Aanbestedingsreglement Werken 2016
Aanbestedingsreglement Werken 2016
Reglement voor het aanbesteden van opdrachten voor werken en aan werken gerelateerde leveringen en diensten
Staatscourant
Inhoudsopgave
Leeswijzer 3
1 Algemene bepalingen 5
2 Openbare procedure 11
3 Niet-openbare procedure 57
4 Concurrentiegerichte dialoog 108
5 Mededingingsprocedure met onderhandeling 155
6 Onderhandelingsprocedure zonder aankondiging 209
7 Meervoudig onderhandse procedure 251
8 Procedure van het innovatiepartnerschap 276
9 Xxxxxxxxxxxxxxxx met een enkele ondernemer 327
10 Raamovereenkomst met meerdere ondernemers 330
11 Procedure voor sociale en andere specifieke diensten 340
12 Openbare prijsvraag 350
13 Niet-openbare prijsvraag 372
14 Instelling van en toelating tot een dynamisch aankoopsysteem 399
15 Plaatsen van opdrachten binnen een dynamisch aankoopsysteem 425
16 Concessieprocedure 446
17 Wijziging van opdrachten 449
Modellen 454
Algemene toelichting 458
Artikelsgewijze toelichting 467
Algemeen
Het Aanbestedingsreglement Werken 2016 (ARW 2016) beschrijft de procedures voor het aanbesteden van opdrachten voor werken. Op grond van de Aanbestedingswet 2012 en het Aanbestedingsbesluit is een aanbestedende dienst verplicht om het ARW 2016 toe te passen voor overheidsopdrachten voor werken onder de Europese drempelwaarden volgens het 'pas toe of leg uit'-principe. Dit geldt alleen voor aanbestedende diensten in de zin van de Aanbestedingswet en niet voor andere aanbesteders (zie ook paragraaf 4.3 van de algemene toelichting). Aanbestedende diensten zijn vrij om het ARW 2016 te gebruiken bij opdrachten voor opdrachten voor leveringen en diensten. Aanbestedende diensten zijn bovendien vrij om het ARW 2016 te gebruiken bij opdrachten boven de Europese drempelwaarden.
Voor opdrachten boven de Europese drempelwaarden geldt vanaf 1 juli 2017 de verplichting bij om de gehele procedure digitaal te laten verlopen. Voor die datum kan de aanbesteder afwijken van de bepaling in het eerste lid van de artikelen 2.2, 3.2, 4.2, 5.2, 6.2, 8.2, 9.3,
10.3, 12.2, 13.2, 14.2 en 15.2, zonder verplichting om deze afwijking te motiveren in de aanbestedingsstukken.
Deel I Aanbestedingsreglement
Deel I van het ARW 2016 bevat het eigenlijke reglement. Elke aanbestedingsprocedure is geheel uitgeschreven en kan onafhankelijk van de andere procedures worden geraadpleegd. De procedures zijn opgemaakt in kolommen waarin de artikelnummers, de artikelteksten voor de Europese aanbesteding en de artikelteksten voor de nationale aanbesteding zijn opgenomen. Indien zowel in de Europese als de nationale kolom tekst is opgenomen, is deze tekst gelijkluidend. Indien een artikel geldt voor alleen de Europese of alleen de nationale aanbesteding, vermeldt het artikel: ‘bij de Europese aanbesteding’ respectievelijk
‘bij de nationale aanbesteding’. Door de gehanteerde methode is elke procedure, zonder verwijzing over en weer, leesbaar door alle artikelen in één kolom te volgen. De verschillen tussen de Europese en nationale procedure worden in een oogopslag duidelijk door het ontbreken of verspringen van artikelen van gelijke strekking in één van beide kolommen. Relevante voorschriften uit de Gids Proportionaliteit zijn in de kantlijn bij de betreffende artikelen aangeduid met 'GP' gevolgd door het nummer van het voorschrift.
Deel II Modellen
In deel II zijn enkele modellen opgenomen. Het gaat om het model voor de ‘Verklaring omtrent rechtmatigheid inschrijving' (model K) en om voorbeeld modellen voor het inschrijvingsbiljet (model G) en het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen (model H). Er is voor gekozen om de formulieraanduiding (G, H, K) van het ARW 2012 te handhaven. In het ARW 2016 zijn geen aankondigingsformulieren opgenomen. Deze formulieren zijn te benaderen via het elektronisch systeem voor aanbestedingen.
Deel III Algemene toelichting
In deel III is een algemene toelichting opgenomen waarin wordt ingegaan op het juridisch kader en de opzet van het ARW 2016 en waarin de verschillende aanbestedingsprocedures en enkele inhoudelijke thema's worden toegelicht.
Deel IV Artikelsgewijze toelichting
In deel IV is een toelichting op het gebruik van en de overwegingen bij de artikelen opgenomen. De toelichting is opgezet per onderwerp, waarbij een verwijzing is opgenomen naar de van toepassing zijnde artikelen in de verschillende procedures. Klik in de elektronische versie van dit document op de artikelnummers om van tekst naar toelichting te gaan en vice versa.
Deel I
Aanbestedingsreglement
Europese aanbesteding Nationale aanbesteding
1 Algemene bepalingen 1 Algemene bepalingen
1.1 Aanduidingen, begripsbepalingen 1.1 Aanduidingen, begripsbepalingen
1.1.1 Dit reglement verstaat onder:
a. aanbesteder: degene die voornemens is een opdracht te verlenen;
b. aanbestedingsstukken: alle stukken die door de aanbesteder worden opgesteld of vermeld ter omschrijving of bepaling van onderdelen van de aanbesteding of de procedure;
c. concessieopdracht voor diensten: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer dienstverleners en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op het verlenen van andere diensten dan die welke vallen onder opdrachten voor werken, en waarvoor de tegenprestatie bestaat uit hetzij uitsluitend het recht de dienst die het voorwerp van de overeenkomst vormt, te exploiteren, hetzij uit dit recht en een betaling;
d. concessieopdracht voor werken: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer aannemers en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op:
1. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken die betrekking hebben op een in bijlage I van richtlijn 2014/23/EU aangewezen activiteit, of
2. een werk dan wel het verwezenlijken, met welke middelen dan ook, van een werk dat voldoet aan de eisen van de aanbesteder die een beslissende invloed uitoefenen op het soort werk of op het ontwerp van het werk, waarvoor de tegenprestatie bestaat uit hetzij uitsluitend het recht het werk
1.1.1 Dit reglement verstaat onder:
a. aanbesteder: degene die voornemens is een opdracht te verlenen;
b. aanbestedingsstukken: alle stukken die door de aanbesteder worden opgesteld of vermeld ter omschrijving of bepaling van onderdelen van de aanbesteding of de procedure;
c. concessieopdracht voor diensten: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer dienstverleners en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op het verlenen van andere diensten dan die welke vallen onder opdrachten voor werken, en waarvoor de tegenprestatie bestaat uit hetzij uitsluitend het recht de dienst die het voorwerp van de overeenkomst vormt, te exploiteren, hetzij uit dit recht en een betaling;
d. concessieopdracht voor werken: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer aannemers en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op:
1. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken die betrekking hebben op een in bijlage I van richtlijn 2014/23/EU aangewezen activiteit, of
2. een werk dan wel het verwezenlijken, met welke middelen dan ook, van een werk dat voldoet aan de eisen van de aanbesteder die een beslissende invloed uitoefenen op het soort werk of op het ontwerp van het werk, waarvoor de tegenprestatie bestaat uit hetzij uitsluitend het recht het werk
dat het voorwerp van de opdracht vormt, te exploiteren, hetzij uit dit recht en een betaling;
e. conformiteitsbeoordelingsinstantie: een instantie die conformiteitsbeoordelingsactiviteiten verricht en die geaccrediteerd is overeenkomstig verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 339/93 (PbEU 2008, L 218);
f. eigen verklaring: de verklaring als bedoeld in artikel 2.84, van de Aanbestedingswet;
g. elektronisch middel: een middel waarbij gebruik wordt gemaakt van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking (met inbegrip van digitale compressie) en gegevensopslag, alsmede van verspreiding, overbrenging en ontvangst door middel van draden, straalverbindingen, optische middelen of andere elektromagnetische middelen;
h. elektronisch systeem voor aanbestedingen: TenderNed (xxx.xxxxxxxxx.xx);
i. elektronische veiling: een zich herhalend elektronisch proces voor de presentatie van nieuwe, verlaagde prijzen of van nieuwe waarden voor bepaalde elementen van de inschrijvingen, dat plaatsvindt na de eerste volledige beoordeling van de inschrijvingen en dat klassering op basis van automatische beoordelingsmethoden mogelijk maakt;
j. Europese aanbesteding: een aanbesteding voor het verlenen van opdrachten als bedoeld in hoofdstuk 2.1 van de Aanbestedingswet;
k. gedragsverklaring aanbesteden: de verklaring als bedoeld in artikel 4.1 van de Aanbestedingswet;
l. gegadigde: een ondernemer die heeft verzocht om een uitnodiging, of is uitgenodigd, om deel te nemen aan een niet-openbare procedure, een procedure van de concurrentiegerichte dialoog, een mededingingsprocedure met onderhandeling, een onderhandelingsprocedure zonder aankondiging, een procedure van het innovatiepartnerschap of een concessieprocedure ;
x. xxxxxxxxxxxxxxxxxx: de keuze van de aanbesteder voor de ondernemer aan wie hij voornemens is de opdracht te verlenen of de keuze om geen opdracht te verlenen;
n. inschrijver: een ondernemer die een inschrijving heeft ingediend;
o. keurmerk: document, certificaat of getuigschrift dat bevestigt dat een werk, product, dienst, proces of procedure aan bepaalde eisen voldoet;
p. keurmerkeis: de voorschriften waaraan een product, dienst, proces of procedure moet voldoen om een keurmerk te verkrijgen;
x. xxxxxxxxxxxxx: een op het internet gepubliceerde beschrijving van de aanbesteder en zijn inkoopbeleid;
x. xxxxxxxxxxxx: alle opeenvolgende of onderling verbonden stadia in het bestaan van een product of werk of bij het verlenen van een dienst;
dat het voorwerp van de opdracht vormt, te exploiteren, hetzij uit dit recht en een betaling;
e. conformiteitsbeoordelingsinstantie: een instantie die conformiteitsbeoordelingsactiviteiten verricht en die geaccrediteerd is overeenkomstig verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 339/93 (PbEU 2008, L 218);
f. eigen verklaring: de verklaring als bedoeld in artikel 2.84, van de Aanbestedingswet;
g. elektronisch middel: een middel waarbij gebruik wordt gemaakt van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking (met inbegrip van digitale compressie) en gegevensopslag, alsmede van verspreiding, overbrenging en ontvangst door middel van draden, straalverbindingen, optische middelen of andere elektromagnetische middelen;
h. elektronisch systeem voor aanbestedingen: TenderNed (xxx.xxxxxxxxx.xx);
i. elektronische veiling: een zich herhalend elektronisch proces voor de presentatie van nieuwe, verlaagde prijzen of van nieuwe waarden voor bepaalde elementen van de inschrijvingen, dat plaatsvindt na de eerste volledige beoordeling van de inschrijvingen en dat klassering op basis van automatische beoordelingsmethoden mogelijk maakt;
j. Europese aanbesteding: een aanbesteding voor het verlenen van opdrachten als bedoeld in hoofdstuk 2.1 van de Aanbestedingswet;
k. gedragsverklaring aanbesteden: de verklaring als bedoeld in artikel 4.1 van de Aanbestedingswet;
l. gegadigde: een ondernemer die heeft verzocht om een uitnodiging, of is uitgenodigd, om deel te nemen aan een niet-openbare procedure, een procedure van de concurrentiegerichte dialoog, een mededingingsprocedure met onderhandeling, een onderhandelingsprocedure zonder aankondiging, een procedure van het innovatiepartnerschap of een concessieprocedure ;
x. xxxxxxxxxxxxxxxxxx: de keuze van de aanbesteder voor de ondernemer aan wie hij voornemens is de opdracht te verlenen of de keuze om geen opdracht te verlenen;
n. inschrijver: een ondernemer die een inschrijving heeft ingediend;
o. keurmerk: document, certificaat of getuigschrift dat bevestigt dat een werk, product, dienst, proces of procedure aan bepaalde eisen voldoet;
p. keurmerkeis: de voorschriften waaraan een product, dienst, proces of procedure moet voldoen om een keurmerk te verkrijgen;
x. xxxxxxxxxxxxx: een op het internet gepubliceerde beschrijving van de aanbesteder en zijn inkoopbeleid;
x. xxxxxxxxxxxx: alle opeenvolgende of onderling verbonden stadia in het bestaan van een product of werk of bij het verlenen van een dienst;
s. lidstaat: een lidstaat van de Europese Unie of een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
t. nationale aanbesteding: een aanbesteding voor het verlenen van opdrachten met een geraamde waarde beneden de in afdeling 2.1.1 van de Aanbestedingswet bedoelde waarden;
u. norm: een door een erkende normalisatie-instelling vastgestelde technische specificatie voor herhaalde of voortdurende toepassing, waarvan de naleving niet verplicht is en die tot een van de volgende categorieën behoort:
1. internationale norm: een door een internationale normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
2. Europese norm: een door een Europese normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
3. nationale norm: een door een nationale normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
v. opdracht: een opdracht voor werken, een opdracht voor leveringen of een opdracht voor diensten of een raamovereenkomst;
w. opdracht voor werken: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer ondernemers en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op:
1. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken die betrekking hebben op een van de in bijlage II van richtlijn 2014/24/EU bedoelde activiteiten,
2. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van een werk, of
3. het laten uitvoeren met welke middelen dan ook van een werk dat voldoet aan de eisen van de aanbesteder die een beslissende invloed uitoefent op het soort werk of het ontwerp van het werk;
x. opdracht voor leveringen: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbesteders en betrekking heeft op:
1. de aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten, of
2. de levering van producten die slechts zijdelings betrekking heeft op werkzaamheden voor het aanbrengen en installeren van die levering;
y. opdracht voor diensten: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbesteders en die en betrekking heeft op het verlenen van andere diensten dan die welke vallen onder opdracht voor werken:
z. schriftelijk: elk uit woorden of cijfers bestaand geheel dat kan worden gelezen, kan worden gereproduceerd en vervolgens medegedeeld, daaronder begrepen met elektronische middelen overgebrachte of opgeslagen informatie;
aa. werk: het product van een geheel van bouwkundige of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te
s. lidstaat: een lidstaat van de Europese Unie of een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
t. nationale aanbesteding: een aanbesteding voor het verlenen van opdrachten met een geraamde waarde beneden de in afdeling 2.1.1 van de Aanbestedingswet bedoelde waarden;
u. norm: een door een erkende normalisatie-instelling vastgestelde technische specificatie voor herhaalde of voortdurende toepassing, waarvan de naleving niet verplicht is en die tot een van de volgende categorieën behoort:
1. internationale norm: een door een internationale normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
2. Europese norm: een door een Europese normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
3. nationale norm: een door een nationale normalisatie-instelling vastgestelde norm die ter beschikking van het publiek wordt gesteld;
v. opdracht: een opdracht voor werken, een opdracht voor leveringen of een opdracht voor diensten of een raamovereenkomst;
w. opdracht voor werken: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen een of meer ondernemers en een of meer aanbesteders en die betrekking heeft op:
1. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken die betrekking hebben op een van de in bijlage II van richtlijn 2014/24/EU bedoelde activiteiten,
2. de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van een werk, of
3. het laten uitvoeren met welke middelen dan ook van een werk dat voldoet aan de eisen van de aanbesteder die een beslissende invloed uitoefent op het soort werk of het ontwerp van het werk;
x. opdracht voor leveringen: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbesteders en betrekking heeft op:
1. de aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten, of
2. de levering van producten die slechts zijdelings betrekking heeft op werkzaamheden voor het aanbrengen en installeren van die levering;
y. opdracht voor diensten: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel die is gesloten tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbesteders en die en betrekking heeft op het verlenen van andere diensten dan die welke vallen onder opdracht voor werken:
z. schriftelijk: elk uit woorden of cijfers bestaand geheel dat kan worden gelezen, kan worden gereproduceerd en vervolgens medegedeeld, daaronder begrepen met elektronische middelen overgebrachte of opgeslagen informatie;
aa. werk: het product van een geheel van bouwkundige of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te
vervullen. vervullen.
1.2 Termijnen 1.2 Termijnen
1.2.1 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder dag: kalenderdag. 1.2.1 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder dag: kalenderdag.
1.2.2 Indien een in dit reglement in dagen genoemde termijn ingaat op het ogenblik waarop een gebeurtenis of handeling plaatsvindt, wordt de dag waarop deze gebeurtenis of handeling plaatsvindt niet in deze termijn begrepen.
1.2.2 Indien een in dit reglement in dagen genoemde termijn ingaat op het ogenblik waarop een gebeurtenis of handeling plaatsvindt, wordt de dag waarop deze gebeurtenis of handeling plaatsvindt niet in deze termijn begrepen.
1.2.3 Een in dit reglement genoemde termijn gaat in bij de aanvang van het eerste uur van de eerste dag ervan en eindigt bij het einde van het laatste uur van de laatste dag daarvan.
1.2.3 Een in dit reglement genoemde termijn gaat in bij de aanvang van het eerste uur van de eerste dag ervan en eindigt bij het einde van het laatste uur van de laatste dag daarvan.
1.2.4 Indien de laatste dag van een in dit reglement genoemde termijn op een algemeen in Nederland erkende of in voorkomend geval ter plaatse van het werk erkende, of door de Nederlandse overheid dan wel bij of krachtens een voor de aanbesteder van belang zijnde Nederlandse collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- of feestdag, vakantiedag of andere niet-individuele vrije dag valt, eindigt de termijn bij het einde van het laatste uur van de eerstvolgende werkdag.
1.2.4 Indien de laatste dag van een in dit reglement genoemde termijn op een algemeen in Nederland erkende of in voorkomend geval ter plaatse van het werk erkende, of door de Nederlandse overheid dan wel bij of krachtens een voor de aanbesteder van belang zijnde Nederlandse collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- of feestdag, vakantiedag of andere niet-individuele vrije dag valt, eindigt de termijn bij het einde van het laatste uur van de eerstvolgende werkdag.
1.2.5 Indien een termijn eindigt op de datum van indiening van inschrijvingen, ontwerpen, verzoeken tot deelneming of verzoeken tot toelating wordt daarmee gedoeld op de uiterste datum van indiening.
1.2.5 Indien een termijn eindigt op de datum van indiening van inschrijvingen, ontwerpen, verzoeken tot deelneming of verzoeken tot toelating wordt daarmee gedoeld op de uiterste datum van indiening.
1.3 Toepasselijkheid 1.3 Toepasselijkheid
1.3.1 Indien een aanbestedingsprocedure volgens dit reglement zal geschieden, wordt dit in de aankondiging, of, indien geen aankondiging plaatsvindt, in de uitnodiging vermeld.
1.3.1 Indien een aanbestedingsprocedure volgens dit reglement zal geschieden, wordt dit in de aankondiging, of, indien geen aankondiging plaatsvindt, in de uitnodiging vermeld.
1.3.2
EU
Bij de Europese aanbesteding vermeldt de aanbesteder tevens:
a. dat hij kiest voor een Europese aanbesteding, en
b. welke wijze van aanbesteding als bedoeld in artikel 1.4.1 hij toepast.
1.3.3
NL
Bij de nationale aanbesteding vermeldt de aanbesteder tevens:
a. dat hij kiest voor een nationale aanbesteding, en
b. welke wijze van aanbesteding als bedoeld in artikel 1.4.2 hij toepast.
1.3.4 De aanbesteder kan voor het verlenen van opdrachten die voldoen aan de omschrijving voor de nationale aanbesteding kiezen voor het toepassen van de Europese aanbesteding.
1.3.4 De aanbesteder kan voor het verlenen van opdrachten die voldoen aan de omschrijving voor de nationale aanbesteding kiezen voor het toepassen van de Europese aanbesteding.
1.3.5 Indien een bepaling van dit reglement uitdrukkelijk verwijst naar hetzij de Europese, hetzij de nationale aanbesteding, is de bepaling alleen in die aanbesteding van toepassing. Indien een uitdrukkelijke verwijzing ontbreekt, is de betreffende bepaling van toepassing bij zowel de Europese als de nationale aanbesteding.
1.3.5 Indien een bepaling van dit reglement uitdrukkelijk verwijst naar hetzij de Europese, hetzij de nationale aanbesteding, is de bepaling alleen in die aanbesteding van toepassing. Indien een uitdrukkelijke verwijzing ontbreekt, is de betreffende bepaling van toepassing bij zowel de Europese als de nationale aanbesteding.
1.3.6 Indien toepassing is gegeven aan artikel 1.3.1, wordt degene die tegenover de aanbesteder blijk heeft gegeven dat hij deelneemt aan de aanbestedingsprocedure geacht te hebben ingestemd met de toepasselijkheid van dit reglement.
1.3.6 Indien toepassing is gegeven aan artikel 1.3.1, wordt degene die tegenover de aanbesteder blijk heeft gegeven dat hij deelneemt aan de aanbestedingsprocedure geacht te hebben ingestemd met de toepasselijkheid van dit reglement.
1.3.7 Op een aanbesteding die volgens dit reglement geschiedt, is het Nederlandse recht van toepassing.
1.3.7 Op een aanbesteding die volgens dit reglement geschiedt, is het Nederlandse recht van toepassing.
1.4 Wijze van aanbesteding 1.4 Wijze van aanbesteding
1.4.1
EU
GP3.4A
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteding van een opdracht plaatsvinden door middel van een van de volgende procedures:
a. openbare procedure;
b. niet-openbare procedure;
c. concurrentiegerichte dialoog;
d. mededingingsprocedure met onderhandeling;
e. onderhandelingsprocedure zonder aankondiging;
f. procedure van het innovatiepartnerschap;
g. procedure voor xxxxxxxxxxxxxxxxxx met een enkele ondernemer;
h. procedure voor raamovereenkomsten met meerdere ondernemers;
i. procedure voor sociale en andere specifieke diensten;
j. openbare prijsvraag;
k. niet-openbare prijsvraag;
l. procedures voor het instellen van, toelaten tot en plaatsen van opdrachten binnen een dynamisch aankoopsysteem.
m. concessieprocedure.
1.4.2
NL
GP3.4A
Bij de nationale aanbesteding kan de aanbesteding van een opdracht plaatsvinden door middel van een van de volgende procedures:
a. openbare procedure;
b. niet-openbare procedure;
c. concurrentiegerichte dialoog;
d. mededingingsprocedure met onderhandeling;
e. onderhandelingsprocedure zonder aankondiging;
f. meervoudig onderhandse procedure;
g. procedure van het innovatiepartnerschap;
h. procedure voor xxxxxxxxxxxxxxxxxx met een enkele ondernemer;
i. procedure voor raamovereenkomsten met meerdere ondernemers;
j. procedure voor sociale en andere specifieke diensten;
k. procedures voor het instellen van, toelaten tot en plaatsen van opdrachten binnen een dynamisch aankoopsysteem.
l. concessieprocedure.
1.4.3 De aanbesteder documenteert het verloop van de aanbestedingsprocedure, opdat hij de genomen beslissingen in alle stadia van die procedure kan motiveren. De bedoelde gegevens worden gedurende ten minste 3 jaar na de beëindiging van de aanbestedingsprocedure bewaard.
1.4.3 De aanbesteder documenteert het verloop van de aanbestedingsprocedure, opdat hij de genomen beslissingen in alle stadia van die procedure kan motiveren. De bedoelde gegevens worden gedurende ten minste 3 jaar na de beëindiging van de aanbestedingsprocedure bewaard.
1.4.4 Onverminderd het in dit reglement bepaalde maakt de aanbesteder informatie die hem door een ondernemer als vertrouwelijk is verstrekt niet openbaar. Onverminderd het in dit reglement bepaalde maakt de aanbesteder geen informatie openbaar uit aanbestedingsstukken of andere documenten die de aanbesteder heeft opgesteld in verband met de aanbestedingsprocedure, indien die informatie kan worden gebruikt om de mededinging te vervalsen.
1.4.4 Onverminderd het in dit reglement bepaalde maakt de aanbesteder informatie die hem door een ondernemer als vertrouwelijk is verstrekt niet openbaar. Onverminderd het in dit reglement bepaalde maakt de aanbesteder geen informatie openbaar uit aanbestedingsstukken of andere documenten die de aanbesteder heeft opgesteld in verband met de aanbestedingsprocedure, indien die informatie kan worden gebruikt om de mededinging te vervalsen.
1.5 Slotbepaling 1.5 Slotbepaling
1.5.1 Dit reglement wordt aangehaald als Aanbestedingsreglement Werken 2016. 1.5.1 Dit reglement wordt aangehaald als Aanbestedingsreglement Werken 2016.
2 Openbare procedure 2 Openbare procedure
2.1 Omschrijving 2.1 Omschrijving
2.1.1 Een aanbesteding volgens de openbare procedure is een aanbesteding waarbij alle ondernemers naar aanleiding van een aankondiging mogen inschrijven.
2.1.1 Een aanbesteding volgens de openbare procedure is een aanbesteding waarbij alle ondernemers naar aanleiding van een aankondiging mogen inschrijven.
2.2 Communicatiemiddelen 2.2 Communicatiemiddelen
2.2.1
EU
Bij de Europese aanbesteding vindt de communicatie en informatie-uitwisseling tussen de aanbesteder en ondernemers plaats met behulp van elektronische middelen.
2.2.2 Mondelinge communicatie tussen de aanbesteder en een ondernemer kan worden gebruikt voor andere mededelingen dan die betreffende de essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure, mits de inhoud van de mondelinge communicatie voldoende gedocumenteerd wordt. Essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure omvatten de aanbestedingsstukken en inschrijvingen. De aanbesteder documenteert de mondelinge communicatie met inschrijvers die van grote invloed kan zijn op de inhoud en beoordeling van de inschrijvingen, voldoende en met passende middelen.
2.2.2 Mondelinge communicatie tussen de aanbesteder en een ondernemer kan worden gebruikt voor andere mededelingen dan die betreffende de essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure, mits de inhoud van de mondelinge communicatie voldoende gedocumenteerd wordt. Essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure omvatten de aanbestedingsstukken en inschrijvingen. De aanbesteder documenteert de mondelinge communicatie met inschrijvers die van grote invloed kan zijn op de inhoud en beoordeling van de inschrijvingen, voldoende en met passende middelen.
2.3 Vooraankondiging
2.3.1
EU 2.3.2
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder een vooraankondiging bekendmaken.
Bij de Europese aanbesteding gebruikt de aanbesteder voor de vooraankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Vooraankondiging.
2.3.3
EU
Bij de Europese aanbesteding zendt de aanbesteder de vooraankondiging naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen of maakt de vooraankondiging bekend via een kopersprofiel. Voorafgaand aan een bekendmaking via een kopersprofiel zendt de aanbesteder een kennisgeving daarvan naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor de kennisgeving het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel. De vooraankondiging op het kopersprofiel bevat de verzenddatum van de kennisgeving.
2.3.4
EU
Een kopersprofiel als bedoeld in artikel 2.3.3 is bij de Europese aanbesteding langs elektronische weg toegankelijk en kan informatie bevatten inzake vooraankondigingen, lopende aanbestedingsprocedures, voorgenomen aankopen, gegunde opdrachten, geannuleerde procedures en nuttige algemene informatie, zoals een contactpunt, een telefoon- en faxnummer, een postadres en een e- mailadres. Een vooraankondiging op het kopersprofiel bevat de informatie die is opgenomen in het formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel.
2.3.5
EU
Bij de Europese aanbesteding moet de aanbesteder de verzenddatum van het formulier Bekendmaking van de vooraankondiging of het formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel kunnen aantonen. Dit kan met behulp van de bevestiging van ontvangst van de Europese Commissie.
2.3.6
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de vooraankondiging of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de vooraankondiging die naar de Europese Commissie is verzonden of via een kopersprofiel is bekendgemaakt en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie dan wel de datum van de bekendmaking op het kopersprofiel. De aanbesteder publiceert de vooraankondiging of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder niet binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de vooraankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
2.3.7
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder de vooraankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
2.3.8
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de rectificatie of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de kennisgeving die naar de Europese Commissie is verzonden of via een kopersprofiel is bekendgemaakt en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie dan wel de datum van de bekendmaking op het kopersprofiel. De aanbesteder publiceert de rectificatie of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de aankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
2.4 Aankondiging 2.4 Aankondiging
2.4.1 De aanbesteder maakt een aankondiging bekend. 2.4.1 De aanbesteder maakt een aankondiging bekend.
2.4.2 De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een opdracht.
2.4.2 De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een opdracht.
2.4.3
EU
Bij de Europese aanbesteding zendt de aanbesteder de aankondiging naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen door in dit systeem te kiezen voor een Europese procedure.
2.4.4
EU
Bij de Europese aanbesteding moet de aanbesteder de verzenddatum van het formulier Aankondiging van een opdracht kunnen aantonen. Dit kan met behulp van de bevestiging van ontvangst van de Europese Commissie.
2.4.5
NL
Bij de nationale aanbesteding maakt de aanbesteder de aankondiging bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen door in dit systeem te kiezen voor een nationale procedure.
2.4.6
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de aankondiging of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, dan bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de aankondiging die naar de Europese Commissie is gezonden en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie. De aanbesteder publiceert de aankondiging en de inhoud ervan niet vóór de datum waarop zij via het elektronische systeem voor aanbesteden naar de Europese Commissie is verzonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de
bevestiging van ontvangst van de aankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
2.4.7 De aanbesteder kan de aankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
2.4.7 De aanbesteder kan de aankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
2.4.8
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de rectificatie of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de kennisgeving die naar de Europese Commissie is verzonden en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie. De aanbesteder publiceert de kennisgeving of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de rectificatie is geïnformeerd over de bekendmaking.
2.4.9
EU
Bij de Europese aanbesteding biedt de aanbesteder, tenzij één van de gevallen als bedoeld in artikel 2.8.3 van toepassing is, met elektronische middelen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang tot de aanbestedingsstukken vanaf de datum van bekendmaking van de aankondiging, voor zover deze stukken beschikbaar zijn. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging het internetadres waar de aanbestedingsstukken toegankelijk zijn.
2.5 Geschiktheidseisen in de aankondiging 2.5 Geschiktheidseisen in de aankondiging
2.5.1 De aanbesteder kan, na gebruik van de onlinedatabank van certificaten e-Certis, geschiktheidseisen stellen aan de ondernemers. De aanbesteder stelt uitsluitend geschiktheidseisen die kunnen garanderen dat de ondernemers over de juridische capaciteiten, financiële middelen en de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid beschikken om de opdracht uit te voeren.
2.5.1 De aanbesteder kan, na gebruik van de onlinedatabank van certificaten e-Certis, geschiktheidseisen stellen aan de ondernemers. De aanbesteder stelt uitsluitend geschiktheidseisen die kunnen garanderen dat de ondernemers over de juridische capaciteiten, financiële middelen en de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid beschikken om de opdracht uit te voeren.
2.5.2
GP3.5B GP3.5H
Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt inzake draagkracht en bekwaamheden als bedoeld in de artikelen 2.15 tot en met 2.19, houden deze verband met en staan ze in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder vermeldt deze geschiktheidseisen in de aankondiging. Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt, hebben deze eisen geen betrekking op de hoogte van de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, tenzij de aanbesteder dit met zwaarwegende argumenten motiveert in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In dat geval is die eis niet hoger dan:
a. driemaal de geraamde waarde van de opdracht,
b. indien de opdracht in percelen is verdeeld, driemaal de waarde van een
2.5.2
GP3.5B GP3.5H
Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt inzake draagkracht en bekwaamheden als bedoeld in de artikelen 2.15 tot en met 2.19, houden deze verband met en staan ze in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder vermeldt deze geschiktheidseisen in de aankondiging. Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt, hebben deze eisen geen betrekking op de hoogte van de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, tenzij de aanbesteder dit met zwaarwegende argumenten motiveert in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In dat geval is die eis niet hoger dan:
a. driemaal de geraamde waarde van de opdracht,
b. indien de opdracht in percelen is verdeeld, driemaal de waarde van een
perceel of een cluster van percelen dat gelijktijdig moet worden uitgevoerd,
c. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft, driemaal de waarde van de specifieke opdrachten, die gelijktijdig moeten worden uitgevoerd, of
d. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft waarvan de waarde van de specifieke opdrachten niet bekend is, driemaal de waarde van de raamovereenkomst.
perceel of een cluster van percelen dat gelijktijdig moet worden uitgevoerd,
c. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft, driemaal de waarde van de specifieke opdrachten, die gelijktijdig moeten worden uitgevoerd, of
d. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft waarvan de waarde van de specifieke opdrachten niet bekend is, driemaal de waarde van de raamovereenkomst.
2.5.3 De aanbesteder kan geschiktheidseisen stellen die betrekking hebben op gegevens uit jaarrekeningen, bijvoorbeeld de ratio tussen passiva en activa. Deze gegevens mogen in aanmerking worden genomen indien de aanbesteder in de aankondiging opgave doet van de hiervoor te gebruiken methoden en criteria. Deze methoden en criteria moeten transparant, objectief en niet-discriminerend zijn.
2.5.3 De aanbesteder kan geschiktheidseisen stellen die betrekking hebben op gegevens uit jaarrekeningen, bijvoorbeeld de ratio tussen passiva en activa. Deze gegevens mogen in aanmerking worden genomen indien de aanbesteder in de aankondiging opgave doet van de hiervoor te gebruiken methoden en criteria. Deze methoden en criteria moeten transparant, objectief en niet-discriminerend zijn.
2.6 Gunningscriteria in de aankondiging 2.6 Gunningscriteria in de aankondiging
2.6.1 De aanbesteder gunt een opdracht op grond van de naar het oordeel van de aanbesteder economisch meest voordelige inschrijving. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging dat hij de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de:
a. beste prijs-kwaliteitverhouding,
b. laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, of
c. laagste prijs.
De aanbesteder kan bij de beste prijs-kwaliteitverhouding de kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, betrekken.
2.6.1 De aanbesteder gunt een opdracht op grond van de naar het oordeel van de aanbesteder economisch meest voordelige inschrijving. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging dat hij de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de:
a. beste prijs-kwaliteitverhouding,
b. laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, of
c. laagste prijs.
De aanbesteder kan bij de beste prijs-kwaliteitverhouding de kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, betrekken.
2.6.2 Indien de aanbesteder het criterium ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ toepast, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke nadere criteria hij stelt met het oog op de toepassing van dit criterium. Deze nadere criteria houden verband met en staan in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht en kunnen onder meer betreffen:
a. kwaliteit, waaronder technische verdienste;
b. esthetische en functionele kenmerken;
c. toegankelijkheid;
d. geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers;
e. sociale, milieu- en innovatieve kenmerken;
f. de handel en de voorwaarden waaronder deze plaatsvindt;
g. de organisatie, de kwalificatie en de ervaring van het personeel voor de uitvoering van de opdracht, wanneer de kwaliteit van dat personeel een aanzienlijke invloed kan hebben op het niveau van de uitvoering van de opdracht;
h. klantenservice en technische bijstand;
2.6.2 Indien de aanbesteder het criterium ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ toepast, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke nadere criteria hij stelt met het oog op de toepassing van dit criterium. Deze nadere criteria houden verband met en staan in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht en kunnen onder meer betreffen:
a. kwaliteit, waaronder technische verdienste;
b. esthetische en functionele kenmerken;
c. toegankelijkheid;
d. geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers;
e. sociale, milieu- en innovatieve kenmerken;
f. de handel en de voorwaarden waaronder deze plaatsvindt;
g. de organisatie, de kwalificatie en de ervaring van het personeel voor de uitvoering van de opdracht, wanneer de kwaliteit van dat personeel een aanzienlijke invloed kan hebben op het niveau van de uitvoering van de opdracht;
h. klantenservice en technische bijstand;
i. leveringsvoorwaarden, zoals leveringsdatum, leveringswijze, leveringsperiode of termijn voor voltooiing.
i. leveringsvoorwaarden, zoals leveringsdatum, leveringswijze, leveringsperiode of termijn voor voltooiing.
2.6.3 Nadere criteria worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.6.3 Nadere criteria worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.6.4 De aanbesteder specificeert in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding. Dit gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
2.6.4 De aanbesteder specificeert in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding. Dit gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
2.6.5 Indien volgens de aanbesteder om objectieve redenen geen weging mogelijk is, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de nadere criteria in afnemende volgorde van belang.
2.6.5 Indien volgens de aanbesteder om objectieve redenen geen weging mogelijk is, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de nadere criteria in afnemende volgorde van belang.
2.6.6 Levenscycluskosten hebben betrekking op de volgende kosten gedurende de levenscyclus van een product, dienst of werk:
a. kosten gedragen door de aanbesteder of andere gebruikers, zoals kosten in verband met de verwerving, gebruikskosten, onderhoudskosten en kosten volgend uit het einde van de levenscyclus;
b. kosten toegerekend aan externe milieueffecten, die verband houden met het product, de dienst of het werk gedurende de levenscyclus, mits hun geldwaarde kan worden bepaald en gecontroleerd.
2.6.6 Levenscycluskosten hebben betrekking op de volgende kosten gedurende de levenscyclus van een product, dienst of werk:
a. kosten gedragen door de aanbesteder of andere gebruikers, zoals kosten in verband met de verwerving, gebruikskosten, onderhoudskosten en kosten volgend uit het einde van de levenscyclus;
b. kosten toegerekend aan externe milieueffecten, die verband houden met het product, de dienst of het werk gedurende de levenscyclus, mits hun geldwaarde kan worden bepaald en gecontroleerd.
2.6.7 Indien de aanbesteder de kosten aan de hand van de levenscycluskosten raamt, vermeldt hij in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken:
a. de door de inschrijvers te verstrekken gegevens, en
b. de methoden die de aanbesteder zal gebruiken om de levenscycluskosten op basis van deze gegevens te bepalen.
2.6.7 Indien de aanbesteder de kosten aan de hand van de levenscycluskosten raamt, vermeldt hij in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken:
a. de door de inschrijvers te verstrekken gegevens, en
b. de methoden die de aanbesteder zal gebruiken om de levenscycluskosten op basis van deze gegevens te bepalen.
2.6.8 De methode die wordt gebruikt voor de raming van de aan externe milieueffecten toegerekende kosten voldoet aan de volgende voorwaarden:
a. zij is gebaseerd op objectief controleerbare en niet-discriminerende criteria,
b. zij is toegankelijk voor alle betrokken partijen, en
c. de vereiste gegevens kunnen met een redelijke inspanning worden verstrekt
2.6.8 De methode die wordt gebruikt voor de raming van de aan externe milieueffecten toegerekende kosten voldoet aan de volgende voorwaarden:
a. zij is gebaseerd op objectief controleerbare en niet-discriminerende criteria,
b. zij is toegankelijk voor alle betrokken partijen, en
c. de vereiste gegevens kunnen met een redelijke inspanning worden verstrekt
door normaal zorgvuldige ondernemers, met inbegrip van ondernemers uit derde landen die partij zijn bij de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten (PbEG L 1994, 336) of andere internationale overeenkomsten waaraan de Europese Unie gebonden is.
door normaal zorgvuldige ondernemers, met inbegrip van ondernemers uit derde landen die partij zijn bij de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten (PbEG L 1994, 336) of andere internationale overeenkomsten waaraan de Europese Unie gebonden is.
2.6.9 Indien een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de levenscycluskosten verplicht is op grond van een bindende EU-rechtshandeling, genoemd in bijlage XIII van richtlijn 2014/24/EU, wordt die gemeenschappelijke methode toegepast voor de raming van de levenscycluskosten.
