Beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en Demos vzw 2017-2021
Beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en Demos vzw 2017-2021
Tussen
de Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering in de personen van de xxxx Xxxx Xxxx, Vlaams minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel en de xxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx, Vlaams minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport,
en
Demos vzw, gevestigd te 0000 Xxxxxxx, Sainctelettesquare 19, vertegenwoordigd door de xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxxx, voorzitter en de xxxx Xxxx Xxxx, directeur, hierna genoemd 'Demos'
wordt overeengekomen wat hierna volgt:
TITEL 1 ALGEMENE BEPALINGEN EN BELEIDSKADER
Artikel 1 Voorwerp
Deze beheersovereenkomst regelt de voorwaarden en de modaliteiten betreffende de subsidiëring van Demos door de Vlaamse Gemeenschap.
Artikel 2 Duur
De overeenkomst gaat in op 1 januari 2017, loopt tot en met 31 december 2021 en is hernieuwbaar. Artikel 3 Wettelijk en reglementair kader
Deze overeenkomst kadert in de uitvoering van artikelen 10, 11, 12 en 22 van het decreet van 18 januari 2008 houdende flankerende en stimulerende maatregelen ter bevordering van de participatie in cultuur, jeugdwerk en sport (Participatiedecreet), zoals gewijzigd, en hoofdstuk IV van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2008 betreffende de uitvoering van het Participatiedecreet, zoals gewijzigd.
CD0000061694
TITEL 2 VERPLICHTINGEN EN VERBINTENISSEN VAN DEMOS VZW
Artikel 4 Decretale opdrachten
1. Algemene opdracht
De opdracht van Demos kadert in de uitvoering van bovenvermeld Participatiedecreet, meer bepaald van artikel 10, 11, 12 en 22 betreffende de vernieuwing en verdieping van de participatie van kansengroepen:
"Om de verdieping en vernieuwing van de participatie van kansengroepen te realiseren, subsidieert de Vlaamse Regering een vereniging zonder winstoogmerk die, vertrekkend vanuit de leefwereld en het perspectief van kansengroepen, de participatie van deze groepen aan cultuur, jeugdwerk en sport versterkt. De vereniging heeft de volgende opdrachten:
1° op het niveau van visie en methodes, op verzoek, ondersteuning geven aan:
a) particuliere sociaal-artistieke en participatiebevorderende projecten voor kansengroepen in de cultuur-, jeugdwerk- en sportsector;
b) lokale trajecten in verband met cultuur-, jeugdwerk- en sportparticipatie;
c) de opmaak van een "afsprakennota vrijetijdsparticipatie" als vermeld in artikel 22;
d) de ontsluiting van goede praktijken, waaronder participatieprojecten als vermeld in artikel 19;
2° het tot stand brengen of mogelijk maken van:
a) samenwerkingsverbanden en netwerken waarin verschillende partners een inspanning leveren om de participatie van mensen in armoede mogelijk te maken;
c) concrete projecten voor kansengroepen;
3° het stimuleren en ontwikkelen van het maatschappelijke debat over de participatie van kansengroepen;
4° opzetten van een systeem van financiële tegemoetkomingen om financiële drempels voor participatie aan cultuur, jeugdwerk of sport weg te werken; Dergelijke financiële tegemoetkoming wordt toegekend:
a) voor de participatie aan cultuur, jeugdwerk of sport door personen in armoede die wonen in een gemeente waar geen lokaal netwerk als vermeld in artikel 22, aanwezig is;
b) voor de participatie aan een bovenlokaal cultuur-, jeugdwerk- of sportaanbod door personen in armoede."
2
2. Bijzondere opdrachten
A. Werking rond vrijwilligers: Demos zet in op de toegang van bijzondere doelgroepen tot het vrijwilligerswerk (dit in het kader van het Vlaams Gecoördineerd Vrijwilligersbeleid).
B. Werking rond vluchtelingen: Demos versterkt haar werking rond lokale vrijetijdsparticipatie van vluchtelingen.
Deze bijzondere opdrachten worden opgenomen binnen de uitwerking van de operationele doelstellingen in artikel 5.
