Contract
Onderstaande tekst kwalificeert totdat ondertekening door alle partijen heeft plaatsgevonden als “tekstvoorstel voor een overeenkomst”. Uit dit tekstvoorstel voor een overeenkomst vloeien nog geen verplichtingen voort en er kunnen nog geen rechten aan worden ontleend (er is ook geen sprake van een voorwaardelijke overeenkomst). Pas na besluitvorming door de bevoegde organen van Partijen en ondertekening door bevoegde vertegenwoordigers van Partijen kwalificeert de tekst als overeenkomst waaruit verplichtingen voortvloeien en waaraan rechten kunnen worden ontleend.
Bestuursovereenkomst inzake de vestiging van een reguliere opvanglocatie aan Xx Xxxxx 0 xx Xxxxxxx
Conceptversie 9 juli 2024
Bestuursovereenkomst inzake de vestiging van een opvanglocatie
Partijen
a. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, gevestigd aan de Xxxxxxxxxx 0 xx Xxx Xxxx, hierbij vertegenwoordigd door de bestuursvoorzitter van het COA,
de heer xx. xx. X. Xxxxxxxxxxx, hierna te noemen: ‘COA’
b. De publiekrechtelijke rechtspersoon gemeente Woerden, gevestigd aan Xxxxxxxxxxxx 00 xx Xxxxxxx, hierbij vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxxxxxxx, wethouder, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 24 september 2024, hierna te noemen: ‘de gemeente’
Overwegende:
• dat het COA tot kerntaak heeft de opvang en begeleiding van vreemdelingen;
• dat de gemeente bereid is mee te werken aan de opvang van vreemdelingen in een reguliere opvanglocatie binnen de gemeente;
• dat het COA voor de reguliere opvang een kantoorgebouw transformeert;
• dat het COA hiervoor het kantoorgebouw op adres Xx Xxxxx 0 xx Xxxxxxx met onderliggend perceel aankoopt welke door het COA geschikt gemaakt dient te worden voor de opvang van asielzoekers;
• dat het COA de gemeente om niet 96 flexwoningen aanbiedt waarvan er 48 op het perceel naast de opvanglocatie worden geplaatst. De overige 48 flexwoningen worden op een nader te bepalen locatie geplaatst in de gemeente Woerden. Hierop aanvullende afspraken zijn vastgelegd in bijlage D ‘Aanvullende afspraken flexwoningen Woerden’ zoals is beschreven in artikel 7 van deze bestuursovereenkomst;
• dat het COA de 48 flexwoningen die op het perceel naast de opvanglocatie worden geplaatst, tijdens de voorbereidings- en verbouwingsperiode van het kantoorgebouw tot aan ingebruikname van de opvanglocatie tijdelijk gebruikt voor de opvang van asielzoekers. Zodra de reguliere opvang door het COA in gebruik wordt genomen verhuurt de woningcorporatie de flexwoningen;
• dat voor het tijdelijke gebruik van deze 48 flexwoningen door het COA en gemeente een aparte bestuursovereenkomst wordt gesloten.
• dat er op locatie De Bleek op dit moment ontheemden uit Oekraïne worden opgevangen voor wie uiterlijk vanaf het moment dat de verbouwing voor de reguliere asielopvang start vervangende huisvesting/opvang moet worden voorzien.