2.6.9 Indien een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de levenscycluskosten verplicht is op grond van een bindende EU-rechtshandeling, genoemd in bijlage XIII van richtlijn 2014/24/EU, wordt die gemeenschappelijke methode toegepast voor de raming van de levenscycluskosten.
2.6.10 De aanbesteder die de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de laagste kosten of de laagste prijs, motiveert de toepassing van dat criterium in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. Het toepassen van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de laagste kosten en de laagste prijs is niet toegestaan ten aanzien van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorieën aanbestedende diensten en soorten opdrachten.
2.6.10 De aanbesteder die de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de laagste kosten of de laagste prijs, motiveert de toepassing van dat criterium in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. Het toepassen van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de laagste kosten en de laagste prijs is niet toegestaan ten aanzien van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorieën aanbestedende diensten en soorten opdrachten.
2.6.11 Gunningscriteria waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen aan de gunningscriteria voldoen.
2.6.11 Gunningscriteria waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen aan de gunningscriteria voldoen.
2.7 Opdrachtvoorwaarden in de aankondiging 2.7 Opdrachtvoorwaarden in de aankondiging
2.7.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging of hij de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehoudt aan:
a. sociale werkplaatsen,
b. ondernemers die de maatschappelijke en professionele integratie van gehandicapten of kansarmen tot hoofddoel hebben, of
c. ondernemers die de uitvoering ervan voorbehouden in het kader van programma’s voor beschermde arbeid,
mits ten minste 30% van de werknemers van deze werkplaatsen, ondernemingen of programma’s gehandicapte of kansarme werknemers zijn.
2.7.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging of hij de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehoudt aan:
a. sociale werkplaatsen,
b. ondernemers die de maatschappelijke en professionele integratie van gehandicapten of kansarmen tot hoofddoel hebben, of
c. ondernemers die de uitvoering ervan voorbehouden in het kader van programma’s voor beschermde arbeid,
mits ten minste 30% van de werknemers van deze werkplaatsen, ondernemingen of programma’s gehandicapte of kansarme werknemers zijn.
2.7.2 Als de opdracht diensten betreft die vallen onder de CPV-codes, genoemd in artikel 77, eerste lid, van richtlijn 2014/24/EU, kan de aanbesteder de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehouden aan een organisatie die voldoet aan de onderstaande voorwaarden, mits de aanbesteder dit vermeldt in de aankondiging:
a. haar doel is het vervullen van een taak van algemeen belang die verband houdt met de betreffende diensten,
b. winsten worden opnieuw geïnvesteerd met het oogmerk het doel van de organisatie te behartigen of worden uitgekeerd of herverdeeld en uitkering
2.7.2 Als de opdracht diensten betreft die vallen onder de CPV-codes, genoemd in artikel 77, eerste lid, van richtlijn 2014/24/EU, kan de aanbesteder de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehouden aan een organisatie die voldoet aan de onderstaande voorwaarden, mits de aanbesteder dit vermeldt in de aankondiging:
a. haar doel is het vervullen van een taak van algemeen belang die verband houdt met de betreffende diensten,
b. winsten worden opnieuw geïnvesteerd met het oogmerk het doel van de organisatie te behartigen of worden uitgekeerd of herverdeeld en uitkering
of herverdeling van winsten geschiedt op grond van participatieve overwegingen,
c. de beheers- of eigendomsstructuren van de organisatie die de opdracht uitvoert, zijn gebaseerd op werknemersaandeelhouderschap of beginselen van participatie of vergen de actieve participatie van werknemers, gebruikers of belanghebbenden, en
d. door de aanbesteder is uit hoofde van dit artikel in de 3 jaar voor de gunningsbeslissing aan de organisatie geen opdracht verleend voor de diensten in de te verlenen opdracht.
De looptijd van een overeenkomst, verleend overeenkomstig dit artikel, is niet langer dan 3 jaar.
of herverdeling van winsten geschiedt op grond van participatieve overwegingen,
c. de beheers- of eigendomsstructuren van de organisatie die de opdracht uitvoert, zijn gebaseerd op werknemersaandeelhouderschap of beginselen van participatie of vergen de actieve participatie van werknemers, gebruikers of belanghebbenden, en
d. door de aanbesteder is uit hoofde van dit artikel in de 3 jaar voor de gunningsbeslissing aan de organisatie geen opdracht verleend voor de diensten in de te verlenen opdracht.
De looptijd van een overeenkomst, verleend overeenkomstig dit artikel, is niet langer dan 3 jaar.
2.7.3
EU
Bij de Europese aanbesteding geeft de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan bij welk orgaan ondernemers informatie kunnen verkrijgen over verplichtingen ten aanzien van de bepalingen inzake belastingen, milieubescherming, arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden die gelden in Nederland of, indien de verrichtingen buiten Nederland worden uitgevoerd, die gelden in het gebied of de plaats waar de verrichtingen worden uitgevoerd en die gedurende de uitvoering van de opdracht op die verrichtingen van toepassing zullen zijn.
2.7.4
EU
Bij de Europese aanbesteding verzoekt de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de inschrijvers aan te geven dat zij bij het opstellen van hun inschrijving rekening hebben gehouden met de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van:
a. het recht van de Europese Unie,
b. het nationale recht,
c. collectieve arbeidsovereenkomsten, en
d. uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht.
2.8 Bepalingen over elektronische middelen in de aankondiging 2.8 Bepalingen over elektronische middelen in de aankondiging
2.8.1
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt omdat er sprake is van een geval als bedoeld in artikel 2.8.3, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat deze stukken na een verzoek daartoe zullen worden toegezonden per post of via een andere geschikte vervoerder, eventueel in combinatie met verzending langs elektronische weg. De aanbesteder stelt deze stukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
2.8.2 De aanbesteder kan aan een ondernemer eisen stellen die tot doel hebben de vertrouwelijke aard van de informatie die de aanbesteder gedurende de
2.8.2 De aanbesteder kan aan een ondernemer eisen stellen die tot doel hebben de vertrouwelijke aard van de informatie die de aanbesteder gedurende de
aanbestedingsprocedure beschikbaar stelt, te beschermen. Indien de aanbesteder in dit geval geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke eisen hij ter bescherming van het vertrouwelijke karakter van de informatie stelt en hoe toegang kan worden verkregen tot de betreffende aanbestedingsstukken. De aanbesteder stelt de betreffende aanbestedingsstukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
aanbestedingsprocedure beschikbaar stelt, te beschermen. Indien de aanbesteder in dit geval geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke eisen hij ter bescherming van het vertrouwelijke karakter van de informatie stelt en hoe toegang kan worden verkregen tot de betreffende aanbestedingsstukken. De aanbesteder stelt de betreffende aanbestedingsstukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
2.8.3
EU
Bij de Europese aanbesteding kunnen andere dan elektronische middelen worden gebruikt in de volgende gevallen:
a. wegens de gespecialiseerde aard van de aanbesteding zijn voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen niet algemeen beschikbare gespecialiseerde instrumenten, middelen of bestandsformaten nodig;
b. de applicaties voor ondersteuning van de bestandsformaten die geschikt zijn voor de omschrijving van de inschrijvingen gebruiken bestandsformaten die niet door andere open of algemeen beschikbare toepassingen kunnen worden verwerkt, of zijn onderworpen aan een eigendomsgebonden licentieregeling en kunnen niet door de aanbesteder als downloads of gebruik op afstand beschikbaar worden gesteld;
c. voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen is gespecialiseerde kantoorapparatuur nodig waarover de aanbesteder niet beschikt;
d. voor de inschrijving is de indiening vereist van fysieke of schaalmodellen die niet langs elektronische weg kunnen worden verzonden.
2.8.4 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, vermeldt de aanbesteder dit in de aankondiging.
2.8.4 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, vermeldt de aanbesteder dit in de aankondiging.
2.9 Overige bepalingen in de aankondiging 2.9 Overige bepalingen in de aankondiging
2.9.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging:
a. of inschrijvingen kunnen worden ingediend voor één of meer percelen,
b. of hij zich de mogelijkheid voorbehoudt om een combinatie van percelen of alle percelen aan dezelfde inschrijver te gunnen; de aanbesteder vermeldt daarbij welke percelen of groepen van percelen kunnen worden gecombineerd, en
c. het maximum aantal percelen per inschrijver indien hij het aantal aan één inschrijver te gunnen percelen wil beperken; de aanbesteder vermeldt daarbij de objectieve en niet-discriminerende regels die hij zal toepassen om te bepalen welke percelen zullen worden gegund indien de toepassing van de gunningscriteria er toe zou leiden dat meer percelen dan het maximum aantal aan dezelfde inschrijver gegund zou worden.
2.9.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging:
a. of inschrijvingen kunnen worden ingediend voor één of meer percelen,
b. of hij zich de mogelijkheid voorbehoudt om een combinatie van percelen of alle percelen aan dezelfde inschrijver te gunnen; de aanbesteder vermeldt daarbij welke percelen of groepen van percelen kunnen worden gecombineerd, en
c. het maximum aantal percelen per inschrijver indien hij het aantal aan één inschrijver te gunnen percelen wil beperken; de aanbesteder vermeldt daarbij de objectieve en niet-discriminerende regels die hij zal toepassen om te bepalen welke percelen zullen worden gegund indien de toepassing van de gunningscriteria er toe zou leiden dat meer percelen dan het maximum aantal aan dezelfde inschrijver gegund zou worden.
2.9.2 De aanbesteder motiveert in voorkomend geval in de aankondiging:
a. de beslissing van de aanbesteder om een opdracht niet in percelen op te delen, en
b. de beslissing van de aanbesteder om opdrachten samen te voegen.
2.9.2 De aanbesteder motiveert in voorkomend geval in de aankondiging:
a. de beslissing van de aanbesteder om een opdracht niet in percelen op te delen, en
b. de beslissing van de aanbesteder om opdrachten samen te voegen.
2.9.3 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat de opdracht uitsluitend verleend wordt aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 van toepassing is;
b. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of hij de opdracht uitsluitend wil gunnen aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in 2.13.7 van toepassing is.
2.9.3 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat de opdracht uitsluitend verleend wordt aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 van toepassing is;
b. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of hij de opdracht uitsluitend wil gunnen aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in 2.13.7 van toepassing is.
2.9.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan of hij varianten toestaat of verlangt en vermeldt in voorkomend geval de informatie als bedoeld in artikel 2.28.3.
2.9.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan of hij varianten toestaat of verlangt en vermeldt in voorkomend geval de informatie als bedoeld in artikel 2.28.3.
2.10 Technische specificaties 2.10 Technische specificaties
2.10.1 De aanbesteder neemt in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de technische specificaties op, waarin de door hem voor de opdracht voorgeschreven kenmerken zijn opgenomen. De technische specificaties bieden de ondernemers gelijke toegang en leiden niet tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van opdrachten voor mededinging.
2.10.1 De aanbesteder neemt in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de technische specificaties op, waarin de door hem voor de opdracht voorgeschreven kenmerken zijn opgenomen. De technische specificaties bieden de ondernemers gelijke toegang en leiden niet tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van opdrachten voor mededinging.
2.10.2 De in artikel 2.10.1 bedoelde kenmerken houden verband met het voorwerp van de opdracht en staan in redelijke verhouding tot de waarde en de doelstellingen van die opdracht.
2.10.2 De in artikel 2.10.1 bedoelde kenmerken houden verband met het voorwerp van de opdracht en staan in redelijke verhouding tot de waarde en de doelstellingen van die opdracht.
2.10.3 Voor de toepassing van artikel 2.10.2 geldt dat de bedoelde kenmerken in ieder geval verband houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.10.3 Voor de toepassing van artikel 2.10.2 geldt dat de bedoelde kenmerken in ieder geval verband houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.10.4 De aanbesteder formuleert de technische specificaties:
a. door verwijzing naar
technische specificaties en, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen waarin Europese normen zijn omgezet,
– Europese technische beoordelingen,
– gemeenschappelijke technische specificaties,
– internationale normen,
– andere door de Europese normalisatie-instellingen opgestelde technische referentiesystemen,
of, bij ontstentenis daarvan, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen,
– nationale technische goedkeuringen dan wel – nationale technische specificaties inzake het ontwerpen, het berekenen en het uitvoeren van werken en het gebruik van leveringen,
waarbij iedere verwijzing vergezeld gaat van de woorden 'of gelijkwaardig',
b. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen, die milieukenmerken kunnen bevatten, waarbij de eisen zodanig nauwkeurig zijn bepaald dat de ondernemers het voorwerp van de opdracht kunnen bepalen en de aanbesteder de opdracht kan verlenen,
c. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b, waarbij onder vermoeden van overeenstemming met deze prestatie-eisen en functionele eisen wordt verwezen naar de specificaties als bedoeld onder a, of
d. door verwijzing naar de specificaties als bedoeld onder a voor bepaalde kenmerken, en verwijzing naar de prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b voor andere kenmerken.
2.10.4 De aanbesteder formuleert de technische specificaties:
a. door verwijzing naar
technische specificaties en, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen waarin Europese normen zijn omgezet,
– Europese technische beoordelingen,
– gemeenschappelijke technische specificaties,
– internationale normen,
– andere door de Europese normalisatie-instellingen opgestelde technische referentiesystemen,
of, bij ontstentenis daarvan, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen,
– nationale technische goedkeuringen dan wel – nationale technische specificaties inzake het ontwerpen, het berekenen en het uitvoeren van werken en het gebruik van leveringen,
waarbij iedere verwijzing vergezeld gaat van de woorden 'of gelijkwaardig',
b. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen, die milieukenmerken kunnen bevatten, waarbij de eisen zodanig nauwkeurig zijn bepaald dat de ondernemers het voorwerp van de opdracht kunnen bepalen en de aanbesteder de opdracht kan verlenen,
c. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b, waarbij onder vermoeden van overeenstemming met deze prestatie-eisen en functionele eisen wordt verwezen naar de specificaties als bedoeld onder a, of
d. door verwijzing naar de specificaties als bedoeld onder a voor bepaalde kenmerken, en verwijzing naar de prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b voor andere kenmerken.
2.10.5 Indien de aanbesteder verwijst naar de specificaties als bedoeld in artikel 2.10.4 onderdeel a, kan hij een inschrijving niet afwijzen met de reden dat de aangeboden werken, leveringen of diensten niet beantwoorden aan de specificaties waarnaar hij heeft verwezen, indien de inschrijver in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.10.7, aantoont dat de door hem voorgestelde oplossingen op gelijkwaardige wijze voldoen aan de eisen in die technische specificaties.
2.10.5 Indien de aanbesteder verwijst naar de specificaties als bedoeld in artikel 2.10.4 onderdeel a, kan hij een inschrijving niet afwijzen met de reden dat de aangeboden werken, leveringen of diensten niet beantwoorden aan de specificaties waarnaar hij heeft verwezen, indien de inschrijver in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.10.7, aantoont dat de door hem voorgestelde oplossingen op gelijkwaardige wijze voldoen aan de eisen in die technische specificaties.
2.10.6 De aanbesteder kan van een ondernemer een testverslag of certificaat van een conformiteitsbeoordelingsinstantie verlangen als bewijs van overeenstemming met de voorschriften of criteria in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
2.10.6 De aanbesteder kan van een ondernemer een testverslag of certificaat van een conformiteitsbeoordelingsinstantie verlangen als bewijs van overeenstemming met de voorschriften of criteria in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
2.10.7 Indien de aanbesteder een certificaat van een specifieke conformiteitsbeoordelingsinstantie eist, aanvaardt hij ook een certificaat van een
2.10.7 Indien de aanbesteder een certificaat van een specifieke conformiteitsbeoordelingsinstantie eist, aanvaardt hij ook een certificaat van een
gelijkwaardige conformiteitsbeoordelingsinstantie. gelijkwaardige conformiteitsbeoordelingsinstantie.
2.10.8 De aanbesteder aanvaardt andere bewijsmiddelen dan een testverslag of een certificaat, zoals een technisch dossier van de fabrikant, indien een ondernemer:
a. geen toegang had tot een certificaat of testverslag of dit niet binnen de gestelde termijnen kon verkrijgen, mits de ondernemer het ontbreken van toegang niet valt aan te rekenen, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan de voorschriften of criteria van de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
2.10.8 De aanbesteder aanvaardt andere bewijsmiddelen dan een testverslag of een certificaat, zoals een technisch dossier van de fabrikant, indien een ondernemer:
a. geen toegang had tot een certificaat of testverslag of dit niet binnen de gestelde termijnen kon verkrijgen, mits de ondernemer het ontbreken van toegang niet valt aan te rekenen, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan de voorschriften of criteria van de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
2.10.9 De aanbesteder wijst, indien hij gebruik maakt van de in artikel 2.10.4 onderdeel b geboden mogelijkheid prestatie-eisen of functionele eisen te stellen, een inschrijving niet af indien deze beantwoordt aan:
a. een nationale norm waarin een Europese norm is omgezet,
b. een Europese technische beoordeling,
c. een gemeenschappelijke technische specificatie,
d. een internationale norm, of
e. een door een Europese normalisatie-instelling opgesteld technisch referentiesysteem,
indien deze specificaties betrekking hebben op de prestatie-eisen of functionele eisen die hij heeft voorgeschreven.
2.10.9 De aanbesteder wijst, indien hij gebruik maakt van de in artikel 2.10.4 onderdeel b geboden mogelijkheid prestatie-eisen of functionele eisen te stellen, een inschrijving niet af indien deze beantwoordt aan:
a. een nationale norm waarin een Europese norm is omgezet,
b. een Europese technische beoordeling,
c. een gemeenschappelijke technische specificatie,
d. een internationale norm, of
e. een door een Europese normalisatie-instelling opgesteld technisch referentiesysteem,
indien deze specificaties betrekking hebben op de prestatie-eisen of functionele eisen die hij heeft voorgeschreven.
2.10.10 Een inschrijver bewijst in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.10.7, dat de levering, de dienst of het werk in overeenstemming is met de norm en voldoet aan de functionele en prestatie-eisen van de aanbesteder.
2.10.10 Een inschrijver bewijst in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.10.7, dat de levering, de dienst of het werk in overeenstemming is met de norm en voldoet aan de functionele en prestatie-eisen van de aanbesteder.
2.10.11 De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze die kenmerkend is voor de producten of diensten van een bepaalde ondernemer en evenmin van een merk, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemers of bepaalde producten worden bevoordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd is.
2.10.11 De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze die kenmerkend is voor de producten of diensten van een bepaalde ondernemer en evenmin van een merk, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemers of bepaalde producten worden bevoordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd is.
2.10.12 De aanbesteder kan de melding of verwijzing als bedoeld in artikel 2.10.11 opnemen in de technische specificaties indien:
a. een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van het voorwerp van de opdracht niet mogelijk is door toepassing van artikel 2.10.4, en
b. deze melding of verwijzing vergezeld gaat van de woorden "of gelijkwaardig".
2.10.12 De aanbesteder kan de melding of verwijzing als bedoeld in artikel 2.10.11 opnemen in de technische specificaties indien:
a. een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van het voorwerp van de opdracht niet mogelijk is door toepassing van artikel 2.10.4, en
b. deze melding of verwijzing vergezeld gaat van de woorden "of gelijkwaardig".
2.11 Toegankelijkheid en bijzondere voorwaarden 2.11 Toegankelijkheid en bijzondere voorwaarden
2.11.1 Bij opdrachten waarvan het resultaat bedoeld is voor gebruik door natuurlijke personen, hetzij door het grote publiek, hetzij door het personeel van de aanbesteder, houden de technische specificaties rekening met de criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, met uitzondering van behoorlijk gemotiveerde gevallen.
2.11.1 Bij opdrachten waarvan het resultaat bedoeld is voor gebruik door natuurlijke personen, hetzij door het grote publiek, hetzij door het personeel van de aanbesteder, houden de technische specificaties rekening met de criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, met uitzondering van behoorlijk gemotiveerde gevallen.
2.11.2 Indien bindende EU-rechtshandelingen zijn vastgesteld met criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of inzake het de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, verwijzen de technische specificaties hiernaar.
2.11.2 Indien bindende EU-rechtshandelingen zijn vastgesteld met criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of inzake het de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, verwijzen de technische specificaties hiernaar.
2.11.3 De aanbesteder kan bijzondere voorwaarden verbinden aan de uitvoering van de opdracht, mits dergelijke voorwaarden verband houden met het voorwerp van de opdracht en in de technische specificaties vermeld zijn. Deze voorwaarden kunnen verband houden met economische, innovatiegerelateerde, arbeidsgerelateerde, sociale of milieuoverwegingen. Dergelijke voorwaarden worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.11.3 De aanbesteder kan bijzondere voorwaarden verbinden aan de uitvoering van de opdracht, mits dergelijke voorwaarden verband houden met het voorwerp van de opdracht en in de technische specificaties vermeld zijn. Deze voorwaarden kunnen verband houden met economische, innovatiegerelateerde, arbeidsgerelateerde, sociale of milieuoverwegingen. Dergelijke voorwaarden worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
2.12 Keurmerken 2.12 Keurmerken
2.12.1 Indien de aanbesteder voornemens is een werk, levering of dienst met specifieke milieu-, sociale of andere kenmerken aan te kopen, kan hij in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden betreffende de uitvoering van de opdracht een specifiek keurmerk eisen als bewijs dat het werk, de dienst of de levering overeenstemt met de vereiste voorschriften, mits:
a. de keurmerkeisen alleen betrekking hebben op criteria die verband houden met het voorwerp van de opdracht en geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van het werk, de levering of de dienst die het voorwerp van de opdracht vormen,
b. de keurmerkeisen zijn gebaseerd op objectief controleerbare en niet- discriminerende criteria,
c. het keurmerk is vastgesteld in een open en transparante procedure waaraan alle belanghebbenden, waaronder overheidsinstanties, consumenten, sociale partners, fabrikanten, distributeurs en niet- gouvernementele organisaties, kunnen deelnemen,
2.12.1 Indien de aanbesteder voornemens is een werk, levering of dienst met specifieke milieu-, sociale of andere kenmerken aan te kopen, kan hij in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden betreffende de uitvoering van de opdracht een specifiek keurmerk eisen als bewijs dat het werk, de dienst of de levering overeenstemt met de vereiste voorschriften, mits:
a. de keurmerkeisen alleen betrekking hebben op criteria die verband houden met het voorwerp van de opdracht en geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van het werk, de levering of de dienst die het voorwerp van de opdracht vormen,
b. de keurmerkeisen zijn gebaseerd op objectief controleerbare en niet- discriminerende criteria,
c. het keurmerk is vastgesteld in een open en transparante procedure waaraan alle belanghebbenden, waaronder overheidsinstanties, consumenten, sociale partners, fabrikanten, distributeurs en niet- gouvernementele organisaties, kunnen deelnemen,
d. het keurmerk voor alle betrokken partijen toegankelijk is, en
e. de keurmerkeisen worden vastgesteld door een derde partij op wie de ondernemer die het keurmerk aanvraagt, geen beslissende invloed uitoefent.
d. het keurmerk voor alle betrokken partijen toegankelijk is, en
e. de keurmerkeisen worden vastgesteld door een derde partij op wie de ondernemer die het keurmerk aanvraagt, geen beslissende invloed uitoefent.
2.12.2 Indien de aanbesteder niet verlangt dat een werk, levering of dienst aan alle keurmerkeisen van een specifiek keurmerk voldoet, geeft hij aan aan welke keurmerkeisen dient te worden voldaan.
2.12.2 Indien de aanbesteder niet verlangt dat een werk, levering of dienst aan alle keurmerkeisen van een specifiek keurmerk voldoet, geeft hij aan aan welke keurmerkeisen dient te worden voldaan.
2.12.3 De aanbesteder die een specifiek keurmerk eist, aanvaardt alle keurmerken die bevestigen dat het werk, de levering of de dienst aan gelijkwaardige keurmerkeisen voldoet.
2.12.3 De aanbesteder die een specifiek keurmerk eist, aanvaardt alle keurmerken die bevestigen dat het werk, de levering of de dienst aan gelijkwaardige keurmerkeisen voldoet.
2.12.4 De aanbesteder aanvaardt andere geschikte bewijsmiddelen, zoals een technisch dossier van de fabrikant, dan het door hem aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk, indien een ondernemer:
a. aantoont dat hij niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of aan de specifieke eisen.
2.12.4 De aanbesteder aanvaardt andere geschikte bewijsmiddelen, zoals een technisch dossier van de fabrikant, dan het door hem aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk, indien een ondernemer:
a. aantoont dat hij niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of aan de specifieke eisen.
2.12.5 Indien een keurmerk voldoet aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 2.12.1, onderdelen b tot en met e, maar daarnaast eisen stelt die geen verband houden met het voorwerp van de opdracht, eist de aanbesteder niet het keurmerk als zodanig, maar stelt de aanbesteder de technische specificaties vast onder verwijzing naar de gedetailleerde technische specificaties van dat keurmerk of delen daarvan die verband houden met het voorwerp van de opdracht en die geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van dit voorwerp.
2.12.5 Indien een keurmerk voldoet aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 2.12.1, onderdelen b tot en met e, maar daarnaast eisen stelt die geen verband houden met het voorwerp van de opdracht, eist de aanbesteder niet het keurmerk als zodanig, maar stelt de aanbesteder de technische specificaties vast onder verwijzing naar de gedetailleerde technische specificaties van dat keurmerk of delen daarvan die verband houden met het voorwerp van de opdracht en die geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van dit voorwerp.
2.13 Uitsluitingsgronden 2.13 Uitsluitingsgronden
2.13.1 De aanbesteder sluit van deelneming aan de procedure uit iedere ondernemer jegens wie bij een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak een veroordeling als bedoeld in artikel 2.13.2 is uitgesproken die bij de aanbesteder bekend is als gevolg van verificatie overeenkomstig artikel 2.13.6 dan wel uit anderen hoofde. De aanbesteder betrekt hierbij uitsluitend rechterlijke uitspraken die in de 5 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van de inschrijving onherroepelijk zijn geworden.
2.13.1 De aanbesteder sluit van deelneming aan de procedure uit iedere ondernemer jegens wie bij een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak een veroordeling als bedoeld in artikel 2.13.2 is uitgesproken die bij de aanbesteder bekend is als gevolg van verificatie overeenkomstig artikel 2.13.6 dan wel uit anderen hoofde. De aanbesteder betrekt hierbij uitsluitend rechterlijke uitspraken die in de 5 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van de inschrijving onherroepelijk zijn geworden.
2.13.2 Voor de toepassing van artikel 2.13.1 worden aangewezen veroordelingen ter zake 2.13.2 Voor de toepassing van artikel 2.13.1 worden aangewezen veroordelingen ter zake
van:
a. deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2 van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (PbEU 2008, L 300);
b. omkoping in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn (PbEU 1997, C 195) en van artikel 2, eerste lid, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de bestrijding van corruptie in de privé-sector (PbEU 2003, L 192);
c. fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (PbEG 1995, C 316);
x. xxxxxxxxx van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld (PbEG L 1991, L 166) zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 2001/97/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEG L 2001, 344);
e. terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten in de zin van de artikelen 1, 3 en 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2003 inzake terrorismebestrijding (PbEU 2002, L 164;
f. kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel in de zin van artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ (PbEU 2011, L 101).
van:
a. deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2 van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (PbEU 2008, L 300);
b. omkoping in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn (PbEU 1997, C 195) en van artikel 2, eerste lid, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de bestrijding van corruptie in de privé-sector (PbEU 2003, L 192);
c. fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (PbEG 1995, C 316);
x. xxxxxxxxx van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld (PbEG L 1991, L 166) zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 2001/97/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEG L 2001, 344);
e. terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten in de zin van de artikelen 1, 3 en 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2003 inzake terrorismebestrijding (PbEU 2002, L 164;
f. kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel in de zin van artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ (PbEU 2011, L 101).
2.13.3 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien jegens een persoon die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of die daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, een onherroepelijke veroordeling als bedoeld in artikel 2.13.2 is uitgesproken waarvan de aanbesteder kennis heeft.
2.13.3 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien jegens een persoon die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of die daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, een onherroepelijke veroordeling als bedoeld in artikel 2.13.2 is uitgesproken waarvan de aanbesteder kennis heeft.
2.13.4 De aanbesteder sluit de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer uit indien de aanbesteder ervan op de hoogte is dat bij onherroepelijke en bindende rechterlijke of administratieve beslissing overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar de ondernemer is gevestigd of overeenkomstig nationale wettelijke bepalingen is vastgesteld dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies. Hiervan wordt afgezien indien uitsluiting kennelijk onredelijk zou zijn of indien de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van
2.13.4 De aanbesteder sluit de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer uit indien de aanbesteder ervan op de hoogte is dat bij onherroepelijke en bindende rechterlijke of administratieve beslissing overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar de ondernemer is gevestigd of overeenkomstig nationale wettelijke bepalingen is vastgesteld dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies. Hiervan wordt afgezien indien uitsluiting kennelijk onredelijk zou zijn of indien de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van
eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan. Van een kennelijk onredelijke uitsluiting is onder meer sprake:
a. indien de ondernemer slechts kleine bedragen aan belastingen of sociale zekerheidspremies niet heeft betaald;
b. indien de ondernemer bekend werd met het precieze verschuldigde bedrag tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies op een tijdstip waarop het hem niet mogelijk was de bedoelde verplichtingen na te komen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan voor het verstrijken van de termijn voor het indienen van de inschrijving.
eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan. Van een kennelijk onredelijke uitsluiting is onder meer sprake:
a. indien de ondernemer slechts kleine bedragen aan belastingen of sociale zekerheidspremies niet heeft betaald;
b. indien de ondernemer bekend werd met het precieze verschuldigde bedrag tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies op een tijdstip waarop het hem niet mogelijk was de bedoelde verplichtingen na te komen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan voor het verstrijken van de termijn voor het indienen van de inschrijving.
2.13.5 Als veroordelingen als bedoeld in artikel 2.13.2 worden in ieder geval aangemerkt veroordelingen op grond van artikel 134a, 140, 140a, 177, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b, 273b, 285 derde lid, 323a, 328ter, tweede lid, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht, of veroordelingen wegens overtreding van de in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht bedoelde misdrijven, indien aan het bepaalde in dat artikel is voldaan.
2.13.5 Als veroordelingen als bedoeld in artikel 2.13.2 worden in ieder geval aangemerkt veroordelingen op grond van artikel 134a, 140, 140a, 177, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b, 273b, 285 derde lid, 323a, 328ter, tweede lid, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht, of veroordelingen wegens overtreding van de in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht bedoelde misdrijven, indien aan het bepaalde in dat artikel is voldaan.
2.13.6 De aanbesteder kan de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 genoemde omstandigheden. Daarbij aanvaardt de aanbesteder, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, als voldoende bewijs.
2.13.6 De aanbesteder kan de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 genoemde omstandigheden. Daarbij aanvaardt de aanbesteder, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, als voldoende bewijs.
2.13.7
GP3.5A
De aanbesteder kan de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer uitsluiten van deelneming aan de procedure op de volgende gronden:
a. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer een of meer van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht heeft geschonden;
b. de ondernemer verkeert in staat van faillissement of liquidatie, diens werkzaamheden zijn gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of een (faillissements-)akkoord, of de ondernemer verkeert in een andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van op hem van toepassing zijnde wet- en regelgeving;
c. de aanbesteder kan aannemelijk maken dat de ondernemer in de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken;
2.13.7
GP3.5A
De aanbesteder kan de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer uitsluiten van deelneming aan de procedure op de volgende gronden:
a. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer een of meer van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht heeft geschonden;
b. de ondernemer verkeert in staat van faillissement of liquidatie, diens werkzaamheden zijn gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of een (faillissements-)akkoord, of de ondernemer verkeert in een andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van op hem van toepassing zijnde wet- en regelgeving;
c. de aanbesteder kan aannemelijk maken dat de ondernemer in de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken;
d. de aanbesteder beschikt over voldoende plausibele aanwijzingen om te concluderen dat de ondernemer met andere ondernemers overeenkomsten heeft gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging;
e. een belangenconflict in de zin van artikel 2.14.3 kan niet effectief worden verholpen met andere minder ingrijpende maatregelen;
f. wegens de eerdere betrokkenheid van de ondernemer bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure heeft zich een vervalsing van de mededinging als bedoeld in artikel 2.14.1 voorgedaan die niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden verholpen;
g. de ondernemer heeft blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een wezenlijk voorschrift van een eerdere opdracht en dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties;
h. de ondernemer heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van de informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van gronden voor uitsluiting of het voldoen aan de geschiktheidseisen of heeft die informatie achtergehouden, dan wel was niet in staat de ondersteunende documenten als bedoeld in artikel 2.21.8 over te leggen;
i. de ondernemer heeft getracht om het besluitvormingsproces van de aanbesteder onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de aanbestedingsprocedure kan bezorgen, of heeft door nalatigheid misleidende informatie verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, geschiktheid en gunning;
j. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of van sociale zekerheidspremies, tenzij de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan.
d. de aanbesteder beschikt over voldoende plausibele aanwijzingen om te concluderen dat de ondernemer met andere ondernemers overeenkomsten heeft gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging;
e. een belangenconflict in de zin van artikel 2.14.3 kan niet effectief worden verholpen met andere minder ingrijpende maatregelen;
f. wegens de eerdere betrokkenheid van de ondernemer bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure heeft zich een vervalsing van de mededinging als bedoeld in artikel 2.14.1 voorgedaan die niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden verholpen;
g. de ondernemer heeft blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een wezenlijk voorschrift van een eerdere opdracht en dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties;
h. de ondernemer heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van de informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van gronden voor uitsluiting of het voldoen aan de geschiktheidseisen of heeft die informatie achtergehouden, dan wel was niet in staat de ondersteunende documenten als bedoeld in artikel 2.21.8 over te leggen;
i. de ondernemer heeft getracht om het besluitvormingsproces van de aanbesteder onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de aanbestedingsprocedure kan bezorgen, of heeft door nalatigheid misleidende informatie verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, geschiktheid en gunning;
j. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of van sociale zekerheidspremies, tenzij de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan.
2.13.8 De aanbesteder betrekt bij de toepassing van:
a. artikel 2.13.7, onderdeel a, uitsluitend een schending van de in dat onderdeel bedoelde verplichtingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van de inschrijving hebben voorgedaan;
b. artikel 2.13.7, onderdeel c, uitsluitend ernstige fouten die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving hebben voorgedaan;
c. artikel 2.13.7, onderdeel d, uitsluitend onherroepelijke beschikkingen op grond van artikel 56 van de Mededingingswet en wegens overtreding van
2.13.8 De aanbesteder betrekt bij de toepassing van:
a. artikel 2.13.7, onderdeel a, uitsluitend een schending van de in dat onderdeel bedoelde verplichtingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van de inschrijving hebben voorgedaan;
b. artikel 2.13.7, onderdeel c, uitsluitend ernstige fouten die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving hebben voorgedaan;
c. artikel 2.13.7, onderdeel d, uitsluitend onherroepelijke beschikkingen op grond van artikel 56 van de Mededingingswet en wegens overtreding van
artikel 101 of 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die in de 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag onherroepelijk zijn geworden;
d. artikel 2.13.7, onderdeel g, uitsluitend tekortkomingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving hebben voorgedaan;
e. artikel 2.13.7, onderdeel j, uitsluitend het niet nakomen van de in dat onderdeel bedoelde betalingsverplichtingen die zijn vastgesteld in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving.
artikel 101 of 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die in de 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag onherroepelijk zijn geworden;
d. artikel 2.13.7, onderdeel g, uitsluitend tekortkomingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving hebben voorgedaan;
e. artikel 2.13.7, onderdeel j, uitsluitend het niet nakomen van de in dat onderdeel bedoelde betalingsverplichtingen die zijn vastgesteld in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van de inschrijving.
2.13.9 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7 genoemde omstandigheden. De ondernemer kan hierbij:
a. door middel van een uittreksel uit het handelsregister, dat op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond van artikel 2.13.7, onderdeel b, op hem niet van toepassing is;
b. door middel van een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, aantonen dat de uitsluitingsgronden als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7, onderdeel c en d, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, op hem niet van toepassing zijn;
c. door middel van een verklaring van de belastingdienst, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 2.13.4, of artikel 2.13.7, onderdeel j, niet op hem van toepassing is.
2.13.9 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7 genoemde omstandigheden. De ondernemer kan hierbij:
a. door middel van een uittreksel uit het handelsregister, dat op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond van artikel 2.13.7, onderdeel b, op hem niet van toepassing is;
b. door middel van een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, aantonen dat de uitsluitingsgronden als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7, onderdeel c en d, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, op hem niet van toepassing zijn;
c. door middel van een verklaring van de belastingdienst, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 2.13.4, of artikel 2.13.7, onderdeel j, niet op hem van toepassing is.
2.13.10 De aanbesteder aanvaardt gegevens en bescheiden ten bewijze dat uitsluitingsgronden niet op een ondernemer van toepassing zijn ook uit:
a. een andere lidstaat,
b. het land van herkomst van de ondernemer, of
c. het land waar de ondernemer is gevestigd,
die een gelijkwaardig doel dienen of waaruit blijkt dat de uitsluitingsgrond niet op hem van toepassing is.
2.13.10 De aanbesteder aanvaardt gegevens en bescheiden ten bewijze dat uitsluitingsgronden niet op een ondernemer van toepassing zijn ook uit:
a. een andere lidstaat,
b. het land van herkomst van de ondernemer, of
c. het land waar de ondernemer is gevestigd,
die een gelijkwaardig doel dienen of waaruit blijkt dat de uitsluitingsgrond niet op hem van toepassing is.
2.13.11 De aanbesteder stelt een ondernemer waarop een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 2.13.1, 2.13.3 en 2.13.7 van toepassing is, in de gelegenheid te bewijzen dat hij voldoende maatregelen heeft genomen om zijn betrouwbaarheid aan te tonen. Indien de aanbesteder dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken ondernemer niet uitgesloten. De ondernemer toont hierbij aan dat hij, voor zover van toepassing:
a. schade die voortvloeit uit veroordelingen voor strafbare feiten als bedoeld in
2.13.11 De aanbesteder stelt een ondernemer waarop een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 2.13.1, 2.13.3 en 2.13.7 van toepassing is, in de gelegenheid te bewijzen dat hij voldoende maatregelen heeft genomen om zijn betrouwbaarheid aan te tonen. Indien de aanbesteder dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken ondernemer niet uitgesloten. De ondernemer toont hierbij aan dat hij, voor zover van toepassing:
a. schade die voortvloeit uit veroordelingen voor strafbare feiten als bedoeld in
de artikelen 2.13.1, 2.13.3 of uit fouten als bedoeld in artikel 2.13.7 heeft vergoed of heeft toegezegd te vergoeden,
b. heeft bijgedragen aan opheldering van feiten en omstandigheden door actief mee te werken met de onderzoekende autoriteiten, en
c. concrete technische, organisatorische en personeelsmaatregelen heeft genomen die geschikt zijn om verdere strafbare feiten of fouten te voorkomen.
De aanbesteder beoordeelt de door de ondernemer genomen maatregelen met inachtneming van de ernst en de bijzondere omstandigheden van de strafbare feiten of fouten. Indien de aanbesteder de genomen maatregelen onvoldoende acht, deelt hij dit gemotiveerd mee aan de betrokken ondernemer.
de artikelen 2.13.1, 2.13.3 of uit fouten als bedoeld in artikel 2.13.7 heeft vergoed of heeft toegezegd te vergoeden,
b. heeft bijgedragen aan opheldering van feiten en omstandigheden door actief mee te werken met de onderzoekende autoriteiten, en
c. concrete technische, organisatorische en personeelsmaatregelen heeft genomen die geschikt zijn om verdere strafbare feiten of fouten te voorkomen.
