlift dient zodanig afgeschermd te worden dat deze niet kan worden betreden door de gebuikers / bezoekers van het fort.
Tijdsduur:
De bouwlift moet, i.o.m. directie, doch uiterlijk binnen een week na de 1e aanzegging door de directie, worden verwijderd.
9. ARBO
Bouwlift:
Bouwlift dient te voldoen aan de eisen van ARBO en de gemeentelijke Dienst voor Bouw- en Woningtoezicht.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De bouwlift voor het vervoer van goederen te plaatsen bij:
- Zuidgevel: op een n.t.b. plaats t.p.v. de steiger van de gevel. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32.19-d INTERIEURBESCHERMING
0. VLOERBESCHERMING, BINNEN KARTONPLAAT
Door de aannemer aan te brengen:
- kartonplaat beplating als bescherming tegen verontreinigingen door bouwwerkzaamheden van in situ te handhaven vloeren.
Tijdsduur:
De kartonplaat beplating moet, i.o.m. directie, doch
uiterlijk binnen een week na de 1e aanzegging te worden verwijderd.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Vloergedeelte voorzien van een kartonplaat vloerbescherming. De kartonplaat dient een zodanige kwaliteit, dikte en gladheid te hebben dat deze de te beschermen vloer voldoende weerstand biedt tegen beschadigingen t.g.v. de bouwwerkzaamheden. Tevens dient de kartonplaat beloopbaar en berijdbaar met rolsteiger te zijn.
- Kartonplaat d.m.v. plakband op vloeren aan te brengen, de onderlinge naden tussen de kartonplaten afplakken.
- Bij verwijderen van de kartonplaat vloerbescherming van de vloeren, de vloeren geheel te reinigen van plakbandresten en/of lijmresten van plakband.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
Het aanbrengen van een tijdelijke kartonplaat vloerbescherming, t.p.v.:
- Zuidgevel: de onder de binnenzijde buitenwand t.p.v. de “gangruimte” van gevelopening merk D0.10 en V1.22 gelegen vloer. E.e.a. t.b.v. de volgens hoofdstuk 40 en 46 uit te voeren stukadoors- en schilderwerkzaamheden.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32.20-a INSTRUMENT
0. INSTRUMENT, BESCHIKBAARSTELLING
De aannemer dient de gereedschappen, instrumenten en overige hulpmiddelen in zijn bezit te hebben welke benodigd zijn voor de uitvoering van het werk volgens het bestek:
- voldoende veiligheidshelmen.
- voldoende veiligheidsschoenen.
- een maximum - minimum thermometer opgesteld volgens voorschrift K.N.M.I.
- meetinstrumenten voor de maatvoeringen, voor de controle maatvoeringen, op verzoek van de directie.
- schrijf- en kantoorbenodigdheden, zoals pennen, papier, perforator, nietmachine e.d.
Tijdsduur: tot 1 maand na de oplevering.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Instrumenten en veiligheidsvoorzieningen t.b.v. de directie en voor de aannemer, voor rekening aannemer.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.32.90-a BOUWSTROOM EN DRINKWATER
0. BOUWSTROOM EN DRINKWATER
Aanleg:
- Conform de UAV zorgt de aannemer voor voldoende voorzieningen voor bouwstroom (krachtstroom) en drinkwater voor eigen gebruik alsmede voor gebruik van de onderaannemers en evt. derden. De kosten van de aanleg zijn voor rekening van de aannemer. E.e.a. incl. bijbehorende (tussen)meters. E.e.a. voor rekening aannemer.
- De aannemer zorgt hierbij voor het aanbrengen en onderhouden van een bouwwaterleiding waarmee alle onderdelen voor metsel- en voegwerken (voor zover volgens dit bestek van toepassing) voor besproeiing bereikbaar is.
- De aannemer mag (indien voldoende capaciteit) de bouwaansluitingen van elektra en water, i.o.m. de opdrachtgever, van de bestaande huisaansluitingen aftakken.
De aannemer dient zich vooraf te informeren of er voldoende capaciteit
c.q. (water)druk m.b.t. de door hem benodigde elektra en bouwwater op deze huisaansluitingen aanwezig is. Indien dit niet het geval is dan dient de aannemer een zelfstandige bouwaansluiting voor elektra en/of water aan te vragen. E.e.a. voor rekening van de aannemer.
Indien de aansluitingen wel van de bestaande huisaansluitngen afgetakt kunnen worden dan dient de aannemer tussenmeters aan te brengen. Bij aanvang en beëindiging van de werkzaamheden zullen hierbij de meterstanden door de directie i.c.m. de aannemer worden opgenomen en schriftelijk vastgelegd. E.e.a. voor rekening van de aannemer.
Verbruik:
- De kosten voor het verbruik van bouwstroom en drinkwater, zijn voor rekening van de aannemer, via een tussenmeters met opdrachtgever te verrekenen.
De begin- en eindstand van deze tussenmeters dient door een afgevaardigde van de aannemer i.c.m. de directie vast gesteld te worden
en dient door de aannemer schriftelijk te worden vastgelegd en aan directie te worden overhandigd.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Bouwaansluitingen elektra en water t.b.v. de aannemer, onderaannemers en evt. derden.
Verbruik elektra en water voor rekening aannemer. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34 SCHOONMAKEN EN PREVENTIEF ONDERHOUD NIEUW WERK 05.34.10-a VERWIJDEREN VERONTREINIGINGEN NIEUW WERK
0. VERWIJDEREN STICKERS/MERKTEKENS
Stickers en merktekens zullen voor de oplevering zodanig worden verwijderd, zodat daarvan geen sporen zichtbaar blijven.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Alle van toepassing zijnde bouw- en installatiedelen. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34.20-a DROOG REINIGEN NIEUW WERK
0. DROOG REINIGEN
De bouwwerken moeten in totaal en in onderdelen bezemschoon worden opgeleverd en ontdaan worden van bouwafval, cement, verfspatten en andere verontreinigingen.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Alle bouw- en installatiedelen welke niet nat gereinigd worden. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34.20-b DROOG REINIGEN NIEUW WERK
0. DROOG REINIGEN
Terrein schoonmaken en opruimen.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Het gehele werkterrein, voor zover niet anders aangegeven. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34.30-a NAT REINIGEN NIEUW WERK
0. NAT REINIGEN NIEUW WERK
Tijdens uitvoering en/of opneming van de gereedgekomen werkzaamheden dienen de door stof vervuilde oppervlakken met schoon water afgespoeld te worden. Eventuele kalkresten e.d. eerst, zonder het oppervlak van de steen aan te tasten, mechanisch verwijderen en vervolgens schoonspoelen met schoon water. Kalkresten op beglazingen, goten hwa's etc. direct te reinigen.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Aan alle van toepassing zijnde nieuwe bouwdelen. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34.30-b NAT REINIGEN NIEUW WERK
0. NAT REINIGEN NIEUW WERK
Nat reinigen met een geschikt reinigingsmiddel. Beglazing gewassen en gezeemd.
Geheel krasvrij opleveren.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
De navolgende bouwdelen/installatiedelen:
- Zuidgevel & Noordgevel:
* de schilderwerken op hout en metaal (nat afnemen).;
* de metalen onderdelen (al dan niet gemoffeld).;
* de buitenbeglazingen (bestaande en nieuwe) aan beide zijden.;
Verrekening: niet verrekenbaar. | ||
05.34.90-a | .01 | NAT REINIGEN BESTAAND WERK 0. NAT REINIGEN BESTAAND WERK Tijdens uitvoering en/of opneming van de gereedgekomen werkzaamheden dienen de door stof vervuilde oppervlakken met schoon water afgespoeld te worden. Eventuele kalkresten e.d. eerst, zonder het oppervlak van de steen aan te tasten, mechanisch verwijderen en vervolgens schoonspoelen met schoon water. Kalkresten op beglazingen, goten hwa's etc. direct te reinigen. BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN |
Aan alle van toepassing zijnde bestaande bouwdelen. Verrekening: niet verrekenbaar. | ||
05.34.90-b | .01 | NAT REINIGEN BESTAAND WERK , WATER ONDER DRUK 0. NAT REINIGEN BESTAAND WERK, WATER ONDER DRUK Het schoonspuiten van natuursteen- / metselwerk m.b.v. water. Alvorens met het schoonmaken wordt aangevangen, dient in het bijzijn van directie een spuitproef uitgevoerd te worden, waarbij de waterdruk in relatie tot de afstand van het te reinigen oppervlak wordt vastgesteld. Indien van deze afspraken wordt afgeweken worden de kosten van de schade aan het natuursteen- / metselwerk en voegwerk op de aannemer verhaald. BUITENWAND |
.02 | Reinigen met water onder druk van alle (volgens hoofdstuk 12) 0,5 m1 diep ontgraven geveloppervlakken van het metselwerk gelegen onder maaiveld c.q. van het metselwerk van de funderingen, t.p.v.: - Zuidgevel: de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de gevel. - Zuidgevel: de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel. - Noordgevel: de gehele buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel. Verrekening: niet verrekenbaar. BUITENWAND | |
Reinigen met water onder druk van alle (volgens hoofdstuk 12) 1 m1 diep ontgraven geveloppervlakken van het metselwerk gelegen onder maaiveld c.q. van het metselwerk van de funderingen, t.p.v.: - Zuidgevel: de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de |
vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.34.90-c NAT REINIGEN BESTAAND WERK, XXXXXXXXXX
0. NAT REINIGEN BESTAAND WERK, KALKWASSEN
Reinigen x.x.x. xxxxxxxxxx met een mengsel van water en kalksteenpoeder, onder lage druk (max.1,5 bar) met maximale hardheid 8 mohr. Alleen vuilaanslag verwijderen, bakhuid steen mag niet worden aangetast.
Alvorens met het schoonmaken wordt aangevangen, dient in het bijzijn van de directie een spuitproef uitgevoerd te worden, waarbij de waterdruk in relatie tot de afstand van het te reinigen oppervlakken wordt vastgesteld.
Indien sprake is van baksteen- c.q. natuursteensoorten van verschillende hardheid, dient per steensoort d.m.v. monsters de mate van reiniging te worden vastgesteld, ter goedkeuring van de directie.
Indien van deze afspraken wordt afgeweken worden de kosten van de schade aan de gevel (metsel-, voeg-, natuursteen-, stuk-, betonwerk etc.) op de aannemer verhaald.
9. UITVOERING WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden uit te voeren door firma SUPERLOOK BV (of een door de aannemer ter goedkeuring voor te stellen onderaannemer, deze evt. alternatieve onderaannemer is enkel toegestaan indien deze door de directie wordt goedgekeurd en toegestaan).
Adresgegevens SUPERLOOK BV volgens par. 05.00.30, lid 19. Werkzaamheden:
- Voorafgaand aan gevelreiniging de algenaanslagzones op de gevels behandelen met Biomix. Biomix min. 18 uur voorafgaand aan de gevelreiniging aan te brengen en in te laten werken.
- Kalkwassen volgens specificatie 0.
- Alle na afloop van het kalkwassen evt. nog aanwezige delen van calcietuitbloeiingen / korstmossen / mosgroei / begroeiingen geheel van het metselwerk af te steken c.q. te verwijderen en nogmaals te reinigen.
E.e.a. zodanig te verwijderen dat oppervlak metselwerk niet beschadigd
t.g.v. de verwijdering.
- Alle zones van te verwijderen smetplekken van schilder- en sauswerk op de dagkanten van het schoonmetselwerk van de gevelopeningen en alle teerplekken etc. reinigen c.q. afbijten met ionogene zeep.
- E.e.a. zodanig te verwijderen dat het geveloppervlak niet beschadigd
t.g.v. de verwijdering.
.01 BUITENWAND
Het geheel kalkwassen, incl. voorafgaand (plaatselijk) behandelen van zones algenaanslagzones met algendoder, van:
- Zuidgevel: alle boven het maaiveld gelegen delen van de gehele buitenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel. E.e.a. incl. dagkanten gevelopeningen, bovenzijden gevelafdekkingen etc.
- Noordgevel: alle boven het maaiveld gelegen delen van de gehele buitenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel. E.e.a. incl. dagkanten gevelopeningen, bovenzijden gevelafdekkingen etc.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.41 INRICHTING WERKTERREIN 05.41.11-a WERKTERREININRICHTINGSPLAN
0. WERKTERREININRICHTINGSPLAN
Te verstrekken door de aannemer.
Het moet de volgende gegevens bevatten:
werkterrein:
- de afrasteringen van het werkterrein.
- de steigers en bouwlift(en) van het werkterrein exterieur.
- de evt. gronddepots.
- de laad- en loszones.
- de opslag materiaal en materieel.
- de aansluitpunten van bouwstroom, water en dergelijke.
- plaats bouwbord(en). bouwplaats:
- de afrastering van de bouwplaats.
- de in- en uitritten.
- de ligging van de bouwplaats.
- het ketenpark voor de aannemer op de bouwplaats.
- de opslagplaats voor materialen.
- de eventueel te behouden bomen, begroeiingen e.d. en daarbij behorende beschermingsmaatregelen.
- locatie van afvalverzameling.
- parkeerplaatsen.
Aantal te verstrekken exemplaren:
- ter goedkeuring (st.): 2.
- goedgekeurde (st.): 2.
.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN
Het inrichtingsplan ten behoeve van het werkterrein en de bouwplaats. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.42 AFSLUITINGEN EN RECLAME 05.42.11-a BOUWAFRASTERING
0. BOUWAFRASTERING
Hoogte (m): min. 2,00. Openingen: naar behoefte. Uitvoering:
- De bouwafrastering uitvoeren d.m.v. bouwhekken.
- De bouwhekken gelegen langs steigers te koppelen aan de staanders van de steigers.
- De bouwhekken gelegen langs de overige gedeelten uit te voeren d.m.v. bouwhekken staande op kunststof sokkels.
- De bouwafrastering dient afsluitbaar te zijn, e.e.a. incl. de benodigde afsluitbare toegangshekken.
- Het e.e.a., indien noodzakelijk, verplaatsen van de afrasteringen tijdens de werkzaamheden is voor rekening aannemer.
Functionele eis: inbraakwerendheid met borden "Verboden Toegang voor Onbevoegden" artikel 461 Wetboek van strafrecht, aangebracht om de 50 m1.
Tijdstip van plaatsing: in overleg met de directie.
Tijdstip van verwijderen: direct na de oplevering of zoveel eerder als door de directie verlangd.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De bouwafrastering, t.p.v.:
- De bouwplaats van de aannemer.
- Het werkterrein dat is gelegen voor de Zuidgevel.
- Het werkterrein dat is gelegen voor de Noordgevel. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.42.31-a NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS
0. NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS
Vorm:
- Als kunststof doek opgespannen in frame welke als terreinbord te plaatsen. Te plaatsen op het eigen terrein t.p.v. de oprit van de naar het Fortterrein toe lopende toegangsweg. Exacte plaats i.o.m. de terreinbeheerder van het Fort te bepalen.
Afmetingen (mm):
- l x h = 2500 x 2500.
- staanders: circa 70 x 145.
- schoren: circa 70 x 145. Materiaal:
- doek: kunststof.
- frame: aluminium.
- constructie: vuren of grenen. Kleur:
- doek: meerkleurig, incl. een door de directie aan te leveren foto van het "project".
- belettering: zwart.
- door aannemer op te stellen voorstel ter goedkeuring van de directie. Vermeldingen:
- naam van het project.
- foto van het project, door de directie aan te leveren.
- naam opdrachtgever + logo.
- naam evt. subsidieverstrekker(s) + logo.