• dat in het geval dat het COA besluit om de grond en opstallen van de reguliere opvanglocatie te verkopen, dan gaat COA in overleg met gemeente over de herbestemming;
• dat het COA en de gemeente een optimaal functioneren van de opvanglocatie in de plaatselijke gemeenschap en in relatie tot de betrokken diensten en instellingen willen bewerkstelligen door het maken van afspraken en het treffen van de nodige voorzieningen;
• dat deze bestuursovereenkomst onverlet laat dat het COA voor het gebruik van de opvanglocatie over de benodigde vergunningen moet beschikken;
• dat de gemeente zich binnen haar publiekrechtelijke verantwoordelijkheden inspant voor een zorgvuldige en voortvarende vergunningverlening;
• dat het Faciliteitenbesluit Opvangcentra, d.d. 29 juli 1994 (Stb. 636) en de aanvullingen van 8 juni 1998 (Stb. 347) en 25 januari 2001 (Stb. 60) van toepassing zijn, alsmede eventuele toekomstige wijzigingen en aanvullingen;
• dat de directe verantwoordelijkheid voor het nemen van de noodzakelijke maatregelen op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid, behalve bij de gemeente en het COA, bij meerdere partijen ligt;
• dat het uitgangspunt is dat de randvoorwaarden voor de te nemen maatregelen in verband met de opvang van vreemdelingen op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare Orde en veiligheid voldoende in bestaande wet- en regelgeving zijn vastgelegd. Hierop aanvullende afspraken zijn vastgelegd in de Aanvullende Werkafspraken zoals is beschreven in artikel 6 van deze bestuursovereenkomst;
• dat het college van burgemeester en wethouders en het COA, rekening houdend met de door de gemeenteraad op 19 september 2024 geuite wensen en bedenkingen over de komst van een tijdelijke opvanglocatie, heeft besloten om deze bestuursovereenkomst met het COA aan te gaan.
Komen het volgende overeen:
Artikel 1 - Definities
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
a) Vreemdeling: de persoon die in de opvanglocatie van het COA wordt opgevangen, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers. Het betreft hier zowel asielzoekers, als bewoners die een verblijfsvergunning hebben maar nog geen reguliere huisvesting in een gemeente hebben;
b) Oekraïense ontheemden: de huidige bewoners van de Bleek 1 in de gemeentelijke opvang Oekraïense ontheemden.
c) Capaciteitsplaatsen: plaatsen in een opvangcentrum beschikbaar voor de opvang van vreemdelingen, zoals bedoeld in artikel 1.b van het Faciliteitenbesluit;
d) Opvangcentrum: een opvangvoorziening waarin door of onder verantwoordelijkheid van het COA opvang wordt geboden aan vreemdelingen.
e) Kantoorgebouw: het tot opvanglocatie te transformeren kantoorgebouw aan de Xxxxx 0 xx Xxxxxxx;
f) Datum van ingebruikname: de datum waarop de eerste vreemdeling gebruik maakt van de opvanglocatie;
g) Faciliteitenbesluit: het Faciliteitenbesluit Opvangcentra d.d. 29 juli 1994 (Stb. 636) en de aanvullingen van 8 juni 1998 (Stb. 347) en 25 januari 2001 (Stb. 60).
h) Onderwijs: de Eerste Xxxxxx Xxxxxxxxxxxxx (basisonderwijs), de Internationale Schakelklas (voortgezet onderwijs) en speciaal onderwijs indien noodzakelijk.
i) Flexwoningen: het COA heeft voor de ontwikkeling van het opvangcentrum 96 flexwoningen gereserveerd, bestaande uit twee percelen van elk 48 woningen. Eén perceel hiervan wordt door het COA op het parkeerterrein naast het te transformeren terrein geplaatst, de tweede kavel wordt door de gemeente elders in de gemeente geplaatst.
j) Utrechtse aanpak; de aanpak vanuit de Provinciale Regietafel Utrecht die rust op zes pijlers van passende maat en schaal, gemengde woonvormen, maatschappelijke inbedding, een stabiel leef- en leerklimaat voor kinderen, intergemeentelijke samenwerking en regionale doorstroming. Het doel is de opvang van asielzoekers zo normaal mogelijk te maken voor asielzoekers en andere inwoners van de gemeente door samenleven, verbinden en meedoen te faciliteren. Een belangrijk onderdeel van de Utrechtse aanpak is de aanwezigheid van een of meer gemeenschappelijke ruimte(s) met een aanbod van functies en/of sociale programmering die zowel de inwoners van het AZC als de omwonenden ten goede komt.
