Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein

Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein

Partijen,

1. De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, xxxxxxx xxx. X. xxx Xxxxxxxxx, handelend als bestuursorgaan en als rechtsgeldig vertegen- woordiger van de Staat der Nederlanden, gezeteld te ’s-Gravenhage hierna te noemen “het Rijk”;

2. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland, handelend als bestuursorgaan, namens deze de heer drs. X. xx Xxx, gedeputeerde, tevens handelend als rechtsgeldig vertegenwoordiger van de publiekrechtelijke rechtspersoon de provincie Zeeland, hierna te noemen “de Provincie Zeeland”;

3. De besloten vennootschap Zeeland Seaports Beheer B.V., gevestigd te Terneuzen, te dezen vertegenwoordigd door haar bestuurder de xxxx

X. Xxxxxxx, hierna te noemen “ZSPB”;

4. De naamloze vennootschap N.V. Zeeland Seaports, gevestigd te Terneuzen, te dezen vertegenwoordigd door haar bestuurder de xxxx X. Xxxxxxx, hierna te noemen “Zeeland Seaports”; en

5. De besloten vennootschap Xxx Xxxxxxx Beheer B.V., gevestigd te Terneuzen, te dezen vertegenwoordigd door haar directeur de heer D.R. Xxxxxx, hierna te noemen “Xxx Xxxxxxx Beheer”.

Hierna worden de partijen onder 1 tot en met 3 aangeduid als “Financierende partijen” en alle partijen gezamenlijk als “Partijen”.

Overwegende dat,

A. De Commissie onderzoek sanering Thermphos (verder “de Commissie”) in augustus 2017 een advies heeft uitgebracht over de sanering van het terrein van de voormalige fosforfabriek Thermphos en partijen heeft opgeroepen om gezamenlijk verantwoordelijkheid te nemen voor het slagen van de saneringsopdracht.

B. Financierende partijen gezamenlijk van mening zijn dat het maatschappelijk wenselijk is dat bedoeld terrein op korte termijn wordt gesaneerd.

X. Xx Xxxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxxxx Seaports in 2014 een overeenkomst hebben gesloten waarin is afgesproken om een vennootschap op te richten waarop de verplichting van sanering rust. Deze vennootschap is Xxx Xxxxxxx Beheer.

D. Partijen inzien dat de financiering van de sanering door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx slechts partieel door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx zelf gedragen kan worden en dat het meerdere gezamenlijk door de Financierende partijen gedragen moet worden.

E. Het Rijk, de Provincie Zeeland en Zeeland Seaports op basis van het advies van de Commissie een eigen onafhankelijke afweging hebben gemaakt en in december 2017 de ‘Financiële overeenkomst Sanering Thermphos’ hebben ondertekend, waarin zij financiële afspraken hebben vastgelegd en hebben

afgesproken een Samenwerkingsovereenkomst te zullen opstellen waarin de gemaakte financiële afspraken worden verwerkt, evenals aanvullende (financiële) afspraken zullen worden vastgelegd over hoe met het taakstellend budget, en meer specifiek het uitvoeringsbudget, de risicoreserve en de reservering voor indexering zal worden omgaan, wie welke rol en verantwoordelijkheid heeft, en overige zaken ten behoeve van een goede samenwerking tussen Partijen ten einde het doel van het Project te realiseren.

F. De financiële afspraken uit de ‘Financiële overeenkomst Sanering Thermphos’ (verder “Financiële overeenkomst”) in deze Samenwerkingsovereenkomst zijn verwerkt.

Komen het volgende overeen,

Paragraaf Algemeen

Artikel 1 Definities

In deze Samenwerkingsovereenkomst (en de daarbij behorende bijlagen) wordt verstaan onder:

a. Aanvullend budget: budget dat aanvullend op het Taakstellend budget (zie lid j) beschikbaar wordt gesteld voor de uitvoering van het Project, overeenkomstig hetgeen beschreven in artikel 10.

b. Adviserend lid van het Bestuurlijk overleg: lid dat op uitnodiging van de leden van het Bestuurlijk overleg aanwezig is bij het Bestuurlijk overleg om advies te geven ten aanzien van voorliggende beslispunten.

c. Audit: een onafhankelijke toets door een nader te bepalen onafhankelijke partij en/of deskundigenteam met relevante expertises op de nadere uitwerkingen van de deelprojecten uit het Plan van Xxxxxx door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx. Deze toets dient als advies aan de Stuurgroep ter ondersteuning van zijn taak als beschreven in artikel 13, derde lid.

d. Bestuurlijk overleg: het overleg als bedoeld in artikel 14, eerste lid.

e. Plan van Xxxxxx: het Plan van Aanpak ‘Sanering voormalig Thermphos Terrein’ (d.d. 31 maart 2017) opgesteld door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx en gevalideerd door Fakton (rapportage d.d. 19 juni 2017).

f. Project: de uitvoering van hetgeen beschreven in artikel 3 en bijlagen 1 en 2.

g. Project- en beheersorganisatie: de staforganisatie, het bedrijfsbureau en de beheersorganisatie van Van Citters Beheer.

h. Stuurgroep: het overleg als bedoeld in artikel 13, eerste lid.

i. Samenwerkingsovereenkomst: deze overeenkomst.

j. Taakstellend budget: het totaal beschikbare budget voor de realisatie van het Project, zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid.

k. Uitvoeringsbudget: het Taakstellend budget minus de Risicoreserve, zoals bedoeld in artikel 7, tweede lid, onder a.

l. Risicoreserve: het deel van het Taakstellend budget, als bedoeld in artikel 7, tweede lid, onder b, dat is gereserveerd om risico’s bij de uitvoering van het Project op te vangen.

Artikel 2 Doel van de Samenwerkingsovereenkomst

Het doel van deze Samenwerkingsovereenkomst is om de financiering van de volledige en integrale realisatie van het Project zeker te stellen en de betrokkenheid van Partijen vast te leggen met bindende afspraken over:

a. De financiële bijdrage van de Financierende partijen aan Xxx Xxxxxxx Beheer ter realisatie van het Project.

b. De uitvoering van de sanering van het voormalige Thermphos terrein.

c. De samenwerkingsvorm die Partijen kiezen en de rollen die Partijen hierbij hebben ter realisatie van het Project.

Paragraaf Project

Artikel 3 Project

1. Het voormalige Thermphos terrein wordt door Xxx Xxxxxxx Beheer gesaneerd conform het Plan van Xxxxxx.

2. Het doel van het Project is:

a. het op een veilige en verantwoorde wijze ontvlechten, ontmantelen en slopen van de zich op het voormalige Thermphos terrein bevindende installaties en gebouwen, inclusief fundaties, wegen en ondergrondse infrastructuur tot een diepte van 2 meter onder maaiveld.

b. het voormalige Thermphos terrein zodanig te saneren dat het terrein na afloop van de werkzaamheden geschikt is voor nieuwe uitgifte als haven- en/of industrieterrein milieucategorie 5. Hierbij is het uitgangspunt dat het terrein milieu- en omgevingsveilig is volgens geldende wet- en regelgeving en de bodemkwaliteit voldoet aan de klasse industrie.

3. Het Project valt in elk geval uiteen in de Project- en beheersorganisatie en de volgende deelprojecten, waarbij de afbakening is beschreven in «bijlage 1 Scope van het Project»:

a. Deelproject 1 – Fosforveilig stellen

b. Deelproject 2 – Reststoffen

c. Deelproject 3 – Ontvlechting en sloop van installaties en gebouwen

d. Deelproject 4 – Bodemsanering

4. Naast de in het derde lid genoemde deelprojecten behoort tot het Project het veilig beheer van het terrein en de installaties op het voormalige Thermphos terrein gedurende de uitvoering van het gehele Project.