- naam architect + logo.
- naam constructeur + logo.
- namen adviseur(s) + logo's.
- naam aannemer + logo. Plaatsing:
- locatie: n.t.b. door de directie). Tijdstip van verwijderen:
- voor de oplevering of zoveel eerder als door de directie wordt verlangd.
9. TEKENING
Door de aannemer te vervaardigen tekening:
- van het kunststof doek, op schaal en in kleur. Aantal te verstrekken exemplaren:
- verstrekkingsvorm: PDF.
- ter goedkeuring: 1-voud.
- goedgekeurd: 1-voud.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
Het leveren en aanbrengen van 1 stuks terreinbord bouwbord. Als kunststof doek opgespannen in frame welke als terreinbord te plaatsen. Te plaatsen op het eigen terrein t.p.v. de oprit van de naar het Fortterrein toe lopende toegangsweg. Exacte plaats i.o.m. de terreinbeheerder van het Fort te bepalen.
Verrekening: niet verrekenbaar.
05.43 TIJDELIJKE TERREINVERHARDINGEN
05.43.09-a RIJPLATEN
0. STALEN RIJPLATEN
Tijdens de duur van de werkzaamheden aanbrengen van stalen rijplaten.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
Het aanbrengen van stalen rijplaten, t.p.v.:
- De, t.b.v. de uitvoering van de werkzaamheden, evt. benodigde stalen rijplaten
t.p.v. de van toepassing zijnde delen van het Fortterrein. E.e.a. voor zover benodigd voor de uitvoering van de werkzaamheden en de transporten.
E.e.a. incl. het evt. verplaatsen van deze rijplaten. Verrekening: niet verrekenbaar.
05.43.30-a STRAATWERK
0. STRAATWERK
De bestaande bestrating mag als bouwweg t.b.v. restauratiewerkzaamheden gebruikt worden onder de volgende condities:
- vuil en afval terstond van de bestrating verwijderen.
- de bestrating gedurende de restauratie te onderhouden, d.w.z. verzakkingen en kuilen ophalen, bulten egaliseren en beschadigd straatwerk vernieuwen.
- de oorspronkelijke bestrating dient een week voor de oplevering in de staat te zijn gebracht zoals deze bij aanvang van de werkzaamheden aan de aannemer is overgedragen.
.01 TIJDELIJKE VOORZIENING
De bestaande bestratingen van het Fortterrein van en naar de Kazerne. Verrekening: niet verrekenbaar.
10 STUT- EN SLOOPWERK
10.00 ALGEMEEN
10.00.10 BEGRIPPEN: ALGEMEEN
09. ALGEMEEN
Stut- en sloopwerk is in een aantal situaties omschreven in samenhang met overige werken en vermeld in de desbetreffende hoofdstukken. Het niet in dit hoofdstuk expliciet en in detail vermelden van werkzaamheden (maar wel elders in het bestek of op tekeningen) ontheft de aannemer niet van die activiteiten.
90. MILIEUBEWUST SELECTIEF SLOPEN
Naast beperking van stof-, lawaai- en trillingsoverlast voor omwonenden, wordt in dit bestek onder milieubewust en selectief slopen verstaan:
De werkmethode waarbij al het materiaal, wanneer dit maar enigszins mogelijk is, wordt hergebruikt of voor hergebruik geschikt gemaakt wordt. Dit om de milieubelasting tot een minimum te beperken
10.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. ALGEMEEN
a. De aannemer is volledig verantwoordelijk voor de sloopwerken, het maken van de juiste afschoringen, afstempelingen etc. naar de eis van het werk en in de juiste volgorde. Herstelwerkzaamheden dienen op aanwijzing van de directie uitgevoerd te worden.
19. ALGEMENE VOORWAARDEN SLOOPWERKEN
a. Te maken de nodige breekwerken voor het inbrengen van verankeringen klossen e.d., welke uit het werk voortvloeien.
b. Onderdelen welke bestemd zijn voor hergebruik, of benodigd zijn bijvoorbeeld t.b.v. reproductie, dienen zorgvuldig uit het werk uitgenomen te worden.
c. Bestaande gebouwdelen, welke niet worden uitgenomen of gesloopt, worden door de aannemer gevrijwaard van beschadigingen. De aannemer is verplicht kwetsbare gebouwdelen, als ramen, beeldhouwwerk, profielwerk e.d. goed af te schermen tegen beschadiging. Schade veroorzaakt door onvoldoende bescherming van deze bouwdelen is volledig voor rekening van de aannemer.
d. De aannemer dient stortkokers beschikbaar te stellen voor het gescheiden afvoeren en deponeren van afval.
e. De aannemer draagt er zorg voor dat de sloopwerken zodanig uitgevoerd worden dat het gebruik van de interne ruimten van het gebouw zonder gevaar voorgezet kan worden.
f. Indien er door de aannemer sporen van oudheidkundige waarde worden gevonden dan moeten deze eerst aan de directie worden getoond (c.q. van op de hoogte worden gesteld) alvorens er tot een verdere uitvoering van de werken mag worden over gegaan.
29. VOORZIENINGEN TE DEMONTEREN ONDERDELEN
a. Alle te demonteren onderdelen te voorzien van, met metaaldraad tijdelijk aangebrachte, metalen merkplaatjes. Metalen plaatjes te voorzien van een unieke nummering (conform nummer van gevel- c.q. wandopening) welke op tekening vastgelegd dient te worden. E.e.a. i.v.m. herplaatsing van gedemonteerde onderdelen op de bestaande locaties.
39. ALGEMENE VOORWAARDEN STUTWERKEN
a. Alle stutwerken welke voortkomen uit het werk en voor een correcte uitvoering noodzakelijk zijn, dienen te worden uitgevoerd.
b. Tijdelijke ondervangingen welke vanwege de stabiliteit van bestaande constructies en/of de veiligheid noodzakelijk zijn:
- stutwerken welke door de directie aanvullend noodzakelijke worden geacht.
c. Stut- en stempelwerk dient steeds in samenhang met het sloopwerk en met de nieuwe situatie bezien te worden.
d. Stut- en stempelwerk dient in stand gehouden te worden totdat de nieuwe constructie voldoende draagkracht heeft, zulks ter beoordeling door de constructeur en de directie.
e. Alle stutwerken, alsmede het aanbrengen en verwijderen daarvan behoeven de goedkeuring van de constructeur en de directie; stutwerken onder hoofddraagconstructies dienen tevens vooraf beoordeeld te worden door de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht.
49. OUDE BOUWMATERIALEN
a. Eigendom oude bouwmaterialen volgens bestekspost 05.00.24, specificatie 09.
b. Uit dit hoofdstuk afkomstige herbruikbare, materialen en historische bouwmaterialen worden door de directie gekeurd voor hergebruik en blijven eigendom van de opdrachtgever. De afgekeurde materialen worden afgevoerd.
c. Afvoer van afval en puin volgens bestekspost 05.00.24, specificatie 02. t/m 04.
69. AANVULLENDE INFORMATIE
a. De te slopen bouwwerken en/of -delen dienen door de aannemer zorgvuldig op de omvang en de constructie te worden onderzocht.
b. Vooroverleg met de directie en de bevoegde overheidsinstanties behoort tot de verplichtingen van de aannemer.
c. Tijdens bovengenoemd onderzoek dient aandacht besteed te worden aan de te slopen constructies met betrekking tot de stabiliteit ten tijde van de sloop.
d. Eventuele vertragingen ontstaan door het aantreffen van oudheidkundige vondsten korter dan een werkbare werkdag geven geen aanleiding tot verrekening.
e. De aannemer moet alle maatregelen treffen om vernielingen door derden, clandestiene vestigingen etc. te voorkomen.
90. TIJDELIJKE AFSCHERMINGEN C.Q. BESCHERMINGEN
a. Tijdens uitvoering bouwwerkzaamheden aan te brengen tijdelijke afschermingen c.q. beschermingen volgens paragraaf 05.32.
10.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
02. AFVOER VAN AFVAL
Zie bestekspost 05.00.24, specificatie 02. en 04.
03. VERBRANDEN VUIL EN ANDERE MATERIALEN
Het verbranden van vuil en andere materialen op het werkterrein is niet toegestaan.
Zie bestekspost 05.00.24, specificatie 03.
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
90. OMVANG SLOOPWERK
De te verrichten sloopwerken zijn hoofdzakelijk af te leiden uit de verschillen tussen de bestaande in het werk aan te treffen toestand en de op tekening aangegeven nieuwe toestand, alsmede de omschrijving in dit bestek.
10.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
10.32 PLAATSELIJK SLOOPWERK 10.32.12-a VERWIJDEREN BOOM
0. VERWIJDEREN STRUIKEN / HEESTERS / BEGROEIINGEN
Gegevens: (meidoornachtige) struiken / heesters / begroeiingen / wildgroei etc.
Omvang verwijdering:
- vellen struiken / heesters / begroeiingen / witdgroei etc. en verwijderen bijbehorende stronken / wortels.
- evt. in metselwerk oppervlakken van gevels gegroeide stronken / wortels verwijderen d.m.v. uithakken.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer of naar stortplaats voor groenafval.
.01 ONVERHARD TERREIN
Verwijderen van struiken / heesters / begroeiingen / wildgroei etc., incl. rooien stronk(en) en verwijderen wortels, te weten:
- Zuidgevel: alle struiken / heesters / begroeiingen / wildgroei etc. welke zijn gelegen binnen een straal van 2 m1 vanaf de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Zuidgevel: alle struiken / heesters / begroeiingen / wildgroei etc. welke zijn gelegen binnen een straal van 2 m1 vanaf de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: alle struiken / heesters / begroeiiingen / wildgroei etc. welke zijn gelegen binnen een straal van 2 m1 vanaf de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.21-a SLOOPWERK BETONCONSTRUCTIE
0. SLOOPWERK BETONCONSTRUCTIE
Constructiegegevens:
- brikkenbeton. Materiaalgegevens:
- mengsel van kalkmortel met keramische baksteen. Omvang sloopwerk:
- plaatselijk verwijderen zone brikkenbeton. Afvoer afkomend materiaal: naar puincontainer. Afwerking sloopplaats: reinigen d.m.v. spoelen.
.01 BUITENWAND
Het sloopwerk t.b.v. het (plaatselijk) vervangen van een (slechte / losse) zone brikkenbeton.
Zie hoofdstuk 21.
10.32.21-b SLOOPWERK BETONCONSTRUCTIE
0. SLOOPWERK BETONCONSTRUCTIE
Constructiegegevens:
- beton. Materiaalgegevens:
- betonmortel. Omvang sloopwerk:
- plaatselijk verwijderen zone beton.
Afvoer afkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Het verwijderen van een zone beton, te weten:
- Noordgevel: de in de schoonmetselwerk dorpel van gevelopening merk D0.11 aanwezige zone beton. E.e.a. zodat de 1 steens diepe 1 kops hoge schoonmetselwerk rollaag hersteld kan worden.
Verrekening: niet verrekening.
10.32.22-a SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK; METSELMORTEL
Bestaand voegwerk verwijderd d.m.v.: uithakken, uitslijpen.
Voegen uit te hakken zonder de stenen te beschadigen. Indien de voeg hiervoor te hard is dan dient er voorafgaand aan het uithakken eerst een ontspanningssleuf in het hart van de lintvoegen te worden ingeslepen (voor de prijsvorming te rekenen op de uitvoering van de werkzaamheden incl. het inslijpen van de lintvoegen). Het inslijpen van stootvoegen is niet toegestaan. Voegdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
De voegen goed uitwassen met schoon water. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Het plaatselijk verwijderen slechte c.q. open / ontbrekende metselmortel c.q. voegen. Zie hoofdstuk 22.
10.32.22-b SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK; VOEGWERK
Bestaand voegwerk verwijderd d.m.v.: uithakken, uitslijpen.
Voegen uit te hakken zonder de stenen te beschadigen. Indien de voeg hiervoor te hard is dan dient er voorafgaand aan het uithakken eerst een ontspanningssleuf in het hart van de lintvoegen te worden ingeslepen (voor de prijsvorming te rekenen op de uitvoering van de werkzaamheden incl. het inslijpen van de lintvoegen). Het inslijpen van stootvoegen is niet toegestaan. Voegdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
De voegen goed uitwassen met schoon water. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Het (plaatselijk) verwijderen van zones snijvoegwerk. Zie hoofdstuk 22.
.02 BUITENWAND
Het verwijderen van platvol doorgestreken voegwerk. Zie hoofdstuk 22.
.03 BUITENWAND
Het verwijderen van platvol doorgestreken aansluitvoegen. Zie hoofdstuk 22.
10.32.22-c SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK
Constructiegegevens:
- dragend metselwerk (schoon). Materiaalgegevens:
- Schoonwerk MW1, vormbak baksteen.
Kleur: roodbruin.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215x105x55 mm.
- Schoonwerk MW2, vormbak baksteen.
Kleur: roodbruin.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215-218x105-106-105x55 mm.
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: schoonmetselwerk buitengevels boven maaiveld.
Algemene opmerking sloopwerk:
- bij grote vlakken metselwerk per 1 m2 metselwerk 15 stenen halfsteens diep extra uithakken, t.b.v. de koppeling van het te herstellen metselwerk aan het bestaande metselwerk.
- bij verwijderen van enkele stenen (= strek of kop) en kleine reparaties (= 5 tot 10 stenen) de stenen altijd eerst in het hart van de steen in te boren alvorens de stenen uit te hakken.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Uithakken enkele stenen (= strek of kop), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-3, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.02 BUITENWAND
Uithakken kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel. Verrekening: verrekenpost V22-4, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.03 BUITENWAND
Uithakken van 2 steens breed 1 steens diep in te boeten inboetscheuren, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-5, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.04 BUITENWAND
Slopen zones 1 steens diep metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-6, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.05 BUITENWAND
Slopen zones 2 steens diep metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-7, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.06 BUITENWAND
Uithakken kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten) van rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-8, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.07 BUITENWAND
Slopen 1 steens diepe (zones van) metselwerk van rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-9, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.08 BUITENWAND
Het slopen van een 1 kops hoge 1 steens diepe rollaag t.p.v.:
- Zuidgevel: de rondom de ronde gevelsparing merk A0.1 gelegen rollaag.
- Zuidgevel: de rondom de ronde gevelsparing merk A0.3 gelegen rollaag. Stenen in zuiver verband aansluitend op achtergelegen metselwerk.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.22-d SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK
Constructiegegevens:
- dragend metselwerk (schoon). Materiaalgegevens:
- Schoonwerk MW3, vormbak baksteen: Kleur: rood.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215-218x105-106x55 mm.
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: schoonmetselwerk buitengevels boven maaiveld. Algemene opmerking sloopwerk:
- bij grote vlakken metselwerk per 1 m2 metselwerk 15 stenen halfsteens diep extra uithakken, t.b.v. de koppeling van het te herstellen metselwerk aan het bestaande metselwerk.
- bij verwijderen van enkele stenen (= strek of kop) en kleine reparaties (= 5 tot 10 stenen) de stenen altijd eerst in het hart van de steen in te boren alvorens de stenen uit te hakken.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Uithakken kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW3 van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-10, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
10.32.22-e SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK
Constructiegegevens:
- dragend metselwerk (vuil). Materiaalgegevens:
- vuilwerk, vormbak baksteen (onder maaiveld): Kleur: roodbruin.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215x105x55 mm.
