Wegwijzer in de polisvoorwaarden OV AUT
VOORWAARDEN AANHANGERVERZEKERING, bestaande uit: OV AUT CL AHW
Wegwijzer in de polisvoorwaarden OV AUT
Algemeen | Art. 1 Art. 2 Art. 3 Art. 4 Art. 5 Art. 6 | Begripsomschrijvingen Omvang van de dekking Uitsluitingen Verplichtingen/Verlies van rechten Premie Beëindiging en schorsing van de verzekering |
Aansprakelijkheid | Art. 7 Art. 8 Art. 9 Art. 10 | Verzekerden Omvang van de dekking Uitsluitingen Schade |
Casco - Beperkt casco | Art. 11 Art. 12 Art. 13 Art. 14 | Verzekerden Omvang van de dekking Uitsluitingen en eigen risico Schade |
Hulpverlening | Art. 15 Art. 16 Art. 17 Art. 18 Art. 19 Art. 20 | Verzekerden Hulpverlening na een ongeval Hulpverlening na pech Hulpverlening aanhangwagen Uitsluitingen Vergoeding of terugvordering van kosten |
Schade inzittenden | Art. 21 Art. 22 Art. 23 Art. 24 | Verzekerden Omvang van de dekking Uitsluitingen Schade |
VOORWAARDEN AUTOVERZEKERING OV AUT
Onderstaande bijzondere voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat dit onderdeel is meeverzekerd. Indien bepalingen van deze bijzondere voorwaarden afwijken van de bepalingen in de van toepassing zijnde algemene voorwaarden OV ALG dan geldt hetgeen is bepaald in deze bijzondere voorwaarden.
Algemeen
Art. 1 Begripsomschrijvingen
1.1 Verzekerde(n)
Diegene(n) die bij de afzonderlijke onderdelen van deze verzekering als zodanig is/zijn omschreven en rechten aan deze verzekeringsovereenkomst kan / kunnen ontlenen.
1.2 a. Motorrijtuig
De op het polisblad omschreven Nederlands gekentekende en voor particulier gebruik bestemde personen- of bestelauto met een maximum toelaatbaar gewicht van 3.500 kg, waarvan de gegevens geacht worden overeenkomstig de opgave van of namens de verzekeringnemer te zijn.
b. Vervangend vervoer
Een vervangend, gelijkwaardig motorrijtuig, dat de verzekerde gebruikt tijdens de periode van reparatie, revisie of onderhoud van het op het polisblad vermelde motorrijtuig.
1.3 Cataloguswaarde
De consumentenprijs inclusief de door de fabrikant aangebrachte extra uitrusting en/of opties per de datum waarop het motorrijtuig voor het eerst nieuw (af fabriek) werd afgeleverd.
1.4 Accessoires
De door de dealer of inbouwspecialist in of op het motorrijtuig vast gemonteerde en specifiek tot het motorrijtuig behorende onderdelen of technische modificaties. Tevens worden onder accessoires verstaan de niet vast gemonteerde onderdelen die specifiek bestemd zijn voor gebruik in of op de auto en/of dienen ter bevordering van de veiligheid.
Niet verzekerd zijn niet tot de fabrieksopties behorende carrosseriedelen waarmee het uiterlijk van het motorrijtuig is gewijzigd, onderdelen of modificaties waarmee het koppel en/of het vermogen van de motor is veranderd, alsmede bij wet verboden apparatuur of onderdelen.
1.5 Motorrijtuigsleutels
1.6 Meeùs Hulpdienst
De alarmcentrale die door de maatschappij is belast met het organiseren en/of de uitvoering van hulpverlening waarop verzekerde als gevolg van een ongeval of mechanisch defect aan het motorrijtuig recht heeft. Meeùs Hulpdienst is dag en nacht bereikbaar.
1.7 Hulpverlener
Een dealer, garage, berger of andere door Meeùs Hulpdienst te bepalen partij.
1.8 Pech
Elk mechanisch defect (waaronder ook te verstaan een electronisch probleem/storing) van het motorrijtuig afkomstig van een onregelmatigheid in de montage of een defect van een onderdeel, dat het normale gebruik van het motorrijtuig onmogelijk maakt en tot gevolg heeft dat met het motorrijtuig niet verder kan worden gereden, ook als een en ander door eigen toedoen wordt veroorzaakt.
Hieronder vallen, voor deze verzekering, ook de volgende omstandigheden:
a. het defect raken van de sleutels of het achterlaten van de sleutels in een afgesloten motorrijtuig;
b. het tanken van verkeerde brandstof;
c. één lekke band;
d. een lege accu door het aanlaten van stroomverbruikers.
Alle overige oorzaken van immobilisatie door eigen toedoen vallen niet onder de dekking.
Voor pech aan uitsluitend de aanhangwagen of caravan zie hiervoor de bijzondere bepalingen zoals vermeld in artikel 18 van de rubriek hulpverlening.
1.9 Verzekeringsjaar
Het eerste verzekeringsjaar betreft de periode van 12 maanden gerekend vanaf de 1e van de maand waarin de verzekering is ingegaan, ook als de verzekering later dan de 1e van de maand van kracht is geworden. Ieder volgend verzekeringsjaar is gelijk aan een periode van 12 maanden.