5. Het voormalig Thermphos terrein is begrensd in «bijlage 2 Project, geografische afbakening» bij deze overeenkomst.

Artikel 4 Voortgang deelprojecten

1. Om de voortgang van de uitvoering van de deelprojecten te kunnen monitoren geeft Xxx Xxxxxxx Xxxxxx uiterlijk op de vijfde werkdag na iedere kalendermaand een schriftelijke projectupdate aan de Stuurgroep over de stand van zaken van het Project, in het bijzonder over:

a. de voortgang van het Project;

b. het financiële verloop van het Project, inclusief een prognose van de te maken kosten (inclusief activiteiten); en

c. de wijzigingen in het risicodossier en bijbehorende beheersmaatregelen.

De Stuurgroep werkt de inhoudsopgave van de schriftelijke projectupdate nader uit.

2. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx legt volgens het in «bijlage 3 Format voor de rapportages van VCB aan de Stuurgroep» opgenomen format in een kwartaalrapportage verantwoording af aan de Stuurgroep. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx biedt de kwartaalrapportage binnen 10 werkdagen na afloop van een kwartaal aan de Stuurgroep aan. De Stuurgroep komt twee weken na oplevering van de kwartaalrapportage bijeen.

3. Jaarlijks wordt in de maanden januari en/of februari een Audit uitgevoerd door een onafhankelijke partij en/of deskundigenteam. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx verleent de opdracht van de Audit aan de onafhankelijke partij en betaalt de bijbehorende kosten voor de Audit uit het Uitvoeringsbudget. De Audit wordt uiterlijk 15 maart aan de Stuurgroep aangeboden.

4. Op basis van de uitwerking als beschreven in het eerste en tweede lid en, indien beschikbaar, de Audit als beschreven in het derde lid, besluit de Stuurgroep conform de afspraken in artikel 8 tot het wel, deels of niet beschikbaar stellen van het geraamde kwartaalbudget voor de aangevraagde projectonderdelen.

Artikel 5 Wijziging van het Project

1. Een van de Financierende partijen kan aan de Stuurgroep een voorstel doen tot wijziging van de uitvoering of de planning van het Project zoals opgenomen in artikel 3.

2. Van Citters Beheer kan wijzigingen binnen het Taakstellend budget, de vastgestelde scope en einddatum van de planning doorvoeren en achteraf verklaren via de kwartaalrapportages, tenzij het om majeure wijzigingen gaat zoals benoemd in «bijlage 1 Scope van het Project». Majeure wijzigingen en wijzigingen buiten het Taakstellend budget en/of scope en/of einddatum planning worden gelijkelijk als wijzigingsvoorstellen van Financierende partijen behandeld.

3. Een voorstel tot wijziging, als bedoeld in het eerste lid, gaat tenminste vergezeld van:

a. een beschrijving van de aanleiding van het voorstel tot wijziging, inclusief gevolgen voor het Taakstellend budget en Uitvoeringsbudget, detailbegroting, planning, Project- en beheersorganisatie, risico’s en beheersmaatregelen;

b. een omschrijving van de alternatieven, inclusief onderbouwing en bijbehorende gevolgen voor financiën, detailbegroting, planning, Project- en beheersorganisatie, risico’s en beheersmaatregelen. Als één van de alternatieven wordt altijd het nul-alternatief meegenomen, oftewel de gevolgen, risico’s en beheersmaatregelen als niet wordt ingestemd met de voorgestelde wijziging; en

c. indien relevant een omschrijving van de gevolgen voor de Partijen, de omgeving van het Project en andere stakeholders.

4. De Stuurgroep beslist over een voorstel tot wijziging van het Project op voorstel van een Financierende partij of een voorstel tot majeure wijziging

van Xxx Xxxxxxx Beheer indien dit voorstel kan worden uitgevoerd binnen het Taakstellend budget, de vastgestelde scope en einddatum van de planning. Indien het voorstel niet kan worden uitgevoerd binnen het Taakstellend budget en/of binnen de vastgestelde scope en/of binnen de einddatum van de planning, legt de Stuurgroep het voorstel inclusief haar advies ter besluitvorming voor aan het Bestuurlijk overleg.

5. Het Bestuurlijk overleg beslist over een voorstel tot wijziging van het Project indien dit niet kan worden uitgevoerd binnen het Taakstellend budget en/of binnen de vastgestelde scope en/of binnen de einddatum van de planning.

6. Indien een voorstel tot wijziging van het Project overeen wordt gekomen in het Bestuurlijk overleg, komen de aan het voorstel verbonden meerkosten in gelijke delen ten laste van de Financierende partijen.

7. In het Bestuurlijk overleg kan worden besloten dat de meerkosten als gevolg van een voorstel tot wijziging ten laste komen van de Partij of Partijen die het voorstel heeft of hebben gedaan. Alsdan stelt of stellen deze Partij(en) voor deze meerkosten Aanvullend budget beschikbaar.

Artikel 6 Afronding van het Project

1. Xxxxx Xxx Xxxxxxx Beheer van oordeel is dat het Project volledig is uitgevoerd doet zij daarvan schriftelijk mededeling aan de Stuurgroep. De Stuurgroep legt de schriftelijke mededeling van Xxx Xxxxxxx Beheer, verge- zeld van haar advies, voor aan het Bestuurlijk overleg. Het Bestuurlijk Overleg kan ook eigenstandig besluiten dat het Project is afgerond.

2. Het Bestuurlijk overleg besluit, met inachtneming van het advies van de Stuurgroep, of het Project is uitgevoerd.

Paragraaf Financieel

Artikel 7 Budget

1. De totale omvang van het Taakstellende budget beloopt een bedrag van

€ 129,5 miljoen en is gebaseerd op de base case uit het Fakton-rapport ”Thermphos; herontwikkeling Thermphos-terrein” van 19 juni 2017 (betreft de fases ‘Veiligstellen’ en ‘Saneren’).

2. Het Taakstellend budget bestaat uit:

a. een Uitvoeringsbudget van € 111,7 miljoen; dit Uitvoeringsbudget is inclusief een reservering voor indexering (€ 5,2 miljoen); en

b. een Risicoreserve van € 17,8 miljoen.

3. Financierende partijen leveren, per partij en gerekend vanaf 1 april 2017, de volgende bijdrage aan het Taakstellend budget:

a. het Rijk: € 27,7 miljoen (inclusief BTW);

b. de Provincie Zeeland: € 41,75 miljoen; en

c. ZSPB: € 47,7 miljoen.

4. Naast de vermelde bijdragen van Financierende partijen aan het Taakstellend budget is voor het Project per 1 april 2017 bij VCB nog

€ 9.989.081,00 beschikbaar van de financiële middelen die curatoren in 2014 hebben overgemaakt uit de boedel van het gefailleerde Thermphos.

5. Financiële tegenvallers en meevallers ten opzichte van het Taakstellend budget worden door de Financierende partijen in gelijke delen, namelijk ieder voor 1/3 deel, gedeeld.

6. Het verschil tussen het Taakstellend budget en de som van de bijdragen van de Partijen als beschreven in het tweede, respectievelijk derde en vierde lid, wordt aangemerkt als financiële tegenvaller. Als deze tegenvaller gedurende de uitvoering van het Project niet wordt gecompenseerd door (een) meevaller(s) dan zal de tegenvaller conform het vijfde lid verdeeld worden.