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: vuilmetselwerk onder maaiveld. Algemene opmerking sloopwerk:
- bij grote vlakken metselwerk per 1 m2 metselwerk 15 stenen halfsteens diep extra uithakken, t.b.v. de koppeling van het te herstellen metselwerk aan het bestaande metselwerk.
- bij verwijderen van enkele stenen (= strek of kop) en kleine reparaties (= 5 tot 10 stenen) de stenen altijd eerst in het hart van de steen in te boren alvorens de stenen uit te hakken.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Uithakken kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), t.p.v. vuilmetselwerk van exterieur Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-11, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
10.32.22-f SLOOPWERK METSELWERK
0. SLOOPWERK METSELWERK
Constructiegegevens:
- niet-dragend metselwerk (vuil). Materiaalgegevens:
- vuilwerk, kalkzandsteen baksteen:
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: vuilmetselwerk vullingen van gevelopeningen. Omvang sloopwerk:
- verwijderen metselwerk vulling.
- opschonen dagkanten oude gevelopening van voeg- en metselmortel en ankers van verwijderde metselwerk vulling.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Het verwijderen van een 1 steens dikke vuilmetselwerk vulling van een gevelopening, te weten:
- Zuidgevel: de vullingen van gevelopening merk L0.02 t/m L0.07. E.e.a. incl. het opschonen van de dagkanten van de gevelopeningen van de voeg- en mortelresten, ankers etc. van de verwijderde vullingen.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.24-a SLOOPWERK METAALCONSTRUCTIE
0. DEMONTAGE METAALCONSTRUCTIE
Materiaalgegevens: smeedijzer / gietijzer / ijzer / gegalvaniseerd ijzer, etc. Omvang demontage:
- Het niet destructief demonteren van een bestaand her te gebruiken metalen onderdeel.
- Verwijderen van alle (restanten van) bevestigingsmiddelen van het te demonteren metalen onderdeel uit de omliggende constructie.
- Opschonen evt. dookgaten van mortel en/of gietlood.
- Alle te demonteren onderdelen te voorzien van, met metaaldraad tijdelijk aangebrachte, metalen merkplaatjes. Metalen plaatjes te voorzien van een unieke nummering (conform nummer gevel- c.q. wandopening c.q. ruimte van tekening) welke op tekening vastgelegd dient te worden.
E.e.a. i.v.m. herplaatsing van gedemonteerde onderdelen op de bestaande locaties.
.01 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, vervangen slechte exemplaren staarteinden en herplaatsen van een duim.
Zie hoofdstuk 43.
.02 BUITENDEUR
Het demonteren, vervangen slechte exemplaren staarteinden en herplaatsen van een duim.
Zie hoofdstuk 43.
.03 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een smeedijzeren geheng. Zie hoofdstuk 43.
.04 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een smeedijzeren geheng. Zie hoofdstuk 43.
.05 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een smeedijzeren windhaak. Zie hoofdstuk 43.
.06 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een in natuursteen gelegen smeedijzeren oog van een windhaak.
Zie hoofdstuk 43.
.07 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een in houten luik gelegen smeedijzeren oog van een windhaak.
Zie hoofdstuk 43.
.08 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een overvalsluiting incl. bijbehorende sluitlippen.
Zie hoofdstuk 43.
.09 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een verticale sluitstrip. Zie hoofdstuk 43.
.10 BUITENDEUR
Het demonteren, herstellen en herplaatsen van een traliewerk van een deursparing in deur.
Zie hoofdstuk 43.
.11 BUITENWAND
Het demonteren, vervangen in metselwerk gelegen uiteinden (dookeinden) en herplaatsen van een bestaand smeedijzeren diefijzer.
Zie hoofdstuk 43.
.12 BUITENWAND
Het demonteren, vervangen in metselwerk gelegen dookeind en herplaatsen van een (smeed)ijzeren telefoonbeugel.
Zie hoofdstuk 43.
.13 BUITENWAND
Het demonteren, vervangen in metselwerk gelegen dookeind, herstellen en herplaatsen van een masthouder.
Zie hoofdstuk 43.
10.32.24-b SLOOPWERK METAALCONSTRUCTIE
0. SLOOPWERK METAALCONSTRUCTIE
Materiaalgegevens: smeedijzer / gietijzer / ijzer / gegalvaniseerd ijzer, etc. Omvang sloopwerk:
- Verwijderen (van een gedeelte) van een metalen onderdeel.
- Verwijderen van alle (restanten van) bevestigingsmiddelen van het te demonteren metalen onderdeel uit de omliggende constructie.
- Opschonen evt. dookgaten van mortel en/of gietlood.
- E.e.a. incl. verwijderen van bijbehorende bevestigingsmiddelen.
- Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Afvoer uitkomend materiaal: naar container.
.01 BUITENDEUR
Het verwijderen van een stift van een duim.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.02 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een smeedijzeren geheng.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.03 BUITENDEUR
Het verwijderen van een smeedijzeren geheng.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.04 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een smeedijzeren windhaak.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.05 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een in natuursteen gelegen smeedijzeren oog van een windhaak. Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.06 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een in houten luik gelegen smeedijzeren oog van een windhaak. Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.07 BUITENDEUR
Het verwijderen van (de restanten van een) windhaak incl. bijbehorende ogen van xxxxxxxx.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.08 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een overvalsluiting incl. bijbehorende sluitlippen. Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.09 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een verticale sluitstrip.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.10 BUITENDEUR
Het verwijderen van een traliewerk van een deursparing in deur.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.11 LANTAARN
De sloopwerken van restanten van oude lantaarnarm t.b.v. het plaatsen van een nieuwe te reconstrueren lantaarn incl. lantaarnarm t.p.v. de boven entree merk D0.01 gelegen restanten van de oude lantaarnarm.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.12 BUITENWAND
Het verwijderen van een scharnierende masthouder.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
.13 BUITENWAND
Het plaatselijk vervangen van overige (smeed)ijzeren onderdelen en/of bijleveren van overige ontbrekende (smeed)ijzeren onderdelen van de bestaande (smeed)ijzeren onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel. E.e.a. niet zijnde de in de overige besteksposten c.q. hoofdstukken omschreven onderdelen en werkzaamheden.
Bestaande onderdelen mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe onderdelen.
Zie hoofdstuk 43.
10.32.25-a SLOOPWERK NATUUR-/KUNSTSTEENCONSTRUCTIE
0. DEMONTAGE NATUUR-/KUNSTSTEENCONSTRUCTIE
Materiaalgegevens: hardsteen. Omvang sloopwerk:
- Niet destructieve demontage van onderdeel t.b.v. herplaatsing.
- E.e.a. incl. het verwijderen van de bij de blokken behorende doken / verankeringen.
.01 DUIMBLOK
Het demonteren van een bestaand (te demonteren, herstellen en herplaatsen) hardsteen duimblok.
Zie hoofdstuk 35.
.02 GRENDELBLOK (D.W.Z. BLOK T.P.V. SLOT DEUR)
Het demonteren van een bestaand (te demonteren, herstellen en herplaatsen) hardsteen grendelblok (d.w.z. blok t.p.v. slot deur).
Zie hoofdstuk 35.
.03 SLUITSTEEN IN ROLLAAG DORPEL
Het demonteren van een bestaande (te demonteren, herstellen en herplaatsen) sluitsteen in rollaag dorpel.
Zie hoofdstuk 35.
.04 SLUITSTEEN BOOG
Het demonteren van een bestaande (te demonteren, herstellen en herplaatsen) hardsteen sluitsteen in boog.
Zie hoofdstuk 35.
.05 HOEKBLOK
Het demonteren van een bestaande (te demonteren, herstellen en herplaatsen) hardsteen hoekblok.
Zie hoofdstuk 35.
.06 DUIMBLOK
Het t.b.v. het (volgens paragraaf 35.45) te vervaardigen nieuwe blok demonteren van een bestaand (te vervangen) hardsteen duimblok.
Zie hoofdstuk 35.
.07 DUIMBLOK
Het t.b.v. het (volgens paragraaf 35.45) te vervaardigen nieuwe blok demonteren van een bestaand (te vervangen) groot formaat hardsteen duimblok.
Zie hoofdstuk 35.
.08 GRENDELBLOK (D.W.Z. BLOK T.P.V. SLOT DEUR)
Het t.b.v. het (volgens paragraaf 35.45) te vervaardigen nieuwe blok demonteren van een bestaand (te vervangen) hardsteen grendelblok (d.w.z. blok t.p.v. slot deur).
Zie hoofdstuk 35.
.09 SLUITSTEEN IN ROLLAAG DORPEL
Het t.b.v. het (volgens paragraaf 35.45) te vervaardigen nieuwe blok demonteren van een bestaand (te vervangen) hardsteen sluitsteen in rollaag dorpel.
Zie hoofdstuk 35.
.10 SLUITSTEEN BOOG
Het t.b.v. het (volgens paragraaf 35.45) te vervaardigen nieuwe blok demonteren van een bestaand (te vervangen) sluitsteen in boog.
Zie hoofdstuk 35.
10.32.25-b SLOOPWERK NATUUR-/KUNSTSTEENCONSTRUCTIE
0. SLOOPWERK NATUUR-/KUNSTSTEENCONSTRUCTIE
Materiaalgegevens: hardsteen. Omvang sloopwerk:
- (Plaatselijk) verwijderen van bestaande hardsteen onderdelen.
- E.e.a. incl. het verwijderen van de bij de blokken behorende doken / verankeringen.
- Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Afvoer uitkomend materiaal: naar container.
.01 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het in de bestaande te handhaven hardsteen blokken inschieten van hardsteen inboetblokjes.
Zie hoofdstuk 35.
.02 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het in de bestaande te handhaven hardsteen blokken inschieten van hardsteen inboetblokken.
Zie hoofdstuk 35.
.03 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het in de overige bestaande te handhaven hardsteen blokken inschieten van overige hardsteen inboetblokjes c.q. inboetblokken.
Zie hoofdstuk 35.
.04 HOEKBLOK
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het repareren van een breuk in een bestaand hardsteen hoekblok.
Zie hoofdstuk 35.
.05 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het repareren van breuken in bestaand te handhaven hardsteen onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel.
Zie hoofdstuk 35.
.06 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het repareren van steken en/of brandlagen in bestaand te handhaven hardsteen onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel. Zie hoofdstuk 35.
.07 BUITENWAND
Het plaatselijke sloopwerk t.b.v. het aanbrengen van mortelreparaties in bestaand te handhaven hardsteen onderdelen van de Zuidgevel en Noordgevel.
Zie hoofdstuk 35.
.08 GRENDELBLOK (BLOK T.P.V. SLOT DEUR)
Het verwijderen van een in situ te vervangen bestaand anker van een bestaand hardsteen grendelblok (blok t.p.v. slot deur).
Zie hoofdstuk 35.
.09 SLUITSTEEN IN BOOG
Het verwijderen van een in situ te vervangen bestaand anker van een bestaande hardsteen sluitsteen in boog.
Zie hoofdstuk 35.
.10 DUIMBLOK
Het verwijderen van een hardsteen duimblok, te weten:
- Zuidgevel: 135 stuks duimblokken t.p.v. de vensters en de entrees (m.u.v. entree merk D0.08).
Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.11 DUIMBLOK
Het verwijderen van een groot formaat hardsteen duimblok, te weten:
- Zuidgevel: 4 stuks duimblokken t.p.v. entree merk D0.08.
Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.12 GRENDELBLOK (D.W.Z. BLOK T.P.V. SLOT DEUR)
Het verwijderen van een hardsteen grendelblok (d.w.z. blok t.p.v. slot deur), te weten:
- Zuidgevel: 2 stuks grendelblokken t.p.v. de entrees. E.e.a. incl. het verwijderen van de bij de blokken behorende doken / verankeringen.
Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.13 SLUITSTEEN IN ROLLAAG DORPEL
Het verwijderen van een hardsteen sluitsteen in rollaag dorpel, te weten:
- Zuidgevel: 29 stuks sluitstenen in de rollagen van de dorpels van de vensters.
E.e.a. incl. het verwijderen van de bij de blokken behorende doken / verankeringen. Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.14 SLUITSTEEN IN BOOG
Het verwijderen van een hardsteen sluitsteen in boog, te weten:
- Zuidgevel: 5 stuks sluitstenen in de bogen van de vensters.
E.e.a. incl. het verwijderen van de bij de blokken behorende doken / verankeringen. Bestaande hardsteen blokken mogen pas worden afgevoerd na de vervaardiging en goedkeuring van de nieuwe hardsteen blokken.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.30-a SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. VERWIJDEREN SPIJKERS, SCHROEVEN BOUTJES EN ANKERS
Materiaal: ijzer / kunststof.
Onderdeel: loze spijkers, loze schroeven, loze pluggen, loze boutjes, loze ankers etc.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 GEBOUW
Het verwijderen van alle loze ijzeren spijkers, schroeven, pluggen, boutjes, loze ankers etc. uit de Zuidgevel en Noordgevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.30-b SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. DEMONTAGE NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
Materiaalgegevens:
- hout / metaal, bestaand. Omvang demontage:
- niet destructief demonteren en herplaatsen van bestaand onderdeel.
.01 TERREINAANKLEDING
Het demonteren, tijdelijk opslaan, en herplaatsen van een bestaande naam- nummer- symboolplaat.
Zie hoofdstuk 17.
10.32.30-c SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
Materiaalgegevens:
- palen: hout.
- gaas: metaal. Omvang sloopwerk:
- geheel verwijderen van een uit palen en gaas bestaande afrastering. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 TERREINAANKLEDING
Het verwijderen van een schapengaas afrastering, te weten:
- Zuidgevel: langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.30-d SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. DEMONTAGE KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN
Onderdeel: buitendeur / gevelluik / binnenkozijn / binnenraam etc. Materiaalgegevens:
- hout.
Omvang demontage:
- Demonteren bestaand onderdeel. Voorzieningen aan de te ontmantelen onderdelen:
- Alle te demonteren onderdelen te voorzien van, met metaaldraad tijdelijk aangebrachte, metalen merkplaatjes. Metalen plaatjes te voorzien van een unieke nummering (conform nummer van gevel- c.q. wandopening) welke op tekening vastgelegd dient te worden. E.e.a. i.v.m. herplaatsing van gedemonteerde onderdelen op de bestaande locaties.
.01 BUITENDEUR
Het demonteren van buitendeuren. Zie hoofdstuk 30.
.02 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren van gevelluiken. Zie hoofdstuk 30.
.03 BINNENKOZIJN/-PUI
Het demonteren van binnenkozijnen. Zie hoofdstuk 30.
.04 BINNENRAAM
Het demonteren van binnenramen. Zie hoofdstuk 30.
10.32.30-e SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. SLOOPWERK KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN
Onderdeel: buitendeur / gevelluik / binnenkozijn / binnenraam etc. Materiaalgegevens:
- hout.
Omvang sloopwerk:
- slopen van (een onderdeel van) een buitendeur / gevelluik / binnenkozijn / binnenraam etc.
- verwijderen van de ankers c.q. bevestigingsmiddelen van het onderdeel in de omliggende bouwkundige constructie.
- alle bestaande historische hang- en sluitwerken van te slopen (onderdelen van) buitendeur / gevelluik / binnenkozijn / binnenraam etc demonteren en aan de directie aanbieden ter goedkeuring voor hergebruik.
Afvoer uitkomend onderdeel: naar puincontainer.
.01 WANDLUIK, BUITEN
De (plaatselijke) sloopwerken t.b.v. het herstellen van een gevelluik d.m.v. vervangen van de slechte onderdelen van een gevelluik, incl. herplaatsen en opnieuw afhangen gevelluik.
Zie hoofdstuk 30.
