Overeenkomst van bruikleen
Overeenkomst van bruikleen
De navolgende personen en rechtspersonen, namelijk:
[NAW en telefoonnummer bruikleennemer / Organisatie, te dezen vertegenwoordigd door Naam, Functie, Adresgegevens en telefoonnummer bruikleennemer nader te noemen “bruikleennemer” enerzijds;
en
De gemeente Amsterdam, te dezen – krachtens volmacht van de burgemeester van Amsterdam – vertegenwoordigd door drs. X.X. xx Xxxxx MBA, directeur van het Stadsarchief Amsterdam, gevestigd te Xxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxxx, tot het aangaan van deze overeenkomst bevoegd krachtens het Bevoegdhedenbesluit ambtelijke organisatie Amsterdam, nader te noemen “de gemeente Amsterdam” anderzijds;
Zijn overeengekomen als volgt:
Artikel 1. Bruikleen
Bruikleengever geeft de objecten en/of archiefbescheiden, zoals gespecificeerd in de bij deze overeenkomst gevoegde bijlage 1, nader te noemen “het bruikleen”, in bruikleen aan bruikleennemer, gelijk bruikleennemer hierbij aanvaardt.
Artikel 2. Periode
1. Het bruikleen wordt aangegaan voor de volgende periode:
DATUM
a. Begindatum bruikleen:
DATUM
b. Einddatum bruikleen:
2. Indien bruikleennemer de periode van bruikleen zoals vastgesteld in het eerste lid wenst te verlengen, dient bruikleennemer hiertoe tijdig, maar uiterlijk 4 weken voor de einddatum zoals vastgesteld in lid 1, sub b, een schriftelijk verzoek te richten aan bruikleengever.
3. In geval aan dit verzoek wordt voldaan zal een aanvullende ‘Overeenkomst van verlenging van
bruikleen’ moeten worden opgesteld alvorens de verlenging kan ingaan.
Artikel 3. Doel
1. Het bruikleen wordt aangegaan met als doel het te presenteren in de tentoonstelling ,NAAM TENTOONSTELLING, van PERIODE TENTOONSTELLING.
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
2. a. De presentatie vindt plaats op de volgende locatie: Naam gebouw:
Adres gebouw:
Plaats gebouw:
Telefoonnummer gebouw:
VOER GEGEVENS IN
VOER GEGEVENS IN
b. De contactpersoon op deze locatie is: Naam:
Telefoonnummer:
VOER GEGEVENS IN
E-mail:
3. Bruikleennemer verplicht zich de in het tweede lid, sub a, genoemde locatie niet te wijzigen, tenzij bruikleengever hiertoe schriftelijk toestemming heeft verleend.
4. Indien één of meer objecten en/of archiefbescheiden van het bruikleen, niet geëxposeerd worden, dient bruikleennemer bruikleengever daarvan onverwijld in kennis te stellen. In overleg met bruikleengever zal het bruikleen eventueel nog vóór de einddatum van het bruikleen, zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, sub b, van deze overeenkomst, door bruikleennemer aan bruikleengever geretourneerd worden.
5. Bruikleennemer verplicht zich het bruikleen niet aan derden over te dragen, noch aan derden af te staan.
Artikel 4. Gebruik
1. Het bruikleen dient in de toestand, waarin zij door bruikleengever aan bruikleennemer beschikbaar wordt gesteld, te worden geëxposeerd.
2. Voor een in bruikleen te nemen object wordt een standaard handling fee van €125,- per object
gerekend.
3. Indien restauratie- en/of conserveringswerkzaamheden nodig zijn om het bruikleen tentoon te stellen, en indien deze werkzaamheden niet noodzakelijk zijn voor een correct en efficiënt beheer van die objecten en/of archiefbescheiden door bruikleengever, dan worden de kosten voor deze werkzaamheden in rekening gebracht aan bruikleennemer.
4. De omstandigheden waaronder het bruikleen door bruikleennemer wordt geëxposeerd moeten voldoen aan de volgende voorwaarden:
- de relatieve luchtvochtigheid waaraan de objecten en/of archiefbescheiden worden blootgesteld mag niet hoger zijn dan 55% en niet lager dan 45%,
- de temperatuur waaraan de objecten en/of archiefbescheiden worden blootgesteld mag niet lager zijn dan 18°C en niet hoger dan 21°C,
- de lichtsterkte waaraan de objecten en/of archiefbescheiden worden blootgesteld mag per object of archiefstuk niet meer bedragen dan 50 lux,
- de ultraviolette straling waaraan de objecten en/of archiefbescheiden worden blootgesteld mag niet hoger zijn dan 75 micro-Watt per lumen,
- de objecten en/of archiefbescheiden moeten beschermd worden tegen de invloed van schadelijke stoffen, ongedierte en schimmels.