Art. 2 Omvang van de dekking
2.1 Verzekerde rubriek
2.2 Verzekeringsgebied
De landen waarvoor het afgegeven Internationaal Motorrijtuigverzekeringsbewijs (de groene kaart) geldig is en tijdens het vervoer van het motorrijtuig tussen die landen.
2.3 Vervangend motorrijtuig
Voor de tijd dat het verzekerde motorrijtuig tijdelijk buiten gebruik is vanwege de uitvoering van reparatie, revisie of onderhoud bij een daartoe ingericht en erkend bedrijf, geldt de verzekering tevens voor een vervangend motorrijtuig van dezelfde soort en prijsklasse, tenzij een beroep kan worden gedaan op een andere verzekering, al dan niet van oudere datum. Gedurende de periode van vervanging is de schade inzittendenverzekering - mits op het polisblad vermeld als verzekerde rubriek - uitsluitend voor het vervangende motorrijtuig van kracht.
2.4 Extra vergoedingen
Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij naar aanleiding van een volgens de rubriek Aansprakelijkheid of de rubriek Casco of Beperkt Casco gedekte gebeurtenis (ook indien de rubriek Casco of Beperkt Casco niet is meeverzekerd):
a. Berging en vervoer
b. Averij grosse
De van de verzekerde gevorderde bijdrage in de averij grosse.
2.5 Afstand verhaalsrecht
De maatschappij zal geen gebruik maken van de (eventuele) mogelijkheid om de betaalde vergoeding te verhalen op de door de verzekerde gemachtigde bestuurder en inzittenden, of de werkgever van deze personen, tenzij sprake is van een uitsluiting die niet tegen de verzekeringnemer kan worden ingeroepen.
Art. 3 Uitsluitingen
De verzekering geeft geen dekking voor gebeurtenissen:
3.1 Geen eigendom
Indien uit het kentekenregister van de RDW blijkt dat op het moment van de gebeurtenis noch verzekeringnemer, noch diens echtgeno(o)t(e) of partner was ingeschreven als eigenaar x.x. xxxxxx van het verzekerde motorrijtuig.
3.2 Ander gebruik
a. Bij een ander gebruik dan aan de maatschappij opgegeven of bij gebruik voor een ander doel dan wettelijk is toegestaan;
b. bij beroepsmatig gebruik, met uitzondering van woon-werkverkeer, ongeacht of voor dit gebruik een vergoeding kan worden verkregen of de kosten kunnen worden gedeclareerd;
c. bij overschrijding van het maximaal toegestane jaarkilometrage van 50.000 kilometer, tenzij er sprake is van een overschrijding waarbij het gemiddelde jaarkilometrage over de voorgaande periode die langer is dan een jaar aantoonbaar beneden dit maximum blijft. Indien er sprake is van overschrijding van een lager gekozen jaarkilometrage, zal de op basis van het werkelijke jaarkilometrage verschuldigde premie alsnog in rekening worden gebracht, te rekenen vanaf het moment dat het motorrijtuig werd verzekerd.
3.3 Verhuur
Bij gebruik van het motorrijtuig voor verhuur of voor bedrijfsmatig vervoer van personen tegen betaling.
De onder artikel 3.1 t/m 3.3 genoemde uitsluitingen gelden niet voor de verzekerde die aantoont, dat de daarin bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor redelijkerwijs geen verwijt treft.
3.4 Wedstrijden
Tijdens deelname aan wedstrijden en snelheidsproeven, tenzij sprake is van puzzelritten die niet langer dan 24 uur duren en waarbij het snelheidselement niet van belang is.
3.5 Rijbewijs
Terwijl de bestuurder niet in het bezit is van een geldig, voor het motorrijtuig wettelijk voorgeschreven rijbewijs, het rijbewijs werd ingevorderd, dan wel de bestuurder de rijbevoegdheid bij rechterlijk vonnis is ontzegd;
Op de uitsluiting van een ongeldig rijbewijs zal door de maatschappij geen beroep worden gedaan, indien de ongeldigheid uitsluitend wordt veroorzaakt doordat de op het rijbewijs vermelde geldigheidstermijn is verstreken en de bestuurder op de schadedatum de leeftijd van 71 jaar nog niet had bereikt.
3.6 Alcohol en verdovende of opwekkende (genees)middelen
a. Terwijl de bestuurder van het motorrijtuig ten tijde van de gebeurtenis onder zodanige invloed van alcohol en/of enig verdovend, kalmerend of opwekkend (genees)middel verkeerde, dat hij geacht moest worden niet in staat te zijn het motorrijtuig naar behoren te besturen, of hem dit volgens de wet verboden was/is;
b. terwijl de bestuurder het motorrijtuig bestuurde na zodanig gebruik van alcohol, dat het alcoholgehalte van zijn bloed hoger blijkt te zijn geweest dan 0,5 milligram alcohol per milliliter bloed, dan wel het alcoholgehalte van zijn adem hoger blijkt te zijn geweest dan 220 microgram (ug) alcohol per liter uitgeademde lucht;
c. terwijl de bestuurder, bij verdenking dat hij gehandeld heeft in strijd met art. 8 van de Wegenverkeers- wet, geweigerd heeft zich te onderwerpen aan een bloedonderzoek of een ander onderzoek ter vaststelling van het in art. 8 van de Wegenverkeerswet bedoelde gehalte of gebruik.