7. Vooruitlopend op deze Samenwerkingsovereenkomst zijn werkzaamheden verricht ten behoeve van het Project. Financierende partijen hebben een deel van hun bijdrage aan het Taakstellend budget vooruitlopend op deze Samenwerkingsovereenkomst ter beschikking gesteld aan Xxx Xxxxxxx Beheer overeenkomstig «bijlage 4 Financieel overzicht» bij deze Samenwerkingsovereenkomst. Mocht uit de jaarrekening 2017 van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx blijken dat de bijdragen van Financierende partijen lager zijn dan in het rapport Samsom opgenomen, dan zal dit alsnog gecorrigeerd worden.

8. Europese subsidies die Partijen verkrijgen ten behoeve van het Project worden verrekend met de bijdragen van de drie Financierende partijen aan het Uitvoeringsbudget, voor zover dit in overeenstemming is met de subsidiebeschikking. De door verrekening vrijvallende middelen van de Financierende partijen worden beschouwd als meevaller en vanuit het oogpunt van behoedzaamheid toegevoegd aan de Risicoreserve. Voor deze meevallers geldt onverkort de afspraak over de gelijke verdeling van financiële tegenvallers en meevallers als bedoeld in het vijfde lid.

9. Niet begrote opbrengsten gerelateerd aan het Project of lager dan voorziene kosten door bijvoorbeeld wijzigingen aan het Project, huuropbrengsten, opbrengst verkoop vrijkomende materialen en gunstige aanbestedingen, worden toegevoegd aan de Risicoreserve.

Artikel 8 Beschikbaarheid Uitvoeringsbudget

1. De Financierende partijen reserveren voor het Uitvoeringsbudget financiële middelen volgens een indicatief kasritme op basis van de planning van het Project van Xxx Xxxxxxx Beheer voor april 2017 tot en met 2020 zoals opgenomen in onderstaande tabel. Voor 2017 zijn de betaalde voorschotten aan Xxx Xxxxxxx Xxxxxx hierin opgenomen.

(in € mln)	0000	0000	0000	0000	Totaal
Uitvoeringsbudget, excl. indexering	16,989	62,500	20,000	7,011	106,500
Reservering voor indexering		2,000	2,000	1,200	5,200
Uitvoeringsbudget	16,989	64,500	22,000	8,211	111,700
Risicoreserve		10,000	5,000	2,800	17,800
Totaal	16,989	74,500	27,000	11,011	129,500

(in € mln)	2017	2018	2019	2020	Subtotaal	Risico- reserve	Totaal
Provincie Zeeland	4,500	22,000	7,000	2,317	35,817	5,933	41,750
ZSPB	2,500	26,500	10,000	2,767	41,767	5,933	47,700
Rijk	0,000	16,000	5,000	0,767	21,767	5,933	27,700
Beschikbaar bij Projectorganisatie VCB	9,989				9,989		9,989
Tegenvaller				2,360	2,360	0,001	2,361
Risicoreserve		10,000	5,000	2,800	17,800
Totaal	16,989	74,500	27,000	11,011	129,500	17,800	129,500

De bijdragen van de Financierende partijen voor 2018 zijn als volgt verdeeld:

(in € mln)	Q1-2018 Q2-2018 Q3-2018 Q4-2018				Totaal
Provincie Zeeland	8,3	5,3	4,2	4,2	22,0
ZSPB	10,1	6,8	4,8	4,8	26,5
Rijk	6,2	4,6	2,6	2,6	16,0
Totaal	24,6	16,7	11,6	11,6	64,5

2. Het daadwerkelijk ter beschikking stellen van de financiële middelen geschiedt op kwartaalbasis na besluitvorming daartoe door de Stuurgroep op basis van de kwartaalrapportages zoals beschreven in artikel 4, tweede lid.

3. Het bepalen van de omvang van de financiële middelen als bedoeld in het tweede lid van dit artikel, geschiedt in kwartaal Q op basis van een raming voor het komende kwartaal (Q+1). Deze raming wordt verrekend met een eventueel verschil tussen de eerdere bevoorschotting en gerealiseerde uitgaven van het voorgaande kwartaal (Q-1).

4. De Stuurgroep voegt, op verzoek van Xxx Xxxxxxx Beheer, een post onvoorzien toe aan de ter beschikking te stellen financiële middelen. De Stuurgroep bepaalt per kwartaal de omvang van deze post, met een maximum van 10% van de in dat kwartaal ter beschikking te stellen financiële middelen.

5. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx verklaart achteraf het gebruik van de post onvoorzien in de kwartaalrapportage òf gelijktijdig bij de aanvraag van budget vanuit de Risicoreserve.

6. De ter beschikking te stellen financiële middelen worden twee weken voor ieder kwartaal door de Financierende partijen aan Xxx Xxxxxxx Xxxxxx ter beschikking gesteld.

7. Het budget wordt door de Financierende partijen als volgt beschikbaar gesteld:

a. het Rijk stelt zijn financiële middelen ter beschikking middels een subsidie. Van Citters Beheer dient voor deze financiële middelen een formeel subsidieverzoek in te dienen;

b. de Provincie Zeeland stelt zijn financiële middelen ter beschikking middels een subsidie. Van Citters Beheer dient voor deze financiële middelen een formeel subsidieverzoek in lijn met het algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013 in te dienen; en

c. ZSPB stelt zijn financiële middelen ter beschikking middels kapitaalstorting.

Artikel 9 Inzet Risicoreserve

1. Indien het Uitvoeringsbudget niet toereikend is voor uitvoering van het Project kan een bedrag uit de Risicoreserve worden ingezet.

2. De Stuurgroep beslist op voorstel van Xxx Xxxxxxx Beheer om budget uit de Risicoreserve toe te voegen aan het Uitvoeringsbudget.

3. Een voorstel van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx, als bedoeld in het tweede lid, gaat tenminste vergezeld van:

a. een beschrijving van het risico;

b. een omschrijving van mogelijke alternatieve beheersmaatregelen, inclusief onderbouwing en bijbehorende gevolgen voor het Taakstellend budget (een volledige financiële onderbouwing van de benodigde extra middelen) planning, Project en beheersorganisatie, evenals de risico’s wanneer geen budget uit de Risicoreserve verstrekt wordt;

c. indien van toepassing, een verklaring van de benutting van de post onvoorzien in het betreffende kwartaal; en

d. indien relevant een omschrijving van de gevolgen voor de Partijen, de omgeving van het Project en andere stakeholders.

4. Als de Stuurgroep beslist om – aanvullend op de reeds beschikbaar gestelde post onvoorzien – een bedrag uit de Risicoreserve in te zetten, stellen de Financierende partijen binnen 30 kalenderdagen ieder een derde deel van dat bedrag beschikbaar aan Xxx Xxxxxxx Beheer.

Artikel 10 Inzet aanvullende middelen

1. Indien het Taakstellend budget niet toereikend is voor uitvoering van het Project stellen de Financierende partijen Aanvullend budget beschikbaar.

2. Het Bestuurlijk overleg besluit, op voorstel van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx en geadviseerd door de Stuurgroep, om Aanvullend budget ter beschikking te stellen. Voor de besluitvorming in het Bestuurlijk overleg wordt in acht genomen dat ten behoeve van het beschikbaar stellen van Aanvullend budget langere besluitvormingstrajecten via Provinciale Staten, Tweede Kamer en aandeelhoudersvergadering noodzakelijk zijn.

