Inhoudsopgave
Algemene voorwaarden
Voor de levering van warmte en/of koude aan kleinverbruikers (<100 kW)
Versie: 2017-02c
WarmCruquius
AMVEST Woningen-Nova Projectontwikkeling BV
KvK nummer: 34228206
Inhoudsopgave
Aanvraag voor en het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een Aansluiting | ||
Deze Algemene Voorwaarden zijn gebaseerd op de model Algemene Voorwaarden Warmte (2014) die zijn tot stand gekomen in overleg tussen Energie-Nederland en de Consumentenbond in het kader van de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg van de SER. De door WarmCruquius doorgevoerde aanpassingen op dit model zijn niet afgestemd dan wel besproken met in het kader van de SER Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg.
Artikel 1. Begripsomschrijving en toepasselijkheid
1.1 In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
Aansluiting: de leiding van het Bedrijf, met inbegrip van de Afleverset warmte en/of koude en diens Meetinrichting, DRIES box, die de Binneninstallatie met de Hoofdleiding verbindt voor zover deze door het Bedrijf zijn aangebracht en alle andere door of vanwege het Bedrijf in of aan de Hoofdleiding aangebrachte apparatuur;
Aansluitvoorwaarden: de technische voorwaarden waaronder warmte en/of koude kan worden geleverd en, indien een warmtewisselaar warm tapwater onderdeel is van de Afleverset, warm tapwater kan worden bereid. De warmte en/of koude wordt geleverd, dan wel warm tapwater wordt bereid, overeenkomstig hetgeen daaromtrent in de Aansluitvoorwaarden en de project specifieke Specificatie van Leveringscondities en Installatieparameters is bepaald;
Aanvrager: degene die een aanvraag voor de totstandbrenging, de uitbreiding of wijziging van een Aansluiting van warmte tot maximaal 100 kW bij het Bedrijf heeft ingediend;
Afleverset: een unit, DRIES box, om warmte en/of koude over te dragen aan de Binneninstallatie al dan niet gescheiden door een warmtewisselaar. Indien een warmtewisselaar warm tapwater in de afleverset is opgenomen, is energieoverdracht mogelijk waarmee met aangeleverd koud drinkwater warm tapwater kan worden bereid;
Afnemer(s): degene die Warmte en/of Koude van het Bedrijf betrekt en/of de beschikking heeft over een Aansluiting;
Appartementsrecht: elke onroerende zaak, gedeelte of samenstel daarvan, ten behoeve waarvan een Aansluiting tot stand is gekomen of zal komen, dan wel transport en levering van Warmte en/of Koude geschiedt;
Bedrijf: AMVEST Woningen-Nova Projectontwikkeling B.V., gevestigd te Amsterdam in deze handelend onder de naam WarmCruquius;
Binneninstallatie: de in een Appartementsrecht aanwezige Verwarming/koelinstallatie en/of Warmtapwaterinstallatie welke tot de eigendom van het Appartementsrecht horen en daarvan bestanddeel zijn;
Collectieve Installatie: de namens het Bedrijf ontwikkelde en bij het Bedrijf in eigendom zijnde duurzame Warmte/Koude installatie voor opwekking en distributie van Warmte en Koude waarop Aansluitingen tot stand kunnen worden gebracht
Consument: een Aanvrager en/of Afnemer, zijnde een natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn Bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen, die de warmte en/of koude en/of warm tapwater, bereid in de Afleverset, afneemt en/of gaat afnemen;
Hoofdleiding: de distributieleiding van het Bedrijf waarop Aansluitingen tot stand kunnen worden gebracht;
Koude: thermische energie voor comfortkoeling;
Levering: de terbeschikkingstelling van warmte en/of koude en/of via een warmtewisselaar geleverde warmte voor warm tapwater bereiding;
Meetinrichting: de apparatuur bestemd voor het vaststellen van de omvang van het transport en de Levering, van de voor de afrekening door het Bedrijf nodig geachte gegevens en voor de controle van het verbruik;
Transport: het transport van warmte en/of koude naar het punt waar de Aansluiting overgaat in de Binneninstallatie;
Verwarming/koelinstallatie: de in een Appartementsrecht aanwezige leidingen en de daarmee verbonden toestellen en verwarming/koellichamen, bestemd voor het betrekken van warmte ten behoeve van ruimteverwarming of koude ten behoeve van ruimteverkoeling of vergelijkbare toepassingen, één en ander met inbegrip van de nodige meet- en regelinstrumenten, te rekenen vanaf de Aansluiting met inbegrip van de afsluiters, kogelkranen, aanvoer met rode hendel en retour met blauwe hendel aanwezig tussen de Verwarming/koelinstallatie en de Afleverset;
Warmtapwaterinstallatie: de in een Appartementsrecht aanwezige leidingen en de daarmee verbonden toestellen bestemd voor het betrekken van warm tapwater één en ander met inbegrip van de nodige meet- en regelinstrumenten, te rekenen tot de Aansluiting voor wat betreft het koudwateraansluitpunt, met inbegrip van de aanwezige inlaatcombinatie, en vanaf het aanwezige ¾” buitendraad warmtapwateraansluitpunt van de Afleverset;
Warmte: thermische energie voor de bereiding ruimteverwarming;
1.2 Deze algemene voorwaarden maken deel uit van de overeenkomst tussen het Bedrijf en de Aanvrager en/of Afnemer. Daarnaast zijn er Aansluitvoorwaarden op de overeenkomst van toepassing. Alle overeenkomsten waarop deze algemene voorwaarden van toepassing zijn, zijn onderworpen aan Nederlands recht.
Artikel 2. Aanvraag voor en het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een Aansluiting
2.1 Een aanvraag voor het tot stand brengen van een Aansluiting of tot uitbreiding of wijziging van een bestaande Aansluiting geschiedt door het indienen van een daartoe door het Bedrijf verstrekt formulier, dan wel op een andere door het Bedrijf toegestane wijze. Indien een Aansluiting door twee of meer Aanvragers wordt verzocht, kan het Bedrijf hoofdelijke verbondenheid verlangen.
2.2 Een Aansluiting of uitbreiding dan wel een wijziging van een bestaande Aansluiting wordt uitsluitend door of vanwege het Bedrijf tot stand gebracht. De wijze van uitvoering en de plaats van Aansluiting alsmede het aantal Aansluitingen worden door het Bedrijf, zoveel mogelijk in overleg met de Aanvrager, vastgesteld. In beginsel wordt slechts één Aansluiting per perceel toegestaan.
