Algemene Voorwaarden Plusverzekering OWM SAZAS u.a.
Algemene Voorwaarden Plusverzekering OWM SAZAS u.a.
(PLUS-pakket)
Deze Algemene Voorwaarden gelden voor de Plusverzekering van SAZAS en gaan in op 1 juli 2008.
Per risico vormen het verzekeringsbewijs, samen met de Algemene Voorwaarden en met de eventueel van toepassing zijnde Aanvullende Voorwaarden één geheel.
Bij strijdigheid gaan de Aanvullende Voorwaarden voor de Algemene Voorwaarden.
Bij het sluiten van deze verzekering is SAZAS ervan uitgegaan dat de gegeven inlichtingen en verklaringen juist en volledig zijn. Verzwegen gegevens en onjuiste of onvolledig gegeven antwoorden op vragen kunnen voor SAZAS een reden zijn om de nietigheid van deze verzekering in te roepen.
Inhoudsopgave op artikelnummer:
Begripsomschrijvingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Grondslag van de verzekering
Artikel 2 Grondslag van de verzekering Artikel 3 Lidmaatschap OWM SAZAS u.a.
Omvang van de dekking
Artikel 4 Inhoud van de verzekering
Artikel 5 Inkomensaanvulling 27ste t/m 52ste arbeidsongeschiktheidsweek
Artikel 6 Inkomensaanvulling 53ste t/m 104de arbeidsongeschiktheidsweek
Artikel 7 Inkomensaanvulling eerste 5 WIA jaren Artikel 8 WGA-hiaatuitkering
151016 052008
Artikel 9 Dekking in het buitenland
Arbeidsongeschiktheid en uitkering
Artikel 10 Verplichtingen bij arbeidsongeschiktheid en herstel
Artikel 11 Voorwaarden voor uitkering Artikel 12 Geen aanspraak op uitkering Artikel 13 Verval van aanspraak
Artikel 14 Vroeginstroom IVA Artikel 15 Uitbetaling van uitkering Artikel 16 Aanpassen uitkering
Artikel 17 Geen uitkering - Uitsluitingen Artikel 18 Einde uitkering
Artikel 19 Informatieplicht verzekeringnemer Artikel 20 Verval van recht
Begin en einde van de verzekering
Artikel 21 Begin en einde van de verzekering Artikel 22 Uitloop
Artikel 23 Uitloop bij beëindiging deelname van de werkgever
Artikel 24 Royement deelname verzekering Artikel 25 Royement werkgever Basisverzekering Artikel 26 Terugvordering en verrekening
Premie
Artikel 27 Premie
Artikel 28 Naverrekening
Bevoegdheden en verplichtingen
Artikel 29 Verplichtingen
Artikel 30 Controle
Artikel 31 Sancties
Artikel 32 Wijziging van premie en/of voorwaarden
Opzegging en herintreding
Artikel 33 Hernieuwde deelname aan de verzekering tijdens de duur van het dienstverband
150020 012005
Artikel 34 Voorwaarden opzegging deelname aan de verzekering
Artikel 35 Gevolgen van opzegging deelname aan de verzekering
Artikel 36 Herintreding in de verzekering
Slotbepalingen
Artikel 37 Beslissingen
Artikel 38 Mandatering van bevoegdheden Artikel 39 Adres
Artikel 40 Kennelijke onredelijkheid Artikel 41 Onvoorziene gevallen Artikel 42 Klachten en geschillen Artikel 43 Toepasselijk recht
Artikel 44 Privacybescherming
Artikel 45 Inwerkingtreding
Bijlage:
• Statuten OWM SAZAS u.a.
Begripsomschrijvingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Hieronder verklaren wij de afkortingen en begrippen uit de voorwaarden van de SAZAS Plusverzekering.
1.1 Administrateur
De door de OWM SAZAS u.a. aangewezen uitvoerder van deze verzekering.
1.2 Arbeidsongeschiktheid
Ongeschiktheid tot het verrichten van werkzaam- heden wegens ziekte of ongeval. Bij de definitie van arbeidsongeschiktheid wordt voor de eerste 104 weken van arbeidsongeschiktheid aangesloten bij hetgeen in het Burgerlijk Wetboek hierover is vermeld. Voor de onderdelen uit deze verzekering die ingaan na 104 weken arbeidsongeschiktheid
geldt dat er sprake is van arbeidsongeschiktheid als u arbeidsongeschikt bent in de zin van de wet WIA. Hierop geldt als aanvulling dat er ook sprake is van arbeidsongeschiktheid voor deze verzekering als u voor de wet WIA tussen de 0 en 35% arbeidsonge- schikt wordt bevonden.
1.3 Arbodienst
Een deskundige dienst als bedoeld in de Arbeids- omstandighedenwet 1998 en die gecertificeerd is als bedoeld in artikel 20 van die wet. Dit kan zijn een gecertificeerde / geregistreerde deskundige(n) (be- drijfsarts, arbodienst, verzekeraar of re-integratie- bedrijf).
1.4 Atoomkernreactie
Elke kernreactie waarbij energie vrijkomt, zoals kernfusie, kernsplijting en kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit. De uitsluiting geldt niet- als het gaat om radioactieve stoffen:
• die zich in overeenstemming met hun bestem- ming buiten een kerninstallatie bevinden;
• en die gebruikt worden of bestemd zijn om ge- bruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden of voor (niet- militaire) beveiligingsdoeleinden;
• en waarvoor de overheid (voor zover nood zakelijk) een vergunning heeft afgegeven voor vervaardiging, gebruik, opslag en verwijdering.
1.5 Bestuur
Het bestuur van de OWM SAZAS u.a..
1.6 Eerste arbeidsongeschiktheidsdag
De eerste dag, waarop u gedeeltelijk of geheel uw werkzaamheden niet hebt uitgevoerd, of hebt gestaakt, wegens arbeidsongeschiktheid.
Dit is ook de eerste dag van het tijdvak van 104 weken, zoals bedoeld in de Wet WIA waarop de wachttijd van 104 weken voor de Wet WIA ingaat. Bij onbetaald verlof is dit de eerste werkdag na afloop van de verlofperiode. Als perioden van arbeidsongeschiktheid elkaar binnen 4 weken opvolgen, horen ze voor het bepalen van de eerste arbeidsongeschiktheidsdag en de periode van 104 weken bij elkaar.
1.7 Einddatum
De laatste dag van de contractduur van de SAZAS Plusverzekering. Wij verlengen deze verzekering automatisch met een volgende contractperiode.
1.8 Kerninstallatie
Een installatie in de zin van de Wet aansprakelijk- heid kernongevallen (Staatsblad 1979/225) of aan boord van een schip.
1.9 Molest
Arbeidsongeschiktheid die is veroorzaakt of ontstaan door een gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer of muiterij.
a. Gewapend conflict: Elke situatie waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of min- stens de één de ander, bestrijden met militaire machtsmiddelen. Onder gewapend conflict wordt ook verstaan het gewapende optreden van een vredesmacht van de VN.
b. Burgeroorlog: Een min of meer georganiseerde gewapende strijd tussen inwoners van dezelfde staat. Daarbij is een belangrijk deel van de inwo- ners van die staat betrokken.
150020 012005
c. Opstand: Een georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat. Het verzet is gericht tegen het openbare gezag.
d. Binnenlandse onlusten: Min of meer georgani- seerde gewelddadige handelingen op verschil- lende plaatsen binnen een staat.
e. Oproer: Een min of meer georganiseerde geweld- dadige plaatselijke beweging. De beweging is gericht tegen het openbare gezag.
f. Muiterij: Een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van een gewa- pende macht. De beweging is gericht tegen het gezag waaronder ze is gesteld.
Deze omschrijvingen vormen een onderdeel van de tekst die door het Verbond van Verzekeraars in Nederland d.d. 2 november 1981 ter griffie van de
Arrondissementsrechtbank in Den Haag is gedepo- neerd onder nummer 136/1981 of eventuele vervan- ging daarvan.
1.10 Naverrekening
De mogelijkheid voor uw werkgever om na afloop van het kalenderjaar de betaalde premie en ver- strekte uitkeringen te laten herberekenen op basis van het werkelijk genoten jaarloon per werknemer. Dit geldt ook voor de aan u verstrekte Plusuitkering.
1.11 No-riskpolis
De no-riskpolis beperkt, voor uw werkgever, de eerste 5 jaar de financiële risico’s bij ziekte en arbeidsongeschiktheid van een nieuw in dienst genomen gedeeltelijk arbeidsgeschikte
werknemer. De no-riskpolis wordt uitgevoerd door UWV.
1.12 Onbetaald verlof
Een tussen u en uw werkgever overeengekomen periode van verlof waarin geen loon wordt doorbe- taald. Hieronder vallen alle soorten van onbetaald verlof op grond van de Wet arbeid en zorg.
1.13 Passende arbeid
Alle arbeid die, naar het oordeel van de Arbodienst en/of verzekeringsarts van UWV, voor uw krachten en bekwaamheden zijn berekend, tenzij aanvaarding om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van u kan worden gevergd, zoals bedoeld in artikel 7:658a Burgerlijk Wetboek. Welke arbeid nog gedaan kan worden hangt af van uw capaciteiten en uw beperkingen.
1.14 Premiepercentage
De premie die wordt geheven over het in totaal ver- zekerde jaarloon, uitgedrukt als percentage van het verzekerde jaarloon.
1.15 Re-integratie
Het proces en de activiteiten om een arbeidsonge- schikte werknemer te laten terugkeren in het arbeidsproces. Het kan gaan om terugkeer naar eigen werk, of om passende arbeid bij de eigen of eventueel een andere werkgever.
1.16 SAZAS
De Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS
1.17 Terrorismerisico
Terrorisme, kwaadwillige besmetting, preventieve maatregelen of handelingen of gedragingen ter voorbereiding daarvan.
a. Terrorisme: Gewelddadige handelingen of ge- dragingen in de vorm van een aanslag (of reeks van aanslagen). Het gevolg is letsel of aantasting van de gezondheid, al dan niet met de dood als
gevolg. Aannemelijk moet zijn dat de aanslag(en) is/zijn beraamd of uitgevoerd om politieke, religi- euze en/of ideologische doelen te verwezenlijken. Aanslagen vormen een reeks wanneer ze in tijd én doelstelling met elkaar samenhangen.
b. Kwaadwillige besmetting: Het (doen) verspreiden van ziektekiemen of stoffen om schade te veroor- zaken. Aannemelijk moet zijn dat de verspreiding is beraamd of uitgevoerd om politieke, religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
De verspreide ziektekiemen of de veroorzaakte schade betreft de directe of indirecte fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking op mensen, dieren of zaken.
c. Preventieve maatregelen: Maatregelen die over- heid, verzekerden of derden treffen om een onmid- dellijk dreigend gevaar van terrorisme of kwaad- willige besmetting te voorkomen, of als het gevaar zich al heeft voorgedaan de gevolgen te beperken.
1.18 U / uw
(Van) de verzekeringnemer die wordt genoemd op het verzekeringsbewijs en die deze overeenkomst met SAZAS heeft gesloten.
1.19 UWV
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. UWV is de uitvoeringsorganisatie voor de sociale werknemersverzekeringen.
1.20 Verzekerde jaarloon / Verzekerde loonsom
Het totaal van, het door uw werkgever, voor u op- gegeven functieloon (standaard bruto jaarsalaris), vermeerderd met de vaste toeslagen die voor u gelden op jaarbasis. Voorbeelden van vaste toesla- gen zijn de vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en winstuitkering. Ploegentoeslag, provisie en over- werk vallen eronder als het structurele componen-
ten van uw loon zijn. Als uw verzekerde jaarloon een bedrag van € 100.000,= (bruto) te boven gaat, wordt het meerdere voor de premie en de uitkering buiten beschouwing gelaten. Het bedrag van € 100.000,= geldt niet voor de WGA-hiaatuitkering uit deze ver- zekering. Het verzekerde jaarloon voor die uitkering is gemaximeerd op het, voor het betreffende jaar, geldende maximumloon sociale verzekeringen.