3. Aanvullend budget wordt alleen ter beschikking gesteld als er een actueel en – naar de mening van de Financierende partijen – voldoende accuraat beeld is van de totale nog extra benodigde financiële middelen voor de uitvoering van het Project en er geen andere maatregelen mogelijk zijn om het Project binnen het Taakstellend budget uit te voeren.

4. Het Bestuurlijk overleg kan het Aanvullend budget verdelen in een aanvullend Uitvoeringsbudget en een aanvullende Risicoreserve.

5. Een voorstel van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx, als bedoeld in het tweede lid, gaat tenminste vergezeld van:

a. een toelichting op het benodigde Aanvullend budget, inclusief onderbouwing en bijbehorende gevolgen voor financiën (een volledige financiële onderbouwing van de benodigde extra middelen) planning, Project- en beheersorganisatie, evenals de risico’s wanneer geen Aanvullend budget verstrekt wordt;

b. een omschrijving van de alternatieven, inclusief onderbouwing en bijbehorende gevolgen voor financiën (een volledige financiële onderbouwing van de benodigde extra middelen) planning, Project- en beheersorganisatie, evenals de risico’s wanneer geen Aanvullend budget verstrekt wordt; en

c. indien relevant een omschrijving van de gevolgen voor de Partijen, de omgeving van het Project en andere stakeholders.

6. Elke Financierende partij zal een derde deel van het Aanvullend budget beschikbaar stellen aan Xxx Xxxxxxx Beheer in een door het Bestuurlijk overleg te bepalen financieringsritme.

Artikel 11 Resterend budget na uitvoering

1. Wanneer het Bestuurlijk overleg beslist dat het Project is uitgevoerd, als bedoeld in artikel 6, tweede lid, stelt zij op basis van een controleverklaring vast of sprake is van een resterend budget bij Van Citters Beheer en zo ja, wat de omvang daarvan is.

2. Een positief resterend budget wordt beschouwd als financiële meevaller en wordt op gelijke wijze verdeeld als vastgelegd in artikel 7, vijfde lid.

3. Een negatief resterend budget wordt beschouwd als financiële tegenvaller en wordt op gelijke wijze verdeeld als vastgelegd in artikel 7, vijfde lid.

4. Indien één van de Financierende partijen niet zijn volledige financiële bijdrage heeft voldaan als vastgelegd in artikel 7, derde lid, wordt een eventueel positief resterend budget naar rato verdeeld van de werkelijke financiële inbreng van de Financierende partijen en komt het tweede lid van dit artikel te vervallen.

Artikel 12 Waarde van de grond na sanering

1. Zeeland Seaports zal na de uitvoering van het Project investeren in kades en andere infra ten behoeve van de uitgifte van het terrein.

Na afloop van het Project en na investeringen in kades en andere infra (dus over plusminus vijf jaar) zal een nieuwe business case worden berekend. Hierbij wordt het geraamde investeringsbedrag van € 20 miljoen (in sanering), naast de investering in de kade en de andere infra meegenomen in het berekenen van de business case.

2. Uitgaande van de rendementseis die alsdan aan het gefuseerde havenbedrijf wordt gesteld, zullen Financierende partijen dan een afspraak maken over de verdeling van het meer-rendement, waarbij enkel een verrekening zal plaatsvinden indien het gaat om substantiële bedragen. De Financierende partijen voeren hierover (op basis van de business case) eerst overleg met elkaar.

Paragraaf Governance

Artikel 13 Stuurgroep

1. Er is een Stuurgroep bestaande uit een (ambtelijk) vertegenwoordiger van elke Financierende partij.

2. De bestuurder van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx is adviserend lid van de Stuurgroep.

3. De taak van de Stuurgroep is om met inachtneming van de gezamenlijke belangen van Financierende partijen en rekening houdend met de verschillende rollen en verantwoordelijkheden van Partijen, controle uit te oefenen op de Project- en beheersorganisatie en de realisatie van het Project. Daartoe beoordeelt de Stuurgroep in elk geval de kwartaalrapportages en de integrale aanbestedingsstrategie van Xxx Xxxxxxx Beheer. Voorts adviseert zij het Bestuurlijk overleg en neemt de Stuurgroep besluiten over voorstellen tot wijziging van het Project die passen binnen het Taakstellend budget, de vastgestelde scope en einddatum van de planning.

4. De Stuurgroep kan zich laten bijstaan door (een) onafhankelijke adviseur(s). De bijbehorende kosten worden door elke Financierende partij voor een gelijk deel gedragen.

5. De Stuurgroep stelt een reglement van orde vast, waarin onder meer:

a. een voorzitter wordt aangewezen uit de vertegenwoordigers van de Financierende partijen;

b. de frequentie wordt geregeld waarmee de Stuurgroep bijeenkomt; en

c. afspraken worden gemaakt over het mandaat waarover de vertegenwoordigers van de Financierende partijen in de Stuurgroep beschikken.

6. De Stuurgroep zal binnen één maand na ondertekening van deze Samenwerkingsovereenkomst opdracht geven voor een review van de staande Project- en beheersorganisatie door een deskundigenteam. De uitkomsten van de review worden geagendeerd in een volgende Stuurgroep.

7. Wanneer er kosten gemoeid zijn met het uitvoeren van de review, bedoeld in het zesde lid, worden deze los van het Taakstellend budget door de Financierende partijen in gelijke delen gedragen.

8. Besluitvorming binnen de Stuurgroep geschiedt unaniem door de drie Financierende partijen. Indien niet unaniem tot besluitvorming wordt gekomen dan wordt dit voorgelegd aan het Bestuurlijk overleg. Dit Bestuurlijk overleg wordt binnen 6 weken na de betreffende Stuurgroep gehouden.

Artikel 14 Bestuurlijk overleg

1. Er is een Bestuurlijk overleg, bestaande uit een vertegenwoordiger van elke Financierende partij, niet zijnde lid van de Stuurgroep.

2. De leden van de Stuurgroep, zowel van de Financierende partijen als de bestuurder van Xxx Xxxxxxx Beheer, zijn op uitnodiging Adviserend lid van het Bestuurlijk overleg.

3. De taak van het Bestuurlijk overleg is om met inachtneming van de gezamenlijke belangen van Financierende partijen en op basis van advisering door de Stuurgroep, besluiten te nemen over, maar niet beperkt tot:

a. aangelegenheden buiten de reikwijdte van de Samenwerkingsovereenkomst;

b. voorstellen tot wijziging van het Project die niet binnen het Taak- stellend budget en/of binnen de vastgestelde scope en/of binnen de einddatum van de planning uitgevoerd kunnen worden; en

c. het ter beschikking stellen van Aanvullend budget.

4. Het Bestuurlijk overleg heeft tevens tot taak om te beslissen over punten waarover de Stuurgroep niet tot unanieme besluitvorming is gekomen.

5. Het Bestuurlijke overleg stelt een reglement van orde vast, waarin onder meer:

a. een voorzitter wordt aangewezen uit de vertegenwoordigers van de Financierende partijen;

b. de frequentie wordt geregeld waarmee het Bestuurlijk overleg bijeenkomt; en

c. afspraken worden gemaakt over het mandaat waarover de vertegenwoordigers van de Financierende partijen in het Bestuurlijk overleg beschikken.

6. Besluitvorming binnen het Bestuurlijk overleg geschiedt unaniem. Indien het Bestuurlijk overleg niet tot unanieme besluitvorming komt, is er sprake van een geschil en wordt overeenkomstig artikel 26, derde lid, gehandeld.

