ALGEMENE VOORWAARDEN VAN ONDERAANNEMING 2018 (AVO 2018) van DOMBOSCH BOUW B.V.
ALGEMENE VOORWAARDEN VAN ONDERAANNEMING 2018 (AVO 2018) van DOMBOSCH BOUW B.V.
Artikel 1: De overeenkomst en voorwaarden
1. De overeenkomst tussen aannemer en onderaannemer wordt schriftelijk gesloten, tenzij onderaannemer met de uitvoering van de werkzaamheden is gestart en niet binnen 8 kalenderdagen bij aannemer heeft geprotesteerd tegen de inhoud van de (concept-)overeenkomst.
2. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op de overeenkomst en alle daaruit voortvloeiende overeenkomsten én prevaler en boven de algemene voorwaarden van onderaannemer voor zover aannemer de toepasselijkheid daarvan niet uitdrukkelijk heeft afgewezen.
3. De bepalingen en voorwaarden van de hoofdaannemingsovereenkomst (inclusief bijlagen) tussen aannemer en diens principaal, voor zover hiervan niet schriftelijk is afgeweken in de overeenkomst, maken onlosmakelijk deel uit van de overeenkomst, waarbij in plaats van “aannemer” gelezen moet worden “onderaannemer” en in plaats van “principaal” gelezen moet worden “aannemer”. Aannemer en onderaannemer hebben – wat het door onderaannemer uit te voeren onderdeel betreft – jegens elkaar dezelfde rechten, plichten, aansprakelijkheden en beperkingen (back-to-back) als de principaal en aannemer jegens elkaar hebben.
4. Daar waar in de overeenkomst en deze voorwaarden wordt gesproken van ‘schriftelijk’ dient daar mede onder te worden verstaan ‘langs elektronische weg’.
Artikel 2: Wettelijke voorschriften en beschikkingen van overheidswege
1. Onderaannemer wordt geacht bekend te zijn met de voor de uitvoering van het werk van belang zijnde wettelijke voorschriften en beschikkingen van overheidswege. De aan de naleving van deze voorschriften en beschikkingen verbonden gevolgen zijn voor zijn rekening.
2. De gevolgen van de naleving van wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege, die na de dag van de prijsaanbieding in werking treden, komen voor rekening van aannemer, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen dat onderaannemer die gevolgen reeds op de dag van de pri jsaanbieding had kunnen voorzien.
3. Indien aan aannemer uit hoofde van het overtreden of niet naleven van wet- en regelgeving een sanctie en/of boete wordt opgelegd, die is/zijn terug te voeren op een overtreding of niet naleving door onderaannemer, is aannemer gerechtigd de daaruit voortvloeiende schade op onderaannemer te verhalen en indien mogelijk te verrekenen met opeisbare vorderingen van onderaannemer op aannemer. Als schade wordt onder meer aangemerkt: bestuurlijke boetes en dwangsommen al smede schade als gevolg van stillegging of vertraging van het werk. Van een verrekening geeft aannemer schriftelijk kennis aan onderaannemer.
Artikel 3: Specifieke bepalingen betreffende onderaanneming
1. Onderaannemer verstrekt voorafgaand aan of bij het sluiten van de overeenkomst:
a. een kopie van een recent uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel van de onderneming;
b. zijn loonheffingen- en btw-nummer;
c. een recente ‘Verklaring betalingsgedrag keten- en inlenersaansprakelijkheid’ (niet ouder dan één maand). Indien onderaannemer is aangesloten bij de Stichting Normering Arbeid kan worden volstaan met een kopie van het meest actuele NEN 4400 (4400-1 of 4400-2) certificaat.
2. Onderaannemer is gehouden zijn wettelijke verplichtingen tot afdracht loonbelasting en sociale premies alsmede zijn verpli chtingen op grond van de Cao voor de Bouwnijverheid of enig ander Cao, voor zover direct en indirect verband houdend met het aan hem opgedragen werk, na te komen. Onderaannemer vrijwaart aannemer voor eventuele aanspraken van derden als gevolg van het niet-nakomen van deze verplichtingen.