1.21 Verzekeringnemer
Degene die de verzekeringsovereenkomst met SAZAS is aangegaan en die als zodanig op het verze- keringsbewijs staat vermeld. De verzekeringnemer moet een arbeidsovereenkomst hebben afgesloten met een werkgever die deelneemt aan de SAZAS Basisverzekering.
1.22 Wajong
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jong- gehandicapten.
1.23 Wazo
Wet arbeid en zorg.
1.24 Werkgever
De werkgever waarmee u een arbeidsovereenkomst hebt afgesloten. Deze werkgever moet deelnemer zijn aan de SAZAS Basisverzekering.
1.25 Wet WIA
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.
1.26 WGA
150020 012005
Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeids- geschikten.
1.27 WGA-hiaat
Het WGA-hiaat is het inkomensverschil dat ontstaat als gevolg van de overgang van WGA- loongerelateerde uitkering of WGA-loonaanvulling
naar WGA-vervolguitkering, voor zover de verlaging van de WGA- uitkering niet het gevolg is van een wijziging in de arbeidsongeschiktheid.
1.28 Wij / we / ons / onze
SAZAS, de verzekeraar waarmee deze verzekerings- overeenkomst is aangegaan.
Grondslag van de verzekering
Artikel 2 Grondslag van de verzekering
De grondslag van deze verzekering wordt gevormd door de gegevens die door u of uw werkgever zijn verstrekt, door het verzekeringsbewijs dat door SAZAS is afgegeven en door deze voorwaarden en eventuele aanvullende voor- waarden.
Artikel 3 Lidmaatschap OWM SAZAS u.a.
3.1 Leden van SAZAS zijn uitsluitend degenen die een of meer verzekeringen bij SAZAS hebben afgesloten.
3.2 De leden zijn gehouden tot naleving van alle verplichtingen welke bij of krachtens de statuten van SAZAS en bijbehorende besluiten worden voorgeschreven.
3.3 De desbetreffende bepalingen uit de statuten maken onderdeel van deze verzekering uit.
Omvang van de dekking
Artikel 4 Inhoud van de verzekering
4.1 Deze verzekering voorziet in een uitkering aan u bij arbeidsongeschiktheid, rekening houdend met hetgeen is vermeld in deze voorwaarden, op het verzekeringsbewijs of met hetgeen is bijgevoegd.
4.2 Een verlenging van de loondoorbetalingsplicht voor uw werkgever als gevolg van een door UWV opgelegde sanctie, valt niet onder de dekking van deze verzekering.
4.3 Ook een op grond van een tussen u en uw werkgever tot stand gekomen verlengde loondoorbetaling valt niet onder de dekking van deze verzekering.
Artikel 5 Inkomensaanvulling 27ste t/m 52ste arbeidsongeschiktheidsweek
5.1 Bij arbeidsongeschiktheid wordt, rekening houdend met hetgeen in deze voorwaarden en op het verze- keringsbewijs is vermeld, voor zover en zolang u ongeschikt bent en blijft tot het verrichten van uw arbeid, aan u met ingang van de 27ste week van ar- beidsongeschiktheid per dag een uitkering verstrekt ter hoogte van 10% van het verzekerde jaarloon, gedeeld door 260 dagen. Per week wordt over maxi- maal 5 dagen uitkering verleend.
5.2 Bij het bepalen van de uitkering uit het eerste lid wordt rekening gehouden met uw arbeids-
ongeschiktheidspercentage. Bij gedeeltelijke werk- hervatting wordt uw uitkering een zelfde percentage als het percentage waarvoor u uw arbeid nog niet kan verrichten wegens arbeidsongeschiktheid.
5.3 Geen uitkering als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, wordt verstrekt nadat een tijdvak van
52 weken van ongeschiktheid tot werken is verstre-
xxx, te rekenen vanaf de eerste arbeidsongeschikt- heidsdag. Voor het bepalen van dit tijdvak worden tijdvakken van arbeidsongeschiktheid samengeteld, als zij elkaar met een onderbreking van minder dan 4 weken opvolgen.
5.4 Voor het bepalen van het in het derde lid bedoelde tijdvak worden tevens tijdvakken van arbeidsonge- schiktheid samengeteld, als zij worden onderbroken door uitsluitend een periode van bevallingsverlof
op grond van de Wazo, en het tweede tijdvak van arbeidsongeschiktheid dezelfde oorzaak kent als het eerste tijdvak.
Artikel 6 Inkomensaanvulling 53ste t/m 104de arbeidsongeschiktheidsweek
6.1 Bij arbeidsongeschiktheid wordt, rekening houdend met hetgeen in deze voorwaarden en op het verze- keringsbewijs is vermeld, voor zover en zolang u ongeschikt bent en blijft tot het verrichten van uw arbeid, aan u met ingang van de 53ste week van ar- beidsongeschiktheid per dag een uitkering verstrekt ter hoogte van 15% van het verzekerde jaarloon, gedeeld door 260 dagen. Per week wordt over maxi- maal 5 dagen uitkering verleend.
6.2 Bij het bepalen van de uitkering uit het eerste lid wordt rekening gehouden met uw arbeids-
ongeschiktheidspercentage. Bij gedeeltelijke werk- hervatting wordt uw uitkering een zelfde percentage als het percentage waarvoor u uw arbeid nog niet kan verrichten wegens arbeidsongeschiktheid.
6.3 Geen uitkering als bedoeld in het eerste lid, wordt verstrekt nadat een tijdvak van 104 weken van ar- beidsongeschiktheid is verstreken, te rekenen vanaf de eerste arbeidsongeschiktheidsdag. Voor het be- palen van dit tijdvak worden tijdvakken van arbeids- ongeschiktheid samengeteld, als zij elkaar met een
onderbreking van minder dan 4 weken opvolgen.
6.4 Voor het bepalen van het in het derde lid bedoelde tijdvak worden tevens tijdvakken van ongeschiktheid tot werken samengeteld, als zij worden onderbroken door uitsluitend een periode van bevallingsverlof op grond van de Wazo, en het tweede tijdvak van ongeschiktheid tot werken dezelfde arbeids- ongeschiktheidsoorzaak kent als het eerste tijdvak.
Artikel 7 Inkomensaanvulling eerste 5 WIA jaren
7.1 Bij arbeidsongeschiktheid langer dan 104 weken wordt, rekening houdend met hetgeen in deze voor- waarden en op het verzekeringsbewijs is vermeld, voor zover en zolang u ongeschikt bent en blijft tot het verrichten van arbeid, vanaf de eerste dag van arbeidsongeschiktheid in de zin van de wet WIA, per dag een uitkering aan u verstrekt ter hoogte van 10% van het verzekerde jaarloon, gedeeld door 260 dagen.
7.2 Geen uitkering als bedoeld in het eerste lid van dit artikel wordt verstrekt, nadat een tijdvak van 5 jaar, te rekenen vanaf de eerste arbeidsongeschiktheids- dag in de zin van de wet WIA is verstreken.
7.3 De aanspraak op een uitkering als bedoeld in het eerste lid van dit artikel vervalt, als UWV de WIA- uitkering intrekt of beëindigt, tenzij de intrekking of beëindiging van de WIA-uitkering wordt veroorzaakt doordat u tussen 0 en 35 procent arbeidsongeschikt wordt bevonden.
7.4 Geen aanspraak ontstaat wanneer de eerste ar- beidsongeschiktheidsdag, als bedoeld in de wet WIA, voor de ingangsdatum van de verzekering ligt.
150020 012005
7.5 Wanneer uw WIA-uitkering, na intrekking of beëin- diging wordt heropend en u had ook recht op een uitkering als bedoeld in het eerste lid van dit artikel,
dan wordt deze uitkering ook heropend tot de eind- datum van de periode van 5 jaar als bedoeld in het tweede lid.
Artikel 8 WGA-hiaatuitkering
8.1 Bij ontstaan van een WGA-hiaat wordt, rekening houdend met hetgeen in deze voorwaarden en op het verzekeringsbewijs is vermeld, zolang er een WGA-hiaat is, de WGA-vervolguitkering aangevuld tot maximaal 70% van het laatstverdiende loon. Het laatstverdiende loon is gemaximeerd op het, voor het betreffende jaar, geldende maximumloon sociale verzekeringen.
8.2 Aanspraak op uitkering volgens dit artikel kan uitsluitend ontstaan nadat u een verzoek om uit- kering hebt ingediend. U dient bij dit verzoek ook de beschikking van UWV te overleggen waarin de beslissing over de arbeidsongeschiktheid en de WIA-aanspraak is vastgelegd.
8.3 De uitkering wordt berekend door uw laatstverdien- de loon te verminderen met het wettelijk minimum- loon, en de uitkomst te vermenigvuldigen met het uitkeringspercentage dat hoort bij de arbeidsonge- schiktheidsklasse zoals door UWV is vastgesteld. Het laatstverdiende loon is gemaximeerd op het, voor het betreffende jaar, geldende maximumloon sociale verzekeringen.
8.4 Geen aanspraak ontstaat wanneer de eerste ar- beidsongeschiktheidsdag, als bedoeld in de wet WIA, voor de ingangsdatum van de verzekering ligt.
8.5 Geen uitkering wordt verstrekt als er geen sprake meer is van een WGA-hiaat. Hierbij volgt SAZAS de beschikking van UWV waarin de beslissing over de arbeidsongeschiktheid en de WIA-aanspraak is vastgelegd.
Artikel 9 Dekking in het buitenland
9.1 Als u tijdelijk in het buitenland tewerkgesteld bent, is de dekking beperkt tot een maximumduur van
6 maanden, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
• uw werkgever heeft uw tewerkstelling in het
buitenland vooraf aan SAZAS gemeld;
• en, als u daar arbeidsongeschikt wordt, is controle en begeleiding door een Arbodienst mogelijk;
• en SAZAS heeft schriftelijk te kennen gegeven dat
dekking wordt verleend.
SAZAS kan toestemming geven voor dekking bij een langer verblijf in het buitenland.
9.2 Geen recht op uitkering bestaat als u tijdens een arbeidsongeschiktheidsperiode langer dan 4 weken in het buitenland verblijft, tenzij SAZAS en de Arbo- dienst hiervan vooraf in kennis zijn gesteld en de Ar- bodienst hiervoor vooraf toestemming heeft verleend.
Arbeidsongeschiktheid en uitkering
Artikel 10 Verplichtingen bij arbeids- ongeschiktheid en herstel
10.1 U bent verplicht om uw arbeidsongeschiktheid zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk vóór 09.00 uur ’s morgens op dezelfde dag van het ontstaan van die arbeidsongeschiktheid, te melden aan uw werkgever.
10.2 Als u tijdens werktijd arbeidsongeschikt wordt, bent u verplicht dit uiterlijk op dezelfde dag te melden aan uw werkgever.
10.3 Als u, na een ziekmelding als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, weer arbeidsgeschikt bent, dan meldt u dit uw werkgever de dag waarop u weer arbeidsgeschikt bent.
Artikel 11 Voorwaarden voor uitkering
11.1 U bent verplicht:
a. op de eerste dag van uw arbeidsongeschiktheid uw werkgever over uw arbeidsongeschiktheid te informeren volgens de bij uw werkgever geldende voorschriften. Bij het melden op de eerste dag van arbeidsongeschiktheid worden zaterdagen, zondagen en erkende feestdagen buiten beschou- wing gelaten.
b. zich beschikbaar te houden voor controle door de arbodienst.
c. zich te gedragen naar de aanwijzingen door de arbodienst gegeven.
d. de arbodienst alle inlichtingen te verstrekken die deze wezenlijk acht en zich aan een onderzoek te onderwerpen als deze een onderzoek noodzake- lijk acht.