De aanbesteder beoordeelt de door de ondernemer genomen maatregelen met inachtneming van de ernst en de bijzondere omstandigheden van de strafbare feiten of fouten. Indien de aanbesteder de genomen maatregelen onvoldoende acht, deelt hij dit gemotiveerd mee aan de betrokken ondernemer.
2.13.12 De aanbesteder kan afzien van toepassing van de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7:
a. om dwingende redenen van algemeen belang, of
b. indien naar het oordeel van de aanbesteder uitsluiting niet proportioneel is met het oog op de tijd die is verstreken sinds de veroordeling en gelet op het voorwerp van de opdracht.
2.13.12 De aanbesteder kan afzien van toepassing van de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 en 2.13.7:
a. om dwingende redenen van algemeen belang, of
b. indien naar het oordeel van de aanbesteder uitsluiting niet proportioneel is met het oog op de tijd die is verstreken sinds de veroordeling en gelet op het voorwerp van de opdracht.
2.13.13 Indien de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht, de technische bekwaamheid of de beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, eist de aanbesteder dat deze ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 van toepassing is, vervangt. De aanbesteder kan eisen dat deze ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 2.13.7 van toepassing is, vervangt.
2.13.13 Indien de voor de verlening van de opdracht in aanmerking komende ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht, de technische bekwaamheid of de beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, eist de aanbesteder dat deze ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 2.13.1 tot en met 2.13.5 van toepassing is, vervangt. De aanbesteder kan eisen dat deze ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 2.13.7 van toepassing is, vervangt.
2.14 Scheiding van belang 2.14 Scheiding van belang
2.14.1
EU
Indien bij de Europese aanbesteding een ondernemer of een met een ondernemer verbonden onderneming de aanbesteder heeft geadviseerd of anderszins betrokken is geweest bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure, neemt de aanbesteder passende maatregelen om ervoor te zorgen dat de mededinging niet wordt vervalst door de deelneming van die ondernemer. Deze maatregelen omvatten:
a. de mededeling aan andere ondernemers van relevante informatie die is uitgewisseld in het kader van of ten gevolge van de betrokkenheid van de ondernemer bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure, en
b. de vaststelling van passende termijnen voor de ontvangst van de inschrijvingen.
2.14.2 De aanbesteder sluit bij de Europese aanbesteding een inschrijver die betrokken is
geweest bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure slechts van de
EU aanbestedingsprocedure uit indien er geen andere middelen zijn om de naleving van
het beginsel van gelijke behandeling te verzekeren. De aanbesteder biedt de bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure betrokken inschrijver de gelegenheid om te bewijzen dat zijn betrokkenheid de mededinging niet kan verstoren, alvorens hij de inschrijver van de aanbestedingsprocedure uitsluit.
2.14.3 De aanbesteder neemt passende maatregelen om fraude, bevoordeling, corruptie en belangenconflicten tijdens de aanbestedingsprocedure doeltreffend te voorkomen, te onderkennen en op te lossen, teneinde vervalsing van de mededinging te vermijden, de transparantie van de procedure te waarborgen en gelijke behandeling van alle ondernemers te verzekeren.
2.14.3 De aanbesteder neemt passende maatregelen om fraude, bevoordeling, corruptie en belangenconflicten tijdens de aanbestedingsprocedure doeltreffend te voorkomen, te onderkennen en op te lossen, teneinde vervalsing van de mededinging te vermijden, de transparantie van de procedure te waarborgen en gelijke behandeling van alle ondernemers te verzekeren.
2.15 Financiële en economische draagkracht 2.15 Financiële en economische draagkracht
2.15.1 De aanbesteder kan bij het stellen van geschiktheidseisen omtrent financiële en economische draagkracht verlangen dat de ondernemer:
x. informatie verstrekt over zijn jaarrekening;
b. een passend niveau van verzekering tegen beroepsrisico’s heeft.
2.15.1 De aanbesteder kan bij het stellen van geschiktheidseisen omtrent financiële en economische draagkracht verlangen dat de ondernemer:
x. informatie verstrekt over zijn jaarrekening;
b. een passend niveau van verzekering tegen beroepsrisico’s heeft.
2.15.2 Een ondernemer kan zijn financiële en economische draagkracht in ieder geval aantonen door een of meer van de volgende bewijsmiddelen:
a. passende bankverklaringen of het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's op passend niveau,
b. overlegging van jaarrekeningen of uittreksels uit de jaarrekening, indien de wetgeving van het land waar de ondernemer is gevestigd publicatie van jaarrekeningen voorschrijft, of
c. een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over ten hoogste de laatste 3 beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de ondernemer met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.
2.15.2 Een ondernemer kan zijn financiële en economische draagkracht in ieder geval aantonen door een of meer van de volgende bewijsmiddelen:
a. passende bankverklaringen of het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's op passend niveau,
b. overlegging van jaarrekeningen of uittreksels uit de jaarrekening, indien de wetgeving van het land waar de ondernemer is gevestigd publicatie van jaarrekeningen voorschrijft, of
c. een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over ten hoogste de laatste 3 beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de ondernemer met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.
2.15.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke bewijsmiddelen overgelegd dienen te worden.
2.15.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke bewijsmiddelen overgelegd dienen te worden.
2.15.4 Indien een ondernemer om gegronde redenen niet in staat is de door de aanbesteder gevraagde bewijsmiddelen over te leggen, kan hij zijn financiële en economische draagkracht aantonen met andere bescheiden die de aanbesteder geschikt acht.
2.15.4 Indien een ondernemer om gegronde redenen niet in staat is de door de aanbesteder gevraagde bewijsmiddelen over te leggen, kan hij zijn financiële en economische draagkracht aantonen met andere bescheiden die de aanbesteder geschikt acht.
2.15.5 Een ondernemer kan zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. Een ondernemer toont
2.15.5 Een ondernemer kan zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. Een ondernemer toont
in dat geval bij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen van die natuurlijke personen of rechtspersonen. De aanbesteder kan eisen dat, indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, zowel de ondernemer als die andere natuurlijke personen of rechtspersonen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de uitvoering van de opdracht.
in dat geval bij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen van die natuurlijke personen of rechtspersonen. De aanbesteder kan eisen dat, indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, zowel de ondernemer als die andere natuurlijke personen of rechtspersonen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de uitvoering van de opdracht.
2.15.6 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze natuurlijke personen of rechtspersonen voldoen aan de geschiktheidseisen met betrekking tot de financiële en economische draagkracht.
2.15.6 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze natuurlijke personen of rechtspersonen voldoen aan de geschiktheidseisen met betrekking tot de financiële en economische draagkracht.
2.15.7 Onder dezelfde voorwaarden als bedoeld in artikel 2.15.5 kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
2.15.7 Onder dezelfde voorwaarden als bedoeld in artikel 2.15.5 kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
2.15.8 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van economische en financiële draagkracht dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.15.8 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van economische en financiële draagkracht dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.16 Technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid 2.16 Technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid
2.16.1 Door de aanbesteder te stellen geschiktheidseisen voor technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid kunnen onder meer betrekking hebben op de personele en technische middelen en de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken om de opdracht volgens een passende kwaliteitsnorm uit te voeren. Indien de aanbesteder eisen stelt met betrekking tot de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken, kan de aanbesteder in het bijzonder eisen dat de ondernemer door middel van geschikte referenties inzake in het verleden uitgevoerde opdrachten aantoont over voldoende ervaring te beschikken.
2.16.1 Door de aanbesteder te stellen geschiktheidseisen voor technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid kunnen onder meer betrekking hebben op de personele en technische middelen en de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken om de opdracht volgens een passende kwaliteitsnorm uit te voeren. Indien de aanbesteder eisen stelt met betrekking tot de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken, kan de aanbesteder in het bijzonder eisen dat de ondernemer door middel van geschikte referenties inzake in het verleden uitgevoerde opdrachten aantoont over voldoende ervaring te beschikken.
2.16.2
GP3.5F GP3.5G
Ondernemers tonen hun technische bekwaamheid of beroepsbekwaamheid aan op een of meer van de volgende manieren, afhankelijk van de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht:
a. in geval van een opdracht voor werken:
1. aan de hand van een lijst van de werken die de afgelopen periode van ten hoogste 5 jaar zijn verricht, welke lijst vergezeld gaat van certificaten die bewijzen dat de belangrijkste opdrachten naar behoren zijn uitgevoerd, zowel met betrekking tot de wijze van uitvoering als met betrekking tot het resultaat;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het
2.16.2
GP3.5F GP3.5G
Ondernemers tonen hun technische bekwaamheid of beroepsbekwaamheid aan op een of meer van de volgende manieren, afhankelijk van de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht:
a. in geval van een opdracht voor werken:
1. aan de hand van een lijst van de werken die de afgelopen periode van ten hoogste 5 jaar zijn verricht, welke lijst vergezeld gaat van certificaten die bewijzen dat de belangrijkste opdrachten naar behoren zijn uitgevoerd, zowel met betrekking tot de wijze van uitvoering als met betrekking tot het resultaat;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het
bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en van die welke de ondernemer ter beschikking zullen staan om de werken uit te voeren;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de aannemer, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
5. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
6. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het verlenen van de opdracht beschikt;
7. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
b. in geval van een opdracht voor leveringen:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste leveringen die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De leveringen worden aangetoond in het geval van leveringen voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van leveringen voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de leverancier, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
5. in het geval van complexe producten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de leverancier gevestigd is, onder voorbehoud van
bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en van die welke de ondernemer ter beschikking zullen staan om de werken uit te voeren;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de aannemer, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
5. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
6. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het verlenen van de opdracht beschikt;
7. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
b. in geval van een opdracht voor leveringen:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste leveringen die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De leveringen worden aangetoond in het geval van leveringen voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van leveringen voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de leverancier, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
5. in het geval van complexe producten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de leverancier gevestigd is, onder voorbehoud van
instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de productiecapaciteit van de leverancier en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
6. aan de hand van monsters, beschrijvingen of foto’s, waarvan op verzoek van de aanbesteder de echtheid kan worden aangetoond of aan de hand van certificaten die door een erkende organisatie zijn opgesteld, waarin wordt verklaard dat duidelijk door referenties geïdentificeerde producten aan bepaalde specificaties of normen beantwoorden;
7. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen voor de uitvoering van de opdracht;
8. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
c. in geval van een opdracht voor diensten:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste diensten die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De diensten worden aangetoond in het geval van diensten voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van diensten voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, eenvoudigweg door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de dienstverlener, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
4. in het geval van complexe diensten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de dienstverlener gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de technische capaciteit van de dienstverlener en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de productiecapaciteit van de leverancier en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
6. aan de hand van monsters, beschrijvingen of foto’s, waarvan op verzoek van de aanbesteder de echtheid kan worden aangetoond of aan de hand van certificaten die door een erkende organisatie zijn opgesteld, waarin wordt verklaard dat duidelijk door referenties geïdentificeerde producten aan bepaalde specificaties of normen beantwoorden;
7. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen voor de uitvoering van de opdracht;
8. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
c. in geval van een opdracht voor diensten:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste diensten die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De diensten worden aangetoond in het geval van diensten voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van diensten voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, eenvoudigweg door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de dienstverlener, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
4. in het geval van complexe diensten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de dienstverlener gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de technische capaciteit van de dienstverlener en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
5. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
6. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
7. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
8. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het uitvoeren van de opdracht beschikt;
9. aan de hand van de omschrijving van het gedeelte van de opdracht dat de dienstverlener eventueel in onderaanneming wil geven;
10. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht.
5. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
6. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
7. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
8. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het uitvoeren van de opdracht beschikt;
9. aan de hand van de omschrijving van het gedeelte van de opdracht dat de dienstverlener eventueel in onderaanneming wil geven;
10. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht.
2.16.3 In afwijking van artikel 2.16.2 onderdelen a.1, b.1 en c.1 kan de aanbesteder werken onderscheidenlijk leveringen of diensten in aanmerking nemen over een langere periode dan in die onderdelen genoemd, indien dat noodzakelijk is om een toereikend mededingingsniveau te waarborgen en dit in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken is vermeld.
2.16.3 In afwijking van artikel 2.16.2 onderdelen a.1, b.1 en c.1 kan de aanbesteder werken onderscheidenlijk leveringen of diensten in aanmerking nemen over een langere periode dan in die onderdelen genoemd, indien dat noodzakelijk is om een toereikend mededingingsniveau te waarborgen en dit in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken is vermeld.
2.16.4 Indien de aanbesteder als geschiktheidseis stelt dat de ondernemer eerdere opdrachten heeft verricht als bedoeld in artikel 2.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1, vraagt hij op onderdelen van de opdracht naar eerder verrichte vergelijkbare opdrachten en niet naar eerder verrichte opdrachten die gelet op de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht gelijk zijn.
2.16.4 Indien de aanbesteder als geschiktheidseis stelt dat de ondernemer eerdere opdrachten heeft verricht als bedoeld in artikel 2.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1, vraagt hij op onderdelen van de opdracht naar eerder verrichte vergelijkbare opdrachten en niet naar eerder verrichte opdrachten die gelet op de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht gelijk zijn.
2.16.5 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan welke van de bewijsmiddelen, genoemd in artikel 2.16.2, hij verlangt.
2.16.5 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan welke van de bewijsmiddelen, genoemd in artikel 2.16.2, hij verlangt.
2.16.6 Een ondernemer kan zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. In dat geval toont hij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen.
2.16.6 Een ondernemer kan zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. In dat geval toont hij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen.
2.16.7 Indien de eisen met betrekking tot de technische en beroepsbekwaamheid betrekking hebben op onderwijs- en beroepskwalificaties of betrekking hebben op relevante beroepservaring, mag een ondernemer zich slechts beroepen op de
2.16.7 Indien de eisen met betrekking tot de technische en beroepsbekwaamheid betrekking hebben op onderwijs- en beroepskwalificaties of betrekking hebben op relevante beroepservaring, mag een ondernemer zich slechts beroepen op de
bekwaamheid van een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon indien laatstgenoemde de werken of diensten waarvoor die bekwaamheid is vereist, zal verrichten. Het voorgaande geldt uitsluitend voor onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener of de aannemer, of het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze kwalificaties niet als een gunningscriterium worden gehanteerd.
bekwaamheid van een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon indien laatstgenoemde de werken of diensten waarvoor die bekwaamheid is vereist, zal verrichten. Het voorgaande geldt uitsluitend voor onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener of de aannemer, of het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze kwalificaties niet als een gunningscriterium worden gehanteerd.
2.16.8 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze personen voldoen aan de relevante geschiktheidseisen met betrekking tot de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid.
2.16.8 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze personen voldoen aan de relevante geschiktheidseisen met betrekking tot de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid.
2.16.9 Onder de voorwaarden, genoemd in de artikelen 2.16.6 en 2.16.7, kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
2.16.9 Onder de voorwaarden, genoemd in de artikelen 2.16.6 en 2.16.7, kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
2.16.10 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.16.10 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.16.11 Ten aanzien van de uitvoering van de opdracht kan de aanbesteder andere eisen stellen aan een samenwerkingsverband van ondernemers dan aan individuele deelnemers, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.16.11 Ten aanzien van de uitvoering van de opdracht kan de aanbesteder andere eisen stellen aan een samenwerkingsverband van ondernemers dan aan individuele deelnemers, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
2.16.12 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor leveringen waarvoor plaatsings- of installatiewerkzaamheden nodig zijn,
b. een opdracht voor diensten, of
c. een opdracht voor werken,
de beroepsbekwaamheid van ondernemers om die werken of installatiewerkzaamheden uit te voeren of die diensten te verlenen, beoordelen op grond van hun vaardigheden, doeltreffendheid, ervaring en betrouwbaarheid.
De aanbesteder kan hierbij eisen dat bepaalde kritieke taken door de ondernemer zelf worden verricht of, indien de ondernemer een samenwerkingsverband van ondernemers is, door een deelnemer aan dat samenwerkingsverband.
2.16.12 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor leveringen waarvoor plaatsings- of installatiewerkzaamheden nodig zijn,
b. een opdracht voor diensten, of
c. een opdracht voor werken,
de beroepsbekwaamheid van ondernemers om die werken of installatiewerkzaamheden uit te voeren of die diensten te verlenen, beoordelen op grond van hun vaardigheden, doeltreffendheid, ervaring en betrouwbaarheid.
De aanbesteder kan hierbij eisen dat bepaalde kritieke taken door de ondernemer zelf worden verricht of, indien de ondernemer een samenwerkingsverband van ondernemers is, door een deelnemer aan dat samenwerkingsverband.
2.16.13 Indien de aanbesteder heeft vastgesteld dat de ondernemer conflicterende belangen heeft die een negatieve invloed kunnen hebben op de uitvoering van de overeenkomst, kan de aanbesteder ervan uitgaan dat de ondernemer niet over de vereiste beroepsbekwaamheid beschikt.
2.16.13 Indien de aanbesteder heeft vastgesteld dat de ondernemer conflicterende belangen heeft die een negatieve invloed kunnen hebben op de uitvoering van de overeenkomst, kan de aanbesteder ervan uitgaan dat de ondernemer niet over de vereiste beroepsbekwaamheid beschikt.
2.17 Kwaliteitsbewaking 2.17 Kwaliteitsbewaking
2.17.1 De aanbesteder kan overlegging verlangen van door onafhankelijke instanties opgestelde verklaringen dat de ondernemer aan bepaalde kwaliteitsnormen, met inbegrip van normen inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap, voldoet. In dat geval verwijst hij naar kwaliteitsbewakingsregelingen die op de Europese normenreeksen op dit terrein zijn gebaseerd en die zijn gecertificeerd door conformiteitsbeoordelingsinstanties die voldoen aan de Europese normenreeks voor certificering.
2.17.1 De aanbesteder kan overlegging verlangen van door onafhankelijke instanties opgestelde verklaringen dat de ondernemer aan bepaalde kwaliteitsnormen, met inbegrip van normen inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap, voldoet. In dat geval verwijst hij naar kwaliteitsbewakingsregelingen die op de Europese normenreeksen op dit terrein zijn gebaseerd en die zijn gecertificeerd door conformiteitsbeoordelingsinstanties die voldoen aan de Europese normenreeks voor certificering.
2.17.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
2.17.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
2.17.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking, indien de ondernemer die certificaten niet binnen de gestelde termijnen kan verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval bewijst de ondernemer dat de voorgestelde maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking aan de kwaliteitsnormen voldoen.
2.17.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking, indien de ondernemer die certificaten niet binnen de gestelde termijnen kan verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval bewijst de ondernemer dat de voorgestelde maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking aan de kwaliteitsnormen voldoen.
2.18 Normen inzake milieubeheer 2.18 Normen inzake milieubeheer
2.18.1 Indien de aanbesteder de overlegging verlangt van een door een onafhankelijke instantie opgestelde verklaring dat de ondernemer aan bepaalde systemen of normen inzake milieubeheer voldoet, verwijst hij naar:
a. het milieubeheer- en milieuauditsysteem van de Europese Unie,
b. een ander milieubeheersysteem dat is erkend overeenkomstig artikel 45 van verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (PbEU 2009, L 342), of
c. andere normen inzake milieubeheer die gebaseerd zijn op toepasselijke Europese of internationale normen en die door conformiteitsbeoordelingsinstanties zijn gecertificeerd.
2.18.1 Indien de aanbesteder de overlegging verlangt van een door een onafhankelijke instantie opgestelde verklaring dat de ondernemer aan bepaalde systemen of normen inzake milieubeheer voldoet, verwijst hij naar:
a. het milieubeheer- en milieuauditsysteem van de Europese Unie,
b. een ander milieubeheersysteem dat is erkend overeenkomstig artikel 45 van verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (PbEU 2009, L 342), of
c. andere normen inzake milieubeheer die gebaseerd zijn op toepasselijke Europese of internationale normen en die door conformiteitsbeoordelingsinstanties zijn gecertificeerd.
2.18.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
2.18.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
2.18.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van milieubeheer die een ondernemer overlegt, indien de
2.18.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van milieubeheer die een ondernemer overlegt, indien de
ondernemer aantoonbaar niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke certificaat of een gelijkwaardig certificaat binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval toont de ondernemer aan dat de maatregelen gelijkwaardig zijn aan die welke op grond van het toepasselijke milieubeheersysteem of de toepasselijke norm vereist zijn.
ondernemer aantoonbaar niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke certificaat of een gelijkwaardig certificaat binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval toont de ondernemer aan dat de maatregelen gelijkwaardig zijn aan die welke op grond van het toepasselijke milieubeheersysteem of de toepasselijke norm vereist zijn.
2.19 Beroepsbevoegdheid 2.19 Beroepsbevoegdheid
2.19.1 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om aan te tonen dat hij volgens de voorschriften van de lidstaat waar hij is gevestigd, in het beroepsregister of in het handelsregister is ingeschreven als bedoeld in Bijlage XI van richtlijn 2014/24/EU.
2.19.1 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om aan te tonen dat hij volgens de voorschriften van de lidstaat waar hij is gevestigd, in het beroepsregister of in het handelsregister is ingeschreven als bedoeld in Bijlage XI van richtlijn 2014/24/EU.
2.19.2 In geval van een opdracht voor diensten kan de aanbesteder, indien de ondernemer over een bijzondere vergunning dient te beschikken of indien de ondernemer lid van een bepaalde organisatie dient te zijn om in het land van herkomst de betrokken dienst te kunnen verlenen, verlangen dat de ondernemer aantoont dat hij over deze vergunning beschikt, of lid van de bedoelde organisatie is.
2.19.2 In geval van een opdracht voor diensten kan de aanbesteder, indien de ondernemer over een bijzondere vergunning dient te beschikken of indien de ondernemer lid van een bepaalde organisatie dient te zijn om in het land van herkomst de betrokken dienst te kunnen verlenen, verlangen dat de ondernemer aantoont dat hij over deze vergunning beschikt, of lid van de bedoelde organisatie is.
2.19.3 De aanbesteder wijst ondernemers die, krachtens de wetgeving van de lidstaat waarin zij zijn gevestigd, gerechtigd zijn de betreffende verrichting uit te voeren, niet af louter op grond van het feit dat zij een natuurlijke persoon of een rechtspersoon zijn.
2.19.3 De aanbesteder wijst ondernemers die, krachtens de wetgeving van de lidstaat waarin zij zijn gevestigd, gerechtigd zijn de betreffende verrichting uit te voeren, niet af louter op grond van het feit dat zij een natuurlijke persoon of een rechtspersoon zijn.
2.19.4 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, of
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze bij de inschrijving de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
2.19.4 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, of
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze bij de inschrijving de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
2.20 Termijnen inschrijving 2.20 Termijnen inschrijving
2.20.1
EU
Bij de Europese aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de voor de voorbereiding van de inschrijving benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 45 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging. De aanbesteder kan deze termijn met 5 dagen verkorten indien de inschrijvingen volledig langs elektronische weg kunnen worden ingediend.
2.20.2 Bij de nationale aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van
de inschrijvingen vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de
NL voor de voorbereiding van de inschrijving benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 32 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging. De aanbesteder kan deze termijn met 5 dagen verkorten indien de inschrijvingen volledig langs elektronische weg kunnen worden ingediend.
2.20.3
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder, indien hij een vooraankondiging heeft bekendgemaakt, de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen in de regel verkorten tot 29 dagen, maar in geen geval tot minder dan 22 dagen. Deze termijn loopt vanaf de verzenddatum van de aankondiging.
2.20.4
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen als bedoeld in artikel 2.20.1 verkorten, mits de vooraankondiging alle informatie als bedoeld in bijlage V, onderdeel B, afdeling I van Richtlijn 2014/24/EU bevat, voor zover deze informatie beschikbaar is op het tijdstip dat de vooraankondiging wordt bekendgemaakt. De vooraankondiging dient minimaal 52 dagen en maximaal 12 maanden voor de verzenddatum van de aankondiging te zijn verzonden.
2.20.5 In het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vaststellen op minimaal 15 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging.
2.20.5 In het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vaststellen op minimaal 15 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging.
2.20.6 De aanbesteder verlengt de termijn voor het indienen van de inschrijvingen met 5 dagen in de gevallen als bedoeld in artikel 2.8.1 en 2.8.2, tenzij er sprake is van een urgente situatie als bedoeld in artikel 2.20.5.
2.20.6 De aanbesteder verlengt de termijn voor het indienen van de inschrijvingen met 5 dagen in de gevallen als bedoeld in artikel 2.8.1 en 2.8.2, tenzij er sprake is van een urgente situatie als bedoeld in artikel 2.20.5.
2.20.7 Indien de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aanzienlijk gewijzigd zijn, verlengt de aanbesteder de termijn voor het indienen van de inschrijvingen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de wijziging.
2.20.7 Indien de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aanzienlijk gewijzigd zijn, verlengt de aanbesteder de termijn voor het indienen van de inschrijvingen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de wijziging.
2.20.8 Indien de aanbesteder gebruik maakt van een elektronisch systeem door middel waarvan de inschrijvingen ingediend moeten worden, kan hij de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verlengen indien zich een storing van het elektronische systeem voordoet waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, mits hij nog geen kennis heeft genomen van de inhoud van enige inschrijving. De aanbesteder maakt deze verlenging bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen en stelt ondernemers in de gelegenheid om hun inschrijving binnen de verlenging alsnog in te dienen, te wijzigen of aan te vullen.
2.20.8 Indien de aanbesteder gebruik maakt van een elektronisch systeem door middel waarvan de inschrijvingen ingediend moeten worden, kan hij de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verlengen indien zich een storing van het elektronische systeem voordoet waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, mits hij nog geen kennis heeft genomen van de inhoud van enige inschrijving. De aanbesteder maakt deze verlenging bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen en stelt ondernemers in de gelegenheid om hun inschrijving binnen de verlenging alsnog in te dienen, te wijzigen of aan te vullen.
2.20.9 In geval van een storing van het elektronische systeem door middel waarvan de inschrijving ingediend moet worden, waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, wordt een inschrijving aangemerkt als tijdig te zijn ingediend, indien:
a. de inschrijver vóór het verstrijken van de inschrijvingstermijn een versleutelde waarde van zijn inschrijving en een beschrijving van de objectieve wijze waarop deze is berekend, indient bij de aanbesteder en de inschrijving zodanig versleutelt dat de aanbesteder de inhoud van de inschrijving niet kan achterhalen,
b. de inschrijver de inschrijving na het verstrijken van de inschrijvingstermijn en binnen één werkdag na het verstrijken van die termijn indient bij de aanbesteder, en
c. de aanbesteder vaststelt dat de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel a identiek is aan de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel b.
Voor het indienen van de inschrijving als bedoeld in onderdelen a en b kan de inschrijver andere dan elektronische middelen gebruiken.
2.20.9 In geval van een storing van het elektronische systeem door middel waarvan de inschrijving ingediend moet worden, waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, wordt een inschrijving aangemerkt als tijdig te zijn ingediend, indien:
a. de inschrijver vóór het verstrijken van de inschrijvingstermijn een versleutelde waarde van zijn inschrijving en een beschrijving van de objectieve wijze waarop deze is berekend, indient bij de aanbesteder en de inschrijving zodanig versleutelt dat de aanbesteder de inhoud van de inschrijving niet kan achterhalen,
b. de inschrijver de inschrijving na het verstrijken van de inschrijvingstermijn en binnen één werkdag na het verstrijken van die termijn indient bij de aanbesteder, en
c. de aanbesteder vaststelt dat de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel a identiek is aan de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel b.
Voor het indienen van de inschrijving als bedoeld in onderdelen a en b kan de inschrijver andere dan elektronische middelen gebruiken.
2.20.10
GP3.6
De aanbesteder overweegt een langere termijn te hanteren dan de minimumtermijnen.
2.20.10
GP3.6
De aanbesteder overweegt een langere termijn te hanteren dan de minimumtermijnen.
2.21 Eigen verklaring en bewijsmiddelen 2.21 Eigen verklaring en bewijsmiddelen
2.21.1 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan:
a. dat de ondernemer bij zijn inschrijving een door hem ingevulde eigen verklaring moet indienen,
b. welke gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring moeten worden verstrekt, en
c. de termijn waarbinnen de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.21.8 uiterlijk door de aanbesteder moeten zijn ontvangen, te rekenen vanaf de verzenddatum van het verzoek tot indienen van de bewijsmiddelen.
2.21.1 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan:
a. dat de ondernemer bij zijn inschrijving een door hem ingevulde eigen verklaring moet indienen,
b. welke gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring moeten worden verstrekt, en
c. de termijn waarbinnen de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 2.21.8 uiterlijk door de aanbesteder moeten zijn ontvangen, te rekenen vanaf de verzenddatum van het verzoek tot indienen van de bewijsmiddelen.
2.21.2 De aanbesteder verlangt niet dat een ondernemer bij zijn inschrijving gegevens en inlichtingen op andere wijze verstrekt, indien deze gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring gevraagd kunnen worden.
2.21.2 De aanbesteder verlangt niet dat een ondernemer bij zijn inschrijving gegevens en inlichtingen op andere wijze verstrekt, indien deze gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring gevraagd kunnen worden.
2.21.3 De aanbesteder kan een ondernemer uitsluitend verzoeken bewijsmiddelen bij de door hem ingediende eigen verklaring te voegen indien het de bewijsmiddelen betreft die genoemd zijn in artikel 2.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1.
2.21.3 De aanbesteder kan een ondernemer uitsluitend verzoeken bewijsmiddelen bij de door hem ingediende eigen verklaring te voegen indien het de bewijsmiddelen betreft die genoemd zijn in artikel 2.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1.
2.21.4 Met een eigen verklaring geeft de ondernemer aan:
a. of de uitsluitingsgronden op hem van toepassing zijn,
b. of hij voldoet aan de in de aankondiging gestelde geschiktheidseisen, en
c. of hij voldoet of zal voldoen aan de technische specificaties en uitvoeringsvoorwaarden die milieu en dierenwelzijn betreffen of die gebaseerd zijn op sociale overwegingen.
2.21.4 Met een eigen verklaring geeft de ondernemer aan:
a. of de uitsluitingsgronden op hem van toepassing zijn,
b. of hij voldoet aan de in de aankondiging gestelde geschiktheidseisen, en
c. of hij voldoet of zal voldoen aan de technische specificaties en uitvoeringsvoorwaarden die milieu en dierenwelzijn betreffen of die gebaseerd zijn op sociale overwegingen.
2.21.5 De aanbesteder kan verlangen dat de ondernemers de uit hoofde van de artikelen
2.12 tot en met 2.18 overgelegde verklaringen en bescheiden aanvullen of nader toelichten.
2.21.5 De aanbesteder kan verlangen dat de ondernemers de uit hoofde van de artikelen
2.12 tot en met 2.18 overgelegde verklaringen en bescheiden aanvullen of nader toelichten.
2.21.6 In het geval van een gebrek in de eigen verklaring of in geval van een gebrek met betrekking tot de bewijsmiddelen stelt de aanbesteder de betreffende ondernemer in de gelegenheid om het gebrek te herstellen binnen een termijn van 2 werkdagen, te rekenen vanaf de dag van verzending van een verzoek daartoe. De aanbesteder verzendt dit bericht per fax of elektronisch bericht. Indien de aanbesteder het gevraagde niet binnen de daartoe gestelde termijn heeft ontvangen of indien het gebrek niet door het antwoord is hersteld, komt de ondernemer niet in aanmerking voor verdere deelname aan de procedure.
2.21.6 In het geval van een gebrek in de eigen verklaring of in geval van een gebrek met betrekking tot de bewijsmiddelen stelt de aanbesteder de betreffende ondernemer in de gelegenheid om het gebrek te herstellen binnen een termijn van 2 werkdagen, te rekenen vanaf de dag van verzending van een verzoek daartoe. De aanbesteder verzendt dit bericht per fax of elektronisch bericht. Indien de aanbesteder het gevraagde niet binnen de daartoe gestelde termijn heeft ontvangen of indien het gebrek niet door het antwoord is hersteld, komt de ondernemer niet in aanmerking voor verdere deelname aan de procedure.
2.21.7 Ondernemers kunnen een eerder gebruikte eigen verklaring indienen, mits zij bevestigen dat de daarin opgenomen gegevens nog steeds correct zijn.
2.21.7 Ondernemers kunnen een eerder gebruikte eigen verklaring indienen, mits zij bevestigen dat de daarin opgenomen gegevens nog steeds correct zijn.
2.21.8 De aanbesteder kan uitsluitend voor de inschrijver aan wie hij voornemens is de opdracht te gunnen nagaan of deze niet moet worden uitgesloten en of deze voldoet aan de gestelde geschiktheidseisen. Hierbij kan de aanbesteder de inschrijver verzoeken de in de bewijsmiddelen die horen bij de eigen verklaring aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
2.21.8 De aanbesteder kan uitsluitend voor de inschrijver aan wie hij voornemens is de opdracht te gunnen nagaan of deze niet moet worden uitgesloten en of deze voldoet aan de gestelde geschiktheidseisen. Hierbij kan de aanbesteder de inschrijver verzoeken de in de bewijsmiddelen die horen bij de eigen verklaring aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
2.22 Nadere inlichtingen ten behoeve van de inschrijving 2.22 Nadere inlichtingen ten behoeve van de inschrijving
2.22.1
EU
Bij de Europese aanbesteding worden nadere inlichtingen over de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 10 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 2.20.5 bedraagt deze termijn 4 dagen.
2.22.2
NL
Bij de nationale aanbesteding worden nadere inlichtingen over de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 6 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 2.20.5
bedraagt deze termijn 4 dagen.
2.22.3 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In deze nota neemt de aanbesteder eveneens de vragen op die schriftelijk of tijdens een inlichtingenbijeenkomst mondeling zijn gesteld. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen inschrijvingsfase’.
2.22.3 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In deze nota neemt de aanbesteder eveneens de vragen op die schriftelijk of tijdens een inlichtingenbijeenkomst mondeling zijn gesteld. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen inschrijvingsfase’.
2.22.4 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase opgemaakt.
2.22.4 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase opgemaakt.
2.22.5 Indien inschrijvingen slechts kunnen worden gedaan na een bezoek van de locatie,of na inzage ter plaatse van de documenten waarop de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken steunen, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen.
2.22.5 Indien inschrijvingen slechts kunnen worden gedaan na een bezoek van de locatie,of na inzage ter plaatse van de documenten waarop de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken steunen, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen.
2.22.6 Indien nadere inlichtingen die van betekenis zijn voor het opstellen van de inschrijvingen tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in dit artikel gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de informatie.
2.22.6 Indien nadere inlichtingen die van betekenis zijn voor het opstellen van de inschrijvingen tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in dit artikel gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de informatie.
2.22.7 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase, voor elke inschrijver bindend.
2.22.7 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase, voor elke inschrijver bindend.
2.23 Nadere inlichtingen in geval van een gerechtvaardigd economisch belang 2.23 Nadere inlichtingen in geval van een gerechtvaardigd economisch belang
2.23.1 Een ondernemer die voornemens is in te schrijven kan de aanbesteder gemotiveerd verzoeken om nadere inlichtingen die niet worden opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase. De aanbesteder kan dergelijke inlichtingen verstrekken voor zover het opnemen daarvan, naar het oordeel van de aanbesteder, in deze nota schade kan toebrengen aan de gerechtvaardigde economische belangen van de ondernemer. De aanbesteder mag deze inlichtingen alleen geven indien deze dienen ter verduidelijking van de eisen die de aanbesteder in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken heeft gesteld. Het verstrekken van dergelijke inlichtingen mag niet leiden tot discriminatie van andere ondernemers die voornemens zijn in te schrijven.
2.23.1 Een ondernemer die voornemens is in te schrijven kan de aanbesteder gemotiveerd verzoeken om nadere inlichtingen die niet worden opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase. De aanbesteder kan dergelijke inlichtingen verstrekken voor zover het opnemen daarvan, naar het oordeel van de aanbesteder, in deze nota schade kan toebrengen aan de gerechtvaardigde economische belangen van de ondernemer. De aanbesteder mag deze inlichtingen alleen geven indien deze dienen ter verduidelijking van de eisen die de aanbesteder in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken heeft gesteld. Het verstrekken van dergelijke inlichtingen mag niet leiden tot discriminatie van andere ondernemers die voornemens zijn in te schrijven.
2.23.2 Bij strijdigheid prevaleren de overige voor inschrijving relevante 2.23.2 Bij strijdigheid prevaleren de overige voor inschrijving relevante
aanbestedingsstukken boven de verstrekte nadere inlichtingen als bedoeld in artikel 2.23.1.
aanbestedingsstukken boven de verstrekte nadere inlichtingen als bedoeld in artikel 2.23.1.
2.23.3 De aanbesteder verstrekt aan de ondernemer een proces-verbaal van de door hem gestelde vragen en de daarop gegeven antwoorden.
2.23.3 De aanbesteder verstrekt aan de ondernemer een proces-verbaal van de door hem gestelde vragen en de daarop gegeven antwoorden.
2.23.4 In het geval van een gerechtelijke procedure waarbij de betreffende nadere inlichtingen onderwerp van geschil zijn, is de aanbesteder gerechtigd de verstrekte inlichtingen in de procedure in te brengen.
2.23.4 In het geval van een gerechtelijke procedure waarbij de betreffende nadere inlichtingen onderwerp van geschil zijn, is de aanbesteder gerechtigd de verstrekte inlichtingen in de procedure in te brengen.
2.24 Elektronische catalogus 2.24 Elektronische catalogus
2.24.1 In een geval als bedoeld in artikel 2.2.1 kan de aanbesteder bepalen dat inschrijvingen in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend of een elektronische catalogus bevatten. Inschrijvingen die in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend, kunnen vergezeld gaan van andere documenten ter aanvulling van de inschrijving. De aanbesteder bepaalt de technische specificaties en het format van de elektronische catalogus.
2.24.1 In een geval als bedoeld in artikel 2.2.1 kan de aanbesteder bepalen dat inschrijvingen in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend of een elektronische catalogus bevatten. Inschrijvingen die in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend, kunnen vergezeld gaan van andere documenten ter aanvulling van de inschrijving. De aanbesteder bepaalt de technische specificaties en het format van de elektronische catalogus.
2.24.2 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, verstrekt de aanbesteder in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken alle nodige informatie betreffende het format, de gebruikte elektronische apparatuur, de technische bepalingen voor de verbinding en specificaties voor de elektronische catalogus.
2.24.2 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, verstrekt de aanbesteder in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken alle nodige informatie betreffende het format, de gebruikte elektronische apparatuur, de technische bepalingen voor de verbinding en specificaties voor de elektronische catalogus.
2.24.3 De ondernemer stelt een elektronische catalogus op met het oog op deelneming aan de aanbestedingsprocedure, in overeenstemming met de daaraan door de aanbesteder gestelde eisen.
2.24.3 De ondernemer stelt een elektronische catalogus op met het oog op deelneming aan de aanbestedingsprocedure, in overeenstemming met de daaraan door de aanbesteder gestelde eisen.