Deze uitsluiting geldt niet voor het onderdeel aansprakelijkheid, tenzij de bestuurder de persoon is voor wie de alcoholuitsluiting uitdrukkelijk in de polis is aangetekend en van toepassing verklaard.
3.7 Contractuele aansprakelijkheid
Indien de aansprakelijkheid van verzekerde uitsluitend voortvloeit uit een door hem of namens hem aangegane contractuele verplichting.
Art. 4 Verplichtingen/Verlies van rechten
4.1 Eigendomsovergang / totaal verlies / stalling in het buitenland
Bij eigendomsovergang en bij totaal verlies van het motorrijtuig eindigt de dekking op de datum waarop het kenteken is overgeschreven, dan wel de datum waarop het motorrijtuig verloren is gegaan.
Eigendomsovergang, totaal verlies van het motorrijtuig, of permanente stalling van het motorrijtuig in het buitenland, dient binnen 8 dagen gemeld te worden aan de maatschappij.
4.2 Ander adres
Zodra de verzekeringnemer of regelmatige bestuurder van adres verandert, is de verzekeringnemer verplicht dit binnen 14 dagen te melden aan de maatschappij.
4.3 Wijziging van het risico
Zodra gedurende de looptijd van de verzekering wijzigingen optreden die van invloed zijn op de aard en/of omvang van het risico, zoals:
- wijziging van de regelmatige bestuurder,
- wijziging van het overeengekomen maximale jaarkilometrage,
- wijzigingen aan of in het motorrijtuig zelf,
- een ontzegging van de rijbevoegdheid van de regelmatige bestuurder,
- een strafrechtelijke veroordeling van de regelmatige bestuurder in verband met een verkeersdelict, dient dit binnen 14 dagen gemeld te worden aan de maatschappij.
Art. 5 Premie
5.1 Korting voor schadevrij rijden
Op het polisblad staat het percentage premiekorting vermeld dat is samengesteld uit een aantal instaptreden, vermeerderd met één B/M-trede per aantoonbaar schadevrij jaar. Bij overname van schadevrije jaren wordt voor een periode korter dan 6 maanden geen schadevrij jaar toegekend en voor een periode langer dan 6 maanden een vol schadevrij jaar toegepast. De premiekorting, respectievelijk het aantal schadevrije jaren kan worden opgebouwd tot de maximale B/M-trede is bereikt.
5.2 Bonus/Malus regeling
Deze kortingsregeling geldt voor premies voor de rubrieken aansprakelijkheid en (beperkt)casco. Nadat bij het tot stand komen van de verzekering de Bonus/Malus (B/M) -trede is vastgesteld, wordt na elk verzekeringsjaar de korting/opslag voor de premie voor het volgende jaar bepaald volgens onderstaand schema (Bonus/Malus-schaal).
B/M- Kortings- Toekomstige B/M-trede na een verzekeringsjaar
trede | percentage | Zonder schade | Met 1 schade | Met 2 schaden | Met 3 of meer schaden |
20 | 80 | 20 | 15 | 10 | 1 |
19 | 80 | 20 | 14 | 9 | 1 |
18 | 79 | 19 | 13 | 9 | 1 |
17 | 78 | 18 | 12 | 8 | 1 |
16 | 77 | 17 | 11 | 7 | 1 |
15 | 76 | 16 | 10 | 6 | 1 |
14 | 75 | 15 | 10 | 5 | 1 |
13 | 72,5 | 14 | 9 | 4 | 1 |
12 | 70 | 13 | 8 | 3 | 1 |
11 | 67,5 | 12 | 7 | 2 | 1 |
10 | 65 | 11 | 6 | 1 | 1 |
9 | 60 | 10 | 5 | 1 | 1 |
8 | 55 | 9 | 4 | 1 | 1 |
7 | 50 | 8 | 3 | 1 | 1 |
6 | 45 | 7 | 2 | 1 | 1 |
5 | 35 | 6 | 1 | 1 | 1 |
4 | 25 | 5 | 1 | 1 | 1 |
3 | 15 | 4 | 1 | 1 | 1 |
2 | 5 | 3 | 1 | 1 | 1 |
1 | 25% opslag | 2 | 1 | 1 | 1 |
5.3 Terugval van korting bij schade
5.4 Geen terugval van korting
Een schademelding heeft geen invloed op de korting voor schadevrij rijden zodra vaststaat dat:
a. de melding vrijwel zeker niet tot een uitkering zal leiden;
b. een gebeurtenis heeft plaatsgevonden terzake waarvan uitsluitend expertisekosten zijn betaald;
c. een uitgekeerde schadevergoeding volledig op de tegenpartij is verhaald (daaronder wordt gerekend het niet geheel kunnen verhalen van het uitgekeerde bedrag als gevolg van een schadevergoeding op basis van nieuwwaarde, aanschafwaarde of vaste afschrijving);
d. de gebeurtenis valt onder de in de rubriek casco genoemde beperkt casco evenementen;
e. uitsluitend kosten op grond van hulpverlening na ongeval of pech zijn vergoed, dan wel schade door vervoer van gewonden;
f. uitsluitend uitkering van een dagvergoeding bij totaal verlies, als bedoeld in artikel 14.6.a heeft plaatsgevonden;
g. de door de maatschappij uitgekeerde schadevergoeding niet (geheel) wordt verhaald op grond van een overeenkomst tussen verzekeraars, maar wel zou kunnen worden verhaald op grond van het gemene- en/of verkeersrecht, dan wel regres op grond van wettelijke bepalingen is uitgesloten of beperkt;
h. een betaalde schade binnen 12 maanden nadat hem van het uitgekeerde bedrag bericht is gedaan door de verzekeringnemer voor eigen rekening is genomen, mits in die periode geen andere schade is voorgevallen en de verzekering nog niet werd beëindigd.