3. Andere bijkomende opdrachten
Bijkomende opdrachten kunnen gedurende de looptijd van de beheersovereenkomst aan Demos worden opgedragen na gezamenlijk akkoord over de precieze opdrachtomschrijving en de bijhorende middelen voor realisatie. Deze opdrachten worden telkens vertaald in een addendum bij onderhavige overeenkomst.
Artikel 5 Strategische en operationele doelstellingen
Zoals bepaald in artikel 11 van het Participatiedecreet wordt de opdracht geconcretiseerd in strategische en operationele doelstellingen en worden er voor elke operationele doelstelling indicatoren opgesteld, die als referentiekader gelden voor de evaluatie van de doelstellingen. Ook voor het opzetten van een systeem voor financiële tegemoetkomingen, zoals vermeld in het decreet in artikel 10, eerste lid, 4°, worden dergelijke doelstellingen en indicatoren geformuleerd.
Onderstaande doelstellingen en indicatoren komen voort uit de subsidieaanvraag van Demos vzw voor de periode 2017-2021 en het overleg tussen de vzw en de betrokken kabinetten en administraties. Ze worden verder geconcretiseerd in een meerjarenplan. Het meerjarenplan wordt na goedkeuring als addendum bij deze beheersovereenkomst gevoegd.
Het strategisch beheer van Demos vzw stelt drie lange termijndoelen (strategische doelstellingen) voorop die verschillende operationele doelen (programma's) worden gerealiseerd.
Bij de uitvoering van de acties die voortvloeien uit de strategische en operationele doelstellingen streeft Demos steeds naar een zo groot mogelijke impact op een zo groot mogelijk aantal actoren. Demos deelt daarbij haar expertise met de intermediairen uit de Cultuur-, Jeugd- en Sportsector en verhoogt zodoende de expertise van deze.
SDI Door de sectoren cultuur, jeugd en sport te oriënteren op actuele maatschappelijke uitdagingen vergroot Demos hun impact.
Voor heel wat clubs, verenigingen of organisaties start werken aan participatie met het erkennen en opnemen van hun maatschappelijke rol. Demos oriënteert de sectoren cultuur, jeugdwerk en sport op actuele maatschappelijke uitdagingen en versterkt hen om hun impact te beschrijven en riefiniöron en doelstellingen te formuleren.
3
Deze doelstelling gaat verder dan het louter appelleren van sectororganisaties en beleid. In elke programmalijn brengt Demos professionals samen om maatschappelijke impact zichtbaar en valoriseerbaar te maken.
OP 1.1 Sport voor iedereen. - Binnen de doelstelling 'Sport voor iedereen' volgt Demos de bredere proces- en praktijkinnovatie op van sociaal-sportieve initiatieven en sportprojecten voor kansengroepen en bevordert de ontwikkeling van nieuwe kennis en vaardigheden binnen de
sportsector.
Demos vergroot de impact van gerichte beleidsinitiatieven door het faciliteren van gezamenlijke kennisopbouw, afstemming en samenwerking met (sector)actoren uit sport, jeugd, welzijn, inburgering en integratie.
In overleg met Sport Vlaanderen organiseert Demos minstens tweejaarlijks het strategisch werkmoment 'STUDIO SPORT'. (>2 in 2021)
- Vanuit elk werkmoment 'STUDIO SPORT' formuleert Demos een actieplan dat o.a.
activiteiten van kennisverspreiding, intervisie en vorming omvat. (>2 in 2021)
OP 1.2 Sociale verenigingsondersteuning in de sport - Binnen de doelstelling 'Sociale verenigingsondersteuning in de sport' onderzoekt Demos op sociaal-sportieve aspecten van sportverenigingen en -werkingen, met het oog op het versterken van sportprofessionals en -
vrijwilligers.
Demos versterkt sportclubs, -werkingen en -diensten via het valideren van de expertise van geprofessionaliseerde sociale sportverenigingen.
- Tegen 2018 is het beroepsprofiel en -praktijk van professionals in sociale sportpraktijken opgesteld/geactualiseerd, gedocumenteerd en ontsloten.
- Tegen 2021 zijn lokale en sectorale initiatieven rond sociale verenigingsondersteuning
gedocumenteerd, afgestemd en versterkt.