3. Onderaannemer verstrekt wekelijks een mandagenregister aan aannemer. Aannemer is te allen tijde bevoegd om de juistheid van het mandagenregister te controleren. Een mandagenregister dient volledig te worden ingevuld en bevat tenminste de volgende gegevens: NAW -gegevens aannemer en onderaannemer; datum; nummer/kenmerk van de overeenkomst van onderaanneming; projectnaam en plaats; volledige namen, voorletters en BSN van de werknemers van onderaannemer; weeknummer; aantal gewerkte uren per werknemer en aantal gewerkte uren per week; SV-loon.
4. Het mandagenregister dient te worden ondertekend door onderaannemer. Door ondertekening van het mandagenregister verklaart onderaannemer dat:
a. de werknemers op voorgeschreven wijze in de administratie van onderaannemer worden verwerkt;
b. de werkelijk betaalde xxxxx aan de werknemers in overeenstemming zijn met de vereisten op grond van de Wet Minimumloon (WML) en (voor zover van toepassing) de Cao voor de Bouwnijverheid;
c. voor deze werknemers de wettelijk verschuldigde premies en belastingen worden afgedragen alsmede (voor zover van toepassing) de premies vanuit de Cao voor de Bouwnijverheid;
d. door onderaannemer geen andere werknemers of door hem ingeleend personeel op dit project worden ingezet, tenzij vooraf sch riftelijke toestemming van aannemer is verkregen. a. alle voor de uitvoering noodzakelijke zaken, zoals: opslag / afsluitbare ruimten, horizontaal transport, verticaal transport, hulpmiddelen, hulpwerken, aansluitpunten nutsvoorzieningen;
b. het schoonhouden van de werkplek en voor eigen rekening en risico verwijderen van zijn afval(stoffen) en verpakkingsmateri alen;
c. voor de vervaardiging van (werk)tekeningen met betrekking tot het aan onderaannemer opgedragen werk;
Artikel 4: Specifieke bepalingen betreffende ZZP
1. De onderaannemer voert de opdracht uit in volledige onafhankelijkheid en bepaalt zelf onder welke omstandigheden en op welke wijze de opdracht wordt uitgevoerd.
2. Onderaannemer is vrij in het indelen van zijn werkzaamheden binnen de context van de opdracht en de overeengekomen resulta atsverplichting.
3. Aannemer kan de onderaannemer richtlijnen geven over de afstemming van het overeengekomen werk in relatie tot andere werkzaamheden die hiermede in relatie staan, zonder in te grijpen in de wijze van uitvoering van de overeenkomst, aangezien de onderaannemer daarover bij uitsluiting beslist.
4. De onderaannemer is volledig vrij in het aannemen van opdrachten van derden.
5. De onderaannemer zal zodanig gekleed zijn tijdens de uitvoering van het werk, zodat voldoende herkenbaar is dat hij zijn eigen bedrijf vertegenwoordigt.
6. De onderaannemer zal gebruik maken van vervoersmiddelen die hem in eigendom toebehoren dan wel door hem geleaset of gehuurd zijn.
7. De onderaannemer is gerechtigd anderen in te schakelen bij de uitvoering van de overeengekomen werkzaamheden dan wel de werkzaamheden door anderen te laten uitvoeren ter vervanging van zijn eigen arbeid.
8. De onderaannemer is aansprakelijk voor nakoming van het overeengekomen resultaat.
9. De onderaannemer zal bij de uitvoering van zijn werkzaamheden gebruik maken van eigen gereedschap en materieel.
10. De onderaannemer zal bij de uitvoering van zijn werkzaamheden gebruik maken van eigen materialen.
11. De aannemer verricht geen werkzaamheden ten behoeve van de uitvoering van het aan de onderaannemer opgedragen werk. Dit met inachtneming van het hetgeen in de overeenkomst is overeengekomen ten aanzien van werktekeningen en maatvoering.
12. De overeenkomst als bedoeld in artikel 1 eerste lid is gelijkluidend aan de door de Belastingdienst op 13-10-2015 onder nummer 9051596301 beoordeelde overeenkomst.
