RICHTLIJNEN VOOR DE OPZET VAN EEN UITGEWERKTE AANVRAAG PIJLER VITAAL
RICHTLIJNEN VOOR DE OPZET VAN EEN UITGEWERKTE AANVRAAG PIJLER VITAAL
Algemeen
· Subsidieaanvragen dienen in het Nederlands (bijvoorkeur) of in het Engels te worden opgesteld.
· Subsidieaanvragen die niet voldoen aan de randvoorwaarden zoals geformuleerd in de brochure call for proposal worden niet in behandeling genomen en zullen als niet ontvankelijk worden verklaard. Neem bij vragen over deze voorwaarden contact op met de programmasecretaris.
Een aanvraag bestaat uit de volgende delen:
· ProjectNet tabbladen met de feitelijke gegevens over uw aanvraag en het inhoudelijke voorstel (de vragen 1 t/m 18).
· Aanvullende vragen (de vragen 19 t/m 24) als bijlage 1 in pdf-format1.
· Gespecificeerde begroting als bijlage 2 in pdf-format.
· Steunbrieven van de partners als bijlage 3 in pdf-format.
Andere bijlagen dan de gevraagde worden niet in behandeling genomen.
Steunbrief van (potentiële) gebruiker
De brief/brieven ter bevestiging van de door de partners te leveren bijdragen aan de projecten moeten als bijlage(n) bij de aanvraag worden gevoegd. In de brief/brieven moet expliciet de toegezegde financiële dan wel de gekapitaliseerde materiële en/of personele bijdrage worden vermeld. De brief/brieven moeten zijn ondertekend door een tekenbevoegd persoon en op briefpapier van de partner(s) zijn geprint.
ProjectNet
1. Aanvrager
De hoofdaanvrager dient de aanvraag in.
2. Project
Hier voert u titel, projecttype, duur van het project, taal project en de geplande startdatum van het project.
3. Aandachtsgebied
Vermeld het aandachtsgebied binnen pijler Vitaal waarbinnen naar uw mening uw subsidieaanvraag het best past. U heeft daarbij keuze uit één of meer van de volgende aandachtsgebieden:
• Stimuleren sportieve / actieve leefstijl
• Preventie en curatie van sportgerelateerde gezondheidsproblemen
• Sport en bewegen als therapie
Wanneer uw subsidieaanvraag betrekking heeft op meer dan een aandachtsgebied, geef dan aan om welke aandachtsgebieden het gaat in volgorde van meest van toepassing naar minder van toepassing.
Xxxxxxx tevens of uw subsidieaanvraag betrekking heeft op de pijler Vitaal, Meedoen en/of Presteren
1 Om de aanvraaggegevens in het pdf-bestand goed te kunnen verwerken, mogen de pdf-bestanden op geen enkele wijze beveiligd zijn.
4. Samenvatting
Geef een korte samenvatting van de subsidieaanvraag.
5. Projectgroepleden
Projectgroepleden en medeaanvragers voert u onder dit punt op. Hier bent u verplicht twee projectgroepleden toe te voegen: één lid met als rol ‘Projectleider en penvoerder’ en een projectlid als ‘Bestuurlijk verantwoordelijke’. De bestuurlijk verantwoordelijke en de hoofdaanvrager dienen een aanstelling te hebben bij een Nederlandse Universiteit / UMC of hogeschool of het Mulier instituut. Wanneer u een aanvraag indient voor een onderzoeksprojecten met een maximaal aan te vragen subsidiebedrag van € 500.000, is het verplicht (een) medeaanvrager(s) op te voeren.
6. Samenwerking
Vermeld hier de consortium partners (potentiële gebruikers) met wie u in dit onderzoek samenwerkt (zie ook vraag 21).
7. Co financiers
Geef aan wie de cofinanciers voor uw project zijn en vult u het bedrag per cofinancier in. U dient hier alle financiële steun uit andere bronnen te omschrijven. De geldende regels ten aanzien van de cofinancieringeis van ten minste 30% zie het document ‘Toelichting cofinanciering’ te ontvangen via de mail.
8. ZonMw begroting
Vermeld het bedrag wat u bij ZonMw aanvraagt, dit is exclusief cofinanciering. Bij een subsidieaanvraag bent u verplicht om een uitgebreide begroting toe te voegen. Het begrotingsformulier is te downloaden via xxx.xxxxx.xx/xxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxx (zie verder onder bijlagen ‘uitgebreide begroting’).
9. Probleemstelling
Geef een heldere omschrijving van waar de aanvraag betrekking op heeft en de achtergrond of context ( theoretisch kader). Xxxxxx ook aandacht aan originaliteit en/of innovativiteit, positionering in (inter)nationaal wetenschappelijk onderzoekskader, doelgroep en de relevante verschillen naar geslacht, leeftijd, etnische achtergrond en/of andere relevante kenmerken.
10. Doelstelling
Beschrijf helder, concreet en bondig wat het project beoogt.