5.5 Xxxx terugval bij no-blame schade
Een schademelding heeft eveneens geen invloed op de korting voor schadevrij rijden wanneer de schade is ontstaan door een gebeurtenis die niet door (mede)schuld van een verzekerde is veroorzaakt.
5.6 Premierestitutie
Verzekeringnemer heeft recht op een naar billijkheid vast te stellen restitutie van premie over de nog niet verstreken verzekeringstermijn:
a. bij tussentijdse beëindiging door de maatschappij behoudens in geval van opzegging wegens het opzettelijk verstrekken van onjuiste gegevens bij schade;
b. bij tussentijdse beëindiging omdat de verzekeringnemer geen belang meer heeft bij het motorrijtuig vanwege (r)emigratie dan wel zijn overlijden;
c. bij tussentijdse beëindiging wegens stalling van het motorrijtuig in het buitenland;
d. bij schorsing van het kenteken i.v.m. buiten gebruik stelling van het motorrijtuig;
e. bij beëindiging wegens eigendomsoverdracht van het motorrijtuig, mits verzekeringnemer of de eigenaar aantoont dat het motorrijtuig hem niet meer in eigendom toebehoort;
Art. 6 Beëindiging en schorsing van de verzekering
In aanvulling op de van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden OV ALG artikel 3, geldt het volgende:
6.1 Tussentijdse beëindiging
De verzekering of een onderdeel daarvan zal door de maatschappij tussentijds worden beëindigd:
a. met onmiddellijke ingang nadat sprake is van eigendomsoverdracht of totaal verlies van het motorrijtuig, tenzij de verzekering voor een ander motorrijtuig wordt voortgezet;
6.2 Schorsing van de verzekering
Schorsing van de volledige verzekering na eigendomsoverdracht of i.v.m. buiten gebruik stelling van het motorrijtuig is niet mogelijk. Indien er sprake is van tijdelijke buiten gebruik stelling kan de verzekering op uitsluitend (beperkt) casco condities worden voortgezet en worden de rubrieken aansprakelijkheid, hulpverlening en schade inzittenden verzekering (indien van toepassing) beëindigd. Gedurende de periode dat de dekking voor aansprakelijkheid is beëindigd worden geen schadevrije jaren opgebouwd, maar een (beperkt) cascoschade kan wel leiden tot verlies van schadevrije jaren.
Aansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing als uit de polis blijkt dat deze is meeverzekerd.
Met voorbijgaan aan hetgeen anders in deze voorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering geacht aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) gestelde eisen te voldoen.
Art. 7 Verzekerden
De verzekerden zijn
a. de verzekeringnemer, de eigenaar, de houder, de gemachtigde bestuurder en de inzittenden van het motorrijtuig;
b. de werkgever van deze personen, indien hij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door een van hen is veroorzaakt.
Art. 8 Omvang van de dekking
8.1 Aansprakelijkheid
De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade aan personen en zaken - met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade - die met of door het motorrijtuig is veroorzaakt. In de dekking is inbegrepen de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door met het motorrijtuig vervoerde zaken die uit of van het motorrijtuig zijn gevallen.
8.2 Verzekerde bedragen
De maatschappij keert per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen maximaal de op het polisblad vermelde verzekerde bedragen uit. Indien het gaat om de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt in een land waar een hoger verzekerd bedrag wettelijk is voorgeschreven, geeft de verzekering dekking tot dat hogere bedrag.
8.3 Zekerheidstelling
Indien een buitenlandse overheid in verband met een gedekte gebeurtenis een zekerheidstelling verlangt voor de invrijheidstelling van een verzekerde of voor de opheffing van een op het motorrijtuig gelegd beslag zal de maatschappij deze voorschieten tot een bedrag van ten hoogste € 50.000,=.
De verzekerden zijn verplicht alle medewerking te verlenen om terugbetaling van het voorgeschoten bedrag aan de maatschappij te verkrijgen.