13. Het bepaalde in dit artikel is uitsluitend van toepassing indien onderaannemer een zelfstandige zonder personeel (ZZP) is.
Artikel 5: Verplichtingen van onderaannemer
1. Onderaannemer is verplicht het werk naar de eisen van goed en deugdelijk werk en naar de bepalingen van de overeenkomst uit te voeren. Onderaannemer dient zich bij uitvoering van deze overeenkomst te houden aan geldende wet- en regelgeving, de van toepassing zijnde cao en de afspraken die zij heeft gemaakt in individuele arbeidsovereenkomsten. Hij dient het werk zodanig uit te voeren, dat daardoor schade aan personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt dan wel voorkomen.
2. De uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat de totstandkoming van het werk binnen de overeengekomen termijn verzekerd is. Onderaannemer conformeert zich daarbij aan de planning van aannemer.
3. Indien door weersomstandigheden onderaannemer de vereiste kwaliteit niet kan leveren, en de werkzaamheden van onderaannemer hierdoor vertragen, verplicht onderaannemer zich de eerstvolgende kalenderdag dat de weersomstandigheden de kwaliteit van het werk van onderaannemer niet meer beïnvloeden het werk ter stond te hervatten.
4. Onderaannemer stelt zich voor aanvang van het werk op de hoogte van de ligging van kabels en leidingen en de locatie waar het werk zal worden uitgevoerd en houdt hiermee rekening bij de uitvoering van de werkzaamheden.
5. Onderaannemer is voor het aangaan van de overeenkomst verplicht aannemer schriftelijk en nadrukkelijk te waarschuwen voor onjuistheden, onduidelijkheden en tegenstrijdigheden in de opdracht. Hetzelfde geldt in geval van gebreken en ongeschiktheid van zaken afkomstig van aannemer, daaronder begrepen de grond waarop aannemer een werk laat uitvoeren, alsmede fouten of gebreken in door aannemer verstrekte plannen, tekeningen, berekeningen, bestekken of uitvoeringsvoorschriften. Bij gebreke van een nadrukkelijke schriftelijke waarschuwing is onderaannemer verantwoordelijk voor de gevolgen van het niet waarschuwen.
6. Aannemer is bevoegd om wijzigingen in de overeenkomst, het werk, het bestek, uitvoering van het werk en planning aan onderaannemer op te dragen. Onderaannemer is verplicht om een door aannemer opgedragen wijziging uit te voeren. Wijzigingen zullen aan onderaannemer schriftelijk worden opgedragen.
7. Onderaannemer verklaart in bezit te zijn van het certificaat “VCA*” of “VCA**”. Indien onderaannemer ZZP’er is dient hij in het bezit te zijn van het “VOL-VCA” diploma. Een kopie van het certificaat of diploma dient voor aanvang van de werkzaamheden in het bezit te zijn van aannemer.
8. Onderaannemer houdt zich te allen tijde aan de Arbowet en –regelgeving, het V&G-plan, en aan de van toepassing zijnde bouwplaatsregels van aannemer. Onderaannemer informeert zijn werknemers en ingeschakelde hulppersonen over deze regels.
9. Tenzij partijen anders zijn overeengekomen draagt onderaannemer zorg voor:
d. het verrichten van maatvoering.
10. De voor de uitvoering van het werk benodigde elektriciteit, gas en water zijn voor rekening van onderaannemer.
11. Indien onderaannemer weekrapporten dient te verzorgen, worden hierin onder meer aantekeningen opgenomen betreffende: de vordering en de stand van het werk; wijzigingen in de opdracht; de gewerkte uren; onwerkbaar weer; de aan- en afvoer van bouwstoffen; de aan- en afvoer van hulpmiddelen.
Artikel 6: Non-concurrentie
Onderaannemer zal zich onthouden van het rechtstreeks of door tussenkomst van derden, doen van prijsopgaven en/of aanbiedingen aan de principaal, daaronder begrepen die voor uitbreidingen en/of wijzigingen, betreffende het werk waarvoor door aannemer met principaal onderhandelinge n worden gevoerd of een overeenkomst wordt/is aangegaan.