Artikel 2 - Opvanglocatie
1. De gemeente stemt in met het gebruik van de Bleek 1 in Woerden als opvanglocatie door het COA.
2. Het COA gebruikt de opvanglocatie onder eigen verantwoordelijkheid als een opvangcentrum ten behoeve van de opvang van vreemdelingen.
3. De gemeente en COA onderschrijven ten behoeve van deze locatie de Utrechtse aanpak voor asielopvangvoorzieningen in de provincie Utrecht.
4. Bij de verdere ontwikkeling van de locatie vormen de pijlers van de Utrechtse aanpak het uitgangspunt. Om hier invulling aan te geven, zijn aanvullende werkafspraken gemaakt zoals in de Aanvullende Werkafspraken beschreven in artikel 6 van deze bestuursovereenkomst.
Artikel 3 – Aantal vreemdelingen en capaciteitsplaatsen
1. In de opvanglocatie worden maximaal 400 vreemdelingen opgevangen.
2. Het COA spant zich in voor een evenwichtige samenstelling van de vreemdelingen voor wat betreft herkomst, geslacht en leeftijd. Instroom is daarbij bepalend.
3. Op verzoek van de gemeente verstrekt het COA de gemeente informatie over het aantal en over de in het vorige lid bedoelde samenstelling van de vreemdelingen dat in de gevraagde periode in de opvanglocatie verblijft.
Artikel 4 - Duur van de overeenkomst
1. De bestuursovereenkomst gaat in vanaf het moment van tekenen en wordt aangegaan voor de duur van maximaal 18 jaar.
2. De maximale duur van gebruik van het kantoorgebouw als reguliere opvanglocatie is maximaal 15 jaar. Deze termijn vangt aan op de datum van ingebruikname van het tot opvang getransformeerde kantoorgebouw. Op het moment dat de eerste vreemdeling gebruik maakt van de opvanglocatie wordt deze datum vastgelegd in de “Verklaring datum ingebruikname
opvanglocatie”, zoals weergegeven in bijlage A en zal aan deze overeenkomst worden toegevoegd.
3. Uiterlijk 3 jaar voor het verstrijken van de in lid 2 genoemde periode wordt door COA het initiatief genomen om met Partijen in overleg te treden over de mogelijkheden voor verlenging.
4. De overeenkomst eindigt van rechtswege na het verstrijken van de in lid 1 genoemde periode, met inachtneming van het in lid 3 bepaalde.
5. Het COA kan per aangetekende brief besluiten tot tussentijdse opzegging van
de overeenkomst. Indien het COA overgaat tot tussentijdse opzegging geldt een opzegtermijn van tenminste 12 maanden.
6. In de situatie dat zich ernstige ongeregeldheden op het terrein van de openbare orde en veiligheid voordoen die verband houden met de aanwezige opvanglocatie, treedt de burgemeester in overleg met een bestuurder van het COA om gezamenlijk te bezien of een oplossing kan worden bereikt.
Artikel 5 - Uitkeringen Faciliteitenbesluit
1. De aanspraak op verstrekking van de uitkering als bedoeld in artikel 3, eerste lid en artikel 4, eerste lid van het Faciliteitenbesluit, vangt aan op de datum van ingebruikname.
2. Worden er door de gemeente in verband met de vestiging extra kosten gemaakt die het via het Faciliteitenbesluit opvangcentra toegekende bedrag overschrijden, dan zal het COA, mits de gemeente dit tijdig en gespecificeerd aangeeft, met inachtneming van artikel 8 van het Faciliteitenbesluit en onder goedkeuring van de Minister van Veiligheid en Justitie op verzoek van de gemeente een hogere uitkering verstrekken.
3. De gemeente wordt volledig gecompenseerd door het COA voor de gemaakte kosten ter voorbereiding op ingebruikname van de opvanglocatie.