5. Bruikleengever en/of door bruikleengever daartoe gemachtigde personen zijn te allen tijde gerechtigd het bruikleen te bezichtigen, evenals erop toe te zien dat het bruikleen door bruikleennemer passend wordt beheerd en gepresenteerd.
6. Het is bruikleennemer niet toegestaan het bruikleen te reproduceren, tenzij in deze overeenkomst anders is bepaald.
7. Bij alle voor het publiek bestemde aanwijzingen, zoals in catalogi of op tekstbordjes, dient bruikleennemer de naam van bruikleengever te vermelden als: Stadsarchief Amsterdam. Tevens dient de naam te worden vermeld van het archief of de collectie waarvan het bruikleen deel uitmaakt binnen de collectie van bruikleengever.
8. Bruikleennemer verplicht zich om één exemplaar van de tentoonstellingscatalogus kosteloos aan bruikleengever toe te zenden. Namens bruikleengever treedt terzake deze verplichting die persoon als contactpersoon op, zoals die is vastgelegd in artikel 10 van deze overeenkomst.
9. Indien het bruikleen, door bruikleennemer niet wordt gebruikt voor het doel waarvoor bruikleengever het in bruikleen heeft gegeven, zoals vastgelegd in artikel 3 van deze overeenkomst, of indien deze anderszins niet volgens de bepalingen zoals vastgelegd in deze overeenkomst worden gebruikt, behoudt bruikleengever zich het recht voor het bruikleen onmiddellijk en onherroepelijk terug te eisen van bruikleennemer.
Artikel 5. Afgifte, ontvangst en inname
1. De afgifte van het bruikleen door bruikleengever aan bruikleennemer, vindt plaats op de begindatum van het bruikleen zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, sub a, van deze overeenkomst.
2. In geval blijkt dat de conditie van het bruikleen transport of een verblijf elders dan in het Stadsarchief Amsterdam niet toestaat, mag bruikleengever ook na het sluiten van deze overeenkomst afgifte daarvan weigeren.
3. De inname van het bruikleen van bruikleennemer door bruikleengever, vindt plaats op de einddatum van het bruikleen zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, sub b, van deze overeenkomst, tenzij die einddatum door verlenging is gewijzigd, in welk geval de inname plaats vindt op de einddatum zoals vastgesteld in de daartoe opgestelde ‘Overeenkomst van verlenging van
bruikleen’.
4. Bij de inname van het bruikleen van bruikleennemer door bruikleengever, dient het bruikleen in dezelfde staat te verkeren als het geval was bij afgifte door bruikleengever aan bruikleennemer.
5. Bij zowel afgifte als inname van het bruikleen wordt door beide partijen in tweevoud voor ontvangst dan wel afgifte getekend.
Artikel 6. Vervoer
1. Het vervoer van het bruikleen vindt, zowel heen als terug, plaats per auto en/of vliegtuig en onder verantwoordelijkheid van bruikleennemer.
2. Bruikleengever bepaalt de wijze van verpakking voor het bruikleen evenals de transportcondities daarvoor van en naar bruikleennemer.
3. Bij retourzending moet het bruikleen door bruikleennemer op dezelfde wijze verpakt worden als het geval was bij afgifte door bruikleengever aan bruikleennemer.
4. Eventuele kosten die gepaard gaan met het vervoer van het bruikleen komen voor rekening van bruikleennemer.
5. Bruikleengever behoudt zich het recht voor in bijzondere gevallen het transport van het bruikleen te begeleiden op kosten van bruikleennemer.
Artikel 7. Verzekering
1. Het bruikleen dient door en voor rekening van bruikleennemer van spijker tot spijker verzekerd te worden, zowel tijdens het vervoer heen en terug als voor de periode van bruikleen zoals vastgelegd in artikel 2, lid 1, tegen de door bruikleengever opgegeven geldwaarde, zoals gespecificeerd in de bij deze overeenkomst gevoegde bijlage 1.
2. Indien een aanvullende ‘Overeenkomst van verlenging van bruikleen’ is opgesteld en is
overeengekomen wordt de in het eerste lid bedoelde periode van bruikleen verlengd tot de einddatum van het bruikleen zoals vastgesteld in die ‘Overeenkomst van verlenging van
bruikleen’.
3. De verzekering voor het bruikleen dient door en voor rekening van bruikleennemer te worden
afgesloten, op basis van een ‘all-risk’ overeenkomst en vanaf het ogenblik dat het bruikleen van zijn plaats in het Stadsarchief Amsterdam wordt weggenomen tot en met het ogenblik waarop zij zich weer op zijn plaats in het Stadsarchief Amsterdam bevinden, of op een door bruikleengever aangewezen plaats.
4. Bruikleennemer zal alle informatie met betrekking tot de verzekerde waarde als strikt vertrouwelijk beschouwen en geen gegevens hieromtrent aan derden ter beschikking stellen, behoudens voor zover deze bekend dienen te worden.