.02 BUITENDEUR
De (plaatselijke) sloopwerken t.b.v. het herstellen van een buitendeur d.m.v. vervangen (c.q. nieuw aanbrengen) van de slechte (c.q. ontbrekende) onderdelen van een buitendeur, incl. herplaatsen en opnieuw afhangen buitendeur.
Zie hoofdstuk 30.
.03 BINNENRAAM
De (plaatselijke) sloopwerken t.b.v. het herstellen van een binnenraam d.m.v. vervangen (c.q. nieuw aanbrengen) van de slechte (c.q. ontbrekende) onderdelen van een binnenraam, incl. herplaatsen en opnieuw afhangen binnenraam.
Zie hoofdstuk 30.
.04 BINNENKOZIJN/-PUI
De (plaatselijke) sloopwerken t.b.v. het herstellen van een binnenraamkozijn d.m.v. vervangen (c.q. nieuw aanbrengen) van de slechte (c.q. ontbrekende) onderdelen van een binnenraamkozijn, incl. herplaatsen en opnieuw afhangen binnenraamkozijn.
Zie hoofdstuk 30.
.05 BINNENKOZIJN/-PUI
De (plaatselijke) sloopwerken t.b.v. het herstellen van de lijstwerken (aftimmerlijsten) rondom een binnenraamkozijn d.m.v. vervangen (c.q. nieuw aanbrengen) van de slechte (c.q. ontbrekende) onderdelen van de lijstwerken (aftimmerlijsten), incl. herplaatsen van de lijstwerken (afimmerlijsten).
Zie hoofdstuk 30.
.06 BUITENKOZIJN/-PUI
Het met Repair-care systeem uitvoeren van reparaties aan de houtwerken van de bestaand te handhaven buitendeuren, gevelluiken, binnenramen en binnenraamkozijnen van de Zuidgevel en Noordgevel. E.e.a. niet zijnde de reparaties van sparingen van verwijderde roestende spijkers en niet zijnde de reparaties van sparingen van (gedemonteerde c.q. verwijderde) knieren.
Zie hoofdstuk 30.
.07 WANDLUIK, BUITEN
Het slopen van een gevelluik, te weten:
- Zuidgevel: de gevelluiken van gevelopening merk L0.02 t/m L0.07, L0.09 t/m L0.10 en L0.14, L1.01 t/m L1.06, L1.09 t/m L1.15, L1.17 t/m L1.22.
E.e.a. pas te af te voeren na de vervaardiging van de DOOR DERDEN AAN TE LEVEREN nieuwe onderdelen.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.08 BUITENDEUR
Het verwijderen van een buitendeur, te weten:
- Zuidgevel: deur merk D0.01, D0.03, D0.04 en D0.10.
E.e.a. pas te af te voeren na de vervaardiging van de nieuwe onderdelen. Verrekening: niet verrekenbaar.
.09 BINNENRAAM
Het leveren en aanbrengen van een nieuw binnenraam, te weten:
- Zuidgevel: de set stolpende binnenramen merk V1.22. Verrekening: niet verrekenbaar.
.10 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een zink- of loodafdekking van een bestaand te handhaven gevelluik.
Zie hoofdstuk 30.
.11 BUITENDEUR
Het verwijderen van een zink- of loodafdekking van een bestaand te handhaven buitendeur.
Zie hoofdstuk 30.
10.32.30-f SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. DEMONTAGE HANG- EN SLUITWERK
Onderdeel:
- hang- en sluitwerk onderdeel. Materiaalgegevens:
- metaal (smeedijzer / gietijzer / ijzer / aluminium / messing / staal e.d.) Omvang demontage:
- het niet destructief, t.b.v. hergebruik, demonteren van een onderdeel. Afwerking na demontage:
- tijdelijk opslaan ter hergebruik.
Voorzieningen aan de te ontmantelen onderdelen:
- Alle te demonteren onderdelen te voorzien van, met metaaldraad tijdelijk aangebrachte, metalen merkplaatjes. Metalen plaatjes te voorzien van een unieke nummering (conform nummer van gevel- c.q. wandopening) welke op tekening vastgelegd dient te worden. E.e.a. i.v.m. herplaatsing van gedemonteerde onderdelen op de bestaande locaties.
.01 BINNENRAAM
Het demonteren en herplaatsen van een bestaande knier van een binnenraam, incl. inschieten reparatieklosjes in kozijn- en raamhout.
Zie hoofdstuk 30.
.02 BUITENDEUR
Het demonteren en herplaatsen van een klavierslot van een buitendeur, incl. reviseren en smeren klavierslot en bijmaken loper (sleutel).
Zie hoofdstuk 30.
.03 WANDLUIK, BUITEN
Het demonteren en herplaatsen van een luikoog van een gevelluik. Zie hoofdstuk 30.
10.32.30-g SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. SLOOPWERK HANG- EN SLUITWERK
Onderdeel:
- hang- en sluitwerk onderdeel.
Materiaalgegevens:
- metaal (smeedijzer / gietijzer / ijzer / aluminium / messing / staal e.d.). Omvang sloopwerk:
- (plaatselijk) slopen onderdeel.
- incl. verwijderen oude bevestigingsmiddelen. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BINNENRAAM
Het sloopwerk t.b.v. het vervangen van een bestaande knier van een binnenraam, incl. inschieten reparatieklosjes in kozijn- en raamhout.
Zie hoofdstuk 30.
.02 BINNENRAAM
Het verwijderen van een bestaande scharnierpen van een knier van een binnenraam. Zie hoofdstuk 30.
.03 BUITENDEUR
Het verwijderen van een deurslot van een buitendeur. Zie hoofdstuk 30.
.04 BUITENDEUR
Het verwijderen van een sluitplaat van een deurslot van een buitendeur. Zie hoofdstuk 30.
.05 BUITENDEUR
Het verwijderen van een stalen plaat incl. hangslot van een buitendeur, te weten:
- Zuidgevel: de t.p.v. de buitendeur merk D0.10 aanwezige door de deur heen komende stalen plaat met bijbehorend hangslot.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.06 BINNENRAAM
Het sloopwerk t.b.v. het vervangen van een bestaande knier van een binnenraam, incl. inschieten reparatieklosjes in kozijn- en raamhout.
Zie hoofdstuk 30.
.07 BINNENRAAM
Het sloopwerk t.b.v. het vervangen van een slecht c.q. ontbrekend onderdeel van een espagnolet van een binnenraam.
Zie hoofdstuk 30.
.08 BINNENRAAM
Het verwijderen van een espagnolet van een binnenraam. Zie hoofdstuk 30.
.09 BUITENDEUR
Het verwijderen van een klinkstel van een buitendeur. Zie hoofdstuk 30.
.10 WANDLUIK, BUITEN
Het verwijderen van een luikoog van een gevelluik. Zie hoofdstuk 30.
.11 BINNENRAAM
Het verwijderen van een raamhoek van een binnenraam. Zie hoofdstuk 30.
10.32.30-h SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. SLOOPWERK BEGLAZING
Materiaalgegevens:
- beglazing: enkel glas.
- stopverfzomen: stopverf. Omvang sloopwerk:
- verwijderen glas.
- verwijderen stopverfzomen.
- opzuiveren sponningen.
- e.e.a. incl. verwijderen bijbehorende bevestigingsmiddelen. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BINNENRAAM
Het (plaatselijk) verwijderen stopverfzomen t.b.v. het in Repair-care Dry seal UN systeem vervangen van uitgedroogde c.q. slechte stopverfzomen van de bestaand te handhaven ruiten van de binnenramen.
Zie hoofdstuk 34.
.02 BUITENDEUR
Het verwijderen van een ruit van een valraam van een bestaand te handhaven buitendeur.
Zie hoofdstuk 34.
.03 BINNENRAAM
Het verwijderen van een ruiten van een bestaand te handhaven binnenraam. Zie hoofdstuk 34.
10.32.30-i SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
0. SLOOPWERK NIET-CONSTRUCTIEF ZELFSTANDIG ONDERDEEL
Materiaalgegevens:
- kit.
Omvang sloopwerk:
- verwijderen kitvoeg.
- reinigen oppervlakken van achtergebleven delen en/of rugvulling van verwijderde kitvoeg.
Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainer.
.01 BUITENWAND
Het verwijderen van een kitvoeg dilatatievoeg. Zie hoofdstuk 36.
10.32.43-a SLOOPWERK STUKADOORWERK
0. SLOOPWERK STUKADOORWERK
Constructiegegevens:
- onderconstructie:
* buitenwanden Kazerne: vuilmetselwerk.
* binnenwanden Kazerne: vuilmetselwerk.
* buitenwanden Tourmodel: brikkenbeton (mengsel kalkmortel met gebroken bakstenen).
Materiaalgegevens:
- (minerale) stuk- c.q. pleistermortel. Omvang sloopwerk:
- (plaatselijk) afbikken (zones) stuk- c.q. pleisterwerk.
- stralen vuilmetselwerk ondergrond. Afvoer afkomend materiaal: naar container.
.01 BUITENWAND
Het afbikken van (zones) pleisterwerk, incl. stralen ondergrond, te weten:
- Zuidgevel: de gehele op de bovenzijden van de gevelrol van de gevel en de boerenvlechtingen van de vleugelmuur van de gevel aanwezige pleisterwerken.
E.e.a. incl. de (ca. 50 mm breed) omgezette voorzijde en het (ca. 100 mm breed) omgezetten aan de achterzijde van de pleisterwerk afdekking.
- Zuidgevel: totaal 2 m2 aan zones pleisterwerk t.p.v. de onder het maaiveld gelegen (volgens hoofdstuk 12 vrij te graven) pleisterwerk plint van de vleugelmuur.
Verrekening niet verrekenbaar.
.02 BUITENWAND
Het afbikken van pleisterwerk, incl. stralen ondergrond, t.b.v. het (plaatselijk) vervangen van zones pleisterwerk t.p.v. de geveldelen van de Noordgevel, t.p.v. de op de kazerne aansluitende bovenhoek van de Zuidgevel Tourmodel.
Verrekening: verrekenpost V40-1, uit bestekpost 40.00.70 specificatie 29.
.03 BINNENWAND
Het afbikken van (plaatselijk) te vervangen zones pleisterwerk t.p.v. de geveldelen van de Noordgevel, incl. stralen ondergrond, t.p.v.:
- Zuidgevel, interieur: totaal 4 m2 aan zones pleisterwerk t.p.v. de wanden van de binnenzijde van de Zuidgevel rondom venster merk V1.22.
Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.43-b SLOOPWERK STUKADOORWERK
0. SLOOPWERK STUKADOORWERK
Constructiegegevens:
- onderconstructie: schoonmetselwerk. Materiaalgegevens:
- (minerale) stuk- c.q. pleistermortel c.q. specie. Omvang sloopwerk:
- handmatig afbikken (zones) stuk- c.q. pleisterwerk- c.q. specieresten.
- e.e.a. zodanig te verwijderen dat ondergelegen schoonmetselwerk niet beschadigd t.g.v. afbikken stuk- c.q. pleisterwerk- c.q. specieresten.
Afvoer afkomend materiaal: naar container.
.01 BUITENWAND
Het handmatig afbikken van zones pleisterwerk- c.q. specieresten, t.p.v.:
- Zuidgevel: alle (plaatselijk) op de bovenoppervlakken van de schoonmetselwerk rollagen van de gevelopeningen van de vensters aanwezige zones pleisterwerk-
c.q. specieresten. Verrekening: niet verrekenbaar.
10.32.51-a SLOOPWERK LEIDING
0. SLOOPWERK LEIDING Materiaalgegevens: kunststof / metaal. Omvang sloopwerk:
- Verwijderen van (gedeelte van) een elektraleiding, incl. bijbehorende WCD’s / schakelaars etc.
- Verwijderen verlichtingsarmatuur.
- E.e.a. incl. verwijderen bijbehorende bevestigingsmiddelen, beugels etc.
- Afkoppelen en/of omleggen elektra volgens hoofdstuk 70. Afvoer uitkomend materiaal: naar puincontainers.
.01 EENFASE-LAAGSPANNINGSINSTALLATIE
Het vervangen c.q. nieuw aanbrengen van de buizen/bedrading (incl. las- en opbouwdozen, kroonstenen etc.) van volgens NEN 1010 nieuw aan te brengen c.q. te vervangen elektrotechnische installaties.
Zie hoofdstuk 70.
.02 EENFASE-LAAGSPANNINGSINSTALLATIE
Het vervangen c.q. nieuw aanbrengen van de buizen/bedrading (incl. las- en opbouwdozen, kroonstenen etc.) van volgens NEN 1010 nieuw aan te brengen c.q. te vervangen elektrotechnische installaties.
Zie hoofdstuk 70.
.03 BIJZONDERE VERLICHTINGSINSTALLATIE
Het verwijderen van het verlichtingsarmatuur t.p.v. entree D0.10. Verrekening: niet verrekenbaar.
12 GRONDWERK
12.00 ALGEMEEN
12.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
19. ALGEMEEN GRONDWERKEN
a. Xxxxxx aan leidingen en riolering tijdens ontgravingswerkzaamheden zijn voor rekening van de aannemer.
b. De aannemer dient t.p.v. leidingen, kabels en rioleringen handmatig te ontgraven.
c. De aannemer dient bij ontgraven de laatste grondresten langs de gevels, keer- vleugel- en dwarsmuren, funderingen en gewelven handmatig los te steken. E.e.a. om te voorkomen dat deze metselwerk onderdelen beschadigen t.g.v. er langs heen "schrapen" van de graafbak van de graafmachine. Schade aan de metsel- natuursteen- beton- pleister- en voegwerken van te ontgraven gevels, keer- vleugel- en dwarsmuren, funderingen en gewelven etc. veroorzaakt door de graafbak graafmachine is voor rekening aannemer.
29. HER TE GEBRUIKEN GROND
a. Her te gebruiken zand dient vrij te zijn van puin- en grondresten. Ook dienen planten- en begroeiingsresten, zoals o.a. wortels en takken, hier uit verwijderd te zijn.
b. Her te gebruiken grond (c.q. zanderige grond) dient vrij te zijn van puinresten. Ook dienen planten- en begroeiingsresten, zoals o.a. wortels en takken, hieruit verwijderd te zijn.
c. Her te gebruiken kleigrond dient vrij te zijn van puinresten. Ook dienen planten- en begroeiingsresten, zoals o.a. wortels en takken, hier uit verwijderd te zijn.
d. Her te gebruiken (kleiachtige) teelgrond dient vrij te zijn van puinresten. Ook dienen planten- en begroeiingsresten, zoals o.a. wortels en takken, hier uit verwijderd te zijn.
39. AFVOER GROND
a. De aannemer is verplicht de overtollige door hem in het werk aangebrachte grond (zand, zanderige grond, kleigrond, teelgrond, grind etc.) op eigen kosten af te voeren.
90. LEIDINGEN EN KABELS
a. Voordat de aannemer met de uitvoering van evt. graafwerkzaamheden aanvangt, overtuigt de aannemer zich van waar zich in het werk kabels leidingen etc. bevinden.
b. De aannemer zal indien hij werkzaamheden verricht in de buurt van kabels en leidingen de desbetreffende Nutsbedrijven hiervan op de hoogte stellen. In alle gevallen blijft de aannemer verantwoordelijk voor schade aan kabels en leidingen, tijdens de werkzaamheden welke door onderaannemers van de aannemer, wordt toegebracht.
c. De aannemer dient bij graafwerkzaamheden t.p.v. leidingen, kabels en rioleringen handmatig te ontgraven en dient leidingen op bouwterrein
d.m.v. handmatig ontgraven proefgaten op te zoeken.