Artikel 6 - Aanvullende werkafspraken
1. In aanvulling op de bijlagen A en B hebben de gemeente en het COA, rekening houdend met elkaars bevoegdheden en verantwoordelijkheden, nadere werkafspraken gemaakt op het terrein van de organisatie van en diensten op de opvanglocatie. Het betreft hier eventuele aanvullingen en uitwerkingen op de in de toelichting Bestuursovereenkomst genoemde informatie. Deze zijn vastgelegd in een separaat document ‘Aanvullende Werkafspraken’, in bijlage C.
2. In aanvulling op wat er in deze bestuursovereenkomst is opgenomen over flexwoningen in artikel 7 hebben de gemeente en COA nadere afspraken gemaakt rondom de plaatsing, het gebruik en de overdracht van de flexwoningen. Deze zijn vastgelegd in een separaat document ‘Aanvullende afspraken flexwoningen Woerden’, in bijlage D.
Artikel 7 - Flexwoningen
1. Het COA realiseert, op haar kosten, op de locatie de Bleek een perceel van 48 flexwoningen. COA gebruikt deze flexwoningen gedurende de voorbereidings- en verbouwingsperiode van het kantoorgebouw. Wanneer de reguliere opvang in het kantoorgebouw in gebruik wordt genomen levert COA de woningen leeg en om niet op aan de gemeente. Hierna zijn deze tijdelijke woningen bedoeld voor huisvesting van een gemengde lokale doelgroep, bestaande uit een zoveel mogelijk evenredige mix van starters, statushouders en spoedzoekers.
2. Het COA draagt de overige 48 flexwoningen om niet over aan de gemeente, deze worden door de gemeente op een nader te bepalen locatie geplaatst.
3. Nadere afspraken gemaakt rondom de plaatsing, het gebruik en de overdracht van de flexwoningen zijn vastgelegd in een separaat document ‘Aanvullende afspraken flexwoningen Woerden’.
Artikel 8 - Oekraïense ontheemden
1. De vervangende opvang van Oekraïense ontheemden, die ten tijde van het tekenen van de bestuursovereenkomst woonachtig zijn aan de Bleek, wordt georganiseerd op een alternatieve locatie binnen de gemeente Woerden.
2. De gemeente Woerden en COA spannen zich gezamenlijk in voor het vinden van een locatie voor tijdig beschikbare vervangende opvang voor Oekraïense ontheemden.
3. In het geval dat een wijziging van wet- of regelgeving rondom de tijdelijke bescherming (RTB) van Oekraïense ontheemden van invloed is op deze overeenkomst, treden partijen met elkaar in overleg.
4. De kosten om een andere locatie gereed te maken komen niet voor rekening van de gemeente. COA en gemeente gaan in overleg met het ministerie van Justitie en Veiligheid om zekerheid te krijgen over transitiekosten en beheerkosten.
5. In het geval dat geen alternatieve huisvesting voor de Oekraïense ontheemden wordt gevonden binnen de gemeente Woerden treden partijen in overleg over mogelijke oplossingen.
6. Als uit het overleg zoals genoemd in lid 4 en lid 5 geen oplossingen naar voren komen, dan blijft de opvang van Oekraïense ontheemden in de Bleek onverminderd aldaar in stand.
Artikel 9 - Overige bepalingen
1. Bijlagen A (Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie) en B (Toelichting Bestuursovereenkomst) behoren bij en geven een nadere toelichting en/of uitwerking van deze bestuursovereenkomst.
2. Indien de bestaande wet- en regelgeving op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid niet afdoende blijkt te zijn en hierdoor een knelpunt op dat onderdeel ontstaat, dan zullen het COA en de gemeente zich gezamenlijk inspannen dit knelpunt aan te kaarten bij het verantwoordelijke Ministerie.