11.2 U bent ook verplicht:
a. medewerking te verlenen aan het opstellen, eva- lueren en bijstelleng van het plan van aanpak.
b. gevolg te geven aan redelijke instructies gericht op de re-integratie.
c. mee te werken aan getroffen maatregelen ter bevordering van de re-integratie in eigen of pas- sende arbeid.
d. passende arbeid te verrichten. Onder passende arbeid wordt verstaan hetgeen hierover bepaald is in artikel 7:658a derde lid Burgerlijk Wetboek.
e. medewerking te verlenen aan het opstellen van het re-integratieverslag en het re-integratieplan.
Artikel 12 Geen aanspraak op uitkering
Het bepaalde in de artikelen 5 t/m 8 is niet van toepassing als:
a. uw aanspraak op uitkering berust op orgaandonatie volgens artikel 29, tweede lid, aanhef en onder e van de Ziektewet.
b. (de vrouwelijke verzekeringnemer) uw aanspraak op uitkering berust op zwangerschap en bevalling volgens artikel 29, tweede lid, aanhef en onder f van de Ziekte- wet.
c. uw aanspraak op uitkering berust op de zogenaamde no- riskpolis volgens artikel 29b, lid 1, 2 en 3 van de Ziektewet.
d. u in aanmerking komt voor een uitkering op grond van de Wajong.
Artikel 13 Verval van aanspraak
13.1 Bij beëindiging van uw bij SAZAS verzekerde dienstverband tijdens uw arbeidsongeschiktheid die korter dan 104 weken duurt, vervalt vanaf de einddatum van dit dienstverband, uw aanspraak op
een SAZAS-uitkering als bedoeld in de artikelen 5 en
6. Dit geldt ook als uw arbeidsongeschiktheid na de einddatum van het dienstverband voortduurt.
13.2 Het recht op uitkering, als bedoeld in de artikelen 5 en 6, vervalt als:
a. u bij arbeidsongeschiktheid tijdens de duur van uw dienstverband geen aanspraak kan maken op doorbetaling van het loon of;
b. de loonbetaling door uw werkgever terecht is opgeschort.
13.3 Verval van aanspraak als bedoeld in het tweede lid sub b geldt gedurende de periode dat u zich niet houdt aan de door uw werkgever schriftelijk gege- ven redelijke voorschriften over het verstrekken van inlichtingen die hij nodig heeft om het recht op loon vast te stellen.
Artikel 14 Vroeginstroom IVA
Als u volledig en duurzaam arbeidsongeschikt bent en tussen de 13de en de 78ste arbeidsongeschiktheidsweek vervroegd in aanmerking komt voor een uitkering op grond van de regeling Inkomensvoorziening Volledig Arbeidson- geschikten (IVA), behoudt u uw aanspraken op een uitke- ring van deze verzekering.
Artikel 15 Uitbetaling van uitkering
15.1 Indien wordt voldaan aan de gestelde voorwaarden zal SAZAS overgaan tot vaststelling en betaling van de te verstrekken uitkering.
15.2 De uitkering volgens deze verzekering wordt recht- streeks aan u uitbetaald.
15.3 De uitkering wordt per maand achteraf, onder aftrek van de verplichte (wettelijke) inhoudingen (netto) uitbetaald.
Artikel 16 Aanpassen uitkering
16.1 Loonsverhogingen die ingaan op of na de eerste arbeidsongeschiktheidsdag worden, behalve verho- gingen op grond van het tweede lid, bij de vaststel- ling van de hoogte van de uitkering niet meegeno- men.
16.2 De uitkering volgt gedurende de eerste 104 weken van arbeidsongeschiktheid de collectieve loons- verhogingen die op u van toepassing zijn volgens de desbetreffende opgave van uw werkgever.
16.3 Loonsverlagingen gaan voor premie en uitkering per datum verlaging in.
150020 012005
16.4 Bij beëindiging of verlaging van de uitkering, om welke reden dan ook, bent u tot terugbetaling van teveel verstrekte uitkeringen aan SAZAS verplicht.
Artikel 17 Geen uitkering - Uitsluitingen
17.1 Algemene uitsluitingen; SAZAS verstrekt geen uitkering:
17.1.1 als de arbeidsongeschiktheid veroorzaakt of verergerd is door uw opzet of roekeloosheid.
17.1.2 als de arbeidsongeschiktheid veroorzaakt of verergerd is direct hetzij indirect door molest.
17.1.3 als de arbeidsongeschiktheid veroorzaakt of verergerd is door, opgetreden bij, of voortgevloeid uit atoomkernreacties onverschillig hoe deze zijn ontstaan. Deze uitsluiting geldt niet voor arbeids- ongeschiktheid veroorzaakt of verergerd door radioactieve nucliden, die zich overeenkomstig hun bestemming buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouw- kundige, medische, wetenschappelijke, onderwijs- kundige, of (niet-militaire) beveiligingsdoeleinden, mits dat de door de bevoegde overheid afgegeven vergunning (voor zover vereist) van kracht is voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen.
17.1.4 als u gedetineerd bent, gedurende de periode van die detentie. Dit houdt in dat er geen recht op uitke- ring bestaat tijdens voorlopige hechtenis, gevange- nisstraf en Ter Beschikking Stelling door de Staat. Dit geldt zowel voor detentie in Nederland als in het buitenland.
17.1.5 als u woonachtig bent in het buitenland en geen deelnemer bent aan deze verzekering.
17.1.6 op moment dat u niet voldoende meewerkt aan uw re-integratie en de daaruit voortvloeiende verplichtingen.
17.2 Bijzondere uitsluitingen; SAZAS verstrekt ook geen uitkering:
17.2.1 als uw arbeidsongeschiktheid al bestond bij het begin van de verzekering of bij het begin
van het dienstverband of als u bij het begin van de verzekering korter dan 4 weken hersteld was verklaard en binnen die 4 weken opnieuw arbeidsongeschikt wordt.
17.2.2 als uw werkgever niet door de wet gedurende de eerste 104 weken van arbeidsongeschiktheid gehouden is tot loondoorbetaling.
17.2.3 als u zich gedurende uw arbeidsongeschiktheid schuldig maakt aan gedragingen of nalatigheden die uw genezing belemmeren of vertragen.
17.2.4 als u zonder deugdelijke grond nalaat gevolg te geven aan een verzoek van de Arbodienst om te verschijnen bij een geneeskundig onderzoek of als het geneeskundig onderzoek door uw toedoen niet kan plaatsvinden.
Artikel 18 Einde uitkering
18.1 Uw uitkering, volgens de artikelen 5, 6, 7 en 8, eindigt:
18.1.1 behoudens de bepalingen in deze voorwaarden, in ieder geval op de dag dat de op het verzekeringsbe- wijs vermelde uitkeringstermijn is verstreken.
18.1.2 op de dag waarop u niet meer arbeidsongeschikt bent.
18.1.3 op de eerste dag van de maand, waarin u de 65-jarige leeftijd bereikt.
18.1.4 op de dag volgend op de dag na uw overlijden.
18.1.5 op de dag waarop u toetreedt tot een vertrek- regeling, die ingaat voor het bereiken van de 65-jarige leeftijd.
Artikel 19 Informatieplicht verzekeringnemer
U dient desgevraagd of uit eigen beweging alle feiten en omstandigheden waarvan het u redelijkerwijs duidelijk
moet zijn dat die voor de beoordeling van het recht op een SAZAS-uitkering en de hoogte daarvan van belang zijn, aan de administrateur mee te delen.
Artikel 20 Verval van recht
20.1 Als u bij arbeidsongeschiktheid onjuiste of misleidende gegevens verstrekt of laat verstrekken met de opzet SAZAS te misleiden, vervalt elk recht uit hoofde van deze verzekering, tenzij de misleiding het verval van recht op uitkering niet rechtvaardigt.
20.2 U moet binnen 5 jaar na de datum waarop uw aanspraak is afgewezen, een rechtsvordering tegen deze afwijzing instellen. Doet u dit niet tijdig, dan bestaat geen recht meer op enige aanspraak ten opzichte van SAZAS met betrekking tot het arbeidsongeschiktheidsgeval waarop de vordering betrekking had.
Begin en einde van de verzekering
Artikel 21 Begin en einde van de verzekering
21.1 De verzekering vangt aan op de op het verzekeringsbewijs genoemde ingangsdatum.
21.2 De verzekering eindigt op de op het verzekeringsbewijs genoemde einddatum, of zoveel eerder als dat het dienstverband waarop de verzekering is gebaseerd eindigt.
21.3 De verzekering eindigt op de datum waarop uw werkgever zijn deelname aan de Basisverzekering beëindigt.
21.4 De verzekering wordt, als er geen opzegging plaatsvindt door een van de partijen,
150020 012005
telkens stilzwijgend verlengd met de op het verzekeringsbewijs genoemde contractstermijn.
21.5 Opzegging door SAZAS:
21.5.1 SAZAS kan de verzekering schriftelijk opzeggen met ingang van de op het verzekeringsbewijs genoemde einddatum. De opzegging dient tenminste twee maanden voor de einddatum aan u plaats te vinden.
21.5.2 SAZAS kan de verzekering schriftelijk opzeggen als u uw verplichtingen, die voortvloeien uit deze verzekering, niet nakomt.
Artikel 22 Uitloop
22.1 Bij beëindiging van de verzekering zullen de voor de beëindiging ontstane rechten op uitkering worden voortgezet. Dit geldt niet als de verzekering wordt beëindigd wegens beëindiging van het dienstverband waarop de verzekering is gebaseerd.
22.2 Als uw uitkering eindigt na het beëindigen van de verzekering kan daarna niet opnieuw recht op uitkering bestaan. Dit geldt ook als u binnen 4 weken opnieuw arbeidsongeschikt wordt.
22.3 Na beëindiging van de verzekering verhogen wij de uitkeringen niet meer. We kunnen de uitkering wel verlagen als de arbeidsongeschiktheid afneemt.
Artikel 23 Uitloop bij beëindiging deelname van de werkgever
Bij beëindiging van deelname van de werkgever aan de SAZAS-Basisverzekering als gevolg van opzegging, blijven uw aanspraken op een SAZAS- uitkering op grond van deze verzekering, onveranderd van kracht voor arbeidsongeschiktheid waarbij de eerste arbeidsongeschiktheidsdag ligt binnen de periode van deelname aan de verzekering.
Artikel 24 Royement deelname verzekering
24.1 Het bestuur van SAZAS is bevoegd de deelname aan deze verzekering op te zeggen, als u:
x. xxxxxxx relevante informatie te verstrekken,
b. fraude hebt gepleegd en daarmee in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van SAZAS handelt of SAZAS op onredelijke wijze benadeelt.
24.2 Na beëindiging van uw deelname aan deze verzeke- ring door royement bestaat geen mogelijkheid meer tot het hernieuwd deelnemen aan deze verzekering.
24.3 Na beëindiging van uw deelname aan deze verzekering door xxxxxxxx xxxx u met ingang van de datum van royement geen recht meer op uitkering op grond van deze verzekering.
24.4 U bent geen premie meer verschuldigd aan SAZAS vanaf de datum waarop uw deelname aan deze verzekering wordt beëindigd door royement. De werkgever mag geen inhouding van deze premie toepassen op uw loon, vanaf de datum waarop deel- name aan deze verzekering wordt beëindigd door royement. Voor achterstallige vorderingen blijft de verplichting tot betaling bestaan.
Artikel 25 Royement werkgever Basis- verzekering
25.1 Als gevolg van royement van de Basisverzekering van uw werkgever, eindigt per royementsdatum ook de deelname aan deze verzekering voor alle verze- keringnemers van deze werkgever.
