INFORMATIEVERSCHAFFING OVER DUURZAAMHEID
INFORMATIEVERSCHAFFING OVER DUURZAAMHEID
CARMIGNAC PORTFOLIO PATRIMOINE
OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 10 (VERORDENING (EU) 2019/2088 – NIVEAU II)
Samenvatting
Dit Subfonds promoot ecologische en/of sociale kenmerken (E/S-kenmerken) overeenkomstig artikel 8 van de Verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector (de Sustainable Finance Disclosure Regulation of "SFDR").
Het Subfonds promoot ecologische en sociale kenmerken door het best-in-universe-principe en best- effort-principe toe te passen om op duurzame wijze te beleggen door een vierpijlerstrategie – 1) ESG- integratie, 2) negatieve screening, 3) positieve screening op basis van afstemming op de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN en 4) actief stewardship – te hanteren om ecologische en sociale kenmerken te promoten.
Het Subfonds heeft duurzame beleggingen in portefeuille, waarbij minimaal 10% van de netto-activa van het Subfonds wordt belegd in aandelen van bedrijven waarvan ten minste 50% van de omzet afkomstig is van of die ten minste 50% van hun CAPEX investeren in bedrijfsactiviteiten die een positieve bijdrage leveren aan een van de volgende 9 voor dit Subfonds geselecteerde (van de in totaal 17) duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (de "Duurzameontwikkelingsdoelstellingen"): (1) Geen armoede, (2) Geen honger, (3) Goede gezondheid en welzijn, (4) Kwaliteitsonderwijs, (6) Schoon water, (7) Betaalbare en duurzame energie, (9) Industrie, innovatie en infrastructuur, (11) Duurzame steden en gemeenschappen, en (12) Verantwoorde consumptie en productie. In het kader van die doelstelling streeft dit Subfonds ernaar ten minste 1% duurzame beleggingen met een milieudoelstelling en 3% duurzame beleggingen met een sociale doelstelling te doen.
Het beleggingsuniversum wordt beoordeeld op ESG-risico's en -kansen die zijn vastgelegd in het door Xxxxxxxxx ontwikkelde ESG-platform "START" (System for Tracking and Analysis of a Responsible Trajectory). De niet-financiële analyses worden in de beleggingsstrategie geïmplementeerd door de hieronder beschreven activiteiten uit te voeren, waarbij het beleggingsuniversum van het Subfonds actief met ten minste 20% wordt gereduceerd.
De negatieve screening en uitsluiting van niet-duurzame activiteiten en praktijken die tot uiting komen in lage ESG-scores van START, MSCI en/of ISS en onderzoek worden uitgevoerd op basis van de volgende indicatoren: (a) praktijken die schadelijk zijn voor de samenleving en het milieu, (b) controverses ten aanzien van de OESO-richtsnoeren voor bedrijven en de beginselen van het Global Compact van de VN,
(c) controversiële wapens, (d) activiteiten gerelateerd aan steenkoolwinning, (e) energiebedrijven die geen doelstellingen voor afstemming op de Overeenkomst van Parijs hanteren, (f) bedrijven die betrokken zijn bij de productie van tabak, (g) bedrijven die betrokken zijn bij de productie van pornografisch materiaal.
Vanuit het oogpunt van actief stewardship worden milieu- en sociaal gerelateerde engagementactiviteiten bij bedrijven uitgevoerd om het duurzaamheidsbeleid van de betreffende bedrijven te verbeteren (actief engagement en stembeleid, aantal engagementactiviteiten en mate van verwezenlijking van de doelstelling van 100% deelname aan aandeelhouders- en obligatiehoudersvergaderingen).
Alle beleggingen van het Subfonds worden aan de hand van een controversescreening onderzocht op naleving van de wereldwijde normen voor milieubescherming, mensenrechten, arbeidsomstandigheden en corruptiebestrijding. Daarnaast heeft het Subfonds zich ertoe verbonden de belangrijkste ongunstige effecten van zijn beleggingsbeslissingen in aanmerking te nemen, waarbij 14 verplichte en 2 optionele
ecologische en sociale indicatoren en indien relevant 2 indicatoren voor beleggingen in overheden worden gecontroleerd, zoals opgenomen in Bijlage 1 bij de SFDR Niveau II 2019/2088.