Artikel 15 Project- en beheersorganisatie Van Citters Beheer

1. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx is verantwoordelijk voor het effectief en efficiënt realiseren van het Project.

2. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx is verantwoordelijk voor het opstellen van een meerjarige begroting, eventuele begrotingswijzigingen, een jaarplan en jaarrekening.

3. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx is naast hetgeen beschreven in het eerste en tweede lid van dit artikel, verantwoordelijk voor hetgeen dat redelijkerwijs van een projectorganisatie verwacht mag worden. Dit behelst in elk geval integraal risicomanagement, het bijhouden van een risicodossier, het opstellen van een integraal veiligheidsplan, het verkrijgen van de vereiste vergunningen, het actueel houden van het Plan van Aanpak gedurende de looptijd van de Samenwerkingsovereenkomst, en (voor zover Van Citters Beheer derden inschakelt voor de realisatie van het Project) de toepassing van de correcte aanbestedingsprocedure, het contractmanagement, het toezicht op en de handhaving van de juiste nakoming van de verplichtingen door deze derden.

4. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx formuleert een integrale aanbestedingsstrategie die in overeenstemming is met de aanbestedingsregelgeving en legt deze binnen één maand na ondertekening van deze overeenkomst ter instemming voor aan de Stuurgroep.

5. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx levert op verzoek van de Financierende partijen alle benodigde informatie en/of documenten aan Financierende partijen voor het controleren en vaststellen van de jaarrekening van Financierende partijen, voor het opstellen van de begroting van Financierende partijen, voor begrotingswijzigingen en Jaarplan en staat controle door de accountants van Financierende partijen toe. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx dient in ieder geval voor 15 maart van elk jaar de volgende documenten op te leveren:

a. door accountant gecontroleerde jaarrekening, inclusief controleverklaring;

b. een uitsplitsing van de in het boekjaar gemaakte beheerskosten en saneringskosten in de jaarrekening conform de uitspraak van de Commissie voor het Besluit begroting en verantwoording (BBV). Een uitsplitsing (toelichting) van de in de jaarrekening opgenomen voorziening, waaruit blijkt welk deel van de voorziening betrekking heeft op saneringskosten en welk deel betrekking heeft op beheerskosten;

c. een gedetailleerde onderbouwing van de nog te maken saneringskosten tot heruitgifte van het voormalige Thermphos terrein (fase 1 en 2 van het Plan van Aanpak) ultimo boekjaar T.

Het detailniveau zal in onderling overleg tussen Van Citters Beheer en de Provincie Zeeland worden bepaald;

d. een onafhankelijke Audit van de laatst genoemde gedetailleerde onderbouwing (zie ook artikel 4, derde lid); en

e. een actuele (financiële) risico inschatting van het Project, zoals opgenomen in het directieverslag (jaarverslag) behorende bij de jaarrekening van Xxx Xxxxxxx Beheer en in overeenstemming met vereisten uit het Burgerlijk Wetboek Boek 2, Titel 9.

6. Xxx Xxxxxxx Beheer draagt zorg voor effectieve communicatie met naburige bedrijven en gemeenten.

Artikel 16 Governance Xxx Xxxxxxx Xxxxxx

1. ZSPB verplicht zich als enig aandeelhouder van Xxx Xxxxxxx Beheer om de statuten van Xxx Xxxxxxx Beheer binnen 1 maand na ondertekening van deze Samenwerkingsovereenkomst zodanig te wijzigen dat het toezicht op het Project enkel overeenkomstig deze Samenwerkingsovereenkomst geschiedt.

2. De Provincie Zeeland doet voor zover nodig afstand van haar rechten met betrekking tot de benoeming van de leden van de Raad van Commissarissen van Xxx Xxxxxxx Beheer en zal voor zover nodig medewerking verlenen aan de wijziging van de statuten.

3. Voorafgaand aan de benoeming van de bestuurder(s) van Xxx Xxxxxxx Beheer door de algemene vergadering van Xxx Xxxxxxx Beheer, zal ZSPB aan het Bestuurlijk overleg vragen een persoon voor benoeming voor te dragen. ZSPB verplicht zich als enig aandeelhouder om de aldus voorgedragen persoon te benoemen als bestuurder van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx.

4. Voorafgaand aan schorsing of ontslag van de bestuurder(s) van Xxx Xxxxxxx Beheer door de algemene vergadering van Xxx Xxxxxxx Xxxxxx, heeft ZSPB daarvoor goedkeuring nodig van het Bestuurlijk overleg.

5. Indien het Bestuurlijk overleg op enig moment wenst dat een bestuurder wordt geschorst of ontslagen, dan zal het Bestuurlijk overleg dit bij ZSPB aangeven. ZSPB verplicht zich als enig aandeelhouder om vervolgens onverwijld tot schorsing respectievelijk ontslag van de desbetreffende bestuurder over te gaan. In deze situatie is het vierde lid van dit artikel niet van toepassing.

6. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx ontplooit alleen activiteiten die gericht zijn op de realisatie van het Project, tenzij het Bestuurlijk overleg voorafgaand aan het ontplooien van andere activiteiten hier expliciet mee instemt. Ook voor het starten van eventuele juridische procedures door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx is voorafgaand instemming nodig van het Bestuurlijk overleg.

Artikel 17 Stroomlijning Vergunningverlening, toezicht en handhaving

1. In lijn met het advies van de Commissie voor één saneringsvergunning, gecoördineerd gehandhaafd, zorgt Van Citters Beheer ervoor dat zij een aanvraag indient bij het bevoegd gezag voor de vergunning (revisievergunning) voor sanering in de periode dat het terrein fosforveilig is. Deze aanvraag dient uiterlijk twee maanden voordat het terrein fosforveilig is te worden ingediend, opdat het bevoegd gezag voldoende

tijd heeft om deze te kunnen beoordelen. Xxx Xxxxxxx Xxxxxx zal binnen drie maanden na ondertekening van de Samenwerkingsovereenkomst starten met de voorbereiding van de vergunningaanvraag.

2. Anticiperend op vergunning als genoemd in het eerste lid, stelt Xxx Xxxxxxx Beheer binnen drie maanden na ondertekening van deze Samenwerkingsovereenkomst een rapportage op waarin zij de actuele risico’s van de aanwezigheid en verwerking van fosfor op het voormalige Thermphos terrein voor de omwonenden in kaart brengt. De rapportage wordt toegestuurd aan het bevoegd gezag, dat zich zal laten adviseren door de betreffende BRZO Omgevingsdienst. Daarna zal de Inspectie Leefomgeving en Transport beoordelen of de risico’s voor de omwonenden afdoende in kaart zijn gebracht.

3. Het Rijk, de Provincie Zeeland en de partijen die verantwoordelijk zijn voor het toezicht en handhaving bij Van Citters Beheer richten een Coördinatie- overleg op om tot een eenduidige uitvoering van toezicht en handhaving te komen met behoud van ieders verantwoordelijkheden.

Paragraaf Slotbepalingen

Artikel 18 Publicatie in de Staatscourant

Na de ondertekening van de Samenwerkingsovereenkomst wordt de inhoud daarvan door het Rijk gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 19 Inwerkingtreding

1. De Samenwerkingsovereenkomst treedt in werking onder de opschortende voorwaarde dat deze – voor zover goedkeuring vereist is – wordt goedgekeurd door de Raad van Commissarissen van Zeeland Seaports en de aandeelhoudersvergadering van Zeeland Seaports, met dien verstande dat deze goedkeuringen gelden als een totstandkomingsvoorwaarde voor de Samenwerkingsovereenkomst.