Artikel 7: Garantie(s)
1. In de overeenkomst zijn de door onderaannemer te verstrekken garantie(s) omschreven, bij gebreke waarvan een garantietermi jn van twee jaren na oplevering ten aanzien van alle onderdelen van het werk wordt geacht te zijn overeengekomen.
2. Garantie-aanspraken van aannemer laten diens (rechts)vorderingen uit hoofde van artikel 17 van deze voorwaarden onverlet.
3. Indien door een derde aan onderaannemer verdergaande garantie(s) zijn verstrekt dan die welke door onderaannemer aan aannemer zijn verstrekt, wordt de door onderaannemer verstrekte garantie(s) geacht die verdergaande garantie(s) te omvatten. Onderaannemer is verplicht aannemer hiervan schriftelijk in kennis te stellen.
Artikel 8: Levering en transport
1. De door onderaannemer in het kader van de uitvoering van de overeenkomst te leveren zaken waarover aannemer niet de feitelijke macht heeft, geschiedt door bezitsverschaffing conform het bepaalde in artikel 3:115 sub a BW (juridische levering). De daartoe benodigde tweezijdige verklaring van onderaannemer en aannemer wordt afgelegd door ondertekening van de overeenkomst van onderaanneming.
2. Onderaannemer is gehouden om de zaken die hij in het kader van de uitvoering van de overeenkomst met aannemer onder zi ch heeft, of door een derde namens onderaannemer worden gehouden, zodanig af te scheiden en afgescheiden te houden, dat deze zaken op ieder moment individualise erbaar zijn als zaken die door onderaannemer voor aannemer worden gehouden.
3. Transport van de te leveren zaken (feitelijke levering) geschiedt franco (Delivered Duty Paid, Incoterms 2010), ter plaatse van het werk of aan het overeengekomen adres. Het transport van de zaken komt voor rekening en risico van de onderaannemer.
Artikel 9: Meer en minder werk
1. Ten aanzien van meer en minder werk en de verrekening ervan gelden de bepalingen van de overeenkomst tussen aannemer en diens principaal, overeenkomstig artikel 1 lid 3.
2. In geval van door aannemer gewenste wijzigingen van de overeenkomst dan wel van de voorwaarden van uitvoering, kan onderaannemer slechts dan aanspraak maken op verhoging van de prijs wanneer hij:
a. aannemer tijdig (voor de uitvoering van de wijzigingen) heeft gewezen op de noodzaak van een daaruit voortvloeiende prijsverhoging; én
b. de principaal een verhoging van de prijs heeft geaccepteerd en verrekend met aannemer; én
x. xx xxxxxxxxx tussen aannemer en onderaannemer schriftelijk is overeengekomen.
Artikel 10: Uitbesteding en inlening van personeel
1. Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van aannemer is het onderaannemer niet toegestaan het werk geheel of ten dele aan een ander overdragen, uit te besteden (onderaanneming) of voor de uitvoering van het werk gebruik te maken van ter beschikking gestelde (ingeleende) arbeidskrachten.
2. Indien onderaannemer na verkregen toestemming het werk geheel of ten dele overdraagt dan wel uitbesteedt aan een ander, is hij gehouden de in artikel 1 lid 1 bedoelde overeenkomst met inbegrip van deze algemene voorwaarden van toepassing te verklaren op de rechtsverhouding tussen onderaannemer en de door hem ingeschakelde derde. Daarbij dient onderaannemer tevens te bedingen dat deze derden de in artikel 1 lid 1 bedoelde overeenkomst en deze algemene voorwaarden van toepassing verklaren op overeenkomsten met onderaannemers of ondernemingen die arbeidskrachten ter beschikking stellen (kettingbeding).
3. Bij inschakeling van derden blijft onderaannemer jegens aannemer ten volle verantwoordelijk voor het werk.
Artikel 11: Keten- en inlenersaansprakelijkheid
1. Op de overeenkomst zijn de wettelijke keten- en inlenersaansprakelijkheidsregelingen (thans opgenomen in de Invorderingswet 1990) van toepassing.