Dit Subfonds gebruikt de volgende duurzaamheidsindicatoren om de verwezenlijking van de duurzaamheidsdoelstelling te meten:
• de afstemming op de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen,
• de dekkingsgraad van de ESG-analyse,
• de mate waarin het universum van aandelen en bedrijfsobligaties wordt gereduceerd (minimaal 20%),
• de indicatoren voor de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen,
• de deelname aan stemmingen in het kader van actief stewardship.
Meer informatie over de methodologie voor het monitoren van bovenstaande indicatoren is verderop in dit document te vinden.
Het beleggingsteam draagt de eindverantwoordelijkheid voor de interne ESG-beoordeling. De automatisch berekende START-score wordt bepaald op basis van een intern ontwikkelde formule die bedrijven vergelijkt binnen 90 categorieën op basis van kapitalisatiegrootte, sector en regio. Tijdens de interne analyse en in de toelichting van de financieel of ESG-analist kan die score naar boven of beneden worden bijgesteld. Het team Duurzaam Beleggen controleert de aanpassingen van de START-scores op scheeftrekkingen, frequentie en coherentie.
Alle uitsluitingen op basis van sector en controverses zijn harde uitsluitingen. Het team Duurzaam Xxxxxxxx rapporteert rechtstreeks aan de Managing Director van Carmignac UK Branch.
Het Subfonds gebruikt verschillende databronnen, die worden gebundeld in het door Xxxxxxxxx ontwikkelde ESG-systeem START. De databronnen zijn FactSet voor omzetgegevens, bedrijfspublicaties voor CAPEX-gegevens, S&P Trucost voor gegevens over koolstofuitstoot, TR Refinitiv voor onbewerkte ESG-gegevens over bedrijven, MSCI en ISS ESG voor de screening op controversieel gedrag, het Global Compact van de VN, de OESO-richtsnoeren voor bedrijven en de mensenrechten. Het intern ontwikkelde scoreproces voor staatsobligaties maakt gebruikt van overheidsgerelateerde gegevens van instellingen zoals de Wereldbank en het IMF, die voor iedereen toegankelijk zijn.
Het duurzaamheidsrisico van het Subfonds kan verschillen van het duurzaamheidsrisico van de referentie-indicator.
Wat methodologie betreft vormen de duurzameontwikkelingsdoelstellingen slechts een van de raamwerken waarmee we positieve resultaten inzichtelijk kunnen maken. Andere raamwerken schetsen mogelijk een ander beeld.
De verwezenlijking van de ecologische en sociale kenmerken en duurzame beleggingen wordt doorlopend gewaarborgd via monitoring en controles en wordt maandelijks gepubliceerd op de internetpagina van het Subfonds.
Het Subfonds heeft geen referentiebenchmark aangewezen om het behalen van de duurzame beleggingsdoelstelling aan te tonen.
Geen duurzame beleggingsdoelstelling
Dit financiële product promoot ecologische of sociale kenmerken, maar heeft geen duurzame beleggingsdoelstelling.
Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product
Het Subfonds past het best-in-universe-principe en best-effort-principe toe om op duurzame wijze te beleggen door een vierpijlerstrategie – 1) ESG-integratie, 2) negatieve screening, 3) positieve screening,
4) actief stewardship – te hanteren om ecologische en sociale kenmerken te promoten.
Het Subfonds heeft duurzame beleggingen in portefeuille, waarbij minimaal 10% van de netto-activa van het Subfonds wordt belegd in aandelen van bedrijven die aan het hiervoor vermelde criterium van afstemming op de duurzameontwikkelingsdoelstellingen voldoen.
Het Subfonds heeft geen referentiebenchmark aangewezen om de ecologische en sociale kenmerken te verwezenlijken.
Beleggingsstrategie
Het Subfonds hanteert een maatschappelijk verantwoorde aanpak op basis van een best-in-universe- en best-effort-selectieproces en zowel positieve als negatieve screening om bedrijven en overheden te identificeren die aan de criteria voor duurzame groei op lange termijn voldoen.