12.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
12.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN
09. SCHONE GROND VERKLARING
a. De aannemer verzorgt het voor het evt. afvoeren van grond het noodzakelijke milieutechnische rapport.
b. De aannemer verzorgt bij de evt. levering van grond een milieutechnisch rapport, waaruit blijkt dat de te verwerken grond voldoen aan eisen welke het Ministerie van VROM stelt aan de kwaliteit "schone grond".
12.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
12.40 ONTGRAVEN VAN GROND 12.40.10-a ONTGRAVEN VAN GROND
0. ONTGRAVEN VAN GROND
Grondsoorten gescheiden ontgraven in:
- kleigrond (vegetatielaag).
- zand.
- grond (c.q. zanderige grond).
Puinresten uit grondsoorten verwijderen en afvoeren naar puincontainer. Planten- en begroeiingsresten, zoals o.a. wortels en takken, uit grondsoorten verwijderen en afvoeren naar puincontainer.
Handmatig ontgraven t.p.v.:
- Leidingen, kabels en rioleringen. Schade aan de leidingen, kabels en rioleringen veroorzaakt door de graafbak graafmachine is voor rekening aannemer.
- Langs de gevels, keer- vleugel- en dwarsmuren, funderingen en gewelven etc. (d.w.z. het handmatig afsteken van grondresten). Schade aan de metsel- natuursteen- beton- pleister- en voegwerken van te ontgraven gevels, keer- vleugel- en dwarsmuren, funderingen en gewelven etc. veroorzaakt door de graafbak graafmachine is voor rekening aannemer.
- Op plekken waar niet met een graafmachine gewerkt kan worden. Uitkomende grondsoorten in grondsoorten gescheiden opslaan.
.01 ONVERHARD TERREIN
Het ontgraven van een sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 0,5 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Zuidgevel: langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 ONVERHARD TERREIN
Het ontgraven van een sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 1 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
12.50 VERWERKEN VAN GROND EN GRONDVERVANGENDE MATERIALEN
12.50.10-a VERWERKEN VAN GROND, GROND
0. VERWERKEN VAN GROND
Laagdikte (m):
grond aanbrengen vanaf :
- onderkant van ontgraving c.q. van ontgraven sleuf. tot aan:
- onderkant 0,1 m1 dik zandbed van straatwerk (t.p.v. straatwerk / tegelwerk verhardingen).
- onderkant 0,5 m1 dikke kleigrond afdekking (t.p.v. grondafdekkingen van het bouwdeel).
Aanbrengen grondwapeningsfolies volgens paragraaf 12.81.
De bij het ontgraven gescheiden gehouden grondsoorten zoveel mogelijk op hun oorspronkelijke plaats terug brengen.
Profiel:
- in de nieuwe toestand de bovenzijden van de gevels geheel vrij te houden van de op de gevels aansluitende grond (herprofileren aansluitingen grondlichaam t.p.v. de aansluitingen van de ontgraven delen op de bovenzijden van de gevels).
1. GROND
Uit het werk komende grond: (klei)grond en/of zand c.q. zanderige grond.
4. VERDICHTEN VAN GROND Laagdikte(n) (m): ten hoogste 0,2 m1. Per laagdikte mechanisch te verdichten.
.01 ONVERHARD TERREIN
Het aanbrengen van zand (c.q. zanderige grond) t.p.v. aan te vullen sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 0,5 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 ONVERHARD TERREIN
Het aanbrengen van zand (c.q. zanderige grond) t.p.v. aan te vullen sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 1 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
In de nieuwe toestand de bovenzijden van de gevels geheel vrij te houden van de op de gevels aansluitende grond (herprofileren aansluitingen van grondlichaam t.p.v. de aansluitingen van de ontgraven delen op de bovenzijden van de gevels).
Verrekening: niet verrekenbaar.
12.50.11-a VERWERKEN VAN GROND, ZAND
0. VERWERKEN VAN GROND Laagdikte (m): 0,1 m1. Profiel:
- zandbed incl. evt. afschot van straatwerk uit te vlakken.
- afschot vanaf gevel min. 10 mm / m1.
1. ZAND
Te leveren zand, voorzover dit niet aan het werk kan worden ontleend.
Laagdikte(n) (m): 0,1 m1.
Per laagdikte mechanisch te verdichten.
.01 ONVERHARD TERREIN
Het aanbrengen van een 0,1 m1 dikke laag zand onder de (volgens hoofdstuk 15 uit te nemen en te herleggen) straatwerk c.q. tegelwerk zones gelegen t.p.v. de aan te vullen sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 0,5 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
12.50.12-a VERWERKEN VAN GROND, KLEI/LEEM
0. VERWERKEN VAN GROND
Laagdikte (m): 0,5 m1.
De bij het ontgraven gescheiden gehouden grondsoorten zoveel mogelijk op hun oorspronkelijke plaats terug brengen.
Profiel:
- in de nieuwe toestand de bovenzijden van de gevels geheel vrij te houden van de op de gevels aansluitende grond (herprofileren aansluitingen grondlichaam t.p.v. de aansluitingen van de ontgraven delen op de bovenzijden van de gevels).
- profielen van grondlichamen strak en glad af te werken.
1. KLEI/LEEM
Uit het werk komende grond: kleigrond (vegetatielaag).
.01 ONVERHARD TERREIN
Het aanbrengen van 0,5 m1 kleigrond als afdekking van de bovenzijde van de zand (c.q. zanderige grond) aanvulling van de aan te vullen sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 0,5 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
In de nieuwe toestand de bovenzijden van de gevels geheel vrij te houden van de op de gevels aansluitende grond (herprofileren aansluitingen van grondlichaam t.p.v. de aansluitingen van de ontgraven delen op de bovenzijden van de gevels).
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 ONVERHARD TERREIN
Het aanbrengen van 0,5 m1 kleigrond als afdekking van de bovenzijde van de zand (c.q. zanderige grond) aanvulling van de aan te vullen sleuf met een grondvlak van 0,5 m1 breed en 1 m1 diep (onder maaiveld) met een oplopend talud van 45°, t.p.v.:
- Zuidgevel: langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: langs de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
In de nieuwe toestand de bovenzijden van de gevels geheel vrij te houden van de op de gevels aansluitende grond (herprofileren aansluitingen van grondlichaam t.p.v. de aansluitingen van de ontgraven delen op de bovenzijden van de gevels).
Verrekening: niet verrekenbaar.
12.81 FOLIES EN WEEFSELS 12.81.10-a KUNSTSTOFFOLIE
0. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Tensar. Type: 40 RE. Toebehoren:
4. AANBRENGEN FOLIE/WEEFSEL
Wijze van aanbrengen:
- Als 180º omgeslagen banen, banen 1000 mm breed en ca. 250 mm hoog (dus uitgeslagen breedte ca. 2250 mm).
- Banen horizontaal boven elkaar geplaatst.
- Voorzijde banen (bocht) tegen metselwerk van gevel.
- E.e.a. op aanwijzing directie. Naadverbinding:
- overlap: 300 mm.
- mechanisch bevestigd, gevlochten.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Aanbrengen banen gewapende grondfolie.
- Grondfolie per (180 º omgeslagen) baan 250 hoog, banen 1000 mm breed (dus uitgeslagen breedte ca. 2250 mm).
.01 ONVERHARD TERREIN
Het leveren en aanbrengen van banen grondwapeningsfolie (hoogte per baan 250 mm)
t.p.v. de zandaanvulling (c.q. zanderige grond), te weten:
- Zuidgevel: de 1000 mm brede en 250 mm hoge 180º omgeslagen banen (dus uitgeslagen breedte ca. 2300 mm) grondwapeningsfolie met worteldoek. Te weten als 2 stuks banen boven elkaar aan te brengen over de gehele lengte van de zand aanvulling (c.q. zanderige grond aanvulling) langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de 1000 mm brede en 250 mm hoge 180º omgeslagen banen (dus uitgeslagen breedte ca. 2300 mm) grondwapeningsfolie met worteldoek. Te weten als 2 stuks banen boven elkaar aan te brengen over de gehele lengte van de zand aanvulling (c.q. zanderige grond aanvulling) langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
15 TERREINVERHARDINGEN
15.00 ALGEMEEN
15.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. ALGEMENE VOORWAARDEN UITVOERING
a. Het bouwafval dient uit het zandbed onder de nieuwe en te herstellen bestrating verwijderd te zijn.
b. De aannemer dient de bestrating op te leveren in de staat waarin hij deze bij aanvang van de werkzaamheden heeft aangetroffen.
c. De werkzaamheden in samenhang met tijdelijke rioleringen, plaatsen van steigers, containers e.d.
19. HERSTRATEN
a. Herstraten omvat mede de levering van tekortkomend zand.
15.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
15.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN
09. MONSTERS
De hierna genoemde monsters dienen ter beoordeling van de volgende, bij het monster genoemde kenmerken.
Monster: betontegel tegelwerk. Beoordelingskenmerken:
- betontegel: conform bestaand.
- materiaal: beton, conform bestaand.
- uitvoering: met vellingkant, conform bestaand.
- kleur: grijs, conform bestaand.
- afm. (mm): lxbxd 300x300x50, conform bestaand.
15.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN
02. TE GARANDEREN ONDERDELEN
Voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode.
Onderdeel: de in gebruik genomen terreinverhardingen.
- te garanderen door: de aannemer.
- periode: 10 jaar.
15.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
15.42 TEGELBESTRATING
15.42.30-a TEGELBESTRATING, BETONTEGEL
0. HERSTRAAT TEGELBESTRATING
Patroon: halfsteensverband, overhoeks gelegd. Afwijking langs- en dwarsprofiel: ten hoogste 10 mm.
Herstraat straatwerk machinaal afgetrild en vervolgens ingeveegd met straatzand onder toevoeging van water.
1. BETONTEGEL
Type
- betontegel: bestaand. uitvoering: met vellingkant. materiaal: beton.
kleur: grijs.
afm. (mm): 300x300x50.
- nieuwe (bij) te leveren betontegels:
formaat, materiaal kleur uiterlijk en kwaliteit conform bestaand, overeenkomstig een door de aannemer ter beoordeling aan directie voor te leggen monster.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Bestaande betontegel bestrating t.p.v. de te plegen ontgraving uitnemen en tijdelijk opslaan ter hergebruik. Kapotte tegels afvoeren naar puincontainer.
- Zandbed aanbrengen volgens hoofdstuk 12.
- Bestaande tegelwerk bestrating herleggen incl. betonnen straatband opsluitingen t.p.v. randen.
- Ter aanvulling van het verlies van tegels te rekenen op 10% uitgenomen tegels nieuw bij te leveren. Ter aanvulling van ht verlies van pastegels te rekenen op 50% van de uitgenomen pastegels nieuw bijl te everen en pas te zagen.
.01 TERREINVERHARDING
De bestaande betontegel bestrating uit te nemen en te herleggen, te rekenen op incl. 10% nieuw bijleveren van betontegels, t.p.v.:
- Zuidgevel: de betontegel tegelwerk bestratingen gelegen t.p.v. de langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de gevel (volgens hoofdstuk 12) te ontgraven sleuven.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 TERREINVERHARDING
De bestaande betontegel bestrating uit te nemen en te herleggen, te rekenen op incl. 10% nieuw bijleveren van betontegels en incl. 50% nieuw bijleveren van de betontegel pastegels, t.p.v.:
- Noordgevel: het gehele oppervlak betontegel tegelwerk bestratingen dat is gelegen tussen de gevel en de keermuren van deze gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
16 BEPLANTING
16.00 ALGEMEEN
16.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
02. BESTELBEVESTIGING
Uiterlijk 6 weken voordat het plantmateriaal wordt verwerkt, deelt de aannemer de directie mede bij wie hij het voorgeschreven plantmateriaal heeft besteld.
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
16.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN
02. TE GARANDEREN ONDERDELEN
Voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode.
Onderdeel: inzaaien gras.
- te garanderen door: de aannemer.
- periode: 1 jaar.
16.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
16.22 ONDERHOUD BEPLANTING 16.22.24-a ONKRUID VERWIJDEREN
0. ONKRUID VERWIJDEREN
Werkzaamheden:
- Het voorafgaand aan het inzaaien van het graszaadmengsel de grondwerk oppervlakken te ontdoen van onkruid.
Type te verwijderen onkruid:
- Alle distels / brandnetels
- De grofvormige c.q. grote onkruid planten (afm. > 200 mm). Methode verwijdering:
- Distels / brandnetels / grofvormig c.q. groot onkruid incl. kluit uit te trekken en te verwijderen.
Afvoer uitkomend materiaal:
- In puincontainer c.q. naar afvalstortplaats voor groenafval.
.01 ONVERHARD TERREIN
Het voorafgaand aan het inzaaien van het graszaadmengsel de grondwerk oppervlakken te ontdoen van onkruid, t.p.v.:
- Zuidgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde grondwerken van de) sleuven langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Zuidgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde grondwerken van de) sleuven langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde
grondwerken van de) sleuven langs de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 ONVERHARD TERREIN
Het voorafgaand aan het inzaaien van het graszaadmengsel de grondwerk oppervlakken te ontdoen van onkruid, te weten:
- Fortterrein, algemeen: alle t.g.v. de uitvoering van de bouwwerkzaamheden kaal geworden vegetatie oppervlakken welke zijn gelegen t.p.v. de bouwplaats c.q. t.p.v. de gebruikte transportroutes c.q. t.p.v. de tijdelijke opslaglocaties op het Fortterrein.
Verrekening: niet verrekenbaar.
16.41 ZAAIEN
16.41.10-a INZAAIEN
0. INZAAIEN
Hoeveelheid (kg/100m2): 1,5.
Voor het zaaien de grondlaag verkruimelen, kluitgrootte max. (mm): 40 tot 80 mm (direct voor het zaaien uit te voeren).
Het zaad 10-20 mm onderwerken en de grond aandrukken.
4. GRASZAADMENGSEL
Merk: Barenburg D.
Leverancier: Barenburg te Nijmegen.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Voorafgaand aan het inzaaien van het gras de grondwerk oppervlakken te ontdoen van de aan oppervlak gelegen bouwpuin en takken etc.
- Voorafgaand aan inzaaien grasmengsel verwijderen van onkruid volgens paragraaf 16.22.
- Verkruimelen grondlaag, inzaaien graszaadmengsel, en onderwerken gezaaid graszaadmengsel volgens specificatie 0. en 4.
- De ingezaaide oppervlakken dienen gedurende de gehele ontkiemings- en bewortelingsfase in evt. droge perioden vochtig te worden gehouden.
E.e.a. voor rekening aannemer. Incl. aanbrengen voorzieningen t.b.v. bevochtigen c.q. tijdelijke installaties etc.
.01 ONVERHARD TERREIN
Het met grasmengsel inzaaien van grond, incl. bijbehorende werkzaamheden m.b.t. het opschonen van het oppervlak grondwerk en het inwerken van het graszaadmengsel, te weten t.p.v.:
- Zuidgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde grondwerken van de) sleuven langs de gehele buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Zuidgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde grondwerken van de) sleuven langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de grondwerk oppervlakken van de (volgens hoofdstuk 12 uitgevoerde grondwerken van de) sleuven langs de gehele achterzijden van de bovenzijden van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 ONVERHARD TERREIN
Het met grasmengsel inzaaien van grond, incl. bijbehorende werkzaamheden m.b.t. het opschonen van het oppervlak grondwerk en het inwerken van het graszaadmengsel, te weten t.p.v.:
- Fortterrein, algemeen: alle t.g.v. de uitvoering van de bouwwerkzaamheden kaal geworden vegetatie oppervlakken welke zijn gelegen t.p.v. de bouwplaats c.q. t.p.v.
de gebruikte transportroutes c.q. t.p.v. de tijdelijke opslaglocaties op het Fortterrein.