In overleg met Sport Vlaanderen vergroot Demos de impact van deze programmalijn via afstemming met het project 'ontwikkeling en toepassing van een sportverenigingsondersteuningsmodel voor de sportverenigingen in Vlaanderen'.
OP 1.3 Opgroeien in superdiversiteit - Binnen de doelstelling 'Opgroeien in superdiversiteit' oriënteert Demos van het Vlaams en lokale jeugdwerk(beleid) op superdiversiteit en op kinderen en jongeren in een kwetsbare positie. De klemtoon ligt daarbij op visieopbouw en methodiekontwikkeling binnen de
jeugdsector.
- Jaarlijks wordt 1 actie binnen deze doelstelling geformuleerd.
OP 1.4 Vrije tiid in & uit zorg. - Binnen de doelstelling 'In en uit zorg' ligt op de vrijetijdsparticipatie van kinderen en jongeren met een beperking en beleidsevoluties binnen de zorgsector.
- Demos organiseert in 2020 het trefmoment 'Ik ben 20 in 2020' rond vrijetijdsparticipatie van adolescenten met een beperking.
OP 1.5 Participatieve kunstpraktijken - Binnen de doelstelling 'Participatieve kunstpraktijken' legt Demos de focus op sociaalartistieke praktijken en participatieve methodieken binnen de kunsten en het lokale cultuurbeleid.
Demos organiseert jaarlijks een inhoud gedreven sectormoment.
OP 1.6 Cultuur & nabijheid - Binnen doelstelling 'Cultuur & nabijheid' oriënteert Demos het lokaal cultuurbeleid op een meer divers kansenbeleid en superdiversiteit.
Jaarlijks wordt 1 actie binnen deze doelstelling geformuleerd.
SD2 Door lokale, transversale samenwerking in cultuur, jeugd en sport stimuleert Demos experiment en sociale innovatie.
Op het lokale niveau (en bij uitbreiding intergemeentelijk of regionaal) worden zowel maatschappelijke problemen als hun oplossingen het snelst zichtbaar en concreet. Het is ook de uitgelezen schaal voor experiment en sociale innovatie.
Demos oriënteert lokale beleidsmakers, lokale diensten en cultuur-, jeugdwerk- en sportorganisaties op transversale samenwerking en stimuleert hen om beleid- en praktijkontwikkeling op te nemen in sectoroverschrijdende netwerkverbanden. In elke programmalijn brengt Demos professionals samen in nieuwe samenstellingen, gericht op experiment en innovatie.
OP 2.1 Demos informeert lokale besturen en sociale organisaties over de afsprakennota vrijetijdsparticipatie en de lokale netwerken. Demos biedt eerstelijnsondersteuning en lokale begeleidingen voor opstartende en reeds actieve lokale netwerken op het vlak van aanpak, visie en methodes.
Het aantal ondersteuningsvragen neemt tegen 2021 toe met 20%. (2016: 50/jaar)
- Tegen 2021 daalt het aantal steden en gemeenten zonder participatie-bevorderende maatregelen (participatiedecreet) met 30%. (2016: 85)
Tegen 2021 ondersteunt Demos minimaal 120 lokale netwerken voor vrijetijdsparticipatie voor mensen in armoede en dit in verschillende fases van hun werking.
OP 2.2 Demos zet in op praktijkontwikkeling, -innovatie en -uitwisseling via een vormingsaanbod, verdiepingstrajecten en/of intervisietrajecten.
Het aantal professionals dat deelneemt aan het aanbod en de trajecten neemt tegen 2021 toe met 40%. (2016: 258)
Kwaliteit van het aanbod en de trajecten wordt jaarlijks op eenzelfde manier geëvalueerd door de deelnemers.
OP 2.3 Demos biedt inspiratie aan bestaande en nieuwe lokale samenwerkingsverbanden en netwerken rond actuele maatschappelijke noden en stimuleert experiment.
- Jaarlijks worden 2 acties binnen deze doelstelling geformuleerd.
SD3 Demos versterkt toekomstige praktijkontwikkeling door participatief te werken binnen cultuur, jeugd en sport.
Ervaring leert dat best practices altijd participatief werken. Dat levert een goed begrip op van de context, de randvoorwaarden en de kritieke succesfactoren. Demos oriënteert initiatiefnemers en organisaties op participatieve methodes en werkvorming en versterkt hen om ermee aan de slag te
gaan.