2. Onderaannemer is gehouden mee te werken aan het scheppen van waarborgen voor de inning van belastingen, premies en sociale lasten verband houdende met de te verrichten werkzaamheden en zal ervoor zorg dragen dat voor alle op het werk aanwezige arbeidskrachten zal worden voldaan aan alle wettelijke verplichtingen, waaronder de verplichting tot afdracht van premies sociale verzekeringen en loonbelasting. Onderaannemer zal aannemer ter zake vrijwaren voor aanspraken van derden.
3. Onderaannemer is verplicht om daartoe:
a. alle arbeidsvoorwaardelijke afspraken ten behoeve van de uitvoering van het werk op een inzichtelijke en toegankelijke wijze vast te leggen;
b. desgevraagd aan de bevoegde instanties toegang tot deze arbeidsvoorwaardelijke afspraken te verschaffen en mee te werken aan controles, audits of loonvalidatie;
c. desgevraagd aan aannemer toegang tot deze arbeidsvoorwaardelijke afspraken te verschaffen, voor zover aannemer dit noodzakelijk acht in verband met het voorkomen van of de behandeling van een loonvordering aangaande verrichte arbeid ten behoeve van de opdracht.
4. Voor aanvang van de werkzaamheden verstrekt onderaannemer een overzicht van de medewerkers die op het werk worden ingezet met vermelding van hun volledige namen, geboortedatum, nationaliteit en BSN. Voor buitenlandse arbeidskrachten moet daar ook een kopie van het geldige identiteitsbewijs en, voor zover vereist, een kopie van de geldige verblijfs- en tewerkstellingsvergunning zijn bijgevoegd.
5. Aannemer heeft overeenkomstig het bepaalde in de ‘Uitvoeringsregeling verplicht gebruik BSN’, de bevoegdheid om de juistheid van het opgegeven BSN te controleren van iedere persoon die vanwege onderaannemer werkzaamheden op de bouwplaats verricht. Deze personen dienen zich op het eerste verzoek van aannemer te legitimeren door het tonen van een geldig legitimatiebewijs waarop de nationaliteit en (indien van toepassing) de verblijfsstatus is vermeld.
6. Aannemer heeft steeds het recht de ter zake van het werk verschuldigde loonbelasting en sociale verzekeringspremies, waarvoor hij ingevolge artikel 35 van de Invorderingswet 1990 hoofdelijk aansprakelijk is, aan onderaannemer te betalen door storting op diens geblokkeerde rekening ( g-rekening) in de zin van de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004. In geval artikel 34 van de Invorderingswet 1990 van toepassing is heeft aannemer het recht de verschuldigde loonbelasting, omzetbelasting en sociale verzekeringspremies te betalen door storting op de g-rekening. Onderaannemer zorgt ervoor dat een g- rekening beschikbaar is.
7. Indien aannemer redelijkerwijs tot het oordeel kan komen dat door onderaannemer ter zake van het aan hem opgedragen werk een hoger bedrag aan loonbelasting en sociale verzekeringspremies verschuldigd zal zijn dan het percentage dat in de overeenkomst is vastgesteld, kan aannemer het op de g-rekening te storten bedrag/percentage wijzigen.
8. Indien onderaannemer de uitvoering van de overeenkomst geheel of gedeeltelijk aan een derde uitbesteedt, alsmede indien hij voor de uitvoering van de overeenkomst gebruik maakt van ter beschikking gestelde arbeidskrachten dienen de administratieve voorschriften met het oog op de in lid 1 bedoelde regelingen strikt te worden nageleefd. Onderaannemer vrijwaart aannemer voor aanspraken van derden als gevolg van het niet-naleven van deze voorschriften.
9. Onderaannemer is verplicht erop toe te zien dat de door hem ingeschakelde ZZP’er voldoet aan de definities zoals geformuleerd in de Cao voor de Bouwnijverheid. Onderaannemer is gehouden erop toe te zien dat de feiten en omstandigheden waaronder de ZZP’er wordt ingeschakeld zodanig zijn dat de ZZP’er zelfstandig ondernemer in fiscale zin is.