2.3 Het Bedrijf is bevoegd niet over te gaan tot het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van een Aansluiting dan wel hiervoor bijzondere voorwaarden te stellen, om aldus te voorkomen dat de belangen van het Bedrijf of die van één of meerdere Aanvragers of Afnemers worden geschaad. Een dergelijk geval kan zich onder andere voordoen indien:
a. de transport- of leveringscapaciteit van het Bedrijf ter plaatse onvoldoende is;
b. de Binneninstallatie naar het gemotiveerde oordeel van het Bedrijf te ver van de dichtstbijzijnde Hoofdleiding is verwijderd;
c. de voor het tot stand brengen, uitbreiden of wijzigen van de Aansluiting benodigde vergunningen en toestemmingen niet of alleen op voor het Bedrijf bezwaarlijke voorwaarden kunnen worden verkregen;
d. de Aansluiting en/of de levering slechts als reserve dient of een tijdelijk karakter draagt;
e. van het gebruik van de Aansluiting hinder valt te verwachten in het net van het Bedrijf;
x. xx Xxxxxxxxx in verzuim is een vordering ter zake van Aansluiting of levering dan wel van een andere opeisbare vordering die het Bedrijf op hem heeft, te voldoen, met inbegrip van die ter zake van Aansluiting of levering van een ander respectievelijk vorig perceel, mits voldoende samenhang bestaat tussen de vordering en de aanvraag om het niet aansluiten dan wel het stellen van bijzondere voorwaarden te rechtvaardigen. Dit geldt mede met betrekking tot vorderingen van het Bedrijf ter zake van Aansluiting of levering ten behoeve van de uitoefening van een beroep of Bedrijf;
g. het perceel van de Aanvrager is gelegen in een gebied waar het Bedrijf niet algemeen
warmte levert dan wel niet voornemens is in de nabije toekomst te gaan leveren.
2.4 Voorts is het Bedrijf bevoegd een Aansluiting niet tot stand te brengen, uit te breiden of te wijzigen dan wel geheel of gedeeltelijk weg te nemen, indien één of meer van de in of krachtens deze algemene voorwaarden gestelde bepalingen of voorschriften niet zijn of worden nagekomen en de uitoefening van die bevoegdheid door het Bedrijf gerechtvaardigd is.
Artikel 3. Onderhouden, controleren, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen of wegnemen van een Aansluiting
3.1 Een Aansluiting wordt uitsluitend door of vanwege het Bedrijf onderhouden, gecontroleerd, vervangen, verplaatst, uitgebreid, gewijzigd en weggenomen. Tenzij er sprake is van spoed of overmacht, zal één en ander na voorafgaande mededeling aan en zoveel mogelijk in overleg met de Aanvrager of de Afnemer plaatsvinden.
3.2 Het onderhoud en de controle van de Aansluiting zijn voor rekening van het Bedrijf. Onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 1 van deze algemene voorwaarden zijn het vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen en wegnemen voor rekening van de Aanvrager of de Afnemer, indien:
a. dit geschiedt op zijn verzoek;
b. dit het gevolg is van zijn handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die hem redelijkerwijs zijn toe te rekenen.
Artikel 4. Rechten met betrekking tot het perceel
4.1 De Aanvrager en de Afnemer zullen toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel leidingen worden gelegd, Aansluitingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande leidingen, Aansluitingen of aftakkingen worden in stand gehouden, onderhouden, uitgebreid, gewijzigd of weggenomen. De ten gevolge van deze werkzaamheden door het Bedrijf aan de Aanvrager/Afnemer toegebrachte directe schade zal door of vanwege het Bedrijf worden hersteld of vergoed.
4.2 De Aanvrager en de Afnemer dragen ervoor zorg dat de leidingen, Aansluitingen en aftakkingen als bedoeld in lid 1 goed bereikbaar zijn. Indien een of meer onderdelen daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door een handelen of nalaten van de Aanvrager of de Afnemer of een voorganger daarvan, maant het Bedrijf de Aanvrager of Afnemer aan om binnen een redelijke door het Bedrijf te stellen termijn de bereikbaarheid te herstellen. Indien dat niet gebeurt, heeft het Bedrijf het recht op kosten van de Aanvrager of Afnemer:
a. de belemmeringen weg te nemen;
b. wijzigingen in het tracé van de betreffende Aansluiting(en), leiding(en) en/of aftakking(en) aan te brengen;
c. een of meer geheel nieuwe Aansluitingen, leidingen en/of aftakkingen tot stand te brengen.
Artikel 5. De Binneninstallatie
5.1 De Binneninstallatie moet voldoen aan het bepaalde in of krachtens de Aansluitvoorwaarden en de project specifieke Specificatie van Leveringscondities en Installatieparameters van het Bedrijf.
5.2 De Afnemer of, bij het ontbreken daarvan, de Aanvrager, draagt er zorg voor dat de Binneninstallatie goed wordt onderhouden. Op een daartoe strekkend verzoek van het Bedrijf is hij verplicht alle verlangde gegevens betreffende de Binneninstallatie aan het Bedrijf te verstrekken.
5.3 Het Bedrijf is bevoegd zo vaak het dit nodig oordeelt een Binneninstallatie te onderzoeken. Indien een Binneninstallatie naar het gemotiveerde oordeel van het Bedrijf niet voldoet aan het bepaalde in of krachtens de Aansluitvoorwaarden van het Bedrijf, is de Aanvrager of de Afnemer verplicht
gebreken voor zijn rekening – en zo nodig onmiddellijk – te laten herstellen en daarbij eventuele aanwijzingen van het Bedrijf op te volgen. Het Bedrijf heeft echter geen verplichting na te gaan of aan het bepaalde in of krachtens de Aansluitvoorwaarden van het Bedrijf is voldaan.
5.4 Indien de Afnemer lekkage in, dan wel andere gebreken aan de Binneninstallatie constateert, zal hij het Bedrijf daarvan onverwijld in kennis stellen en is hij verplicht bedoelde lekkage en gebreken onmiddellijk en voor zijn rekening te (laten) herstellen en daarbij eventuele aanwijzingen van het Bedrijf op te volgen.