3. In geval van een wijziging van wet- of regelgeving die gevolgen heeft voor deze overeenkomst, treden partijen met elkaar in overleg over hoe deze gevolgen het beste kunnen worden opgevangen.
4. Wijzigingen van deze overeenkomst zullen, na overeenstemming hierover tussen partijen, schriftelijk worden vastgelegd en als addendum aan deze overeenkomst worden gehecht.
5. In situaties waarin deze overeenkomst niet voorziet of in geval van geschillen, de uitleg en/of de uitvoering ervan, zullen partijen een maximale inspanning verrichten om deze geschillen in onderling overleg op te lossen.
Artikel 10 - Bijlagen:
De volgende bijlagen zijn integraal onderdeel van deze bestuursovereenkomst:
a) Bijlage A: Voorbeeld: Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie;
b) Bijlage B: Toelichting Bestuursovereenkomst;
c) Bijlage C: Aanvullende werkafspraken;
d) Bijlage D: Aanvullende afspraken flexwoningen Woerden.
Aldus overeengekomen, in tweevoud opgemaakt en ondertekend.
Woerden Den Haag
[ datum ] [ datum ]
Gemeente Woerden Centraal Orgaan opvang asielzoekers
Xxx. X. Xxxxxxxxx xx. xx. X. Xxxxxxxxxxx
wethouder bestuursvoorzitter van het COA
Bijlage A Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie
(wordt door het COA verzonden zodra de opvanglocatie voor bewoning in gebruik is genomen)
College van burgemeester en wethouders van de gemeente [naam]. Ten aanzien van de Burgemeester, de heer / mevrouw [naam]. [adres]
[ datum ]
[ kenmerk ]
Onderwerp: Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie [plaatsnaam]
Geacht College,
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) wil het college bedanken voor alle gezamenlijke inspanningen om te komen tot het realiseren van een opvanglocatie in [plaatsnaam]. Samen met u geven we invulling aan een maatschappelijk vraagstuk; het bieden van opvang en begeleiding aan asielzoekers in Nederland.
Met deze verklaring willen wij u informeren dat de opvanglocatie [plaatsnaam] op [datum en jaar] voor de opvang van vreemdelingen in gebruik wordt genomen. Dit is overeenkomstig artikel 4 van de bestuursovereenkomst.
Wij vertrouwen op een goede samenwerking met uw gemeente, met omwonenden en andere betrokken organisaties. Mocht u vragen hebben over de verklaring of over de opvanglocatie dan kunt u contact opnemen met meneer / mevrouw …, regiomanager Bijzondere Opvang, te bereiken via [telefoonnummer en emailadres].
Met vriendelijke groet, Den Haag,
Centraal Orgaan opvang asielzoekers
[naam]
Unitmanager Vastgoed en Facilitair
Bijlage B Toelichting Bestuursovereenkomst
I - Doel Bestuursovereenkomst
Inleiding
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) zorgt er voor – op grond van de Wet COA - dat vreemdelingen in een kwetsbare positie in een veilige en leefbare omgeving professioneel worden opgevangen en begeleid in een opvanglocatie. Het COA opent pas een opvanglocatie nadat de gemeente daarmee heeft ingestemd. In de bestuursovereenkomst staan afspraken tussen de gemeente en het COA over de vestiging en ingebruikname van een opvanglocatie.
Het COA dient over de benodigde vergunningen te beschikken voordat een opvanglocatie in gebruik wordt genomen. De gemeente is door het ondertekenen van de bestuursovereenkomst niet gebonden deze vergunningen te verlenen, maar partijen komen overeen dat de gemeente zich zal inspannen voor een zorgvuldige en voortvarende vergunningverlening.
Het doel van de bestuursovereenkomst is:
1. Afspraken vastleggen over de vestiging van een opvanglocatie in de gemeente.
1.2 Inzichtelijk maken van elkaars wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden op de beleidsterreinen Onderwijs,
Gezondheidszorg en
Openbare orde en veiligheid, in relatie tot de opvanglocatie.