In elke programmalijn zet Demos in op verder ontwikkelen van participatieve werkvormen en versterkt daarmee cultuur-, jeugdwerk- en sportorganisaties in hun toekomstige praktijkontwikkeling. Specifieke aandacht daarbij gaat naar het engageren en betrekken van vrijwilligers in maatschappelijk kwetsbare posities
Binnen deze doelstelling bundelt Demos haar werkzaamheden rond de decretale opdrachten 1° a en d en 2° c: Het tot stand brengen, ondersteunen en ontsluiten van particuliere projecten voor kansengroepen in cultuur, jeugdwerk en sport.
OP 3.1 Demos ontwikkelt een ondersteuningsaanbod dat zich ent op projectoproepen kansengroepen.
De kwaliteit en impact van aanbod en dienstverlening leidt tegen 2021 tot een 20% meer effectief uitgerolde of gehonoreerde projecten.
OP 3.2 Demos ondersteunt organisaties, verenigingen en -diensten in het ontwikkelen van participatiebevorderende initiatieven voor kansengroepen in de cultuur, jeugdwerk en sportsector.
Het aantal ondersteunings- en adviesvragen neemt tegen 2021 toe met 40%. (2016: 73)
OP 3.3 Demos ontwikkelt een inzetbaar instrumentarium voor praktijkwerkers en zet in op praktijkontwikkeling en -uitwisseling via een periodiek vormingsaanbod en intervisietrajecten.
Het aantal professionals dat deelneemt aan het aanbod en de trajecten neemt tegen 2021 toe met 110%. (2016: 60)
Kwaliteit van het aanbod en de trajecten wordt jaarlijks op eenzelfde manier geëvalueerd
door de deelnemers.
OP 3.4 Demos ontsluit participatiebevorderende initiatieven en stimuleert praktijkontwikkeling rond actuele maatschappelijke noden en experiment.
Jaarlijks worden 2 acties binnen deze doelstelling geformuleerd.
6
SD4 Demos verlaagt de financiële drempels voor participatie aan het bovenlokaal cultuur-, jeugdwerk- en sportaanbod door het opzetten van een Fonds Vrijetijdsparticipatie.
Met het Fonds Vrijetijdsparticipatie brengt Demos vzw werkzaamheden rond de decretale opdracht 4° a en b samen: het opzetten van een systeem van financiële tegemoetkomingen om financiële drempels voor participatie aan cultuur, jeugdwerk en sport die mensen in armoede ervaren weg te werken, en dit in gemeenten waar geen lokaal netwerk is, als voor een bovenlokaal cultuur-, jeugdwerk en sportaanbod.
OP 4.1 Dëmos vergroot het bovenlokaal cultuur-, jeugdwerk en sportaanbod en onderhandelt daartoe kortingen met verschillende vrijetijdsaanbieders uit zowel het commerciële als gesubsidieerde circuit.
Het totaal aan toelagen naar het bovenlokaal cultuur-, jeugdwerk en sportaanbod neemt tegen 2020 toe tot minimaal 300.000 euro.
De inspanningen voor deelname door mensen in armoede aan bovenlokale sportevents moet verhoogd worden, onder meer door ervoor te zorgen dat er een substantieel bovenlokaal sportaanbod beschikbaar is.
OP 4.2 Dëmos regelt financiële tussenkomsten, zodat de deelnameprijs voor vrijetijdsactiviteiten betaalbaarder wordt voor mensen in armoede. Deze regeling verloopt via de lidorganisaties van het Fonds Vrijetijdsparticipatie.
In 2017 wordt 50 % van de beschikbare toelage besteed aan vrijetijdsparticipatie aan cultuur, jeugdwerk en sport in gemeenten zonder lokaal netwerk. Dat percentage neemt gradueel af tot 0% op 1/1/2020.
OP 4.3 Dëmos hernieuwt de ledenwerking van het Fonds Vrijetijdsparticipatie en ontwikkelt een nieuw administratief systeem en website.
Tegen 2020 is het administratief systeem en website van het Fonds Vrijetijdsparticipatie vernieuwd.
- Tegen 2020 is de ledenwerking van het Fonds Vrijetijdsparticipatie vernieuwd in afgelijnde categorieën en bijhorende dienstverlening.