25.2 Bij royement van de werkgever behoudt u uw aanspraken op de door u afgesloten verzekering, voor arbeidsongeschiktheid die is ontstaan voor de royementsdatum.
Artikel 26 Terugvordering en verrekening
26.1 Het bestuur is bevoegd een uitkering die onverschuldigd is betaald, geheel of gedeeltelijk terug te vorderen of in mindering te brengen op een later te betalen uitkering.
26.2 Als het bestuur gebruik maakt van haar bevoegdheid als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, stelt zij u daarvan schriftelijk in kennis.
Premie
Artikel 27 Premie
27.1 U bent verplicht om, rekening houdend met het hierna bepaalde, een premie te betalen voor de uitvoering van de regelingen die volgens deze verzekering op u van toepassing zijn.
27.2 De premie wordt berekend over het verzekerde jaarloon en wordt door uw werkgever op uw loon ingehouden. De werkgever draagt deze premie voor u af aan de administrateur.
27.3 De premie bestaat uit een eenduidig percentage dat door SAZAS jaarlijks wordt vastgesteld voor alle verzekeringnemers die aan de SAZAS-regelingen zoals vermeld in deze voorwaarden, deelnemen.
Artikel 28 Naverrekening
28.1 Uw werkgever kan ervoor kiezen om voor de SAZAS Basisverzekering over een kalenderjaar na afloop van dat kalenderjaar een definitieve eindafrekening te krijgen, gebaseerd op de in dat jaar werkelijk verloonde verzekerde jaarlonen.
28.2 Als uw werkgever hiervan gebruik maakt geldt de definitieve eindafrekening tevens voor uw Plusver- zekering.
28.3 Gedurende het kalenderjaar worden premie en uitkering gebaseerd op de vooraf opgegeven verzekerde jaarlonen.
28.4 Op basis van de werkelijk verloonde verzekerde jaarlonen worden de opgelegde premie en de uitgekeerde bedragen gecorrigeerd. Hetgeen te weinig is uitgekeerd wordt aan u nabetaald. Xxxxxxx teveel aan u is uitgekeerd moet door u worden terugbetaald.
28.5 Bij deze correctie van premie en schade wordt geen rente berekend.
Bevoegdheden en verplichtingen
Artikel 29 Verplichtingen
29.1 SAZAS heeft het recht de verzekering op te zeggen, op te schorten of een uitkering geheel of gedeeltelijk te weigeren, als u zich niet houdt aan de door SAZAS opgelegde verplichtingen, zoals genoemd in deze voorwaarden en daardoor de belangen van SAZAS schaadt of zou kunnen schaden, of als blijkt dat de door u verstrekte gegevens onjuist of onvolledig zijn.
29.2 Bij het niet tijdig verstrekken van gegevens zal SAZAS de verzekering en/of uitkeringsverplich- ting kunnen opschorten vanaf het moment dat de door SAZAS gestelde termijn is verlopen, zolang de verzekeringnemer niet aan het verzoek voldoet. Bij
het opnieuw niet voldoen aan het verzoek van SAZAS binnen 30 dagen na dit herhaalde verzoek, heeft SAZAS het recht om geen uitkering te verlenen of de verzekering op te zeggen.
Artikel 30 Controle
30.1 Het bestuur van SAZAS is bevoegd controle- voorschriften vast te stellen.
30.2 U dient zich te houden aan de controlevoorschriften genoemd in het eerste lid van dit artikel.
Artikel 31 Sancties
Het bestuur van SAZAS is bevoegd tot het intrekken of geheel of gedeeltelijk weigeren van een uitkering als u uw verplichtingen als vermeld in deze voorwaarden niet nakomt en/of als de door u verstrekte gegevens onjuist of onvolledig blijken te zijn.
Artikel 32 Wijziging van premie en/of voor- waarden
32.1 Als SAZAS haar premie en/of voorwaarden herziet, mag zij u voorstellen dat deze verzekering aan
de gewijzigde premie en/of voorwaarden wordt aangepast met ingang van een door haar te bepalen datum.
32.2 U wordt van wijzigingen in kennis gesteld en wordt geacht hiermee te hebben ingestemd, tenzij u de aanpassing schriftelijk weigert binnen de in de kennisgeving genoemde termijn. Als u schriftelijk aangeeft de wijzigingen te weigeren, dan eindigt de verzekering op de datum die in de kennisgeving door SAZAS is genoemd. De mogelijkheid van opzegging van de verzekering geldt niet als:
x. xx xxxxxxxxx van de premie en/of voorwaar- den voortvloeit uit wettelijke regelingen of bepalingen;
150020 012005
x. xx xxxxxxxxx een verlaging van de premie bij gelijkblijvende dekking inhoudt;
c. de wijziging een uitbreiding van de dekking met een niet-hogere premie inhoudt.
Opzegging en herintreding
Artikel 33 Hernieuwde deelname aan de verze- kering tijdens de duur van het dienst- verband
33.1 Als u bij aanvang van het dienstverband, bij een werkgever die deelnemer is aan de SAZAS-Basis- verzekering, ervoor kiest om af te zien van deel- name aan de Plusverzekering, dan kunt u zolang dit dienstverband voortduurt, per 1 januari van enig jaar alsnog aan de Plusverzekering deelnemen.
33.2 SAZAS stelt als voorwaarde voor deelname dat u niet arbeidsongeschikt bent op de gewenste ingangsdatum van deelname.
Artikel 34 Voorwaarden opzegging deelname aan de verzekering
34.1 U kunt op verzoek en onder voorwaarden de deel- name aan deze verzekering beëindigen.
34.2 U kunt uitsluitend opzeggen per 1 januari van enig jaar.
34.3 Tijdens arbeidsongeschiktheid is opzegging van deelname aan de verzekering niet mogelijk, tenzij u tijdens de arbeidsongeschiktheid in dienst treedt bij een werkgever die niet deelneemt aan de SAZAS- regeling.
34.4 Het verzoek om opzegging dient uiterlijk twee maanden voor de gewenste opzeggingsdatum door SAZAS te zijn ontvangen.
34.5 De in het tweede, derde en vierde lid van dit artikel vermelde voorwaarden zijn niet van toepassing als u
direct bij aanvang van het dienstverband ervoor kiest om af te zien van deelname aan deze verzekering.
34.6 Als u direct bij aanvang van het dienstverband ervoor kiest om af te zien van deelname aan de verzekering, dan dient uw verzoek uiterlijk twee maanden na ontvangst van het verzekeringsbewijs door SAZAS te zijn ontvangen.
Artikel 35 Gevolgen van opzegging deelname aan de verzekering
35.1 Vanaf de datum waarop SAZAS uw deelname op uw verzoek beëindigt, vervallen uw aanspraken op de regelingen die volgens deze verzekering op u van toepassing zijn.
35.2 Vanaf de einddatum van de deelname aan de verzekering, bent u geen premie meer verschuldigd aan SAZAS.
Artikel 36 Herintreding in de verzekering
36.1 Als deelname aan de verzekering op uw verzoek is beëindigd, kunt u op verzoek ingaande 1 januari van enig jaar opnieuw worden toegelaten als deelnemer aan de verzekering.
36.2 Herintreding in de verzekering, als bedoeld in het voorgaande lid, is niet mogelijk als u op de bedoelde datum arbeidsongeschikt bent.
36.3 Voor herintreding als bedoeld in het eerste lid geldt een wachttijd van één jaar, als u na de eerdere beëindiging van de deelname doorlopend bij dezelfde werkgever in dienst bent geweest.
36.4 Het verzoek om herintreding dient tenminste één maand voor de gewenste toetredingsdatum door SAZAS te zijn ontvangen.
Slotbepalingen
Artikel 37 Beslissingen
37.1 Beslissingen betreffende de toekenning, weigering, intrekking of herziening van een SAZAS-uitkering worden namens SAZAS door de administrateur genomen.
37.2 Beslissingen betreffende de weigering, intrekking of herziening zijn met redenen omkleed en worden schriftelijk aan u meegedeeld.
Artikel 38 Mandatering van bevoegdheden
38.1 Het bestuur is bevoegd om bepaaldelijk te omschrijven bevoegdheden geheel of gedeeltelijk te mandateren aan:
a. een uit en door het bestuur van SAZAS aangewe- zen commissie;
b. de directie van de administrateur van SAZAS;
c. het Voorzittersoverleg van SAZAS.
38.2 De directie van de administrateur is onder goedkeu- ring van het bestuur bevoegd om één of meer perso- neelsleden van de administrateur te machtigen tot het voor en namens haar uitoefenen van de haar op grond van het bepaalde in het eerste lid toegekende bevoegdheden.
Artikel 39 Adres
Kennisgevingen door SAZAS worden geacht rechtsgeldig te worden gedaan, als deze worden gedaan aan het laatst bij SAZAS bekende adres van de verzekeringnemer. U dient er daarom voor te zorgen dat u een adreswijziging meteen aan SAZAS doorgeeft.
Artikel 40 Kennelijke onredelijkheid
Als de toepassing van het in de voorgaande artikelen bepaalde kennelijk onredelijke uitkomsten tot gevolg heeft, beslist het bestuur van SAZAS.
Artikel 41 Onvoorziene gevallen
In alle gevallen waarin de SAZAS-regeling niet voorziet, beslist het bestuur van SAZAS.
Artikel 42 Klachten en geschillen
Als u niet tevreden bent over onze dienstverlening, stellen we het op prijs als u ons dat laat weten. Wij maken seri- eus werk van uw klacht. U kunt klachten en geschillen die betrekking hebben op SAZAS voorleggen aan:
Bestuur van de OWM SAZAS u.a.. Xxxxxxx 000
0000 XX XXXXXXXXXX
SAZAS zal uw klacht zo goed mogelijk behandelen.
Als u vindt dat wij er onvoldoende in geslaagd zijn uw ontevredenheid weg te nemen, kunt u zich wenden tot:
Klachteninstituut Financiële Dienstverlening Xxxxxxx 00000
0000 XX XXX XXXX
150020 012005
U kunt een eventueel geschil ook voorleggen aan de rechter. Alvorens een geschil aan de rechter wordt voorgelegd, legt u uw geschil eerst ter heroverweging voor aan het bestuur van SAZAS. Een verzoek om heroverweging dient schriftelijk te worden gedaan binnen 30 dagen nadat
de desbetreffende beslissing genomen is. Het bestuur neemt binnen 30 dagen na binnenkomst van uw verzoek om heroverweging een beslissing. U hebt het recht om uw standpunt mondeling toe te lichten.
Het voorleggen van een geschil ontslaat u niet van uw verplichting tot premiebetaling.
Artikel 43 Toepasselijk recht
Op deze verzekeringsovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
Artikel 44 Privacybescherming
OWM SAZAS u.a., Xxxxx Xxxxxxxxxxx 000, 0000 XX Xxxxxxxxxx is verantwoordelijk voor de verwerking van de (persoons) gegevens die u aan ons verstrekt. Wij verwerken uw gegevens om:
• (verzekerings)overeenkomsten aan te gaan en uit te
voeren;
• relaties te beheren die uit deze overeenkomsten
voortvloeien;
• fraude te bestrijden en te voorkomen;
• activiteiten uit te voeren om de dienstverlening uit te
breiden;
• te voldoen aan wettelijke verplichtingen.
Wij houden ons bij de verwerking van uw persoonsgegevens aan de bepalingen van een gedragscode. De volledige tekst van deze ’Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen’ kunt u opvragen bij het informatie- centrum van het Verbond van Verzekeraars, Xxxxxxx 00000, 0000 XX, Xxx Xxxx, tel. (000) 000 00 00,
Wij behandelen alle informatie die u ons geeft vertrouwelijk. We zorgen ervoor dat deze informatie niet door derden kan worden ingezien, tenzij we volgens wet- en regelgeving verplicht zijn die informatie aan derden te verstrekken.