Verrekening: niet verrekenbaar.
17 TERREININRICHTING
17.00 ALGEMEEN
17.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. BESTAANDE TERREININRICHTING
a. Schade aan bestaande te demonteren en herplaatsen onderdelen van de bestaande terreininrichting(en), welke is veroorzaakt t.g.v. een onzorgvuldige demontage en/of opslag en/of herplaatsing is voor rekening van de aannemer.
19. TIJDELIJK TE VERWIJDEREN ONDERDELEN
a. Naamplaatjes, straatnaamborden, reclameborden e.d., die op de onderdelen van het gebouw c.q. bouwwerk zijn aangebracht waar werkzaamheden plaats vinden, moeten voor de aanvang van deze werkzaamheden zijn afgenomen en voor de oplevering op aanwijzing van de directie weer te zijn herplaatst.
17.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
90. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
17.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
17.34 VERKEERSVOORZIENINGEN, BEWEGWIJZERING EN RECLAME 17.34.61-a NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT
0. NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT
Type
- naam- / nummer- / symboolplaat, bestaand. Materiaal:
- naam- / nummer- / symboolplaat: kunststof / hout / metaal, bestaand.
- paal(en): hout / metaal, bestaand. Afwerking
- bestaand. Toebehoren:
- bevestigingsmiddelen, RVS nieuw.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Bestaande naam- / nummer- / symboolplaat demonteren en tijdelijk opslaan ter herplaatsing. E.e.a. incl. de evt. bijbehorende paal(en).
- Te demonteren onderdeel voorzien van een uniek nummer (met demontabel plaatje aan metaaldraad) en plaats van onderdeel vast te leggen op tekening.
- Na afloop werkzaamheden gevel herplaatsen van de bestaande naam- / nummer- / symboolplaat. E.e.a. op de bestaande locatie te herplaatsen.
- De bestaande naam- / nummer- / symboolplaat met nieuwe RVS schroeven te herplaatsen. E.e.a. incl. de evt. bijbehorende paal(en). Nieuwe locaties op aanwijzing van opdrachtgever.
.01 TERREINAANKLEDING
Het demonteren, tijdelijk opslaan, en na afloop werkzaamheden herplaatsen van een bestaande naam- nummer- symboolplaat, t.p.v.:
- Zuidgevel: het t.p.v. de grondafdekking bij de vleugelmuur aanwezige waarschuwingsbord incl. de hierbij behorende paal.
Verrekening: niet verrekenbaar.
17.35 DECORATIEVE OBJECTEN
17.35.30-a VLAGGENMAST
0. VLAGGENMAST
Type: conisch (taps toelopend).
Materiaal: hout, gelamineerd Noors Grenen. Afwerking: transparant gelakt (natlak vanuit fabriek). Masthouders: bestaand, zie hoofdstuk 43.
Afmetingen:
- lengte: 7 m1.
- diameter: afgestemd op de bestaande vlagmasthouders, evt. i.c.m. het aanbrengen van zwarte rubberen pasringen in de vlagmastbeugels indien de exacte diameter welke de bestaande vlagmasthouders hebben niet geleverd kan worden.
- e.e.a. op aanwijzing directie directie. Toebehoren:
- koord kikker en clips.
- peervormige knop, afwerking knop n.t.b. door directie, te rekenen op een goud messing of een zilver aluminium uitvoering van de knop.
- e.e.a. op aanwijzing directie.
.01 VLAGGENMAST
Het leveren en aanbrengen van een vlagmast, t.p.v.:
- Zuidgevel: 1 stuks vlagmast t.p.v. de vlagmasthouder van de gevel. Verrekening: niet verrekenbaar.
17.51 TIMMERWERK, IN HET WERK VERVAARDIGDE OBJECTEN 17.51.11-a RONDHOUTPAAL, STAALDRAAD
0. RONDHOUTPAAL
Afmeting: Ø90 x 1800 mm. Uitvoering:
- geschild.
- gepunt aan dunne eind. Verduurzaming: geïmpregneerd.
1. STAALDRAAD
Type: puntdraad Oppervlaktebehandeling (NEN 915-77): normaal verzinkt.
Toebehoren:
- bevestigingsmiddelen.
4. AFRASTERINGSGAAS, METAAL Type: schapengaas. Oppervlaktebehandeling: verzinkt. Hoogte (mm): 1000.
Rollengte: 50 m1.
Draaddikte (mm): 2,6 / 3,7. Maaswijdte (mm):
- horizontaal: max. 150 (variabel, naar onder toe aflopend).
- verticaal: 150. Toebehoren:
- spandraden.
- bevestigingsmiddelen, krammen.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Palen min. 500 mm diep in de grond te plaatsen. Alle hoekpalen te voorzien van schoorpalen. Afrastering (d.w.z. schapengaas gaaswerk) 1 m1 hoog. H.o.h. afstand palen afgestemd op toepassing als afrastering voor schapen, h.o.h. afstand max. 2 m1.
- Het afrasteringsgaas aan boven- en onderzijde te voorzien van een spandraad.
.01 TERREINAFRASTERING
Het aanbrengen van een schapengaas afrastering, te weten:
- Zuidgevel: langs de gehele achterzijde van de bovenzijde van de gevel incl. de vleugelmuur van de gevel. Afstand tussen afrastering en achterzijde gevel i.o.m. terreinbeheerder te bepalen. De afrastering t.p.v. het maaiveld vleugelmuur aan aansluiten op de bestaande afrastering.
Verrekening: niet verrekenbaar.
21 BETONWERK
21.00 ALGEMEEN
21.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. MONSTER TER BEOORDELING
Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: Brikkenbetonmortel:
- stampmortel mengen met gebroken puinresten van rode baksteen (hergebruiken puinresten van te herstellen metselwerk van Zuidgevel), afm. nominaal 0-40 mm, zo veel mogelijk conform bestaand kistwerk.
- verhouding brikkenbetonmortel:
70% = traskalkmortel, 30% = puinresten.
exacte verhouding proefondervindelijk in het werk te bepalen.
- traslkalkmortel:
Firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: Tubag TKM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag Traskalkmortel) Verwerking:
* volgens voorschriften fabrikant.
* de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
21.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk omschreven werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
29. VERREKENPOST
Verrekenpost V21-1 groot: 23 m1.
- Het gem. ca. 600 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren gelegen in het brikkenbeton van de Noordgevel incl. vleugelmuren Noordgevel. En het gem. ca. 600 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren gelegen in het brikkenbeton van de linkerbovenhoek van de Zuidgevel van het Tourmodel (de op de Zuidgevel Kazerne aansluitende bovenhoek).
21.24 INJECTEREN BESTAAND WERK
21.24.10-a GEINJECTEERDE SLANG, INJECTEERMORTEL
0. INJECTEREN BESTAAND BRIKKENBETON
Scheuren injecteren, diepte:
- conform dikte van xxxxx / wand.
De scheuren afzetten met klei of papier. Na injecteren de klei/papier en injectieslangetjes van het steenoppervlak verwijderen, zonder het steenoppervlak te beschadigen. Op aanwijzing van de directie controleren of de injectiemortel voldoende diep indringt. Scheuren controleren aan de andere zijde van de muur, zodat het uitlopen van de mortel wordt tegengegaan. De aannemer is volledig verantwoordelijk voor eventuele schade als gevolg voor het onzorgvuldig injecteren.
1. INJECTEERMORTEL
Fabrikaat: Bofimex Bouwstoffen BV Oosterhout. Type: Unilit B Fluid 0-1-2-3-4 injectiemortel.
Verwerking:
- volgens voorschrift van de fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het gem. ca. 600 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren gelegen in het brikkenbeton van de Noordgevel incl. vleugelmuren Noordgevel. En het gem. ca. 600 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren gelegen in het brikkenbeton van de linkerbovenhoek van de Zuidgevel van het Tourmodel (de op de Zuidgevel Kazerne aansluitende bovenhoek).
Verrekening: verrekenpost V22-2, volgens bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
21.25 HERSTELLEN BESTAAND WERK 21.25.10-a BETONREPARATIE, NIEUWE LAGEN
0. BESTAAND BRIKKENBETON, HERSTEL
Omschrijving: herstellen bestaand brikkenbeton.
Materiaal: brikkenbeton betreft mengsel keramisch puingranulaat met kalkmortel.
4. BETONREPARATIEMORTEL
Samenstelling nieuwe brikkenbetonmortel:
- stampmortel mengen met gebroken puinresten van rode baksteen (hergebruiken puinresten van te herstellen metselwerk van Zuidgevel), afm. nominaal 0-40 mm, zo veel mogelijk conform bestaand kistwerk.
- verhouding brikkenbetonmortel:
70% = traskalkmortel, 30% = puinresten.
exacte verhouding proefondervindelijk in het werk te bepalen.
- traslkalkmortel:
Firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: Tubag TKM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag Traskalkmortel) Verwerking:
* volgens voorschriften fabrikant.
* de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkwijze mortelreparatie:
- Losse c.q. slechte zones brikkenbeton te verwijderen tot op de vastzittende delen kistwerk.
- Bestaand te handhaven brikkenbeton reinigen van xxxxxxxxx en puin d.m.v. spoelen met water onder lage druk.
- Verwijderde zones brikkejnbeton herstellen met brikkenbetonmortel.
- E.e.a. incl. het plaatselijk aanbrengen van tijdelijke bekistingen t.b.v. het aanbrengen van de brikkenbetonmortel.
.01 BUITENWAND
Het (plaatselijk) vervangen van een (slechte / losse) zone brikkenbeton d.m.v. aanbrengen reparatie met brikkenbetonmortel, te weten:
- Noordgevel: totaal 15 stuks reparaties t.p.v. de gevel en vleugelmuren gevel.
Reparaties gem. 0,025 m3 / stuk groot (ca. bxhxd 350x350x200 mm).
Verrekening: niet verrekenbaar.
22 METSELWERK
22.00 ALGEMEEN
22.00.22 eisen en uitvoering: bestaand werk
09. ALGEMENE VOORWAARDEN UITVOERING
a. Doorvoeren, boringen en fraiswerk in metselwerk en het aanwerken van gemaakte gaten en sleuven van de gas-, water-, riolering-, verwarmingsleidingen en mechanische ventilatiekanelen en de doorboringen door de gevels c.q. funderingen t.b.v. de aansluitingen door de nutsbedrijven zijn geheel voor rekening van de aannemer.
19. UITVOERING METSELWERK
a. Xxxxx uit sloop komende stenen mogen voor passende doeleinden hergebruikt worden op aangeven directie. E.e.a. mits deze aan de zichtzijde volledig schoon zijn en er geen beschadigingen aanwezig zijn.
b. Bij inboetwerk van de bestaande gevels dient men gebruik te maken van een steensoort die in maat, structuur kleur en hardheid overeenkomt met de ter plaatse aangetroffen steen. Dit kunnen zowel her te gebruiken stenen van een 2e hands bouwmaterialenhandel, als nieuw bij te bakken stenen zijn, e.e.a. mits voldaan wordt aan bovenstaande voorwaarden. Bij toepassing her te gebruiken stenen dienen deze geheel te gereinigd zijn
c.q. worden van mortel- en kalkresten en vervuiling.
c. Inboetwerk omvat tevens het, indien door directie in het werk aangegeven, bijkleuren van de ingeboete stenen. E.e.a. indien noodzakelijk geacht door, en ter goedkeuring van, de directie. De ingeboete stenen op kleur van het oude metselwerk te brengen d.m.v een ter goedkeuring aan de directie voor te leggen middel. De bijkleuring na het aanbrengen evt., d.m.v. het lichtjes opschuren met een schuurpapiertje, op de juiste kleurgradatie te brengen. De werkzaamheden zijn voor rekening aannemer en niet verrekenbaar.
d. Nieuwe geprofileerde bakstenen uit te voeren als bestaand, gezaagde oppervlakken te behakken.
e. Het metselwerk welke gestukt wordt volzat metselen en baarden afschrapen.
f. Het bijmetselen van nieuwe metselwerken uit te voeren in zuiver metselverband. De voegmaten dienen overeen te komen met het bestaande werk.
g. Voor het inboeten in bestaand werk het aanwezige metselverband aanhouden.
h. Het nodige zaag- en kapwerk te verrichten t.b.v. het strokend maken en intanden van het nieuwe metselwerk op het bestaande metselwerk.
i. Alle te herstellen metselwerk oppervlakken goed schoonmaken. Mortelresten t.p.v. de aansluitingen van het in te boeten metselwerk aan het bestaande metselwerk te verwijderen.
j. Bij het vervangen of herplaatsen van natuursteen het metselwerk aanwerken met stenen welke in vorm en kleur (bij schoonwerk) overeenkomen met de aanwezige stenen.
k. De trashoudende mortels dienen enige tijd, ca. 2 weken, vochtig te blijven i.v.m. afbinden van de aanwezige tras. De aannemer dient de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant nauwlettend op te volgen zodat vervolgschade voorkomen wordt (indien twijfel bestaat m.b.t. de verwerking contact opnemen met fa. BEAMIX).
l. Bij grote vlakken metselwerk per 1 m2 metselwerk 15 stenen halfsteens diep extra uithakken, t.b.v. de koppeling van het te herstellen metselwerk
aan het bestaande metselwerk.
m. Bij verwijderen van enkele stenen (= strek of kop) en kleine reparaties (= 5 tot 10 stenen) de stenen altijd eerst in het hart van de steen in te boren alvorens de stenen uit te hakken.
29. UITVOERING VOEGWERK
a. Volgens voorschrift fabrikant.
b. De ondergrond waarop de mortel wordt verwerkt dient droogvochtig te zijn. Dit wil zeggen een vochtige ondergrond, zonder vrij water op het oppervlak van de ondergrond.
c. Het metselwerk mag niet nat zijn door langdurige regenval. Bij droog en schraal weer (lage relatieve luchtvochtigheid) dient het metselwerk afgedekt te worden met vochtige dekens.
d. De lintvoegen zowel als de stootvoegen na elkaar aanbrengen d.w.z. dat tussen het aanbrengen van lint- en stootvoegen van het op dezelfde dag aangebrachte voegwerk max. 1 halve dag tijdsverschil aanwezig mag zijn.
e. Bakstenen van bestaand metselwerk tijdens uithakwerkzaamheden bestaand voegwerk geenszins te beschadigen. Indien de voeg hiervoor te hard is dan dient er voorafgaand aan het uithakken eerst een ontspanningssleuf in het hart van de lintvoegen te worden ingeslepen. Het inslijpen van stootvoegen is niet toegestaan.
f. Het voegwerk uit te voeren volgens een, door directie akkoord bevonden, tijdig opgezet droog voegmonster.
g. Indien de kleur na uitharding te nieuw overkomt t.o.v. het bestaande oude voegwerk deze opnieuw gevoegde gedeeltes zoveel mogelijk op kleur te brengen middels water-verdunbare inkt, slib e.d. E.e.a. indien noodzakelijk geacht door, en ter goedkeuring van, de directie. De werkzaamheden zijn voor rekening aannemer en niet verrekenbaar.
h. Het in rekening brengen van toeslagen c.q. opslagen c.q. extra m2 voor de in de voegwerken van in metselwerk vlakken gelegen bogen / rollagen
/ vlechtingen etc. zijn niet toegestaan tijdens de verrekeningen van voegwerk in verrekenposten. De M2 prijs vervangen voegwerk van de verrekenpost omvat tevens de in de desbetreffende metselwerken gelegen voegwerken t.p.v. bogen / rollagen / vlechtingen etc.