2. Zeeland Seaports dient een voorstel tot goedkeuring, als bedoeld in het eerste lid, met spoed in bij de betreffende organen.

Artikel 20 Relatie met andere overeenkomsten

Door ondertekening van de Samenwerkingsovereenkomst beëindigen Provincie Zeeland en Zeeland Seaports hun overeenkomst d.d. 10 oktober 2014.

Artikel 21 Mededinging en aanbesteding

De toepassing en uitwerking van de Samenwerkingsovereenkomst en/of daaruit voortvloeiende maatregelen mogen niet strijdig zijn met Europese en/of nationale mededingings- en aanbestedingsregels.

Artikel 22 Staatssteun

1. De Financierende partijen verbinden zich alle benodigde stappen te zullen zetten om te bewerkstelligen dat hun financiële bijdragen voor de uitvoering van het Project conform deze Samenwerkingsovereenkomst aan Xxx Xxxxxxx Beheer uitgekeerd worden, in lijn met de toepasselijke regelgeving in het algemeen en het staatssteunrecht in het bijzonder.

2. De Financierende partijen bespreken daartoe met de Europese Commissie dat er noch met deze overeenkomst noch met de Financiële overeenkomst enige vorm van staatssteun wordt verleend. In het geval de Europese Commissie en/of een rechter vanwege staatssteunregels mocht oordelen dat de afspraken in deze Samenwerkingsovereenkomst en/of de Financiële overeenkomst als staatssteun kwalificeren en bovendien niet geoorloofd zijn, of indien handelingen in verband met die afspraken noodzakelijk zijn, dan zullen Partijen met elkaar overleggen over wijziging en/of aanvulling van de in deze Samenwerkingsovereenkomst en Financiële overeenkomst neergelegde afspraken, met als doel te voldoen aan het oordeel van de Europese Commissie of de uitspraak van een rechter, met zoveel mogelijk de instandhouding van de inhoud en geest van de in deze Samenwerkings- overeenkomst en de Financiële overeenkomst neergelegde afspraken.

3.

a. Mocht het in het tweede lid van dit artikel bedoelde overleg niet tot overeenstemming leiden dan wordt er door de Financierende partijen advies gevraagd aan een in te stellen adviescommissie. Deze zal gevraagd worden te adviseren op welke wijze de in de Samenwerkingsovereenkomst en Financiële overeenkomst neergelegde afspraken gewijzigd en/of aangevuld zouden kunnen worden, zodanig dat voldaan wordt aan alle staatssteunregels en alle andere van toepassing zijnde wettelijke regels, hierbij blijven de inhoud en geest van de in deze Samenwerkingsovereenkomst en de Financiële overeenkomst neergelegde afspraken zoveel mogelijk in stand.

b. Partijen beschouwen dit advies als zwaarwegend.

c. De in het vorige lid bedoelde adviescommissie wordt ingesteld door het Rijk, waarbij de andere Financierende partijen vooraf worden geconsulteerd over samenstelling en opdracht.

4. Mochten Financierende partijen ter zake van het tweede en derde lid van dit artikel bepaalde geen overeenstemming bereiken dan staat het elk van de Financierende partijen vrij om met voorbij gaan aan het Bestuurlijk overleg als bedoeld in artikel 24 van deze Samenwerkingsovereenkomst, deze Samenwerkingsovereenkomst te ontbinden dan wel van de rechter te verlangen dat de gevolgen van de Samenwerkingsovereenkomst worden gewijzigd teneinde tegemoet te komen aan de belangen van partijen gegeven het in dit artikel bedoelde besluit van de Europese Commissie of de uitspraak van de rechter aangaande staatssteun.

5. In het geval een besluit van de Europese Commissie of een uitspraak van de rechter met zich brengt dat een Partij die op basis van deze Samenwerkingsovereenkomst ongeoorloofde staatssteun heeft ontvangen dat terug dient te betalen, zullen Partijen er aan mee werken dat daaraan overeenkomstig de daarvoor geldende regels gevolg wordt gegeven.

Artikel 23 Looptijd

De Samenwerkingsovereenkomst eindigt op het moment dat Partijen hun rechten en plichten uit hoofde van de Samenwerkingsovereenkomst zijn nagekomen en het Bestuurlijk overleg, overeenkomstig artikel 6, rekening houdend met hetgeen bepaald in artikel 12, besluit dat het Project is uitgevoerd, of eerder met schriftelijke instemming van alle Partijen, waarbij deze instemming als bijlage bij de Samenwerkingsovereenkomst wordt gevoegd.

Artikel 24 Ontbinding

Ontbinding van deze overeenkomst is niet toegestaan behalve na instemming van het Bestuurlijk overleg.

Artikel 25 Bijlagen

1. De bijlagen maken integraal onderdeel uit van de Samenwerkings- overeenkomst.

2. Bij strijdigheid tussen het bepaalde in een bijlage en de Samenwerkings- overeenkomst, dan prevaleert de Samenwerkingsovereenkomst.

Artikel 26 Overige bepalingen

1. Rechtsgevolgen:

Rechtsgevolgen die voortvloeien uit de Samenwerkingsovereenkomst en die naar hun aard geacht worden door te werken of eventueel ontstaan na beëindiging van de Samenwerkingsovereenkomst, worden afgehandeld overeenkomstig de geest van de Samenwerkingsovereenkomst.

2. Publiekrechtelijke bevoegdheden Partijen:

Alle in de Samenwerkingsovereenkomst aangegane verplichtingen gelden binnen de beperkingen van de bevoegdheden van Partijen en laten hun publiekrechtelijke verantwoordelijkheden en de uitoefening van hun publiekrechtelijke bevoegdheden onverlet.

3. Geschillen:

a. Er is sprake van een geschil indien één van de Partijen daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere Partij(en), waarna de betrokken Partijen binnen twintig werkdagen na een zodanige melding eerst met elkaar in overleg treden om te bezien of in der minne een oplossing van het geschil kan worden gevonden. Partijen zullen zich hiervoor tot het uiterste inspannen. Elke Partij kan zich op eigen kosten door deskundigen doen bijstaan.

b. Indien één van de Partijen de wens daartoe kenbaar maakt, wordt het overleg als bedoeld in sub a, voorgezeten door een bij meerder- heid van stemmen in het Bestuurlijk overleg benoemde voorzitter.

c. Indien binnen twee maanden na melding van het geschil, zoals bedoeld in sub a, tussen de betrokken Partijen geen overeen- stemming is bereikt, staat het ieder van de betrokken Partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Middelburg, tenzij de betrokken Partijen een andere vorm van geschillen- beslechting overeenkomen.

d. Elke Partij draagt de eigen kosten, voortvloeiend uit de procedure beschreven in sub a tot en met sub c van dit derde lid. De kosten van de in sub b bedoelde voorzitter worden door elke Partij voor een gelijk deel gedragen.

4. Ongeldigheid:

Indien een bepaling van de Samenwerkingsovereenkomst als nietig, vernietigbaar, ongeldig, onwettig of anderszins als niet-bindend moet worden beschouwd, zal die bepaling, voor zover nodig, uit de Samenwerkingsovereenkomst worden verwijderd en worden vervangen door een bepaling die wél bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de niet-geldige bepaling zoveel als mogelijk benadert. Het overige deel

van de Samenwerkingsovereenkomst blijft in een dergelijke situatie ongewijzigd, tenzij dit redelijkerwijs niet mogelijk is.