2.25 Inschrijving 2.25 Inschrijving
2.25.1
EU
Bij de Europese aanbesteding geschiedt de inschrijving met behulp van elektronische middelen, tenzij sprake is van de volgende gevallen:
a. wegens de gespecialiseerde aard van de aanbesteding zijn voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen niet algemeen beschikbare gespecialiseerde instrumenten, middelen of bestandsformaten nodig;
b. de applicaties voor ondersteuning van de bestandsformaten die geschikt zijn voor de omschrijving van de inschrijvingen gebruiken bestandsformaten die niet door andere open of algemeen beschikbare toepassingen kunnen worden verwerkt, of zijn onderworpen aan een eigendomsgebonden licentieregeling en kunnen niet door de aanbesteder als downloads of gebruik op afstand beschikbaar worden gesteld;
c. voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen is
gespecialiseerde kantoorapparatuur nodig waarover de aanbesteder niet beschikt;
d. de aanbesteder eist de indiening van fysieke of schaalmodellen die niet langs elektronische weg kunnen worden verzonden;
e. vanwege een inbreuk op de beveiliging van die elektronische middelen;
f. voor de bescherming van de bijzonder gevoelige aard van de informatie is een dermate hoog beschermingsniveau nodig dat dit niveau niet afdoende kan worden verzekerd via elektronische instrumenten of middelen die algemeen beschikbaar zijn voor ondernemers of die ondernemers via alternatieve toegangsmiddelen ter beschikking kunnen worden gesteld.
In deze gevallen worden de betreffende delen van de inschrijving ingediend per post of via een andere geschikte vervoerder, eventueel in combinatie met indiening langs elektronische weg.
2.25.2 Elke inschrijving dient te zijn voorzien van een inschrijvingsbiljet dat is ondertekend door de inschrijver en dat ten minste de volgende gegevens bevat:
a. een korte aanduiding van de opdracht;
b. bij een natuurlijk persoon, de naam, voornaam en het volledige adres van de inschrijver;
c. bij een rechtspersoon, de statutaire naam, het volledige vestigingsadres en, indien beschikbaar, het KVK nummer;
d. in geval van een inschrijving door een samenwerkingsverband van ondernemers, de bovenstaande gegevens van elk van de deelnemers aan het samenwerkingsverband en de aanduiding van de ondernemer die optreedt als gemachtigde om hen in alle zaken in het kader van de aanbestedingsprocedure en de uitvoering van de opdracht te vertegenwoordigen;
e. de inschrijvingssom in cijfers en in letters, in euro, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. de omzetbelasting in cijfers en letters, in euro;
g. de naam, voorletters en functie van de ondertekenaar;
h. de plaats en datum van ondertekening.
Door ondertekening verklaart de inschrijver dat de inschrijving wordt gedaan overeenkomstig de bepalingen van het Aanbestedingsreglement Werken 2016 met inachtneming van de bepalingen en de gegevens zoals deze zijn omschreven in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken.
2.25.2 Elke inschrijving dient te zijn voorzien van een inschrijvingsbiljet dat is ondertekend door de inschrijver en dat ten minste de volgende gegevens bevat:
a. een korte aanduiding van de opdracht;
b. bij een natuurlijk persoon, de naam, voornaam en het volledige adres van de inschrijver;
c. bij een rechtspersoon, de statutaire naam, het volledige vestigingsadres en, indien beschikbaar, het KVK nummer;
d. in geval van een inschrijving door een samenwerkingsverband van ondernemers, de bovenstaande gegevens van elk van de deelnemers aan het samenwerkingsverband en de aanduiding van de ondernemer die optreedt als gemachtigde om hen in alle zaken in het kader van de aanbestedingsprocedure en de uitvoering van de opdracht te vertegenwoordigen;
e. de inschrijvingssom in cijfers en in letters, in euro, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. de omzetbelasting in cijfers en letters, in euro;
g. de naam, voorletters en functie van de ondertekenaar;
h. de plaats en datum van ondertekening.
Door ondertekening verklaart de inschrijver dat de inschrijving wordt gedaan overeenkomstig de bepalingen van het Aanbestedingsreglement Werken 2016 met inachtneming van de bepalingen en de gegevens zoals deze zijn omschreven in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken.
2.25.3 De inschrijver vermeldt op het inschrijvingsbiljet op welke opdracht de inschrijving betrekking heeft, alsmede, in geval van verdeling van de opdracht in percelen, op welk perceel of op welke combinatie van percelen.
2.25.3 De inschrijver vermeldt op het inschrijvingsbiljet op welke opdracht de inschrijving betrekking heeft, alsmede, in geval van verdeling van de opdracht in percelen, op welk perceel of op welke combinatie van percelen.
2.25.4 Indien de opdracht in percelen is verdeeld en de aanbesteder in de aankondiging 2.25.4 Indien de opdracht in percelen is verdeeld en de aanbesteder in de aankondiging
heeft vermeld dat een inschrijver op meerdere percelen in kan schrijven, moet voor elk perceel een afzonderlijk inschrijvingsbiljet met de daarbij behorende bescheiden worden ingediend.
heeft vermeld dat een inschrijver op meerdere percelen in kan schrijven, moet voor elk perceel een afzonderlijk inschrijvingsbiljet met de daarbij behorende bescheiden worden ingediend.
2.25.5 De aanbesteder bewaart de inschrijvingen op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is.
2.25.5 De aanbesteder bewaart de inschrijvingen op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is.
2.25.6 Een inschrijving is slechts geldig indien het inschrijvingsbiljet en alle gegevens die nodig zijn voor de beoordeling van de inschrijving uiterlijk op het uiterste tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen.
2.25.6 Een inschrijving is slechts geldig indien het inschrijvingsbiljet en alle gegevens die nodig zijn voor de beoordeling van de inschrijving uiterlijk op het uiterste tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen.
2.25.7 Een inschrijver kan door middel van een duidelijke, ondertekende verklaring, waarmee op dezelfde wijze dient te worden gehandeld als met de inschrijving, zijn inschrijving intrekken. Deze verklaring moet voor het tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen. De aanbesteder is niet verplicht de ingetrokken inschrijving te retourneren.
2.25.7 Een inschrijver kan door middel van een duidelijke, ondertekende verklaring, waarmee op dezelfde wijze dient te worden gehandeld als met de inschrijving, zijn inschrijving intrekken. Deze verklaring moet voor het tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen. De aanbesteder is niet verplicht de ingetrokken inschrijving te retourneren.
2.26 Gezamenlijke inschrijving 2.26 Gezamenlijke inschrijving
2.26.1 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een inschrijving van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft. De aanbesteder kan van het samenwerkingsverband waaraan de opdracht wordt verleend, eisen dat het een bepaalde rechtsvorm aanneemt, mits dit voor de goede uitvoering van de opdracht nodig is.
2.26.1 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een inschrijving van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft. De aanbesteder kan van het samenwerkingsverband waaraan de opdracht wordt verleend, eisen dat het een bepaalde rechtsvorm aanneemt, mits dit voor de goede uitvoering van de opdracht nodig is.
2.26.2 Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen.
2.26.2 Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen.
2.27 Inlichtingen over eventuele onderaanneming 2.27 Inlichtingen over eventuele onderaanneming
2.27.1 In de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken kan de aanbesteder een inschrijver verzoeken om in zijn inschrijving aan te geven welk gedeelte van de opdracht hij voornemens is aan derden in onderaanneming te geven en welke onderaannemers hij voorstelt. De inschrijver blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor de uitvoering van de opdracht.
2.27.1 In de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken kan de aanbesteder een inschrijver verzoeken om in zijn inschrijving aan te geven welk gedeelte van de opdracht hij voornemens is aan derden in onderaanneming te geven en welke onderaannemers hij voorstelt. De inschrijver blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor de uitvoering van de opdracht.
2.27.2 In het geval van een opdracht voor werken en in het geval van een opdracht voor diensten die ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend, verlangt de aanbesteder van de hoofdaannemer dat hij hem na de verlening van de opdracht en ten laatste wanneer met de uitvoering van de opdracht wordt begonnen, de volgende gegevens verstrekt, voor zover deze op dat moment bekend zijn:
2.27.2 In het geval van een opdracht voor werken en in het geval van een opdracht voor diensten die ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend, verlangt de aanbesteder van de hoofdaannemer dat hij hem na de verlening van de opdracht en ten laatste wanneer met de uitvoering van de opdracht wordt begonnen, de volgende gegevens verstrekt, voor zover deze op dat moment bekend zijn:
a. de naam,
b. de contactgegevens, en
c. de wettelijke vertegenwoordigers van zijn onderaannemers die bij de uitvoering van de werken of het verrichten van de diensten betrokken zijn.
a. de naam,
b. de contactgegevens, en
c. de wettelijke vertegenwoordigers van zijn onderaannemers die bij de uitvoering van de werken of het verrichten van de diensten betrokken zijn.
2.27.3 De aanbesteder verlangt van de hoofdaannemer dat hij hem in kennis stelt van:
a. alle wijzigingen in de gegevens als bedoeld in artikel 2.27.2 tijdens de uitvoering van de opdracht, en
b. de gegevens als bedoeld in artikel 2.27.2 van nieuwe onderaannemers die de hoofdaannemer bij de uitvoering van de werken of de verlening van de diensten zal betrekken.
2.27.3 De aanbesteder verlangt van de hoofdaannemer dat hij hem in kennis stelt van:
a. alle wijzigingen in de gegevens als bedoeld in artikel 2.27.2 tijdens de uitvoering van de opdracht, en
b. de gegevens als bedoeld in artikel 2.27.2 van nieuwe onderaannemers die de hoofdaannemer bij de uitvoering van de werken of de verlening van de diensten zal betrekken.
2.27.4 De aanbesteder kan de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 2.27.2 en 2.27.3 uitbreiden tot:
a. opdrachten voor leveringen;
b. opdrachten voor diensten andere dan die welke ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend;
c. bij opdrachten voor werken of diensten betrokken leveranciers;
d. onderaannemers van de onderaannemers van de hoofdaannemer of verderop in de keten van onderaannemers.
2.27.4 De aanbesteder kan de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 2.27.2 en 2.27.3 uitbreiden tot:
a. opdrachten voor leveringen;
b. opdrachten voor diensten andere dan die welke ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend;
c. bij opdrachten voor werken of diensten betrokken leveranciers;
d. onderaannemers van de onderaannemers van de hoofdaannemer of verderop in de keten van onderaannemers.
2.27.5 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. kan de aanbesteder voorafgaand aan de verlening van de opdracht verlangen dat de hoofdaannemer een eigen verklaring overlegt van de onderaannemers die hij voornemens is bij de uitvoering van de opdracht te betrekken;
b. draagt de aanbesteder er zorg voor dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer tot vervanging van de onderaannemer overgaat over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen
2.13.1 tot en met 2.13.5 bekend is geworden;
c. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer overgaat tot vervanging van de onderaannemer over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in artikel 2.13.7 bekend is geworden;
d. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer eigen verklaringen, certificaten of andere ondersteunende documenten van de onderaannemers overlegt.
2.27.5 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. kan de aanbesteder voorafgaand aan de verlening van de opdracht verlangen dat de hoofdaannemer een eigen verklaring overlegt van de onderaannemers die hij voornemens is bij de uitvoering van de opdracht te betrekken;
b. draagt de aanbesteder er zorg voor dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer tot vervanging van de onderaannemer overgaat over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen
2.13.1 tot en met 2.13.5 bekend is geworden;
c. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer overgaat tot vervanging van de onderaannemer over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in artikel 2.13.7 bekend is geworden;
d. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer eigen verklaringen, certificaten of andere ondersteunende documenten van de onderaannemers overlegt.
2.28 Varianten van de inschrijver 2.28 Varianten van de inschrijver
2.28.1 De aanbesteder kan de inschrijvers toestaan, of van hen verlangen, varianten in te dienen. Varianten zijn verbonden met het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder
2.28.1 De aanbesteder kan de inschrijvers toestaan, of van hen verlangen, varianten in te dienen. Varianten zijn verbonden met het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder
waarborgt dat de gekozen gunningscriteria kunnen worden toegepast op varianten die aan de minimumeisen voldoen en op conforme inschrijvingen die geen varianten zijn.
waarborgt dat de gekozen gunningscriteria kunnen worden toegepast op varianten die aan de minimumeisen voldoen en op conforme inschrijvingen die geen varianten zijn.
2.28.2 De aanbesteder staat alleen varianten toe indien hij in de aankondiging heeft vermeld dat deze zijn toegestaan of worden verlangd.
2.28.2 De aanbesteder staat alleen varianten toe indien hij in de aankondiging heeft vermeld dat deze zijn toegestaan of worden verlangd.
2.28.3 De aanbesteder die varianten toestaat of verlangt, vermeldt in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke minimumeisen deze varianten moeten voldoen, hoe zij worden ingediend en of varianten uitsluitend kunnen worden ingediend wanneer ook een inschrijving die geen variant is, is ingediend.
2.28.3 De aanbesteder die varianten toestaat of verlangt, vermeldt in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke minimumeisen deze varianten moeten voldoen, hoe zij worden ingediend en of varianten uitsluitend kunnen worden ingediend wanneer ook een inschrijving die geen variant is, is ingediend.
2.28.4 Een variant wordt ingediend op een afzonderlijk inschrijvingsbiljet waarop duidelijk is aangegeven dat het inschrijvingsbiljet betrekking heeft op een variant. Het inschrijvingsbiljet gaat vergezeld van een duidelijke omschrijving van hetgeen de variant inhoudt.
2.28.4 Een variant wordt ingediend op een afzonderlijk inschrijvingsbiljet waarop duidelijk is aangegeven dat het inschrijvingsbiljet betrekking heeft op een variant. Het inschrijvingsbiljet gaat vergezeld van een duidelijke omschrijving van hetgeen de variant inhoudt.
2.28.5 Bij opdrachten voor leveringen of diensten wijst de aanbesteder die varianten heeft toegestaan of verlangd, een variant niet af uitsluitend omdat deze, indien deze werd gekozen, veeleer tot een opdracht voor diensten dan tot een opdracht voor leveringen, dan wel veeleer tot een opdracht voor leveringen dan tot een opdracht voor diensten zou leiden.
2.28.5 Bij opdrachten voor leveringen of diensten wijst de aanbesteder die varianten heeft toegestaan of verlangd, een variant niet af uitsluitend omdat deze, indien deze werd gekozen, veeleer tot een opdracht voor diensten dan tot een opdracht voor leveringen, dan wel veeleer tot een opdracht voor leveringen dan tot een opdracht voor diensten zou leiden.
2.29 Varianten van de aanbesteder 2.29 Varianten van de aanbesteder
2.29.1 Indien in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken varianten van de aanbesteder als zodanig worden omschreven, staat het een inschrijver vrij om op een of meer varianten in te schrijven, tenzij inschrijving op alle varianten verplicht is gesteld.
2.29.1 Indien in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken varianten van de aanbesteder als zodanig worden omschreven, staat het een inschrijver vrij om op een of meer varianten in te schrijven, tenzij inschrijving op alle varianten verplicht is gesteld.
2.29.2 Een inschrijver dient voor elke variant van de aanbesteder waarop hij inschrijft, een afzonderlijk inschrijvingsbiljet in. De inschrijver geeft op het inschrijvingsbiljet duidelijk aan op welke variant de inschrijving betrekking heeft.
2.29.2 Een inschrijver dient voor elke variant van de aanbesteder waarop hij inschrijft, een afzonderlijk inschrijvingsbiljet in. De inschrijver geeft op het inschrijvingsbiljet duidelijk aan op welke variant de inschrijving betrekking heeft.
2.30 Termijn van gestanddoening 2.30 Termijn van gestanddoening
2.30.1 Onverlet hetgeen is bepaald in artikel 2.30.3 moet de inschrijver zijn inschrijving gestand doen gedurende 50 dagen na de dag waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken of, in voorkomend geval, de dag waarop de elektronische veiling is afgesloten, tenzij in de aankondiging of de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken een andere termijn is gesteld.
2.30.1 Onverlet hetgeen is bepaald in artikel 2.30.3 moet de inschrijver zijn inschrijving gestand doen gedurende 50 dagen na de dag waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken of, in voorkomend geval, de dag waarop de elektronische veiling is afgesloten, tenzij in de aankondiging of de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken een andere termijn is gesteld.
2.30.2 De aanbesteder kan verzoeken de termijn van gestanddoening te verlengen. Het verzoek tot verlenging van de termijn van gestanddoening wordt niet gedaan aan de inschrijver die naar het oordeel van de aanbesteder zeer waarschijnlijk niet in aanmerking komt voor de opdracht. De inschrijver kan aan een zodanig verzoek geen recht op de opdracht ontlenen.
2.30.2 De aanbesteder kan verzoeken de termijn van gestanddoening te verlengen. Het verzoek tot verlenging van de termijn van gestanddoening wordt niet gedaan aan de inschrijver die naar het oordeel van de aanbesteder zeer waarschijnlijk niet in aanmerking komt voor de opdracht. De inschrijver kan aan een zodanig verzoek geen recht op de opdracht ontlenen.
2.30.3 Indien een kort geding als bedoeld in artikel 2.37.3 aanhangig is gemaakt, eindigt de termijn van gestanddoening 8 dagen na de dag waarop in kort geding vonnis is gewezen.
2.30.3 Indien een kort geding als bedoeld in artikel 2.37.3 aanhangig is gemaakt, eindigt de termijn van gestanddoening 8 dagen na de dag waarop in kort geding vonnis is gewezen.
2.31 Opening van de inschrijvingen 2.31 Opening van de inschrijvingen
2.31.1 De aanbesteder opent de inschrijvingen niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken.
2.31.1 De aanbesteder opent de inschrijvingen niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken.
2.31.2 Van het openen van de inschrijvingen wordt proces-verbaal opgemaakt. Het proces- verbaal van opening van de inschrijvingen bevat ten minste de volgende gegevens:
a. de plaats en de datum van het openen van de inschrijvingen;
b. een korte aanduiding van de opdracht;
c. de namen en de adressen van de inschrijvers;
d. de aanduiding van het perceel, de percelen of het totaal waar de inschrijver op inschrijft;
e. bij toepassing van het gunningscriterium van de laagste prijs, de inschrijvingssommen, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. eventuele in het oog springende onregelmatigheden in de inschrijvingen;
g. de naam, functie en handtekening van degene die de inschrijvingen heeft geopend;
h. de plaats en de datum van ondertekening van het proces-verbaal.
2.31.2 Van het openen van de inschrijvingen wordt proces-verbaal opgemaakt. Het proces- verbaal van opening van de inschrijvingen bevat ten minste de volgende gegevens:
a. de plaats en de datum van het openen van de inschrijvingen;
b. een korte aanduiding van de opdracht;
c. de namen en de adressen van de inschrijvers;
d. de aanduiding van het perceel, de percelen of het totaal waar de inschrijver op inschrijft;
e. bij toepassing van het gunningscriterium van de laagste prijs, de inschrijvingssommen, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. eventuele in het oog springende onregelmatigheden in de inschrijvingen;
g. de naam, functie en handtekening van degene die de inschrijvingen heeft geopend;
h. de plaats en de datum van ondertekening van het proces-verbaal.
2.31.3 Indien bedragen in cijfers en in letters niet overeenkomen, geldt het bedrag in letters, tenzij uit de inschrijving klaarblijkelijk is af te leiden dat het bedrag in cijfers heeft te gelden.
2.31.3 Indien bedragen in cijfers en in letters niet overeenkomen, geldt het bedrag in letters, tenzij uit de inschrijving klaarblijkelijk is af te leiden dat het bedrag in cijfers heeft te gelden.
2.31.4 Het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen wordt uiterlijk 2 werkdagen na de datum van opening van de inschrijvingen naar de inschrijvers verzonden.
2.31.4 Het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen wordt uiterlijk 2 werkdagen na de datum van opening van de inschrijvingen naar de inschrijvers verzonden.
2.32 Ongeldigheid van de inschrijving 2.32 Ongeldigheid van de inschrijving
2.32.1 Een inschrijving die niet voldoet aan de eisen gesteld in dit reglement, de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, is ongeldig.
2.32.1 Een inschrijving die niet voldoet aan de eisen gesteld in dit reglement, de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, is ongeldig.
2.32.2 Een inschrijving waaraan voorwaarden zijn verbonden, is ongeldig. 2.32.2 Een inschrijving waaraan voorwaarden zijn verbonden, is ongeldig.
2.32.3 De inschrijver dient, indien de aanbesteder dat heeft voorgeschreven, bij de inschrijving een verklaring over te leggen dat de inschrijving niet tot stand is gekomen onder invloed van een overeenkomst, besluit of gedraging in strijd met het Nederlandse of Europese mededingingsrecht. Deze verklaring, ingericht volgens het in Deel II opgenomen Model K, dient ondertekend te zijn door een bestuurder die ter zake de inschrijver rechtsgeldig vertegenwoordigt. In het geval de inschrijver een samenwerkingsverband van ondernemers is, verstrekt de inschrijver een dergelijke verklaring van een bestuurder van iedere ondernemer. De inschrijving is ongeldig indien een vereiste verklaring ontbreekt of niet naar waarheid is ingevuld.
2.32.3 De inschrijver dient, indien de aanbesteder dat heeft voorgeschreven, bij de inschrijving een verklaring over te leggen dat de inschrijving niet tot stand is gekomen onder invloed van een overeenkomst, besluit of gedraging in strijd met het Nederlandse of Europese mededingingsrecht. Deze verklaring, ingericht volgens het in Deel II opgenomen Model K, dient ondertekend te zijn door een bestuurder die ter zake de inschrijver rechtsgeldig vertegenwoordigt. In het geval de inschrijver een samenwerkingsverband van ondernemers is, verstrekt de inschrijver een dergelijke verklaring van een bestuurder van iedere ondernemer. De inschrijving is ongeldig indien een vereiste verklaring ontbreekt of niet naar waarheid is ingevuld.
2.33 Verduidelijking van de inschrijving 2.33 Verduidelijking van de inschrijving
2.33.1
EU
De aanbesteder kan bij de Europese aanbesteding inschrijvers verzoeken om de inhoud van de inschrijving te verduidelijken of aan te vullen, voor zover dit niet strijdig is met de beginselen van het aanbestedingsrecht. Onderhandelingen met inschrijvers over fundamentele punten van de opdracht, met name over de prijzen, zijn niet toegestaan als daardoor de mededinging vervalst zou worden of discriminatie zou ontstaan.
2.33.2
NL
Bij de nationale aanbesteding kunnen op verzoek van de aanbesteder besprekingen met inschrijvers plaatsvinden met het oog op een verduidelijking van de inhoud van hun inschrijving en van de eisen van de aanbesteder, voor zover dit niet strijdig is met de uitgangspunten van het aanbestedingsrecht. Onderhandelingen met inschrijvers over fundamentele punten van de opdracht, met name over de prijzen, zijn niet toegestaan als daardoor de mededinging vervalst zou worden of discriminatie zou ontstaan.
2.34 Abnormaal lage inschrijving 2.34 Abnormaal lage inschrijving
2.34.1 Indien een inschrijving is gedaan die in verhouding tot de te verrichten opdracht abnormaal laag lijkt, verzoekt de aanbesteder schriftelijk om een toelichting op de voorgestelde prijs of kosten van de inschrijving. De aanbesteder onderzoekt in overleg met de inschrijver de verstrekte informatie.
2.34.1 Indien een inschrijving is gedaan die in verhouding tot de te verrichten opdracht abnormaal laag lijkt, verzoekt de aanbesteder schriftelijk om een toelichting op de voorgestelde prijs of kosten van de inschrijving. De aanbesteder onderzoekt in overleg met de inschrijver de verstrekte informatie.
2.34.2 De verduidelijkingen kunnen onder meer verband houden met:
a. de doelmatigheid van het bouwproces, van het productieproces van de producten of van de dienstverlening,
b. de gekozen technische oplossingen of uitzonderlijk gunstige omstandigheden waarvan de inschrijver bij de uitvoering van de werken, de levering van de producten of het verlenen van de diensten kan profiteren,
c. de originaliteit van de door de inschrijver voorgestelde werken, leveringen of diensten,
d. het vervullen van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en
2.34.2 De verduidelijkingen kunnen onder meer verband houden met:
a. de doelmatigheid van het bouwproces, van het productieproces van de producten of van de dienstverlening,
b. de gekozen technische oplossingen of uitzonderlijk gunstige omstandigheden waarvan de inschrijver bij de uitvoering van de werken, de levering van de producten of het verlenen van de diensten kan profiteren,
c. de originaliteit van de door de inschrijver voorgestelde werken, leveringen of diensten,
d. het vervullen van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en
arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht,
e. de ontvangst van staatssteun door de inschrijver, en
f. het vervullen van de verplichtingen als bedoeld in artikel 2.27.
arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht,
e. de ontvangst van staatssteun door de inschrijver, en
f. het vervullen van de verplichtingen als bedoeld in artikel 2.27.
2.34.3 Indien de aanbesteder constateert dat een inschrijving abnormaal laag is omdat de inschrijver staatssteun heeft gekregen, kan de inschrijving uitsluitend op enkel die grond, en na overleg met de inschrijver, worden afgewezen, indien de inschrijver desgevraagd niet binnen een door de aanbesteder bepaalde voldoende lange termijn kan aantonen dat de betrokken steun niet in strijd met artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is toegekend.
2.34.3 Indien de aanbesteder constateert dat een inschrijving abnormaal laag is omdat de inschrijver staatssteun heeft gekregen, kan de inschrijving uitsluitend op enkel die grond, en na overleg met de inschrijver, worden afgewezen, indien de inschrijver desgevraagd niet binnen een door de aanbesteder bepaalde voldoende lange termijn kan aantonen dat de betrokken steun niet in strijd met artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is toegekend.
2.34.4
EU
Bij de Europese aanbesteding stelt de aanbesteder die in een situatie als bedoeld in artikel 2.34.3 een inschrijving afwijst, de Europese Commissie daarvan in kennis.
2.34.5 De aanbesteder kan een inschrijving uitsluitend afwijzen indien het lage niveau van de voorgestelde prijzen of kosten niet genoegzaam wordt gestaafd door het verstrekte bewijsmateriaal, rekening houdend met de in artikel 2.34.2 bedoelde elementen.
2.34.5 De aanbesteder kan een inschrijving uitsluitend afwijzen indien het lage niveau van de voorgestelde prijzen of kosten niet genoegzaam wordt gestaafd door het verstrekte bewijsmateriaal, rekening houdend met de in artikel 2.34.2 bedoelde elementen.
2.34.6 De aanbesteder wijst een inschrijving af indien hij heeft vastgesteld dat de inschrijving abnormaal laag is omdat zij niet voldoet aan de verplichtingen op het gebied van het milieu- sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht.
2.34.6 De aanbesteder wijst een inschrijving af indien hij heeft vastgesteld dat de inschrijving abnormaal laag is omdat zij niet voldoet aan de verplichtingen op het gebied van het milieu- sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht.
2.35 Elektronische veiling 2.35 Elektronische veiling
2.35.1 De aanbesteder kan de gunningsbeslissing vooraf laten gaan door een elektronische veiling, indien de inhoud van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, met name de technische specificaties, nauwkeurig is opgesteld.
2.35.1 De aanbesteder kan de gunningsbeslissing vooraf laten gaan door een elektronische veiling, indien de inhoud van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, met name de technische specificaties, nauwkeurig is opgesteld.
2.35.2 Een elektronische veiling is niet toegestaan bij werken of diensten die intellectuele prestaties tot voorwerp van de opdracht hebben.
2.35.2 Een elektronische veiling is niet toegestaan bij werken of diensten die intellectuele prestaties tot voorwerp van de opdracht hebben.
2.35.3 Indien de aanbesteder de gunningsbeslissing vooraf laat gaan door een elektronische veiling, verricht hij een eerste, volledige beoordeling van de inschrijvingen aan de hand van de gunningscriteria en de weging daarvan, zoals die zijn vastgesteld.
2.35.3 Indien de aanbesteder de gunningsbeslissing vooraf laat gaan door een elektronische veiling, verricht hij een eerste, volledige beoordeling van de inschrijvingen aan de hand van de gunningscriteria en de weging daarvan, zoals die zijn vastgesteld.
2.35.4 De aanbesteder waarborgt dat alle inschrijvers die een ontvankelijke inschrijving hebben gedaan, tegelijkertijd langs elektronische weg worden uitgenodigd tot deelneming aan de elektronische veiling om nieuwe prijzen of nieuwe waarden in te dienen. Een inschrijving is ontvankelijk indien:
a. deze wordt ingediend door een inschrijver:
1. die de aanbesteder op grond van artikel 2.13 niet moet of wil uitsluiten, en
2. die voldoet aan de door de aanbesteder gestelde geschiktheidseisen als bedoeld in de artikelen 2.15 tot en met 2.19,
b. deze voldoet aan de technische specificaties,
c. deze voldoet aan de vereisten in de aanbestedingsstukken,
d. deze tijdig is ingediend,
e. hierbij niet aantoonbaar sprake is van ongeoorloofde afspraken of corruptie,
f. deze niet door de aanbesteder als abnormaal laag is beoordeeld,
g. deze de prijs van het door de aanbesteder begrote bedrag, dat is vastgesteld en gedocumenteerd voor de aanvang van de aanbestedingsprocedure, niet overschrijdt, en
h. deze relevant is voor de opdracht, omdat de inschrijving, zonder ingrijpende wijzigingen, kennelijk voorziet in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken omschreven behoeften en eisen van de aanbesteder.
2.35.4 De aanbesteder waarborgt dat alle inschrijvers die een ontvankelijke inschrijving hebben gedaan, tegelijkertijd langs elektronische weg worden uitgenodigd tot deelneming aan de elektronische veiling om nieuwe prijzen of nieuwe waarden in te dienen. Een inschrijving is ontvankelijk indien:
a. deze wordt ingediend door een inschrijver:
1. die de aanbesteder op grond van artikel 2.13 niet moet of wil uitsluiten, en
2. die voldoet aan de door de aanbesteder gestelde geschiktheidseisen als bedoeld in de artikelen 2.15 tot en met 2.19,
b. deze voldoet aan de technische specificaties,
c. deze voldoet aan de vereisten in de aanbestedingsstukken,
d. deze tijdig is ingediend,
e. hierbij niet aantoonbaar sprake is van ongeoorloofde afspraken of corruptie,
f. deze niet door de aanbesteder als abnormaal laag is beoordeeld,
g. deze de prijs van het door de aanbesteder begrote bedrag, dat is vastgesteld en gedocumenteerd voor de aanvang van de aanbestedingsprocedure, niet overschrijdt, en
h. deze relevant is voor de opdracht, omdat de inschrijving, zonder ingrijpende wijzigingen, kennelijk voorziet in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken omschreven behoeften en eisen van de aanbesteder.
2.35.5 De aanbesteder waarborgt dat de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling alle relevante informatie bevat voor de individuele verbinding met het gebruikte elektronische systeem en de datum en het tijdstip van de start van de elektronische veiling preciseert.
2.35.5 De aanbesteder waarborgt dat de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling alle relevante informatie bevat voor de individuele verbinding met het gebruikte elektronische systeem en de datum en het tijdstip van de start van de elektronische veiling preciseert.
2.35.6 De aanbesteder verstrekt bij de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling ten minste de volgende informatie:
a. de elementen waarvan de waarden vallen onder de elektronische veiling, voor zover deze elementen kwantificeerbaar zijn, zodat ze kunnen worden uitgedrukt in cijfers of procenten;
b. de eventuele limieten van de waarden die kunnen worden ingediend, zoals zij voortvloeien uit de specificaties van het voorwerp van de opdracht;
c. de informatie die tijdens de elektronische veiling ter beschikking van de deelnemers aan de elektronische veiling zal worden gesteld en, in voorkomend geval, het tijdstip waarop die informatie ter beschikking zal worden gesteld;
d. relevante informatie betreffende het verloop van de elektronische veiling;
e. de voorwaarden waaronder de deelnemers aan de elektronische veiling een bod kunnen doen en met name de minimumverschillen die in voorkomend geval voor de biedingen vereist zijn;
2.35.6 De aanbesteder verstrekt bij de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling ten minste de volgende informatie:
a. de elementen waarvan de waarden vallen onder de elektronische veiling, voor zover deze elementen kwantificeerbaar zijn, zodat ze kunnen worden uitgedrukt in cijfers of procenten;
b. de eventuele limieten van de waarden die kunnen worden ingediend, zoals zij voortvloeien uit de specificaties van het voorwerp van de opdracht;
c. de informatie die tijdens de elektronische veiling ter beschikking van de deelnemers aan de elektronische veiling zal worden gesteld en, in voorkomend geval, het tijdstip waarop die informatie ter beschikking zal worden gesteld;
d. relevante informatie betreffende het verloop van de elektronische veiling;
e. de voorwaarden waaronder de deelnemers aan de elektronische veiling een bod kunnen doen en met name de minimumverschillen die in voorkomend geval voor de biedingen vereist zijn;
f. of de aanbesteder tijdens de elektronische veiling ook andere informatie betreffende door de andere deelnemers aan de elektronische veiling ingediende prijzen of waarden meedeelt als bedoeld in artikel 2.35.12;
g. relevante informatie betreffende het gebruikte elektronische systeem en de nadere technische bepalingen en specificaties voor de verbinding.
f. of de aanbesteder tijdens de elektronische veiling ook andere informatie betreffende door de andere deelnemers aan de elektronische veiling ingediende prijzen of waarden meedeelt als bedoeld in artikel 2.35.12;
g. relevante informatie betreffende het gebruikte elektronische systeem en de nadere technische bepalingen en specificaties voor de verbinding.
2.35.7 De aanbesteder kan de elektronische veiling in verschillende fasen laten verlopen. 2.35.7 De aanbesteder kan de elektronische veiling in verschillende fasen laten verlopen.
2.35.8 De elektronische veiling kan op zijn vroegst 2 werkdagen na de verzenddatum van de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling beginnen.
2.35.8 De elektronische veiling kan op zijn vroegst 2 werkdagen na de verzenddatum van de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling beginnen.
2.35.9 Indien de aanbesteder het gunningscriterium van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding of op basis van de laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit hanteert, verstrekt hij bij de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling:
a. het resultaat van de volledige beoordeling van de inschrijving van de betreffende inschrijver, en
b. de wiskundige formule die tijdens de elektronische veiling de automatische herklasseringen naar gelang van de ingediende nieuwe prijzen of nieuwe waarden zal bepalen.
2.35.9 Indien de aanbesteder het gunningscriterium van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding of op basis van de laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit hanteert, verstrekt hij bij de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling:
a. het resultaat van de volledige beoordeling van de inschrijving van de betreffende inschrijver, en
b. de wiskundige formule die tijdens de elektronische veiling de automatische herklasseringen naar gelang van de ingediende nieuwe prijzen of nieuwe waarden zal bepalen.
2.35.10 In de formule als bedoeld in artikel 2.35.9 onderdeel b verwerkt de aanbesteder het gewicht dat aan alle vastgestelde criteria is toegekend als bedoeld in artikel 2.6.10; daartoe moeten eventuele marges evenwel vooraf in een bepaalde waarde worden uitgedrukt.
2.35.10 In de formule als bedoeld in artikel 2.35.9 onderdeel b verwerkt de aanbesteder het gewicht dat aan alle vastgestelde criteria is toegekend als bedoeld in artikel 2.6.10; daartoe moeten eventuele marges evenwel vooraf in een bepaalde waarde worden uitgedrukt.
2.35.11 Indien de aanbesteder varianten toestaat, verstrekt de aanbesteder een afzonderlijke formule voor elke variant.
2.35.11 Indien de aanbesteder varianten toestaat, verstrekt de aanbesteder een afzonderlijke formule voor elke variant.
2.35.12 Tijdens alle fasen van de elektronische veiling deelt de aanbesteder onverwijld aan alle deelnemers aan de elektronische veiling ten minste de informatie mee die de deelnemers aan de elektronische veiling de mogelijkheid biedt om op elk moment hun respectieve klassering te kennen. Indien dat vooraf vermeld is, kan de aanbesteder ook andere informatie betreffende door de andere deelnemers aan de elektronische veiling ingediende prijzen of waarden meedelen.
2.35.12 Tijdens alle fasen van de elektronische veiling deelt de aanbesteder onverwijld aan alle deelnemers aan de elektronische veiling ten minste de informatie mee die de deelnemers aan de elektronische veiling de mogelijkheid biedt om op elk moment hun respectieve klassering te kennen. Indien dat vooraf vermeld is, kan de aanbesteder ook andere informatie betreffende door de andere deelnemers aan de elektronische veiling ingediende prijzen of waarden meedelen.
2.35.13 De aanbesteder kan tevens op ieder ogenblik meedelen hoeveel deelnemers aan de elektronische veiling aan de fase van de veiling deelnemen.
2.35.13 De aanbesteder kan tevens op ieder ogenblik meedelen hoeveel deelnemers aan de elektronische veiling aan de fase van de veiling deelnemen.
2.35.14 De aanbesteder deelt tijdens het verloop van de fasen van de elektronische veiling in geen geval de identiteit van de deelnemers aan de elektronische veiling mee.
2.35.14 De aanbesteder deelt tijdens het verloop van de fasen van de elektronische veiling in geen geval de identiteit van de deelnemers aan de elektronische veiling mee.
2.35.15 De aanbesteder vermeldt in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling op welke manier hij de veiling sluit. De elektronische veiling kan slechts sluiten in een of meer van de volgende gevallen:
a. bij het verstrijken van de datum en het tijdstip van sluiting;
b. bij het uitblijven van nieuwe prijzen of nieuwe waarden die beantwoorden aan de vereisten betreffende de minimumverschillen. In dit geval preciseert de aanbesteder in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling de termijn die hij na ontvangst van het laatste bod in acht zal nemen alvorens de veiling te sluiten;
c. indien alle fasen van de elektronische veiling die vooraf zijn vermeld, afgehandeld zijn. In dit geval vermeldt de aanbesteder in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling het tijdschema voor elk van de fasen van de veiling.
2.35.15 De aanbesteder vermeldt in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling op welke manier hij de veiling sluit. De elektronische veiling kan slechts sluiten in een of meer van de volgende gevallen:
a. bij het verstrijken van de datum en het tijdstip van sluiting;
b. bij het uitblijven van nieuwe prijzen of nieuwe waarden die beantwoorden aan de vereisten betreffende de minimumverschillen. In dit geval preciseert de aanbesteder in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling de termijn die hij na ontvangst van het laatste bod in acht zal nemen alvorens de veiling te sluiten;
c. indien alle fasen van de elektronische veiling die vooraf zijn vermeld, afgehandeld zijn. In dit geval vermeldt de aanbesteder in de uitnodiging tot deelneming aan de elektronische veiling het tijdschema voor elk van de fasen van de veiling.
2.35.16 Na de sluiting van de elektronische veiling neemt de aanbesteder de gunningsbeslissing overeenkomstig artikel 2.36 op basis van de resultaten van de elektronische veiling.
2.35.16 Na de sluiting van de elektronische veiling neemt de aanbesteder de gunningsbeslissing overeenkomstig artikel 2.36 op basis van de resultaten van de elektronische veiling.
2.36 Gunningsbeslissing 2.36 Gunningsbeslissing
2.36.1 De aanbesteder legt inschrijvingen van inschrijvers waarop een uitsluitingsgrond van toepassing is of die niet aan de geschiktheidseisen voldoen terzijde.
2.36.1 De aanbesteder legt inschrijvingen van inschrijvers waarop een uitsluitingsgrond van toepassing is of die niet aan de geschiktheidseisen voldoen terzijde.
2.36.2 De aanbesteder toetst de inschrijvingen of, in voorkomend geval, de resultaten van de veiling aan de door hem in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en prestatie-eisen en beoordeelt de inschrijvingen op grond van het vastgestelde gunningscriterium. De aanbesteder controleert in geval van twijfel effectief de juistheid van de door de inschrijvers verstrekte informatie en bewijsmiddelen.
2.36.2 De aanbesteder toetst de inschrijvingen of, in voorkomend geval, de resultaten van de veiling aan de door hem in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en prestatie-eisen en beoordeelt de inschrijvingen op grond van het vastgestelde gunningscriterium. De aanbesteder controleert in geval van twijfel effectief de juistheid van de door de inschrijvers verstrekte informatie en bewijsmiddelen.
2.36.3 Indien de inschrijvingen van twee of meer inschrijvers na toepassing van het gunningscriterium als beste worden beoordeeld, bepaalt het lot ten gunste van wie van hen de gunningsbeslissing uitvalt. De betreffende inschrijvers worden er tijdig van in kennis gesteld, dat een loting zal plaatsvinden en waar, wanneer en door wie de loting zal worden gehouden. Zij zijn bevoegd daarbij in persoon of bij gemachtigde tegenwoordig te zijn.
2.36.3 Indien de inschrijvingen van twee of meer inschrijvers na toepassing van het gunningscriterium als beste worden beoordeeld, bepaalt het lot ten gunste van wie van hen de gunningsbeslissing uitvalt. De betreffende inschrijvers worden er tijdig van in kennis gesteld, dat een loting zal plaatsvinden en waar, wanneer en door wie de loting zal worden gehouden. Zij zijn bevoegd daarbij in persoon of bij gemachtigde tegenwoordig te zijn.
2.36.4 Indien de prijs van de meest gerede inschrijving hoger is dan het door de aanbesteder begrote bedrag, vastgesteld en gedocumenteerd voor de aanvang van de aanbestedingsprocedure, kan de aanbesteder deze inschrijving als onaanvaardbaar aanmerken en de procedure vervolgen met de mededingingsprocedure met onderhandeling of de procedure van de concurrentiegerichte dialoog.
2.36.4 Indien de prijs van de meest gerede inschrijving hoger is dan het door de aanbesteder begrote bedrag, vastgesteld en gedocumenteerd voor de aanvang van de aanbestedingsprocedure, kan de aanbesteder deze inschrijving als onaanvaardbaar aanmerken en de procedure vervolgen met de mededingingsprocedure met onderhandeling of de procedure van de concurrentiegerichte dialoog.
2.36.5 De aanbesteder stelt de inschrijvers zo spoedig mogelijk gelijktijdig en schriftelijk, in elk geval per fax of elektronisch bericht, in kennis van de beslissingen die zijn genomen op grond van de artikelen 2.36.1 tot en met 2.36.3 en, in voorkomend geval, de beslissing om de opdracht niet te verlenen. Deze mededeling bevat ten minste:
a. de relevante redenen van de gunningsbeslissing, waaronder de kenmerken en relatieve voordelen van de uitgekozen inschrijving,
b. de naam van de begunstigde, of in geval van een raamovereenkomst met meerdere ondernemers, de namen van de begunstigden,
c. een nauwkeurige omschrijving van de opschortende termijn als bedoeld in artikel 2.37.2, en
d. voor de gevallen als bedoeld in de artikelen 2.10.5 en 2.10.9, de redenen voor zijn beslissing dat de inschrijving niet gelijkwaardig is aan of niet voldoet aan de functionele en prestatie-eisen.
In voorkomend geval bevat deze mededeling de redenen die er toe hebben geleid dat de inschrijving terzijde is gelegd op grond van artikel 2.36.1.
2.36.5 De aanbesteder stelt de inschrijvers zo spoedig mogelijk gelijktijdig en schriftelijk, in elk geval per fax of elektronisch bericht, in kennis van de beslissingen die zijn genomen op grond van de artikelen 2.36.1 tot en met 2.36.3 en, in voorkomend geval, de beslissing om de opdracht niet te verlenen. Deze mededeling bevat ten minste:
a. de relevante redenen van de gunningsbeslissing, waaronder de kenmerken en relatieve voordelen van de uitgekozen inschrijving,
b. de naam van de begunstigde, of in geval van een raamovereenkomst met meerdere ondernemers, de namen van de begunstigden,
c. een nauwkeurige omschrijving van de opschortende termijn als bedoeld in artikel 2.37.2, en
d. voor de gevallen als bedoeld in de artikelen 2.10.5 en 2.10.9, de redenen voor zijn beslissing dat de inschrijving niet gelijkwaardig is aan of niet voldoet aan de functionele en prestatie-eisen.
In voorkomend geval bevat deze mededeling de redenen die er toe hebben geleid dat de inschrijving terzijde is gelegd op grond van artikel 2.36.1.
2.36.6 De mededeling van de aanbesteder van een gunningsbeslissing houdt geen aanvaarding in als bedoeld in artikel 217, eerste lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek van een aanbod van een inschrijver.
2.36.6 De mededeling van de aanbesteder van een gunningsbeslissing houdt geen aanvaarding in als bedoeld in artikel 217, eerste lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek van een aanbod van een inschrijver.
2.36.7 De aanbesteder deelt bepaalde gegevens betreffende de gunningsbeslissing niet mee indien openbaarmaking van die gegevens:
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de rechtmatige commerciële belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
2.36.7 De aanbesteder deelt bepaalde gegevens betreffende de gunningsbeslissing niet mee indien openbaarmaking van die gegevens:
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de rechtmatige commerciële belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
2.37 Opdracht 2.37 Opdracht
2.37.1 De aanbesteder is niet verplicht de opdracht te verlenen. 2.37.1 De aanbesteder is niet verplicht de opdracht te verlenen.
2.37.2 De aanbesteder verleent de opdracht niet eerder dan 20 dagen na de verzenddatum van de mededeling als bedoeld in artikel 2.36.5. Indien de aanbesteder slechts één inschrijving heeft ontvangen hoeft de termijn van 20 dagen niet in acht te worden genomen.
2.37.2 De aanbesteder verleent de opdracht niet eerder dan 20 dagen na de verzenddatum van de mededeling als bedoeld in artikel 2.36.5. Indien de aanbesteder slechts één inschrijving heeft ontvangen hoeft de termijn van 20 dagen niet in acht te worden genomen.
2.37.3 Indien binnen 20 dagen na de verzenddatum van de mededeling als bedoeld in artikel 2.36.5 een kort geding aanhangig is gemaakt tegen de gunningsbeslissing van de aanbesteder, mag de aanbesteder niet overgaan tot het verlenen van de opdracht, voordat in kort geding vonnis is gewezen.
2.37.3 Indien binnen 20 dagen na de verzenddatum van de mededeling als bedoeld in artikel 2.36.5 een kort geding aanhangig is gemaakt tegen de gunningsbeslissing van de aanbesteder, mag de aanbesteder niet overgaan tot het verlenen van de opdracht, voordat in kort geding vonnis is gewezen.
2.37.4 Voor de opdracht komen alleen inschrijvers in aanmerking die zowel op de dag van inschrijving als op de dag van opdrachtverlening voldoen aan de eisen die in de aankondiging en in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken zijn vermeld. De aanbesteder verzoekt de inschrijver aan wie hij voornemens is de opdracht te verlenen de vereiste actuele bewijsmiddelen met betrekking tot de in de artikelen
2.13 en 2.15 tot en met 2.18 bedoelde gegevens en bescheiden over te leggen. Hierbij kan de aanbesteder de betreffende inschrijver verzoeken de bewijsmiddelen aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
2.37.4 Voor de opdracht komen alleen inschrijvers in aanmerking die zowel op de dag van inschrijving als op de dag van opdrachtverlening voldoen aan de eisen die in de aankondiging en in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken zijn vermeld. De aanbesteder verzoekt de inschrijver aan wie hij voornemens is de opdracht te verlenen de vereiste actuele bewijsmiddelen met betrekking tot de in de artikelen
2.13 en 2.15 tot en met 2.18 bedoelde gegevens en bescheiden over te leggen. Hierbij kan de aanbesteder de betreffende inschrijver verzoeken de bewijsmiddelen aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
2.37.5 Indien de aanbesteder de opdracht verleent, doet hij dit door middel van een ondertekende schriftelijke mededeling.
2.37.5 Indien de aanbesteder de opdracht verleent, doet hij dit door middel van een ondertekende schriftelijke mededeling.
2.37.6 De datum van de opdracht is die van de verzending van de mededeling als bedoeld in artikel 2.37.5.
2.37.6 De datum van de opdracht is die van de verzending van de mededeling als bedoeld in artikel 2.37.5.
2.38 Bekendmakingen over de gevolgde procedure 2.38 Bekendmakingen over de gevolgde procedure
2.38.1
EU
Bij de Europese aanbesteding zendt de aanbesteder die een opdracht heeft verleend de Europese Commissie uiterlijk 30 dagen na verlening van de opdracht een aankondiging betreffende de resultaten van de procedure toe via het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een gegunde opdracht.
2.38.2
NL
Bij de nationale aanbesteding maakt de aanbesteder die een opdracht heeft verleend een aankondiging betreffende de resultaten van de procedure uiterlijk 48 dagen na verlening van de opdracht bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een gegunde opdracht.
2.38.3 Indien de aanbesteder beslist om de opdracht niet te verlenen, maakt hij deze beslissing en de redenen daartoe bekend met behulp van het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor deze bekendmaking het formulier Aankondiging van een gegunde opdracht.
2.38.3 Indien de aanbesteder beslist om de opdracht niet te verlenen, maakt hij deze beslissing en de redenen daartoe bekend met behulp van het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor deze bekendmaking het formulier Aankondiging van een gegunde opdracht.
2.38.4 De aanbesteder deelt bepaalde gegevens betreffende de gevolgde procedure niet mee indien openbaarmaking van die gegevens:
2.38.4 De aanbesteder deelt bepaalde gegevens betreffende de gevolgde procedure niet mee indien openbaarmaking van die gegevens:
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de gerechtvaardigde economische belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de gerechtvaardigde economische belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
2.38.5
EU
Bij de Europese aanbesteding moet de aanbesteder de verzenddatum van het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een gegunde opdracht kunnen aantonen. Dit kan met behulp van de bevestiging van ontvangst van de Europese Commissie.
2.38.6
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de aankondiging van de gegunde opdracht of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, dan bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de aankondiging die aan de Europese Commissie is toegezonden en doet hij dit niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de aankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
2.38.7 De aanbesteder kan de aankondiging van een gegunde opdracht aanvullen of rectificeren en maakt dit bekend met behulp van het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor deze bekendmaking het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
2.38.7 De aanbesteder kan de aankondiging van een gegunde opdracht aanvullen of rectificeren en maakt dit bekend met behulp van het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor deze bekendmaking het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
2.39 Proces-verbaal van opdrachtverlening
2.39.1
EU
Bij de Europese aanbesteding stelt de aanbesteder een proces-verbaal van de opdrachtverlening op dat, indien van toepassing, ten minste het volgende bevat:
a. de naam en het adres van de aanbesteder;
b. het voorwerp en de waarde van de opdracht;
c. de namen van de uitgesloten en afgewezen inschrijvers met motivering van die uitsluiting of afwijzing;
d. of er nadere inlichtingen in geval van een rechtmatig commercieel belang zijn die op verzoek van een ondernemer geen deel hebben uitgemaakt van de nota van inlichtingen inschrijvingsfase;
e. de redenen voor de afwijzing van abnormaal laag bevonden inschrijvingen;
f. de naam van de uitgekozen inschrijver en de motivering van de keuze voor zijn inschrijving, en, indien bekend, zowel het gedeelte van de opdracht dat de uitgekozen inschrijver voornemens is aan derden in onderaanneming te geven als de namen van de voornaamste onderaannemers;
g. de redenen voor het gebruik van andere dan elektronische middelen bij het
indienen van inschrijvingen;
h. de maatregelen als bedoeld in artikel 2.14.1;
i. vastgestelde belangenconflicten en een beschrijving van door de aanbesteder genomen passende maatregelen als bedoeld in artikel 2.14.3;
j. de redenen waarom de aanbesteder besloten heeft de opdracht niet te verlenen.
2.39.2
EU
Indien bij de Europese aanbesteding gegevens als bedoeld in artikel 2.39.1 vermeld staan in de Aankondiging van een gegunde opdracht, kan de aanbesteder in het proces-verbaal verwijzen naar die aankondiging
2.40 Geschillen 2.40 Geschillen
2.40.1 Ieder geschil tussen de bij de procedure betrokkenen dat ontstaat naar aanleiding van de procedure waarop dit reglement van toepassing is verklaard, zal, tenzij anders nader door de betrokkenen wordt overeengekomen, worden voorgelegd aan de burgerlijke rechter.
2.40.1 Ieder geschil tussen de bij de procedure betrokkenen dat ontstaat naar aanleiding van de procedure waarop dit reglement van toepassing is verklaard, zal, tenzij anders nader door de betrokkenen wordt overeengekomen, worden voorgelegd aan de burgerlijke rechter.
3 Niet-openbare procedure 3 Niet-openbare procedure
3.1 Omschrijving 3.1 Omschrijving
3.1.1 Een aanbesteding volgens de niet-openbare procedure is een aanbesteding waaraan alle ondernemers naar aanleiding van een aankondiging mogen verzoeken deel te nemen, maar waarbij alleen de door de aanbesteder uitgenodigde ondernemers mogen inschrijven.
3.1.1 Een aanbesteding volgens de niet-openbare procedure is een aanbesteding waaraan alle ondernemers naar aanleiding van een aankondiging mogen verzoeken deel te nemen, maar waarbij alleen de door de aanbesteder uitgenodigde ondernemers mogen inschrijven.
3.2 Communicatiemiddelen 3.2 Communicatiemiddelen
3.2.1
EU
Bij de Europese aanbesteding vindt de communicatie en informatie-uitwisseling tussen de aanbesteder en ondernemers plaats met behulp van elektronische middelen.
3.2.2 Mondelinge communicatie tussen de aanbesteder en een ondernemer kan worden gebruikt voor andere mededelingen dan die betreffende de essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure, mits de inhoud van de mondelinge communicatie voldoende gedocumenteerd wordt. Essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure omvatten de aanbestedingsstukken, verzoeken tot deelneming en inschrijvingen. De aanbesteder documenteert de mondelinge communicatie met inschrijvers die van grote invloed kan zijn op de inhoud en beoordeling van de inschrijvingen, voldoende en met passende middelen.
3.2.2 Mondelinge communicatie tussen de aanbesteder en een ondernemer kan worden gebruikt voor andere mededelingen dan die betreffende de essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure, mits de inhoud van de mondelinge communicatie voldoende gedocumenteerd wordt. Essentiële elementen van de aanbestedingsprocedure omvatten de aanbestedingsstukken, verzoeken tot deelneming en inschrijvingen. De aanbesteder documenteert de mondelinge communicatie met inschrijvers die van grote invloed kan zijn op de inhoud en beoordeling van de inschrijvingen, voldoende en met passende middelen.
3.3 Vooraankondiging
3.3.1
EU 3.3.2
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder een vooraankondiging bekendmaken.
Bij de Europese aanbesteding gebruikt de aanbesteder voor de vooraankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Vooraankondiging.
3.3.3
EU
Bij de Europese aanbesteding zendt de aanbesteder de vooraankondiging naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen of maakt de vooraankondiging bekend via een kopersprofiel. Voorafgaand aan een bekendmaking via een kopersprofiel zendt de aanbesteder een kennisgeving daarvan naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen. De aanbesteder gebruikt voor de kennisgeving het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel. De vooraankondiging op het kopersprofiel bevat de verzenddatum van de kennisgeving.
3.3.4
EU
Een kopersprofiel als bedoeld in artikel 3.3.3 is bij de Europese aanbesteding langs elektronische weg toegankelijk en kan informatie bevatten inzake vooraankondigingen, lopende aanbestedingsprocedures, voorgenomen aankopen, gegunde opdrachten, geannuleerde procedures en nuttige algemene informatie, zoals een contactpunt, een telefoon- en faxnummer, een postadres en een e- mailadres. Een vooraankondiging op het kopersprofiel bevat de informatie die is opgenomen in het formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel.
3.3.5
EU
Bij de Europese aanbesteding moet de aanbesteder de verzenddatum van het formulier Bekendmaking van de vooraankondiging of het formulier Aankondiging door middel van een kopersprofiel kunnen aantonen. Dit kan met behulp van de bevestiging van ontvangst van de Europese Commissie.
3.3.6
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de vooraankondiging of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de vooraankondiging die naar de Europese Commissie is verzonden of via een kopersprofiel is bekendgemaakt en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie dan wel de datum van de bekendmaking op het kopersprofiel. De aanbesteder publiceert de vooraankondiging of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder niet binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de vooraankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
3.3.7
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder de vooraankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
3.3.8
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de rectificatie of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de kennisgeving die naar de Europese Commissie is verzonden of via een kopersprofiel is bekendgemaakt en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie dan wel de datum van de bekendmaking op het kopersprofiel. De aanbesteder publiceert de rectificatie of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de aankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
3.4 Aankondiging 3.4 Aankondiging
3.4.1 De aanbesteder maakt een aankondiging bekend. 3.4.1 De aanbesteder maakt een aankondiging bekend.
3.4.2 De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een opdracht.
3.4.2 De aanbesteder gebruikt voor de bekendmaking van de aankondiging het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Aankondiging van een opdracht.
3.4.3
EU
Bij de Europese aanbesteding zendt de aanbesteder de aankondiging naar de Europese Commissie via het elektronische systeem voor aanbestedingen door in dit systeem te kiezen voor een Europese procedure.
3.4.4
EU
Bij de Europese aanbesteding moet de aanbesteder de verzenddatum van het formulier Aankondiging van een opdracht kunnen aantonen. Dit kan met behulp van de bevestiging van ontvangst van de Europese Commissie.
3.4.5
NL
Bij de nationale aanbesteding maakt de aanbesteder de aankondiging bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen door in dit systeem te kiezen voor een nationale procedure.
3.4.6
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de aankondiging of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, dan bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de aankondiging die naar de Europese Commissie is gezonden en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie. De aanbesteder publiceert de aankondiging en de inhoud ervan niet vóór de datum waarop zij via het elektronische systeem voor aanbesteden naar de
Europese Commissie is verzonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de aankondiging is geïnformeerd over de bekendmaking.
3.4.7 De aanbesteder kan de aankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
3.4.7 De aanbesteder kan de aankondiging aanvullen of rectificeren. De aanbesteder maakt dit bekend via het elektronische systeem voor aanbestedingen met het daartoe door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen beschikbaar gestelde formulier Rectificatie.
3.4.8
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder de rectificatie of de inhoud ervan ook op een andere wijze publiceert, bevat deze publicatie geen andere informatie dan de informatie in de kennisgeving die naar de Europese Commissie is verzonden en bevat deze in ieder geval de datum van verzending naar de Europese Commissie. De aanbesteder publiceert de kennisgeving of de inhoud ervan niet eerder dan nadat de bekendmaking door de Europese Commissie heeft plaatsgevonden, tenzij de aanbesteder binnen 48 uur na de bevestiging van ontvangst van de rectificatie is geïnformeerd over de bekendmaking.
3.4.9
EU
Bij de Europese aanbesteding biedt de aanbesteder, tenzij één van de gevallen als bedoeld in artikel 3.8.3 van toepassing is, met elektronische middelen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang tot de aanbestedingsstukken vanaf de datum van bekendmaking van de aankondiging, voor zover deze stukken beschikbaar zijn. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging het internetadres waar de aanbestedingsstukken toegankelijk zijn.
3.5 Geschiktheidseisen en proces uitnodiging in de aankondiging 3.5 Geschiktheidseisen en proces uitnodiging in de aankondiging
3.5.1 De aanbesteder kan, na gebruik van de onlinedatabank van certificaten e-Certis, geschiktheidseisen stellen aan de ondernemers. De aanbesteder stelt uitsluitend geschiktheidseisen die kunnen garanderen dat de ondernemers over de juridische capaciteiten, financiële middelen en de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid beschikken om de opdracht uit te voeren.
3.5.1 De aanbesteder kan, na gebruik van de onlinedatabank van certificaten e-Certis, geschiktheidseisen stellen aan de ondernemers. De aanbesteder stelt uitsluitend geschiktheidseisen die kunnen garanderen dat de ondernemers over de juridische capaciteiten, financiële middelen en de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid beschikken om de opdracht uit te voeren.
3.5.2
GP3.5B GP3.5H
Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt inzake draagkracht en bekwaamheden als bedoeld in de artikelen 3.15 tot en met 3.19, houden deze verband met en staan ze in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder vermeldt deze geschiktheidseisen in de aankondiging. Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt, hebben deze eisen geen betrekking op de hoogte van de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, tenzij de aanbesteder dit met zwaarwegende argumenten motiveert in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. In dat geval is die eis niet hoger dan:
a. driemaal de geraamde waarde van de opdracht,
3.5.2
GP3.5B GP3.5H
Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt inzake draagkracht en bekwaamheden als bedoeld in de artikelen 3.15 tot en met 3.19, houden deze verband met en staan ze in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder vermeldt deze geschiktheidseisen in de aankondiging. Indien de aanbesteder geschiktheidseisen stelt, hebben deze eisen geen betrekking op de hoogte van de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, tenzij de aanbesteder dit met zwaarwegende argumenten motiveert in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. In dat geval is die eis niet hoger dan:
a. driemaal de geraamde waarde van de opdracht,
b. indien de opdracht in percelen is verdeeld, driemaal de waarde van een perceel of een cluster van percelen dat gelijktijdig moet worden uitgevoerd,
c. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft, driemaal de waarde van de specifieke opdrachten, die gelijktijdig moeten worden uitgevoerd, of
d. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft waarvan de waarde van de specifieke opdrachten niet bekend is, driemaal de waarde van de raamovereenkomst.
b. indien de opdracht in percelen is verdeeld, driemaal de waarde van een perceel of een cluster van percelen dat gelijktijdig moet worden uitgevoerd,
c. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft, driemaal de waarde van de specifieke opdrachten, die gelijktijdig moeten worden uitgevoerd, of
d. indien het een opdracht op grond van een raamovereenkomst betreft waarvan de waarde van de specifieke opdrachten niet bekend is, driemaal de waarde van de raamovereenkomst.
3.5.3 De aanbesteder kan geschiktheidseisen stellen die betrekking hebben op gegevens uit jaarrekeningen, bijvoorbeeld de ratio tussen passiva en activa. Deze gegevens mogen in aanmerking worden genomen indien de aanbesteder in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken opgave doet van de hiervoor te gebruiken methoden en criteria. Deze methoden en criteria moeten transparant, objectief en niet-discriminerend zijn.
3.5.3 De aanbesteder kan geschiktheidseisen stellen die betrekking hebben op gegevens uit jaarrekeningen, bijvoorbeeld de ratio tussen passiva en activa. Deze gegevens mogen in aanmerking worden genomen indien de aanbesteder in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken opgave doet van de hiervoor te gebruiken methoden en criteria. Deze methoden en criteria moeten transparant, objectief en niet-discriminerend zijn.
3.5.4
EU
Bij de Europese aanbesteding vermeldt de aanbesteder in de aankondiging
a. dat hij alle gegadigden tot inschrijving uitnodigt die niet worden uitgesloten en die aan de geschiktheidseisen voldoen, of
b. het aantal gegadigden dat hij voornemens is tot inschrijving uit te nodigen. Dit aantal moet in ieder geval groot genoeg zijn om een daadwerkelijke mededinging te waarborgen en dient ten minste vijf te bedragen. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging de objectieve en niet- discriminerende regels, waaronder loting, of de objectieve en niet- discriminerende selectiecriteria en weging die hij voornemens is te gebruiken.
3.5.5
NL
Bij de nationale aanbesteding vermeldt de aanbesteder in de aankondiging
a. dat hij alle gegadigden tot inschrijving uitnodigt die niet worden uitgesloten en die aan de geschiktheidseisen voldoen, of
b. het aantal gegadigden dat hij voornemens is tot inschrijving uit te nodigen. Dit aantal moet in ieder geval groot genoeg zijn om een daadwerkelijke mededinging te waarborgen en dient ten minste drie te bedragen. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging de objectieve en niet- discriminerende regels, waaronder loting, of de objectieve en niet- discriminerende selectiecriteria en weging die hij voornemens is te gebruiken.
3.6 Gunningscriteria in de aankondiging 3.6 Gunningscriteria in de aankondiging
3.6.1 De aanbesteder gunt een opdracht op grond van de naar het oordeel van de aanbesteder economisch meest voordelige inschrijving. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging dat hij de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op
3.6.1 De aanbesteder gunt een opdracht op grond van de naar het oordeel van de aanbesteder economisch meest voordelige inschrijving. De aanbesteder vermeldt in de aankondiging dat hij de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op
basis van de:
a. beste prijs-kwaliteitverhouding,
b. laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, of
c. laagste prijs.
De aanbesteder kan bij de beste prijs-kwaliteitverhouding de kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, betrekken.
basis van de:
a. beste prijs-kwaliteitverhouding,
b. laagste kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, of
c. laagste prijs.
De aanbesteder kan bij de beste prijs-kwaliteitverhouding de kosten berekend op basis van kosteneffectiviteit, zoals de levenscycluskosten, betrekken.
3.6.2 Indien de aanbesteder het criterium ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ toepast, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke nadere criteria hij stelt met het oog op de toepassing van dit criterium. Deze nadere criteria houden verband met en staan in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht en kunnen onder meer betreffen:
a. kwaliteit, waaronder technische verdienste;
b. esthetische en functionele kenmerken;
c. toegankelijkheid;
d. geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers;
e. sociale, milieu- en innovatieve kenmerken;
f. de handel en de voorwaarden waaronder deze plaatsvindt;
g. de organisatie, de kwalificatie en de ervaring van het personeel voor de uitvoering van de opdracht, wanneer de kwaliteit van dat personeel een aanzienlijke invloed kan hebben op het niveau van de uitvoering van de opdracht;
h. klantenservice en technische bijstand;
i. leveringsvoorwaarden, zoals leveringsdatum, leveringswijze, leveringsperiode of termijn voor voltooiing.
3.6.2 Indien de aanbesteder het criterium ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ toepast, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke nadere criteria hij stelt met het oog op de toepassing van dit criterium. Deze nadere criteria houden verband met en staan in redelijke verhouding tot het voorwerp van de opdracht en kunnen onder meer betreffen:
a. kwaliteit, waaronder technische verdienste;
b. esthetische en functionele kenmerken;
c. toegankelijkheid;
d. geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers;
e. sociale, milieu- en innovatieve kenmerken;
f. de handel en de voorwaarden waaronder deze plaatsvindt;
g. de organisatie, de kwalificatie en de ervaring van het personeel voor de uitvoering van de opdracht, wanneer de kwaliteit van dat personeel een aanzienlijke invloed kan hebben op het niveau van de uitvoering van de opdracht;
h. klantenservice en technische bijstand;
i. leveringsvoorwaarden, zoals leveringsdatum, leveringswijze, leveringsperiode of termijn voor voltooiing.
3.6.3 Nadere criteria worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.6.3 Nadere criteria worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.6.4 De aanbesteder specificeert in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding. Dit gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
3.6.4 De aanbesteder specificeert in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding. Dit gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
3.6.5 Indien volgens de aanbesteder om objectieve redenen geen weging mogelijk is, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de nadere criteria in afnemende volgorde van belang.
3.6.5 Indien volgens de aanbesteder om objectieve redenen geen weging mogelijk is, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de nadere criteria in afnemende volgorde van belang.
3.6.6 Levenscycluskosten hebben betrekking op de volgende kosten gedurende de levenscyclus van een product, dienst of werk:
a. kosten gedragen door de aanbesteder of andere gebruikers, zoals kosten in verband met de verwerving, gebruikskosten, onderhoudskosten en kosten volgend uit het einde van de levenscyclus;
b. kosten toegerekend aan externe milieueffecten, die verband houden met het product, de dienst of het werk gedurende de levenscyclus, mits hun geldwaarde kan worden bepaald en gecontroleerd.
3.6.6 Levenscycluskosten hebben betrekking op de volgende kosten gedurende de levenscyclus van een product, dienst of werk:
a. kosten gedragen door de aanbesteder of andere gebruikers, zoals kosten in verband met de verwerving, gebruikskosten, onderhoudskosten en kosten volgend uit het einde van de levenscyclus;
b. kosten toegerekend aan externe milieueffecten, die verband houden met het product, de dienst of het werk gedurende de levenscyclus, mits hun geldwaarde kan worden bepaald en gecontroleerd.
3.6.7 Indien de aanbesteder de kosten aan de hand van de levenscycluskosten raamt, vermeldt hij in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken:
a. de door de inschrijvers te verstrekken gegevens, en
b. de methoden die de aanbesteder zal gebruiken om de levenscycluskosten op basis van deze gegevens te bepalen.
3.6.7 Indien de aanbesteder de kosten aan de hand van de levenscycluskosten raamt, vermeldt hij in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken:
a. de door de inschrijvers te verstrekken gegevens, en
b. de methoden die de aanbesteder zal gebruiken om de levenscycluskosten op basis van deze gegevens te bepalen.
3.6.8 De methode die wordt gebruikt voor de raming van de aan externe milieueffecten toegerekende kosten voldoet aan de volgende voorwaarden:
a. zij is gebaseerd op objectief controleerbare en niet-discriminerende criteria,
b. zij is toegankelijk voor alle betrokken partijen, en
c. de vereiste gegevens kunnen met een redelijke inspanning worden verstrekt door normaal zorgvuldige ondernemers, met inbegrip van ondernemers uit derde landen die partij zijn bij de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten (PbEG L 1994, 336) of andere internationale overeenkomsten waaraan de Europese Unie gebonden is.
3.6.8 De methode die wordt gebruikt voor de raming van de aan externe milieueffecten toegerekende kosten voldoet aan de volgende voorwaarden:
a. zij is gebaseerd op objectief controleerbare en niet-discriminerende criteria,
b. zij is toegankelijk voor alle betrokken partijen, en
c. de vereiste gegevens kunnen met een redelijke inspanning worden verstrekt door normaal zorgvuldige ondernemers, met inbegrip van ondernemers uit derde landen die partij zijn bij de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten (PbEG L 1994, 336) of andere internationale overeenkomsten waaraan de Europese Unie gebonden is.
3.6.9 Indien een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de levenscycluskosten verplicht is op grond van een bindende EU-rechtshandeling, genoemd in bijlage XIII van richtlijn 2014/24/EU, wordt die gemeenschappelijke methode toegepast voor de raming van de levenscycluskosten.
3.6.9 Indien een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de levenscycluskosten verplicht is op grond van een bindende EU-rechtshandeling, genoemd in bijlage XIII van richtlijn 2014/24/EU, wordt die gemeenschappelijke methode toegepast voor de raming van de levenscycluskosten.
3.6.10 De aanbesteder die de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de laagste kosten of de laagste prijs, motiveert de toepassing van dat criterium in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. Het toepassen van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de laagste kosten en de laagste prijs is niet toegestaan ten aanzien van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorieën aanbestedende diensten en soorten opdrachten.
3.6.10 De aanbesteder die de economisch meest voordelige inschrijving vaststelt op basis van de laagste kosten of de laagste prijs, motiveert de toepassing van dat criterium in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. Het toepassen van de economisch meest voordelige inschrijving op basis van de laagste kosten en de laagste prijs is niet toegestaan ten aanzien van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorieën aanbestedende diensten en soorten opdrachten.
3.6.11 Gunningscriteria waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen aan de gunningscriteria voldoen.
3.6.11 Gunningscriteria waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen aan de gunningscriteria voldoen.
3.7 Opdrachtvoorwaarden in de aankondiging 3.7 Opdrachtvoorwaarden in de aankondiging
3.7.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging of hij de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehoudt aan:
a. sociale werkplaatsen,
b. ondernemers die de maatschappelijke en professionele integratie van gehandicapten of kansarmen tot hoofddoel hebben, of
c. ondernemers die de uitvoering ervan voorbehouden in het kader van programma’s voor beschermde arbeid,
mits ten minste 30% van de werknemers van deze werkplaatsen, ondernemingen of programma’s gehandicapte of kansarme werknemers zijn.
3.7.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging of hij de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehoudt aan:
a. sociale werkplaatsen,
b. ondernemers die de maatschappelijke en professionele integratie van gehandicapten of kansarmen tot hoofddoel hebben, of
c. ondernemers die de uitvoering ervan voorbehouden in het kader van programma’s voor beschermde arbeid,
mits ten minste 30% van de werknemers van deze werkplaatsen, ondernemingen of programma’s gehandicapte of kansarme werknemers zijn.
3.7.2 Als de opdracht diensten betreft die vallen onder de CPV-codes, genoemd in artikel 77, eerste lid, van richtlijn 2014/24/EU, kan de aanbesteder de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehouden aan een organisatie die voldoet aan de onderstaande voorwaarden, mits de aanbesteder dit vermeldt in de aankondiging:
a. haar doel is het vervullen van een taak van algemeen belang die verband houdt met de betreffende diensten,
b. winsten worden opnieuw geïnvesteerd met het oogmerk het doel van de organisatie te behartigen of worden uitgekeerd of herverdeeld en uitkering of herverdeling van winsten geschiedt op grond van participatieve overwegingen,
c. de beheers- of eigendomsstructuren van de organisatie die de opdracht uitvoert, zijn gebaseerd op werknemersaandeelhouderschap of beginselen van participatie of vergen de actieve participatie van werknemers, gebruikers of belanghebbenden, en
d. door de aanbesteder is uit hoofde van dit artikel in de 3 jaar voor de gunningsbeslissing aan de organisatie geen opdracht verleend voor de diensten in de te verlenen opdracht.
De looptijd van een overeenkomst, verleend overeenkomstig dit artikel, is niet langer dan 3 jaar.
3.7.2 Als de opdracht diensten betreft die vallen onder de CPV-codes, genoemd in artikel 77, eerste lid, van richtlijn 2014/24/EU, kan de aanbesteder de deelneming aan de aanbestedingsprocedure voorbehouden aan een organisatie die voldoet aan de onderstaande voorwaarden, mits de aanbesteder dit vermeldt in de aankondiging:
a. haar doel is het vervullen van een taak van algemeen belang die verband houdt met de betreffende diensten,
b. winsten worden opnieuw geïnvesteerd met het oogmerk het doel van de organisatie te behartigen of worden uitgekeerd of herverdeeld en uitkering of herverdeling van winsten geschiedt op grond van participatieve overwegingen,
c. de beheers- of eigendomsstructuren van de organisatie die de opdracht uitvoert, zijn gebaseerd op werknemersaandeelhouderschap of beginselen van participatie of vergen de actieve participatie van werknemers, gebruikers of belanghebbenden, en
d. door de aanbesteder is uit hoofde van dit artikel in de 3 jaar voor de gunningsbeslissing aan de organisatie geen opdracht verleend voor de diensten in de te verlenen opdracht.
De looptijd van een overeenkomst, verleend overeenkomstig dit artikel, is niet langer dan 3 jaar.
3.7.3
EU
Bij de Europese aanbesteding geeft de aanbesteder in de aankondiging of in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan bij welk orgaan ondernemers informatie kunnen verkrijgen over verplichtingen ten aanzien van de bepalingen inzake belastingen, milieubescherming, arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden die gelden in Nederland of, indien de verrichtingen buiten Nederland worden uitgevoerd, die gelden in het gebied of de plaats waar de verrichtingen worden
uitgevoerd en die gedurende de uitvoering van de opdracht op die verrichtingen van toepassing zullen zijn.
3.8 Bepalingen over elektronische middelen in de aankondiging 3.8 Bepalingen over elektronische middelen in de aankondiging
3.8.1
EU
Indien bij de Europese aanbesteding de aanbesteder geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor aanmelding en inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt omdat er sprake is van een geval als bedoeld in artikel 3.8.3, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat deze stukken zullen worden toegezonden per post of via een andere geschikte vervoerder, eventueel in combinatie met verzending langs elektronische weg. De aanbesteder stelt deze stukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
3.8.2 De aanbesteder kan aan een ondernemer eisen stellen die tot doel hebben de vertrouwelijke aard van de informatie die de aanbesteder gedurende de aanbestedingsprocedure beschikbaar stelt, te beschermen. Indien de aanbesteder in dit geval geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke eisen hij ter bescherming van het vertrouwelijke karakter van de informatie stelt en hoe toegang kan worden verkregen tot de betreffende aanbestedingsstukken. De aanbesteder stelt de betreffende aanbestedingsstukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
3.8.2 De aanbesteder kan aan een ondernemer eisen stellen die tot doel hebben de vertrouwelijke aard van de informatie die de aanbesteder gedurende de aanbestedingsprocedure beschikbaar stelt, te beschermen. Indien de aanbesteder in dit geval geen kosteloze, rechtstreekse en volledige toegang langs elektronische weg tot bepaalde voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken biedt, vermeldt de aanbesteder in de aankondiging welke eisen hij ter bescherming van het vertrouwelijke karakter van de informatie stelt en hoe toegang kan worden verkregen tot de betreffende aanbestedingsstukken. De aanbesteder stelt de betreffende aanbestedingsstukken op enigerlei wijze kosteloos ter beschikking.
3.8.3
EU
Bij de Europese aanbesteding kunnen andere dan elektronische middelen worden gebruikt in de volgende gevallen:
a. wegens de gespecialiseerde aard van de aanbesteding zijn voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen niet algemeen beschikbare gespecialiseerde instrumenten, middelen of bestandsformaten nodig;
b. de applicaties voor ondersteuning van de bestandsformaten die geschikt zijn voor de omschrijving van de inschrijvingen gebruiken bestandsformaten die niet door andere open of algemeen beschikbare toepassingen kunnen worden verwerkt, of zijn onderworpen aan een eigendomsgebonden licentieregeling en kunnen niet door de aanbesteder als downloads of gebruik op afstand beschikbaar worden gesteld;
c. voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen is gespecialiseerde kantoorapparatuur nodig waarover de aanbesteder niet beschikt;
d. voor de aanmelding of de inschrijving is de indiening vereist van fysieke of schaalmodellen die niet langs elektronische weg kunnen worden verzonden.
3.8.4 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, vermeldt de aanbesteder dit in de aankondiging.
3.8.4 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, vermeldt de aanbesteder dit in de aankondiging.
3.8.5 Indien de aanbesteder gebruik maakt van de elektronische veiling, vermeldt hij dit in de aankondiging.
3.8.5 Indien de aanbesteder gebruik maakt van de elektronische veiling, vermeldt hij dit in de aankondiging.
3.9 Overige bepalingen in de aankondiging 3.9 Overige bepalingen in de aankondiging
3.9.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging:
a. of inschrijvingen kunnen worden ingediend voor één of meer percelen,
b. of hij zich de mogelijkheid voorbehoudt om een combinatie van percelen of alle percelen aan dezelfde inschrijver te gunnen; de aanbesteder vermeldt daarbij welke percelen of groepen van percelen kunnen worden gecombineerd, en
c. het maximum aantal percelen per inschrijver indien hij het aantal aan één inschrijver te gunnen percelen wil beperken; de aanbesteder vermeldt daarbij de objectieve en niet-discriminerende regels die hij zal toepassen om te bepalen welke percelen zullen worden gegund indien de toepassing van de gunningscriteria er toe zou leiden dat meer percelen dan het maximum aantal aan dezelfde inschrijver gegund zou worden.
3.9.1 De aanbesteder vermeldt in de aankondiging:
a. of inschrijvingen kunnen worden ingediend voor één of meer percelen,
b. of hij zich de mogelijkheid voorbehoudt om een combinatie van percelen of alle percelen aan dezelfde inschrijver te gunnen; de aanbesteder vermeldt daarbij welke percelen of groepen van percelen kunnen worden gecombineerd, en
c. het maximum aantal percelen per inschrijver indien hij het aantal aan één inschrijver te gunnen percelen wil beperken; de aanbesteder vermeldt daarbij de objectieve en niet-discriminerende regels die hij zal toepassen om te bepalen welke percelen zullen worden gegund indien de toepassing van de gunningscriteria er toe zou leiden dat meer percelen dan het maximum aantal aan dezelfde inschrijver gegund zou worden.
3.9.2 De aanbesteder motiveert in voorkomend geval in de aankondiging:
a. de beslissing van de aanbesteder om een opdracht niet in percelen op te delen, en
b. de beslissing van de aanbesteder om opdrachten samen te voegen.
3.9.2 De aanbesteder motiveert in voorkomend geval in de aankondiging:
a. de beslissing van de aanbesteder om een opdracht niet in percelen op te delen, en
b. de beslissing van de aanbesteder om opdrachten samen te voegen.
3.9.3 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat de opdracht uitsluitend verleend wordt aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 van toepassing is;
b. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of hij de opdracht uitsluitend wil gunnen aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in 3.13.7 van toepassing is.
3.9.3 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging dat de opdracht uitsluitend verleend wordt aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 van toepassing is;
b. vermeldt de aanbesteder in de aankondiging of hij de opdracht uitsluitend wil gunnen aan een hoofdaannemer die voornemens is bij de uitvoering van de opdracht onderaannemers te betrekken op wie geen grond voor uitsluiting als bedoeld in 3.13.7 van toepassing is.
3.9.4 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan of hij varianten toestaat of verlangt en vermeldt in voorkomend geval de informatie als bedoeld in artikel 3.31.3.
3.9.4 De aanbesteder geeft in de aankondiging aan of hij varianten toestaat of verlangt en vermeldt in voorkomend geval de informatie als bedoeld in artikel 3.31.3.
3.10 Technische specificaties 3.10 Technische specificaties
3.10.1 De aanbesteder neemt in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de technische specificaties op, waarin de door hem voor de opdracht voorgeschreven
3.10.1 De aanbesteder neemt in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken de technische specificaties op, waarin de door hem voor de opdracht voorgeschreven
kenmerken zijn opgenomen. De technische specificaties bieden de ondernemers gelijke toegang en leiden niet tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van opdrachten voor mededinging.
kenmerken zijn opgenomen. De technische specificaties bieden de ondernemers gelijke toegang en leiden niet tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van opdrachten voor mededinging.
3.10.2 De in artikel 3.10.1 bedoelde kenmerken houden verband met het voorwerp van de opdracht en staan in redelijke verhouding tot de waarde en de doelstellingen van die opdracht.
3.10.2 De in artikel 3.10.1 bedoelde kenmerken houden verband met het voorwerp van de opdracht en staan in redelijke verhouding tot de waarde en de doelstellingen van die opdracht.
3.10.3 Voor de toepassing van artikel 3.10.2 geldt dat de bedoelde kenmerken in ieder geval verband houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.10.3 Voor de toepassing van artikel 3.10.2 geldt dat de bedoelde kenmerken in ieder geval verband houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en in elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.10.4 De aanbesteder formuleert de technische specificaties:
a. door verwijzing naar
technische specificaties en, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen waarin Europese normen zijn omgezet,
– Europese technische beoordelingen,
– gemeenschappelijke technische specificaties,
– internationale normen,
– andere door de Europese normalisatie-instellingen opgestelde technische referentiesystemen,
of, bij ontstentenis daarvan, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen,
– nationale technische goedkeuringen dan wel – nationale technische specificaties inzake het ontwerpen, het berekenen en het uitvoeren van werken en het gebruik van leveringen,
waarbij iedere verwijzing vergezeld gaat van de woorden 'of gelijkwaardig',
b. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen, die milieukenmerken kunnen bevatten, waarbij de eisen zodanig nauwkeurig zijn bepaald dat de ondernemers het voorwerp van de opdracht kunnen bepalen en de aanbesteder de opdracht kan verlenen,
c. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b, waarbij onder vermoeden van overeenstemming met deze prestatie-eisen en functionele eisen wordt verwezen naar de specificaties als bedoeld onder a, of
d. door verwijzing naar de specificaties als bedoeld onder a voor bepaalde
3.10.4 De aanbesteder formuleert de technische specificaties:
a. door verwijzing naar
technische specificaties en, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen waarin Europese normen zijn omgezet,
– Europese technische beoordelingen,
– gemeenschappelijke technische specificaties,
– internationale normen,
– andere door de Europese normalisatie-instellingen opgestelde technische referentiesystemen,
of, bij ontstentenis daarvan, in volgorde van voorkeur, naar:
– nationale normen,
– nationale technische goedkeuringen dan wel – nationale technische specificaties inzake het ontwerpen, het berekenen en het uitvoeren van werken en het gebruik van leveringen,
waarbij iedere verwijzing vergezeld gaat van de woorden 'of gelijkwaardig',
b. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen, die milieukenmerken kunnen bevatten, waarbij de eisen zodanig nauwkeurig zijn bepaald dat de ondernemers het voorwerp van de opdracht kunnen bepalen en de aanbesteder de opdracht kan verlenen,
c. in termen van prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b, waarbij onder vermoeden van overeenstemming met deze prestatie-eisen en functionele eisen wordt verwezen naar de specificaties als bedoeld onder a, of
d. door verwijzing naar de specificaties als bedoeld onder a voor bepaalde
kenmerken, en verwijzing naar de prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b voor andere kenmerken.
kenmerken, en verwijzing naar de prestatie-eisen en functionele eisen als bedoeld onder b voor andere kenmerken.
3.10.5 Indien de aanbesteder verwijst naar de specificaties als bedoeld in artikel 3.10.4 onderdeel a, kan hij een inschrijving niet afwijzen met de reden dat de aangeboden werken, leveringen of diensten niet beantwoorden aan de specificaties waarnaar hij heeft verwezen, indien de inschrijver in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.10.7, aantoont dat de door hem voorgestelde oplossingen op gelijkwaardige wijze voldoen aan de eisen in die technische specificaties.
3.10.5 Indien de aanbesteder verwijst naar de specificaties als bedoeld in artikel 3.10.4 onderdeel a, kan hij een inschrijving niet afwijzen met de reden dat de aangeboden werken, leveringen of diensten niet beantwoorden aan de specificaties waarnaar hij heeft verwezen, indien de inschrijver in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.10.7, aantoont dat de door hem voorgestelde oplossingen op gelijkwaardige wijze voldoen aan de eisen in die technische specificaties.
3.10.6 De aanbesteder kan van een ondernemer een testverslag of certificaat van een conformiteitsbeoordelingsinstantie verlangen als bewijs van overeenstemming met de voorschriften of criteria in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
3.10.6 De aanbesteder kan van een ondernemer een testverslag of certificaat van een conformiteitsbeoordelingsinstantie verlangen als bewijs van overeenstemming met de voorschriften of criteria in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
3.10.7 Indien de aanbesteder een certificaat van een specifieke conformiteitsbeoordelingsinstantie eist, aanvaardt hij ook een certificaat van een gelijkwaardige conformiteitsbeoordelingsinstantie.
3.10.7 Indien de aanbesteder een certificaat van een specifieke conformiteitsbeoordelingsinstantie eist, aanvaardt hij ook een certificaat van een gelijkwaardige conformiteitsbeoordelingsinstantie.
3.10.8 De aanbesteder aanvaardt andere bewijsmiddelen dan een testverslag of een certificaat, zoals een technisch dossier van de fabrikant, indien een ondernemer:
a. geen toegang had tot een certificaat of testverslag of dit niet binnen de gestelde termijnen kon verkrijgen, mits de ondernemer het ontbreken van toegang niet valt aan te rekenen, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan de voorschriften of criteria van de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
3.10.8 De aanbesteder aanvaardt andere bewijsmiddelen dan een testverslag of een certificaat, zoals een technisch dossier van de fabrikant, indien een ondernemer:
a. geen toegang had tot een certificaat of testverslag of dit niet binnen de gestelde termijnen kon verkrijgen, mits de ondernemer het ontbreken van toegang niet valt aan te rekenen, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan de voorschriften of criteria van de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden.
3.10.9 De aanbesteder wijst, indien hij gebruik maakt van de in artikel 3.10.4 onderdeel b geboden mogelijkheid prestatie-eisen of functionele eisen te stellen, een inschrijving niet af indien deze beantwoordt aan:
a. een nationale norm waarin een Europese norm is omgezet,
b. een Europese technische beoordeling,
c. een gemeenschappelijke technische specificatie,
d. een internationale norm, of
e. een door een Europese normalisatie-instelling opgesteld technisch referentiesysteem,
indien deze specificaties betrekking hebben op de prestatie-eisen of functionele eisen die hij heeft voorgeschreven.
3.10.9 De aanbesteder wijst, indien hij gebruik maakt van de in artikel 3.10.4 onderdeel b geboden mogelijkheid prestatie-eisen of functionele eisen te stellen, een inschrijving niet af indien deze beantwoordt aan:
a. een nationale norm waarin een Europese norm is omgezet,
b. een Europese technische beoordeling,
c. een gemeenschappelijke technische specificatie,
d. een internationale norm, of
e. een door een Europese normalisatie-instelling opgesteld technisch referentiesysteem,
indien deze specificaties betrekking hebben op de prestatie-eisen of functionele eisen die hij heeft voorgeschreven.
3.10.10 Een inschrijver bewijst in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de 3.10.10 Een inschrijver bewijst in zijn inschrijving met elk passend middel, waaronder de
bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.10.7, dat de levering, de dienst of het werk in overeenstemming is met de norm en voldoet aan de functionele en prestatie-eisen van de aanbesteder.
bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.10.7, dat de levering, de dienst of het werk in overeenstemming is met de norm en voldoet aan de functionele en prestatie-eisen van de aanbesteder.
3.10.11 De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze die kenmerkend is voor de producten of diensten van een bepaalde ondernemer en evenmin van een merk, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemers of bepaalde producten worden bevoordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd is.
3.10.11 De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze die kenmerkend is voor de producten of diensten van een bepaalde ondernemer en evenmin van een merk, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemers of bepaalde producten worden bevoordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd is.
3.10.12 De aanbesteder kan de melding of verwijzing als bedoeld in artikel 3.10.11 opnemen in de technische specificaties indien:
a. een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van het voorwerp van de opdracht niet mogelijk is door toepassing van artikel 3.10.4, en
b. deze melding of verwijzing vergezeld gaat van de woorden "of gelijkwaardig".
3.10.12 De aanbesteder kan de melding of verwijzing als bedoeld in artikel 3.10.11 opnemen in de technische specificaties indien:
a. een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van het voorwerp van de opdracht niet mogelijk is door toepassing van artikel 3.10.4, en
b. deze melding of verwijzing vergezeld gaat van de woorden "of gelijkwaardig".
3.11 Toegankelijkheid en bijzondere voorwaarden 3.11 Toegankelijkheid en bijzondere voorwaarden
3.11.1 Bij opdrachten waarvan het resultaat bedoeld is voor gebruik door natuurlijke personen, hetzij door het grote publiek, hetzij door het personeel van de aanbesteder, houden de technische specificaties rekening met de criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, met uitzondering van behoorlijk gemotiveerde gevallen.
3.11.1 Bij opdrachten waarvan het resultaat bedoeld is voor gebruik door natuurlijke personen, hetzij door het grote publiek, hetzij door het personeel van de aanbesteder, houden de technische specificaties rekening met de criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, met uitzondering van behoorlijk gemotiveerde gevallen.
3.11.2 Indien bindende EU-rechtshandelingen zijn vastgesteld met criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of inzake het de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, verwijzen de technische specificaties hiernaar.
3.11.2 Indien bindende EU-rechtshandelingen zijn vastgesteld met criteria inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap of inzake het de geschiktheid van het ontwerp voor alle gebruikers, verwijzen de technische specificaties hiernaar.
3.11.3 De aanbesteder kan bijzondere voorwaarden verbinden aan de uitvoering van de opdracht, mits dergelijke voorwaarden verband houden met het voorwerp van de opdracht en in de technische specificaties vermeld zijn. Deze voorwaarden kunnen verband houden met economische, innovatiegerelateerde, arbeidsgerelateerde, sociale of milieuoverwegingen. Dergelijke voorwaarden worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.11.3 De aanbesteder kan bijzondere voorwaarden verbinden aan de uitvoering van de opdracht, mits dergelijke voorwaarden verband houden met het voorwerp van de opdracht en in de technische specificaties vermeld zijn. Deze voorwaarden kunnen verband houden met economische, innovatiegerelateerde, arbeidsgerelateerde, sociale of milieuoverwegingen. Dergelijke voorwaarden worden geacht verband te houden met het voorwerp van de opdracht wanneer zij betrekking hebben op de in het kader van die opdracht te verrichten werken, leveringen of diensten, in alle opzichten en elk stadium van hun levenscyclus, met inbegrip van factoren die te maken hebben met:
a. het specifieke productieproces, het aanbieden of de verhandeling van deze werken, leveringen of diensten, of
b. een specifiek proces voor een andere fase van hun levenscyclus, zelfs wanneer deze factoren geen deel uitmaken van hun materiële basis.
3.12 Keurmerken 3.12 Keurmerken
3.12.1 Indien de aanbesteder voornemens is een werk, levering of dienst met specifieke milieu-, sociale of andere kenmerken aan te kopen, kan hij in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden betreffende de uitvoering van de opdracht een specifiek keurmerk eisen als bewijs dat het werk, de dienst of de levering overeenstemt met de vereiste voorschriften, mits:
a. de keurmerkeisen alleen betrekking hebben op criteria die verband houden met het voorwerp van de opdracht en geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van het werk, de levering of de dienst die het voorwerp van de opdracht vormen,
b. de keurmerkeisen zijn gebaseerd op objectief controleerbare en niet- discriminerende criteria,
c. het keurmerk is vastgesteld in een open en transparante procedure waaraan alle belanghebbenden, waaronder overheidsinstanties, consumenten, sociale partners, fabrikanten, distributeurs en niet- gouvernementele organisaties, kunnen deelnemen,
d. het keurmerk voor alle betrokken partijen toegankelijk is, en
e. de keurmerkeisen worden vastgesteld door een derde partij op wie de ondernemer die het keurmerk aanvraagt, geen beslissende invloed uitoefent.
3.12.1 Indien de aanbesteder voornemens is een werk, levering of dienst met specifieke milieu-, sociale of andere kenmerken aan te kopen, kan hij in de technische specificaties, gunningscriteria of contractvoorwaarden betreffende de uitvoering van de opdracht een specifiek keurmerk eisen als bewijs dat het werk, de dienst of de levering overeenstemt met de vereiste voorschriften, mits:
a. de keurmerkeisen alleen betrekking hebben op criteria die verband houden met het voorwerp van de opdracht en geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van het werk, de levering of de dienst die het voorwerp van de opdracht vormen,
b. de keurmerkeisen zijn gebaseerd op objectief controleerbare en niet- discriminerende criteria,
c. het keurmerk is vastgesteld in een open en transparante procedure waaraan alle belanghebbenden, waaronder overheidsinstanties, consumenten, sociale partners, fabrikanten, distributeurs en niet- gouvernementele organisaties, kunnen deelnemen,
d. het keurmerk voor alle betrokken partijen toegankelijk is, en
e. de keurmerkeisen worden vastgesteld door een derde partij op wie de ondernemer die het keurmerk aanvraagt, geen beslissende invloed uitoefent.
3.12.2 Indien de aanbesteder niet verlangt dat een werk, levering of dienst aan alle keurmerkeisen van een specifiek keurmerk voldoet, geeft hij aan aan welke keurmerkeisen dient te worden voldaan.
3.12.2 Indien de aanbesteder niet verlangt dat een werk, levering of dienst aan alle keurmerkeisen van een specifiek keurmerk voldoet, geeft hij aan aan welke keurmerkeisen dient te worden voldaan.
3.12.3 De aanbesteder die een specifiek keurmerk eist, aanvaardt alle keurmerken die bevestigen dat het werk, de levering of de dienst aan gelijkwaardige keurmerkeisen voldoet.
3.12.3 De aanbesteder die een specifiek keurmerk eist, aanvaardt alle keurmerken die bevestigen dat het werk, de levering of de dienst aan gelijkwaardige keurmerkeisen voldoet.
3.12.4 De aanbesteder aanvaardt andere geschikte bewijsmiddelen, zoals een technisch dossier van de fabrikant, dan het door hem aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk, indien een ondernemer:
a. aantoont dat hij niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of aan de specifieke eisen.
3.12.4 De aanbesteder aanvaardt andere geschikte bewijsmiddelen, zoals een technisch dossier van de fabrikant, dan het door hem aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk, indien een ondernemer:
a. aantoont dat hij niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of een gelijkwaardig keurmerk binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden, en
b. aantoont dat het door hem te leveren werk, de door hem te verrichten levering of dienst voldoet aan het door de aanbesteder aangegeven specifieke keurmerk of aan de specifieke eisen.
3.12.5 Indien een keurmerk voldoet aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 3.12.1, 3.12.5 Indien een keurmerk voldoet aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 3.12.1,
onderdelen b tot en met e, maar daarnaast eisen stelt die geen verband houden met het voorwerp van de opdracht, eist de aanbesteder niet het keurmerk als zodanig, maar stelt de aanbesteder de technische specificaties vast onder verwijzing naar de gedetailleerde technische specificaties van dat keurmerk of delen daarvan die verband houden met het voorwerp van de opdracht en die geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van dit voorwerp.
onderdelen b tot en met e, maar daarnaast eisen stelt die geen verband houden met het voorwerp van de opdracht, eist de aanbesteder niet het keurmerk als zodanig, maar stelt de aanbesteder de technische specificaties vast onder verwijzing naar de gedetailleerde technische specificaties van dat keurmerk of delen daarvan die verband houden met het voorwerp van de opdracht en die geschikt zijn voor de omschrijving van de kenmerken van dit voorwerp.
3.13 Uitsluitingsgronden 3.13 Uitsluitingsgronden
3.13.1 De aanbesteder sluit van deelneming aan de procedure uit iedere ondernemer jegens wie bij een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak een veroordeling als bedoeld in artikel 3.13.2 is uitgesproken die bij de aanbesteder bekend is als gevolg van verificatie overeenkomstig artikel 3.13.6 dan wel uit anderen hoofde. De aanbesteder betrekt hierbij uitsluitend rechterlijke uitspraken die in de 5 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving onherroepelijk zijn geworden.
3.13.1 De aanbesteder sluit van deelneming aan de procedure uit iedere ondernemer jegens wie bij een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak een veroordeling als bedoeld in artikel 3.13.2 is uitgesproken die bij de aanbesteder bekend is als gevolg van verificatie overeenkomstig artikel 3.13.6 dan wel uit anderen hoofde. De aanbesteder betrekt hierbij uitsluitend rechterlijke uitspraken die in de 5 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving onherroepelijk zijn geworden.
3.13.2 Voor de toepassing van artikel 3.13.1 worden aangewezen veroordelingen ter zake van:
a. deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2 van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (PbEU 2008, L 300);
b. omkoping in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn (PbEU 1997, C 195) en van artikel 2, eerste lid, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de bestrijding van corruptie in de privé-sector (PbEU 2003, L 192);
c. fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (PbEG 1995, C 316);
x. xxxxxxxxx van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld (PbEG L 1991, L 166) zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 2001/97/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEG L 2001, 344);
e. terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten in de zin van de artikelen 1, 3 en 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2003 inzake terrorismebestrijding (PbEU 2002, L 164;
f. kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel in de zin van artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de
3.13.2 Voor de toepassing van artikel 3.13.1 worden aangewezen veroordelingen ter zake van:
a. deelneming aan een criminele organisatie in de zin van artikel 2 van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (PbEU 2008, L 300);
b. omkoping in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn (PbEU 1997, C 195) en van artikel 2, eerste lid, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de bestrijding van corruptie in de privé-sector (PbEU 2003, L 192);
c. fraude in de zin van artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (PbEG 1995, C 316);
x. xxxxxxxxx van geld in de zin van artikel 1 van richtlijn nr. 91/308/EEG van de Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld (PbEG L 1991, L 166) zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 2001/97/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEG L 2001, 344);
e. terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten in de zin van de artikelen 1, 3 en 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2003 inzake terrorismebestrijding (PbEU 2002, L 164;
f. kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel in de zin van artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de
bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Xxxxxxxxxxxx 2002/629/JBZ (PbEU 2011, L 101).
bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Xxxxxxxxxxxx 2002/629/JBZ (PbEU 2011, L 101).
3.13.3 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien jegens een persoon die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of die daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, een onherroepelijke veroordeling als bedoeld in artikel 3.13.2 is uitgesproken waarvan de aanbesteder kennis heeft.
3.13.3 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien jegens een persoon die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan of die daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, een onherroepelijke veroordeling als bedoeld in artikel 3.13.2 is uitgesproken waarvan de aanbesteder kennis heeft.
3.13.4 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien de aanbesteder ervan op de hoogte is dat bij onherroepelijke en bindende rechterlijke of administratieve beslissing overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar de ondernemer is gevestigd of overeenkomstig nationale wettelijke bepalingen is vastgesteld dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies. Hiervan wordt afgezien indien uitsluiting kennelijk onredelijk zou zijn of indien de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan. Van een kennelijk onredelijke uitsluiting is onder meer sprake:
a. indien de ondernemer slechts kleine bedragen aan belastingen of sociale zekerheidspremies niet heeft betaald;
b. indien de ondernemer bekend werd met het precieze verschuldigde bedrag tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies op een tijdstip waarop het hem niet mogelijk was de bedoelde verplichtingen na te komen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan voor het verstrijken van de termijn voor het indienen van het verzoek tot deelneming.
3.13.4 De aanbesteder sluit een ondernemer uit indien de aanbesteder ervan op de hoogte is dat bij onherroepelijke en bindende rechterlijke of administratieve beslissing overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar de ondernemer is gevestigd of overeenkomstig nationale wettelijke bepalingen is vastgesteld dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies. Hiervan wordt afgezien indien uitsluiting kennelijk onredelijk zou zijn of indien de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan. Van een kennelijk onredelijke uitsluiting is onder meer sprake:
a. indien de ondernemer slechts kleine bedragen aan belastingen of sociale zekerheidspremies niet heeft betaald;
b. indien de ondernemer bekend werd met het precieze verschuldigde bedrag tot betaling van belastingen of sociale zekerheidspremies op een tijdstip waarop het hem niet mogelijk was de bedoelde verplichtingen na te komen of een bindende regeling tot betaling daarvan aan te gaan voor het verstrijken van de termijn voor het indienen van het verzoek tot deelneming.
3.13.5 Als veroordelingen als bedoeld in artikel 3.13.2 worden in ieder geval aangemerkt veroordelingen op grond van artikel 134a, 140, 140a, 177, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b, 273b, 285 derde lid, 323a, 328ter, tweede lid, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht, of veroordelingen wegens overtreding van de in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht bedoelde misdrijven, indien aan het bepaalde in dat artikel is voldaan.
3.13.5 Als veroordelingen als bedoeld in artikel 3.13.2 worden in ieder geval aangemerkt veroordelingen op grond van artikel 134a, 140, 140a, 177, 178, 225, 226, 227, 227a, 227b, 273b, 285 derde lid, 323a, 328ter, tweede lid, 420bis, 420ter of 420quater van het Wetboek van Strafrecht, of veroordelingen wegens overtreding van de in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht bedoelde misdrijven, indien aan het bepaalde in dat artikel is voldaan.
3.13.6 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 genoemde omstandigheden. Daarbij aanvaardt de aanbesteder, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, als voldoende bewijs.
3.13.6 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 genoemde omstandigheden. Daarbij aanvaardt de aanbesteder, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, als voldoende bewijs.
3.13.7
GP3.5A
De aanbesteder kan een ondernemer uitsluiten van deelneming aan de procedure op de volgende gronden:
a. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer een of meer van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht heeft geschonden;
b. de ondernemer verkeert in staat van faillissement of liquidatie, diens werkzaamheden zijn gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of een (faillissements-)akkoord, of de ondernemer verkeert in een andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van op hem van toepassing zijnde wet- en regelgeving;
c. de aanbesteder kan aannemelijk maken dat de ondernemer in de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken;
d. de aanbesteder beschikt over voldoende plausibele aanwijzingen om te concluderen dat de ondernemer met andere ondernemers overeenkomsten heeft gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging;
e. een belangenconflict in de zin van artikel 3.14.3 kan niet effectief worden verholpen met andere minder ingrijpende maatregelen;
f. wegens de eerdere betrokkenheid van de ondernemer bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure heeft zich een vervalsing van de mededinging als bedoeld in artikel 3.14.1 voorgedaan die niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden verholpen;
g. de ondernemer heeft blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een wezenlijk voorschrift van een eerdere opdracht en dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties;
h. de ondernemer heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van de informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van gronden voor uitsluiting of het voldoen aan de geschiktheidseisen of heeft die informatie achtergehouden, dan wel was niet in staat de ondersteunende documenten als bedoeld in artikel 3.22.8 over te leggen;
i. de ondernemer heeft getracht om het besluitvormingsproces van de aanbesteder onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de aanbestedingsprocedure kan bezorgen, of heeft door nalatigheid misleidende informatie verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, geschiktheid, selectie en gunning;
3.13.7
GP3.5A
De aanbesteder kan een ondernemer uitsluiten van deelneming aan de procedure op de volgende gronden:
a. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer een of meer van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht heeft geschonden;
b. de ondernemer verkeert in staat van faillissement of liquidatie, diens werkzaamheden zijn gestaakt, jegens hem geldt een surseance van betaling of een (faillissements-)akkoord, of de ondernemer verkeert in een andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van op hem van toepassing zijnde wet- en regelgeving;
c. de aanbesteder kan aannemelijk maken dat de ondernemer in de uitoefening van zijn beroep een ernstige fout heeft begaan, waardoor zijn integriteit in twijfel kan worden getrokken;
d. de aanbesteder beschikt over voldoende plausibele aanwijzingen om te concluderen dat de ondernemer met andere ondernemers overeenkomsten heeft gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging;
e. een belangenconflict in de zin van artikel 3.14.3 kan niet effectief worden verholpen met andere minder ingrijpende maatregelen;
f. wegens de eerdere betrokkenheid van de ondernemer bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure heeft zich een vervalsing van de mededinging als bedoeld in artikel 3.14.1 voorgedaan die niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden verholpen;
g. de ondernemer heeft blijk gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een wezenlijk voorschrift van een eerdere opdracht en dit heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties;
h. de ondernemer heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van de informatie die nodig is voor de controle op het ontbreken van gronden voor uitsluiting of het voldoen aan de geschiktheidseisen of heeft die informatie achtergehouden, dan wel was niet in staat de ondersteunende documenten als bedoeld in artikel 3.22.8 over te leggen;
i. de ondernemer heeft getracht om het besluitvormingsproces van de aanbesteder onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de aanbestedingsprocedure kan bezorgen, of heeft door nalatigheid misleidende informatie verstrekt die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, geschiktheid, selectie en gunning;
j. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of van sociale zekerheidspremies, tenzij de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan.
j. de aanbesteder toont met elk passend middel aan dat de ondernemer niet voldoet aan zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of van sociale zekerheidspremies, tenzij de ondernemer de verschuldigde belastingen of sociale zekerheidspremies, met inbegrip van eventuele lopende rente of boetes, heeft betaald of een bindende regeling tot betaling daarvan is aangegaan.
3.13.8 De aanbesteder betrekt bij de toepassing van:
a. artikel 3.13.7, onderdeel a, uitsluitend een schending van de in dat onderdeel bedoelde verplichtingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
b. artikel 3.13.7, onderdeel c, uitsluitend ernstige fouten die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
c. artikel 3.13.7, onderdeel d, uitsluitend onherroepelijke beschikkingen op grond van artikel 56 van de Mededingingswet en wegens overtreding van artikel 101 of 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die in de 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag onherroepelijk zijn geworden;
d. artikel 3.13.7, onderdeel g, uitsluitend tekortkomingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
e. artikel 3.13.7, onderdeel j, uitsluitend het niet nakomen van de in dat onderdeel bedoelde betalingsverplichtingen die zijn vastgesteld in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving.
3.13.8 De aanbesteder betrekt bij de toepassing van:
a. artikel 3.13.7, onderdeel a, uitsluitend een schending van de in dat onderdeel bedoelde verplichtingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
b. artikel 3.13.7, onderdeel c, uitsluitend ernstige fouten die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
c. artikel 3.13.7, onderdeel d, uitsluitend onherroepelijke beschikkingen op grond van artikel 56 van de Mededingingswet en wegens overtreding van artikel 101 of 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die in de 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag onherroepelijk zijn geworden;
d. artikel 3.13.7, onderdeel g, uitsluitend tekortkomingen die zich in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving hebben voorgedaan;
e. artikel 3.13.7, onderdeel j, uitsluitend het niet nakomen van de in dat onderdeel bedoelde betalingsverplichtingen die zijn vastgesteld in de 3 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving.
3.13.9 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7 genoemde omstandigheden. De ondernemer kan hierbij:
a. door middel van een uittreksel uit het handelsregister, dat op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond van artikel 3.13.7, onderdeel b, op hem niet van toepassing is;
b. door middel van een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, aantonen dat de uitsluitingsgronden als bedoeld in de artikelen
3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7, onderdeel c en d, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, op hem niet van toepassing zijn;
3.13.9 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om bewijsmiddelen waaruit blijkt dat hij niet verkeert in een van de in de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7 genoemde omstandigheden. De ondernemer kan hierbij:
a. door middel van een uittreksel uit het handelsregister, dat op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond van artikel 3.13.7, onderdeel b, op hem niet van toepassing is;
b. door middel van een gedragsverklaring aanbesteden, die op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 2 jaar, aantonen dat de uitsluitingsgronden als bedoeld in de artikelen
3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7, onderdeel c en d, voor zover het een onherroepelijke veroordeling of een onherroepelijke beschikking wegens overtreding van mededingingsregels betreft, op hem niet van toepassing zijn;
c. door middel van een verklaring van de belastingdienst, die op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 3.13.4, of artikel 3.13.7, onderdeel j, niet op hem van toepassing is.
c. door middel van een verklaring van de belastingdienst, die op het tijdstip van het indienen van het verzoek tot deelneming of de inschrijving niet ouder is dan 6 maanden, aantonen dat de uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 3.13.4, of artikel 3.13.7, onderdeel j, niet op hem van toepassing is.
3.13.10 De aanbesteder aanvaardt gegevens en bescheiden ten bewijze dat uitsluitingsgronden niet op een ondernemer van toepassing zijn ook uit:
a. een andere lidstaat,
b. het land van herkomst van de ondernemer, of
c. het land waar de ondernemer is gevestigd,
die een gelijkwaardig doel dienen of waaruit blijkt dat de uitsluitingsgrond niet op hem van toepassing is.
3.13.10 De aanbesteder aanvaardt gegevens en bescheiden ten bewijze dat uitsluitingsgronden niet op een ondernemer van toepassing zijn ook uit:
a. een andere lidstaat,
b. het land van herkomst van de ondernemer, of
c. het land waar de ondernemer is gevestigd,
die een gelijkwaardig doel dienen of waaruit blijkt dat de uitsluitingsgrond niet op hem van toepassing is.
3.13.11 De aanbesteder stelt een ondernemer waarop een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 3.13.1, 3.13.3 en 3.13.7 van toepassing is, in de gelegenheid te bewijzen dat hij voldoende maatregelen heeft genomen om zijn betrouwbaarheid aan te tonen. Indien de aanbesteder dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken ondernemer niet uitgesloten. De ondernemer toont hierbij aan dat hij, voor zover van toepassing:
a. schade die voortvloeit uit veroordelingen voor strafbare feiten als bedoeld in de artikelen 3.13.1 en 3.13.3 of uit fouten als bedoeld in artikel 3.13.7 heeft vergoed of heeft toegezegd te vergoeden,
b. heeft bijgedragen aan opheldering van feiten en omstandigheden door actief mee te werken met de onderzoekende autoriteiten, en
c. concrete technische, organisatorische en personeelsmaatregelen heeft genomen die geschikt zijn om verdere strafbare feiten of fouten te voorkomen.
De aanbesteder beoordeelt de door de ondernemer genomen maatregelen met inachtneming van de ernst en de bijzondere omstandigheden van de strafbare feiten of fouten. Indien de aanbesteder de genomen maatregelen onvoldoende acht, deelt hij dit gemotiveerd mee aan de betrokken ondernemer.
3.13.11 De aanbesteder stelt een ondernemer waarop een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikelen 3.13.1, 3.13.3 en 3.13.7 van toepassing is, in de gelegenheid te bewijzen dat hij voldoende maatregelen heeft genomen om zijn betrouwbaarheid aan te tonen. Indien de aanbesteder dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken ondernemer niet uitgesloten. De ondernemer toont hierbij aan dat hij, voor zover van toepassing:
a. schade die voortvloeit uit veroordelingen voor strafbare feiten als bedoeld in de artikelen 3.13.1 en 3.13.3 of uit fouten als bedoeld in artikel 3.13.7 heeft vergoed of heeft toegezegd te vergoeden,
b. heeft bijgedragen aan opheldering van feiten en omstandigheden door actief mee te werken met de onderzoekende autoriteiten, en
c. concrete technische, organisatorische en personeelsmaatregelen heeft genomen die geschikt zijn om verdere strafbare feiten of fouten te voorkomen.
De aanbesteder beoordeelt de door de ondernemer genomen maatregelen met inachtneming van de ernst en de bijzondere omstandigheden van de strafbare feiten of fouten. Indien de aanbesteder de genomen maatregelen onvoldoende acht, deelt hij dit gemotiveerd mee aan de betrokken ondernemer.
3.13.12 De aanbesteder kan afzien van toepassing van de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7:
a. om dwingende redenen van algemeen belang, of
b. indien naar het oordeel van de aanbesteder uitsluiting niet proportioneel is met het oog op de tijd die is verstreken sinds de veroordeling en gelet op het voorwerp van de opdracht.
3.13.12 De aanbesteder kan afzien van toepassing van de artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 en 3.13.7:
a. om dwingende redenen van algemeen belang, of
b. indien naar het oordeel van de aanbesteder uitsluiting niet proportioneel is met het oog op de tijd die is verstreken sinds de veroordeling en gelet op het voorwerp van de opdracht.
3.13.13 Indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht, de technische bekwaamheid of de beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, eist de aanbesteder dat de ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in de
3.13.13 Indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht, de technische bekwaamheid of de beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, eist de aanbesteder dat de ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in de
artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 van toepassing is, vervangt. De aanbesteder kan eisen dat de ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 3.13.7 van toepassing is, vervangt.
artikelen 3.13.1 tot en met 3.13.5 van toepassing is, vervangt. De aanbesteder kan eisen dat de ondernemer een natuurlijke persoon of een rechtspersoon op wie een uitsluitingsgrond als bedoeld in artikel 3.13.7 van toepassing is, vervangt.
3.14 Scheiding van belang 3.14 Scheiding van belang
3.14.1
EU
Indien bij de Europese aanbesteding een gegadigde of een met een gegadigde verbonden onderneming de aanbesteder heeft geadviseerd of anderszins betrokken is geweest bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure, neemt de aanbesteder passende maatregelen om ervoor te zorgen dat de mededinging niet wordt vervalst door de deelneming van die gegadigde. Deze maatregelen omvatten:
a. de mededeling aan andere gegadigden van relevante informatie die is uitgewisseld in het kader van of ten gevolge van de betrokkenheid van de gegadigde bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure, en
b. de vaststelling van passende termijnen voor de ontvangst van de inschrijvingen.
3.14.2
EU
De aanbesteder sluit bij de Europese aanbesteding een gegadigde die betrokken is geweest bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure slechts van de aanbestedingsprocedure uit indien er geen andere middelen zijn om de naleving van het beginsel van gelijke behandeling te verzekeren. De aanbesteder biedt een bij de voorbereiding van de aanbestedingsprocedure betrokken gegadigde de gelegenheid om te bewijzen dat zijn betrokkenheid de mededinging niet kan verstoren, alvorens hij de gegadigde van de aanbestedingsprocedure uitsluit.
3.14.3 De aanbesteder neemt passende maatregelen om fraude, bevoordeling, corruptie en belangenconflicten tijdens de aanbestedingsprocedure doeltreffend te voorkomen, te onderkennen en op te lossen, teneinde vervalsing van de mededinging te vermijden, de transparantie van de procedure te waarborgen en gelijke behandeling van alle ondernemers te verzekeren.
3.14.3 De aanbesteder neemt passende maatregelen om fraude, bevoordeling, corruptie en belangenconflicten tijdens de aanbestedingsprocedure doeltreffend te voorkomen, te onderkennen en op te lossen, teneinde vervalsing van de mededinging te vermijden, de transparantie van de procedure te waarborgen en gelijke behandeling van alle ondernemers te verzekeren.
3.15 Financiële en economische draagkracht 3.15 Financiële en economische draagkracht
3.15.1 De aanbesteder kan bij het stellen van geschiktheidseisen omtrent financiële en economische draagkracht verlangen dat de ondernemer:
x. informatie verstrekt over zijn jaarrekening;
b. een passend niveau van verzekering tegen beroepsrisico’s heeft.
3.15.1 De aanbesteder kan bij het stellen van geschiktheidseisen omtrent financiële en economische draagkracht verlangen dat de ondernemer:
x. informatie verstrekt over zijn jaarrekening;
b. een passend niveau van verzekering tegen beroepsrisico’s heeft.
3.15.2 Een ondernemer kan zijn financiële en economische draagkracht in ieder geval aantonen door een of meer van de volgende bewijsmiddelen:
a. passende bankverklaringen of het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's op passend niveau,
b. overlegging van jaarrekeningen of uittreksels uit de jaarrekening, indien de
3.15.2 Een ondernemer kan zijn financiële en economische draagkracht in ieder geval aantonen door een of meer van de volgende bewijsmiddelen:
a. passende bankverklaringen of het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's op passend niveau,
b. overlegging van jaarrekeningen of uittreksels uit de jaarrekening, indien de
wetgeving van het land waar de ondernemer is gevestigd publicatie van jaarrekeningen voorschrijft, of
c. een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over ten hoogste de laatste 3 beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de ondernemer met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.
wetgeving van het land waar de ondernemer is gevestigd publicatie van jaarrekeningen voorschrijft, of
c. een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over ten hoogste de laatste 3 beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de ondernemer met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.
3.15.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan welke bewijsmiddelen overgelegd dienen te worden.
3.15.3 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan welke bewijsmiddelen overgelegd dienen te worden.
3.15.4 Indien een ondernemer om gegronde redenen niet in staat is de door de aanbesteder gevraagde bewijsmiddelen over te leggen, kan hij zijn financiële en economische draagkracht aantonen met andere bescheiden die de aanbesteder geschikt acht.
3.15.4 Indien een ondernemer om gegronde redenen niet in staat is de door de aanbesteder gevraagde bewijsmiddelen over te leggen, kan hij zijn financiële en economische draagkracht aantonen met andere bescheiden die de aanbesteder geschikt acht.
3.15.5 Een ondernemer kan zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. Een ondernemer toont in dat geval bij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen van die natuurlijke personen of rechtspersonen. De aanbesteder kan eisen dat, indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, zowel de ondernemer als die andere natuurlijke personen of rechtspersonen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de uitvoering van de opdracht.
3.15.5 Een ondernemer kan zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. Een ondernemer toont in dat geval bij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen van die natuurlijke personen of rechtspersonen. De aanbesteder kan eisen dat, indien een ondernemer zich beroept op de financiële en economische draagkracht van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, zowel de ondernemer als die andere natuurlijke personen of rechtspersonen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de uitvoering van de opdracht.
3.15.6 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze natuurlijke personen of rechtspersonen voldoen aan de geschiktheidseisen met betrekking tot de financiële en economische draagkracht.
3.15.6 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze natuurlijke personen of rechtspersonen voldoen aan de geschiktheidseisen met betrekking tot de financiële en economische draagkracht.
3.15.7 Onder dezelfde voorwaarden als bedoeld in artikel 3.15.5 kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
3.15.7 Onder dezelfde voorwaarden als bedoeld in artikel 3.15.5 kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de financiële en economische draagkracht van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
3.15.8 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van economische en financiële draagkracht dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
3.15.8 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van economische en financiële draagkracht dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
3.16 Technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid 3.16 Technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid
3.16.1 Door de aanbesteder te stellen geschiktheidseisen voor technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid kunnen onder meer betrekking hebben op de personele en
3.16.1 Door de aanbesteder te stellen geschiktheidseisen voor technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid kunnen onder meer betrekking hebben op de personele en
technische middelen en de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken om de opdracht volgens een passende kwaliteitsnorm uit te voeren. Indien de aanbesteder eisen stelt met betrekking tot de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken, kan de aanbesteder in het bijzonder eisen dat de ondernemer door middel van geschikte referenties inzake in het verleden uitgevoerde opdrachten aantoont over voldoende ervaring te beschikken.
technische middelen en de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken om de opdracht volgens een passende kwaliteitsnorm uit te voeren. Indien de aanbesteder eisen stelt met betrekking tot de ervaring waarover de ondernemer moet kunnen beschikken, kan de aanbesteder in het bijzonder eisen dat de ondernemer door middel van geschikte referenties inzake in het verleden uitgevoerde opdrachten aantoont over voldoende ervaring te beschikken.
3.16.2
GP3.5F GP3.5G
Ondernemers tonen hun technische bekwaamheid of beroepsbekwaamheid aan op een of meer van de volgende manieren, afhankelijk van de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht:
a. in geval van een opdracht voor werken:
1. aan de hand van een lijst van de werken die de afgelopen periode van ten hoogste 5 jaar zijn verricht, welke lijst vergezeld gaat van certificaten die bewijzen dat de belangrijkste opdrachten naar behoren zijn uitgevoerd, zowel met betrekking tot de wijze van uitvoering als met betrekking tot het resultaat;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en van die welke de ondernemer ter beschikking zullen staan om de werken uit te voeren;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de aannemer, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
5. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
6. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het verlenen van de opdracht beschikt;
7. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
b. in geval van een opdracht voor leveringen:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste leveringen die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De leveringen worden aangetoond in het geval van leveringen voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in
3.16.2
GP3.5F GP3.5G
Ondernemers tonen hun technische bekwaamheid of beroepsbekwaamheid aan op een of meer van de volgende manieren, afhankelijk van de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht:
a. in geval van een opdracht voor werken:
1. aan de hand van een lijst van de werken die de afgelopen periode van ten hoogste 5 jaar zijn verricht, welke lijst vergezeld gaat van certificaten die bewijzen dat de belangrijkste opdrachten naar behoren zijn uitgevoerd, zowel met betrekking tot de wijze van uitvoering als met betrekking tot het resultaat;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole en van die welke de ondernemer ter beschikking zullen staan om de werken uit te voeren;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de aannemer, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
5. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
6. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het verlenen van de opdracht beschikt;
7. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
b. in geval van een opdracht voor leveringen:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste leveringen die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De leveringen worden aangetoond in het geval van leveringen voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in
het geval van leveringen voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de leverancier, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
5. in het geval van complexe producten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de leverancier gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de productiecapaciteit van de leverancier en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
6. aan de hand van monsters, beschrijvingen of foto’s, waarvan op verzoek van de aanbesteder de echtheid kan worden aangetoond of aan de hand van certificaten die door een erkende organisatie zijn opgesteld, waarin wordt verklaard dat duidelijk door referenties geïdentificeerde producten aan bepaalde specificaties of normen beantwoorden;
7. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen voor de uitvoering van de opdracht;
8. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
c. in geval van een opdracht voor diensten:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste diensten die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De diensten worden aangetoond in het geval van diensten voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van diensten voor een particuliere afnemer, door certificaten van
het geval van leveringen voor een particuliere afnemer, door certificaten van de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
4. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de leverancier, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
5. in het geval van complexe producten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de leverancier gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de productiecapaciteit van de leverancier en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
6. aan de hand van monsters, beschrijvingen of foto’s, waarvan op verzoek van de aanbesteder de echtheid kan worden aangetoond of aan de hand van certificaten die door een erkende organisatie zijn opgesteld, waarin wordt verklaard dat duidelijk door referenties geïdentificeerde producten aan bepaalde specificaties of normen beantwoorden;
7. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen voor de uitvoering van de opdracht;
8. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
c. in geval van een opdracht voor diensten:
1. aan de hand van een lijst van de voornaamste diensten die in de afgelopen periode van ten hoogste 3 jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag en de datum en van de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. De diensten worden aangetoond in het geval van diensten voor een aanbestedende dienst, door certificaten die de bevoegde autoriteit of de aanbestedende dienst heeft afgegeven of medeondertekend of, in het geval van diensten voor een particuliere afnemer, door certificaten van
de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, eenvoudigweg door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de dienstverlener, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
4. in het geval van complexe diensten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de dienstverlener gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de technische capaciteit van de dienstverlener en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
5. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
6. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
7. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
8. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het uitvoeren van de opdracht beschikt;
9. aan de hand van de omschrijving van het gedeelte van de opdracht dat de dienstverlener eventueel in onderaanneming wil geven;
10. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht.
de afnemer of, bij ontstentenis daarvan, eenvoudigweg door een verklaring van de ondernemer;
2. aan de hand van een opgave van de al dan niet tot de onderneming van de ondernemer behorende technici of technische organen, in het bijzonder van die welke belast zijn met de kwaliteitscontrole;
3. aan de hand van een beschrijving van de technische uitrusting van de dienstverlener, van de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen en de mogelijkheden die hij biedt ten aanzien van ontwerpen en onderzoek;
4. in het geval van complexe diensten of indien deze aan een bijzonder doel moeten beantwoorden, aan de hand van een controle door de aanbesteder of, in diens naam, door een bevoegd officieel orgaan van het land waar de dienstverlener gevestigd is, onder voorbehoud van instemming door dit orgaan; deze controle heeft betrekking op de technische capaciteit van de dienstverlener en, zo nodig, op diens mogelijkheden inzake ontwerpen en onderzoek en de maatregelen die hij treft om de kwaliteit te waarborgen;
5. aan de hand van de onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener, mits deze niet als een gunningscriterium worden toegepast;
6. aan de hand van de vermelding van de maatregelen inzake milieubeheer die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht;
7. aan de hand van een verklaring betreffende de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming van de ondernemer, en de omvang van het kaderpersoneel gedurende de laatste 3 jaar;
8. aan de hand van een verklaring die de outillage, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de ondernemer voor het uitvoeren van de opdracht beschikt;
9. aan de hand van de omschrijving van het gedeelte van de opdracht dat de dienstverlener eventueel in onderaanneming wil geven;
10. aan de hand van een vermelding van de systemen voor het beheer van de toeleveringsketen en de traceersystemen die de ondernemer kan toepassen in het kader van de uitvoering van de opdracht.
3.16.3 In afwijking van artikel 3.16.2 onderdelen a.1, b.1 en c.1 kan de aanbesteder werken onderscheidenlijk leveringen of diensten in aanmerking nemen over een langere periode dan in die onderdelen genoemd, indien dat noodzakelijk is om een toereikend mededingingsniveau te waarborgen en dit in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken is vermeld.
3.16.3 In afwijking van artikel 3.16.2 onderdelen a.1, b.1 en c.1 kan de aanbesteder werken onderscheidenlijk leveringen of diensten in aanmerking nemen over een langere periode dan in die onderdelen genoemd, indien dat noodzakelijk is om een toereikend mededingingsniveau te waarborgen en dit in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken is vermeld.
3.16.4 Indien de aanbesteder als geschiktheidseis stelt dat de ondernemer eerdere 3.16.4 Indien de aanbesteder als geschiktheidseis stelt dat de ondernemer eerdere
opdrachten heeft verricht als bedoeld in artikel 3.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1 , vraagt hij op onderdelen van de opdracht naar eerder verrichte vergelijkbare opdrachten en niet naar eerder verrichte opdrachten die gelet op de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht gelijk zijn.
opdrachten heeft verricht als bedoeld in artikel 3.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1 , vraagt hij op onderdelen van de opdracht naar eerder verrichte vergelijkbare opdrachten en niet naar eerder verrichte opdrachten die gelet op de aard, de hoeveelheid of omvang en het doel van de opdracht gelijk zijn.
3.16.5 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan welke van de bewijsmiddelen, genoemd in artikel 3.16.2, hij verlangt.
3.16.5 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan welke van de bewijsmiddelen, genoemd in artikel 3.16.2, hij verlangt.
3.16.6 Een ondernemer kan zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. In dat geval toont hij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen.
3.16.6 Een ondernemer kan zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van andere natuurlijke personen of rechtspersonen, ongeacht de juridische aard van zijn banden met die natuurlijke personen of rechtspersonen. In dat geval toont hij de aanbesteder aan dat hij kan beschikken over de voor de uitvoering van de opdracht noodzakelijke middelen.
3.16.7 Indien de eisen met betrekking tot de technische en beroepsbekwaamheid betrekking hebben op onderwijs- en beroepskwalificaties of betrekking hebben op relevante beroepservaring, mag een ondernemer zich slechts beroepen op de bekwaamheid van een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon indien laatstgenoemde de werken of diensten waarvoor die bekwaamheid is vereist, zal verrichten. Het voorgaande geldt uitsluitend voor onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener of de aannemer, of het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze kwalificaties niet als een gunningscriterium worden gehanteerd.
3.16.7 Indien de eisen met betrekking tot de technische en beroepsbekwaamheid betrekking hebben op onderwijs- en beroepskwalificaties of betrekking hebben op relevante beroepservaring, mag een ondernemer zich slechts beroepen op de bekwaamheid van een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon indien laatstgenoemde de werken of diensten waarvoor die bekwaamheid is vereist, zal verrichten. Het voorgaande geldt uitsluitend voor onderwijs- en beroepskwalificaties van de dienstverlener of de aannemer, of het leidinggevend personeel van de onderneming, mits deze kwalificaties niet als een gunningscriterium worden gehanteerd.
3.16.8 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze personen voldoen aan de relevante geschiktheidseisen met betrekking tot de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid.
3.16.8 De aanbesteder toetst of op de andere natuurlijke personen of rechtspersonen een door de aanbesteder gestelde uitsluitingsgrond van toepassing is en of deze personen voldoen aan de relevante geschiktheidseisen met betrekking tot de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid.
3.16.9 Onder de voorwaarden, genoemd in de artikelen 3.16.6 en 3.16.7, kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
3.16.9 Onder de voorwaarden, genoemd in de artikelen 3.16.6 en 3.16.7, kan een samenwerkingsverband van ondernemers zich beroepen op de technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid van de deelnemers aan het samenwerkingsverband of van andere natuurlijke personen of rechtspersonen.
3.16.10 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
3.16.10 De aanbesteder kan bepalen op welke wijze een samenwerkingsverband van ondernemers aan de eisen van technische bekwaamheid en beroepsbekwaamheid dient te voldoen, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
3.16.11 Ten aanzien van de uitvoering van de opdracht kan de aanbesteder andere eisen stellen aan een samenwerkingsverband van ondernemers dan aan individuele
3.16.11 Ten aanzien van de uitvoering van de opdracht kan de aanbesteder andere eisen stellen aan een samenwerkingsverband van ondernemers dan aan individuele
deelnemers, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn. deelnemers, mits deze eisen op objectieve gronden berusten en proportioneel zijn.
3.16.12 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor leveringen waarvoor plaatsings- of installatiewerkzaamheden nodig zijn,
b. een opdracht voor diensten, of
c. een opdracht voor werken,
de beroepsbekwaamheid van ondernemers om die werken of installatiewerkzaamheden uit te voeren of die diensten te verlenen, beoordelen op grond van hun vaardigheden, doeltreffendheid, ervaring en betrouwbaarheid.
De aanbesteder kan hierbij eisen dat bepaalde kritieke taken door de ondernemer zelf worden verricht of, indien de ondernemer een samenwerkingsverband van ondernemers is, door een deelnemer aan dat samenwerkingsverband.
3.16.12 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor leveringen waarvoor plaatsings- of installatiewerkzaamheden nodig zijn,
b. een opdracht voor diensten, of
c. een opdracht voor werken,
de beroepsbekwaamheid van ondernemers om die werken of installatiewerkzaamheden uit te voeren of die diensten te verlenen, beoordelen op grond van hun vaardigheden, doeltreffendheid, ervaring en betrouwbaarheid.
De aanbesteder kan hierbij eisen dat bepaalde kritieke taken door de ondernemer zelf worden verricht of, indien de ondernemer een samenwerkingsverband van ondernemers is, door een deelnemer aan dat samenwerkingsverband.
3.16.13 Indien de aanbesteder heeft vastgesteld dat de ondernemer conflicterende belangen heeft die een negatieve invloed kunnen hebben op de uitvoering van de overeenkomst, kan de aanbesteder ervan uitgaan dat de ondernemer niet over de vereiste beroepsbekwaamheid beschikt.
3.16.13 Indien de aanbesteder heeft vastgesteld dat de ondernemer conflicterende belangen heeft die een negatieve invloed kunnen hebben op de uitvoering van de overeenkomst, kan de aanbesteder ervan uitgaan dat de ondernemer niet over de vereiste beroepsbekwaamheid beschikt.
3.17 Kwaliteitsbewaking 3.17 Kwaliteitsbewaking
3.17.1 De aanbesteder kan overlegging verlangen van door onafhankelijke instanties opgestelde verklaringen dat de ondernemer aan bepaalde kwaliteitsnormen, met inbegrip van normen inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap, voldoet. In dat geval verwijst hij naar kwaliteitsbewakingsregelingen die op de Europese normenreeksen op dit terrein zijn gebaseerd en die zijn gecertificeerd door conformiteitsbeoordelingsinstanties die voldoen aan de Europese normenreeks voor certificering.
3.17.1 De aanbesteder kan overlegging verlangen van door onafhankelijke instanties opgestelde verklaringen dat de ondernemer aan bepaalde kwaliteitsnormen, met inbegrip van normen inzake de toegankelijkheid voor personen met een handicap, voldoet. In dat geval verwijst hij naar kwaliteitsbewakingsregelingen die op de Europese normenreeksen op dit terrein zijn gebaseerd en die zijn gecertificeerd door conformiteitsbeoordelingsinstanties die voldoen aan de Europese normenreeks voor certificering.
3.17.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
3.17.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
3.17.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking, indien de ondernemer die certificaten niet binnen de gestelde termijnen kan verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval bewijst de ondernemer dat de voorgestelde maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking aan de kwaliteitsnormen voldoen.
3.17.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking, indien de ondernemer die certificaten niet binnen de gestelde termijnen kan verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval bewijst de ondernemer dat de voorgestelde maatregelen op het gebied van de kwaliteitsbewaking aan de kwaliteitsnormen voldoen.
3.18 Normen inzake milieubeheer 3.18 Normen inzake milieubeheer
3.18.1 Indien de aanbesteder de overlegging verlangt van een door een onafhankelijke instantie opgestelde verklaring dat de ondernemer aan bepaalde systemen of
3.18.1 Indien de aanbesteder de overlegging verlangt van een door een onafhankelijke instantie opgestelde verklaring dat de ondernemer aan bepaalde systemen of
normen inzake milieubeheer voldoet, verwijst hij naar:
a. het milieubeheer- en milieuauditsysteem van de Europese Unie,
b. een ander milieubeheersysteem dat is erkend overeenkomstig artikel 45 van verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (PbEU 2009, L 342), of
c. andere normen inzake milieubeheer die gebaseerd zijn op toepasselijke Europese of internationale normen en die door conformiteitsbeoordelingsinstanties zijn gecertificeerd.
normen inzake milieubeheer voldoet, verwijst hij naar:
a. het milieubeheer- en milieuauditsysteem van de Europese Unie,
b. een ander milieubeheersysteem dat is erkend overeenkomstig artikel 45 van verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (PbEU 2009, L 342), of
c. andere normen inzake milieubeheer die gebaseerd zijn op toepasselijke Europese of internationale normen en die door conformiteitsbeoordelingsinstanties zijn gecertificeerd.
3.18.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
3.18.2 De aanbesteder erkent gelijkwaardige certificaten van in andere lidstaten gevestigde instanties.
3.18.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van milieubeheer die een ondernemer overlegt, indien de ondernemer aantoonbaar niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke certificaat of een gelijkwaardig certificaat binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval toont de ondernemer aan dat de maatregelen gelijkwaardig zijn aan die welke op grond van het toepasselijke milieubeheersysteem of de toepasselijke norm vereist zijn.
3.18.3 De aanbesteder aanvaardt eveneens andere bewijzen inzake gelijkwaardige maatregelen op het gebied van milieubeheer die een ondernemer overlegt, indien de ondernemer aantoonbaar niet de mogelijkheid heeft gehad het door de aanbesteder aangegeven specifieke certificaat of een gelijkwaardig certificaat binnen de gestelde termijnen te verwerven om redenen die hem niet aangerekend kunnen worden. In dat geval toont de ondernemer aan dat de maatregelen gelijkwaardig zijn aan die welke op grond van het toepasselijke milieubeheersysteem of de toepasselijke norm vereist zijn.
3.19 Beroepsbevoegdheid 3.19 Beroepsbevoegdheid
3.19.1 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om aan te tonen dat hij volgens de voorschriften van de lidstaat waar hij is gevestigd, in het beroepsregister of in het handelsregister is ingeschreven als bedoeld in Bijlage XI van richtlijn 2014/24/EU.
3.19.1 De aanbesteder kan een ondernemer verzoeken om aan te tonen dat hij volgens de voorschriften van de lidstaat waar hij is gevestigd, in het beroepsregister of in het handelsregister is ingeschreven als bedoeld in Bijlage XI van richtlijn 2014/24/EU.
3.19.2 In geval van een opdracht voor diensten kan de aanbesteder, indien de ondernemer over een bijzondere vergunning dient te beschikken of indien de ondernemer lid van een bepaalde organisatie dient te zijn om in het land van herkomst de betrokken dienst te kunnen verlenen, verlangen dat de ondernemer aantoont dat hij over deze vergunning beschikt, of lid van de bedoelde organisatie is.
3.19.2 In geval van een opdracht voor diensten kan de aanbesteder, indien de ondernemer over een bijzondere vergunning dient te beschikken of indien de ondernemer lid van een bepaalde organisatie dient te zijn om in het land van herkomst de betrokken dienst te kunnen verlenen, verlangen dat de ondernemer aantoont dat hij over deze vergunning beschikt, of lid van de bedoelde organisatie is.
3.19.3 De aanbesteder wijst ondernemers die, krachtens de wetgeving van de lidstaat waarin zij zijn gevestigd, gerechtigd zijn de betreffende verrichting uit te voeren, niet af louter op grond van het feit dat zij een natuurlijke persoon of een rechtspersoon zijn.
3.19.3 De aanbesteder wijst ondernemers die, krachtens de wetgeving van de lidstaat waarin zij zijn gevestigd, gerechtigd zijn de betreffende verrichting uit te voeren, niet af louter op grond van het feit dat zij een natuurlijke persoon of een rechtspersoon zijn.
3.19.4 De aanbesteder kan in geval van: 3.19.4 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, of
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze in hun verzoek tot deelneming de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, of
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze in hun verzoek tot deelneming de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
3.19.5 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een verzoek tot deelneming van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft.
3.19.5 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een verzoek tot deelneming van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft.
3.20 Termijnen bij aanmelding als gegadigde 3.20 Termijnen bij aanmelding als gegadigde
3.20.1
EU
Bij de Europese aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de voor de voorbereiding van het verzoek benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 30 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging.
3.20.2
NL
Bij de nationale aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de voor de voorbereiding van het verzoek benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 17 dagen, te rekenen vanaf de publicatiedatum van de aankondiging.
3.20.3
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder, in het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, de termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming vaststellen op minimaal 15 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de aankondiging.
3.20.4
NL
Bij de nationale aanbesteding kan de aanbesteder, in het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, de termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming vaststellen op minimaal 10 dagen, te rekenen vanaf de publicatiedatum van de aankondiging.
3.20.5 De aanbesteder bewaart de verzoeken tot deelneming op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is. De aanbesteder opent de verzoeken tot deelneming niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming is verstreken.
3.20.5 De aanbesteder bewaart de verzoeken tot deelneming op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is. De aanbesteder opent de verzoeken tot deelneming niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming is verstreken.
3.21 Nadere inlichtingen ten behoeve van de aanmelding 3.21 Nadere inlichtingen ten behoeve van de aanmelding
3.21.1 Nadere inlichtingen over de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken worden, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 6 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming door de aanbesteder verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 3.20.3 of 3.20.5 bedraagt deze termijn 4 dagen.
3.21.1 Nadere inlichtingen over de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken worden, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 6 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de verzoeken tot deelneming door de aanbesteder verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 3.20.3 of 3.20.4 bedraagt deze termijn 4 dagen.
3.21.2 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen aanmeldingsfase’.
3.21.2 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen aanmeldingsfase’.
3.21.3 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie aanmeldingsfase opgemaakt.
3.21.3 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie aanmeldingsfase opgemaakt.
3.21.4 Indien nadere inlichtingen over de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in artikel 3.21.1 gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van verzoeken tot deelneming zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de verzoeken tot deelneming kennis kunnen nemen.
3.21.4 Indien nadere inlichtingen over de aankondiging en de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in artikel 3.21.1 gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van verzoeken tot deelneming zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de verzoeken tot deelneming kennis kunnen nemen.
3.21.5 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen aanmeldingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie aanmeldingsfase, voor elke gegadigde bindend.
3.21.5 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen aanmeldingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie aanmeldingsfase, voor elke gegadigde bindend.
3.22 Eigen verklaring en bewijsmiddelen 3.22 Eigen verklaring en bewijsmiddelen
3.22.1 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan:
a. dat de ondernemer bij zijn verzoek tot deelneming een door hem ingevulde eigen verklaring moet indienen,
b. welke gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring moeten worden verstrekt, en
c. de termijn waarbinnen de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.22.8 uiterlijk door de aanbesteder moeten zijn ontvangen, te rekenen vanaf de verzenddatum van het verzoek tot indienen van de bewijsmiddelen.
3.22.1 De aanbesteder geeft in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken aan:
a. dat de ondernemer bij zijn verzoek tot deelneming een door hem ingevulde eigen verklaring moet indienen,
b. welke gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring moeten worden verstrekt, en
c. de termijn waarbinnen de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 3.22.8 uiterlijk door de aanbesteder moeten zijn ontvangen, te rekenen vanaf de verzenddatum van het verzoek tot indienen van de bewijsmiddelen.
3.22.2 De aanbesteder verlangt niet dat een ondernemer bij zijn verzoek tot deelneming gegevens en inlichtingen op andere wijze verstrekt, indien deze gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring gevraagd kunnen worden.
3.22.2 De aanbesteder verlangt niet dat een ondernemer bij zijn verzoek tot deelneming gegevens en inlichtingen op andere wijze verstrekt, indien deze gegevens en inlichtingen in de eigen verklaring gevraagd kunnen worden.
3.22.3 De aanbesteder kan een ondernemer uitsluitend verzoeken bewijsmiddelen bij de door hem ingediende eigen verklaring te voegen indien het de bewijsmiddelen betreft die genoemd zijn in artikel 3.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1.
3.22.3 De aanbesteder kan een ondernemer uitsluitend verzoeken bewijsmiddelen bij de door hem ingediende eigen verklaring te voegen indien het de bewijsmiddelen betreft die genoemd zijn in artikel 3.16.2, onderdelen a.1, b.1 en c.1.
3.22.4 Met een eigen verklaring geeft de ondernemer aan:
a. of de uitsluitingsgronden op hem van toepassing zijn,
b. of hij voldoet aan de in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken gestelde geschiktheidseisen,
c. of hij voldoet of zal voldoen aan de technische specificaties en uitvoeringsvoorwaarden die milieu en dierenwelzijn betreffen of die gebaseerd zijn op sociale overwegingen, en
d. op welke wijze hij voldoet aan de selectiecriteria.
3.22.4 Met een eigen verklaring geeft de ondernemer aan:
a. of de uitsluitingsgronden op hem van toepassing zijn,
b. of hij voldoet aan de in de aankondiging of in de voor aanmelding relevante aanbestedingsstukken gestelde geschiktheidseisen,
c. of hij voldoet of zal voldoen aan de technische specificaties en uitvoeringsvoorwaarden die milieu en dierenwelzijn betreffen of die gebaseerd zijn op sociale overwegingen, en
d. op welke wijze hij voldoet aan de selectiecriteria.
3.22.5 De aanbesteder kan verlangen dat de ondernemers de uit hoofde van de artikelen
3.13 tot en met 3.19 overgelegde verklaringen en bescheiden aanvullen of nader toelichten.
3.22.5 De aanbesteder kan verlangen dat de ondernemers de uit hoofde van de artikelen
3.13 tot en met 3.19 overgelegde verklaringen en bescheiden aanvullen of nader toelichten.
3.22.6 In het geval van een gebrek in de eigen verklaring of in geval van een gebrek met betrekking tot de bewijsmiddelen stelt de aanbesteder de betreffende ondernemer in de gelegenheid om het gebrek te herstellen binnen een termijn van 2 werkdagen, te rekenen vanaf de dag van verzending van een verzoek daartoe. De aanbesteder verzendt dit bericht per fax of elektronisch bericht. Indien de aanbesteder het gevraagde niet binnen de daartoe gestelde termijn heeft ontvangen of indien het gebrek niet door het antwoord is hersteld, komt de ondernemer niet in aanmerking voor verdere deelname aan de procedure.
3.22.6 In het geval van een gebrek in de eigen verklaring of in geval van een gebrek met betrekking tot de bewijsmiddelen stelt de aanbesteder de betreffende ondernemer in de gelegenheid om het gebrek te herstellen binnen een termijn van 2 werkdagen, te rekenen vanaf de dag van verzending van een verzoek daartoe. De aanbesteder verzendt dit bericht per fax of elektronisch bericht. Indien de aanbesteder het gevraagde niet binnen de daartoe gestelde termijn heeft ontvangen of indien het gebrek niet door het antwoord is hersteld, komt de ondernemer niet in aanmerking voor verdere deelname aan de procedure.
3.22.7 Ondernemers kunnen een eerder gebruikte eigen verklaring indienen, mits zij bevestigen dat de daarin opgenomen gegevens nog steeds correct zijn.
3.22.7 Ondernemers kunnen een eerder gebruikte eigen verklaring indienen, mits zij bevestigen dat de daarin opgenomen gegevens nog steeds correct zijn.
3.22.8 De aanbesteder kan ondernemers tijdens de procedure te allen tijde verzoeken geheel of gedeeltelijk de vereiste bewijsmiddelen met betrekking tot de gegevens en inlichtingen die in de eigen verklaring zijn verstrekt, in te dienen indien dit noodzakelijk is voor het goede verloop van de procedure. Hierbij kan de aanbesteder een ondernemer verzoeken de in de bewijsmiddelen die horen bij de eigen verklaring aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
3.22.8 De aanbesteder kan ondernemers tijdens de procedure te allen tijde verzoeken geheel of gedeeltelijk de vereiste bewijsmiddelen met betrekking tot de gegevens en inlichtingen die in de eigen verklaring zijn verstrekt, in te dienen indien dit noodzakelijk is voor het goede verloop van de procedure. Hierbij kan de aanbesteder een ondernemer verzoeken de in de bewijsmiddelen die horen bij de eigen verklaring aan te vullen of toe te lichten. Het voorgaande geldt niet voor bewijsmiddelen die de aanbesteder rechtstreeks en kosteloos kan verkrijgen door raadpleging van een nationale databank in een lidstaat of waarover de aanbesteder reeds beschikt.
3.23 Uitnodiging tot inschrijving 3.23 Uitnodiging tot inschrijving
3.23.1 Tenzij de aanbesteder besluit geen van de gegadigden een uitnodiging tot inschrijving te zenden of tenzij de aanbesteder in de aankondiging heeft vermeld dat hij alle niet-uitgesloten, geschikte gegadigden tot inschrijving zal uitnodigen, handelt
3.23.1 Tenzij de aanbesteder besluit geen van de gegadigden een uitnodiging tot inschrijving te zenden of tenzij de aanbesteder in de aankondiging heeft vermeld dat hij alle niet-uitgesloten, geschikte gegadigden tot inschrijving zal uitnodigen, handelt
hij als volgt:
a. indien het aantal gegadigden dat niet wordt uitgesloten en dat aan de geschiktheidseisen voldoet hoger is dan het aantal zoals vermeld in de aankondiging, selecteert hij de gegadigden met behulp van de in de aankondiging vermelde regels of selectiecriteria en weging en nodigt deze tot inschrijving uit;
b. indien het aantal gegadigden dat niet wordt uitgesloten en dat aan de geschiktheidseisen voldoet lager is dan of gelijk is aan het aantal zoals vermeld in de aankondiging, zet de aanbesteder de procedure voort door deze gegadigde of gegadigden tot inschrijving uit te nodigen.
hij als volgt:
a. indien het aantal gegadigden dat niet wordt uitgesloten en dat aan de geschiktheidseisen voldoet hoger is dan het aantal zoals vermeld in de aankondiging, selecteert hij de gegadigden met behulp van de in de aankondiging vermelde regels of selectiecriteria en weging en nodigt deze tot inschrijving uit;
b. indien het aantal gegadigden dat niet wordt uitgesloten en dat aan de geschiktheidseisen voldoet lager is dan of gelijk is aan het aantal zoals vermeld in de aankondiging, zet de aanbesteder de procedure voort door deze gegadigde of gegadigden tot inschrijving uit te nodigen.
3.23.2 De aanbesteder deelt de uitsluiting of afwijzing van gegadigden schriftelijk mee inclusief de redenen die er toe hebben geleid dat zij niet zijn uitgenodigd. De aanbesteder doet deze mededeling zo spoedig mogelijk en in ieder geval niet later dan het moment waarop hij de uitnodiging tot inschrijving verzendt.
3.23.2 De aanbesteder deelt de uitsluiting of afwijzing van gegadigden schriftelijk mee inclusief de redenen die er toe hebben geleid dat zij niet zijn uitgenodigd. De aanbesteder doet deze mededeling zo spoedig mogelijk en in ieder geval niet later dan het moment waarop hij de uitnodiging tot inschrijving verzendt.
3.23.3 Indien een uitgesloten of afgewezen gegadigde bezwaar heeft tegen de uitsluiting of afwijzing maakt hij dit bij de aanbesteder gemotiveerd schriftelijk kenbaar binnen 7 dagen na de verzending van de mededeling van uitsluiting of afwijzing.
3.23.3 Indien een uitgesloten of afgewezen gegadigde bezwaar heeft tegen de uitsluiting of afwijzing maakt hij dit bij de aanbesteder gemotiveerd schriftelijk kenbaar binnen 7 dagen na de verzending van de mededeling van uitsluiting of afwijzing.
3.23.4 De aanbesteder die een mededeling als bedoeld in artikel 3.23.2 doet, verstrekt daarbij geen gegevens voor zover dat:
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de rechtmatige commerciële belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
3.23.4 De aanbesteder die een mededeling als bedoeld in artikel 3.23.2 doet, verstrekt daarbij geen gegevens voor zover dat:
a. met xxxx wettelijk voorschrift in strijd zou zijn,
b. met het openbaar belang in strijd zou zijn,
c. de rechtmatige commerciële belangen van ondernemers zou kunnen schaden, of
d. afbreuk aan de eerlijke mededinging tussen ondernemers zou kunnen doen.
3.23.5 De aanbesteder nodigt de niet-uitgesloten en niet-afgewezen gegadigden gelijktijdig en schriftelijk uit tot inschrijving.
3.23.5 De aanbesteder nodigt de niet-uitgesloten en niet-afgewezen gegadigden gelijktijdig en schriftelijk uit tot inschrijving.
3.23.6 De aanbesteder nodigt geen ondernemers uit die niet om deelneming hebben verzocht, en evenmin gegadigden waarop een uitsluitingsgrond van toepassing is of die niet aan de geschiktheidseisen voldoen.
3.23.6 De aanbesteder nodigt geen ondernemers uit die niet om deelneming hebben verzocht, en evenmin gegadigden waarop een uitsluitingsgrond van toepassing is of die niet aan de geschiktheidseisen voldoen.
3.23.7 In de uitnodiging tot inschrijving neemt de aanbesteder ten minste de volgende informatie op:
a. een verwijzing naar de aankondiging;
b. de uiterste datum en tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen;
c. het internetadres en in voorkomend geval het postadres waar de inschrijvingen of onderdelen van de inschrijvingen moeten worden ingediend en de wijze waarop zij moeten worden ingediend;
3.23.7 In de uitnodiging tot inschrijving neemt de aanbesteder ten minste de volgende informatie op:
a. een verwijzing naar de aankondiging;
b. de uiterste datum en tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen;
c. het internetadres en in voorkomend geval het postadres waar de inschrijvingen of onderdelen van de inschrijvingen moeten worden ingediend en de wijze waarop zij moeten worden ingediend;
d. de taal of talen waarin de inschrijvingen dienen te worden gesteld;
e. in voorkomend geval, een opgave van de bewijsmiddelen die na een verzoek van de aanbesteder moeten worden ingediend ter staving van de door de gegadigden verstrekte eigen verklaring;
f. het relatieve gewicht van de gunningscriteria van de opdracht of, in voorkomend geval, de afnemende volgorde van belangrijkheid van de criteria, indien deze niet in de aankondiging is vermeld;
g. indien de gunningsbeslissing vooraf wordt gegaan door een elektronische veiling, de informatie als bedoeld in artikel 3.38.6;
h. op welke wijze inlichtingen zullen worden gegeven;
i. waar en wanneer een eventueel bezoek van de locatie zal plaatsvinden.
d. de taal of talen waarin de inschrijvingen dienen te worden gesteld;
e. in voorkomend geval, een opgave van de bewijsmiddelen die na een verzoek van de aanbesteder moeten worden ingediend ter staving van de door de gegadigden verstrekte eigen verklaring;
f. het relatieve gewicht van de gunningscriteria van de opdracht of, in voorkomend geval, de afnemende volgorde van belangrijkheid van de criteria, indien deze niet in de aankondiging is vermeld;
g. indien de gunningsbeslissing vooraf wordt gegaan door een elektronische veiling, de informatie als bedoeld in artikel 3.38.6;
h. op welke wijze inlichtingen zullen worden gegeven;
i. waar en wanneer een eventueel bezoek van de locatie zal plaatsvinden.
3.23.8 De uitnodiging tot inschrijving bevat tevens:
a. het internetadres waar de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken rechtstreeks toegankelijk zijn, of
b. een exemplaar van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken in een geval als bedoeld in artikel 3.8.1 en 3.8.2, waarbij deze aanbestedingsstukken nog niet vrij, rechtstreeks, volledig en kosteloos beschikbaar zijn.
3.23.8 De uitnodiging tot inschrijving bevat tevens:
a. het internetadres waar de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken rechtstreeks toegankelijk zijn, of
b. een exemplaar van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken in een geval als bedoeld in artikel 3.8.1 en 3.8.2, waarbij deze aanbestedingsstukken nog niet vrij, rechtstreeks, volledig en kosteloos beschikbaar zijn.
3.23.9 Indien de aanbesteder aanvullende exemplaren van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken ter beschikking stelt, is hij gerechtigd om de ondernemer die daarom verzoekt de kosten in rekening te brengen.
3.23.9 Indien de aanbesteder aanvullende exemplaren van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken ter beschikking stelt, is hij gerechtigd om de ondernemer die daarom verzoekt de kosten in rekening te brengen.
3.23.10 Indien de aanbesteder het gunningscriterium op basis van de beste prijs- kwaliteitverhouding hanteert, vermeldt hij het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding, of, in voorkomend geval, de afnemende volgorde van belangrijkheid van deze criteria, indien het relatieve gewicht of de volgorde niet in de aankondiging is vermeld. Het relatieve gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
3.23.10 Indien de aanbesteder het gunningscriterium op basis van de beste prijs- kwaliteitverhouding hanteert, vermeldt hij het relatieve gewicht van elk van de door hem gekozen nadere criteria voor de bepaling van de beste prijs-kwaliteitverhouding, of, in voorkomend geval, de afnemende volgorde van belangrijkheid van deze criteria, indien het relatieve gewicht of de volgorde niet in de aankondiging is vermeld. Het relatieve gewicht kan worden uitgedrukt door middel van een marge met een passend verschil tussen minimum en maximum.
3.23.11
EU
Bij de Europese aanbesteding geeft de aanbesteder aan bij welk orgaan ondernemers informatie kunnen verkrijgen over verplichtingen ten aanzien van de bepalingen inzake belastingen, milieubescherming, arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden die gelden in Nederland of, indien de verrichtingen buiten Nederland worden uitgevoerd, die gelden in het gebied of de plaats waar de verrichtingen worden uitgevoerd en die gedurende de uitvoering van de opdracht op die verrichtingen van toepassing zullen zijn. Dit is niet van toepassing indien hij dit reeds in de aankondiging heeft vermeld.
3.23.12 Bij de Europese aanbesteding verzoekt de aanbesteder de inschrijvers aan te geven
EU dat zij bij het opstellen van hun inschrijving rekening hebben gehouden met de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van:
a. het recht van de Europese Unie,
b. het nationale recht,
c. collectieve arbeidsovereenkomsten, en
d. uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht.
3.23.13 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, en
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze in hun inschrijving de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
3.23.13 De aanbesteder kan in geval van:
a. een opdracht voor werken,
b. een opdracht voor leveringen die bijkomende diensten of installatiewerkzaamheden inhouden, en
c. een opdracht voor diensten,
van rechtspersonen verlangen dat deze in hun inschrijving de namen en de beroepskwalificaties vermelden van de personen die met de uitvoering van de opdracht worden belast.
3.24 Termijnen inschrijving 3.24 Termijnen inschrijving
3.24.1
EU
Bij de Europese aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de voor de voorbereiding van de inschrijving benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 40 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving. De aanbesteder kan deze termijn met 5 dagen verkorten indien de inschrijvingen volledig langs elektronische weg kunnen worden ingediend.
3.24.2
NL
Bij de nationale aanbesteding stelt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vast met inachtneming van het voorwerp van de opdracht en de voor de voorbereiding van de inschrijving benodigde tijd. Deze termijn bedraagt minimaal 21 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving. De aanbesteder kan deze termijn met 5 dagen verkorten indien de inschrijvingen volledig langs elektronische weg kunnen worden ingediend.
3.24.3
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder, indien hij een vooraankondiging heeft bekendgemaakt, de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verkorten tot 29 dagen, maar in geen geval tot minder dan 22 dagen. Deze termijn loopt vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving.
3.24.4
EU
Bij de Europese aanbesteding kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verkorten als bedoeld in artikel 3.24.3, mits de vooraankondiging alle informatie bevat als bedoeld in bijlage V, onderdeel B, afdeling I van richtlijn 2014/24/EU, voor zover deze informatie beschikbaar is op het tijdstip dat de vooraankondiging wordt bekendgemaakt. De vooraankondiging dient minimaal 52
dagen en maximaal 12 maanden voor de verzenddatum van de aankondiging te zijn verzonden.