8.4 Proceskosten
Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij naar aanleiding van een gedekte gebeurtenis indien en voor zover niet uit anderen hoofde een recht op vergoeding bestaat:
a. de kosten van verweer in een door de benadeelde tegen de maatschappij aanhangig gemaakt burgerlijk proces;
b. de kosten van verweer in een door de benadeelde tegen een verzekerde aanhangig gemaakt burgerlijk proces mits dit verweer wordt gevoerd onder leiding van de maatschappij;
8.5 Schade aan eigen motorrijtuigen
In de hierna omschreven gevallen geeft de rubriek Aansprakelijkheid recht op vergoeding van schade aan het eigen motorrijtuig en schade aan andere eigen motorrijtuigen.
a. Schade aan het verzekerde motorrijtuig zelf
De verzekering geeft recht op vergoeding van schade aan het interieur van het verzekerde motorrijtuig ontstaan bij (kosteloos) vervoer van gewonden.
b. Schade aan andere motorrijtuigen van verzekeringnemer
Bij schade toegebracht met of door het verzekerde motorrijtuig aan een ander motorrijtuig van verzekeringnemer, waaronder inbegrepen aanhangwagens mits niet gekoppeld aan het schadetoebrengende motorrijtuig, wordt deze schade vergoed indien:
- de schade is veroorzaakt door schuld van een verzekerde,
- de schade werd toegebracht op de openbare weg,
- er voor deze schade geen andere verzekering van kracht is.
Deze dekking geldt niet voor:
1. schade ontstaan door een gebeurtenis die plaats heeft in een gebouw of op een terrein in gebruik bij verzekeringnemer of de eigenaar van het motorrijtuig, tenzij de bij de gebeurtenis betrokken motorrijtuigen alleen voor particulier gebruik bestemd zijn.
2. de door de gebeurtenis ontstane gevolg- en/of bedrijfsschade, tenzij er sprake is van waarde- vermindering op een uitsluitend voor particulier gebruik bestemd motorrijtuig.
Art. 9 Uitsluitingen
Naast de uitsluitingen vermeld in artikel 3 biedt de verzekering geen dekking voor schade:
a. bestaande uit lichamelijk letsel toegebracht aan de bestuurder van het motorrijtuig dat het ongeval veroorzaakte;
b. veroorzaakt door degene, die niet uitdrukkelijk of stilzwijgend door een daartoe bevoegd persoon gemachtigd is als bestuurder of als inzittende gebruik te maken van het verzekerde motorrijtuig;
c. toegebracht aan vervoerde zaken, met uitzondering van reisbagage en persoonlijke eigendommen van de zich in het motorrijtuig bevindende inzittenden, voor zover ten aanzien van deze reisbagage c.q. persoonlijke eigendommen geen aanspraak kan worden gemaakt op uitkering uit hoofde van een andere verzekering of voorziening. In dat geval wordt alleen de schade vergoed welke het bedrag, waarop de verzekerde elders aanspraak zou kunnen maken, te boven gaat;
d. ontstaan tijdens het laden of lossen, tenzij de schade is ontstaan door het gebruik van een laad- of losklep;
e. schade aan de aangekoppelde, los gemaakte of los geraakte aanhangwagen of caravan;
f. toegebracht aan niet met het motorrijtuig vervoerde roerende zaken, of onroerende zaken die de verzekeringnemer of de bestuurder toebehoren, onverminderd het bepaalde in artikel 8.5.
Art. 10 Schade
10.1 Schaderegeling met benadeelden
De maatschappij heeft het recht een schadevergoeding rechtstreeks aan de benadeelde of anderszins verzekerde persoon/instantie te betalen en met deze een schikking te treffen. De terzake door de maatschappij genomen beslissingen zijn bindend voor de verzekerde.
10.2 Verhaal
Wanneer de maatschappij ingevolge de WAM of een daarmee overeenkomende buitenlandse wet tot schadevergoeding is verplicht zonder dat er sprake is van een gedekte gebeurtenis, heeft de maatschappij het recht het door haar verschuldigde te verhalen op de verzekeringnemer en de aansprakelijke verzekerde.
De maatschappij zal dit recht op verhaal niet uitoefenen:
a. op de verzekerde, niet zijnde de verzekeringnemer, die te goeder trouw mocht aannemen dat zijn aansprakelijkheid was gedekt;
b. op de verzekeringnemer indien deze aantoont dat de omstandigheden waardoor de dekking ontbreekt, anders dan die als vermeld in artikel 11.2 (atoomkernreactie) en 11.8 (molest) van de van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden OV ALG, zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.
Casco of Beperkt casco
Deze rubriek is alleen van toepassing als uit de polis blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 11 Verzekerden
Als verzekerde geldt de verzekeringnemer of de erven van verzekeringnemer indien en voor zover de aan hen nagelaten belangen in het geding zijn.
Art. 12 Omvang van de dekking
12.1 Schade aan het motorrijtuig
Als verzekerd bedrag voor het motorrijtuig, waarover tevens de premie wordt berekend, geldt de cataloguswaarde die ten behoeve van de rubriek (Beperkt) Casco is vermeld op het polisblad. De cataloguswaarde, vermeerderd met de standaard premievrij meeverzekerde accessoires en eventueel extra meeverzekerde accessoires vormen samen het verzekerde bedrag dat maximaal wordt vergoed.