5. Overmacht:

In geval van overmacht zullen Partijen zowel zelfstandig als in overleg zo spoedig mogelijk alle maatregelen treffen die redelijkerwijs mogelijk zijn om de nadelige gevolgen van het geval van overmacht te voorkomen dan wel te beperken; en zullen Partijen zo spoedig mogelijk in overleg treden over de verdere afwikkeling van de gevolgen van het geval van overmacht.

6. Opeenvolgende overeenkomsten:

Voor zover een overeenkomst die in het kader van de Samenwerkings- overeenkomst wordt gesloten, met de Samenwerkingsovereenkomst in strijd is, prevaleert de Samenwerkingsovereenkomst boven de overeen- komst, tenzij door Partijen nadrukkelijk en schriftelijk in de opvolgende overeenkomst anders wordt bepaald en alle Partijen bedoelde latere overeenkomst hebben ondertekend.

7. Geheimhouding:

Partijen verplichten zich om de door hen ingezette hulppersonen alle informatie geheim te laten houden die bedoeld is om geheim te blijven, tenzij Partijen op grond van een rechterlijke uitspraak of de wet tot openbaarmaking gehouden zijn. In geval een Partij meent dat openbaarmaking op grond van de wet verplicht is, worden de overige Partijen tijdig in kennis gesteld, zodanig tijdig dat zij nog tegen dit oordeel van die Partij kunnen protesteren. Protesten als bedoeld in de voorgaande volzin dienen schriftelijk per aangetekende brief te worden verzonden aan alle Partijen. In geval van een protest (dat óók per e-mail kan worden verzonden) zal uiteindelijk het Bestuurlijk overleg met eenparigheid van stemmen beslissen over de openbaarmaking, tenzij Partijen eerder (buiten het Bestuurlijk overleg) het geschil in der minne oplossen.

8. Geen personenvennootschap:

Met de Samenwerkingsovereenkomst beogen Partijen niet een vennootschap onder firma, maatschap of andere personenvennootschap aan te gaan. Toepasselijkheid van de desbetreffende wettelijke bepalingen wordt zoveel mogelijk uitgesloten.

Aldus overeengekomen en ondertekend,

……………………………………………. De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden

……………………………………………. De Gedeputeerde van de Provincie Zeeland

……………………………………………. De Chief Executive Officer van N.V. Zeeland Seaports, tevens bestuurder van Zeeland Seaports Beheer B.V.

……………………………………………. De bestuurder van Xxx Xxxxxxx Beheer B.V.

Bijlage 1 behorende bij de Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein 2018

Scope van het Project

De sanering wordt beschreven aan de hand van de vijf hoofddelen van de sanering zoals omschreven in het Plan van Aanpak ‘Sanering voormalig Thermphos Terrein’ (d.d. 31 maart 2017) opgesteld door Xxx Xxxxxxx Xxxxxx en gevalideerd door Fakton (rapportage

d.d. 19 juni 2017):

1) Fosfor veiligstellen

2) Reststoffen

3) Ontvlechting en sloop van installaties en gebouwen

4) Bodemsanering

5) Beheer en Onderhoud

Deelproject 1: Fosfor veiligstellen

Fosforveilig stellen van alle zich op het terrein bevindende gebouwen en installaties, inclusief de verwerking van de daarbij vrijkomende en de zich reeds op het terrein bevindende fosforhoudende stoffen. Hiervoor moeten de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd:

Veiligstellen ovens

Het ovenhuis, inclusief de ovens, wordt fosforveilig gesteld. Verder zijn in de ovens Kobalt- 60 meetbronnen ingebouwd. Deze worden uitgeboord, verwijderd en afgevoerd. De ovens zullen worden uitgeruimd.

Verwerking fosforslik/ fosforresten

- Het verwerken van fosfor en/of fosforhoudend materiaal (bijvoorbeeld fosforslik) In totaal was per 1 april 2017 circa 1250 ton slik verwerkt van de in totaal geschatte 3408 ton.

- Het verwerken van vaten met Epierre-slik. Op het terrein bevonden zich 1100 vaten met Epierre-slik. Per 1 april 2017 waren hiervan 207 vaten geleegd en verwerkt.

Cleaning

Het cleanen van installaties (vaten, leidingen, tanks) waar fosfor en/of fosforhoudend product in zit of in heeft gezeten. In en rond de installaties lopen diverse leidingen die besmet zijn met fosfor, fosforslik of fosforhoudende scaling. Deze leidingen worden gespoeld en gereinigd. Reiniging heeft voor 1 april 2017 plaatsgevonden op de fosforovengas (FOG) leiding, uitgezonderd de leiding naar de Sinterfabriek (2.040 meter leiding) en een 400 meter van de 3.400 meter FOG leiding in het Ovenhuis. Buiten de FOG leidingen om moeten alle andere leidingen nog worden gereinigd. Dit betreffen alle verpompleidingen in en van het Ovenhuis naar de diverse fabrieken en installaties en alle leidingen op de fosforopslagtanks. De totale lengte hiervan is circa 4.500 meter. Na cleaning van de leidingen dient daarop nog voor alle leidingen validatie plaats te vinden om fosforveilig predicaat te krijgen.

Op het terrein bevinden zich diverse tanks voor opslag van fosfor of fosforproducten. De Zuurtanks oostelijk van de Zuurfabrieken de fosfor-doseervaten in de Zuurfabriek zijn voor 1 april 2017 gecleaned en maken dus geen onderdeel meer uit van de scope. Alle overige op het terrein aanwezige fosforbesmette tanks dienen nog te worden aangepakt.

Majeure wijzigingen betreffen:

- Wijzigingen in de planning voor wat betreft verwerking fosforslik en cleaning.

- Wijzigingen met betrekking tot opslag en afvoer van de Kobalt-60 bronnen.

- Wijzigingen die gevolgen hebben voor veiligheidsrisico’s buiten het terrein.

Deelproject 2 – Rest- en afvalstoffen

Het op een veilige en verantwoorde wijze afvoeren van alle zich op het terrein bevindende rest- en afvalstoffen, inclusief nader te bepalen tijdens deelproject 3 (zie hierna) vrijgekomen stoffen, die niet zonder meer kunnen worden afgevoerd.

Er is sprake van diverse reststoffen. Het gaat hierbij om een breed spectrum aan materialen en herkomsten. Voor een deel zijn het grondstoffen die niet meer gebruikt kunnen worden en verkocht of afgevoerd kunnen worden, deels gaat het om fosfor en fosforzuur dat uit het proces van fosforslikverwerking komt en verkocht gaat worden, deels gaat het om afvalstoffen die zijn opgeslagen of bij de sanering vrijkomen en afgevoerd moeten worden. Inventarisatie van de reststoffen is opgenomen in het Plan van Aanpak.

Majeure wijzigingen betreffen:

- Wijzigingen in planning ten aanzien van afvoer van licht radioactief materiaal.

- Wijziging in omgang met gevaarlijke stoffen.

Deelproject 3 - Ontvlechting en sloop van installaties en gebouwen

Het op een veilige en verantwoorde wijze ontvlechten, ontmantelen en slopen van alle zich op het terrein bevindende installaties en gebouwen, inclusief fundaties, wegen en ondergrondse infra.

Partijen kunnen wanneer gewenst op dit punt de scope aanpassen, door te bepalen dat aangewezen gebouwen niet behoeven te worden gesaneerd, omdat deze bij de heruitgifte een nieuwe functie krijgen.