Artikel 45 Inwerkingtreding
Deze verzekeringsvoorwaarden treden in werking op 1 juli 2008.
Statuten OWM
Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A.
Naam en zetel
Artikel 1
1. De onderlinge waarborgmaatschappij draagt de naam: Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A. Zij wordt hierna genoemd: “de Onderlinge”.
2. Zij heeft haar zetel in Zoetermeer.
Aansprakelijkheid leden
Artikel 2
Elke aansprakelijkheid van de leden of de oud-leden voor een tekort van de Onderlinge bij ontbinding is uitgesloten. Evenmin zijn de leden aansprakelijk voor de verbintenissen van de Onderlinge.
Doel en definities
Artikel 3
1. De Onderlinge stelt zich ten doel om met inachtneming van de bepalingen van de Wet toezicht verzekerings- bedrijf 1993, hierna ook te noemen: “de Wet toezicht”:
a. de schade van de werkgever bij ziekte en arbeids- ongeschiktheid van zijn werknemers te verzekeren, die in de agrarische en/of andere bedrijfstakken werkzaam zijn;
b. de inkomensschade van werknemers die in de agrarische en/of andere sectoren werkzaam zijn of zijn geweest bij ziekte en arbeidsongeschiktheid te verzekeren.
150020 012005
151010 052008
De Onderlinge oefent het verzekeringsbedrijf uit zulks door middel van te sluiten overeenkomsten van verze- kering individueel of via collectieve overeenkomsten of via collectieve arbeidsovereenkomsten, middellijk of onmiddellijk met werkgevers in de agrarische en/of andere sectoren die lid zijn van de Onderlinge.
Met werkgevers in de agrarische en/of andere secto- ren kunnen overeenkomsten van verzekering afge- sloten worden zonder dat zij van rechtswege lid van de Onderlinge worden indien bij het sluiten van de verzekeringsovereenkomst(en) uitdrukkelijk wordt
bepaald dat de verzekeringnemer geen lid wordt van de Onderlinge, mits de overeenkomsten met de leden niet van ondergeschikte betekenis zijn.
2. • Onder “werknemers” wordt in deze statuten
verstaan:
werknemers die in dienst zijn of in dienst zijn geweest bij een werkgever in de agrarische be- drijfstakken en/of andere bedrijfstakken, welke werkgever met de Onderlinge een verzekerings- overeenkomst heeft gesloten, al dan niet individu- eel, via collectieve overeenkomsten of collectieve arbeidsovereenkomsten.
• Onder “algemene ledenvergadering” wordt in deze
statuten verstaan:
de ledenraad, voor het geval er een ledenraad is ingesteld;
• Onder “werkgever” wordt in deze statuten verstaan:
de werkgever in de agrarische en/of andere bedrijfstakken die met de Onderlinge een verze- keringsovereenkomst heeft gesloten, al dan niet individueel, via collectieve overeenkomsten of collectieve arbeidsovereenkomsten. De werkgever kan een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een samenwerkingsverband zijn;
• Onder “verzekeringnemer” wordt in deze statuten
verstaan:
natuurlijke- of rechtspersonen of samenwer- kingsverbanden die met de Onderlinge al dan niet individueel, via collectieve overeenkomsten of collectieve arbeidsovereenkomsten een overeen- komst van verzekering hebben gesloten;
• Onder “verzekeringsovereenkomst” wordt in deze
statuten verstaan:
de overeenkomst van verzekeringen die een natuurlijk of rechtspersoon of een samen- werkingsverband met de Onderlinge heeft gesloten al dan niet individueel, via collectieve overeenkom- sten of collectieve arbeidsovereenkomsten;
• Onder “aandelen en/of aandeelhouders” wordt
verstaan:
de gewone aandelen, respectievelijk de houders daarvan;
• Onder “schriftelijk” wordt in deze statuten tevens
verstaan:
telegrafisch, per telex, per telefax, per telecopier of enig ander communicatiemiddel dat in staat is geschreven tekst over te brengen.
Leden
Artikel 4
1. Leden van de Onderlinge kunnen uitsluitend zijn:
a. werkgevers die met de Onderlinge een verzeke- ringsovereenkomst hebben gesloten. Zij die met de Onderlinge als verzekeraar, een overeenkomst van verzekering hebben gesloten, zijn van rechtswege lid van de Onderlinge, tenzij het lidmaatschap bij het aangaan van de overeenkomst is uitgesloten, een en ander onverminderd de wettelijke en statu- taire bepalingen dienaangaande;
b. werknemers door middel van toetreding.
Het algemeen bestuur beslist over de toelating van een lid. Bij niet toelating door het algemeen bestuur kan de algemene ledenvergadering alsnog tot toelating besluiten;
c. natuurlijke en/of rechtspersonen die één of meer aandelen hebben in het waarborgkapitaal van de Onderlinge, hierna genoemd: “leden-aandeel- houders”.
2. Bij overdracht of overgang van de rechten en verplich- tingen uit een bij de Onderlinge gesloten verzekerings- overeenkomst gaat het lidmaatschap, voor zover uit die overeenkomst voortvloeiende, op de nieuwe verkrijger of verkrijgers over, mits zulk een overdracht of over- gang is geschied met inachtneming van het bepaalde in die verzekeringsovereenkomst en het lidmaat- schap ten aanzien van de nieuwe verkrijger of nieuwe verkrijgers door de Onderlinge niet wordt uitgesloten, een en ander onverminderd de wettelijke en statutaire bepalingen dienaangaande.
3. a. Het lidmaatschap eindigt in elk geval:
• op het moment waarop alle overeenkomsten van verzekering, die het lid als verzekering- nemer bij de Onderlinge heeft lopen, zijn geëindigd;
• indien na ontbinding van een rechtspersoon- lijkheid bezittend lid de vereffening van die rechtspersoon is beëindigd;
• voorts in de gevallen en op de wijze als bepaald in artikel 35 lid 1 sub a, c en d, lid 2 en lid 3 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; opzegging namens de Onderlinge en ontzet-
xxxx als vermeld in lid 1 sub c en d van bedoeld artikel 35 is opgedragen aan het algemeen bestuur;
b. Het lidmaatschap van werknemers die door toetre- ding als bedoeld in artikel 4 lid 1, lid van de Onder- linge zijn geworden, kan eindigen door middel van opzegging door het betreffende werknemerslid. Opzegging van het lidmaatschap door dit lid kan slechts geschieden tegen het einde van het boek- jaar volgend op dat waarin wordt opgezegd;
c. het lidmaatschap van een lid-aandeelhouder eindigt wanneer het lid geen enkel aandeel meer heeft in het waarborgkapitaal van de Onderlinge.
4. Ingeval een lidmaatschap tot een onverdeeldheid behoort, kunnen de gezamenlijke gerechtigden zich
slechts door een door hen aan te wijzen persoon tegen- over de Onderlinge doen vertegenwoordigen.
5. Het lidmaatschap is niet persoonlijk. Het is vatbaar voor vererving en overdracht, doch slechts in ver- binding met de rechten en plichten uit een verzeke- ringsovereenkomst die het betreffende lid met de Onderlinge heeft gesloten danwel in verbinding met ten minste één aandeel in het waarborgkapitaal van de Onderlinge, na verkrijging van de in artikel 30 voorge- schreven goedkeuring.
6. Het algemeen bestuur kan aan leden of aan bepaalde categorieën leden eenmalig of jaarlijks verplichtingen (van geldelijke aard) opleggen.
7. Het vermogen van de te ’s-Gravenhage gevestigde stichting: Stichting Aanvullingsfonds ZW- en WAO-uit- kering Agrarische Sectoren (SAZAS) dat bij de omzet- ting in de Onderlinge overgaat en de vruchten hiervan mogen slechts met toestemming van de rechter anders worden besteed dan voor de omzetting was voorge- schreven.
Organen
Artikel 5
De Onderlinge heeft de volgende organen:
a. het algemeen bestuur;
b. het dagelijks bestuur;
c. de algemene ledenvergadering indien niet aan de vereisten in artikel 14 is voldaan;
d. de ledenraad indien aan de vereisten in artikel 14 is voldaan;
e. de algemene vergadering van ledenaandeelhouders.
Middelen en fonds in de zin van artikel 631 Boek 7 titel 10 Burgerlijk Wetboek
Artikel 6
1. De middelen van de Onderlinge bestaan uit:
• renten van belegde gelden;
• door werkgevers en werknemers verstrekte
premies;
• het waarborgkapitaal;
• de gelden die het vermogen vormden van de te
’s-Gravenhage gevestigde Stichting: Stichting Aan- vullingsfonds ZW- en WAO-uitkering Agrarische Sectoren (SAZAS), een fonds in de zin van artikel 631 Boek 7 titel 10 Burgerlijk Wetboek;
• eventuele andere middelen;
De Onderlinge is een fonds in de zin van artikel 631 Boek 7 titel 10 Burgerlijk Wetboek; het gehele vermo- gen van de Onderlinge wordt hierna ook genoemd: “het fonds”.
2. Het algemeen bestuur is belast met het beheer van het vermogen van de Onderlinge.
3. Wijze van beheer van het fonds:
a. geldmiddelen van de Onderlinge moeten, voor zover zij niet in contanten aanwezig zijn of over- eenkomstig sub d. zijn belegd, zijn gestort op een ten name van de Onderlinge staande bank- of girorekening. Het algemeen bestuur wijst de bankinstelling(en) aan, waarbij bankrekeningen kunnen worden geopend;
150020 012005
b. De geldwaardige papieren van de Onderlinge zul- len bij een door het algemeen bestuur aan te wij- zen bankinstelling in open bewaargeving worden gegeven. De beschikking over, danwel de toegang tot deze geldwaardige papieren is slechts mogelijk door twee personen gezamenlijk, hiertoe door het algemeen bestuur gemachtigd;
c. Het algemeen bestuur zal de kosten van het beheer van de geldmiddelen en de wijze van verrekening van die kosten vaststellen;
d. Voor zover gelden van de Onderlinge voor beleg- ging beschikbaar zijn, worden deze gelden door het algemeen bestuur belegd, met inachtneming van in redelijkheid daaraan te stellen eisen van liquiditeit, rendement en risicoverdeling.
Het algemeen bestuur
Artikel 7
Het algemeen bestuur, bestaande uit tien leden, is belast met het besturen van de Onderlinge overeenkomstig de bepalingen van deze statuten.
Artikel 8
1. De leden van het algemeen bestuur worden als volgt, met inachtneming van de Wet toezicht benoemd, geschorst en ontslagen door de algemene leden- vergadering op voordracht van de hierna genoemde organisaties:
a. drie leden door de LTO Nederland (Land- en Tuin- bouworganisatie Nederland);
b. tot en met 31 december 2006: één lid door CUMELA Nederland;
c. één lid door de VHG (Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners);
d. vier leden door de FNV Bondgenoten;
e. één lid door de CNV Bedrijven Bond.
De bestuursleden sub a, b en c zijn bestuursleden van werkgeverszijde;
de bestuursleden sub d en e zijn bestuursleden van werknemerszijde.
Alle bestuursleden kunnen buiten de leden worden benoemd.
De algemene ledenvergadering kan aan de bindende
voordracht steeds zijn bindend karakter ontnemen. Voor de onderbreking van de voordracht is een meer- derheid vereist van drie/vierde van de ter vergadering geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin tenminste twee/derde van alle stemgerechtigden afge- vaardigden/leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
2. Het algemeen bestuur benoemt uit de bestuursleden van werkgeverszijde een werkgeversvoorzitter en uit de bestuursleden van werknemerszijde een werk- nemersvoorzitter, telkens voor de duur van vier jaren. Zij treden beurtelings voor de duur van een jaar op als voorzitter van het algemeen bestuur. Bij ontstentenis of afwezigheid van de fungerende voorzitter treedt in diens plaats de andere voorzitter.
3. De werkgeversvoorzitter en de werknemersvoorzitter vormen samen het dagelijks bestuur.
4. De algemene ledenvergadering kan voor ieder in functie zijnd lid dat door hen in het algemeen bestuur wordt benoemd, een persoon aanwijzen, die bij belet of ontstentenis van het bewuste in functie zijnde be- stuurslid in diens plaats en onder diens blijvende ver- antwoordelijkheid als onbeperkt gevolmachtigde (tenzij uitdrukkelijk anders aangegeven) kan deelnemen aan bestuursvergaderingen en de aldaar plaatsvindende besluitvorming. De in deze statuten voor bestuursleden gestelde bepalingen zijn op hen van overeenkomstige toepassing.
De hier bedoelde personen kunnen niet de functie van werkgeversvoorzitter of werknemersvoorzitter vervullen.
5. De leden van het algemeen bestuur hebben zitting voor de tijd van vier jaren.
Aftredende bestuursleden zijn terstond herbenoem- baar.
6. Indien het algemeen bestuur niet voltallig is, behoudt het niettemin zijn bevoegdheden. In de vervulling van een opengevallen bestuursplaats dient echter zo spoe- dig mogelijk te worden voorzien.
7. Indien een lid van het algemeen bestuur is geschorst dient binnen drie maanden na de ingang van de schorsing te worden besloten tot ontslag, opheffing of verlenging van de schorsing; bij gebreke daarvan
vervalt de schorsing. Een besluit tot verlenging van de schorsing kan slechts éénmaal worden genomen en de schorsing kan daarbij ten hoogste worden verlengd
voor drie maanden, ingaande op de dag waarop tot ver- lenging van de schorsing is besloten. Indien niet binnen de voor de handhaving bepaalde termijn tot ontslag wordt besloten vervalt de schorsing. Schorsing van een bestuurslid door de algemene ledenvergadering kan te allen tijde door de algemene ledenvergadering worden opgeheven.
8. Een lid van het algemeen bestuur wordt in de gele- genheid gesteld zich in de in het vorige lid bedoelde vergadering waarin omtrent schorsing wordt besloten, te verantwoorden.
9. De algemene ledenvergadering stelt de beloning en de verdere arbeidsvoorwaarden van de leden van het algemeen bestuur vast.
10. De deskundigheid van de leden van het dagelijks be- stuur dient naar het oordeel van de De Nederlandsche Bank voldoende te zijn, in verband met de uitoefening van het verzekeringsbedrijf.
Indien volgens De Nederlandsche Bank één of beide leden van het dagelijks bestuur niet aan voormelde deskundigheidseisen voldoet dan benoemt het al- gemeen bestuur in plaats van voormeld bestuurslid een bestuurder uit zijn midden die wel aan voormelde deskundigheidseisen voldoet of indien beide leden van het dagelijks bestuur niet aan voormelde eisen voldoen benoemt het algemeen bestuur twee bestuurders uit zijn midden die wel aan voormelde eisen voldoen.
Zodra de werkgeversvoorzitter en/of de werknemers- voorzitter in het algemeen bestuur wel aan de deskun- digheidseisen voldoen, vervangen zij voormelde tijde- lijk benoemde bestuurder(s) in het dagelijks bestuur.
11. De gezamenlijk ter bestuursvergadering aanwezige bestuursleden van werkgeverszijde brengen evenveel stemmen uit als de gezamenlijk ter bestuursvergade- ring aanwezige bestuursleden van werknemerszijde. Is het aantal ter vergadering aanwezige bestuursleden van werknemerszijde even groot als het aantal ter ver- gadering aanwezige bestuursleden van werknemers- zijde, dan brengt ieder lid van het algemeen bestuur één stem uit.
Is het aantal ter vergadering aanwezige bestuurs- leden van werkgeverszijde niet even groot als het aantal ter vergadering aanwezige bestuursleden van werknemerszijde, dan brengen de leden van die zijde waarvan het grootste aantal ter vergadering aanwezig is, ieder één stem uit.
De leden van de andere zijde brengen alsdan ieder evenveel stemmen uit als het aantal aanwezig zijnde leden van de grootste zijde, gedeeld door het aantal aanwezig zijnde leden van de kleinste zijde. Gedeelten van een stem worden meegeteld.
12. Rechtsgeldige besluiten kunnen, voor zover in deze statuten niet anders is bepaald, door het algemeen bestuur slechts genomen worden indien minstens de helft van het aantal bestuursleden van werkgeverszijde alsmede de helft van het aantal bestuursleden van werknemerszijde ter vergadering aanwezig is danwel hun gevolmachtigden.
In het geval het hiervoor vereiste quorum niet aanwezig is kan na tenminste vijf dagen, doch uiterlijk binnen een maand in een nieuwe bestuursvergadering, ongeacht het aantal aanwezige bestuursleden alsmede ongeacht of zij van werkgeverszijde of van werknemerszijde zijn, een besluit worden genomen over die voorstellen, om- trent welke wegens het ontbreken van het quorum in de eerstbedoelde vergadering geen besluit kon worden genomen.
150020 012005
13. Xxxxxxxx over zaken geschiedt hoofdelijk en monde- ling tenzij het bestuur anders beslist.
Xxxxxxxx over personen geschiedt bij gesloten en ongetekende briefjes.
Voor het tot stand komen van een besluit bij stemming is de volstrekte meerderheid vereist van de stemmen van de leden, die aan de stemming hebben deelgeno- men. Bij schriftelijke stemming worden leden, die blan- co briefjes of briefjes van onwaarde hebben ingeleverd, voor de toepassing van het in de vorige volzin bepaalde, geacht niet aan de stemming te hebben deelgenomen.
14. Indien bij stemming over personen door geen van de betrokkenen de volstrekte meerderheid van stemmen wordt behaald, vindt een nieuwe stemming plaats tus- sen de twee personen die het hoogste aantal stemmen hebben behaald. Bij het staken van de stemmen beslist in dat geval het lot.
15. Indien bij stemming over zaken de stemmen staken wordt de beslissing tot de volgende vergadering uitge- steld. Indien op die vergadering opnieuw de stemmen staken, wordt geacht in negatieve zin te zijn beslist.
Belet of ontstentenis van de bestuursleden
Artikel 9
Xxxxxxx xxx xxxxx of ontstentenis van een of meer van de leden van het algemeen bestuur zijn de overblijvende leden (is het overblijvende lid) met de taken van het algemeen bestuur belast.
In geval van belet of ontstentenis van alle leden van het algemeen bestuur zal de algemene ledenvergadering één of meer personen aanwijzen die met de taken van het alge- meen bestuur worden belast, zulks onder de gehoudenheid van de algemene ledenvergadering om zo spoedig mogelijk de nodige maatregelen te nemen, teneinde een definitieve voorziening te treffen.
Bevoegdheden en werkzaamheden algemeen en dagelijks bestuur
Artikel 10
1. Het dagelijks bestuur houdt toezicht op de gang van zaken in de Onderlinge en is verantwoording schuldig aan het algemeen bestuur.
Het algemeen bestuur heeft, behoudens de in de wet of krachtens deze statuten gestelde beperkingen, alle bestuursbevoegdheden, die niet bij of krachtens deze statuten aan andere organen van de Onderlinge zijn verleend.
2. Het algemeen bestuur kan met inachtneming van deze statuten een reglement opstellen, waarin interne aangelegenheden worden geregeld. Voorts kunnen de bestuursleden, al dan niet bij reglement, hun werk- zaamheden onderling verdelen.
3. Het algemeen bestuur is niet bevoegd door een besluit wijzigingen in de met zijn leden of niet-leden in de uitoefening van haar bedrijf aangegane verzekerings- overeenkomsten aan te brengen, tenzij zij zich deze bevoegdheid in de overeenkomst op uitdrukkelijke wijze heeft voorbehouden.
4. Het algemeen en dagelijks bestuur vergaderen tenmin- ste twee maal per jaar en voorts zo dikwijls als één van de voorzitters dit nodig acht. Zij besluiten met volstrek- te meerderheid van stemmen.
5. Voorts is ieder van de voorzitters op schriftelijk verzoek
- onder opgave van de te behandelen punten - van tenminste drie bestuursleden verplicht tot het bijeen- roepen van een vergadering van het algemeen bestuur, op een termijn van niet langer dan veertien dagen.
Indien aan dit verzoek niet wordt voldaan, kunnen de verzoekers zelf tot bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het algemeen bestuur de bestuursvergadering bijeenroept, op welke vergadering alsdan over be- doelde punten rechtsgeldige besluiten kunnen worden genomen.
6. Het bestuur draagt de administratie van de Onderlinge onder zijn verantwoordelijkheid op aan een administra- teur.
7. Het bestuur is bevoegd om bepaaldelijk te omschrijven bevoegdheden geheel of gedeeltelijk te mandateren aan:
a. één of meer uit en door het algemeen bestuur aan- gewezen commissies welke paritair uit werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers moeten zijn samen- gesteld;
b. de directie van de administrateur;
8. Het algemeen bestuur is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten waarbij de Onderlinge zich als borg of hoofdelijk mede schuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt, alsmede
tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen.
Vertegenwoordiging
Artikel 11
1. De Onderlinge wordt in en buiten rechte vertegenwoor- digd door:
a. het algemeen bestuur, of;
b. het dagelijks bestuur, of;
x. xxxxxxx xxx xxxxx of ontstentenis van de werk- geversvoorzitter of de werknemersvoorzitter of beiden door de werknemersvoorzitter tezamen met een lid van het algemeen bestuur, respectie- velijk de werkgeversvoorzitter tezamen met een lid van het algemeen bestuur, respectievelijk twee leden uit het algemeen bestuur tezamen.
2. Indien tussen de Onderlinge en een bestuurslid een tegenstrijdig belang bestaat, wordt de Onderlinge in en buiten rechte vertegenwoordigd door een door de alge- mene ledenvergadering aangewezen persoon. Dit kan een ander lid uit het algemeen bestuur zijn.
Algemene ledenvergadering
Artikel 12
1. Door het algemeen bestuur wordt jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar behoudens ver- lenging met ten hoogste vijf maanden van deze termijn door de algemene ledenvergadering, een algemene ledenvergadering bijeengeroepen.
Deze algemene ledenvergadering wordt bijeengeroe- pen door middel van een aankondiging, waarin zijn op- genomen datum, tijd en plaats van de vergadering met inachtneming van een oproepingstermijn van tenminste twintig dagen.
De algemene ledenvergaderingen worden gehouden in de statutaire plaats van vestiging van de Onderlinge danwel in Utrecht.
2. Ieder lid is bevoegd tot het bijwonen van de algemene ledenvergaderingen en gerechtigd tot het doen van voorstellen, voorzover de bepalingen van de statuten daardoor nietworden geschonden en tot het voeren van het woord, voorzover daardoor de orde van de verga- dering naar het oordeel van de voorzitter niet wordt geschaad.
3. Een volledige agenda zal worden gepubliceerd zodra deze bekend is, doch in elk geval tenminste tien dagen vóór een vergadering. De leden zijn bevoegd uiterlijk zestien dagen vóór een vergadering bij het algemeen bestuur schriftelijk onderwerpen in te dienen die zij op de agenda voor de vergadering geplaatst wensen te zien.
4. De voorzitter van het algemeen bestuur is belast met de leiding van de vergadering.
Indien de voorzitter niet aanwezig is, zal de vergadering worden geleid door één van de overige leden van het algemeen bestuur.
150020 012005
Elk lid heeft de bevoegdheid een ander lid schriftelijk te machtigen hem ter vergadering te vertegenwoordi- gen en voor hem stem uit te brengen.
Elk lid kan ten hoogste één ander lid vertegenwoor- digen.
De schriftelijke machtiging moet vóór de aanvang van de vergadering bij de leiding van de vergadering worden ingeleverd.