12.2 Verzekerde accessoires
Voor accessoires geldt bij een (beperkt)casco dekking standaard een premievrij verzekerd bedrag van 10% van de cataloguswaarde met een maximum van € 5.000,=. Indien is gekozen voor een hoger verzekerd bedrag voor accessoires, is dit aangetekend op het polisblad.
12.3 Gedekte gebeurtenissen
Op het polisblad is vermeld of als verzekerde rubriek Beperkt casco dan wel Casco van toepassing is.
a. Beperkt casco
Bij beperkt casco gelden als gedekte gebeurtenissen:
1. brand, explosie, kortsluiting, zelfontbranding en blikseminslag;
2. diefstal van het motorrijtuig of onderdelen daarvan, verduistering, inbraak, joy-riding, of een poging daartoe door anderen dan verzekerde zelf, alsmede beschadiging die is ontstaan gedurende de tijd dat het motorrijtuig als gevolg van één van deze gebeurtenissen aan de macht van de verzekerde was onttrokken;
3. breuk van een of meer ruiten van het motorrijtuig, waaronder begrepen zonnedaken, niet gepaard gaande met andere schade aan het motorrijtuig behoudens door scherven van deze ruit(en); ook wanneer de aard of een gebrek van het motorrijtuig zelf de oorzaak is;
4. storm en door die storm op het motorrijtuig vallende voorwerpen;
5. overstroming, lawine, aardverschuiving of andere natuurramp;
6. inslag van hagelstenen op de carrosserie;
7. botsing met vogels, loslopende dieren of overstekend wild voor zover de schade direct door die botsing aan het motorrijtuig is toegebracht;
8. relletjes of opstootjes;
9. het neerstorten van een luchtvaartuig of onderdelen daarvan alsmede het vallen van voorwerpen uit een luchtvaartuig;
10. een van buiten komend onheil tijdens transport van het motorrijtuig door een professionele vervoerder, alsmede schade ontstaan tijdens takelen en slepen.
b. Casco
Bij casco gelden als gedekte gebeurtenissen:
1. iedere onder beperkt casco omschreven gebeurtenis;
2. botsen, slippen, omslaan, van de weg of te water geraken, ook als dit het gevolg is van de aard of een gebrek van het motorrijtuig;
3. elk ander plotseling van buiten komend onheil.
c. Preventie eisen en diefstalbeveiliging
Deze verzekering geeft uitsluitend dekking voor schade door beschadiging of verlies van het verzekerde motorrijtuig door (een poging tot) joyriding, diefstal of inbraak indien het motorrijtuig op het moment van de gebeurtenis is voorzien van een diefstal beveiligingssysteem zoals op het polisblad is aangetekend dat:
1. is goedgekeurd en erkend door de SCM of een af-fabriek systeem betreft dat door de assuradeuren akkoord is bevonden en;
2. door een SCM erkend bedrijf is ingebouwd en wordt onderhouden of door de fabrikant of importeur is ingebouwd en volgens diens voorschriften wordt onderhouden en;
3. op het moment van de schade is ingeschakeld en in werkvaardige toestand verkeert en het motorrijtuig tevens deugdelijk is afgesloten.
Indien een volgsysteem onderdeel uitmaakt van de overeengekomen c.q. vereiste beveiliging zoals op het polisblad is aangetekend, geldt aanvullend dat:
4. door de verzekeringnemer een abonnement moet zijn afgesloten bij een particuliere alarmcentrale waarmee na constatering van diefstal de diefstalmelding direct wordt doorgegeven aan de particuliere alarmcentrale en;
5. indien dit systeem functioneert middels een autorisatiekey of code, in geval van diefstal van het gehele verzekerde object de autorisatiekey of code aan de maatschappij of een door de maatschappij aan te wijzen derde dient te worden overgedragen.
Verzekeringnemer dient de aanwezigheid en het voorgeschreven periodieke onderhoud van het vereiste beveiligingssysteem aan te tonen, bijvoorbeeld door overlegging van het certificaat of aankoopbewijs, alsmede de onderhoudsnota’s.
Art. 13 Uitsluitingen en eigen risico
13.1 Uitsluitingen
a. Uitsluitingen algemeen
De verzekering geeft geen recht op vergoeding indien op de gebeurtenis een van de uitsluitingen als vermeld in het onderdeel Algemeen (artikel 3) van toepassing is. De maatschappij zal echter op de in artikel 3.1 tot en met artikel 3.5 vermelde uitsluitingen geen beroep doen indien de verzekeringnemer aantoont dat de daar omschreven omstandigheden zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.