Het Subfonds heeft duurzame beleggingen in portefeuille, waarbij minimaal 10% van de netto-activa van het Subfonds wordt belegd in aandelen van bedrijven waarvan ten minste 50% van de omzet afkomstig is van of die ten minste 50% van hun CAPEX investeren in bedrijfsactiviteiten die een positieve bijdrage leveren aan een van de volgende 9 voor dit Subfonds geselecteerde (van de in totaal 17) duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (de "Duurzameontwikkelingsdoelstellingen"): (1) Geen armoede, (2) Geen honger, (3) Goede gezondheid en welzijn, (4) Kwaliteitsonderwijs, (6) Schoon water, (7) Betaalbare en duurzame energie, (9) Industrie, innovatie en infrastructuur, (11) Duurzame steden en gemeenschappen, en (12) Verantwoorde consumptie en productie. In het kader van die doelstelling streeft dit Subfonds ernaar ten minste 1% duurzame beleggingen met een milieudoelstelling en 3% duurzame beleggingen met een sociale doelstelling te doen.
Het beleggingsuniversum wordt beoordeeld op ESG-risico's en -kansen die zijn vastgelegd in het door Xxxxxxxxx ontwikkelde ESG-platform "START" (System for Tracking and Analysis of a Responsible Trajectory). De niet-financiële analyses worden in de beleggingsstrategie geïmplementeerd door de hieronder beschreven activiteiten uit te voeren, waarbij het beleggingsuniversum van het Subfonds in aandelen en bedrijfsobligaties actief met ten minste 20% wordt gereduceerd. Het volledige proces van reductie van het beleggingsuniversum is te vinden in de betreffende Transparantiecode op de website van Carmignac.
(1) Het Subfonds past een bindende negatieve screening op bedrijfsniveau en op basis van normen toe om bepaalde sectoren en activiteiten uit te sluiten, zoals beschreven in de rubriek Methodologieën hierna.
(2) Bedrijven met hoge ESG-risico's die tot uiting komen in hun ESG-rating, worden eveneens uitgesloten. Bij deze screening worden de ESG-ratings van zowel START als MSCI gebruikt. Aandelenposities met een MSCI-rating op milieu- of sociale criteria van minder dan 1,4, obligatieposities met een MSCI-rating op milieu- of sociale criteria van minder dan 2,5 of posities met een algemene MSCI-rating van "B" of "CCC"
zijn a priori uitgesloten van het beleggingsuniversum van het Subfonds. Bedrijven met een rating van "C" of hoger in START (op een schaal van "A" tot "E") kunnen opnieuw worden geïntegreerd in het Subfonds. Na die screenings en uitsluitingen is het initiële beleggingsuniversum (dat bestaat uit circa 2800 emittenten uit de MSCI ACWI Index) met ten minste 20% gereduceerd.
3) Vanuit het oogpunt van actief stewardship worden milieu- en sociaal gerelateerde engagementactiviteiten bij bedrijven uitgevoerd om het duurzaamheidsbeleid van de betreffende bedrijven te verbeteren (actief engagement en stembeleid – aantal engagementactiviteiten, deelname aan stemmingen – mate van verwezenlijking van de doelstelling van 100% deelname aan aandeelhouders- en obligatiehoudersvergaderingen).
Om praktijken op het gebied van goed bestuur te beoordelen, gebruikt het Subfonds het door Carmignac ontwikkelde ESG-onderzoekssysteem START, dat automatisch belangrijke indicatoren van goed bestuur verzamelt voor meer dan 7000 bedrijven, zoals 1) een procentuele weergave van de onafhankelijkheid van het auditcomité, de gemiddelde anciënniteit in de raad van bestuur, de genderdiversiteit in de raad van bestuur, de omvang van de raad van bestuur en de onafhankelijkheid van het vergoedingencomité met betrekking tot goede managementstructuren, en 2) de beloning van het management, de duurzaamheidsprikkels voor het management en de hoogste beloning in vergelijking met de beloning van het personeel. De betrekkingen met de werknemers worden bestreken door de sociale indicatoren van Carmignac in START (meer bepaald door de werknemerstevredenheid, de loonkloof tussen mannen en vrouwen en het personeelsverloop).
Inzake naleving van de belastingwetgeving identificeert het Subfonds bedrijven in zijn beleggingsuniversum die de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de OESO inzake fiscaliteit naleven en dringt het waar nodig aan op een betere informatieverschaffing.
Daarenboven verwacht Xxxxxxxxx, als ondertekenaar van de principes voor verantwoord beleggen van de VN (PRI), dat de bedrijven waarin het belegt:
o een algemeen belastingbeleid publiceren waarin zij hun aanpak van verantwoordelijke fiscaliteit uiteenzetten,
o rapporteren over de processen inzake naleving van de belastingwetgeving en risicobeheer, en
o voor elk land afzonderlijk rapporteren.