5. In de algemene ledenvergadering heeft ieder lid één stem, ongeacht het aantal verzekeringen dat hij geslo- ten heeft en ongeacht de hoogte van de eventueel door hem te betalen premies. Ieder aandeel in het waar- borgkapitaal geeft recht op één stem. Bij een stemming kunnen de ter vergadering tegenwoordige en vertegen- woordigde ledenaandeelhouders als zodanig tezamen nimmer meer stemmen uitbrengen dan de ter verga- dering tegenwoordige en vertegenwoordigde leden die geen lid-aandeelhouder zijn tezamen.
Indien ter vergadering meer dan één aandeelhouder tegenwoordig of vertegenwoordigd is, wordt het aantal stemmen dat ieder hunner in dat geval kan uitbrengen bepaald door het door hem vertegenwoordigde aantal aandelen te vermenigvuldigen met een breuk, waarvan de teller bestaat uit het aantal stemmen dat de tegen- woordige of vertegenwoordigde ledenaandeelhouders in dat geval tezamen ter vergadering maximaal kunnen uitbrengen en waarvan de noemer wordt gevormd door het totaal aantal stemmen dat zij zonder de in de voor- gaande alinea aangegeven beperking zouden kunnen uitbrengen.
6. Ieder lid van het algemeen bestuur heeft in de algemene ledenvergadering een raadgevende stem.
7. Voorzover in deze statuten niet anders is bepaald, worden besluiten van de algemene ledenvergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitge- brachte stemmen.
Hierbij tellen blanco en onuitgebrachte stemmen niet mee.
8. Over personen wordt schriftelijk met gesloten brief- jes, over zaken mondeling gestemd, behoudens in die gevallen dat de verkiezing bij acclamatie geschiedt.
Bij staking van stemmen over personen vindt herstem- ming plaats; levert dat hetzelfde resultaat op dan beslist het lot.
Bij staking van stemmen over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
9. In spoedeisende gevallen kan de oproepingstermijn voor alle vergaderingen door de voorzitter van het algemeen bestuur worden verkort tot zeven dagen.
Buitengewone algemene ledenvergaderingen
Artikel 13
Buitengewone algemene ledenvergaderingen worden gehouden:
a. zo dikwijls één van de bestuurders dit wenselijk acht. Deze vergaderingen worden bijeengeroepen binnen veertien dagen en worden gehouden binnen zestig dagen nadat het verzoek tot bijeenroeping is binnen- gekomen;
b. zo dikwijls als tenminste één/tiende (1/10) van de leden van de algemene ledenvergadering, zich te dien einde onder exacte opgave van de te behandelen onderwer- pen schriftelijk wenden tot het algemeen bestuur.
Wordt de aangevraagde vergadering niet binnen een termijn van vier weken bijeengeroepen, dan is één of meer van de aanvragers zelf bevoegd de vergadering bijeen te roepen, in welk geval de vergadering, indien geen van de bestuurders aanwezig is, zelf in haar leiding voorziet.
Ledenraad
Artikel 14
1. Heeft de onderlinge éénhonderd (100) of meer leden dan bestaat de algemene ledenvergadering uit een ledenraad van vijftig (50) leden. Drieëntwintig (23) leden worden door de besturen van werkgevers-
organisaties in welke de werkgevers verenigd zijn en waarin de werkgevers het bestuur benoemen, hierna ook genoemd: “de werkgeversorganisaties”, benoemd, geschorst en ontslagen. Xxx (1) lid wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de werkgevers die niet zijn aangesloten bij één van de vorenbedoelde werk- geversorganisaties. Drieëntwintig (23) leden worden benoemd, geschorst en ontslagen door de besturen van werknemersorganisaties waarin de werknemers verenigd zijn en waarin de werknemers het bestuur benoemen, hierna ook genoemd: “de werknemersor- ganisaties”. Één (1) lid wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de werknemers die niet zijn aangeslo- ten bij één van de vorenbedoelde werknemersorgani- saties. Twee (2) leden worden benoemd, geschorst en ontslagen door de algemene vergadering van leden- aandeelhouders.
2. De leden van de ledenraad worden benoemd voor een periode van twee (2) jaar. De leden van de ledenraad worden uit de leden benoemd.
3. Ter vervanging van ieder lid van de ledenraad wordt een plaatsvervangend lid benoemd.
4. Hetgeen in de statuten is bepaald ten aanzien van de leden van de ledenraad, geldt evenzeer voor de plaats- vervangende leden van de ledenraad.
5. Een lid van de Onderlinge dat als lid is geschorst kan gedurende die schorsing niet als lid van de ledenraad fungeren.
6. Indien de benoemende instanties of personen een lid van de ledenraad hebben geschorst dienen zij binnen drie weken na ingang van de schorsing te besluiten hetzij tot ontslag hetzij tot opheffing of verlenging van de schorsing; bij gebreke hiervan vervalt de schorsing.
7. De ledenraad kan haar bevoegdheden uitoefenen ook wanneer er vacatures zijn. In de vervulling van een vacature dient echter zo spoedig mogelijk te worden voorzien.
8. Het lidmaatschap van de ledenraad eindigt:
a. door overlijden van het lid;
b. door bedanken;
c. door ontslag door de instantie of personen die het lid heeft/hebben benoemd;
d. indien het lid van de ledenraad geen lid meer is van de Onderlinge.
Bij het ontstaan van een vacature in de ledenraad wordt daarin door de organisatie of de personen die het lid heeft/hebben benoemd voorzien binnen twee maanden na het ontstaan van die vacature.
9. Een plaatsvervangend lid van de ledenraad heeft tot taak om bij ontstentenis of afwezigheid van het lid van de ledenraad, als wiens plaatsvervanger hij is aange- wezen, deze te vervangen.
10. De leden van de ledenraad, alsmede de plaatsvervan- gende leden van de ledenraad ontvangen voor elke door hen bijgewoonde vergadering een vergoeding voor de in hun functie gemaakte reis- en verblijfskosten vol- gens door het algemeen bestuur vast te stellen regels.
Boekjaar, rekening en verantwoording
Artikel 15
1. Het boekjaar van de Onderlinge valt samen met het kalenderjaar.
2. In de jaarlijkse algemene ledenvergadering brengt het algemeen bestuur aan de algemene ledenvergadering verslag uit over het afgelopen boekjaar en worden de vereiste jaarstukken, gecontroleerd door een register- accountant, de algemene ledenvergadering aangeboden. De jaarrekening moet voldoen aan het bepaalde in titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
150020 012005
Het algemeen bestuur stelt jaarlijks een verslag op, dat een getrouw beeld geeft van de grootte en de samen- stelling van het vermogen van de Onderlinge en van
de ontwikkeling daarvan gedurende het boekjaar. Het algemeen bestuur legt in het verslag rekenschap af van het gevoerde beleid.
Het verslag moet worden gecontroleerd door een des- kundige als genoemd in artikel 393, lid 1 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
Het verslag wordt ter inzage van de bij de Onderlinge betrokken werkgevers, werknemers en leden-aandeel- houders neergelegd:
a. ten kantore van de Onderlinge;
b. op een of meer door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan te wijzen plaatsen.
Aan de bij de CAO-SAZAS betrokken CAO-partijen vindt toezending plaats. Hiervoor worden geen kosten in rekening gebracht.
Het verslag wordt op aanvraag aan de bij de Onderlinge betrokken werkgevers, werknemers en leden-aandeel- houders toegezonden tegen betaling van de daaraan verbonden kosten.
3. Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boek- jaar, behoudens verlenging van deze termijn met ten hoogste vijf maanden door de algemene ledenvergade- ring op grond van bijzondere omstandigheden, stelt het algemeen bestuur de jaarrekening op, waarin een vol- ledig beeld van de financiële positie van de Onderlinge wordt gegeven. Binnen deze termijn legt het algemeen bestuur de jaarrekening voor de leden ter inzage, als- ook het jaarverslag tenzij - voor wat betreft het jaarver- slag de artikelen 396, lid 6, eerste volzin, of artikel 403 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek voor de Onderlinge gelden -. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene ledenvergadering. De vaststelling van deze stukken strekt het algemeen bestuur tot décharge voor het gevoerde beheer.
4. De opgestelde jaarrekening wordt gezonden aan ieder lid, dat de wens daartoe schriftelijk aan het algemeen bestuur te kennen geeft.
5. Een verkort jaarverslag, gecontroleerd door de register-accountant wordt aan de algemene leden- vergadering aangeboden.
Artikel 16
1. De winst staat ter beschikking van de algemene leden- vergadering voor uitkering van dividend of reservering ten behoeve van de houders van gewone aandelen of voor andere doeleinden passende binnen de doelstel- ling van de Onderlinge.
2. Dividenden moeten uiterlijk één maand na vaststelling worden betaalbaar gesteld, tenzij de algemene leden- vergadering een andere termijn vaststelt.
3. Dividenden, welke binnen vijf jaren nadat zij opeisbaar zijn geworden, niet in ontvangst zijn genomen, verval- len aan de Onderlinge.
Artikel 17
1. Indien eventuele premies en andere inkomsten over het boekjaar niet voldoende zijn voor betaling van de schaden en kosten, besluit het algemeen bestuur het nadelig saldo geheel of gedeeltelijk ten laste van de algemene reserve te brengen.
2. Het besluit van het algemeen bestuur als bedoeld in lid 1 kan worden uitgevoerd tenzij door de algemene ledenvergadering binnen dertig (30) dagen na het bestuursbesluit, met een meerderheid van tenmin- ste twee/derde van de uitgebrachte stemmen, zelf een besluit over het dekken van het nadelig saldo is genomen.
Herverzekering
Artikel 18
Het algemeen bestuur kan de bij de Onderlinge verzekerde risico’s herverzekeren.
Verjaring
Artikel 19
Alle vorderingen van een lid jegens de Onderlinge vervallen na verloop van vijf jaren, nadat de vordering door de Onder- linge definitief is vastgesteld.
Verzekeringsvoorwaarden
Artikel 20
De algemene en bijzondere verzekeringsvoorwaarden worden door het algemeen bestuur vastgesteld.
Geschillen
Artikel 21
1. Alvorens een geschil tussen een lid en de Onderlinge voortvloeiend uit de toepassing van de statuten en reglementen en omtrent een schade-afhandeling aan de civiele rechter wordt voorgelegd, wordt een kwestie eerst ter heroverweging aan het algemeen bestuur voorgelegd.
2. Een beslissing van het algemeen bestuur terzake van een geschil als bedoeld in lid 1 wordt genomen binnen dertig (30) dagen na binnenkomst van het desbetref- fende verzoek om heroverweging.
3. Het lid zoals bedoeld in lid 1 heeft het recht om in de gelegenheid te worden gesteld zijn standpunt monde- ling toe te lichten.
Commissies
Artikel 22
1. Het algemeen bestuur is bevoegd onder zijn verant- woordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies die door het algemeen bestuur worden benoemd.
2. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regels aangaande de in lid 1 bedoelde commissies worden gegeven.
Wijziging van de statuten
Artikel 23
1. Een voorstel tot wijziging, waartoe de algemene leden- vergadering gerechtigd is, wordt conform het bepaalde in de aankondiging opgenomen met de mededeling dat wijziging van de statuten in de bijeengeroepen vergade- ring zal worden behandeld.
Een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, moet tenminste vijf dagen vóór de vergadering op het bureau van de Onderlinge voor de leden ter inzage worden gelegd
tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
2. Besluiten tot wijziging worden genomen door de algemene ledenvergadering, met een meerderheid van tenminste twee/derde van de uitgebrachte geldige stemmen in een vergadering waarin tenminste de helft van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
150020 012005
3. Indien op een algemene ledenvergadering, waarin een besluit tot wijziging van de statuten van de Onderlinge wordt behandeld minder dan de helft van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is, zal met een termijn van tenminste één week en ten hoogste vier weken opnieuw een algemene ledenvergadering worden bijeengeroepen. In deze vergadering zal het besluit tot
wijziging kunnen worden genomen met een meerder- heid van twee/derde van de uitgebrachte geldige stem- men, ongeacht het aantal leden dat ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd is.