5.5 Terzake de Afleverset en/of diens Meetinrichting geldt, ook indien deze tot de Binneninstallatie zouden behoren, het navolgende:
a. de Afnemer of Aanvrager dient iedere (voorgenomen) wijziging van deze apparatuur te melden aan het Bedrijf;
b. het is Afnemer of Aanvrager niet toegestaan deze apparatuur zelf of door derden te laten vervangen;
c. met inachtneming van het bepaalde in de Warmte- en/of koudewet zal het Bedrijf ervoor zorgdragen dat Afleverset(s) met diens Meetinrichting(en) ter vervanging van de bestaande aan de Afnemer of Aanvrager ter beschikking worden gesteld.
Artikel 6. Overeenkomst tot transport en levering
6.1 Levering geschiedt uit hoofde van een overeenkomst tussen het Bedrijf en de Afnemer. Een overeenkomst tot levering houdt mede de verplichting van het Bedrijf in om het voor levering benodigde transport van warmte en/of koude en de mogelijkheid tot bereiden van warm tapwater, indien een warmtewisselaar warm tapwater onderdeel van de Afleverset is, te regelen.
6.2 Een overeenkomst tot levering gaat in op de dag waarop de Afnemer voor het eerst warmte en/of koude van het Bedrijf betrekt en/of de beschikking heeft over een Aansluiting. Het Bedrijf kan verlangen dat de overeenkomst schriftelijk wordt aangegaan. Het Bedrijf kan weigeren een overeenkomst tot levering aan te gaan op dezelfde gronden als aangegeven in artikel 9 ten aanzien van de onderbreking van de levering. Een overeenkomst wordt ten minste op schrift gesteld.
6.3 Onverminderd het bepaalde in lid 2 van dit artikel behoudt het Bedrijf zich het recht voor om vóór of bij aanvaarding van de aanvraag dan wel na totstandkoming van de overeenkomst, doch voordat de levering aanvangt, het betalingsgedrag van de Aanvrager of Afnemer te toetsen en zekerheden als bedoeld in artikel 16 te vragen.
6.4 Een overeenkomst tot levering geldt voor onbepaalde tijd, tenzij anders is overeengekomen. Indien de overeenkomst met twee of meer Afnemers wordt aangegaan, kan het Bedrijf hoofdelijke verbondenheid voor nakoming van de overeenkomst verlangen.
6.5 Wanneer een Consument tijdens de wettelijke ontbindingstermijn - deze is in beginsel 14 kalenderdagen na het sluiten van de overeenkomst - de overeenkomst ontbindt nadat de levering is begonnen, is hij verplicht het Bedrijf een vergoeding conform de geldende tarieven te betalen voor reeds geleverde en afgenomen producten en diensten. Bij opzegging door de Consument verstrekt het Bedrijf de voorwaarden en financiële consequenties, afkoopsom, waaronder opzegging kan plaatsvinden en, op termijn, eventueel weer ongedaan gemaakt kan worden. In de afkoopsom wordt naast kosten voor het wegnemen van de Aansluiting de resterende looptijd door het Bedrijf in beschouwing genomen.
6.6 Zowel de Afnemer als het Bedrijf kunnen de overeenkomst tot levering opzeggen. Opzegging door de Afnemer dient met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal veertien dagen te geschieden. Opzegging door het Bedrijf dient gemotiveerd en schriftelijk te geschieden en is slechts mogelijk in geval van zwaarwichtige belangen en met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal negentig dagen. Bij opzegging door de Afnemer verstrekt het Bedrijf de voorwaarden en
financiële consequenties, afkoopsom, waaronder opzegging kan plaatsvinden en, op termijn, eventueel weer ongedaan gemaakt kan worden. In de afkoopsom wordt naast kosten voor het wegnemen van de Aansluiting de resterende looptijd door het Bedrijf in beschouwing genomen.
6.7 Indien de Afnemer de overeenkomst niet binnen de in lid 6 bedoelde opzegtermijn heeft opgezegd, alsmede indien het Bedrijf niet binnen de opzegtermijn in de gelegenheid is gesteld de voor de beëindiging van de overeenkomst noodzakelijke handelingen te verrichten, blijft de Afnemer gebonden aan hetgeen in of krachtens de overeenkomst en deze algemene voorwaarden is bepaald, totdat hij aan al zijn daaruit voortvloeiende verplichtingen heeft voldaan.
6.8 Bij beperking of onderbreking van het transport en/of de levering of een verbod als bedoeld in artikel 8 en 9 van deze algemene voorwaarden, blijft de overeenkomst tot levering onverminderd van kracht.
Artikel 7. Aard van de levering
7.1 Door het Bedrijf wordt warmte en/of koude, en indien een warmtewisselaar onderdeel van de Afleverset is, warmte voor de bereiding van warm tapwater geleverd en warm tapwater bereid, overeenkomstig hetgeen daaromtrent in de Aansluitvoorwaarden is bepaald.
7.2 In principe worden/wordt de warmte en/of koude continu getransporteerd en geleverd. Koude is pas beschikbaar bij hogere buitentemperaturen. Het Bedrijf staat echter niet in voor de continuïteit van het transport en de levering. Indien zich omstandigheden voordoen, waardoor het transport en/of de levering wordt/worden of moet/moeten worden onderbroken, zal het Bedrijf het redelijkerwijs mogelijke doen om op de kortst mogelijke termijn het transport en/of de levering te hervatten.
Artikel 8. Beperking of onderbreking van het transport en/of de levering in bijzondere omstandigheden en bij uitvoering van werkzaamheden
8.1 Het Bedrijf is bevoegd om in het belang van een goede openbare voorziening het transport en/of de levering van warmte en/of koude te beperken, te onderbreken, het verbruik voor bepaalde doeleinden te verbieden dan wel aan het transport en/of de levering bijzondere voorwaarden te verbinden.
8.2 Tevens kan het Bedrijf, indien dit naar zijn oordeel noodzakelijk of gewenst is, in verband met uitvoering van werkzaamheden, in het belang van de veiligheid of in geval van redelijkerwijs te duchten gevaar voor schade het transport en/of de levering gedurende een zo kort mogelijke tijd – indien mogelijk na voorafgaande waarschuwing – beperken of onderbreken. Xxxxxxx van uitvoering van geplande werkzaamheden stelt het Bedrijf de Aanvrager of Afnemer ten minste drie dagen tevoren op de hoogte van de werkzaamheden.
8.3 Indien de Afnemer daarom verzoekt, kan het Bedrijf het transport en/of de levering onderbreken op nader overeen te komen voorwaarden.