Xxxxxxxxx neemt dit aandachtspunt in toenemende mate op in zijn engagementactiviteiten bij bedrijven en gebruikt zijn stemrecht om meer transparantie te bewerkstelligen, bijvoorbeeld door aandeelhoudersresoluties te steunen.
Aandeel van beleggingen
MAXIMAAL 10%
#2 Overige
Belegginge n
MAXIMAAL 80%
#1B Overige E/S kenmerken
Minimaal 3% Sociaal
Minimaal 10% #1A Duurzaam
Minimaal 90%
#1 Afgestemd op E/S
kenmerken
Minimaal 1% Overige ecologisch
Op ten minste 90% van de beleggingen van dit Subfonds wordt een ESG-analyse uitgevoerd.
Voor beleggingen die buiten de minimumgrens van 90% vallen waarin ecologische en sociale kenmerken zijn opgenomen, is mogelijk geen volledige ESG-analyse uitgevoerd.
Minimaal 10% van de netto-activa van dit Subfonds wordt gebruikt om de duurzame beleggingsdoelstelling te behalen.
Het minimumniveau van duurzame beleggingen met milieu- en sociale doelstellingen bedraagt respectievelijk 1% en 3% van de netto-activa van het Subfonds.
Monitoring van ecologische of sociale kenmerken
Om de verwezenlijking te meten van elk van de ecologische of sociale kenmerken die door het Subfonds en een deel van de duurzame beleggingen worden gepromoot, worden verschillende indicatoren gemonitord.
Afstemming op de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen: het Subfonds heeft duurzame beleggingen in portefeuille, waarbij minimaal 10% van de netto-activa van het Subfonds een positieve bijdrage levert aan een van de 9 van de in totaal 17 Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties. Voor meer informatie over de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties verwijzen wij naar xxxxx://xxxx.xx.xxx/xxxxx.. Ons intern ontwikkelde Outcomes Framework brengt bedrijfsactiviteiten in kaart op basis van negen van de 17 Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (SDG's), om te bepalen of ze 'belegbaar' zijn (d.w.z. bedrijven die in staat zijn om via hun producten en diensten de verwezenlijking van deze doelstellingen te ondersteunen). Xxxxxxxxx beschouwt de hierboven vermelde SDG's als beleggingsmogelijkheden. Ons Raamwerk bestempelt een bedrijf alleen als 'op de SDG's afgestemd' als het ten minste 50% van zijn omzet haalt uit of ten minste 50% van zijn kapitaaluitgaven investeert in bedrijfsactiviteiten die positief bijdragen aan ten minste een van de hiervoor vermelde negen SDG's. Zodra een bedrijf boven deze drempel van 50% uitstijgt, beschouwen we het als 'afgestemd'. In het verlengde daarvan zien we de hele economische blootstelling van het Subfonds aan dit bedrijf ook als 'op de SDG's afgestemd' wanneer we de afstemmingsgraad op Subfondsniveau berekenen. Het minimumniveau van duurzame beleggingen met milieu- en sociale doelstellingen bedraagt respectievelijk 1% en 3% van de netto-activa van het Subfonds.
De dekkingsgraad van de ESG-analyse: voor ten minste 90% van de emittenten wordt een ESG- integratie toegepast op basis van de ESG-scores in het door Carmignac ontwikkelde ESG-platform "START" (System for Tracking and Analysis of a Responsible Trajectory).
De mate waarin het universum van aandelen en bedrijfsobligaties wordt gereduceerd (minimaal 20%): de negatieve screening en uitsluiting van niet-duurzame activiteiten en praktijken die tot uiting komen in lage ESG-scores van START, MSCI en/of ISS en onderzoek worden uitgevoerd op basis van de volgende indicatoren: (a) praktijken die schadelijk zijn voor de samenleving en het milieu, (b) controverses ten aanzien van de OESO-richtsnoeren voor bedrijven en de beginselen van het Global Compact van de VN, (c) controversiële wapens, (d) activiteiten gerelateerd aan steenkoolwinning, (e) energiebedrijven die geen doelstellingen voor afstemming op de Overeenkomst van Parijs hanteren, (f) bedrijven die betrokken zijn bij de productie van tabak, (g) bedrijven die betrokken zijn bij de productie van pornografisch materiaal.
De intern ontwikkelde scoresystemen voor staatsobligaties (Impact en Global) zijn beschikbaar voor maximaal 100 landen in het START-platform, dat de score op ESG-indicatoren van elk land afzonderlijk vermeldt.