39. SCHENKELS/FORMELEN
a. Aanbrengen metselwerk t.p.v. bogen/gewelven omvat tevens het maken en aanbrengen van de daarvoor benodigde schenkels/formelen en stutconstructies.
b. Herstel metselwerk omvat tevens het aanbrengen van de evt. benodigde stut- en stempelconstructies t.b.v. het inboeten van deze onderdelen.
22.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt.
22.00.32 informatie-overdracht: monsters
09. MONSTER TER BEOORDELING
Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen:
a. Metselwerk:
- schoonwerk MW1, vormbak baksteen - hardgrauw: roodbruin, lxbxh = ca. 215x105x55 mm, vormbak baksteen, conform bestaand.
- schoonwerk MW2, vormbak baksteen - hardgrauw:
roodbruin, lxbxh = ca. 215-218x105-106-105x55 mm, vormbak baksteen, conform bestaand.
- schoonwerk MW3, vormbak baksteen - hardgrauw:
rood, lxbxh = ca. 215-218x105-106x55 mm, vormbak baksteen, conform bestaand.
- vuilwerk, vormbak baksteen - klinker (mw. onder maaiveld): roodbruin, lxbxh = ca. 215x105x55 mm, vormbak baksteen, conform bestaand.
- De bovenstaande te leveren steensoorten dienen in maat, structuur kleur en hardheid overeen te komen met de ter plaatse aangetroffen steen.
De nieuw te leveren stenen kunnen zowel her te gebruiken stenen van een 2e hands bouwmaterialenhandel, als nieuw bij te bakken stenen zijn,
e.e.a. mits voldaan wordt aan bovenstaande voorwaarden. Bij toepassing her te gebruiken stenen dienen deze geheel te gereinigd zijn c.q. worden van mortel- en kalkresten en vervuiling.
b. Voegwerk:
- snijvoeg voegwerk exterieur / interieur: firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
type: TUBAG TKF-NL, korrelgrootte 0-1 mm (Tubag tras-kalk-voegmortel met hooghydraulische traskalk).
kleur: conform bestaand voegwerk middels monsters in het werk te bepalen, voegmortel samengesteld uit (mengsel van) meerdere standaard kleuren evt. i.c.m. toevoeging van kleurstof (pannenzwart).
22.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN
01. TE GARANDEREN ONDERDELEN
Voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode.
Onderdeel: alle metsel- en voegwerken.
- te garanderen door: de aannemer.
- periode: 10 jaar.
22.00.70 MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN
09. VERREKENMETHODEN
De in dit hoofdstuk omschreven werkzaamheden zijn niet verrekenbaar, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld.
19. STELPOSTEN
Stelpost S22-1 groot: € 800,-.
- De mortelreparaties van de sparingen en beschadigingen aan de te handhaven bakstenen van het bestaande schoonmetselwerk van de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen van de Zuidgevel.
29. VERREKENPOST
Verrekenpost V22-1 groot: 410 m2.
- Het (plaatselijk) vervangen van zones snijvoegwerk t.p.v. de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen Zuidgevel (e.e.a. incl. voegwerken
t.p.v. ontlastingsbogen, gevelrollen, rollagen, vlechtingen etc.).
Verrekenpost V22-2 groot: 80 m1.
- Het gem. ca. 450 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren in het schoonmetselwerk van de Zuidgevel.
Verrekenpost V22-3 groot: 350 stuks.
- Schoonmetselwerk inboetwerk enkele steen (= strek of kop), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, uithakken en inboeten.
Verrekenpost V22-4 groot: 100 stuks.
- Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel), uithakken en inboeten.
Verrekenpost V22-5 groot: 60 m1.
- Schoonmetselwerk het 2 steens breed 1 steens diep inboeten van inboetscheuren, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekenpost V22-6 groot: 135 m2.
- Schoonmetselwerk het 1 steens diep vervangen van zones metselwerk,
t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekenpost V22-7 groot: 26 m2.
- Schoonmetselwerk het 2 steens diep vervangen van zones metselwerk,
t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekenpost V22-8 groot: 55 stuks.
- Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten) van rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel), uithakken en inboeten.
Verrekenpost V22-9 groot: 45 m2.
- Schoonmetselwerk het 1 steens diep vervangen van (zones van) rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel.
Verrekenpost V22-10 groot: 10 stuks.
- Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW3 van exterieur Zuidgevel, uithakken en inboeten.
Verrekenpost V22-11 groot: 20 stuks.
- Vuilmetselwerk kleine reparaties metselwerk, t.p.v. vuilmetselwerk van exterieur Zuidgevel (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten), uithakken en inboeten.
22.21 VERWIJDEREN AFWERKINGEN
22.21.20-a VERWIJDEREN BESTAAND VOEGWERK
0. VERWIJDEREN BESTAAND VOEGWERK
Bestaand voegwerk verwijderd d.m.v.: uithakken, uitslijpen.
Voegen uit te hakken zonder de stenen te beschadigen. Indien de voeg hiervoor te hard is dan dient er voorafgaand aan het uithakken eerst een ontspanningssleuf in het hart van de lintvoegen te worden ingeslepen (voor de prijsvorming te rekenen op de uitvoering van de werkzaamheden incl. het inslijpen van de lintvoegen). Het inslijpen van stootvoegen is niet toegestaan. Voegdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
De voegen goed uitwassen met schoon water.
.01 BUITENWAND
Het plaatselijk verwijderen slechte c.q. open / ontbrekende metselmortel c.q. voegen van de (volgens hoofdstuk 12 ontgraven) onder maaiveld gelegen metselwerk oppervlakken (e.e.a. t.b.v. vertinnen metselwerk), te weten van:
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.21.20-b VERWIJDEREN BESTAAND VOEGWERK
0. VERWIJDEREN BESTAAND VOEGWERK
Bestaand voegwerk verwijderd d.m.v.: uithakken, uitslijpen.
Voegen uit te hakken zonder de stenen te beschadigen. Indien de voeg hiervoor te hard is dan dient er voorafgaand aan het uithakken eerst een ontspanningssleuf in het hart van de lintvoegen te worden ingeslepen (voor de prijsvorming te rekenen op de uitvoering van de werkzaamheden incl. het inslijpen van de lintvoegen). Het inslijpen van stootvoegen is niet toegestaan. Voor prijsvorming te rekenen op incl. inslijpen lintvoegen.
Voegdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
De voegen goed uitwassen met schoon water.
.01 BUITENWAND
Het (plaatselijk) verwijderen van zones snijvoegwerk t.p.v. de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen Zuidgevel (e.e.a. incl. voegwerken t.p.v. ontlastingsbogen, gevelrollen, rollagen, vlechtingen etc.).
Verrekening: verrekenpost V22-1, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.02 BUITENWAND
Het verwijderen van platvol doorgestreken iets terugliggend voegwerk, t.p.v.:
- Noordgevel: de gehele 1 kops diepe 1 steens hoge rollaag van entree merk D0.11 Verrekening: niet verrekenbaar.
.03 BUITENWAND
Het verwijderen van platvol doorgestreken voegen, t.p.v.:
- Zuidgevel: 100% van alle aansluitvoegen op het metselwerk gelegen langs de gehele buitenzijden van alle (bestaande en nieuwe) houten kozijnen van de achterzetramen van de gevelopeningen. E.e.a. indien de tussen deze onderdelen aanwezige “kier” groter is dan 5 mm.
- Zuidgevel: 50% van alle aansluitvoegen op het metselwerk gelegen langs de gehele binnenzijden van alle (bestaande en nieuwe) houten kozijnen van de achterzetramen van de gevelopeningen. E.e.a. indien de tussen deze onderdelen aanwezige “kier” groter is dan 5 mm.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.22 AANSLUITINGEN EN AANHELEN 22.22.20-a AANHELING BESTAAND METSELWERK
0. AANHELING BESTAAND METSELWERK, SCHOONMETSELWERK
Uitvoering:
- schoonmetselwerk.
Schoonmetselwerk uitvoeren / inboeten volgens de volgende voorwaarden:
- Verwijderen van vuilmetselwerk volgens hoofdstuk 10.
- Grotere oppervlakken halfsteens te vernieuwen metselwerk (1 m2 en groter) te verankeren door inkassingen van een halve steen diep in het achterliggende metselwerk in te hakken en dit metselwerk te koppelen door ca. 15 stenen in het achterliggende metselwerk in te boeten.
- Afmetingen van de toe te passen steen dient overeenkomstig de bestaande steen te zijn.
- De lagen- en koppenmaat moet overeenkomen met bestaand werk.
- De aanhelingen dienen in hetzelfde verband te worden uitgevoerd.
.01 BUITENWAND
Het inboetwerk aan het bestaande schoonmetselwerk. Plaats, typen en hoeveelheden toe te passen schoonmetselwerk volgens bestekspost 22.31.12-a t/m 22.31.12-b.
22.22.20-b AANHELING BESTAAND METSELWERK
0. AANHELING BESTAAND METSELWERK, VUILMETSELWERK
Uitvoering:
- vuilmetselwerk.
Vuilmetselwerk uitvoeren / inboeten volgens de volgende voorwaarden:
- Verwijderen van vuilmetselwerk volgens hoofdstuk 10.
- Grotere oppervlakken halfsteens te vernieuwen metselwerk (1 m2 en groter) te verankeren door inkassingen van een halve steen diep in het achterliggende metselwerk in te hakken en dit metselwerk te koppelen door ca. 15 stenen in het achterliggende metselwerk in te boeten.
.01 BUITENWAND
Het inboetwerk aan het bestaande vuilmetselwerk. Plaats, typen en hoeveelheden toe te passen vuilmetselwerk volgens bestekspost 22.31.12-c.
22.22.20-c AANHELING BESTAAND METSELWERK
0. MORTELREPARATIE
Fabrikaat: ter goedkeuring directie.
Type: terracotta- en baksteenherstelmortel, type ter goedkeuring directie. Kleur: mortel toe te passen in 2 kleuren.
Toepassing: baksteen reparaties. Verwerking:
- volgens voorschrift van de fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Alle loze en roestende spijkers, schroeven, boutjes, pluggen etc. uit bakstenen gevelmetselwerk verwijderen volgens hoofdstuk 10 (= niet verrekenbaar)
- T.b.v. goede aanhechting dient de ondergrond van de te plegen reparatie bruut gehakt te worden m.b.v. een getande beitel tot op de stabiele baksteen. Door het hakken moet er een haakse aansluiting worden verkregen tussen de te repareren delen en de "gezonde" baksteen. De minimale weg te hakken diepte dient niet minder te zijn dan 3 mm.
- Daarna de ondergrond stofvrij maken en bevochtigen, opdat er geen mengwater wordt onttrokken aan de aan te brengen mortel. Baksteen zo te bevochtigen dat de ondergrond goed vochtig, maar niet glanzend is.
- Reparatie aanbrengen, mortel op kleur desbetreffend baksteentype brengen. Reparatie van geringe diepte in één laag opzetten, iets ruimer dan het gewenste oppervlakteniveau. Overtollige mortel na het aantrekken verwijderen c.q. wegsnijden tot het juiste oppervlakte niveau.
- Tijdens het verwerken van meerdere lagen, i.v.m. voorkomen van hechtingsproblemen, het eventueel ontstane bindmiddelhuidje tussen de diverse lagen tijdig verwijderen met een paleerijzer of kleine troffel.
- De reparatie gedurende de eerste kritische uithardingperiode (3 á 4 dagen) beschermen tegen te snel uitdrogen en tegen weersinvloeden zoals regen, wind en zon.
- De aangebrachte mortelreparatie na uitharding in het werk te ontstoren volgens uitgangspunten van bestekspost 22.00.22 specificatie 19 lid c.
.01 BUITENWAND
De mortelreparaties van de sparingen en beschadigingen aan de te handhaven bakstenen van het bestaande schoonmetselwerk van de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen van de Zuidgevel.
Verrekening: stelpost S22-1, volgens bestekspost 22.00.70 specificatie 19.
22.23 INJECTEREN
22.23.20-a INJECTEREN BESTAAND METSELWERK
0. INJECTEREN BESTAAND METSELWERK
Scheuren injecteren, diepte:
- conform dikte van xxxxx / wand.
De scheuren afzetten met klei of papier. Na injecteren de klei/papier en injectieslangetjes van het steenoppervlak verwijderen, zonder het steenoppervlak te beschadigen. Op aanwijzing van de directie controleren of de injectiemortel voldoende diep indringt. Scheuren controleren aan de andere zijde van de muur, zodat het uitlopen van de mortel wordt tegengegaan. De aannemer is volledig verantwoordelijk voor eventuele schade als gevolg voor het onzorgvuldig injecteren.
4. INJECTEERMORTEL
Fabrikaat: Bofimex Bouwstoffen BV Oosterhout. Type: Unilit B Fluid 0-1-2-3-4 injectiemortel.
Verwerking:
- volgens voorschrift van de fabrikant.
- metselwerk goed bevochtigen.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het gem. ca. 450 mm diep injecteren van de (injectie)scheuren in het schoonmetselwerk van de Zuidgevel.
Verrekening: verrekenpost V22-2, volgens bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
22.24 REINIGEN METSELWERK
22.24.10-a REINIGEN BESTAAND METSELWERK
0. REINIGEN BESTAAND METSELWERK
Reiniging volgens bestekspost 05.34.90-b.
.01 BUITENWAND
Het volgens bestekspost 05.34.90-b reinigen met water onder druk. Zie hoofdstuk 05.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.24.10-b REINIGEN BESTAAND METSELWERK
0. REINIGEN BESTAAND METSELWERK
Reiniging volgens bestekspost 05.34.90-c.
Werkzaamheden uit te voeren door firma SUPERLOOK BV (of een door de aannemer ter goedkeuring voor te stellen onderaannemer, deze evt. alternatieve onderaannemer is enkel toegestaan indien deze door de directie wordt goedgekeurd en toegestaan).
Adresgegevens:
* fa.SUPERLOOK BV
Hazepad 8
0000 XX Xxxxx
Tel.: 000-0000000
Fax.: 000-0000000
.01 BUITENWAND
Het volgens bestekspost 05.34.90-c kalkwassen, incl. voorafgaand (plaatselijk) behandelen van zones algenaanslagzones met algendoder.
Zie hoofdstuk 05.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.26 AANPASSEN BESTAAND WERK
22.26.39-a VERBETEREN BESTAAND METSELWERK, BAKSTEEN METSELSTEEN
0. BIJKLEUREN METSELWERK
Omschrijving: het bijkleuren van het oppervlak van qua kleur van het orignele metselwerk afwijkend (niet origineel) metselwerk.
Werkzaamheden:
- Metselwerk op kleur van het originele metselwerk te brengen d.m.v een ter goedkeuring aan de directie voor te leggen middel. De bijkleuring na het aanbrengen evt., d.m.v. het lichtjes opschuren met een schuurpapiertje, op de juiste kleurgradatie te brengen.
- E.e.a. op aanwijzing directie.