1. Afspraken vastleggen over de vestiging van een opvanglocatie
In de bestuursovereenkomst zijn afspraken opgenomen die nodig zijn voor het in gebruik nemen van de opvanglocatie. Daarbij valt te denken aan afspraken over welke locatie, of het een Opvangcentrum of Noodopvang betreft, het aantal bewoners, duur en welke wettelijke financiële uitkeringen beschikbaar worden gesteld (Faciliteitenbesluit).
Meer informatie over de praktische en financiële aspecten die de komst van een opvanglocatie met zich mee brengen, zoals communicatie, veiligheid, leefbaarheid, terugkeer en vertrek, bedrijfsvoering van het COA en ook over de uitkeringen en berekensystematiek van het Faciliteitenbesluit staan op de website van het COA xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxx-xxx-xx-xxxxxxxx
Aantal vreemdelingen en capaciteitsplaatsen
Voor het COA is het van belang om de bezetting in een opvanglocatie optimaal te kunnen gebruiken. Daarom worden in de Bestuursovereenkomst zowel het aantal vreemdelingen als het aantal capaciteitsplaatsen benoemd. Om het maximum aantal vreemdelingen te kunnen onderbrengen in de opvanglocatie, is het noodzakelijk om meer capaciteitsplaatsen beschikbaar te hebben. Zo kan het voorkomen dat een gezin bestaande uit vier personen in een wooneenheid met capaciteit voor vijf personen wordt geplaatst. De vijfde capaciteitsplaats blijft daardoor vacant. Daarom zijn meer capaciteitsplaatsen nodig dan het maximum aantal op te vangen vreemdelingen. Niet elke capaciteitsplaats zal in de praktijk bezet worden.
Voor het COA is de instroom leidend bij het plaatsen van vreemdelingen in opvanglocaties. Het COA maakt geen onderscheid naar nationaliteit, leeftijd, religie, seksuele geaardheid, achtergrond, etc.
Faciliteitenbesluit
Indien in een gemeente een opvangcentrum is gevestigd heeft de gemeente recht op uitkeringen volgens het Faciliteitenbesluit. Aan de gemeente wordt jaarlijks door het COA een uitkering verstrekt op basis van het aantal door asielzoekers permanent te bezetten capaciteitsplaatsen verminderd met het aantal op 1 januari van het uitkeringsjaar in de basisregistratie personen ingeschreven bewoners van het opvangcentrum.
Het Faciliteitenbesluit maakt voor de bekostiging onderscheid tussen artikel 3 en 4 (Opvangcentrum) en artikel 5 (Noodopvang). Onder Opvangcentrum vallen verschillende typen locaties1 zoals azc (asielzoekerscentrum), col (Centrale Ontvangstlocatie), pol (Procesopvanglocatie), HTL (Handhaving en Toezichtlocatie) en GL (Gezinslocatie).
Onder Noodopvang vallen Noodopvang en Aanvullende Opvang (AVO).
De soort opvanglocatie (Opvangcentrum of Noodopvang) wordt vastgelegd in artikel 2, tweede lid van de Bestuursovereenkomst.
2. Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid
Op bovengenoemde beleidsterreinen ligt de directe verantwoordelijkheid bij meerdere partijen. Dit is belangrijk om te constateren en te realiseren voor de komst van de opvanglocatie. Uitgangspunt is dat de voor de opvang van vreemdelingen benodigde voorzieningen en de te nemen maatregelen afdoende zijn geregeld in de bestaande wet- en regelgeving. Indien de regelgeving op een bepaald onderdeel niet afdoende blijkt te zijn en hierdoor een knelpunt kan ontstaan, dan kunnen het COA en de gemeente zich gezamenlijk inspannen dit aan te kaarten bij het verantwoordelijke Ministerie.