11. Relevantie
Benoem expliciet de relevantie van het voorgestelde onderzoek, en geef daarbij een aanduiding van de aansluiting op de praktijk en het belang van het onderzoek. Maak duidelijk wat het vernieuwende of innovatieve karakter van het project is, qua inhoud en/of qua aanpak. Licht toe dat er geen doublures zijn met reeds lopende of verrichte projecten.
12. Kennisoverdracht / implementatie / bestendiging
a) Geplande wetenschappelijke producten
Vermeld zo concreet mogelijk welke onderzoeksresultaten worden beoogd, op welke termijn en op welke wijze deze worden gepubliceerd / gecommuniceerd.
Het gaat hierbij nadrukkelijk alleen om de verspreiding van de onderzoeksresultaten binnen de academische wereld.
b) Valorisatieplan
Beschrijf welke onderzoeksresultaten / producten / innovaties worden beoogd, op welke termijn en wat de mogelijkheden voor implementatie zijn. Voeg een tijdschema toe. Geef tevens aan wat de meerwaarde ervan is ten opzichte van bestaande kennis en/of interventies/producten.
Beschrijf ook de rol van de (potentiële) gebruikers rond het formuleren van de onderzoeksvraag, bij het opstellen van het valorisatieplan, bij de verspreiding van en communicatie over de onderzoeksresultaten en bij of voorafgaand aan de definitieve rapportage van het onderzoek. Het valorisatieplan dient ook een overzicht te bevatten van de daarmee gemoeide kosten. Deze vormen ten minste vijf procent van het totale
projectbudget, dus inclusief de bijdrage van de partner(s). Bij het opstellen van het valorisatieplan kan gebruik worden gemaakt van de aanpak van de Kennistransfer Sportgezondheid (KTS) van de Vereniging van Sportgeneeskunde.
13. Plan van aanpak
Beschrijf de gekozen aanpak (methoden en analyses) waarmee de beoogde vraag- of taakstelling beantwoord wordt, inclusief de theoretische en/of empirische onderbouwing. Xxxxxx daarbij ook aandacht aan de samenhang van het onderzoek en de onderdelen daarbinnen, en tussen de afzonderlijke onderdelen onderling en haalbaarheid van het project. Indien van toepassing omschrijft u de interventie, de (primaire en secundaire) uitkomstmaten, de berekening van de steekproefgrootte en de analyse van de verkregen gegevens. Vermeld tenslotte of aan diversiteit (o.a. leeftijd, geslacht, etniciteit) aandacht wordt besteed, en waarom wel of niet.
14. Expertise
Geef de deskundigheid van de verschillende betrokken projectgroepleden die voortvloeit uit inhoudelijke, praktische of methodologische ervaring die van belang is om het project tot een goed einde te brengen. Van belang is ook de vertrouwdheid met het specifieke terrein. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling dat u een uitputtend curriculum vitae aanlevert. U dient zich te beperken tot die aangelegenheden die voor het beoordelen van deze aanvraag van belang zijn.
15. Publicaties
Vermeld een selectie van maximaal 10 (top-)publicaties van de aanvrager(s).
16. Referenties
Geef de belangrijkste (maximaal 10) sleutelpublicaties uit de (inter)nationale literatuur die betrekking hebben op de thematiek van het voorgestelde onderzoek.
17. Bijzondere gegevens
Geef voor het project aan of goedkeuring nodig is van een (erkende) medisch-ethische toetsingscommissie (METC). Ook kunt u aankruisen of een vergunning volgens de Wet Bevolkingsonderzoek van toepassing is en of deze al is verkregen.
18. Overig
Eerder en toekomstige indiening
Wanneer u het voorstel al eerder bij XxxXx heeft ingediend of nog gaat indienen, moet u dat hier aangeven. Vermeld daarbij het desbetreffende programma, het indieningsjaar en het dossiernummer (indien bekend).
Wanneer u het huidige voorstel ook elders - bijv. bij SIA/Raak - hebt ingediend, of nog gaat indienen, moet u daarvan eveneens melding maken. Geef de datum aan waarop u een definitief besluit verwacht en van welke organisatie.
Bijlage 1 ‘Aanvullende informatie (vragen 19-24) bij de subsidieaanvraag
Bijlage 1 mag niet langer zijn dan 2 A4, in een standaard font (minimaal 11 pt).
19. Werkplan
Specificeer en faseer het werkplan voor de beoogde subsidieduur in een overzichtelijk schema met tijdsplanning. Vermeld tevens de namen van de onderzoekers die geacht worden de producten te leveren. In het geval van promotieonderzoek moet een planning tot promotie worden aangegeven (binnen de aanstellingsperiode!).
20. Institutionele setting
Geef aan in welke Nederlandse setting het onderzoek zal worden uitgevoerd. Het gaat daarbij om de setting van de hoofdaanvrager (universiteit, HBO, Mulier instituut) en – indien aan de orde – de setting van medeaanvragers, als deze een andere is dan die van de hoofdaanvrager. U kunt volstaan met het vermelden van de naam van de desbetreffende onderzoekschool, het onderzoeksinstituut of de leerstoelgroep.