Artikel 9. Onderbreking van de levering wegens niet-nakoming
9.1 Het Bedrijf is bevoegd na voorafgaande waarschuwing – tenzij dat om redenen van veiligheid niet van het Bedrijf verlangd kan worden – de Levering te onderbreken, indien en zolang de Aanvrager en/of Afnemer één of meer artikelen van deze algemene voorwaarden of de op grond van deze voorwaarden van toepassing zijnde voorschriften niet nakomt. Een dergelijk geval kan zich onder andere voordoen indien:
a. de Binneninstallatie niet voldoet aan het bepaalde in of krachtens de Aansluitvoorwaarden van het Bedrijf;
b. één of meer van de in artikel 18 van deze algemene voorwaarden genoemde
verbodsbepalingen zijn overtreden;
c. de Afnemer overeenkomstig het bepaalde in artikel 17 van deze algemene voorwaarden in verzuim is een vordering ter zake van Aansluiting of levering, dan wel een andere opeisbare vordering, die het Bedrijf op hem heeft, te voldoen, met inbegrip van die ter zake van Aansluiting of levering ten behoeve van een ander, respectievelijk vorig perceel, mits er voldoende samenhang bestaat tussen de vordering en de verbintenis van het Bedrijf om de onderbreking te rechtvaardigen. Dit geldt mede met betrekking tot vorderingen van het Bedrijf ter zake van Aansluiting of levering ten behoeve van de uitoefening van een beroep of een Bedrijf;
x. xx Xxxxxxx een geldende betalingsregeling niet nakomt.
Het Bedrijf zal overigens slechts gebruik maken van zijn bevoegdheid tot onderbreking van de levering, indien en voor zover de niet-nakoming van zijn verplichtingen door de Aanvrager/Afnemer dat rechtvaardigt.
9.2 Van de bevoegdheid van het Bedrijf om de levering te onderbreken op grond van het bepaalde in het vorige lid onder c zal het Bedrijf geen gebruik maken als de Afnemer binnen tien kalenderdagen na de afwijzing als bedoeld in artikel 17 lid 4 zich in verband met deze afwijzing heeft gewend tot de geschillencommissie als bedoeld in artikel 21 overeenkomstig de daarvoor geldende regeling in het reglement van deze commissie.
9.3 De in het eerste lid van dit artikel bedoelde onderbreking van de levering wordt pas ongedaan gemaakt nadat de reden daarvoor is weggenomen en de kosten van onderbreking en hervatting van de levering, alsmede van eventueel door het Bedrijf in verband hiermede geleden schade, geheel zijn voldaan. Aan de hervatting van de levering kan het Bedrijf nadere voorwaarden verbinden.
9.4 Het gebruik door het Bedrijf van zijn bevoegdheden als bedoeld in dit artikel en het vorige artikel kan niet leiden tot aansprakelijkheid van het Bedrijf voor eventueel daaruit ontstane schade.
Artikel 10. Bepaling omvang van de levering
10.1 Het Bedrijf bepaalt op welke wijze de omvang van de levering wordt vastgesteld. Geschiedt deze vaststelling door meting met behulp van een (of meer) Meetinrichting(en), dan zijn de daardoor verkregen gegevens bindend, onverminderd het bepaalde in de artikelen 12 en 13 van deze algemene voorwaarden.
10.2 Ten minste éénmaal per jaar wordt de stand van de meetinrichting(en) door of vanwege het Bedrijf op een door het Bedrijf te bepalen tijdstip vastgesteld. Ten minste éénmaal per drie jaren vindt de bedoelde vaststelling plaats door de uit- of aflezing van de meetinrichting(en) door of vanwege het Bedrijf. Het Bedrijf kan van de Afnemer verlangen dat hij in de tussenliggende jaren zelf de stand(en) opneemt en deze stand(en) op een door het Bedrijf te bepalen wijze en binnen een door het Bedrijf aangegeven termijn ter kennis van het Bedrijf brengt.
10.3 Indien het Bedrijf redelijkerwijs niet in staat is de stand van de Meetinrichting(en) op te nemen of indien de Afnemer niet heeft voldaan aan het verlangen van het Bedrijf bedoeld in lid 2 van dit artikel, of indien bij het opnemen van de meter een fout is gemaakt, mag het Bedrijf de omvang van de levering bepalen overeenkomstig het gestelde in artikel 13 lid 2 van deze algemene voorwaarden, onverminderd het recht van het Bedrijf om het werkelijk geleverde alsnog vast te stellen aan de hand van de stand(en) van de Meetinrichting(en) en dat in rekening te brengen.
10.4 Indien het Bedrijf dan wel de Afnemer bij het opnemen van de Meetinrichting(en) dan wel bij het administratief verwerken van de meterstand(en) een fout heeft gemaakt, wordt(en) zo nodig eerst opnieuw de stand(en) opgenomen alvorens het bepaalde in artikel 13 lid 2 van overeenkomstige toepassing zal zijn.
Artikel 11. De Meetinrichting(en)
11.1 Een Meetinrichting wordt door of vanwege het Bedrijf en op zijn kosten geplaatst, onderhouden, vervangen, uitgebreid, gewijzigd, verplaatst en weggenomen met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de van kracht zijnde tarievenbladen is vermeld.
11.2 Vervanging, al dan niet als gevolg van uitbreiding of wijziging van de Binneninstallatie, verplaatsing of wegneming van de meetinrichting mag alleen door of vanwege het Bedrijf geschieden. De daaraan verbonden kosten komen eveneens voor rekening van het Bedrijf. Vervanging of verplaatsing is echter voor rekening van de Aanvrager of de Afnemer, indien de vervanging of de verplaatsing geschiedt op zijn verzoek of het gevolg is van zijn handelen of nalaten, behalve in het geval waarin dit handelen of nalaten het gevolg is van omstandigheden die hem redelijkerwijs niet zijn toe te rekenen.
11.3 In het geval van onderzoek van de Meetinrichting is het bepaalde in artikel 12 lid 4 van toepassing.
11.4 Het Bedrijf deelt de Afnemer zoveel mogelijk vooraf mee wanneer de Meetinrichting wordt vervangen of verplaatst.
11.5 De Aanvrager of de Afnemer draagt er zorg voor dat de Meetinrichting steeds goed bereikbaar is en goed kan worden afgelezen. Voorts dient hij de Meetinrichting te beschermen tegen beschadiging en tegen verbreking van de verzegeling en te behoeden voor vorstschade.