Onderwijs
In de Nederlandse leerplichtwet is opgenomen dat alle kinderen in de leerplichtige leeftijd naar school moeten. De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting en inrichting van de onderwijsvoorzieningen en handhaving van de leerplicht. De leerplicht geldt dus ook voor kinderen in de opvanglocatie. Vanaf het moment dat deze kinderen staan ingeschreven in de BRP heeft de gemeente de wettelijke taak de leerplicht van deze kinderen te handhaven.
Op grond van artikel 5a van het Faciliteitenbesluit kan de gemeente aanspraak maken op een uitkering verstrekt door het COA voor huisvesting van het basisonderwijs voor kinderen van de opvanglocatie.
Meer informatie over het organiseren van onderwijs aan asielzoekerskinderen staat op xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxx-xxxxxxxx.
Gezondheidszorg
Net als iedereen kunnen asielzoekers naar de huisarts, een verloskundige of het ziekenhuis. COA-medewerkers informeren asielzoekers over de Nederlandse gezondheidszorg en begeleiden minder zelfredzame bewoners bij hun gang naar de zorg. Op elk azc houdt een huisarts spreekuur. Met vragen over hun gezondheid kunnen de bewoners van een azc 24/7 bellen met een medisch contactcentrum.
GGD
Net als voor alle andere inwoners van Nederland is de GGD verantwoordelijk voor de publieke gezondheidszorg voor asielzoekers. Deze zorg omvat onder meer infectie- ziektepreventie en -bestrijding, gezondheidsvoorlichting en jeugdgezondheidszorg (JGZ). Ook voert de GGD bij aankomst in Nederland de verplichte controle op tuberculose uit, voor asielzoekers uit landen waar tbc veel voorkomt.
Meer informatie over gezondheidszorg staat op xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxx-xxxx-
aan-asielzoekers en xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxxx-xxx-xxxxxxxx-xxxx
Jeugdhulp
Sinds 1 januari 2019 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de jeugdhulp aan kinderen die in een opvanglocatie wonen en aan alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv). Gemeenten krijgen hiervoor een vergoeding op basis van het aantal kinderen in de Opvanglocatie.
Meer informatie over jeugdhulp staat op de website van de VNG xxxxx://xxx.xx/xxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Openbare orde en veiligheid
De burgemeester is op grond van de Gemeentewet verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente. De burgemeester en officier van justitie maken op grond van artikel 13 van de Politiewet in het driehoeksoverleg afspraken over de inzet van politie in de gemeente.
Het handhaven van de veiligheid binnen de opvanglocatie valt onder de verantwoordelijkheid van het COA. Indien incidenten binnen de opvanglocaties gevolgen kunnen hebben voor de openbare orde wordt door het COA in eerste instantie de politie geïnformeerd en indien nodig de burgemeester.
Om opvanglocaties veilig en leefbaar te houden, heeft het COA huisregels die asielzoekers in alle azc's moeten naleven. Laten zij hun medebewoners of COA- medewerkers niet in hun waarde of overtreden ze op een andere manier de huisregels? Dan treft het COA maatregelen. Strafbare feiten meldt het COA altijd bij de politie. Samen met de partners uit de bestuursrecht- en strafrechtketen treft het COA maatregelen tegen overlastgevers.
Uitgebreide informatie over veiligheid op een opvangcentrum staat op: xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxxx-xx-xxxx-xxxx en xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxx-xx-xxxxxxxxxxx.
Tussentijdse opzegging van de overeenkomst door COA
COA heeft een tussentijdse opzeggingsmogelijkheid zoals omschreven in artikel 4 lid 4. Deze opzegmogelijkheid ziet erop toe dat er als gevolg van onvoorziene ontwikkelingen zoals wetswijzigingen, geopolitieke ontwikkelingen met gevolgen voor migratiestromen en samenstellingen van deze stromen, een mogelijkheid is om de opvang tussentijds te beëindigen.