De indicatoren voor de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen: het Subfonds heeft de technische reguleringsnormen (RTS) van niveau II van de SFDR 2019/2088, bijlage 1, toegepast, waarbij 14 verplichte en 2 optionele ecologische en sociale indicatoren worden gecontroleerd om de impact van duurzame beleggingen aan te tonen aan de hand van de volgende indicatoren: Broeikasgasemissies, Koolstofvoetafdruk, Broeikasgasintensiteit (ondernemingen waarin is belegd), Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen, Verbruik en opwekking niet- hernieuwbare energie, Intensiteit energieverbruik per sector met grote klimaateffecten, Activiteiten met negatieve gevolgen voor biodiversiteitsgevoelige gebieden, Emissies in water, Aandeel gevaarlijk afval, Waterverbruik en -recycling (facultatieve keuze), Schendingen van de beginselen van het VN Global Compact of van de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen, Ontbreken van procedures en compliancemechanismen voor het monitoren van de naleving van de beginselen van het VN Global Compact en de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen, Niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen (facultatieve keuze), Genderdiversiteit raad van bestuur, Blootstelling aan controversiële wapens, Ratio buitensporige beloning CEO. Emittenten van staatsobligaties worden gecontroleerd op schendingen van sociale normen en indicatoren voor broeikasgasintensiteit.
Actief stewardship: Engagementactiviteiten bij bedrijven op milieu- en sociaal gebied die leiden tot een verbetering van hun duurzaamheidsbeleid worden gemeten aan de hand van de volgende indicatoren:
(a) mate van actief engagement en stembeleid, (b) aantal engagementactiviteiten, (c) stempercentage en
(d) deelname aan aandeelhouders- en obligatiehoudersvergaderingen.
Methodologieën
Methodologie voor de afstemming op de SDG's. Een bedrijf wordt als 'op de SDG's afgestemd' en als duurzame belegging beschouwd als meer dan 50% van zijn omzet of meer dan 50% van zijn geïnvesteerde kapitaaluitgaven verband houdt met activiteiten die geacht worden bij te dragen aan een van de negen bovengenoemde Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN. Die drempelwaarde van 50% wijst erop dat het bedrijf in de betreffende activiteiten en in zijn groeiplannen bewust grote inspanningen doet.
Om te bepalen welke bedrijven op de SDG's zijn afgestemd, hebben wij een solide classificatiesysteem ontwikkeld en 1700 verschillende bedrijfsactiviteiten in kaart gebracht. Daarenboven hebben wij het SDG Compass, een door GRI, het Global Compact van de VN en de World Business Council for Sustainable Development ontwikkeld instrument, gebruikt om bedrijfsactiviteiten te identificeren die aan elke SDG bijdragen. Op basis van de bedrijfsactiviteiten hebben we voorts de 'belegbare thema's' van Carmignac uitgewerkt. Op basis van die thema's hebben we alle bedrijfsactiviteiten in het classificatiesysteem gefilterd, passende bedrijfsactiviteiten in overeenstemming met de 'belegbare thema's' van Carmignac gebracht en de geschiktheid ervan getoetst aan de SDG-doelstellingen. Het resultaat is gecontroleerd door de leden van het team Duurzaam Beleggen en het beleggingsteam. Wanneer de drempel van 50% omzet of kapitaaluitgaven is bereikt, wordt de volledige positie beschouwd als afgestemd op de SDG's.
Methodologie voor ESG-analyse. Het door Xxxxxxxxx ontwikkelde ESG-platform "START" (System for Tracking and Analysis of a Responsible Trajectory) bundelt onbewerkte ESG-gegevens voor 31 indicatoren, voor zover die beschikbaar zijn, op het vlak van milieu, maatschappij en goed bestuur. Het systeem berekent een globale ESG-score en groepeert bedrijven volgens sector, kapitalisatiegrootte en
regio. De leden van het beleggingsteam zijn verantwoordelijk voor de interne ESG-analyse van bedrijven. Zij bevestigen de score en analyse uit START met een toelichting van de ESG-risico's en integreren die analyses in de beleggingsbeslissingen. START is beschikbaar op de interne database Verity RMS voor beleggingsonderzoek, waar alle beleggingsmedewerkers toegang toe hebben.