Artikel 12. Onderzoek van de meetinrichting
12.1 Bij twijfel over de juistheid van de meting kunnen zowel de Afnemer als het Bedrijf verlangen dat de meetinrichting wordt onderzocht. Het Bedrijf deelt de Afnemer zoveel mogelijk vooraf mede wanneer dit onderzoek zal plaatsvinden en/of wanneer de Meetinrichting voor onderzoek zal worden weggenomen. Het Bedrijf stelt de Afnemer op de hoogte van de onderzoeksmogelijkheden en van de kosten van het onderzoek.
12.2 Het onderzoek wordt door of vanwege het Bedrijf verricht, tenzij de Afnemer een onderzoek door een onafhankelijke organisatie verlangt.
12.3 De kosten van het onderzoek en de vervanging van de Meetinrichting zijn voor rekening van xxxxxx op wiens verzoek het onderzoek wordt verricht. Indien volgens het onderzoek de afwijking groter is dan toegestaan, komen de kosten ten laste van het Bedrijf.
12.4 Zolang de mogelijkheid bestaat dat de Afnemer nader onderzoek van de meetinrichting verlangt of de herberekening als bedoeld in artikel 13 niet is afgewikkeld, houdt het Bedrijf de meter beschikbaar voor het nadere onderzoek tot zes weken na verzending van het resultaat van het onderzoek als bedoeld in lid 2. In geval een geschil aanhangig wordt gemaakt, dient het Bedrijf de desbetreffende meter zo mogelijk te bewaren respectievelijk bij eventuele herplaatsing te kunnen traceren tot er een uitspraak is omtrent het geschil of het geschil is beëindigd.
Artikel 13. Gevolgen van onjuiste meting
13.1 Indien uit het onderzoek blijkt dat de afwijking groter is dan toegestaan, stelt het Bedrijf de omvang van de levering vast aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek. Herberekening zal plaatsvinden over de periode dat de Meetinrichting onjuist heeft gefunctioneerd, doch ten hoogste over een tijdvak van vierentwintig maanden wanneer het Bedrijf te veel berekend heeft en een tijdvak van achttien maanden wanneer het Bedrijf te weinig berekend heeft, teruggerekend vanaf het moment van het verwijderen van de ondeugdelijke Meetinrichting. In geval van fraude zal echter herberekening over de volledige periode plaatsvinden.
13.2 Indien het onderzoek geen hanteerbare maatstaf oplevert voor het vaststellen van de omvang van
de levering, is het Bedrijf bevoegd de omvang van de levering in het desbetreffende tijdvak te schatten naar de beste ter beschikking van het Bedrijf staande gegevens hieromtrent, waarbij als maatstaf dient:
a. de omvang van de levering in het overeenkomstige tijdvak van het voorafgaande jaar, of
b. de gemiddelde omvang van de levering in een eraan voorafgaand en een erop volgend tijdvak, of
c. een andere, na overleg met de Afnemer te bepalen billijke maatstaf.
Artikel 14. Tarieven
14.1 Voor het tot stand brengen, uitbreiden, wijzigen en wegnemen van een Aansluiting en voor de levering zijn de Aanvrager en de Afnemer bedragen verschuldigd volgens de van kracht zijnde tarievenbladen van het Bedrijf en/of volgens xxxxx overeen te komen bedragen.
14.1 Het Bedrijf bepaalt welk tarief van toepassing is. De Aanvrager en de Afnemer zijn gehouden desgevraagd de daartoe benodigde gegevens te verstrekken.
14.2 Alle bedragen die de Aanvrager en de Afnemer ingevolge deze algemene voorwaarden verschuldigd zijn, kunnen worden verhoogd met de belastingen en de heffingen die het Bedrijf bevoegd is in rekening te brengen.
Artikel 15. Betaling
15.1 Alle bedragen die de Aanvrager en de Afnemer ingevolge deze algemene voorwaarden verschuldigd zijn, brengt het Bedrijf hen door middel van een nota in rekening. Dit is niet van toepassing op voorschotten als bedoeld in lid 2 van dit artikel, indien de Aanvrager of de Afnemer betaalt door middel van automatische bankafschrijving.
15.2 Indien het Bedrijf dit verlangt, is de Afnemer voorschotten verschuldigd op hetgeen hij wegens de levering over het lopende tijdvak van afrekening zal moeten betalen. Het Bedrijf bepaalt in redelijkheid de grootte van de voorschotten, de periode waarop zij betrekking hebben, de tijdstippen waarop zij in rekening worden gebracht en het tijdstip waarop de gespecificeerde afrekening plaatsvindt. Deze gespecificeerde afrekening vindt ten minste éénmaal per jaar plaats, onder verrekening van de voorschotten. Bij verandering van omstandigheden kan de Afnemer wijziging van de grootte van de voorschotten verzoeken.
15.3 Een nota dient te worden voldaan binnen veertien dagen na ontvangst dan wel binnen de door het Bedrijf op of bij de nota aangegeven termijn, indien die langer is dan veertien dagen. De wijze van betaling is tussen het Bedrijf en de Aanvrager/Afnemer nader overeen te komen. Het Bedrijf biedt de Aanvrager/Afnemer een ruime keuze uit betalingswijzen.
15.4 De verplichting tot betaling wordt niet opgeheven of opgeschort op grond van bezwaren tegen de nota, tenzij de Aanvrager of de Afnemer binnen de in lid 3 van dit artikel bedoelde betalingstermijn bij het Bedrijf een bezwaarschrift indient, waarbij hij zijn bezwaren tegen de nota met redenen omkleedt. In dat geval wordt de betwiste betalingsverplichting opgeschort totdat het Bedrijf op het bezwaarschrift heeft beslist.
15.5 De Aanvrager en de Afnemer zijn slechts gerechtigd de hen in rekening gebrachte bedragen te verrekenen met enig bedrag dat het Bedrijf hen schuldig is, indien is voldaan aan de wettelijke vereisten voor verrekening. Verrekening met voorschotten als bedoeld in lid 2 van dit artikel is echter niet toegestaan.
Artikel 16. Borgstelling, vooruitbetaling en waarborgsom
16.1 Indien daar redelijkerwijs aanleiding voor is, kan het Bedrijf van de Aanvrager of van de Afnemer een bankgarantie van een in Nederland gevestigde bank verlangen tot zekerheid van de betaling van de op grond van deze algemene voorwaarden verschuldigde bedragen, tenzij het Bedrijf toepassing geeft aan het bepaalde in lid 2 of 3 van dit artikel. Het bedrag van de bankgarantie zal niet hoger zijn dan het bedrag dat de Afnemer naar het oordeel van het Bedrijf vermoedelijk gemiddeld voor levering over een periode van zes maanden zal moeten betalen, maar dient na eventuele (gedeeltelijke) verzilvering daarvan wel altijd weer tot op het volle bedrag te worden aangezuiverd.
