Binnen een UAV-GC contract wordt de rol van de op- drachtgever door de Raad van Arbitrage in bouwge- schillen (RvA) als volgt om- schreven. Voor een opdracht- gever is in beginsel geen andere rol weggelegd tijdens de uitvoering van het werk dan de in...
Juridisch
Mr. X. xx Xxxxx
Stop- en bijwoonpunten in een GC-contract
Binnen een UAV-GC contract wordt de rol van de op- drachtgever door de Raad van Arbitrage in bouwge- schillen (RvA) als volgt om- schreven. Voor een opdracht- gever is in beginsel geen andere rol weggelegd tijdens de uitvoering van het werk dan de in de overeenkomst vastgelegde toetsings- en acceptatiewerkzaamheden op het juiste moment uit te voeren en beslissingen te nemen over door de aan- neemster voorgestelde wijzigingen in het werk.
De Raad omschreef de taak in het vonnis met geschilnummer 711.90; evenals in geschilnum- mer 35.734, rechtsoverweging 113. Het kenmerkende verschil tussen toetsing en acceptatie is daarin gelegen dat bij acceptatie er een tijdelijke standstill komt. Toetsing is daarentegen een facultatieve bevoegdheid van een opdrachtgever, deze is daartoe niet verplicht, zie par 20-4 GC.
In het keuringsplan kan OG stop- en bijwoonpunten opnemen
Een stoppunt mag worden behandeld als een acceptatie
Het bijwoonpunt wordt door par 21-7 GC behandeld als een toestingsmoment
Toetsing is facultatief en mag niet versto- rend werken
IN ‘T KORT - Bijwoonpunten
Acceptatie werkt als een stoplichtmodel. Als een opdrachtnemer documenten ter acceptatie voorlegt, mogen er ten aanzien van die documenten geen uitvoeringswerkzaamheden worden verricht. Zo bepaalt immers par 23-9 GC. Bij het aangaan van de overeenkomst dient een inschrijver dus goed naar de contractuele bouwtijd te kijken, meer specifiek naar de doorlooptijden van artikel 12 b en e van de basisovereenkomst. Dit zijn de termijnen waarbinnen respectievelijk de
opdrachtnemer de ter acceptatie voor te leggen documenten bij opdrachtgever moet indienen, versus de termijn waarbinnen de opdrachtgever gemotiveerd moet aangeven op basis van welke objectieve criteria acceptatie zou moeten worden geweigerd. Vergelijk par 23-8 GC.
Economische functie contract Vanuit de economische functie van de overeenkomst geredeneerd, is het in het belang van de opdrachtnemer dat alle acceptatiemomenten met hun doorlooptijden zo smart mogelijk in het acceptatieplan van Xxxxx XXX zijn geformuleerd, zodat een inschrijver hiermee in de prijsvorming rekening kan houden. Genoemde doorlooptijden moeten vanwege het stoplichtmodel in mindering worden gebracht op de totale (bruto) bouwtijd, zodat een netto bouwtijd resteert. Indien een opdrachtnemer dergelijke stoppunten niet in haar calculatie heeft meegenomen, dan komt dat in de realisatie voor zijn risico om de eenvoudige reden dat de GC-overeenkomst uitgaat van een vaste aanneemsom. Artikel 2.4 van de basisovereen- komst spreekt over een totaalbedrag.
Het kan echter ook voorkomen dat de
opdrachtgever niet op voorhand alle accepta- tiemomenten in het acceptatieplan kan opnemen, omdat er bijvoorbeeld bij het aangaan van de overeenkomst nog geen duidelijkheid is over de aard en omvang van de uitvoeringswerkzaamheden. Zie de Toelichting op de GC pagina 72.
Een voorbeeld van een dergelijk plan is het zogenoemde keuringsplan uitvoeringswerk- zaamheden van par 21-1 GC, in de praktijk ook wel het verificatieplan genoemd.
Uiterlijk op het moment van acceptatie van dat keuringsplan, is de opdrachtgever bevoegd zogenoemde stop- en bijwoonpunten te vermelden.
Stoppunt
Indien een opdrachtgever van die bevoegdheid gebruik maakt, geeft deze voor ieder stoppunt tevens aan:
- wat de geobjectiveerde criteria zijn voor acceptatie
- de termijn waarbinnen wordt medegedeeld of de resultaten als geaccepteerd worden beschouwd. Zie par 21-4 GC.
Alhoewel definities in de GC zelf ontbreken
kan uit de regeling worden opgemaakt dat een stoppunt wordt behandeld als een acceptatie, zie par 21-6 GC. Dat betekent overigens dat een opdrachtgever bij een besluit de accepta- tie te weigeren, schriftelijk moet motiveren. Uit die motivering moet dan blijken aan welke objectieve criteria niet werd voldaan: par 23-8 GC. Een voorbeeld van een stoppunt is het controleren van de betondekking op wape- ningsstaal, een aspect dat na realisatie niet meer zichtbaar is.
Bijwoonpunt
Het bijwoonpunt wordt door par 21-7 GC behandeld als een toestingsmoment. Ook hier geldt dat de uitoefening van de bevoegdheid facultatief is. Zie par 21-10. Wordt daarente- gen daadwerkelijk een tekortkoming opge- merkt, dan moet de opdrachtgever schriftelijk en binnen bekwame tijd dit bij de opdrachtne- mer melden.
Bij het bereiken van het bijwoonpunt houdt de opdrachtnemer de door de opdrachtgever gevraagde zaken als vermeld in het keurings- plan gereed. De opdrachtgever kan dan bij het bereiken van het bijwoonpunt de feitelijke uitvoering, hetzij het resultaat daarvan, hetzij beiden in ogenschouw nemen. Blijkens de Toelichting pagina 71, mag de opdrachtgever zich niet gedragen als betrof het een acceptatieprocedure. Bij het uitoefenen van de toetsingsprocedure mag de opdrachtgever de werkzaamheden zo min mogelijk verstoren.
Xxxxxx xx Xxxxx is consultant bij Kpieto!.
nr. 7/8 - juli 2022 9