Deze regeling geldt tevens voor de in artikel 3.6 vermelde uitsluiting, tenzij de uitgesloten omstandigheden de persoon betreffen voor wie de alcoholuitsluiting uitdrukkelijk in de polis van toepassing is verklaard.
b. Onvoldoende zorg
Tevens is van de verzekering uitgesloten diefstalschade indien de verzekerde niet de normale voorzichtigheid in acht heeft genomen ter voorkoming daarvan. Hiervan is sprake indien verzekerde:
1. het motorrijtuig onbeheerd met de motorrijtuigsleutels daarin heeft achtergelaten of
2. het motorrijtuig verlaat zonder dit af te sluiten, waaronder mede wordt verstaan het verlaten van het motorrijtuig met niet geheel gesloten portierramen, schuifdak of cabrioletkap.
c. Diefstal/vermissing motorrijtuigsleutels
De verzekering geeft geen recht op vergoeding wegens diefstal van het verzekerde motorrijtuig indien verzekeringnemer - nadat hem bekend was geworden dat de motorrijtuigsleutels waren gestolen of vermist - niet direct adequate maatregelen heeft getroffen om diefstal van het motorrijtuig door gebruikmaking van de gestolen of vermiste sleutels te voorkomen.
13.2 Eigen risico
Op de volgens artikel 14.5 vastgestelde schadevergoeding is de volgende regeling voor inhouding van een eigen risico, of combinatie van eigen risico’s, van kracht;
a. Eigen risico
het eigen risico is nihil indien is voldaan aan de voorwaarde(n) dat;
1. de bestuurder die de schade veroorzaakte ten tijde van de schadegebeurtenis 24 jaar of ouder was en
2. de (beperkt) cascoschade wordt vastgesteld bij en gerepareerd door een door Meeùs geselecteerd schade herstelbedrijf of
3. het een ruitschade betreft en de reparatie of vervanging wordt uitgevoerd door een door Meeùs geselecteerde ruitschade hersteller
Wanneer niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, zal een eigen risico in mindering worden gebracht van;
4. € 250,= indien de schade werd veroorzaakt door een bestuurder die de leeftijd van 24 jaar nog niet heeft bereikt
5. € 250,= indien vervanging van de ruit niet door een door Meeùs geselecteerde ruitschade hersteller plaatsvindt
6. € 500,= indien de (beperkt) cascoschade niet werd vastgesteld bij en gerepareerd door een door Meeùs geselecteerd schade herstelbedrijf
7. € 500,= indien de (beperkt) cascoschade niet gerepareerd zal worden, tenzij er sprake is van totaal verlies
b. Extra eigen risico
er is sprake van een extra eigen risico voor (beperkt) cascoschades indien;
1. op grond van de assurantietechnische beoordeling of als maatregel i.v.m. het schadeverloop een extra eigen risico door de maatschappij als noodzakelijk wordt beoordeeld
2. dit extra eigen risico uitdrukkelijk op het polisblad staat vermeld, eventueel met vermelding van de specifieke schadegebeurtenis waarvoor dit extra eigen risico van toepassing is
Wanneer meer dan een van de hiervoor vermelde onderdelen op een schadegebeurtenis van toepassing zijn, worden de eigen risico bedragen gesaldeerd en op de schadevergoeding in mindering gebracht. Als het schadebedrag lager is dan het (gesaldeerde) eigen risico bedrag, zal er geen schadevergoeding kunnen plaatsvinden.
Er wordt geen eigen risico in mindering gebracht op een vergoeding die uitsluitend betrekking heeft op de dagvergoeding bij totaal verlies (artikel 14.6 a).
Art. 14 Schade
14.1 Onderzoek schade
De verzekerde dient de maatschappij in de gelegenheid te stellen een schade te (laten) onderzoeken.
14.2 Inschakeling deskundige
Voor het vaststellen van de schadevergoeding kan de maatschappij één of meer deskundigen benoemen. Bij schade aan of verlies van het motorrijtuig wordt de omvang van de schade vastgesteld:
a. hetzij in onderling overleg;
b. hetzij door een door de maatschappij benoemde deskundige.
De verzekeringnemer heeft, in geval van geschil met de door de maatschappij aangewezen deskundige,het recht eveneens een deskundige te benoemen ter vaststelling van de schade als hiervoor vermeld. Indien beide deskundigen ten aanzien van het schadebedrag niet tot overeenstemming kunnen komen, benoemen zij een derde deskundige.
Deze stelt, na de beide eerdergenoemde deskundigen te hebben gehoord, door middel van een bindend advies binnen de grenzen van de beide schadebedragen het uit te betalen schadebedrag vast. Het salaris en de kosten van alle deskundigen komen ten laste van de maatschappij. Het salaris en de kosten van de door de verzekeringnemer benoemde deskundige worden evenwel vergoed voor zover zij het salaris en de kosten van de door de maatschappij benoemde deskundige niet te boven gaan.