16.2 Het Bedrijf is gerechtigd vooruitbetaling te verlangen van het bedrag dat verschuldigd is wegens het tot stand brengen, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen of wegnemen van een Aansluiting.
16.3 Tot zekerheid van de betaling van de ter zake van de levering verschuldigde bedragen kan het Bedrijf van de Afnemer de storting van een waarborgsom eisen. De waarborgsom zal niet hoger zijn dan het bedrag dat de Afnemer naar het oordeel van het Bedrijf vermoedelijk gemiddeld voor levering over een periode van zes maanden zal moeten betalen, maar dient na eventuele (gedeeltelijke) verzilvering daarvan wel altijd weer tot op het volle bedrag te worden aangezuiverd. De waarborgsom wordt terugbetaald, zodra de noodzaak tot zekerheidsstelling niet meer aanwezig is en in ieder geval zo spoedig mogelijk na beëindiging van de overeenkomst tot levering, onder aftrek van het bedrag dat eventueel nog betaald moet worden.
16.4 Over de waarborgsom wordt vanaf de datum van storting door het Bedrijf rente vergoed, te weten de helft van de wettelijke rente van artikel 7:119 BW. Uitbetaling van de rente geschiedt uiterlijk bij de terugbetaling van de waarborgsom.
Artikel 17. Wanbetaling
17.1 De Aanvrager of Afnemer is zonder nadere ingebrekestelling in verzuim indien niet binnen de in artikel 15 lid 3 bedoelde termijn is betaald.
17.2 Een gevolg van het in verzuim verkeren is dat de Aanvrager of Afnemer een vergoeding voor de redelijke kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte verschuldigd is alsmede de wettelijke rente van artikel 7:119 BV (ingeval van een Consument) respectievelijk de wettelijke rente van artikel 7:119a BV (in geval van een niet-Consument) voor iedere kalenderdag dat betaling te laat wordt verricht, onverminderd het bepaalde in artikel 9. De hoogte van de vergoeding voor de redelijke kosten is vastgelegd in het tarievenblad.
17.3 Indien de Aanvrager of Afnemer in verzuim is deelt het Bedrijf hem dit schriftelijk mee, onder vermelding van de gevolgen indien hij niet alsnog binnen veertien dagen betaalt. Aan deze aanmaning zijn geen kosten verbonden.
17.4 Indien de Aanvrager of Afnemer binnen de in lid 3 bedoelde termijn van veertien dagen een schriftelijk en gemotiveerd verzoek tot het treffen van een betalingsregeling bij het Bedrijf heeft ingediend, treden de gevolgen van niet-betaling niet eerder in dan nadat het Bedrijf op dit verzoek - eveneens schriftelijk en gemotiveerd - afwijzend heeft beslist.
17.5 Gedurende de looptijd van een door het Bedrijf met de Aanvrager of Afnemer gesloten betalingsregeling dient de Aanvrager of Afnemer alle uit hoofde van de betalingsregeling en alle overige aan het Bedrijf verschuldigde bedragen volledig te voldoen. Over deze bedragen kan geen verzoek tot een betalingsregeling worden ingediend. Komt de Aanvrager of Afnemer zijn verplichtingen inzake de betalingsregeling (zoals eenduidig geformuleerde betaaltermijnen) niet na, dan is hij ten aanzien hiervan zonder nadere ingebrekestelling in verzuim.
Artikel 18. Verbodsbepalingen
18.1 Het is de Aanvrager en de Afnemer verboden:
a. door middel van de Binneninstallatie via het net van het Bedrijf hinder of schade te veroorzaken voor het Bedrijf of andere Afnemers;
b. door of vanwege het Bedrijf aangebrachte verzegelingen te verbreken of te doen verbreken;
c. handelingen te verrichten of te doen verrichten, waardoor de omvang van de levering niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te scheppen, waardoor het normaal functioneren van de meetinrichting(en), de Afleverset of (andere) apparatuur van het Bedrijf wordt verhinderd of het van kracht zijnde tarievenblad van het Bedrijf niet of niet juist kan worden toegepast;
d. een net van het Bedrijf te gebruiken voor aarding van elektrische installaties, toestellen, bliksemafleiders en dergelijke;
e. systeemwater aan het verwarmingssysteem van het Bedrijf te onttrekken met inbegrip van het onttrekken van systeemwater middels de Binneninstallatie voor het aftappen, vullen, spoelen dan wel anderszins van de Binneninstallatie;
f. (vloei-)stoffen toe te voegen aan het water in het verwarmingssysteem.
18.2 Het is de Afnemer verboden zonder schriftelijke toestemming van het Bedrijf de geleverde warmte en/of koude en/of de mogelijkheid tot bereiden van warm tapwater anders dan ten behoeve van het eigen perceel te gebruiken. Het Bedrijf kan aan een dergelijke toestemming voorwaarden verbinden.
18.3 Indien wordt vastgesteld dat systeemwater van het Bedrijf verloren is gegaan, zal, behoudens in geval van overmacht, de verloren gegane hoeveelheid water alsmede de daarin aanwezige warmte en/of koude aan de Afnemer in rekening worden gebracht. Alle schade die het Bedrijf door dit verloren gaan mocht lijden, zal door de Afnemer aan het Bedrijf worden vergoed, waarbij artikel 20, lid 7 van overeenkomstige toepassing is.
Artikel 19. Andere verplichtingen
19.1 Het Bedrijf zal bij de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze algemene voorwaarden die zorg betrachten die van een zorgvuldig handelend Bedrijf mag worden verwacht. In het bijzonder zal het Bedrijf zoveel mogelijk trachten te voorkomen dat de Aanvrager en de Afnemer bij de uitvoering van werkzaamheden hinder of schade ondervinden.
19.2 Zowel de Aanvrager als de Afnemer zijn verplicht aan het Bedrijf de nodige medewerking te verlenen bij de toepassing en de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze algemene voorwaarden en de controle op de naleving daarvan, en wel in het bijzonder door:
a. het Bedrijf zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van door hen waargenomen of vermoede schade, gebreken of onregelmatigheden in het in hun perceel aanwezige gedeelte van de Aansluiting, inclusief de meetinrichting, verbreking van de verzegeling daaronder begrepen;
b. aan personen, die van een door het Bedrijf uitgegeven legitimatiebewijs of machtiging zijn voorzien, toegang te verlenen tot het perceel – mede ten behoeve van de uitvoering van een van overheidswege op het Bedrijf rustende verplichting – van 08.00 tot 20.00 uur, behoudens op zon- en feestdagen; alsmede in geval van dringende reden ook op andere dagen en buiten deze uren;
c. het Bedrijf tijdig op de hoogte te stellen van adres- c.q. (handels)naamswijzigingen.