TITEL 3 MEERJARENPLAN 2017-2021
Artikel 6 Meerjarenplan
Artikel 4 van het decreet bepaalt dat de vereniging de beheersovereenkomst concretiseert in een meerjarenplan en dit ter goedkeuring voorlegt aan de administratie. Na goedkeuring door de bevoegde administraties wordt dit meerjarenplan als bijlage bij de beheersovereenkomst gevoegd.
TITEL 4 VERBINTENISSEN VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP
Artikel 7 Werkingssubsidie
7
§1. De werkingssubsidie wordt jaarlijks verleend voor de ondersteuning van de realisatie van de overeengekomen doelstellingen en kerntaken, verder uitgewerkt in het meerjarenplan, zoals vermeld in artikel 4 van het Participatiedecreet, en wordt toegekend onder voorwaarde van en binnen de perken van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap, zoals bepaald in artikel 5 van het
Participatiedecreet.
§2. De Vlaamse Gemeenschap kent aan Demos een jaarlijkse subsidie toe van 567.950,5 euro in het kader van het Participatiedecreet voor de inhoudelijke werking. Zoals bepaald in artikel 43 van het Participatiedecreet kan dit bedrag worden aangepast aan de ontwikkeling van de gezondheidsindex zoals berekend door de toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van het concurrentievermogen, bekrachtigd bij de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen. Voor het Fonds Vrijetijdsparticipatie wordt een bedrag van 415.824 euro toegekend onder voorwaarde van en binnen de perken van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap. Dit bedrag wordt jaarlijks verminderd met 80% van het trekkingsrecht die aan nieuw ingestapte lokale besturen wordt toegekend voor de ondersteuning van een lokaal netwerk vrijetijdsparticipatie zoals bedoeld in artikel 22 van het participatiedecreet. Minstens 300.000 euro van dit bedrag wordt ingezet voor tussenkomsten in vrijetijdsparticipatie van
mensen in armoede.
Vanaf 2017 krijgt Demos jaarlijks 50.000 euro vanuit het sportbeleid voor haar werking rond sport Vanaf 2018 krijgt Demos vzw jaarlijks 50.000 euro voor de versterking van de werking rond jeugd.
Vanaf 2018 wordt worden de enveloppes van het Fonds Vrijetijdsparticipatie en Demos samengevoegd.
Voor het fonds vrijetijdsparticipatie worden de tussenkomsten voor participaties aan lokaal aanbod stopgezet vanaf 2020 om zo de tussenkomsten voor het participaties aan bovenlokaal aanbod te versterken
Artikel 8 Reservevorming
Voor de aanleg van reserves gelden de bepalingen van artikel 5 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013 betreffende de algemene regels inzake subsidiëring. Artikel 5 § 3 van vermeld besluit bepaalt: Het gedeelte van de toegekende subsidie dat de kosten, vermeld in paragraaf 1 en 2, overschrijdt, mag worden aangewend voor de aanleg van reserves ten belope van maximaal 20
% van het subsidiebedrag. Mits motivering door de subsidiërende overheid kan in het besluit tot toekenning van de subsidie worden afgeweken van dat maximumpercentage. De totale gecumuleerde reserves kunnen maximaal 50% van het subsidiebedrag van de laatst gesubsidieerde werkingsperiode bedragen. Mits motivering door de subsidiërende overheid kan in het besluit tot toekenning van de subsidie worden afgeweken van dat maximumpercentage. Het subsidiebedrag wordt in voorkomend geval berekend op jaarbasis. De aangelegde reserves moeten worden opgenomen in de balans zoals
vermeld in artikel 11, § 1, 3°.
Artikel 9 Uitbetaling van de werkingssubsidie
Voor de uitbetaling van de subsidie gelden de bepalingen van artikel 15 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2008 betreffende de uitvoering van het Participatiedecree" —1 '
Artikel 14 Communicatie
Demos dient het zwartwitlogo 'Vlaanderen, verbeelding werkt' te gebruiken op alle externe communicatiemiddelen (publicaties, brochures, banners op evenementen ...). xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx/xxxx vlaamse overheid.aspx.