5. Bruikleennemer zal de bruikleengever desgevraagd inzage geven in de polissen en hem kwitanties tonen.
Artikel 8. Beveiliging, vermissing en beschadiging
1. Bruikleennemer is verplicht het bruikleen tegen brand, inbraak, diefstal, vermissing of beschadiging te beveiligen volgens de binnen musea gangbare algemene normen van goed beheer.
2. Bruikleennemer is verplicht aanwijzingen van bruikleengever met betrekking tot de verplichting uit het vorige lid op te volgen.
3. In geval van vermissing of beschadiging van het bruikleen dient bruikleennemer de bruikleengever daarvan onverwijld in kennis te stellen.
4. In sommige gevallen moet een conditierapport opgesteld worden voordat het bruikleen wordt overgebracht naar de bruikleennemer. Dit rapport dient door beide partijen te worden ondertekend.
5. Indien bruikleengever daarom verzoekt, is bruikleennemer verplicht terzake het bruikleen ten behoeve van de bruikleengever een schriftelijk conditierapport op te stellen, op de wijze als door bruikleengever aangegeven.
6. De kosten van het herstellen van gebreken en/of beschadigingen aan de objecten en/of archiefbescheiden, zoals gespecificeerd in de bij deze overeenkomst gevoegde bijlage 1,het bruikleen anders dan die ontstaan door de tand des tijd, komen voor rekening van bruikleennemer.
7. Indien bruikleengever en bruikleennemer het niet eens zijn over de hoogte van de kosten wordt op kosten van bruikleennemer, en met instemming van zowel bruikleengever als bruikleennemer, een onafhankelijke derde gevraagd een voor beide partijen bindende kostentaxatie op te stellen.
8. Uit het bruikleen of uit de naleving van de hier boven genoemde bepalingen, of van andere bepalingen zoals vastgelegd in deze overeenkomst, kan voor de bruikleennemer geen recht op restitutie of vergoeding van reeds geleden of nog te lijden schade ontstaan, ongeacht de oorzaak van die schade.
Artikel 9. Duur overeenkomst
1. Deze overeenkomst is aangegaan voor de tijdsduur zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, van deze overeenkomst.
2. Indien de genoemde einddatum van het bruikleen, zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, sub b, van deze overeenkomst door verlenging is gewijzigd, is de einddatum zoals vastgesteld in de ‘Overeenkomst van verlenging van bruikleen’ mede op deze overeenkomst van toepassing.
3. Zowel bruikleennemer als bruikleengever verklaren dat zij zich realiseren met het sluiten van deze overeenkomst slechts een ‘voorovereenkomst’ aan te gaan, aangezien de begindatum van het bruikleen, zoals vastgesteld in artikel 2, lid 1, sub a, de datum is dat de eigenlijke overeenkomst van bruikleen definitief tot stand komt door overhandiging van het bruikleen van bruikleengever aan bruikleennemer.
4. Ongeacht het in deze overeenkomst bepaalde kan het bruikleen te allen tijde en zonder opgave van reden onmiddellijk en onherroepelijk door bruikleengever van bruikleennemer worden teruggeëist.
Artikel 10. Contactpersonen
VOER GEGEVENS IN
1. Namens bruikleengever treedt met betrekking tot onderhavige overeenkomst de volgende persoon als contactpersoon op:
Naam:
VOER GEGEVENS IN
Telefoonnummer:
VOER GEGEVENS IN
E-mail:
Postadres: Stadsarchief Amsterdam Postbus 51140
1007 EC Amsterdam
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
VOER GEGEVENS IN |
2. Namens bruikleennemer treedt met betrekking tot onderhavige overeenkomst de volgende persoon als contactpersoon op:
Naam:
Telefoonnummer:
E-mail:
Postadres:
Artikel 11. Toepasselijk recht, beslechting conflicten
1. Op deze overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing.
2. In geval van een geschil over de uitvoering van deze overeenkomst, trachten partijen in minnelijk overleg tot een oplossing te komen.
3. Indien partijen daarin niet slagen, wenden zij zich tot een bemiddelaar aan wie het geschil wordt voorgelegd.
4. Indien bemiddeling niet tot een oplossing leidt dan wel een van de partijen zich niet neerlegt bij dan wel geen uitvoering geeft aan de beslissing van de bemiddelaar, legt de meest gerede partij het geschil voor aan de burgerlijke rechter in het arrondissement Amsterdam.
Aldus overeengekomen en opgemaakt in tweevoud, te
Amsterdam, | Amsterdam, DATUM |
NAAM DIRECTEUR | drs. X.X. xx Xxxxx MBA |
FUNCTIE EN BEDRIJFSNAAM | Directeur Stadsarchief Amsterdam |
Bijlage 1
VOEG GEGEVENS BIJLAGE TOE INCL. VERZEKERINGSWAARDE