.01 BUITENWAND
Het naar het originele werk toe bijkleuren van het oppervlak van bestaand afwijkend metselwerk, te weten:
- Zuidgevel: het gehele oppervlak van het bestaand aanwezige metselwerk type MW3 (totaal opp. ca. 12 m2 groot). E.e.a. bij te kleuren naar het originele metselwerk type MW2 toe.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.31 BAKSTEEN MET MORTEL
22.31.12-a METSELWERK MET MORTEL, BAKSTEEN METSELSTEEN
0. SCHOON METSELWERK, METSELVERBAND
Metselverband:
- kruisverband.
Lagen- en koppenmaat: conform bestaand. Metselmortel uitgekrabd, vorm voegruimte vierkant. Uitkrabdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
Oppervlaktegroep schoon-werkzijde(n) overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 22, bijlage A: 1.
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: schoonmetselwerk buitengevels boven maaiveld.
1. BAKSTEEN METSELSTEEN
Overeenkomstig een ter beoordeling voor te leggen monster van de aannemer.
Typen:
- Schoonwerk MW1, vormbak baksteen - hardgrauw.
Kleur: roodbruin, conform bestaand. Oppervlak: onbezand, conform bestaand.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215x105x55 mm, conform bestaand.
- Schoonwerk MW2, vormbak baksteen - hardgrauw.
Kleur: roodbruin, conform bestaand. Oppervlak: onbezand, conform bestaand.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215-218x105-106-105x55 mm, conform bestaand.
4. METSELMORTEL
Firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: Tubag TKM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag Traskalkmortel) Verwerking:
- volgens voorschriften fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het inboetwerk van schoonmetselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a:
- enkele steen (= strek of kop).
Verrekening: verrekenpost V22-3, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.02 BUITENWAND
Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a:
- kleine reparatie (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten). Verrekening: verrekenpost V22-4, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.03 BUITENWAND
Schoonmetselwerk het 2 steens breed 1 steens diep inboeten van inboetscheuren,
t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a.
Verrekening: verrekenpost V22-5, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.04 BUITENWAND
Schoonmetselwerk het 1 steens diep vervangen van zones metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a.
Verrekening: verrekenpost V22-6, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.05 BUITENWAND
Schoonmetselwerk het 2 steens diep vervangen van zones metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a.
Verrekening: verrekenpost V22-7, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.06 BUITENWAND
Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk van rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a:
- kleine reparatie (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten). Verrekening: verrekenpost V22-8, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.07 BUITENWAND
Schoonmetselwerk het 1 steens diep vervangen van (zones van) rollagen bogen en vlechtingen (dorpels en segmentbogen van gevelopeningen, rollagen geveldoorvoeren, ontlastingsbogen van gevel, gevelrol van gevel, boerenvlechtingen van vleugelmuur etc.), t.p.v. schoonmetselwerk typen MW1 en MW2 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekpost 22.22.20-a.
Verrekening: verrekenpost V22-9, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
.08 BUITENWAND
Het aanbrengen van een 1 kops hoge 1 steens diepe rollaag t.p.v.:
- Zuidgevel: de rondom de ronde gevelsparing merk A0.1 gelegen rollaag.
- Zuidgevel: de rondom de ronde gevelsparing merk A0.3 gelegen rollaag. Stenen rollaag taps gezaagd uitgevoerd en in zuiver verband aansluitend op achtergelegen metselwerk.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.31.12-b METSELWERK MET MORTEL, BAKSTEEN METSELSTEEN
0. SCHOON METSELWERK, METSELVERBAND
Metselverband:
- kruisverband.
Lagen- en koppenmaat: conform bestaand. Metselmortel uitgekrabd, vorm voegruimte vierkant. Uitkrabdiepte (mm): 1,5 x voegbreedte.
Oppervlaktegroep schoon-werkzijde(n) overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 22, bijlage A: 1.
Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: schoonmetselwerk buitengevels boven maaiveld.
1. BAKSTEEN METSELSTEEN
Overeenkomstig een ter beoordeling voor te leggen monster van de aannemer.
Typen:
- Schoonwerk MW3, vormbak baksteen - hardgrauw: Kleur: rood, conform bestaand.
Oppervlak: onbezand, conform bestaand.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215-218x105-106x55 mm, conform bestaand.
4. METSELMORTEL
Firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: Tubag TKM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag Traskalkmortel) Verwerking:
- volgens voorschriften fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Schoonmetselwerk kleine reparaties metselwerk, t.p.v. schoonmetselwerk typen MW3 van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-a:
- kleine reparatie (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten). Verrekening: verrekenpost V22-10, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
22.31.12-c METSELWERK MET MORTEL, BAKSTEEN METSELSTEEN
0. VUIL METSELWERK
Metselverband:
- kruisverband.
Lagen- en koppenmaat: conform bestaand. Toepassing:
- Exterieur Zuidgevel: vuilmetselwerk onder maaiveld. Uitkrabdiepte: n.v.t., metselmortel doorgestreken.
1. BAKSTEEN METSELSTEEN
Overeenkomstig een ter beoordeling voor te leggen monster van de aannemer.
Type
- vuilwerk, vormbak baksteen - klinker (mw. onder maaiveld): Kleur: roodbruin, conform bestaand.
Oppervlak: onbezand, conform bestaand.
Afmetingen (lxbxh) (mm): ca. 215x105x55 mm, conform bestaand.
4. METSELMORTEL
Firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: Tubag TZM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag Trascementmortel). Verwerking:
- volgens voorschriften fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Vuilmetselwerk kleine reparaties metselwerk, t.p.v. vuilmetselwerk van exterieur Zuidgevel, volgens bestekspost 22.22.20-b:
- kleine reparatie (1 kleine reparatie = 5 tot 10 stenen inboeten). Verrekening: verrekenpost V22-11, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
22.71 AFKWAST-, VERTIN- EN RAAPLAGEN
22.71.12-a VERTINLAAG
0. VERTINLAAG
Laagdikte (mm): min. 3.
4. METSELMORTEL
Fabrikaat: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
Type: TUBAG TZM, type korrelgrootte 0-2 mm (Tubag cementmortel met tras).
Verwerking:
- volgens voorschriften fabrikant.
- de mortel mag niet beneden de 5º C verwerkt worden.
9. WERKZAAMHEDEN
Werkzaamheden:
- Onder maaiveld gelegen metselwerk c.q. funderingsvoet ontgraven, volgens hoofdstuk 12.
- Onder maaiveld gelegen metselwerk c.q. funderingsvoet schoonspuiten, volgens paragraaf 05.34.
- Onder maaiveld gelegen metselwerk c.q. funderingsvoet volzat vertinnen met een trascementmortel TUBAG TZM laagdikte min. 3 mm.
.01 BUITENWAND
Het vertinnen van alle (volgens hoofdstuk 12 ontgraven) onder maaiveld gelegen metselwerk oppervlakken, te weten van:
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.72 VOEGWERK
22.72.10-a VOEGWERK
0. VOEGWERK
Voegtype: platvol doorgestreken, iets terugliggend (aangekauwde voegen).
4. VOEGMORTEL
Voegmortel:
- firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
- type: TUBAG FM-T, korrelgrootte 0-1 mm (Tubag trascement voegmortel met tras).
- kleur: grijs.
a. Verwerking:
- volgens het voorschrift van de fabrikant.
- de ondergrond waarop de mortel wordt verwerkt, dient schoon en vochtig te zijn.
- het metselwerk mag niet nat zijn door langdurige regenval.
- bij droog en schraal weer (lage relatieve vochtigheid) dient het metselwerk afgedekt te worden met vochtige dekens.
- de mortel mag niet beneden de 5 ºC verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het plaatselijk aankauwen met mortel van (te verwijderen slechte c.q. open / ontbrekende) metselmortel c.q. voegen van de (volgens hoofdstuk 12 ontgraven) onder maaiveld gelegen metselwerk oppervlakken (e.e.a. t.b.v. vertinnen metselwerk), te
weten van:
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de gevel.
- Zuidgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijde van de gevelvoet van de (Westelijke) vleugelmuur van de gevel.
- Noordgevel: de 0,5 m1 diep ontgraven buitenzijden van de gevelvoeten van de gevel incl. de vleugelmuren van de gevel.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.72.10-b VOEGWERK
0. VOEGWERK
Voegtype: snijvoeg lint- en stootvoegwerk.
4. VOEGMORTEL
Voegmortel:
- firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
- type: TUBAG TKF-NL, korrelgrootte 0-1 mm (Tubag tras-kalk-voegmortel met hooghydraulische traskalk).
- kleur: conform bestaand voegwerk middels monsters in het werk te bepalen, voegmorteltt samengesteld uit (mengsel van) meerdere standaard kleuren evt. i.c.m. toevoeging van kleurstof (pannenzwart).
a. Verwerking:
- volgens het voorschrift van de fabrikant.
- de ondergrond waarop de mortel wordt verwerkt, dient schoon en vochtig te zijn.
- het metselwerk mag niet nat zijn door langdurige regenval.
- bij droog en schraal weer (lage relatieve vochtigheid) dient het metselwerk afgedekt te worden met vochtige dekens.
- de mortel mag niet beneden de 5 ºC verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het (plaatselijk) aanbrengen van zones snijvoegwerk t.p.v. de Zuidgevel en de dagkanten van de gevelopeningen Zuidgevel (e.e.a. incl. voegwerken t.p.v. ontlastingsbogen, gevelrollen, rollagen, vlechtingen etc.).
Verrekening: verrekenpost V22-1, uit bestekspost 22.00.70 specificatie 29.
22.72.10-c VOEGWERK
0. VOEGWERK
Voegtype: platvol doorgestreken iets terugliggend voegwerk.
4. VOEGMORTEL
Voegmortel:
- firma: Tubag Trass Vertrieb, Quick-Mix.
- type: TUBAG TKF-NL, korrelgrootte 0-1 mm (Tubag tras-kalk-voegmortel met hooghydraulische traskalk).
- kleur: conform bestaand voegwerk middels monsters in het werk te bepalen, voegmortel samengesteld uit (mengsel van) meerdere standaard kleuren evt. i.c.m. toevoeging van kleurstof (pannenzwart).
a. Verwerking:
- volgens het voorschrift van de fabrikant.
- de ondergrond waarop de mortel wordt verwerkt, dient schoon en vochtig te zijn.
- het metselwerk mag niet nat zijn door langdurige regenval.
- bij droog en schraal weer (lage relatieve vochtigheid) dient het metselwerk afgedekt te worden met vochtige dekens.
- de mortel mag niet beneden de 5 ºC verwerkt worden.
.01 BUITENWAND
Het aanbrengen van platvol doorgestreken iets terugliggend voegwerk, t.p.v.:
- Noordgevel: de gehele 1 kops diepe 1 steens hoge rollaag van entree merk D0.11 Verrekening: niet verrekenbaar.
.02 BUITENWAND
Het aanbrengen van platvol doorgestreken voegen, t.p.v.:
- Zuidgevel: 100% van alle aansluitvoegen op het metselwerk gelegen langs de gehele buitenzijden van alle (bestaande en nieuwe) houten kozijnen van de achterzetramen van de gevelopeningen. E.e.a. indien de tussen deze onderdelen aanwezige “kier” groter is dan 5 mm.
- Zuidgevel: 50% van alle aansluitvoegen op het metselwerk gelegen langs de gehele binnenzijden van alle (bestaande en nieuwe) houten kozijnen van de achterzetramen van de gevelopeningen. E.e.a. indien de tussen deze onderdelen aanwezige “kier” groter is dan 5 mm.
Verrekening: niet verrekenbaar.
22.82 VERANKERINGEN EN OPVANGCONSTRUCTIES 22.82.32-a CHEMISCH BOORANKER
0. CHEMISCH BOORANKER
Type: draadeinden.
Afmetingen (mm): M20 (Ø 20 mm), lengte 750 mm h.o.h. 750 mm. Materiaal: RVS 316.
Toebehoren:
Styreenvrije 2-componenten injectiemortel Wit-C 100. Leverancier: Würth.
Verwerking:
- Verticale gaten boren rond 16 mm diepte 950 mm vanaf de bovenzijde van de gevelrol. Gaten in hart van dikte gevelrol aan te brengen.
Zaagvlakken van RVS draadeinden ankers te ontzuren.
- Bovenkant ankers op 100 mm - bovenzijde gevelrol.
- De boorgaten schoon te blazen d.m.v. een compressor.
- De ankers in te lijmen met chemische lijm. Draadeinden dienen volledig in de lijm te zitten. Boorgaten tot bovenzijden af te vullen.
.01 BUITENWAND
Het met RVS 316 draadeind M20 ankers h.o.h. 750 mm verankeren van een metselwerk gevelrol, te weten:
- Zuidgevel: de gehele gevelrol van de bovenzijde van de gevel. Verrekening: niet verrekenbaar.
30 KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN
30.00 ALGEMEEN
30.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN
09. ALGEMENE VOORWAARDEN UITVOERING
a. Voor hout en timmerwerk gelden de voorschriften van NEN 4561 (KVH 1980).
b. Hout, timmerwerken en verduurzaming met bedrijfsgarantie (KOMO garantie is niet van toepassing vanwege de toepassing van traditionele verbindingen, detailleringen en houtzwaartes).
c. De vlakken welke in aanraking komen met metselwerkoppervlakken 2x meniën.
d. Alle houten onderdelen welke in het zicht komen dienen vrij te zijn van machineslag. De machineslag verwijderen d.m.v. handmatig naschaven.
19. ALGEMENE VOORWAARDEN HANG- EN SLUITWERK
a. De kwaliteit en het aanzien van het toe te passen hang- en sluitwerk zijn ter goedkeuring van de directie.
b. Hang- en sluitwerk moet van roestvast metaal (messing of r.v.s.) of van thermisch verzinkt staal zijn; bevestigingsmiddelen zijn van overeenkomstige kwaliteit en in overeenstemming met de te bevestigen onderdelen.
c. Onder "verzinkt" voor zover niet anders wordt aangeduid wordt bedoeld: sherard verzinken tot een laagdikte van 20 mu, te bepalen volgens NEN 4253; onder thermisch verzinkt wordt bedoeld thermisch verzinkt volgens NEN1275.
d. Kosten verbonden aan het bestellen, ontvangen, opbergen, uitgeven en aanbrengen van het hang- en sluitwerk en de kosten van de bevestigingsmiddelen zijn voor rekening van de aannemer.
e. Al het hang- en sluitwerk, t.b.v. de buitenkozijnen dient te voldoen aan SKG**, m.u.v. het historische hang- en sluitwerk.
29. HISTORISCH HANG- EN SLUITWERK
a. Alle bestaande historisch hang- en sluitwerk van te slopen (onderdelen van) kozijnen, ramen, deuren en luiken demonteren en aan de directie aanbieden ter goedkeuring voor hergebruik.
39. SCHILDERWERK
a. Alle nieuwe houten onderdelen 80 mu. gegrond op het werk aan te leveren.
b. Alle overige schilderwerk volgens hoofdstuk 46.
49. LEVERING DERDEN
De volgende onderdelen worden aangeleverd door DERDEN:
- De nieuwe exemplaren houten gevelluiken.
Enkel de levering van de nieuwe houten gevelluiken vind plaats vanuit derden.
Alle overige werkzaamheden van aan deze gevelluiken (demontage, herplaatsing, pas maken, schilderwerken etc.) en alle werkzaamheden
m.b.t. de bij deze gevelluiken behorende smeedwerk onderdelen en hang- en sluitwerken en loodwerken etc. maakt wel onderdeel uit van de werkzaamheden van de aannemer.
30.00.30 INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN
09. MELDING AANVANG
De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats