CONCESSIEOVEREENKOMST STEDELIJK PATRIMONIUM
CONCESSIEOVEREENKOMST STEDELIJK PATRIMONIUM
Het Autonoom Gemeentebedrijf voor Vastgoed- En StadsProjecten Antwerpen, bij afkorting “AG Vespa” gekend onder ondernemingsnummer BE0267.402.076, met zetel te 0000 Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxxx 00, handelend in uitvoering van de beslissing van het directiecomité van [ ], hier vertegenwoordigd door xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxxxxx, CEO en xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxx, directeur vastgoed,
hierna genoemd ‘AG Vespa’, EN
[rechtspersonen]
………………………….., met zetel te …………………………. …………………………, met ondernemingsnummer BE…………………………, hier vertegenwoordigd door ………………..
functie,
hierna genoemd ‘de concessiehouder’,
Voorafgaande uiteenzetting:
AG Vespa organiseerde een oproep voor het verlenen van een concessie met het oog op de aanduiding van een concessiehouder voor de exploitatie van de ruimten in de kelderverdieping en op het gelijkvloers van het stadhuis.
Op basis van de gevoerde procedure heeft de concessiehouder de best beoordeelde bieding ingediend.
AG Vespa heeft aldus op [**] 2021 beslist om de concessie toe te wijzen aan voornoemde concessiehouder.
GELET OP VOORMELDE UITEENZETTING WORDT THANS HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:
NOOT: Voorliggend document is een ontwerp. De tekst tussen [*] wordt definitief ingevuld/aangepast/gewijzigd voor de sluiting van deze overeenkomst.
Artikel 1: Voorwerp van de concessie - erfdienstbaarheden
AG Vespa geeft in concessie aan de concessiehouder die aanvaardt, en zonder dat enige toepassing van de handelshuurwetgeving mogelijk is, de nagemelde ruimten in het stadhuis, gelegen te 0000 Xxxxxxxxx, Xxxxx Xxxxx 0, gekend op het kadaster onder Antwerpen, eerste afdeling, sectie A nummer 1433/00:
Kelderverdieping (-1) | |
Polyvalente ruimte | • ruimte genummerd als ‘N.KV.51’; • oppervlakte +/- 98,57m²; • exclusief gebruik voor concessiehouder; • minimaal 10 stadsdagen van toepassing ( zie artikel 4 bis). |
Opslagruimten, aankleed- en doucheruimte | • ruimten genummerd als ‘N.KV.07’ ‘N.KV.42’ en ‘N.KV.43’ met respectievelijke oppervlakten van +/- 11,52 m², 47,03 m² en 30,29 m²; • exclusief gebruik voor concessiehouder. |
Opwarmkeuken en berging keuken | • ruimten genummerd als ‘N.KV.8’ en ‘N.KV.9’; • oppervlakte samen +/- 27,76 m²; • exclusief gebruik voor concessiehouder; • de stad mag kosteloos gebruik maken van de keuken in het geval van een stadsdag. |
Publieke toiletten, trappen en circulatieruimten | • gemengd gebruik met stadhuismedewerkers, bezoekers en passanten; • toiletten genummerd als ‘N.KV. 44’ tot en met ‘N.KV 46’. |
Afvalberging | • gemengd gebruik met stadhuiswerking; • afvalberging genummerd als ‘N.KV. 14’. |
Gelijkvloers (0): | |
Centrale foyer | • Ruimte genummerd als ‘N.GV.46’; • Oppervlakte +/- 139,10 m² • Gemengd gebruik: de concessiehouder houdt er rekening mee dat deze ruimte ook gebruikt wordt als circulatieruimte voor stadsmedewerkers en hun bezoekers, evacuatieweg en de gidsenwerking, ook na 18.00 u. |
Ruimten rond centrale foyer en ruimten zijde Grote Markt | • Ruimten genummerd ‘N.GV.01’, ‘N.GV.02’, ‘N.GV.07’, ‘N.GV.08’, ‘N.GV.09’ en van ‘N.GV.39’ tot en met ‘N.GV.42’; • Iedere ruimte heeft een verschillende oppervlakte zoals vermeld op de bijgevoegde plannen; • Exclusief gebruik voor concessiehouder. |
De voormelde gedeelten die het voorwerp uitmaken van de concessie worden verder aangeduid als "het goed". Zij worden aangeduid op een plan dat aan de overeenkomst wordt gehecht.
Hierna genoemd ‘het goed’ dan wel ‘het stadhuis’.
Erfdienstbaarheden
De concessiehouder zal de lijdende, zichtbare en onzichtbare, voortdurende en niet voortdurende erfdienstbaarheden die het goed mochten bezwaren, gedogen en heeft het genot van de heersende erfdienstbaarheden die mochten bestaan, dit alles op eigen risico en zonder dat deze bepaling, aan wie ook, meer rechten zou kunnen verlenen dan deze gegrond op regelmatige titels of op de wet.
AG VESPA verklaart geen kennis te hebben van enige erfdienstbaarheid die het goed zou bezwaren.
Artikel 1bis: Bescherming
Het stadhuis is aangeduid als UNESCO werelderfgoed sinds 04-12-1999. Daarnaast is het stadhuis erkent als beschermd monument sinds 06-02-1936 en aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed sinds 29-03-2019.
De concessiehouder verklaart kennis te hebben van alle bepalingen verbonden aan het beschermd karakter van het stadhuis en verbindt er zich uitdrukkelijk toe dit beschermd karakter te allen tijde te respecteren.
Alle wijzigingen (tenzij het over los meubilair gaat) aan interieur en/of gevel van het stadhuis vallen onder de bepalingen van het Onroerend Erfgoeddecreet en zijn onderhevig aan een toelatingsaanvraag bij Onroerend Erfgoed, gezien het gebouw in zijn totaliteit beschermd is als monument.
Het respecteren van het beschermd karakter is een essentiële verplichting in hoofde van de concessiehouder.
Artikel 2: Bestemming
2.1 Algemeen
De concessiehouder krijgt het in artikel 1 omschreven goed in concessie voor de exploitatie van het goed conform het concept zoals beschreven in de bieding.
(verder verfijnen op basis van projectvoorstel).
Een afschrift van de bieding wordt aan de overeenkomst gehecht om er één geheel mee uit te maken.
Het is de concessiehouder verboden deze bestemming te wijzigen. De bestemming is een essentiële voorwaarde zonder dewelke AG Vespa zijn toestemming niet had verleend.
Het is de concessiehouder niet toegestaan om levensbeschouwelijke en politiek getinte activiteiten te organiseren. De activiteiten mogen niet imagoverlagend zijn of geluids,- en/of geurhinder met zich meebrengen.
2.2 Naleving van wetgeving en reglementeringen
De concessiehouder verbindt zich ertoe alle toepasselijke, wettelijke en reglementaire voorschriften voor de uitoefening van zijn activiteiten en het gebruik van het goed te eerbiedigen, zoals bijvoorbeeld het aanvragen van de daarvoor noodzakelijke bestuurlijke toelatingen en (stedenbouwkundige) vergunningen. Hij wordt geacht hierover alle informatie te hebben ingewonnen.
De concessiehouder en hij alleen staat in voor het bekomen van de vereiste toelatingen. AG Vespa draagt hiervoor geen enkele verantwoordelijkheid. De concessiehouder kan dan ook op geen enkele wijze aanspraak maken op enige vergoeding of wijziging aan de voorwaarden van deze overeenkomst omwille van het niet of onder voorwaarden verkrijgen van de vereiste bestuurlijke toelatingen.
De concessiehouder verklaart op de hoogte te zijn van de politiecodex waarin onder meer geluidshinder ’s nachts en in het weekend gereglementeerd staat. Voor de regelgeving wordt verwezen naar xxxxx://xxx.xxxxxxxxx.xx/xxxx/00x0000x00x0x0xx000x00xx/xxxxxxxxxxxx.
2.3 Capaciteit
De concessiehouder dient de voorschriften van de brandweer inzake maximum capaciteit na te leven. Hiervoor wordt verwezen naar de bijlage “brandveiligheidsconcept”.
De concessiehouder dient in een bestaand gebouw volgens de politiecodex en de wijze van inrichting en functiegebruik (winkels, zaal, evenementen met vaste zitplaatsen, e.d.) zelf het maximaal aantal personen te bepalen dat in een ruimte aanwezig kan zijn en voorafgaandelijk te bespreken met de brandweer Antwerpen in functie van de uitbating.
Artikel 3. Staat van het goed – plaatsbeschrijvende staat
3.1. Staat
Het goed wordt in concessie gegeven in de toestand waarin het zich bevindt. De concessiehouder bevestigt voldoende inzicht en kennis te hebben in deze toestand.
3.2. Plaatsbeschrijvende staat - aansprakelijkheid
Partijen komen overeen om bij de aanvang en het einde van de concessie tegensprekelijk een plaatsbeschrijvende staat op te stellen. Deze plaatsbeschrijving zal bij onderhavige overeenkomst worden gevoegd. De kosten hiervan worden voor de helft ten laste gelegd van de concessiehouder.
De concessiehouder verklaart het in concessie gegeven goed te aanvaarden in de staat waarin het zich bevindt met alle onzichtbare gebreken en de zichtbare gebreken die niet in de plaatsbeschrijvende staat zijn vermeld en verklaart tevens uitdrukkelijk dat voormelde staat geen aanleiding kan geven tot latere eisen tegenover AG Vespa voor eventuele schade veroorzaakt door wat dan ook. De concessiehouder verklaart tevens voldoende inzicht te hebben in de bouwfysische en technische toestand van het goed.
Mogelijke op het einde van de concessieperiode vastgestelde schade valt ten laste van de concessiehouder.
De concessiehouder is tegenover AG Vespa en tegenover derden verantwoordelijk voor alle beschadigingen die te wijten zijn aan zijn daad of zijn nalatigheid of die te wijten zijn aan de daad of de nalatigheid van zijn aangestelden, vertegenwoordigers, ondergeschikten en in het algemeen alle personen waarvoor de concessiehouder wettelijk verantwoordelijk is. Hij staat tevens in voor schade veroorzaakt door (onder)concessiehouders of andere gebruikers van het goed, ongeacht of zij een recht of titel hebben. De concessiehouder vrijwaart AG Vespa in dit verband in hoofdsom, interesten en kosten voor alle aanspraken van derden.
In geval de herstelwerken van aard zijn dat het goed niet beschikbaar is, zal de concessiehouder buiten de kosten van de herstelwerken een vergoeding zijn verschuldigd voor de onbeschikbaarheid van het goed. Deze vergoeding zal gelijk zijn aan de marktconforme vergoeding die door de concessiehouder zou zijn verschuldigd tijdens de duur van de onbeschikbaarheid.
De concessiehouder verbindt zich ertoe de plaatsbeschrijvende staat, desgevallend voorzien van opmerkingen, te ondertekenen en aan AG Vespa of, in voorkomend geval, aan de deskundige terug te sturen binnen de 10 werkdagen na ontvangst. Bij gebreke hieraan wordt vermoed dat de concessiehouder volledig akkoord gaat met de plaatsbeschrijvende staat en die alsdan ten aanzien van AG Vespa een tegensprekelijk karakter krijgt.
Artikel 4: Samenwerking met het stadsbestuur
4.1 Jaarlijkse evaluatie
Afgevaardigden van AG Vespa en de stad Antwerpen kunnen de dienstverlening van de concessiehouder ieder jaar evalueren. Tijdens deze evaluatie kunnen diverse zaken aan bod komen, zoals onder meer de naleving van de contractuele verplichtingen, de samenwerking met het stadsbestuur en het agendagebruik. In onderlinge overeenstemming is bijsturing van de functies en activiteiten mogelijk. Partijen engageren zich om alles in het werk te stellen voor een optimale samenwerking.
4. 2. Organisatie
De concessiehouder houdt bij de organisatie van activiteiten rekening met de dienstverlening van het stadsbestuur in het stadhuis en de intrinsieke werking van het stadhuis. Hij veroorzaakt op geen enkele wijze overlast (lawaaihinder, versperring van de doorgangen, ...) ten aanzien van de overige gebruikers van het stadhuis.
De concessiehouder dient de aangeduide contactpersoon van de stad Antwerpen te informeren over de activiteiten die hij organiseert via een gemeenschappelijke agenda die door de stad Antwerpen zal worden gefaciliteerd.
Stadhuisgebruikers en hun bezoekers, alsook de deelnemers van gegidste rondleidingen, hebben steeds een recht van doorgang langs de centrale foyer, ook na 18.00 uur.
Gezien de bestuursfunctie van het stadhuis kan AG Vespa (en/of de stad Antwerpen), mits motivatie, de exploitatie tijdelijk sluiten uit veiligheidsoverwegingen. Deze verplichte sluiting zal als overmacht gelden overeenkomstig artikel 14.
4. 3. Goed nabuurschap
Het gebruik moet gebeuren in goed nabuurschap en met respect voor de noden en behoeften van alle gebruikers.
Het is de concessiehouder niet toegelaten, zonder dat de hiernavolgende opsomming beperkend is:
⮚ door ongewoon gebruik van de gemeenschappelijke delen, de andere gebruikers van het gebouw of de buren te hinderen;
⮚ door lawaai de normale rust van de andere gebruikers te storen.
In het hele gebouw geldt een strikt rookverbod. Roken is niet toegelaten in de omgeving van de publieke in- of uitgangen van het gebouw.
Xxxxxx (met uitzondering van geleidehonden) zijn niet toegelaten in het stadhuis.
Een huishoudelijk reglement kan worden opgemaakt waarin de afspraken tussen het stadsbestuur en de concessiehouder worden vastgelegd.
Artikel 4bis: Stadsdagen en tarieven
1. De concessiehouder stelt de polyvalante ruimte in de kelderverdieping gedurende [ …….] dagen per jaar gratis ter beschikking van de stad en de stedelijke organisaties voor de organisatie van recepties, congressen, tentoonstellingen, enz. Deze dagen worden verder “de stadsdagen” genoemd. Dit moeten minstens 10 dagen zijn.
2. Met stedelijke organisaties worden bedoeld de stedelijke diensten, de stedelijke vzw’s en gemeentebedrijven (mede)opgericht door de stad of waarbij de stad later is toegetreden.
3. De stadsdagen kunnen zowel in de week als in het weekend worden toegepast. De stadsdagen worden tijdig vastgesteld in onderling overleg tussen de concessiehouder en de stad Antwerpen.
4. Het aantal gebruikte stadsdagen heeft geen invloed op de verschuldigde concessievergoeding.
5. Het gratis gebruik tijdens stadsdagen omvat naast de terbeschikkingstelling van de zaal en de aanwezige technische installaties, het gebruik van de nutsvoorzieningen en het gebruik van de keuken in de kelderverdieping.
Artikel 5: Duur
5.1 Basisduur – verlenging
De concessie wordt afgesloten voor een periode van vijf jaar. De concessie gaat in op (datum) ………………………….. en eindigt van rechtswege op ………………….. zonder dat stilzwijgende verlenging kan worden ingeroepen.
De duurtijd van de concessie is bij het verstrijken van voormelde termijn mogelijk verlengbaar voor een zelfde periode van vijf jaar aan alsdan te bepalen marktconforme voorwaarden, mits positieve evaluatie en voor zover AG Vespa het goed na het verstrijken van de basisduur voor gelijkaardige doeleinden wil bestemmen.
Onder een positieve evaluatie wordt onder meer verstaan: het op succesvolle wijze en binnen de afspraken uitvoeren van de exploitatie, alsook een goede samenwerking met het stadsbestuur.
Deze mogelijkheid tot verlenging impliceert geen enkele verplichting in hoofde van AG Vespa en/of de stad Antwerpen en zal in ieder geval onderhevig zijn aan de alsdan geldende regels, zo onder meer de beginselen van behoorlijk bestuur.
De concessiehouder dient zijn voornemen tot verlenging minstens zes maanden vóór het einde van de concessie door middel van een aangetekend schrijven aan AG Vespa kenbaar te maken.
5.2 Bijzondere gevallen van beëindiging
5.2.1 Faillissement, nietigverklaring en ontbinding
In geval van faillissement, nietigverklaring of ontbinding van de concessiehouder, heeft AG Vespa het recht een eind te maken aan de concessie, zonder opzegtermijn en zonder opzegvergoeding. In dat geval is de concessiehouder de forfaitaire schadevergoeding verschuldigd, zoals bepaald in artikel 13, voorlaatste lid.
Om reden van openbaar nut kan AG Vespa eenzijdig de bij onderhavige overeenkomst verleende concessie beëindigen. AG Vespa zal alsdan aan de concessiehouder een schadevergoeding verschuldigd zijn, waarvan het bedrag bij onderling akkoord tussen AG Vespa en de concessiehouder zal bepaald worden. Wanneer in onderling overleg geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt het bepalen van de schadevergoeding advies gevraagd aan een onafhankelijke deskundige, die in gemeen overleg tussen AG Vespa en de concessiehouder wordt aangesteld.
5.3. Start van de exploitatie
De exploitatie van de concessie door de concessiehouder zal starten op [eind februari] 2022. Dit is een essentiële voorwaarde zonder de welke AG Vespa deze niet zou gesloten hebben.
AG Vespa kan de geplande exploitatiedatum eenzijdig achteruit schuiven indien de voorlopige oplevering van het stadhuis wordt uitgesteld. De concessiehouder heeft in dit geval geen recht op schadevergoeding.
Artikel 6: Financiële verplichtingen
6.1 Concessievergoeding
De concessiehouder betaalt een jaarlijkse concessievergoeding van [***] euro, exclusief btw.
De concessievergoeding is betaalbaar bij voorbaat en per maand door overschrijving op bankrekeningnummer XX00 0000 0000 0000 van AG VESPA.
De concessiehouder aanvaardt de verzending van digitale facturen.
6.2 Indexering
De vergoeding wordt van rechtswege, eenmaal per jaar, op de verjaardag van de inwerkingtreding van de overeenkomst, aangepast volgens de volgende formule:
basisvergoeding x nieuw indexcijfer = nieuwe vergoeding aanvangsindexcijfer
De basisvergoeding is de vergoeding vermeld in artikel 6.1. Het aanvangsindexcijfer is het indexcijfer (gezondheidsindex) van de maand voorafgaand aan de aanvangsdatum van de overeenkomst. Het nieuwe indexcijfer is het indexcijfer van de maand vóór de maand van de aanpassing van de vergoeding. De nieuwe vergoeding kan nooit lager zijn dan de laatst aangerekende geïndexeerde vergoeding.
6.3 Waarborg
Om de goede en volledige uitvoering van zijn verplichtingen te waarborgen stelt de concessiehouder een waarborg, waarvan het bedrag overeenstemt met de vergoeding voor 3 maanden.
Indien de vergoeding door indexering of om een andere reden stijgt, of indien de waarborg geheel of gedeeltelijk wordt aangewend (i.h.b. voor de vergoeding van schade die AG Vespa zou lijden ten gevolge van de niet-naleving door de concessiehouder van diens verplichtingen), vult de concessiehouder de waarborg onverwijld aan, zodat het bedrag ervan steeds overeenstemt met het bovenvermelde aantal maanden.
De concessiehouder stelt de waarborg op de volgende wijze:
Bankgarantie
De concessiehouder levert het bewijs van een bankgarantie, afroepbaar op eerste verzoek van AG Vespa, verstrekt door een Belgische financiële instelling, met een geldingsduur tot minstens 90 dagen ná de voorziene einddatum van de concessie. De kosten van de bankgarantie zijn ten laste van de concessiehouder.
[OF]
Geblokkeerde rekening
De concessiehouder zal onmiddellijk na het volstorten van deze waarborg AG Vespa op de hoogte brengen van de naam van de bank en het nummer van de rekening. Op verzoek van AG Vespa zal de concessiehouder het stortingsbewijs van de waarborgsom voorleggen.
Over de waarborgsom inclusief de gekapitaliseerde interesten kan alleen worden beschikt na voorlegging van een geschreven akkoord tussen de concessiehouder en AG Vespa opgemaakt ten vroegste na beëindiging van de overeenkomst of afschrift van een rechterlijke beslissing.
De borgsom zal worden vrijgegeven bij het einde van onderhavig recht van concessie, voor zover de concessiehouder aan al zijn verplichtingen zal hebben voldaan.
6.4 Belastingen, lasten en kosten
De concessiehouder draagt alle taksen, belastingen en andere kosten, van welke aard ook, verbonden aan het gebruik en het genot van het goed en aan de bestaande en op te richten constructies en de exploitatie ervan, met inbegrip van de onroerende voorheffing van “het goed”.
Het kadastraal inkomen van het stadhuis is nog niet gekend en zal bepaald worden na de voorlopige oplevering van de renovatie die wordt uitgevoerd in opdracht van de stad Antwerpen.
Als voorschot betaalt de concessiehouder maandelijks een provisie van [500,00 euro (excl. btw)] voor de onroerende voorheffing.
Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast in functie van het effectieve aanslagbiljet, waarna een definitieve afrekening volgt waarbij de betaalde voorschotten in mindering worden gebracht. De concessiehouder verbindt zich ertoe binnen de maand na het opstellen van de definitieve afrekening het door hem verschuldigde saldo te voldoen. Als blijkt dat de voorschotten hoger zijn geweest dan de werkelijke kosten, dan zal het teveel betaalde worden verrekend met de volgende periode.
Een eventuele aanpassing in functie van het effectieve aanslagbiljet kan geen recht op aanpassing van de vergoeding of van de contractsvoorwaarden doen ontstaan.
Voor zover btw verschuldigd is op enige vergoeding die voortvloeit uit deze overeenkomst, is deze volledig ten laste van de concessiehouder.
6.5 Energieverbruik
Het verbruik van gas, water en elektriciteit, inclusief de door de nutsmaatschappijen aangerekende kosten, zijn voor wat betreft de privatieve delen ten laste van de concessiehouder.
• Facturatie water, gas en elektriciteit
Het individuele verbruik van de concessiehouder zal worden afgerekend aan de hand van individuele tellers of tussentellers en caloriemeters.
De nutsmaatschappijen factureren de individuele tellers rechtstreeks aan de concessiehouder.
In het geval er tussenmeters of caloriemeters zijn, factureert AG Vespa de tussenmetingen aan de concessiehouder op basis van het gemeten verbruik.
De concessiehouder betaalt op de door AG Vespa opgegeven rekening een maandelijkse provisie van tweehonderd euro (€ 200,00). Deze provisie zal aangepast worden van zodra AG Vespa een reeële inschatting kan maken van het verbruik.
Op het einde van elk werkingsjaar volgt een definitieve afrekening van het voorbije jaar waarbij de betaalde voorschotten in mindering worden gebracht. De concessiehouder verbindt zich ertoe binnen de maand na het opstellen van de definitieve afrekening het door hem verschuldigde saldo te voldoen. Als blijkt dat de voorschotten hoger zijn geweest dan de werkelijke kosten, dan zal het teveel betaalde worden verrekend met de volgende periode.
Het verbruik van gas, water en elektriciteit wordt voor wat betreft de delen die een gemengd gebruik (centrale foyer, publieke toiletten, afvalberging, circulatieruimten) hebben, niet afgerekend met de concessiehouder. Dit geldt evenzeer voor de ruimten die de concessiehouder exclusief ter beschikking heeft en waar het technisch niet mogelijk is een tussenmeter of caloriemeter te plaatsen.
• Herziening
De voormelde regeling kan worden herzien onder meer in functie van de bestemming/specifieke aard van de exploitatie, alsook op basis van het verbruiksniveau.
6.6 Sancties bij laattijdige betaling
Bij laattijdige betaling van gelijk welk bedrag dat de concessiehouder op grond van deze overeenkomst verschuldigd is, is hij van rechtswege, zonder ingebrekestelling, verwijlintresten verschuldigd aan de rentevoet die wordt bepaald overeenkomstig art. 5 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties.
AG Vespa zal vanaf een tweede aanmaning kosten aanrekenen ten belope van 25 euro.
6.7 Kosten inrichting
De inrichtingskosten zijn ten laste van de concessiehouder.
Artikel 7: Onderhoud en herstellingen – veiligheidsvoorschriften – uitvoering werken
7.1 Algemeen
De concessiehouder zal het goed in goede staat onderhouden en als een goed huisvader gebruiken, zonder de aard of de bestemming ervan te wijzigen.
7. 2 Onderhoud en herstellingen
7.2.1 Delen exclusief gebruik Xxxxxxxxxxxxxxxxx
De concessiehouder staat in voor het huurdersonderhoud in zijn privatieve delen.
De concessiehouder moet in zijn privatief deel alle onderhouds- en herstellingswerken aan het goed, die te zijnen laste zijn op eigen kosten en risico uitvoeren volgens de regels van de kunst en goed vakmanschap en dit in samenspraak met AG Vespa.
De concessiehouder zal onder meer instaan voor de uitvoering van volgende werken, zonder dat deze opsomming limitatief is:
1. de concessiehouder staat in voor de vervanging van gebroken ruiten, ook wanneer dit noodzakelijk is als gevolg van overmacht of toeval;
2. de concessiehouder zal op zijn kosten de huishoudelijke apparaten, de (niet- gemeenschappelijke) elektrische installaties en apparaten onderhouden en er op zijn kosten de eventueel noodzakelijke herstellingen aan laten uitvoeren door een vakman;
3. de concessiehouder staat in voor de keuring van de elektriciteitsinstallatie bij uitbreiding en/of wijziging van de installatie en bij een verzwaring van de aansluiting;
4. de concessiehouder zal het schilderwerk in goede staat onderhouden (kleur mag niet gewijzigd worden).
De hierboven genoemde taken moeten door de concessiehouder worden opgenomen tenzij AG Vespa deze werken laat uitvoeren en met de concessiehouder verrekent.
De concessiehouder staat in voor de schoonmaak van de delen die hij in exclusief gebruik heeft. Hij stelt bij voorkeur dezelfde onderhoudsfirma aan als de stad Antwerpen.
Eigenaarsonderhoud
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt onder eigenaarsonderhoud verstaan:
• herstellingen en onderhoud van daken, gevels, ramen, rioleringen en technische leidingen;
• uitvoering van de werken nodig om de stabiliteit van het gebouw te garanderen, zoals herstellingen en onderhoud van funderingen;
• de vervanging van meubilair dat onroerend is door bestemming en dat aanwezig was bij het afsluiten van deze overeenkomst; AG Vespa beslist over de noodzaak van vervanging en behoudt zich het recht voor daarvan af te zien.
De concessiehouder zal AG Vespa onmiddellijk verwittigen van elk schadegeval waarvan de herstelling ten laste van AG Vespa is. Eventuele schade veroorzaakt door de laattijdige verwittiging, valt ten laste van de concessiehouder.
Bovendien zal de concessiehouder AG Vespa in de gelegenheid stellen elk schadegeval te onderzoeken.
AG Vespa mag in het goed de herstellingen laten uitvoeren die volgens deze overeenkomst ten laste vallen van AG Vespa. De concessiehouder heeft hiervoor geen recht op enige vergoeding, zelfs al zouden die herstellingen langer dan veertig dagen duren.
7.2.2 Delen in gemengd gebruik: huurders- en eigenaarsonderhoud
Zowel het huurders- als het eigenaarsonderhoud van de ruimten en installaties in gemengd gebruik wordt opgenomen door AG Vespa. De kosten verbonden aan voornoemde ruimten en installaties zijn inbegrepen in de concessievergoeding, tenzij het bewijs wordt geleverd dat de concessiehouder verantwoordelijk is voor de schade door zijn fout of schade ontstaan tijdens activiteiten georganiseerd door de concessiehouder. In voornoemde gevallen zullen de kosten op de concessiehouder verhaald worden.
Deze gemeenschappelijke kosten en lasten bevatten:
• kosten voor het onderhoud (inclusief materiaal), herstelling, verzekering en controle van de gemeenschappelijke installaties, zoals HVAC, het ventilatiesysteem, het alarmsysteem, de liften, gasinstallatie, het brandbeveiligingssysteem, het sanitair en het toegangssysteem;
• schoonmaak (met uitzondering van schoonmaak na activiteiten buiten de openingsuren van het stadhuis, zoals hierna bepaald).
In het geval de concessiehouder een activiteit organiseert, is hij verantwoordelijk voor de schoonmaak van de delen in gemengd gebruik en draagt hij de hieraan verbonden kosten. In zulk geval zal de concessiehouder het nodige doen om onverwijld de zaal, alsook de inkomhallen, gangen en het sanitair schoon te laten maken.
7.3 (Brand)veiligheid
De concessiehouder treft, op zijn kosten, de nodige maatregelen om het goed, de door hem opgerichte constructies en de omgeving voor brandgevaar te behoeden conform de geldende wetgeving, met inbegrip van de stedelijke politiecodex. De concessiehouder vraagt een advies bij de brandweer en leeft dit advies na.
De concessiehouder treft de nodige maatregelen om ingeval van brand, in de mate van het mogelijke, met eigen middelen de eerste bluswerken te kunnen verrichten. Hij zal de toestellen die door de brandweer daartoe werden aangeduid bij de hand hebben op een gemakkelijk te bereiken plaats. Deze toestellen moeten steeds in uitstekende staat van onderhoud verkeren.
De concessiehouder staat in voor alle wettelijk verplichte periodieke keuringen en voor het wettelijk verplicht onderhoud van brandveiligheidsinstallaties en gebouwonderdelen, waaronder (niet-limitatieve opsomming):
⮚ noodverlichting;
⮚ meldings-, waarschuwings- en branddetectiedetectoren;
⮚ brandwerende deuren;
⮚ brandkleppen;
⮚ keuringen nodig in uitvoering van het Algemeen Reglement op de elektrische installaties (AREI);
⮚ automatische gasdetectie/brandstofafsluiters;
⮚ schoorsteen en rookkanalen.
De concessiehouder bezorgt AG VESPA op eerste verzoek de bewijzen van keuring. Het is verboden:
⮚ brandbare materialen aan te brengen in het gebouw en er gasflessen of (brandende)
kaarsen binnen te brengen.
⮚ te verwarmen met petroleumkachels of butaangasflessen;
⮚ verplaatsbare verwarmingstoestellen te gebruiken.
Als de concessiehouder werknemers tewerkstelt in het goed, leeft hij bovendien de bijkomende verplichtingen opgelegd door het Algemeen Reglement op de arbeidsbescherming (ARAB) en de Codex over het welzijn op het werk na.
7.4 Recht om het goed voor zijn activiteit geschikt te maken
De concessiehouder mag, op zijn kosten en risico, het goed geschikt maken voor de exploitatie, zoals omschreven in artikel 2.
De concessiehouder legt zijn definitief voorstel van inrichting van het goed en eventuele wijzigingen daaraan ter goedkeuring voor aan AG Vespa die hieromtrent een beslissing zal nemen.
Zonder toestemming van AG Vespa mag de concessiehouder niet behangen en is het de concessiehouder niet toegelaten het binnenschrijnwerk of de muren en wanden te herschilderen. De kleur van de schilderwerken mag niet worden gewijzigd.
Ook inrichtings-en/of renovatiewerken kunnen slechts worden uitgevoerd mits voorafgaande schriftelijke toestemming van AG Vespa.
Voor het oprichten van nieuwe constructies en voor aanpassings- en verbeteringswerken aan bestaande constructies is steeds de voorafgaande schriftelijke toestemming van AG Vespa vereist, onverminderd de eventuele vereiste toelatingen van het Agentschap Onroerend Erfgoed.
De concessiehouder verbindt er zich toe om de door zijn geplande en uit te voeren – en door AG Vespa goedgekeurde- inrichtingswerken tijdig klaar te hebben zodat de exploitatie uiterlijk op de [exploitatiedatum] kan aanvangen.
7. 5 Voorwaarden voor het uitvoeren van werken
Daarnaast dient bij het uitvoeren van werken de concessiehouder zich te houden aan volgende regels:
⮚ tijdens en na de werken blijven kabels en leidingen gemakkelijk bereikbaar;
⮚ bij vervanging, uitbreiding of aanpassing van de elektriciteits-, gas- of verwarmingsinstallatie bezorgt de concessiehouder AG Vespa een keuringsattest;
⮚ vergunnings- of meldingsplichtige werken mogen niet worden uitgevoerd voordat de vereiste vergunning is verkregen of de vereiste melding is gedaan;
⮚ iedere vondst van enig belang die gedaan zou worden tijdens de graaf- of sloopwerken moet onmiddellijk ter kennis van AG Vespa worden gebracht. Als het om een archeologische vondst gaat, zullen de werken tijdelijk worden onderbroken om AG Vespa in de mogelijkheid te stellen een fotografische vastlegging te laten uitvoeren. De voorwerpen die van enige betekenis kunnen zijn voor de kunst, de oudheidkunde, de natuurlijke historie, de munt- en penningkunde of voor de wetenschap, en de zeldzame of kostbare voorwerpen die bij de graaf- of sloopwerken gevonden worden, zijn eigendom van AG Vespa en moeten haar ter beschikking worden gehouden,
Voor kleinere werken bewaart de concessiehouder in elk geval de nodige technische en contractuele documenten en overhandigt deze aan AG Vespa bij het einde van de overeenkomst.
De concessiehouder mag evenwel geen werken uitvoeren zonder voorafgaandelijke toestemming van AG Vespa.
7.6 Vrijwaringsplicht
De concessiehouder vrijwaart AG Vespa in hoofdsom, intresten en kosten voor:
⮚ alle risico’s met betrekking tot door hem uitgevoerde werken;
⮚ alle betwistingen die over de door hem uitgevoerde werken mochten ontstaan tijdens de uitvoering van de werken met om het even wie, zoals buren, concessiehouders, gemeentelijke of andere stedenbouwkundige diensten;
⮚ de tienjarige aansprakelijkheid;
⮚ de verborgen gebreken.
7.6 Indeplaatsstelling
Wanneer de concessiehouder in gebreke blijft de nodige herstellingen, onderhoudswerken of keuringen te (laten) uitvoeren, heeft AG Vespa het recht om, op kosten en risico van de concessiehouder, de noodzakelijke handelingen zelf uit te voeren of te doen uitvoeren.
De ingebrekestelling kan achterwege blijven in hoogdringende gevallen, in het bijzonder wanneer er sprake is van een dreigend ernstig nadeel voor AG Vespa of voor derden of van een ernstig risico voor de openbare veiligheid of gezondheid.
Als de concessiehouder de kosten niet op eerste verzoek vergoedt aan AG Xxxxx heeft AG Vespa het recht deze kosten aan te rekenen op de gestelde waarborg.
Artikel 8: Verzekeringen
8.1 Brandverzekering
De concessiehouder zal zich voor de volledige duur van de overeenkomst verzekeren voor zijn huurdersaansprakelijkheid krachtens art. 1732, 1733 en 1735 en art. 1382 tot en met 1386 bis van het burgerlijk wetboek in geval van brand, waterschade, ontploffing, enz. Hij zal zich ook verzekeren tegen verhaal van buren (art. 544 burgerlijk wetboek).
8.2 Inboedel
AG Vespa en de stad Antwerpen zijn in geen geval aansprakelijk voor schade aan de inboedel. Indien de concessiehouder zijn inboedel wenst te verzekeren, dan moet deze polis voorzien in een afstand van verhaal ten voordele van de stad Antwerpen/AG Vespa.
8.3 Burgerlijke aansprakelijkheid
De concessiehouder sluit, op zijn kosten, een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid af, met een minimumdekking van 1,25 miljoen EUR.
8.4 Verplichte verzekeringen
De concessiehouder sluit, op zijn kosten, alle wettelijk verplichte verzekeringen met betrekking tot het goed (met inbegrip van eventuele door hem opgerichte constructies) en/of zijn activiteiten (vb. verplichte verzekering objectieve aansprakelijkheid bij brand en ontploffingen).
8.5 Informatieplicht
De concessiehouder bezorgt AG Vespa, vóór aanvang van de exploitatie en vervolgens op eerste verzoek van AG Vespa:
⮚ attesten van de brand-, ABR-, en BA-polissen (indien van toepassing);
⮚ bewijs van betaling van de premies.
Elk schadegeval moet onmiddellijk nadat het zich heeft voorgedaan, door middel van een schriftelijke kennisgeving worden gemeld aan AG Vespa.
De sleutels en badgen voor de toegangscontrole van het in concessie gegeven goed worden de concessiehouder slechts overhandigd nadat hij de waarborg heeft gesteld en AG Vespa een bewijs van brandverzekering heeft bezorgd.
8.6 Wijzigingen
AG Vespa behoudt zich het recht voor de verzekeringsverplichtingen van de concessiehouder te wijzigen tijdens de duur van de overeenkomst.
De concessiehouder verbindt zich ertoe op eerste verzoek van AG Vespa de door hem afgesloten verzekering te laten aanpassen.
Artikel 9: Handelingen waarvoor het akkoord van AG Vespa vereist is
De volgende rechtshandelingen kunnen, op straffe van niet-tegenstelbaarheid aan AG Vespa en onverminderd het recht van AG Vespa om schadevergoeding te vorderen, door de concessiehouder slechts worden verricht met de uitdrukkelijke voorafgaande schriftelijke toestemming van AG Vespa:
⮚ overdracht van de concessie;
⮚ statutenwijziging die relevant is voor de bepalingen van dit contract;
⮚ elke transactie die leidt of kan leiden tot een wijziging in de controle over zijn onderneming (onder “controle” wordt verstaan, de juridische of feitelijke bevoegdheid om een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van bestuurders of zaakvoerders en op de oriëntatie van het beleid);
⮚ de verkoop van alle of een belangrijk deel van de activa van zijn onderneming, in het bijzonder de activa die nodig zijn voor de realisatie van de in artikel 2 vermelde bestemming van het goed;
⮚ onder- /subconcessie of onderverhuring van het goed, met uitzondering van terbeschikkingstellingen van korte duur in het kader van de bestemming zoals opgenomen in artikel 2.
Als de concessiehouder een van bovenvermelde handelingen verricht zonder toestemming van AG Vespa, heeft AG Vespa het recht deze overeenkomst eenzijdig te ontbinden, zonder ingebrekestelling, zonder tussenkomst van de rechter en zonder recht op vergoeding voor de concessiehouder.
De concessiehouder blijft in elk geval samen met de overnemer hoofdelijk gehouden tegenover AG Vespa voor de betaling van de concessievergoeding en voor de naleving van
alle verplichtingen voortvloeiend uit deze overeenkomst, tenzij AG Vespa uitdrukkelijk schriftelijk heeft ingestemd met de bevrijding van de concessiehouder.
Artikel 9bis: Overdracht rechten AG Vespa
AG Vespa kan zijn rechten en plichten uit onderhavige overeenkomst steeds overdragen aan de stad Antwerpen of aan een publiekrechtelijk verzelfstandigd agentschap van de stad Antwerpen en dit zonder enige toestemming van de concessiehouder. AG Vespa stelt de concessiehouder van deze overdracht in kennis.
Artikel 10: Reclame
Het aanbrengen in en aan het goed van uithangborden, opschriften, reclame en dergelijke, het hangen van enig voorwerp, is enkel toegelaten na machtiging door het Agentschap Onroerend Erfgoed, na schriftelijke en voorafgaande toelating van AG Vespa en na het verkrijgen van de eventueel noodzakelijke stedenbouwkundige vergunning. AG Vespa behoudt zich het recht voor het karakter, de stijl en de grootte, die deze voorwerpen mogen hebben, aan te duiden, alsook de plaats waar ze mogen worden aangebracht/ geplaatst.
AG Vespa zal zijn goedkeuring en advies steeds in overleg met het Agentschap Onroerend erfgoed formuleren.
In het bijzonder gelden de volgende bepalingen voor het stadhuis:
• Aan de gevel mag niets opgehangen worden en op het glas in de gevel mag niets geplakt worden.
• Neonreclames, flikkerlichten of opzichtige lichtreclames zijn niet toegelaten.
• Aanduidingen aan de buitenzijde van het gebouw dienen te gebeuren met vrijstaande elementen, die daar enkel staan tijdens de openingsuren en ’s avonds binnen in het gebouw worden geplaatst.
• Binnen in het gebouw dient de signalisatie sober te zijn. Deze dient zich te schikken naar de signalisatie van de rest van het gebouw.
Artikel 11: Concessie voor gelijkaardige bestemming
AG Vespa kan in de nabije omgeving goederen voor een gelijkaardige bestemming verhuren,of ter beschikking stellen onder welke rechtsvorm dan ook, zonder dat de concessiehouder enig bezwaar kan doen gelden of aanspraak kan maken op enige schadevergoeding, vermindering van de vergoeding of verbreking van de overeenkomst.
Artikel 12: Nazicht
AG Vespa behoudt zich het recht voor op eenvoudig verzoek het in concessie gegeven goed te allen tijde door zijn afgevaardigden te doen bezoeken. De concessiehouder moet zich gedragen naar de aanwijzingen van de afgevaardigden van AG Vespa voor alle kwesties die buiten het beheer, werking en beleid van zijn exploitatie vallen.
Artikel 13: Gevolgen contractuele wanprestatie
Indien de concessiehouder zijn verplichtingen op grond van deze overeenkomst en/of de wet niet nakomt, heeft AG Vespa onder meer de volgende rechten:
⮚ het recht om op kosten en risico van de concessiehouder noodzakelijke werken uit te voeren of te doen uitvoeren, zoals nader omschreven in artikel 7.7 van de overeenkomst (‘Indeplaatsstelling’);
⮚ het recht om een forfaitaire vergoeding van 50,00 EUR per dag en per inbreuk te vorderen, op voorwaarde dat een aangetekende ingebrekestelling, waarin de concessiehouder een laatste termijn werd gegeven om de inbreuk(en) te herstellen, zonder gevolg is gebleven; deze termijn moet in verhouding staan met de aard en de ernst van de inbreuk(en) en moet minimum één maand bedragen;
⮚ bij ernstige en/of herhaalde inbreuken, met inbegrip van, maar niet beperkt tot alle inbreuken waarvoor deze overeenkomst uitdrukkelijk in deze sanctie voorziet, het recht deze overeenkomst eenzijdig te ontbinden, zonder ingebrekestelling en zonder tussenkomst van de rechter, zonder recht op vergoeding voor de concessiehouder.
Worden onder meer beschouwd als een ernstige contractuele tekortkoming:
o Indien de concessiehouder zich bevindt in een uitsluitingsgrond als bedoeld in de artikels 50 tot en met 52 van de Wet concessieovereenkomsten (zoals gepreciseerd in de artikels 31 tot en met 33 KB concessies). Dit behelst de verplichte uitsluitingsgronden, de uitsluitingsgronden in verband met fiscale en sociale schulden, en de facultatieve uitsluitingsgronden;
o Het niet respecteren van het beschermd karakter van het goed conform artikel 1bis;
o Het niet naleven of zonder voorafgaande schriftelijke toestemming wijzigen van de bestemming van het goed als omschreven in artikel 2;
o Ernstige betalingsachterstand inzake de financiële verplichtingen als opgenomen in artikel 6;
o Het verrichten van de handelingen opgesomd in artikel 9, zonder voorafgaande toestemming van AG Vespa;
o Het uitvoeren van werken zonder toestemming van AG Vespa.
o […]
In geval van eenzijdige ontbinding van deze overeenkomst ten laste van de concessiehouder heeft AG Xxxxx bovendien recht op een forfaitaire schadevergoeding gelijk aan de concessievergoeding (zoals van toepassing op het moment van de ontbinding) voor zes maanden, onverminderd het recht voor AG Vespa om eventuele hogere schade te bewijzen.
De concessiehouder vrijwaart AG Vespa in voorkomend geval tegen elke schadevergoeding die deze aan derde verschuldigd is op grond van de tekortkomingen of de vertragingen in de uitvoering van de concessie.
Artikel 14: Overmacht
Gezien de specifieke aard en functie van het stadhuis, kan de stad Antwerpen omwille van veiligheidsredenen, zoals een terreurdreiging of een opstand, overgaan tot de tijdelijke sluiting van het stadhuis. Deze sluiting zal als overmacht gelden en bevrijdt beide partijen, alsook de stad Antwerpen, van enige contractuele of buitencontractuele aansprakelijkheid
wegens het niet-nakomen van de aangetaste verbintenis vanaf het plaatsvinden van de gebeurtenis van overmacht.
Artikel 15: Bewaking
AG Vespa neemt geen bewakingsplicht op zich. De concessiehouder staat zelf in voor een degelijke bewaking die rekening houdt met de aard van het goed en de bestemming waarvoor de concessie werd toegestaan.
De concessiehouder alleen is aansprakelijk, ter algehele ontlasting van AG Vespa, voor alle schade en ongevallen, die rechtstreeks of onrechtstreeks en aan gelijk wie of wat veroorzaakt zouden worden als gevolg van het gebruik van het in concessie gegeven goed door zijn aangestelden, vertegenwoordigers, ondergeschikten en in het algemeen alle personen waarvoor de concessiehouder wettelijk aansprakelijk is.
Artikel 16: Rechtsopvolging
Onverminderd artikel 9, zullen de rechten en plichten die voor partijen voortvloeien uit deze overeenkomst onverkort gelden voor elk van hun rechtsopvolgers of rechtsverkrijgers, ten welke titel ook, met wie zij solidair en hoofdelijk verbonden zijn. Partijen verbinden zich er dan ook toe om, voor zover als nodig, de bepalingen van deze overeenkomst op te leggen aan al hun rechtsopvolgers of rechtsverkrijgers, ten welke titel ook.
Artikel 17: Einde concessie
Bij het beëindigen van de concessie zijn volgende regels van toepassing.
⮚ De concessiehouder moet het goed volledig ontruimd en in een degelijke staat van onderhoud, rekening houdend met de ouderdomssleet aan de constructies, ter beschikking stellen van AG Vespa.
⮚ AG Vespa kan eisen dat de concessiehouder op zijn kosten en risico de door hem aangebrachte verbouwingen verwijdert die niet met toestemming van AG Vespa werden uitgevoerd. Wanneer AG Xxxxx deze niet wenst te laten verwijderen, komen zij bij het einde van de concessieperiode in volle eigendom toe aan AG Xxxxx zonder dat zij hiervoor enige vergoeding verschuldigd is.
⮚ De verbeterings- en verbouwingswerken door de concessiehouder in de loop van de concessieperiode uitgevoerd met uitdrukkelijke toestemming van AG Vespa worden eigendom van AG Vespa, zonder dat hiervoor enige vergoeding is verschuldigd en zonder dat AG Xxxxx verwijdering mag eisen.
⮚ De concessiehouder mag geen verontreiniging veroorzaken en dient bij de beëindiging van de concessie elke door zijn toedoen aanwezige vervuiling of gevaarlijke stof op zijn kosten en risico te verwijderen; de concessiehouder is eveneens aansprakelijk voor vervuiling die wordt vastgesteld na het beëindigen van de concessie en die aan hem kan worden toegeschreven.
Het enkel afgeven van de sleutels/badgen en/of het verlaten van het goed beëindigt op zich de aansprakelijkheid van de concessiehouder niet.
Artikel 18: Aanplakking – bezoek
Gedurende de zes maanden die het einde van de concessie voorafgaan, heeft AG Vespa het recht om twee berichten aan het goed uit te hangen en is de concessiehouder verplicht de belangstellenden toe te laten tot de bezichtiging van het goed tenminste twee dagen in de week, gedurende twee uren in de namiddag.
Bij gebrek aan akkoord zal deze bezichtiging gebeuren op dinsdag en donderdag van 14u tot 16u.
Artikel 19. Deelbaarheid
Indien één van de clausules van huidige overeenkomst nietig wordt verklaard, zal deze nietigheid de geldigheid van andere clausules niet aantasten. In het geval dat dergelijk nietige clausule de aard van de overeenkomst zou aantasten zal elke partij zijn best doen om onmiddellijk en te goeder trouw een geldige clausule te onderhandelen ter vervanging.
Artikel 20: Kosten overeenkomst
De concessiehouder staat in voor registratie van de concessieovereenkomst.
Alle kosten, erelonen en belastingen waartoe deze overeenkomst kan aanleiding geven, zijn uitsluitend voor rekening van de concessiehouder. De concessiehouder zal AG Vespa vrijwaren in hoofdsom, kosten en intresten voor elke vordering die in dit verband tegen AG Vespa zou worden ingesteld.
De partijen verklaren voor de heffing van de registratierechten de niet in getallen uitgedrukte last met betrekking tot deze overeenkomst te schatten op 5% van de jaarlijkse vergoeding.
Artikel 21: Geschillen en betwistingen
Voor de beslechting van geschillen voortvloeiend uit onderhavige overeenkomst, zijn enkel de rechtbanken van Antwerpen, afdeling Antwerpen, bevoegd.
Artikel 22: Woonstkeuze
Voor de uitvoering van deze overeenkomst kiezen de partijen woonst: AG Vespa: adres maatschappelijke zetel;
de concessiehouder: adres maatschappelijke zetel/….
De partijen verbinden zich ertoe aan elkaar onmiddellijk elke adreswijziging schriftelijk mee te delen.
Elke schriftelijke kennisgeving of betekening op het laatst meegedeelde adres wordt geacht geldig te zijn verricht, onverminderd het recht voor iedere partij om rekening te houden met het hem bekende werkelijke adres van vestiging.
Een kennisgeving per e-mail wordt eveneens als een schriftelijke kennisgeving beschouwd, mits ontvangst ervan kan worden bewezen, zoals door een ontvangstmelding met leesbevestiging of een antwoord op de e-mail.
Opgemaakt te Antwerpen op …………….
Voor de concessiehouder:
naam ondertekenaar
Voor AG VESPA:
Xxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxx
CEO directeur vastgoed
Bijlagen
⮚ Bijlage 1: projectvoorstel
⮚ Bijlage 2: plannen gelijkvloers en kelderverdieping
⮚ Bijlage 3: voorschriften brandweer
⮚ Bijlage 4: afwerking exploitatieruimten en algemene richtlijnen