ESG-scoremethodologie voor staatsobligaties. Het intern ontwikkelde scoremodel voor wereldwijde staatsobligaties (Global Model) screent 100 landen en kent er een score aan toe van 1 (slecht) tot 5 (goed), gespreid over alle mogelijke scores. Voor elk criterium wordt de ESG-score van een land gebaseerd op de actuele gegevens én recente ontwikkelingen of trends. Die twee scores worden dan omgezet in een totaalscore tussen 1 (zwakste) en 5 (beste). De beoordeling van de dynamiek wordt overwogen voor opkomende landen (75%) en onderwogen voor ontwikkelde landen (25%) om recente positieve ESG- ontwikkelingen te belonen en het effect van structurele onderinvesteringen van ontwikkelingslanden in ESG-projecten te compenseren. Vervolgens wordt voor elk van de pijlers E, S en G het gemiddelde van de criteriascores genomen om tot een pijlerscore te komen. Die score wordt dan – waar nodig – in positieve of negatieve zin bijgestuurd aan de hand van de toekomstgerichte kwalitatieve analyse. De globale ESG-score bestaat uit het gelijkgewogen gemiddelde van de drie componenten E, S en G.
Methodologie voor negatieve screenings en uitsluitingen. Zoals hierboven vermeld, past Carmignac ESG-gerelateerde uitsluitingen en specifieke aanvullende uitsluitingen op Subfondsniveau toe die als harde uitsluitingen zijn ingesteld in de compliancetool CMGR, die is gekoppeld aan het portefeuille- en orderbeheersysteem BBG Aim. Het team Duurzaam Beleggen licht de uitsluitingslijsten driemaandelijks door en houdt daarbij onder meer rekening met indexherschikkingen, herziene omzetgegevens, omzetdrempels en nieuwe beleggingen. De bijgewerkte lijst wordt in het systeem geladen en gemonitord door het team Risicobeheer. Meer informatie is te vinden in het Uitsluitingsbeleid op de internetpagina met het Duurzaamheidsbeleid en de Duurzaamheidsverslagen van Carmignac.
Methodologie voor de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen. Voor alle fondsen die onder artikel 8 of 9 van de SFDR zijn ingedeeld, verkrijgt Carmignac gegevens over de indicatoren van de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen van gegevensverstrekker Impact Cubed. Voor elke indicator worden gegevens verzameld gedurende vier kwartalen, waarna het gemiddelde wordt berekend en wordt gerapporteerd op jaarbasis. De definities van elk van de 14 verplichte indicatoren voor aandelen en 2 optionele indicatoren, en indien relevant 2 indicatoren voor beleggingen in overheden, zijn zoals opgenomen in Bijlage 1 bij de SFDR Niveau II 2019/2088. De rapportering en volledige methodologie worden gepubliceerd op de website voor Duurzaam Beleggen van Carmignac in 2023, in overeenstemming met voormelde verplichtingen inzake informatieverschaffing.
Methodologie voor stewardship en engagement. Het Subfonds oefent zijn stemrechten uit en streeft naar 100% deelname aan stemmingen via ISS, een aanbieder van diensten voor stemming bij volmacht. De Portefeuillebeheerder bepaalt hoe gestemd wordt en houdt bij de uitoefening van het stemrecht rekening met de aanbevelingen van het team Duurzaam Beleggen. Elk kwartaal worden engagementactiviteiten gepland rond ESG en controverses onder leiding van het team Duurzaam Beleggen. Het resultaat daarvan wordt geregistreerd in de engagement-tool in Verity RMS, de database van het beleggingsteam. Meer informatie is te vinden in het Stewardshipverslag op de internetpagina met het Duurzaamheidsbeleid en de Duurzaamheidsverslagen van Carmignac.
Databronnen en -verwerking
(a) De databronnen die worden gebruikt om de ecologische en sociale kenmerken van het financiële product te verwezenlijken: Het Subfonds gebruikt verschillende databronnen, die worden gebundeld in het door Carmignac ontwikkelde ESG-systeem START. De databronnen zijn FactSet voor omzetgegevens, bedrijfspublicaties voor CAPEX-gegevens, S&P Trucost voor gegevens over koolstofuitstoot, TR Refinitiv voor onbewerkte ESG-gegevens over bedrijven, MSCI en ISS ESG voor de screening op controversieel gedrag, het Global Compact van de VN, de OESO-richtsnoeren voor bedrijven en de mensenrechten. Het Global-scoremodel voor staatsobligaties gebruikt publiek beschikbare informatie van onder meer de Wereldbank, het IMF, The Heritage Foundation en Oxford University.