19.3 De Aanvrager en de Afnemer zijn verplicht het redelijkerwijs mogelijke te doen om schade aan het in het perceel aanwezige zaken van het Bedrijf te voorkomen.
19.4 Indien de Aanvrager of de Afnemer geen eigenaar is van het perceel, staat hij ervoor in dat de eigenaar akkoord gaat met het verrichten van alle handelingen die door het Bedrijf voor het tot stand brengen, vervangen, verplaatsen, uitbreiden, wijzigen of wegnemen van een Aansluiting of voor het
transport en de levering noodzakelijk worden geacht, zowel ten behoeve van hemzelf als, ingevolge
artikel 4 lid 1 van deze algemene voorwaarden, ten behoeve van derden. Het Bedrijf kan verlangen dat de Aanvrager of de Afnemer een schriftelijke verklaring van de eigenaar overlegt.
19.5 De Afnemer is verplicht – ook in de gevallen waarin hij het Appartementsrecht van de betreffende eigenaar huurt of anderszins in gebruik heeft – het betreffende Appartementsrecht aangesloten te houden op de Collectieve Installatie en voorts in ieder geval het aantal Gigajoules aan Warmte af te nemen om het betreffende Appartementsrecht vorstvrij te houden en de daarmee verband houdende kosten, naast het vastrecht, aan het Bedrijf te voldoen. Om de kwaliteit in omliggende Appartementsrechten niet negatief te beïnvloeden dient als zijnde “vorstvrij” een minimum temperatuur van 15oC binnen een Appartementsrecht gehanteerd te worden.
Artikel 20. Aansprakelijkheid
20.1 Het Bedrijf is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, jegens de Aanvrager of Afnemer aansprakelijk voor schade als gevolg van onderbreking van het transport of de levering van warmte en/of koude echter uitsluitend indien en voor zover:
a. de onderbreking het gevolg is van een aan het Bedrijf toerekenbare tekortkoming en
b. het personenschade betreft als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden en/of
c. het zaakschade betreft bestaande uit vernietiging, beschadiging of verlies van een zaak en/of
d. het noodzakelijke kosten betreffen ter voorkoming van zaakschade bij een onderbreking van meer dan 8 uur.
20.2 Voor zaakschade en voor de noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade geldt een drempelbedrag van Euro 55,00 (vijfenvijftig euro) voor de Aanvrager of Afnemer, met dien verstande dat bij overschrijding het drempelbedrag mede wordt vergoed. Voor personenschade als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden geldt geen drempelbedrag.
20.3 Het Bedrijf is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, voorts aansprakelijk voor schade aan personen of zaken ten gevolge van een gebrekkige Aansluiting, een gebrekkig transport of een gebrekkige levering dan wel van een onjuist handelen of nalaten in verband met Aansluiting, transport of levering – niet zijnde een onderbreking van het transport of de levering – doch niet, indien de schade het gevolg is van een tekortkoming die het Bedrijf niet kan worden toegerekend.
20.4 Behoudens ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid van het Bedrijf of diens leidinggevende werknemers, is in alle gevallen vergoeding van indirecte schade zoals in ieder geval schade als gevolg van bedrijfsstilstand, als gevolg van het niet kunnen uitoefenen van een beroep of bedrijf of als gevolg van winstderving, uitgesloten.
20.5 Indien en voor zover Bedrijf jegens Aanvrager of de Afnemer in het kader van deze algemene voorwaarden tot schadevergoeding verplicht is, komt schade aan personen en/of zaken slechts voor vergoeding in aanmerking tot een bedrag van ten hoogste € 250.000,- (tweehonderdvijftigduizend Euro) per gebeurtenis voor alle Aanvragers en Afnemers tezamen met dien verstande dat vergoeding van schade aan zaken, ongeacht de omvang van het totaal van de schade, is beperkt tot ten hoogste € 1.400,- (veertienhonderd Euro) per Aanvrager of Afnemer. Indien het totaal van de schaden aan personen en/of zaken meer bedraagt dan € 250.000,- is het Bedrijf niet gehouden meer schadevergoeding te betalen dan dit bedrag, waarbij – met inachtneming van het eerder in dit lid genoemde maximum voor schade aan zaken van € 1.400,- (veertienhonderd Euro) per Aanvrager of Afnemer – de aanspraken van Aanvragers en Afnemers naar evenredigheid zullen worden voldaan. Schade dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na het ontstaan aan het Bedrijf te zijn gemeld, tenzij de Aanvrager of de Afnemer aannemelijk maakt dat hij de schade niet eerder heeft kunnen melden.
20.6 De aansprakelijkheidsregeling in de vorige leden van dit artikel geldt mede ten aanzien van ieder ander bedrijf dat warmte en/of koude levert, waarmee het Bedrijf ten behoeve van de openbare voorziening van warmte en/of koude samenwerkt, alsmede ten aanzien van personen voor wie het Bedrijf of dat andere bedrijf dat warmte en/of koude levert aansprakelijk is.
20.7 De Aanvrager of de Afnemer is aansprakelijk voor alle schade aan enige door het Bedrijf ten behoeve van het transport en/of de levering in, aan, op, onder of boven het perceel aangebrachte voorziening, tenzij de schade het gevolg is van een tekortkoming die de Aanvrager of de Afnemer niet kan worden toegerekend. Indien de Aanvrager of de Afnemer schade moet vergoeden, is deze – wanneer geen sprake is van boze opzet of kwade wil - beperkt tot een bedrag van ten hoogste Euro 1.130,-- (elfhonderd dertig Euro) per Aanvrager of Afnemer en per gebeurtenis.
Artikel 21. Klachten en geschillen
21.1 Indien de Aanvrager of Afnemer een klacht heeft over de totstandkoming of uitvoering van de overeenkomst (daaronder niet begrepen de afwijzing van een voorgestelde betalingsregeling), dient hij deze eerst aan het Bedrijf voor te leggen. Onverminderd het bepaalde in artikel 15, lid 4, dient de Aanvrager/Afnemer een klacht voor te leggen binnen 8 weken nadat hij het feit waarop de klacht gestoeld is, heeft ontdekt of redelijkerwijze had kunnen ontdekken. Het voorleggen van een klacht dient te gebeuren met een brief gericht aan het Bedrijf, die de gronden van de klacht bevat. De Aanvrager/Afnemer wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen acht weken na ontvangst van de klacht, door het Bedrijf schriftelijk en gemotiveerd in kennis gesteld van de bevindingen van het Bedrijf naar aanleiding van de klacht en van de conclusies die het Bedrijf daaraan heeft verbonden.