De volgende uitgangspunten gelden met betrekking tot de scope van het werk:

1. Funderingen, eventuele funderingspalen en ondergrondse infra die in eigendom is van VCB worden verwijderd tot 2 meter onder het maaiveld. Achterblijvende funderingspalen worden digitaal ingemeten. Dieperliggende leidingen worden gepropt en/of vol geschuimd.

2. Uitgangspunt is dat alle weginfrastructuur en verhardingen worden verwijderd, waarbij uit wordt gegaan van 15cm asfalt en 30cm slakfundering. Partijen zetten in op behoud van weginfrastructuur zover ten aanzien van heruitgifte mogelijk (= scopewijziging).

Deelproject 4 - Bodemsanering

Het saneren van de bodemverontreinigingen en het op een veilige en verantwoorde wijze behandelen en/of afvoeren van de daaruit vrijkomende verontreinigde grond en overige materialen.

Bekend is uit eerder uitgevoerde inventarisaties dat delen van het terrein te maken hebben met bodemverontreiniging. Omdat inventarisaties minimaal 10 jaar oud zijn, is momenteel de totale omvang van de bodemverontreiniging onbekend. De scope van de uit te voeren bodemsanering is dat voor het gehele terrein bedrijven met industriële categorie 5 zich hier kunnen vestigen en dat de bodemsanering tot dat niveau toereikend is.

Uit de eerdere bodemonderzoeken is het beeld gekomen dat voor ongeveer 25% van het terrein bodemsanering plaats zal moeten vinden, dit gaat om ongeveer 14 hectare. In het Plan van Xxxxxx is voor de kostenraming op basis van de beschikbare informatie uitgegaan van reiniging/sanering tot 20 cm onder maaiveld. Gezien de beperkte beschikbare informatie is dit een belangrijk aandachtspunt en zal de omvang van de bodemsanering in het verdere proces dienen te blijken.

Beheer en onderhoud

Binnen de scope valt tevens voor het veilig beheer van het terrein en de installaties, alsmede de taken die behoren bij het zijn van houder van de diverse Wabo- en Kernenergievergunningen.

In ieder geval niet binnen de scope

De activiteiten die betrekking hebben op de heruitgifte vallen buiten de scope van de samenwerkingsovereenkomst en worden derhalve hier genoemd:

- Inrichten van het niet-uitgeefbare terrein (infra, groen)

- Aankoop grond en sanering locatie Deltius

- Koelwaterinlaat verwijderen

- Slopen kade Pelt & Hooijkaas

- Aanleg kade

- Exploitatiekosten na sanering en acquisitiekosten (en daarop gerichte organisatie)

- Onderhoudskosten na sanering

Bijlage 2 behorende bij de Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein 2018

Project, geografische afbakening

Bijlage 3 behorende bij de Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein 2018

Format voor de rapportages van Xxx Xxxxxxx Beheer aan de Stuurgroep

Inhoudsopgave kwartaalrapportage:

1. Inleiding

1.1. Opdracht

Xxxxx beschrijving opdracht zodat minder ingevoerde lezer weet waar het over gaat zonder uitgebreide toelichting

1.2. Leeswijzer

Korte leeswijzer

1.3. Samenvatting en hoofdpunten verslagperiode

Samenvatting van de verslagperiode met een korte beschrijving van de belangrijkste punten en verwijzing naar de uitgebreide beschrijving in het rapport. Soort dashboard van grafieken die in 1 oogopslag een duidelijk beeld geven.

Vooruitkijkend punten opnemen waarover besluiten moeten worden genomen, bijvoorbeeld scope wijziging, extra geld, etc.

2. Het project in zijn omgeving

Korte beschrijving van zaken die niet direct met de praktische sanering van doen hebben.

2.1 Auditing en control

Beschrijving van de programma-beheersing, control/auditinformatie t.a.v. kwartaalrapportages en eventuele rapportages van audits of andere controlerapportages.

2.2 Vergunningen

Duidelijkheid over vergunningen en eventuele knelpunten of te voorziene aanvragen

2.3 Communicatie

Meldenswaardige zaken rond media aandacht, contact met de omgeving etc. Inclusief duiding daarvan. Is er draagvlak, zijn burgers bezorgd / tevreden etc.

3 De scope van het project

Duidelijkheid over scope van het project, wijzigingen in het verleden opnemen en de scope relateren aan het projectplan VCB

4 Voortgang en financiën van het totaalproject.

Op het niveau van het totaalproject telkens:

- inzicht in raming voorbije periode

- inzicht in werkelijke uitgaven voorbije periode

- toelichting op verschil tussen xxxxxx en werkelijke uitgaven.

- werkelijke uitgaven relateren aan prestaties zoals die in het projectplan waren opgenomen, of door scope-wijziging binnen het project zijn gehaald. (welk % van de opgave is behaald).

- raming toekomstige periode relateren aan werkzaamheden en projectplan VCB

- earned value

Deze informatie ook grafisch weergeven.

Aanbesteding

Monitoring risicoreserve:

Mutaties en onderbouwing risicoreserve

Kasritme:

- Verwacht kasritme toekomstige perioden van volledige project.

- Kasritme relateren aan liquiditeitspositie.

- Minimaal twee kwartalen vooruit zicht op wanneer er extra liquiditeit nodig is, dat expliciet maken.

5. Risicomanagement en auditing

5.1. Algemeen beeld en beheersing van risico’s

5.2.1 Benoemde risico’s: per thema

Aantal grote thema’s inventariseren en hier risico’s en beheersmaatregelen in clusteren. Wijzigingen hierin toelichten

5.2.2. Onbenoemde risico’s

Aangeven hoeveel de risicoreserve nog moet zijn vanwege onbekende risico’s. Dit relateren aan projectplan VCB en voortgang project.

5.2. Post Onvoorzien programma

Mutaties opnemen en onderbouwen.

5.3. Toprisico’s op programmaniveau

Top 3 risico’s proces Top 3 risico’s financieel

6. Voortgang en financien van de deelprojecten.

Op het niveau van de 7 deelprojecten:

- inzicht in raming voorbije periode,

- inzicht in werkelijke uitgaven voorbije periode,

- toelichting op verschil tussen xxxxxx en werkelijke uitgaven.

- werkelijke uitgaven relateren aan prestaties zoals die in het projectplan waren opgenomen, of door scope-wijziging binnen het project zijn gehaald. Afhankelijk van het deelproject hier een goede indicator aan koppelen (aantal vaten, ha. Grond, % fosfor etc.) en dit weer relateren aan de totaal opgave voor het project.

- raming toekomstige periode dit relateren aan werkzaamheden en relateren aan projectplan

Deze informatie ook grafisch weergeven.

Marktbenadering

- (inkoop), keuzecriteria

- Verantwoording aanbestedingsconformiteit

- Aannemer/adviseur

- Aanneemsom/kostendienst = Nieuw vast te stellen budget

- Verplichting aangegaan (datum en bedrag, plus eventuele financiële voorwaarde)

- Afname toets voor werk of product

- Betaald onder contract (%)

- Geleverd onder contract (%)

Bijlage 4 behorende bij de Samenwerkingsovereenkomst Sanering voormalig Thermphos terrein 2018

Financieel overzicht

Reeds ter beschikking gestelde budgetten door de Financierende partijen vanaf 1 april 2017 aan Xxx Xxxxxxx Beheer ten behoeve van de realisatie van het Project.

(in € mln)	0000	0000	0000	0000	Totaal
Provincie Zeeland	4,5	5,0			9,5
ZSPB	2,5	5,0			7,5
Rijk	0,0	6,2			6,2