(b) De maatregelen die zijn genomen om de kwaliteit van de data te waarborgen: Het team Duurzaam Beleggen telt ESG-dataexperts die geautomatiseerde controles uitvoeren, zoals het identificeren van afwijkende waarden in datareeksen en het controleren van alternatieve databronnen.
(c) De wijze waarop de data worden verwerkt: Zoals uiteengezet in de rubriek Methodologieën hiervoor. De omzetgegevens (het voornaamste criterium om de duurzame doelstelling te controleren) worden gemonitord via FactSet en in kaart gebracht via beleggingsthema's die zijn afgestemd op de hiervoor vermelde 9 van de 17 Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties.
(d) Het aandeel van geschatte data: De ESG-score uit START en de omzetgegevens van bedrijven zijn geen schattingen. De gegevens over de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen bestonden per 30/09/2022 voor alle gerapporteerde indicatoren van alle daarvoor in aanmerking komende fondsen van Carmignac samen gemiddeld voor 46% uit schattingen. De gegevens over koolstofuitstoot (Scope 1 en 2) zijn hoofdzakelijk gebaseerd op volledig openbaar gemaakte uitstootverklaringen van bedrijven en omvatten weinig schattingen.
Methodologische en databeperkingen
Het duurzaamheidsrisico van het Subfonds kan verschillen van het duurzaamheidsrisico van de referentie-indicator.
Wat methodologie betreft vormen de duurzameontwikkelingsdoelstellingen slechts een van de raamwerken waarmee we positieve resultaten inzichtelijk kunnen maken. Andere raamwerken schetsen mogelijk een ander beeld. Deze benadering gebruikt publiek beschikbare omzetcijfers en is gebaseerd op de streefcijfers en documentatie van de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de VN. Aangezien we op basis van een intern ontwikkelde methode bepalen welke bedrijfsactiviteiten we als 'op de SDG's afgestemd' beschouwen, levert onze benadering mogelijk andere resultaten op dan andere.
Due Diligence
Voor meer dan 90% van de activa van het Subfonds (beursgenoteerde aandelen, bedrijfs- en staatsobligaties waar van toepassing) worden de ESG-score en -risico's bepaald. De interne analyse wordt gecombineerd met het ESG-scoreproces van het door Xxxxxxxxx ontwikkelde systeem START en, indien van toepassing, de eigen modellen voor staatsobligaties (Global-model en Impact-model).
Het beleggingsteam draagt de eindverantwoordelijkheid voor de interne ESG-beoordeling. De automatisch berekende START-score wordt bepaald op basis van een intern ontwikkelde formule die bedrijven vergelijkt binnen 90 categorieën op basis van kapitalisatiegrootte, sector en regio. Tijdens de interne analyse en in de toelichting van de financieel of ESG-analist kan die score naar boven of beneden
worden bijgesteld. Het team Duurzaam Beleggen controleert de aanpassingen van de START-scores op scheeftrekkingen, frequentie en coherentie. Op gezette tijdstippen wordt op de interne ESG-scores uit START voor staats- en bedrijfsobligaties een backtest uitgevoerd met het oog op mogelijke verbeteringen.
De uitsluitingslijst die voor heel Carmignac geldt en de eventuele fondsspecifieke uitsluitingslijsten worden driemaandelijks doorgelicht, waarbij onder meer rekening wordt gehouden met indexherschikkingen, herziene omzetgegevens, de impact daarvan op omzetdrempels en nieuwe fondsposities. Die uitsluitingen worden ingevoerd in de compliancetool. Alle uitsluitingen op basis van sector en controverses zijn harde uitsluitingen. Het team Duurzaam Xxxxxxxx rapporteert rechtstreeks aan de Managing Director van Carmignac UK Branch.
Voor het toekennen van ESG-scores aan overheden is door de automatisering van zowel de gegevensverzameling als de bepaling van de landenscores de kans op menselijke fouten in de berekening grotendeels geëlimineerd.
Engagementbeleid
Xxxxxxxxx past een actief stem- en engagementbeleid toe, waarin rekening wordt gehouden met milieu, maatschappij en goed bestuur. De doelstelling is om deel te nemen aan 100% van alle mogelijke stemmingen. Er wordt een Engagementplan opgesteld om engagementactiviteiten te identificeren bij bedrijven waarin wij belegd zijn en die slecht omgaan met ESG-risico's, waarbij Xxxxxxxxx een specifiek thema heeft geïdentificeerd of waar een specifieke impact of een onderzoek naar een controverse nodig is.