10. Indien de onderaannemer personen tewerkstelt die niet voldoen aan de vereisten van dit artikel, is aannemer gerechtigd deze personen met onmiddellijke ingang de toegang tot het werk te ontzeggen. Xxxxxx, gevolgschade daaronder begrepen, die aannemer hierdoor lijdt, komt voor rekening van onderaannemer.
Artikel 12: Facturen, betaling en rente
1. Indien betaling in termijnen is overeengekomen, zendt onderaannemer telkens bij of na het verschijnen van een betalingstermijn de desbetreffende termijnfactuur aan aannemer toe.
2. Een door onderaannemer in te dienen factuur dient te voldoen aan de eisen die artikel 35a Wet op de Omzetbelasting 1968 daaraan stelt.
3. Indien artikel(en) 34 en/of 35 van de Invorderingswet 1990 van toepassing is/zijn dient onderaannemer op de gedagtekende en genummerde factuur in ieder geval de volgende gegevens duidelijk en overzichtelijk te vermelden:
a. het contractnummer van de overeenkomst dat op het werk betrekking heeft;
b. het werk en de plaats(en) van uitvoering waarop de factuur betrekking heeft;
c. het tijdvak of de tijdvakken waarin de prestaties zijn verricht;
d. de omvang van de loonsom opgenomen in het gefactureerde bedrag;
e. naam, adres en woonplaats van onderaannemer;
f. btw-nummer van onderaannemer;
g. een opgave of de verleggingsregeling (als bedoeld in artikel 24b Uitvoeringsbesluit Omzetbelasting 1968) al dan niet toepasselijk is;
x. het loonbelastingnummer van onderaannemer;
i. het nummer van de g-rekening van onderaannemer als bedoeld in artikel 8.
4. De facturen dienen vergezeld te gaan van door gemachtigde van aannemer voor akkoord getekend document waaruit blijkt dat de gefactureerde prestatie is geleverd en corresponderende mandagenregisters.
5. Onderaannemer dient uiterlijk 14 kalenderdagen na de dag waarop het werk gereed is zijn eindafrekening bij aannemer in te dienen.
6. Indien het uitgevoerde werk niet voldoet aan de overeenkomst heeft aannemer het recht de betaling geheel of gedeeltelijk op te schorten.
7. Tenzij partijen anders zijn overeengekomen zal aannemer, met inachtneming van hetgeen bepaald in lid 8, een factuur van onderaannemer binnen 30 kalend erdagen na ontvangst daarvan voldoen, mits de factuur voldoet aan de eisen in de overeenkomst en deze voorwaarden.
8. Aannemer is enkel tot betaling aan onderaannemer gehouden indien en voor zover aannemer betaling heeft ontvangen van diens principaal.
9. In afwijking van het bepaalde in artikel 6:120 lid 2 BW is eventueel door aannemer verschuldigde (wettelijke) rente gelijk aan de herfinancieringsrente die door de Europese Centrale Bank is vastgesteld voor haar meest recente basisherfinancieringstransactie die heeft plaatsgevonden voor de eerste kalenderdag van het betreffende halfjaar, vermeerderd met één procentpunt.
Artikel 13: Uitvoeringsduur, termijnverlenging en gefixeerde schadevergoeding
1. Onderaannemer zorgt ervoor dat hij zijn werkzaamheden aanvangt op de in de overeenkomst bepaalde dag.
2. Indien onderaannemer niet in staat is op de in de overeenkomst bepaalde dag zijn werkzaamheden aan te vangen, is hij verplicht aannemer zo vroeg mogelijk, doch uiterlijk vijf werkdagen, of zoveel werkdagen als door partijen is overeengekomen, voor de overeengekomen aanvangsdatum schri ftelijk te waarschuwen.