3.24.5 In het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vaststellen op minimaal 10 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving.
3.24.5 In het geval van een urgente situatie die door de aanbesteder naar behoren is onderbouwd waarin de minimumtermijn niet in acht kan worden genomen, kan de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen vaststellen op minimaal 10 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving.
3.24.6 De aanbesteder verlengt de termijn voor het indienen van de inschrijvingen met 5 dagen in de gevallen als bedoeld in de artikelen 3.8.1 en 3.8.2, tenzij er sprake is van een urgente situatie als bedoeld in artikel 3.24.5.
3.24.6 De aanbesteder verlengt de termijn voor het indienen van de inschrijvingen met 5 dagen in de gevallen als bedoeld in de artikelen 3.8.1 en 3.8.2, tenzij er sprake is van een urgente situatie als bedoeld in artikel 3.24.5.
3.24.7 Indien de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aanzienlijk gewijzigd zijn, verlengt de aanbesteder de termijn voor het indienen van de inschrijvingen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de wijziging.
3.24.7 Indien de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken aanzienlijk gewijzigd zijn, verlengt de aanbesteder de termijn voor het indienen van de inschrijvingen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de wijziging.
3.24.8 Indien de aanbesteder gebruik maakt van een elektronisch systeem door middel waarvan de inschrijvingen ingediend moeten worden, kan hij de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verlengen indien zich een storing van het elektronische systeem voordoet waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, mits hij nog geen kennis heeft genomen van de inhoud van enige inschrijving. Alle tot inschrijving uitgenodigde gegadigden worden door de aanbesteder in kennis gesteld van de verlenging en krijgen de gelegenheid om hun inschrijving binnen de verlenging alsnog in te dienen, te wijzigen of aan te vullen.
3.24.8 Indien de aanbesteder gebruik maakt van een elektronisch systeem door middel waarvan de inschrijvingen ingediend moeten worden, kan hij de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen verlengen indien zich een storing van het elektronische systeem voordoet waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, mits hij nog geen kennis heeft genomen van de inhoud van enige inschrijving. Alle tot inschrijving uitgenodigde gegadigden worden door de aanbesteder in kennis gesteld van de verlenging en krijgen de gelegenheid om hun inschrijving binnen de verlenging alsnog in te dienen, te wijzigen of aan te vullen.
3.24.9 In geval van een storing van het elektronische systeem door middel waarvan de inschrijving ingediend moet worden, waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, wordt een inschrijving aangemerkt als tijdig te zijn ingediend, indien:
a. de inschrijver vóór het verstrijken van de inschrijvingstermijn een versleutelde waarde van zijn inschrijving en een beschrijving van de objectieve wijze waarop deze is berekend, indient bij de aanbesteder en de inschrijving zodanig versleutelt dat de aanbesteder de inhoud van de inschrijving niet kan achterhalen,
b. de inschrijver de inschrijving na het verstrijken van de inschrijvingstermijn en binnen één werkdag na het verstrijken van die termijn indient bij de aanbesteder, en
c. de aanbesteder vaststelt dat de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel a identiek is aan de versleutelde waarde van de
3.24.9 In geval van een storing van het elektronische systeem door middel waarvan de inschrijving ingediend moet worden, waardoor het indienen van de inschrijving kort voor het verstrijken van de uiterste termijn niet mogelijk is, wordt een inschrijving aangemerkt als tijdig te zijn ingediend, indien:
a. de inschrijver vóór het verstrijken van de inschrijvingstermijn een versleutelde waarde van zijn inschrijving en een beschrijving van de objectieve wijze waarop deze is berekend, indient bij de aanbesteder en de inschrijving zodanig versleutelt dat de aanbesteder de inhoud van de inschrijving niet kan achterhalen,
b. de inschrijver de inschrijving na het verstrijken van de inschrijvingstermijn en binnen één werkdag na het verstrijken van die termijn indient bij de aanbesteder, en
c. de aanbesteder vaststelt dat de versleutelde waarde van de inschrijving als bedoeld in onderdeel a identiek is aan de versleutelde waarde van de
inschrijving als bedoeld in onderdeel b.
Voor het indienen van de inschrijving als bedoeld in onderdelen a en b kan de inschrijver andere dan elektronische middelen gebruiken.
inschrijving als bedoeld in onderdeel b.
Voor het indienen van de inschrijving als bedoeld in onderdelen a en b kan de inschrijver andere dan elektronische middelen gebruiken.
3.24.10
EU
Bij de Europese aanbesteding kan een aanbesteder die geen centrale aanbestedende dienst als bedoeld in bijlage I van Richtlijn 2014/24/EU is, in afwijking van artikel 3.24.1, de termijn voor het indienen van de inschrijvingen in onderlinge overeenstemming met de geselecteerde gegadigden bepalen, mits alle geselecteerde gegadigden evenveel tijd krijgen om hun inschrijving voor te bereiden en in te dienen. Indien geen overeenstemming over deze termijn wordt bereikt, bedraagt deze ten minste 40 dagen, te rekenen vanaf de verzenddatum van de uitnodiging tot inschrijving. De aanbesteder kan deze termijn met 5 dagen verkorten indien de inschrijvingen volledig langs elektronische weg kunnen worden ingediend.
3.24.11
GP3.6
De aanbesteder overweegt een langere termijn te hanteren dan de minimumtermijnen.
3.24.11
GP3.6
De aanbesteder overweegt een langere termijn te hanteren dan de minimumtermijnen.
3.25 Nadere inlichtingen ten behoeve van de inschrijving 3.25 Nadere inlichtingen ten behoeve van de inschrijving
3.25.1
EU
Bij de Europese aanbesteding worden nadere inlichtingen over de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 10 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder aan alle tot inschrijving uitgenodigde gegadigden verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 3.24.5 bedraagt deze termijn 4 dagen.
3.25.2
NL
Bij de nationale aanbesteding worden nadere inlichtingen over de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken, mits tijdig aangevraagd, uiterlijk 6 dagen voor de uiterste datum voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder aan alle tot inschrijving uitgenodigde gegadigden verstrekt. In het geval van een versnelde procedure als bedoeld in artikel 3.24.5 bedraagt deze termijn 4 dagen.
3.25.3 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In deze nota neemt de aanbesteder eveneens de vragen op die schriftelijk of tijdens een inlichtingenbijeenkomst mondeling zijn gesteld. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen inschrijvingsfase’.
3.25.3 De aanbesteder maakt een nota op van de nadere inlichtingen die dienen tot verduidelijking, aanvulling of wijziging van de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken. In deze nota neemt de aanbesteder eveneens de vragen op die schriftelijk of tijdens een inlichtingenbijeenkomst mondeling zijn gesteld. Deze nota wordt aangeduid als ‘nota van inlichtingen inschrijvingsfase’.
3.25.4 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase opgemaakt.
3.25.4 Van een gehouden bezoek van de locatie wordt door of namens de aanbesteder een proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase opgemaakt.
3.25.5 Indien inschrijvingen slechts kunnen worden gedaan na een bezoek van de locatie, of na inzage ter plaatse van de documenten waarop de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken steunen, verlengt de aanbesteder de termijn voor de
3.25.5 Indien inschrijvingen slechts kunnen worden gedaan na een bezoek van de locatie, of na inzage ter plaatse van de documenten waarop de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken steunen, verlengt de aanbesteder de termijn voor de
ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen.
ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen.
3.25.6 Indien nadere inlichtingen die van betekenis zijn voor het opstellen van de inschrijvingen tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in dit artikel gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de informatie.
3.25.6 Indien nadere inlichtingen die van betekenis zijn voor het opstellen van de inschrijvingen tijdig zijn aangevraagd, maar om enigerlei reden niet binnen de in dit artikel gestelde termijnen zijn verstrekt, verlengt de aanbesteder de termijn voor de ontvangst van de inschrijvingen zodanig dat alle betrokken ondernemers van alle nodige informatie voor de opstelling van de inschrijvingen kennis kunnen nemen, waarbij de duur van de verlenging in redelijke verhouding staat tot het belang van de informatie.
3.25.7 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase, voor elke inschrijver bindend.
3.25.7 Alle nadere inlichtingen zijn, voor zover die nadere inlichtingen zijn opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase en in het proces-verbaal van bezoek van de locatie inschrijvingsfase, voor elke inschrijver bindend.
3.26 Nadere inlichtingen in geval van een gerechtvaardigd economisch belang 3.26 Nadere inlichtingen in geval van een gerechtvaardigd economisch belang
3.26.1 Een gegadigde kan de aanbesteder gemotiveerd verzoeken om nadere inlichtingen die niet worden opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase. De aanbesteder kan dergelijke inlichtingen verstrekken voor zover het opnemen daarvan, naar het oordeel van de aanbesteder, in deze nota schade kan toebrengen aan de gerechtvaardigde economische belangen van de gegadigde. De aanbesteder mag deze inlichtingen alleen geven indien deze dienen ter verduidelijking van de eisen die de aanbesteder in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken heeft gesteld. Het verstrekken van dergelijke inlichtingen mag niet leiden tot discriminatie van andere gegadigden of potentiële gegadigden.
3.26.1 Een gegadigde kan de aanbesteder gemotiveerd verzoeken om nadere inlichtingen die niet worden opgenomen in de nota van inlichtingen inschrijvingsfase. De aanbesteder kan dergelijke inlichtingen verstrekken voor zover het opnemen daarvan, naar het oordeel van de aanbesteder, in deze nota schade kan toebrengen aan de gerechtvaardigde economische belangen van de gegadigde. De aanbesteder mag deze inlichtingen alleen geven indien deze dienen ter verduidelijking van de eisen die de aanbesteder in de aankondiging en de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken heeft gesteld. Het verstrekken van dergelijke inlichtingen mag niet leiden tot discriminatie van andere gegadigden of potentiële gegadigden.
3.26.2 Bij strijdigheid prevaleren de overige voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken boven de verstrekte nadere inlichtingen als bedoeld in artikel 3.26.1.
3.26.2 Bij strijdigheid prevaleren de overige voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken boven de verstrekte nadere inlichtingen als bedoeld in artikel 3.26.1.
3.26.3 De aanbesteder verstrekt aan de gegadigde een proces-verbaal van de door hem gestelde vragen en de daarop gegeven antwoorden.
3.26.3 De aanbesteder verstrekt aan de gegadigde een proces-verbaal van de door hem gestelde vragen en de daarop gegeven antwoorden.
3.26.4 In het geval van een gerechtelijke procedure waarbij de betreffende nadere inlichtingen onderwerp van geschil zijn, is de aanbesteder gerechtigd de verstrekte inlichtingen in de procedure in te brengen.
3.26.4 In het geval van een gerechtelijke procedure waarbij de betreffende nadere inlichtingen onderwerp van geschil zijn, is de aanbesteder gerechtigd de verstrekte inlichtingen in de procedure in te brengen.
3.27 Elektronische catalogus 3.27 Elektronische catalogus
3.27.1 In een geval als bedoeld in artikel 3.2.1 kan de aanbesteder bepalen dat inschrijvingen in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend of een elektronische catalogus bevatten. Inschrijvingen die in de vorm van een
3.27.1 In een geval als bedoeld in artikel 3.2.1 kan de aanbesteder bepalen dat inschrijvingen in de vorm van een elektronische catalogus worden ingediend of een elektronische catalogus bevatten. Inschrijvingen die in de vorm van een
elektronische catalogus worden ingediend, kunnen vergezeld gaan van andere documenten ter aanvulling van de inschrijving. De aanbesteder bepaalt de technische specificaties en het format van de elektronische catalogus.
elektronische catalogus worden ingediend, kunnen vergezeld gaan van andere documenten ter aanvulling van de inschrijving. De aanbesteder bepaalt de technische specificaties en het format van de elektronische catalogus.
3.27.2 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, verstrekt de aanbesteder in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken alle nodige informatie betreffende het format, de gebruikte elektronische apparatuur, de technische bepalingen voor de verbinding en specificaties voor de elektronische catalogus.
3.27.2 Indien de indiening van inschrijvingen in de vorm van elektronische catalogi door de aanbesteder wordt aanvaard dan wel verplicht is gesteld, verstrekt de aanbesteder in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken alle nodige informatie betreffende het format, de gebruikte elektronische apparatuur, de technische bepalingen voor de verbinding en specificaties voor de elektronische catalogus.
3.27.3 De ondernemer stelt een elektronische catalogus op met het oog op deelneming aan de aanbestedingsprocedure, in overeenstemming met de daaraan door de aanbesteder gestelde eisen.
3.27.3 De ondernemer stelt een elektronische catalogus op met het oog op deelneming aan de aanbestedingsprocedure, in overeenstemming met de daaraan door de aanbesteder gestelde eisen.
3.28 Inschrijving 3.28 Inschrijving
3.28.1
EU
Bij de Europese aanbesteding geschiedt de inschrijving met behulp van elektronische middelen, tenzij sprake is van de volgende gevallen:
a. wegens de gespecialiseerde aard van de aanbesteding zijn voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen niet algemeen beschikbare gespecialiseerde instrumenten, middelen of bestandsformaten nodig;
b. de applicaties voor ondersteuning van de bestandsformaten die geschikt zijn voor de omschrijving van de inschrijvingen gebruiken bestandsformaten die niet door andere open of algemeen beschikbare toepassingen kunnen worden verwerkt, of zijn onderworpen aan een eigendomsgebonden licentieregeling en kunnen niet door de aanbesteder als downloads of gebruik op afstand beschikbaar worden gesteld;
c. voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen is gespecialiseerde kantoorapparatuur nodig waarover de aanbesteder niet beschikt;
d. de aanbesteder eist de indiening van fysieke of schaalmodellen die niet langs elektronische weg kunnen worden verzonden.
e. vanwege een inbreuk op de beveiliging van die elektronische middelen;
f. voor de bescherming van de bijzonder gevoelige aard van de informatie is een dermate hoog beschermingsniveau nodig dat dit niveau niet afdoende kan worden verzekerd via elektronische instrumenten of middelen die algemeen beschikbaar zijn voor ondernemers of die ondernemers via alternatieve toegangsmiddelen ter beschikking kunnen worden gesteld.
In deze gevallen worden de betreffende delen van de inschrijving ingediend per post of via een andere geschikte vervoerder, eventueel in combinatie met indiening langs elektronische weg.
3.28.2 Elke inschrijving dient te zijn voorzien van een inschrijvingsbiljet dat is ondertekend 3.28.2 Elke inschrijving dient te zijn voorzien van een inschrijvingsbiljet dat is ondertekend
door de inschrijver en dat ten minste de volgende gegevens bevat:
a. een korte aanduiding van de opdracht;
b. bij een natuurlijk persoon, de naam, voornaam en het volledige adres van de inschrijver;
c. bij een rechtspersoon, de statutaire naam, het volledige vestigingsadres en, indien beschikbaar, het KVK nummer;
d. in geval van een inschrijving door een samenwerkingsverband van ondernemers, de bovenstaande gegevens van elk van de deelnemers aan het samenwerkingsverband en de aanduiding van de ondernemer die optreedt als gemachtigde om hen in alle zaken in het kader van de aanbestedingsprocedure en de uitvoering van de opdracht te vertegenwoordigen;
e. de inschrijvingssom in cijfers en in letters, in euro, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. de omzetbelasting in cijfers en letters, in euro;
g. de naam, voorletters en functie van de ondertekenaar;
h. de plaats en datum van ondertekening.
Door ondertekening verklaart de inschrijver dat de inschrijving wordt gedaan overeenkomstig de bepalingen van het Aanbestedingsreglement Werken 2016 met inachtneming van de bepalingen en de gegevens zoals deze zijn omschreven in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken.
door de inschrijver en dat ten minste de volgende gegevens bevat:
a. een korte aanduiding van de opdracht;
b. bij een natuurlijk persoon, de naam, voornaam en het volledige adres van de inschrijver;
c. bij een rechtspersoon, de statutaire naam, het volledige vestigingsadres en, indien beschikbaar, het KVK nummer;
d. in geval van een inschrijving door een samenwerkingsverband van ondernemers, de bovenstaande gegevens van elk van de deelnemers aan het samenwerkingsverband en de aanduiding van de ondernemer die optreedt als gemachtigde om hen in alle zaken in het kader van de aanbestedingsprocedure en de uitvoering van de opdracht te vertegenwoordigen;
e. de inschrijvingssom in cijfers en in letters, in euro, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. de omzetbelasting in cijfers en letters, in euro;
g. de naam, voorletters en functie van de ondertekenaar;
h. de plaats en datum van ondertekening.
Door ondertekening verklaart de inschrijver dat de inschrijving wordt gedaan overeenkomstig de bepalingen van het Aanbestedingsreglement Werken 2016 met inachtneming van de bepalingen en de gegevens zoals deze zijn omschreven in de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken.
3.28.3 De inschrijver vermeldt op het inschrijvingsbiljet op welke opdracht de inschrijving betrekking heeft, alsmede, in geval van verdeling van de opdracht in percelen, op welk perceel of op welke combinatie van percelen.
3.28.3 De inschrijver vermeldt op het inschrijvingsbiljet op welke opdracht de inschrijving betrekking heeft, alsmede, in geval van verdeling van de opdracht in percelen, op welk perceel of op welke combinatie van percelen.
3.28.4 Indien de opdracht in percelen is verdeeld en de aanbesteder in de aankondiging heeft vermeld dat een inschrijver op meerdere percelen in kan schrijven, moet voor elk perceel een afzonderlijk inschrijvingsbiljet met de daarbij behorende bescheiden worden ingediend.
3.28.4 Indien de opdracht in percelen is verdeeld en de aanbesteder in de aankondiging heeft vermeld dat een inschrijver op meerdere percelen in kan schrijven, moet voor elk perceel een afzonderlijk inschrijvingsbiljet met de daarbij behorende bescheiden worden ingediend.
3.28.5 De aanbesteder bewaart de inschrijvingen op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is.
3.28.5 De aanbesteder bewaart de inschrijvingen op een plaats die slechts voor bevoegden toegankelijk is.
3.28.6 Een inschrijving is slechts geldig indien het inschrijvingsbiljet en alle gegevens die nodig zijn voor de beoordeling van de inschrijving uiterlijk op het uiterste tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen.
3.28.6 Een inschrijving is slechts geldig indien het inschrijvingsbiljet en alle gegevens die nodig zijn voor de beoordeling van de inschrijving uiterlijk op het uiterste tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen.
3.28.7 Een inschrijver kan door middel van een duidelijke, ondertekende verklaring, waarmee op dezelfde wijze dient te worden gehandeld als met de inschrijving, zijn inschrijving intrekken. Deze verklaring moet voor het tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen. De aanbesteder is niet
3.28.7 Een inschrijver kan door middel van een duidelijke, ondertekende verklaring, waarmee op dezelfde wijze dient te worden gehandeld als met de inschrijving, zijn inschrijving intrekken. Deze verklaring moet voor het tijdstip voor de ontvangst van de inschrijvingen door de aanbesteder zijn ontvangen. De aanbesteder is niet
verplicht de ingetrokken inschrijving te retourneren. verplicht de ingetrokken inschrijving te retourneren.
3.29 Gezamenlijke inschrijving 3.29 Gezamenlijke inschrijving
3.29.1 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een inschrijving van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft. De aanbesteder kan van het samenwerkingsverband waaraan de opdracht wordt verleend, eisen dat het een bepaalde rechtsvorm aanneemt, mits dit voor de goede uitvoering van de opdracht nodig is.
3.29.1 De aanbesteder verlangt voor de indiening van een inschrijving van een samenwerkingsverband van ondernemers niet dat het een bepaalde rechtsvorm heeft. De aanbesteder kan van het samenwerkingsverband waaraan de opdracht wordt verleend, eisen dat het een bepaalde rechtsvorm aanneemt, mits dit voor de goede uitvoering van de opdracht nodig is.
3.29.2 Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen.
3.29.2 Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen.
3.30 Inlichtingen over eventuele onderaanneming 3.30 Inlichtingen over eventuele onderaanneming
3.30.1 In de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken kan de aanbesteder een inschrijver verzoeken om in zijn inschrijving aan te geven welk gedeelte van de opdracht hij voornemens is aan derden in onderaanneming te geven en welke onderaannemers hij voorstelt. De inschrijver blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor de uitvoering van de opdracht.
3.30.1 In de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken kan de aanbesteder een inschrijver verzoeken om in zijn inschrijving aan te geven welk gedeelte van de opdracht hij voornemens is aan derden in onderaanneming te geven en welke onderaannemers hij voorstelt. De inschrijver blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor de uitvoering van de opdracht.
3.30.2 In het geval van een opdracht voor werken en in het geval van een opdracht voor diensten die ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend, verlangt de aanbesteder van de hoofdaannemer dat hij hem na de verlening van de opdracht en ten laatste wanneer met de uitvoering van de opdracht wordt begonnen, de volgende gegevens verstrekt, voor zover deze op dat moment bekend zijn:
a. de naam,
b. de contactgegevens, en
c. de wettelijke vertegenwoordigers van zijn onderaannemers die bij de uitvoering van de werken of het verrichten van de diensten betrokken zijn.
3.30.2 In het geval van een opdracht voor werken en in het geval van een opdracht voor diensten die ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend, verlangt de aanbesteder van de hoofdaannemer dat hij hem na de verlening van de opdracht en ten laatste wanneer met de uitvoering van de opdracht wordt begonnen, de volgende gegevens verstrekt, voor zover deze op dat moment bekend zijn:
a. de naam,
b. de contactgegevens, en
c. de wettelijke vertegenwoordigers van zijn onderaannemers die bij de uitvoering van de werken of het verrichten van de diensten betrokken zijn.
3.30.3 De aanbesteder verlangt van de hoofdaannemer dat hij hem in kennis stelt van:
a. alle wijzigingen in de gegevens als bedoeld in artikel 3.30.2 tijdens de uitvoering van de opdracht, en
b. de gegevens als bedoeld in artikel 3.30.2 van nieuwe onderaannemers die de hoofdaannemer bij de uitvoering van de werken of de verlening van de diensten zal betrekken.
3.30.3 De aanbesteder verlangt van de hoofdaannemer dat hij hem in kennis stelt van:
a. alle wijzigingen in de gegevens als bedoeld in artikel 3.30.2 tijdens de uitvoering van de opdracht, en
b. de gegevens als bedoeld in artikel 3.30.2 van nieuwe onderaannemers die de hoofdaannemer bij de uitvoering van de werken of de verlening van de diensten zal betrekken.
3.30.4 De aanbesteder kan de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 3.30.2 en 3.30.3 uitbreiden tot:
a. opdrachten voor leveringen;
3.30.4 De aanbesteder kan de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 3.30.2 en 3.30.3 uitbreiden tot:
a. opdrachten voor leveringen;
b. opdrachten voor diensten andere dan die welke ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend;
c. bij opdrachten voor werken of diensten betrokken leveranciers;
d. onderaannemers van de onderaannemers van de hoofdaannemer of verderop in de keten van onderaannemers.
b. opdrachten voor diensten andere dan die welke ter plaatse onder rechtstreeks toezicht van de aanbesteder moeten worden verleend;
c. bij opdrachten voor werken of diensten betrokken leveranciers;
d. onderaannemers van de onderaannemers van de hoofdaannemer of verderop in de keten van onderaannemers.
3.30.5 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. kan de aanbesteder voorafgaand aan de verlening van de opdracht verlangen dat de hoofdaannemer een eigen verklaring overlegt van de onderaannemers die hij voornemens is bij de uitvoering van de opdracht te betrekken;
b. draagt de aanbesteder er zorg voor dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer tot vervanging van de onderaannemer overgaat over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen
3.13.1 tot en met 3.13.5 bekend is geworden;
c. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer overgaat tot vervanging van de onderaannemer over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in artikel 3.13.7 bekend is geworden;
d. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer eigen verklaringen, certificaten of andere ondersteunende documenten van de onderaannemers overlegt.
3.30.5 Indien de aanbesteder wil controleren of een grond voor uitsluiting van een onderaannemer bestaat:
a. kan de aanbesteder voorafgaand aan de verlening van de opdracht verlangen dat de hoofdaannemer een eigen verklaring overlegt van de onderaannemers die hij voornemens is bij de uitvoering van de opdracht te betrekken;
b. draagt de aanbesteder er zorg voor dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer tot vervanging van de onderaannemer overgaat over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in de artikelen
3.13.1 tot en met 3.13.5 bekend is geworden;
c. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer overgaat tot vervanging van de onderaannemer over wie in het onderzoek een grond voor uitsluiting als bedoeld in artikel 3.13.7 bekend is geworden;
d. kan de aanbesteder er zorg voor dragen dat de overeenkomst er in voorziet dat de hoofdaannemer eigen verklaringen, certificaten of andere ondersteunende documenten van de onderaannemers overlegt.
3.31 Varianten van de inschrijver 3.31 Varianten van de inschrijver
3.31.1 De aanbesteder kan de inschrijvers toestaan, of van hen verlangen, varianten in te dienen. Varianten zijn verbonden met het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder waarborgt dat de gekozen gunningscriteria kunnen worden toegepast op varianten die aan de minimumeisen voldoen en op conforme inschrijvingen die geen varianten zijn.
3.31.1 De aanbesteder kan de inschrijvers toestaan, of van hen verlangen, varianten in te dienen. Varianten zijn verbonden met het voorwerp van de opdracht. De aanbesteder waarborgt dat de gekozen gunningscriteria kunnen worden toegepast op varianten die aan de minimumeisen voldoen en op conforme inschrijvingen die geen varianten zijn.
3.31.2 De aanbesteder staat alleen varianten toe indien hij in de aankondiging heeft vermeld dat deze zijn toegestaan of worden verlangd.
3.31.2 De aanbesteder staat alleen varianten toe indien hij in de aankondiging heeft vermeld dat deze zijn toegestaan of worden verlangd.
3.31.3 De aanbesteder die varianten toestaat of verlangt, vermeldt in de aankondiging of in de voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke minimumeisen deze varianten moeten voldoen, hoe zij worden ingediend en of varianten uitsluitend kunnen worden ingediend wanneer ook een inschrijving die geen variant is, is ingediend.
3.31.3 De aanbesteder die varianten toestaat of verlangt, vermeldt in de aankondiging of in de voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken aan welke minimumeisen deze varianten moeten voldoen, hoe zij worden ingediend en of varianten uitsluitend kunnen worden ingediend wanneer ook een inschrijving die geen variant is, is ingediend.
3.31.4 Een variant wordt ingediend op een afzonderlijk inschrijvingsbiljet waarop duidelijk is aangegeven dat het inschrijvingsbiljet betrekking heeft op een variant. Het
3.31.4 Een variant wordt ingediend op een afzonderlijk inschrijvingsbiljet waarop duidelijk is aangegeven dat het inschrijvingsbiljet betrekking heeft op een variant. Het
inschrijvingsbiljet gaat vergezeld van een duidelijke omschrijving van hetgeen de variant inhoudt.
inschrijvingsbiljet gaat vergezeld van een duidelijke omschrijving van hetgeen de variant inhoudt.
3.31.5 Bij opdrachten voor leveringen of diensten wijst de aanbesteder die varianten heeft toegestaan of verlangd, een variant niet af uitsluitend omdat deze, indien deze werd gekozen, veeleer tot een opdracht voor diensten dan tot een opdracht voor leveringen, dan wel veeleer tot een opdracht voor leveringen dan tot een opdracht voor diensten zou leiden.
3.31.5 Bij opdrachten voor leveringen of diensten wijst de aanbesteder die varianten heeft toegestaan of verlangd, een variant niet af uitsluitend omdat deze, indien deze werd gekozen, veeleer tot een opdracht voor diensten dan tot een opdracht voor leveringen, dan wel veeleer tot een opdracht voor leveringen dan tot een opdracht voor diensten zou leiden.
3.32 Varianten van de aanbesteder 3.32 Varianten van de aanbesteder
3.32.1 Indien in de aankondiging of in de voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken varianten van de aanbesteder als zodanig worden omschreven, staat het een inschrijver vrij om op een of meer varianten in te schrijven, tenzij inschrijving op alle varianten verplicht is gesteld.
3.32.1 Indien in de aankondiging of in de voor aanmelding of inschrijving relevante aanbestedingsstukken varianten van de aanbesteder als zodanig worden omschreven, staat het een inschrijver vrij om op een of meer varianten in te schrijven, tenzij inschrijving op alle varianten verplicht is gesteld.
3.32.2 Een inschrijver dient voor elke variant van de aanbesteder waarop hij inschrijft, een afzonderlijk inschrijvingsbiljet in. De inschrijver geeft op het inschrijvingsbiljet duidelijk aan op welke variant de inschrijving betrekking heeft.
3.32.2 Een inschrijver dient voor elke variant van de aanbesteder waarop hij inschrijft, een afzonderlijk inschrijvingsbiljet in. De inschrijver geeft op het inschrijvingsbiljet duidelijk aan op welke variant de inschrijving betrekking heeft.
3.33 Termijn van gestanddoening 3.33 Termijn van gestanddoening
3.33.1 Onverlet hetgeen is bepaald in artikel 3.33.3 moet de inschrijver zijn inschrijving gestand doen gedurende 50 dagen na de dag waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken of, in voorkomend geval, de dag waarop de elektronische veiling is afgesloten, tenzij in de aankondiging of de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken een andere termijn is gesteld.
3.33.1 Onverlet hetgeen is bepaald in artikel 3.33.3 moet de inschrijver zijn inschrijving gestand doen gedurende 50 dagen na de dag waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken of, in voorkomend geval, de dag waarop de elektronische veiling is afgesloten, tenzij in de aankondiging of de voor inschrijving relevante aanbestedingsstukken een andere termijn is gesteld.
3.33.2 De aanbesteder kan verzoeken de termijn van gestanddoening te verlengen. Het verzoek tot verlenging van de termijn van gestanddoening wordt niet gedaan aan de inschrijver die naar het oordeel van de aanbesteder zeer waarschijnlijk niet in aanmerking komt voor de opdracht. De inschrijver kan aan een zodanig verzoek geen recht op de opdracht ontlenen.
3.33.2 De aanbesteder kan verzoeken de termijn van gestanddoening te verlengen. Het verzoek tot verlenging van de termijn van gestanddoening wordt niet gedaan aan de inschrijver die naar het oordeel van de aanbesteder zeer waarschijnlijk niet in aanmerking komt voor de opdracht. De inschrijver kan aan een zodanig verzoek geen recht op de opdracht ontlenen.
3.33.3 Indien een kort geding als bedoeld in artikel 3.40.3 aanhangig is gemaakt, eindigt de termijn van gestanddoening 8 dagen na de dag waarop in kort geding vonnis is gewezen.
3.33.3 Indien een kort geding als bedoeld in artikel 3.40.3 aanhangig is gemaakt, eindigt de termijn van gestanddoening 8 dagen na de dag waarop in kort geding vonnis is gewezen.
3.34 Opening van de inschrijvingen 3.34 Opening van de inschrijvingen
3.34.1 De aanbesteder opent de inschrijvingen niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken.
3.34.1 De aanbesteder opent de inschrijvingen niet voor het tijdstip waarop de uiterste termijn voor het indienen van de inschrijvingen is verstreken.
3.34.2 Van het openen van de inschrijvingen wordt proces-verbaal opgemaakt. Het proces- verbaal van opening van de inschrijvingen bevat ten minste de volgende gegevens:
a. de plaats en de datum van het openen van de inschrijvingen;
b. een korte aanduiding van de opdracht;
c. de namen en de adressen van de inschrijvers;
d. de aanduiding van het perceel, de percelen of het totaal waar de inschrijver op inschrijft;
e. bij toepassing van het gunningscriterium van de laagste prijs, de inschrijvingssommen, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. eventuele in het oog springende onregelmatigheden in de inschrijvingen;
g. de naam, functie en handtekening van degene die de inschrijvingen heeft geopend;
h. de plaats en de datum van ondertekening van het proces-verbaal.
3.34.2 Van het openen van de inschrijvingen wordt proces-verbaal opgemaakt. Het proces- verbaal van opening van de inschrijvingen bevat ten minste de volgende gegevens:
a. de plaats en de datum van het openen van de inschrijvingen;
b. een korte aanduiding van de opdracht;
c. de namen en de adressen van de inschrijvers;
d. de aanduiding van het perceel, de percelen of het totaal waar de inschrijver op inschrijft;
e. bij toepassing van het gunningscriterium van de laagste prijs, de inschrijvingssommen, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. eventuele in het oog springende onregelmatigheden in de inschrijvingen;
g. de naam, functie en handtekening van degene die de inschrijvingen heeft geopend;
h. de plaats en de datum van ondertekening van het proces-verbaal.
3.34.3 Indien bedragen in cijfers en in letters niet overeenkomen, geldt het bedrag in letters, tenzij uit de inschrijving klaarblijkelijk is af te leiden dat het bedrag in cijfers heeft te gelden.
3.34.3 Indien bedragen in cijfers en in letters niet overeenkomen, geldt het bedrag in letters, tenzij uit de inschrijving klaarblijkelijk is af te leiden dat het bedrag in cijfers heeft te gelden.
3.34.4 Het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen wordt uiterlijk 2 werkdagen na de datum van opening van de inschrijvingen naar de inschrijvers verzonden.
3.34.4 Het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen wordt uiterlijk 2 werkdagen na de datum van opening van de inschrijvingen naar de inschrijvers verzonden.
3.35 Ongeldigheid van de inschrijving 3.35 Ongeldigheid van de inschrijving
3.35.1 Een inschrijving die niet voldoet aan de eisen gesteld in dit reglement, de aankondiging en de voor aanmelding en inschrijving relevante aanbestedingsstukken, is ongeldig.
3.35.1 Een inschrijving die niet voldoet aan de eisen gesteld in dit reglement, de aankondiging en de voor aanmelding en inschrijving relevante aanbestedingsstukken, is ongeldig.
3.35.2 Een inschrijving waaraan voorwaarden zijn verbonden, is ongeldig. 3.35.2 Een inschrijving waaraan voorwaarden zijn verbonden, is ongeldig.
3.35.3 De inschrijver dient, indien de aanbesteder dat heeft voorgeschreven, bij de inschrijving een verklaring over te leggen dat de inschrijving niet tot stand is gekomen onder invloed van een overeenkomst, besluit of gedraging in strijd met het Nederlandse of Europese mededingingsrecht. Deze verklaring, ingericht volgens het in Deel II opgenomen Model K, dient ondertekend te zijn door een bestuurder die ter zake de inschrijver rechtsgeldig vertegenwoordigt. In het geval de inschrijver een samenwerkingsverband van ondernemers is, verstrekt de inschrijver een dergelijke verklaring van een bestuurder van iedere ondernemer. De inschrijving is ongeldig indien een vereiste verklaring ontbreekt of niet naar waarheid is ingevuld.
3.35.3 De inschrijver dient, indien de aanbesteder dat heeft voorgeschreven, bij de inschrijving een verklaring over te leggen dat de inschrijving niet tot stand is gekomen onder invloed van een overeenkomst, besluit of gedraging in strijd met het Nederlandse of Europese mededingingsrecht. Deze verklaring, ingericht volgens het in Deel II opgenomen Model K, dient ondertekend te zijn door een bestuurder die ter zake de inschrijver rechtsgeldig vertegenwoordigt. In het geval de inschrijver een samenwerkingsverband van ondernemers is, verstrekt de inschrijver een dergelijke verklaring van een bestuurder van iedere ondernemer. De inschrijving is ongeldig indien een vereiste verklaring ontbreekt of niet naar waarheid is ingevuld.
3.36 Verduidelijking van de inschrijving 3.36 Verduidelijking van de inschrijving
3.36.1 De aanbesteder kan bij de Europese aanbesteding inschrijvers verzoeken om de inhoud van de inschrijving te verduidelijken of aan te vullen, voor zover dit niet strijdig
EU is met de beginselen van het aanbestedingsrecht. Onderhandelingen met inschrijvers over fundamentele punten van de opdracht, met name over de prijzen, zijn niet toegestaan als daardoor de mededinging vervalst zou worden of discriminatie zou ontstaan.
3.36.2
NL
Bij de nationale aanbesteding kunnen op verzoek van de aanbesteder besprekingen met inschrijvers plaatsvinden met het oog op een verduidelijking van de inhoud van hun inschrijving en van de eisen van de aanbesteder, voor zover dit niet strijdig is met de uitgangspunten van het aanbestedingsrecht. Onderhandelingen met inschrijvers over fundamentele punten van de opdracht, met name over de prijzen, zijn niet toegestaan als daardoor de mededinging vervalst zou worden of discriminatie zou ontstaan.
3.37 Abnormaal lage inschrijving 3.37 Abnormaal lage inschrijving
3.37.1 Indien een inschrijving is gedaan die in verhouding tot de te verrichten opdracht abnormaal laag lijkt, verzoekt de aanbesteder schriftelijk om een toelichting op de voorgestelde prijs of kosten van de inschrijving. De aanbesteder onderzoekt in overleg met de inschrijver de verstrekte informatie.
3.37.1 Indien een inschrijving is gedaan die in verhouding tot de te verrichten opdracht abnormaal laag lijkt, verzoekt de aanbesteder schriftelijk om een toelichting op de voorgestelde prijs of kosten van de inschrijving. De aanbesteder onderzoekt in overleg met de inschrijver de verstrekte informatie.
3.37.2 De verduidelijkingen kunnen onder meer verband houden met:
a. de doelmatigheid van het bouwproces, van het productieproces van de producten of van de dienstverlening,
b. de gekozen technische oplossingen of uitzonderlijk gunstige omstandigheden waarvan de inschrijver bij de uitvoering van de werken, de levering van de producten of het verlenen van de diensten kan profiteren,
c. de originaliteit van de door de inschrijver voorgestelde werken, leveringen of diensten,
d. het vervullen van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht,
e. de ontvangst van staatssteun door de inschrijver, en
f. het vervullen van de verplichtingen als bedoeld in artikel 3.30.
3.37.2 De verduidelijkingen kunnen onder meer verband houden met:
a. de doelmatigheid van het bouwproces, van het productieproces van de producten of van de dienstverlening,
b. de gekozen technische oplossingen of uitzonderlijk gunstige omstandigheden waarvan de inschrijver bij de uitvoering van de werken, de levering van de producten of het verlenen van de diensten kan profiteren,
c. de originaliteit van de door de inschrijver voorgestelde werken, leveringen of diensten,
d. het vervullen van de verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht uit hoofde van het recht van de Europese Unie, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X van richtlijn 2014/24/EU vermelde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht,
e. de ontvangst van staatssteun door de inschrijver, en
f. het vervullen van de verplichtingen als bedoeld in artikel 3.30.
3.37.3 Indien de aanbesteder constateert dat een inschrijving abnormaal laag is omdat de inschrijver staatssteun heeft gekregen, kan de inschrijving uitsluitend op enkel die grond, en na overleg met de inschrijver, worden afgewezen, indien de inschrijver desgevraagd niet binnen een door de aanbesteder bepaalde voldoende lange termijn kan aantonen dat de betrokken steun niet in strijd met artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is toegekend.
3.37.3 Indien de aanbesteder constateert dat een inschrijving abnormaal laag is omdat de inschrijver staatssteun heeft gekregen, kan de inschrijving uitsluitend op enkel die grond, en na overleg met de inschrijver, worden afgewezen, indien de inschrijver desgevraagd niet binnen een door de aanbesteder bepaalde voldoende lange termijn kan aantonen dat de betrokken steun niet in strijd met artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is toegekend.