Meer informatie is te vinden in het Engagementbeleid: Xxxxxx en verslaglegging
• Fonds: Carmignac Portfolio Patrimoine
• Management Gediversifieerde strategieën
• Rechtsvorm Subfonds van een Luxemburgse SICAV
• ISIN-code (aandelenklasse A EUR Acc): LU0992627611
• Aanbevolen minimale beleggingshorizon: 3 jaar
• Risicoschaal 4
• Introductiedatum van het fonds: 15/11/2013
• Referentie-indicator: MSCI ACWI (USD) (met herbelegde netto-dividenden).
DISCLAIMER
Dit document werd bijgewerkt op 1 januari 2023. Dit document mag niet zonder voorafgaande toestemming van de beheermaatschappij geheel of gedeeltelijk worden gereproduceerd. Het is geen aanbod tot inschrijving noch een beleggingsadvies. Voor bepaalde personen of landen kan de toegang tot de fondsen aan beperkingen onderhevig zijn. De fondsen zijn niet geregistreerd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika en Azië, met inbegrip van Japan. De fondsen zijn in Singapore als buitenlandse belegging met beperkende voorwaarden geregistreerd (uitsluitend voor professionele cliënten). De fondsen zijn niet geregistreerd in het kader van de Amerikaanse Securities Act van 1933. In overeenstemming met de Amerikaanse Regulation S en/of de FATCA mogen de fondsen niet ten gunste van of uit naam van een "U.S. person" direct of indirect aangeboden of verkocht worden. Aan de fondsen is een risico van kapitaalverlies verbonden. De risico's en vergoedingen zijn beschreven in de EBI (Essentiële Beleggersinformatie). De prospectussen van het fonds, de EBI-documenten en de jaarlijkse periodieke verslagen van het fonds zijn beschikbaar op xxx.xxxxxxxxx.xxx of op aanvraag bij de Beheermaatschappij. De EBI dient voorafgaand aan iedere inschrijving aan de inschrijver beschikbaar te worden gesteld. ● In Zwitserland zijn de prospectussen, de EBI-documenten en de jaarlijkse periodieke verslagen van de fondsen beschikbaar op xxx.xxxxxxxxx.xx of verkrijgbaar via onze vertegenwoordiger in Zwitserland, CACEIS (Switzerland) S.A., Xxxxx xx Xxxxx 00, XX-0000 Xxxx, Xxxxxxxxxxx. De betaalagent is CACEIS Bank, Parijs, filiaal Nyon/Suisse, Xxxxx xx Xxxxx 00, XX-0000 Xxxx, Xxxxxxxxxxx. ● In het Verenigd Koninkrijk zijn de prospectussen, de EBI-documenten en de jaarlijkse periodieke verslagen van de fondsen beschikbaar op xxx.xxxxxxxxx.xx.xx of op aanvraag bij de Beheermaatschappij, of - voor de Franse fondsen - bij de bemiddelingsagent BNP PARIBAS SECURITIES SERVICES, die deze functie vervult via zijn filiaal in Londen: 00 Xxxxxxxx, Xxxxxx XX0X. Dit promotiemateriaal werd vervaardigd door Carmignac Gestion en/of Carmignac Gestion Luxembourg en wordt verspreid in het VK door Carmignac Gestion Luxembourg UK Branch (geregistreerd in Engeland en Wales onder nummer FC031103, vergunning verleend door de CSSF op 10/06/2013).
CARMIGNAC GESTION - 24, place Vendôme - F-75001 Parijs - tel: (x00) 00 00 00 00 00 Een door de AMF goedgekeurde beleggingsmaatschappij – Franse naamloze vennootschap met een aandelenkapitaal van EUR 15.000.000 – Handelsregister van Parijs B 349 501 676. CARMIGNAC GESTION
Luxembourg City Link - 0, xxx xx xx Xxxxxxxx - X-0000 Xxxxxxxxx - tel: (x000) 00 00 00 0 - Dochteronderneming van Carmignac Gestion - Een door de CSSF goedgekeurde beleggingsmaatschappij met een aandelenkapitaal van EUR 23.000.000 - Handelsregister Xxxxxxxxx X00000.