4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt.
Een afschrift van de statutenwijziging moet door het algemeen bestuur worden ondertekend en onverwijld voor een ieder ter inzage worden neergelegd ter grif- fie van het Kantongerecht binnen welker ressort de Onderlinge is gevestigd.
Het algemeen bestuur verstrekt aan een lid van de Onderlinge een exemplaar van de statuten en van de wijzigingen hierin, indien het betreffende lid hier schriftelijk om verzoekt.
5. De nieuwe doorlopende tekst van de statuten maakt na passeren van de notariële akte onderdeel uit van de CAO SAZAS. Aan de bij de CAO-SAZAS betrokken CAO- partijen vindt direct toezending plaats van de nieuwe doorlopende tekst van de statuten. Hiervoor worden geen kosten in rekening gebracht.
Ontbinding
Artikel 24
1. Een besluit tot ontbinding van de Onderlinge kan slechts worden genomen in een uitdrukkelijk daartoe bijeengeroepen algemene ledenvergadering, waarin tenminste de helft van de leden aanwezig is, en met een meerderheid van tenminste twee/derde van de uitgebrachte geldige stemmen.
In de oproep voor die algemene ledenvergadering moet worden meegedeeld dat in die vergadering een besluit tot ontbinding van de Onderlinge zal worden behan- deld. Het bepaalde in artikel 23 is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding.
2. Indien op een algemene ledenvergadering, waarin een besluit tot ontbinding van de Onderlinge wordt behan- deld, minder dan de helft van de leden aanwezig is, zal met een termijn van tenminste één week en ten hoog- ste vier weken opnieuw een ledenvergadering worden bijeengeroepen.
In deze vergadering zal het besluit tot ontbinding kun- nen worden genomen met een meerderheid van twee/ derde van de uitgebrachte geldige stemmen, ongeacht het aantal leden dat ter vergadering aanwezig is.
Vereffening
Artikel 25
1. Xxxxxxx van ontbinding van de Onderlinge door een daartoe genomen besluit van de algemene ledenver- gadering, geschiedt de vereffening door het algemeen bestuur.
2. De vereffening geschiedt bij voorkeur door overdracht van het bedrijf aan één of meer op het gebied van de schadeverzekering werkzame maatschappijen.
3. Indien bij ontbinding van de Onderlinge blijkt, dat zijn bezittingen zijn schulden overtreffen, stelt de alge- mene ledenvergadering de bestemming van het batig saldo vast.
Bijzondere gevallen
Artikel 26
In gevallen waarin bij de statuten niet is voorzien, beslist het algemeen bestuur.
Reglementen
Artikel 27
De organen van de Onderlinge zijn bevoegd ter nadere invulling van het in deze statuten bepaalde, reglementen op te stellen waarin zij met name hun werkwijze specificeren voor zover in deze statuten niet anders is bepaald.
De reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet of deze statuten. De reglementen en de hierin aangebrachte wijzigingen treden niet in werking alvorens zij door het algemeen bestuur zijn ondertekend en voor een ieder ter inzage zijn gelegd ter griffie van het Kantongerecht binnen het ressort waar de Onderlinge is gevestigd. Het algemeen bestuur verstrekt aan de leden van de Onderlinge een exemplaar van het reglement en van de wijzigingen hierin, indien het betreffende lid hier schriftelijk om verzoekt.
Waarborgkapitaal
Artikel 28
1. De Onderlinge heeft een waarborgkapitaal van een honderd twee en vijftig miljoen gulden
(ƒ 152.000.000,--), verdeeld in eenhonderd twee en vijftig duizend (152.000) gewone aandelen, genummerd 1 tot en met 152.000, elk groot een duizend gulden
(ƒ 1.000,--). Van deze aandelen zijn er zes en twintig duizend (26.000) gewone aandelen en zes en twintig duizend (26.000) 16% cumulatief preferente aandelen geplaatst. Op ieder aandeel heeft een storting plaats- gevonden van vijf en twintig procent (25%). Een lid van de Onderlinge zal altijd evenveel gewone als 16%
cumulatief preferente aandelen in eigendom hebben.*
150020 012005
2. Verdere uitgifte van aandelen geschiedt door het alge- meen bestuur op zodanige tijdstippen, onder zodanige voorwaarden en bepalingen, met een zodanig verplicht stortingspercentage - niet lager dan vijf en twintig procent - en tegen zodanige koers niet beneden pari -
als door het algemeen bestuur onder goedkeuring van de algemene vergadering van leden-aandeelhouders zal worden vastgesteld. Aan het algemeen bestuur komt deze bevoegdheid toe tot vijf jaar na het passeren van deze akte akte van statutenwijziging/omzetting verleden op dertig maart negentienhonderd acht en negentig. Na deze periode komt de bevoegdheid tot uitgifte van aandelen toe aan de algemene ledenverga- dering die deze bevoegdheid steeds voor een bepaalde duur van ten hoogste vijf jaar aan een ander orgaan van de Onderlinge kan toekennen.
3. Bij de uitgifte van aandelen heeft iedere aandeelhouder een recht van voorkeur naar evenredigheid van het gezamenlijk bedrag van zijn aandelen, behoudens het bepaalde in de wet. Het voorkeursrecht kan telkens voor een enkele uitgifte worden beperkt of uitgesloten bij besluit van het algemeen bestuur.
4. Het algemeen bestuur kan onder goedkeuring van de algemene vergadering van ledenaandeelhouders het verplichte stortingspercentage verhogen, tot maximaal eenhonderd procent (100%) van de nominale waarde van het aandeel, danwel volstorting van alle geplaatste aandelen vorderen.
5. Bij vereffening van de Onderlinge zijn de leden- aandeelhouders verplicht op eerste vordering van de vereffenaars alle geplaatste aandelen vol te storten.
Artikel 29
1. De aandelen luiden op naam: een aandeel kan uitslui- tend worden gesteld ten name van een rechtspersoon of een samenwerkingsverband.
2. Van de aandeelhouders en het aantal aandelen van ieder hunner wordt ten kantore van de Onderlinge een register gehouden; houders van aandelen zijn verplicht in dat register woonplaats te kiezen binnen Nederland, aan welke woonplaats alle voor hen bestemde stukken kunnen worden bezorgd; bij gebreke van een zodanige woonplaatskeuze worden die aandeelhouders geacht
* Deze transactie stamt uit de tijd voor de invoering van de euro.
woonplaats te hebben ten kantore van de Onderlinge. De vermelding in het register strekt tot volledig bewijs van het aandeelhouderschap. Een bewijs van de in het register gedane inschrijving wordt aan de aandeelhou- ders verstrekt.
Overdracht aandelen
Artikel 30
1. Aandelen kunnen slechts worden overgedragen met goedkeuring van het algemeen bestuur en van de alge- mene vergadering van leden-aandeelhouders.
De algemene vergadering van leden-aandeelhouders en het algemeen bestuur zijn verplicht binnen drie maanden nadat een aandeelhouder bij aangetekende brief goedkeuring heeft verzocht, op het verzoek te be- slissen en daarvan bij aangetekende brief mededeling te laten doen aan de verzoeker, bij gebreke waarvan de goedkeuring geacht wordt te zijn verleend. Wordt de goedkeuring verleend of geacht te zijn verleend, dan
dient de overdracht binnen drie maanden nadien plaats te hebben.
Indien de algemene vergadering van leden-aandeel- houders en/of het bestuur de goedkeuring als bedoeld in dit lid weigeren en niet tegelijkertijd één of meer gegadigden aanwijzen, die bereid en in staat zijn alle aangeboden aandelen tegen contante betaling over te nemen, wordt de goedkeuring door het orgaan waarop het in dit lid bedoelde van toepassing is geacht te zijn verleend. Indien de verzoeker de hiervoor bedoelde gegadigden aanvaardt en partijen het niet eens kunnen worden over de voor het aandeel of de aandelen te betalen prijs, wordt deze desverlangd vastgesteld door een (register)accountant, aan te wijzen door partijen in onderling overleg, of bij gebreke aan overeenstemming hierover binnen veertien dagen nadat een van de par- tijen aan de wederpartijen medegedeeld heeft dat zij
prijsvaststelling door een (register) accountant wenst, aan te wijzen door de voorzitter van het Nederlands Instituut van Register Accountants, van welke prijs- vaststelling de kosten voor rekening van de Onderlinge komen.
Alle partijen hebben te allen tijde het recht tot uiterlijk één maand nadat hun het resultaat van de prijsvast- stelling als hiervoor bedoeld is medegedeeld zich terug te trekken, welke terugtrekking geschiedt bij aangete- kende brieven aan de wederpartij en het bestuur. Trekt een van de gegadigden als hiervoor bedoeld zich terug en zijn de overige gegadigden niet binnen veertien dagen bereid ook de daardoor vrijkomende aandelen over te nemen, dan is de verzoeker vrij in de voorge- nomen overdracht van alle aangeboden aandelen, mits de levering plaats heeft binnen drie maanden nadat
is komen vast te staan dat niet alle aandelen worden opgeëist.
De levering van aandelen geschiedt bij notariële akte, op de wijze als voor levering van aandelen in een be- sloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid is voorgeschreven. Van elke overdracht wordt in het register van aandeelhouders aantekening gehouden.
2. Indien aandelen zich in een gemeenschap bevinden kunnen de deelgenoten hun rechten eerst geldend maken, indien zij gezamenlijk een gemachtigde hebben aangewezen om hun rechten uit te oefenen.
3. Alle aantekeningen in het register van aandeelhouders als in dit artikel bedoeld worden ondertekend door twee leden van het dagelijks bestuur.
4. Gedurende de vijf dagen, voorafgaande aan de dag van een algemene vergadering van leden-aandeelhouders, zal geen overdracht van aandelen kunnen plaats heb- ben.
Algemene vergadering van leden-aandeel- houders
Artikel 31
1. De leden-aandeelhouders in het waarborgkapitaal van de Onderlinge vormen de algemene vergadering van leden-aandeelhouders. De leden-aandeelhouders wijzen uit hun midden een voorzitter en een secretaris aan. Elk aandeel geeft recht op het uitbrengen van één stem.
2. Voorzitter en secretaris roepen tezamen de alge- mene vergadering van ledenaandeelhouders bijeen zo dikwijls zij zulks nodig achten.
3. Zij zijn verplicht binnen vier weken een dergelijke alge- mene vergadering bijeen te roepen indien dit schrif- telijk wordt verzocht door een zodanig aantal leden- aandeelhouders als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte der stemmen van de algemene vergadering van leden-aandeelhouders. In het verzoek moet opgave worden gedaan van de punten, die de verzoeker(s) aan de orde gesteld willen hebben. Wordt aan hun verzoek niet voldaan, dan is de eerste onder- tekenaar van het verzoekschrift bevoegd de verzochte vergadering bijeen te roepen. Hij zal dan als voorzitter der vergadering fungeren.
4. De oproeping geschiedt, onder vermelding van de te behandelen onderwerpen, door een schrijven aan ieder lid-aandeelhouder afzonderlijk.
Artikel 32
1. Elk lid-aandeelhouder kan ter vergadering voorstel- len doen met betrekking tot de onderwerpen terzake waarvan de algemene vergadering van leden-aandeel- houders bevoegd is.
150020 012005
2. Indien de aandelen in handen zijn van slechts één lid- aandeelhouder, zal dit lidaandeelhouder bevoegd zijn tot alles waartoe de algemene vergadering van leden- aandeelhouders bevoegd is.