21. Consortium
Vermeld in tabelvorm de vertegenwoordigers van de (potentiële) gebruikers in het voorgestelde onderzoek participeren en op welke manier zij daaraan bijdragen. Xxxxxxx vervolgens ook de vertegenwoordigers van de (potentiële) gebruikers in het consortium, met voorletters, titels en hun affiliatie.
Wanneer er sprake is van samenwerking tussen onderzoekers uit (a) verschillende disciplines en (b) verschillende –typen- onderzoeksinstellingen (verplicht bij onderzoeksprojecten met een maximaal aan te vragen subsidiebedrag van € 500.000), moet duidelijk vermeld worden om welke disciplines en onderzoeksinstellingen het gaat.
22. Intellectueel eigendom
Vermeld hier, indien van toepassing, alle voor het onderzoeksvoorstel relevante informatie
m.b.t. het IE-beleid van XxxXx.
a) Contracten / Contracts
Vermeld hier bestaande relevante contracten en/of overeenkomsten met derden.
b) Patenten / Patents
Geef hier een overzicht van relevante octrooien en/of octrooiaanvragen van betrokkenen en/of derden.
23. Publiekssamenvatting
U wordt gevraagd een lekensamenvatting op te stellen. Het gaat om een Nederlandse tekst van maximaal 250 woorden. In geval van subsidietoekenning kan deze tekst door XxxXx tevens voor publicitaire doeleinden worden gebruikt.
24. Andere initiatieven
Vermeld of uw subsidieaanvraag aansluit bij - en zo ja welke - andere initiatieven, waaronder de topsectoren.
Bijlage 2 ‘Gespecificeerde begroting’ bij de subsidieaanvraag
Gebruik voor het vermelden van de aan te vragen budget het begrotingsformulier voor uw type instelling die te downloaden is via xxx.xxxxx.xx/xxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.
Het bevat de onderdelen personeel, materieel, implementatiekosten, overige kosten en bijdragen van derden. Een handtekening van de hoofdaanvrager en de financieel verantwoordelijke van uw instelling is nodig.
In het budget vermeldt u:
- voor de gehele subsidieduur de aangevraagde personele en materiële middelen;
- de (omvang van de) bijdragen van de externe partner(s)
Voorts wordt u gevraagd:
a) alle aangevraagde middelen te motiveren. Kosten die samenhangen met de disseminatie en communicatie van de onderzoekresultaten hoeven niet meer te worden gemotiveerd indien dat al onder 12b is gebeurd. U dient ze echter wel in de tabel te vermelden als onderdeel van de implementatiekosten.
b) te beschrijven waaruit de bijdragen van de partner(s) bestaan.
Het budget aangegeven in uw projectidee is bepalend voor het aan te vragen budget in de subsidieaanvraag. Een stijging van meer dan 15% is niet toegestaan tenzij het advies dat u ontvangt bij uw projectidee aanleiding geeft tot grotere uitbreiding van het budget.
Toelichting op de begroting:
Alleen kosten die uitsluitend en rechtstreeks aan het onderzoeksvoorstel zijn verbonden kunnen bij ZonMw worden aangevraagd.
Voor wat betreft de personele middelen worden de volgende gegevens gevraagd: de aard (postdoc, aio, embedded research, (vervangings)subsidie onderzoeker), de duur en de omvang van de aanstelling (in fte). Zie het contract van de VSNU en NWO ‘Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek 2008’ en het addendum NFU en ZonMw op deze akkoord bekostiging voor de standaardbedragen voor een aio, een postdoc en (arts)onderzoeker. Deze bedragen zijn exclusief de benchfee.
In het geval van een overschrijding van het maximum van de begroting (€ 650.000, waarvan €
500.000 aan XxxXx gevraagde subsidie) dient dit in de aanvraag kort toegelicht te worden en dient de instelling (of een derde partij) bij indiening van de aanvraag te garanderen dat zij de overschrijding voor haar rekening neemt. Deze garantie kan door middel van een per post gestuurde geautoriseerde en ondertekende brief.
Ten aanzien van de subsidie voor materiële kosten van aio’s en postdocs (uitsluitend voor nieuwe aanstellingen, niet voor zittend personeel) wordt een benchfee ter beschikking gesteld tot een maximum van € 5.000 voor de gehele projectperiode voor kosten die direct gerelateerd zijn aan het onderzoek.
De benchfee is bedoeld voor promotiekosten en (buitenlands) congresbezoek. De benchfee is bestemd voor de projectuitvoerder, maar wordt ter beschikking gesteld aan de projectleider. De uitvoerder heeft er dus recht op. De aanwending van de benchfee dient overlegd te worden tussen projectleider en projectuitvoerder. Voor promovendi is de tegemoetkoming in de drukkosten van het proefschrift in de benchfee opgenomen. Hierdoor kunnen promovendi op dit type projecten geen aanspraak meer maken op aparte vergoedingen voor drukkosten van het proefschrift. De benchfee kan echter naar eigen inzicht van projectleider-projectuitvoerder worden aangewend.