Art. 15 Aanpassing van de beheersovereenkomst
§1. De partijen verbinden zich ertoe de beheersovereenkomst te goeder trouw uit te voeren.
§2. Op initiatief van één van de partijen en na formeel akkoord van alle partijen kunnen bepalingen van deze overeenkomst aangepast worden. Deze wijzigingen worden neergeschreven in een addendum, die onlosmakelijk deel uitmaakt van onderhavige beheersovereenkomst.
§3. Beide partijen kunnen de overeenkomst verbreken mits voorafgaand overleg en mits inachtneming van een opzegtermijn van één jaar. De Vlaamse Gemeenschap kan de overeenkomst eenzijdig verbreken indien er zware overtredingen worden vastgesteld. Dergelijke overtredingen worden bij aangetekende brief betekend.
§4. Indien zich tijdens de duur van de overeenkomst ingrijpende wijzigingen voordoen, hetzij in de maatschappelijke omgeving waarin Demos actief is, hetzij in de beleidsopties en deze wijzigingen de opdracht van Xxxxx dermate veranderen dat deze veranderingen niet kunnen ingepast worden in de vigerende afspraken tussen de partijen, dan kan deze overeenkomst op vraag van één van de ondertekenende partijen opnieuw onderhandeld worden.
Opgemaakt te Brussel in twee exemplaren of2 ^ MEI 2017 2!ke partij erkent een exemplaar te hebben ontvangen.
Xxxxx Xxxxxxxxx Voorzitter van Demos vzw
Xxxx Xxxx
Directeur Demos vzw
Xxxx Xxxx
Vlaams minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel
Xxxxxxxx Xxxxxxx
Vlaams minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport
10
De jaarlijkse werkingssubsidie wordt, behoudens andere bepalingen in het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap, als volgt door de Vlaamse Gemeenschap beschikbaar gesteld:
1° twee zesmaandelijkse voorschotten van 45% van het subsidiebedrag dat voor dat werkingsjaar is toegekend, uitbetaald;
2° het saldo van 10% van het subsidiebedrag wordt vóór 1 juli van het volgende jaar uitbetaald, en dit na controle op de naleving van de subsidievoorwaarden en na aanvaarding van de verantwoordingsstukken door de Vlaamse Gemeenschap.
TITEL 5 TOEZICHT OP DE UITVOERING VAN DE TAKEN VIA OPVOLGING, RAPPORTERING EN CONTROLE
Artikel 10 Voortgangsrapportage
Met het oog op controle van deze beheersovereenkomst en op de aanwending van de middelen die de Vlaamse Gemeenschap beschikbaar stelt dient Demos jaarlijks en uiterlijk op 1 april een voortgangsrapport in.
Het voortgangsrapport biedt een terugblik op het voorbije jaar en een vooruitblik op het lopende jaar en bestaat, zoals bepaald in artikel 14 van het besluit, minimaal uit:
1° een werkingsverslag en een financieel verslag van het voorbije jaar; samen met het financieel verslag wordt een verslag ingediend van een bedrijfsrevisor die lid is van het Instituut der Bedrijfsrevisoren, of van een externe accountant die geen andere opdrachten vervult voor de vereniging;
2° een jaarplan en begroting voor het komende jaar, waarin per concrete actie een beoogd resultaat wordt vermeld met opgave van een of meer resultaatsindicatoren, alsook de manier waarop de bereikte resultaten geëvalueerd zullen worden ten aanzien van de vooropgestelde doelstellingen.
Artikel 11 Toezicht en opvolging door de betrokken overheid
§1. Jaarlijks, na ontvangst van het voortgangsrapport vermeld in artikel 10 van deze overeenkomst, vindt een overleg plaats tussen een afvaardiging van Demos en de administratie over de uitvoering van de overeenkomst.
Op vraag van één partij kan een tussentijds overleg plaatsvinden tussen vertegenwoordigers van beide partijen met het oog op eventuele bijsturing in volgend jaarplan.
§2. Xxxxx verbindt er zich toe om op elk moment buiten de opgelegde rapporteringsdatum en rapporteringsverplichtingen de administratie te informeren over dreigende afwijkingen t.o.v. de lopende beheersovereenkomst en de begroting.
TITEL 5 SLOTBEPALINGEN
9