3. Onderaannemer heeft geen recht op termijnverlenging en/of kostenvergoeding.
4. Indien de aanvang of de voortgang van het aan onderaannemer opgedragen werk wordt vertraagd door voor rekening van onderaannemer komende omstandigheden, dient de daaruit voor aannemer voortvloeiende schade, niet zijnde schade wegens overschrijding van de uitvoeringstermijn, door onderaannemer te worden vergoed.
5. Bij overschrijding van de uitvoeringstermijn of -duur is onderaannemer aan aannemer een direct opeisbare gefixeerde schadevergoeding verschuldigd. De hoogte van deze vergoeding leggen partijen vast in de overeenkomst, bij gebreke waarvan de regeling geldt zoals vastgelegd in de voorwaarden tussen aannemer en diens principaal. In geval die laatstgenoemde regeling ontbreekt of in deze regeling tussen aannemer en diens principaal een gefixeerde schadevergoeding van minder dan € 250,00 per kalenderdag is opgenomen, bedraagt de vergoeding € 250,00 per kalenderdag. Aannemer is gerechtigd deze gefixeerde schadevergoeding te verrekenen met al hetgeen hij aan onderaannemer is verschuldigd.
6. De schadevergoeding wordt verbeurd enkel ten gevolge van het verschijnen van de bepaalde dag. Een ingebrekestelling is niet vereist.
Artikel 14: Gereed zijn van het werk en oplevering
1. De opneming geschiedt door aannemer en onderaannemer gezamenlijk. Indien het werk gereed is, leggen partijen dit vast in een proces-verbaal, met vermelding van de geconstateerde tekortkomingen. Deze tekortkomingen zullen door onderaannemer zo spoedig mogelijk, doch binnen 5 werkdagen, worden hersteld. Het werk geldt als gereed op het tijdstip dat het proces-verbaal door beide partijen is ondertekend.
2. Het werk geldt als opgeleverd op het tijdstip waarop het werk tussen aannemer en diens principaal als opgeleverd geldt, tenzij het werk van onderaannemer op dat moment niet gereed is. Aannemer zal onderaannemer schriftelijk in kennis stellen van de laatstbedoelde oplevering onder opgave van dan vastgestelde tekortkomingen in het werk. Deze tekortkomingen worden door onderaannemer zo spoedig mogelijk, doch binnen 10 werkdagen, hersteld.
Artikel 15: Schorsing en beëindiging van het werk in onvoltooide staat
1. Aannemer is bevoegd de uitvoering van het werk geheel of gedeeltelijk te schorsen.
2. Gedurende de schorsing is onderaannemer verplicht:
a. in overleg met aannemer gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade aan het werk, bouwstoffen en hulpmiddelen; en
b. na te laten al hetgeen schade aan het werk, bouwstoffen en hulpmiddelen zou kunnen veroorzaken of latere voorzetting zou kunnen bemoeilijken.
3. Aannemer is te allen tijde bevoegd onderaannemer op te dragen het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Onderaannemer heeft in dat geval recht op de aanneemsom naar rato van de stand van het werk, verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten en verminderd met het bedrag aan winst en risico over de niet uitgevoerde werkzaamheden. Onderaannemer zendt aannemer hiertoe een gespecificeerde eindafrekening, vergezeld van achterliggende stukken van hetgeen aannemer ingevolge de beëindiging van het werk in onvoltooide staat verschuldigd is. Indien de eindafrekening door aannemer akkoord wordt bevonden, deelt hij dat onderaannemer schriftelijk mede.
Artikel 16: Ontbinding
1. Indien onderaannemer enige op hem rustende verplichting niet nakomt of aannemer gegronde redenen heeft om aan te nemen dat onderaannemer enige op hem rustende verplichting niet zal nakomen, is aannemer gerechtigd, zulks naar zijn keuze:
a. genoegzame zekerheid van onderaannemer te verlangen; of
b. de overeenkomst zonder nadere ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden. Het in de vorige zin bepaalde laat onverlet het recht van aannemer op vergoeding van schade, kosten en rente.
2. Onverminderd de bevoegdheid tot ontbinding van de overeenkomst op grond van de wet, heeft aannemer het recht de overeenkomst van onderaanneming zond er nadere ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden:
a. indien onderaannemer de bedrijfsuitoefening staakt dan wel de zeggenschap daarover aan een ander overdraagt, een aanvraag tot surséance van betaling indient of in staat van faillissement wordt verklaard; of
b. indien het door de principaal aan aannemer opgedragen werk, welke mede het aan onderaannemer opgedragen werk omvat, in onvoltooide staat wordt beëindigd; of
c. indien de overeenkomst tussen aannemer en diens principaal, welke mede het aan onderaannemer opgedragen werk omvat, wordt geschorst, ontbonden of opgezegd.
3. De bevoegdheid van onderaannemer om de overeenkomst buitengerechtelijk geheel of gedeeltelijk te ontbinden is uitgesloten.
Artikel 17: Aansprakelijkheid
Artikel 17.1: Aansprakelijkheid voor oplevering
1. Onderaannemer is verantwoordelijk voor het werk en de uitvoering daarvan, met ingang van het tijdstip van aanvang tot en met de dag waarop het werk is opgeleverd.
2. Onverminderd de aansprakelijkheid van partijen krachtens de overeenkomst of de wet, komt schade aan het werk voor rekening van onderaannemer, tenzij deze schade het gevolg is van buitengewone omstandigheden waartegen onderaannemer in verband met de aard van het werk geen passende maatregelen hoefde te nemen.
3. Na het ontstaan van schade aan het werk is onderaannemer verplicht de schade direct te melden én de nodige maatregelen tot beperking daarvan te treffen. Schade die is ontstaan ten gevolge van het niet-nakomen van deze verplichting, komt voor rekening van onderaannemer.
4. Onderaannemer is aansprakelijk voor schade aan met het werk in verband staande werken van aannemer en aan andere werken en eigendommen van aannemer, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht én te wijten is aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van onderaannemer, zijn eigen of ingeleende arbeidskrachten, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
5. Onderaannemer vrijwaart aannemer tegen aanspraken van derden tot vergoeding van schade, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht én te wijten is aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van onderaannemer, zijn eigen of ingeleende arbeidskrachten, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
Artikel 17.2: Aansprakelijkheid na oplevering
1. Onderaannemer is aansprakelijk voor gebreken die bij de oplevering van het werk niet zijn ontdekt, tenzij onderaannemer aannemelijk maakt dat deze gebreken niet aan hem zijn toe te rekenen.
2. Aannemer zal binnen een redelijke termijn, in ieder geval binnen vijf jaren na ontdekking van het gebrek mededeling doen aan onderaannemer.
3. Voor wat betreft de duur van de aansprakelijkheid geldt hetgeen daarover tussen aannemer en diens principaal is overeengekomen.
Artikel 18: cessie- en verpandingsverbod
De overdraagbaarheid van vorderingen van onderaannemer op aannemer, waaronder vorderingen die betrekking hebben op het in de aanneemsom begrepen bedrag aan loonbelasting en sociale premies (waarvoor aannemer ingevolge de keten- of inlenersaansprakelijkheid aansprakelijk is), en de bevoegdheid van onderaannemer om deze vorderingen te bezwaren en/of te vervreemden zijn - ook in goederenrechtelijke zin - uitgesloten als bedoeld in artikel 3:83 lid 2 BW.
Artikel 19: Toepasselijk recht en geschillen
1. Op de overeenkomst van onderaanneming en overeenkomsten die daarvan een uitvloeisel zijn, is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
2. Elk geschil tussen aannemer en onderaannemer zal met uitsluiting van de gewone rechter worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de statuten van de Stichting Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals die luiden drie maanden voor de dag waarop de overeenkomst is gesloten.
3. Op verzoek van de meest gerede partij zal de voorzitter van het scheidsgerecht worden benoemd uit een der leden-jurist van de Raad van Arbitrage voor de Bouw.
4. Onderaannemer is verplicht ter zake van de overeenkomst in Nederland domicilie te hebben voor zover hij niet reeds in Nederland is gevestigd.