21.2 Indien een klacht niet naar tevredenheid van beide partijen is opgelost alsmede ingeval van afwijzing van een voorgestelde betalingsregeling als bedoeld in artikel 17, lid 4, kan het resterende geschil zowel door de Aanvrager/Afnemer als door het Bedrijf worden voorgelegd aan de Geschillencommissie Energie (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) of aan de bevoegde rechter in Nederland.
21.3 Wanneer de Aanvrager/Afnemer ervoor kiest een geschil voor te leggen aan de Geschillencommissie, dan is het Bedrijf aan deze keuze gebonden zodra het Bedrijf met het indienen van een verzoek tot behandeling door de Geschillencommissie bekend is. Een geschil dient schriftelijk bij de Geschillencommissie aanhangig te zijn gemaakt uiterlijk drie maanden nadat de klacht aan het Bedrijf is voorgelegd. Voor gevallen als bedoeld in artikel 9 lid 2 geldt een termijn van tien kalenderdagen.
21.4 Wanneer bij het Bedrijf de wens bestaat het initiatief te nemen een geschil te laten behandelen door de Geschillencommissie, dan stelt hij de Aanvrager/Afnemer schriftelijk voor het geschil te laten behandelen door de Geschillencommissie. Het Bedrijf kondigt daarbij aan dat hij het geschil aanhangig zal maken bij de bevoegde rechter als de Aanvrager/Afnemer niet binnen vijf weken schriftelijk laat weten in te stemmen met behandeling van het geschil door de Geschillencommissie. Indien het Bedrijf, in het geval de Aanvrager/Afnemer het verzoek heeft afgewezen of niet binnen de termijn van vijf weken heeft geantwoord, het geschil niet binnen twee maanden aanhangig heeft gemaakt bij de bevoegde rechter, kan de Aanvrager/gebruiker het geschil alsnog voor behandeling voorleggen aan de Geschillencommissie.
21.5 De Geschillencommissie doet uitspraak onder de voorwaarden zoals deze zijn vastgesteld in het Reglement Geschillencommissie Energie. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd. Indien de Geschillencommissie oordeelt dat de klacht gegrond is, dan moet het Bedrijf de Aanvrager/Afnemer laatstbedoeld bedrag vergoeden.
Artikel 22. Afwijkingen van deze algemene voorwaarden
22.1 In bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het Bedrijf, kunnen afwijkingen van deze algemene voorwaarden worden toegestaan. Deze afwijkingen zullen schriftelijk worden vastgelegd.
22.2 In alle gevallen waarin deze algemene voorwaarden niet voorzien, zal het Bedrijf een regeling treffen naar redelijkheid. Uitgangspunt hierbij zijn het algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht en de overige voor het Bedrijf van toepassing zijnde wettelijke bepalingen.
Artikel 23. Wijzigingen van de voorwaarden en tarieven
23.1 Deze algemene voorwaarden en de op grond daarvan van toepassing zijnde voorschriften en regelingen en de door het Bedrijf gehanteerde tarieven, kunnen door het Bedrijf worden gewijzigd. Wijzigingen van de voorwaarden worden tenminste tien kalenderdagen vóór inwerkingtreding bekend gemaakt. Tariefswijzigingen worden uiterlijk op de dag van inwerkingtreding bekend gemaakt. Wijzigingen treden in werking op de in de bekendmaking vermelde datum.
23.2 Indien in enig jaar een of meer besluiten van de Autoriteit Consument en Markt (ACM), die mede van belang zijn bij het vaststellen van de tarieven door het Bedrijf, in werking treden of bekendgemaakt worden op een zodanig tijdstip, dat bekendmaking door het Bedrijf niet op of voor 1 januari van het betreffende jaar kan geschieden, treden in afwijking van het eerste lid tariefwijzigingen van het Bedrijf in werking op het moment dat het besluit van de ACM van kracht wordt, tenzij in de bekendmaking door het Bedrijf, voor zover wettelijk toegestaan, een latere datum van in werking treden is vermeld.
23.3 Bekendmaking vindt plaats door middel van een persoonlijke kennisgeving of door middel van een algemene kennisgeving geplaatst op de internetsite van het Bedrijf of in één of meer dag- of weekbladen die in het gebied waarin het Bedrijf warmte en/of koude levert verspreid worden, dat de voorwaarden, voorschriften en regelingen zijn gewijzigd en bij het Bedrijf ter inzage liggen en aldaar op aanvraag kosteloos verkrijgbaar zijn.
23.4 Wijzigingen gelden ook ten aanzien van reeds bestaande overeenkomsten. Indien een Afnemer een wijziging niet wenst te accepteren, kan hij de overeenkomst opzeggen overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 lid 6 van deze algemene voorwaarden.
Artikel 24. Bijzondere bepalingen
24.1 De verplichting tot levering ingevolge de overeenkomst, bedoeld in artikel 6 van deze algemene voorwaarden, eindigt in ieder geval indien en voor zover een aan het Bedrijf verleende toestemming, met inbegrip van zakelijke rechten, om warmte en/of koude te leveren wordt ingetrokken, vervalt of vervallen wordt verklaard.
24.2 Voor het geval het Bedrijf zijn rechten en verplichtingen uit de overeenkomst als bedoeld in artikel 6 van deze algemene voorwaarden aan een derde dient of wenst over te dragen, verleent de Afnemer/Aanvrager hiertoe bij voorbaat zijn toestemming.
Artikel 25. Slotbepalingen
25.1 Deze algemene voorwaarden treden in werking op 1 januari 2017. Met ingang van die datum vervallen de tot dan geldende voorwaarden.
25.2 Deze algemene voorwaarden kunnen worden aangehaald als ‘Algemene Voorwaarden Warmte en/of koude’ (versie 2017-02c).
25.3 Deze algemene voorwaarden liggen bij het Bedrijf ter inzage en zijn aldaar op aanvraag kosteloos verkrijgbaar.
WarmCruquius
AMVEST Woningen-Nova Projectontwikkeling BV KvK nummer: 34228206