14.3 Politieaangifte, diefstalregistratie en wachttermijn
a. Verplichte politieaangifte
Verzekerde is verplicht direct aangifte te doen bij de politie in geval van:
- een gebeurtenis als vermeld in artikel 7.1 d van de Algemene Voorwaarden OV ALG;
- joyriding;
- schade door onbekende dader (o.a. parkeerschade);
- schade door een tegenpartij die is doorgereden na het ongeval.
b. Diefstalregistratie
Verzekeringnemer verklaart zich bij vermissing van het motorrijtuig akkoord met het aanmelden door de maatschappij van de motorrijtuiggegevens aan de Stichting Verzekeringsbureau Motorrijtuig- criminaliteit (VbV), zodat door de overheid erkende particuliere organisaties door de maatschappij ingeschakeld kunnen worden voor het terugvinden en terugbezorgen van het motorrijtuig. Verzekerde kan ook zelf rechtstreeks de vermissing van het motorrijtuig doorgeven aan de VbV (071 - 36 41 777), dat 24-uur per dag bereikbaar is. Hiermee vervalt niet de verplichting tot het doen van aangifte bij de politie.
c. Wachttermijn na diefstal
Het recht op schadevergoeding ontstaat nadat een termijn van 30 dagen is verstreken zonder dat het motorrijtuig is teruggevonden, en nadat de verzekerde op verzoek van de maatschappij de eigendom van de ontvreemde, verzekerde zaken aan haar heeft overgedragen.
14.4 Overdracht van eigendomsrechten
In geval van totaal verlies van het motorrijtuig in technische of economische zin behoudt de maatschappij zich het recht voor het wrak via de NRM (Nederlandse Restwaarde Markt) of een vergelijkbare organisatie aan te bieden voor het bepalen van de restwaarde of over te doen dragen aan een door haar aan te wijzen partij. De betaling van de vastgestelde schadevergoeding zal eerst plaatsvinden, nadat de delen van het kentekenbewijs, alsmede de akte van eigendomsoverdracht door de maatschappij zijn ontvangen.
14.5 Schadevaststelling
Bij het vaststellen van de schade gelden de volgende bepalingen:
a. Algemeen
De maatschappij vergoedt
1. in geval van beschadiging: de reparatiekosten voorzover deze niet meer bedragen dan de waarde op het moment van de gebeurtenis verminderd met de restantwaarde;
2. in geval van totaal verlies, waaronder ook verlies door diefstal en verduistering: de waarde op het moment van de gebeurtenis verminderd met de restantwaarde.
De vergoeding zal niet meer bedragen dan het verzekerde bedrag dat op het polisblad voor het gedekte risico is vermeld, tenzij er sprake is van een extra vergoeding zoals vermeld in artikel 14.6 of toepassing van een van de nieuwwaarde- of aanschafwaarde regelingen, zoals hierna vermeld, tot overschrijding daarvan leidt.
3. in geval van totaal verlies worden overbouwkosten van onbeschadigde accessoires vergoed boven het vastgestelde schadebedrag tot maximaal 10% van de verzekerde waarde van alle accessoires; tenzij er sprake is van afwikkeling op basis van nieuwwaarderegeling.
De vergoeding is excl. BTW indien de eigenaar van het motorrijtuig recht heeft op vooraftrek BTW.
b. Nieuwwaarderegeling (15 maanden)
De schadevaststelling heeft plaats op basis van de nieuwwaarderegeling indien het motorrijtuig een aan verzekerde in eigendom toebehorende personen- of bestelauto is en voorts is voldaan aan de voorwaarden dat;
1. als verzekerde rubriek casco geldt en
2. op de polis een verzekerd bedrag casco is vermeld van niet meer dan € 80.000,= en
3. het motorrijtuig nieuw was op de datum dat een Nederlands kentekenbewijs werd afgegeven en
4. de gebeurtenis plaats heeft binnen 36 maanden na de afgifte van het eerste kentekenbewijs. Toepassing van de nieuwwaarderegeling betekent dat als waarde van het motorrijtuig inclusief accessoires (mits meeverzekerd) wordt aangemerkt:
- de nieuwwaarde op het moment van de schade inclusief de gangbare afleveringskosten.
Indien het motorrijtuig ouder is dan 15 maanden, wordt de waarde verminderd met 1,5 % voor elke geheel verstreken maand of gedeelte van een maand na de 15e maand.
Indien de reparatiekosten meer bedragen dan 2/3 van de vastgestelde waarde op het moment van de schade, heeft de verzekerde recht op vergoeding op basis van totaal verlies.
De nieuwwaarderegeling geldt niet voor het vervangende motorrijtuig als bedoeld in artikel 2.3.
c. Nieuwwaarde garantie (36 maanden)
De schadevaststelling heeft plaats op basis van de nieuwwaarde garantie indien het verzekerde motorrijtuig een aan verzekerde in eigendom toebehorende personen- of bestelauto is en voorts is voldaan aan de voorwaarden dat;
1. als verzekerde rubriek casco geldt en
2. uit de polis blijkt dat de nieuwwaarde garantie uitdrukkelijk is meeverzekerd en
3. de auto nieuw was op de datum dat een Nederlands kentekenbewijs werd afgegeven en
4. het kenteken niet later dan twee maanden na afgifte op naam van verzekerde werd gesteld en
5. deze verzekering werd afgesloten voordat de auto een leeftijd van 15 maanden heeft bereikt en
6. de schadegebeurtenis plaatsvindt binnen 36 maanden na de afgifte van het eerste Nederlandse kentekenbewijs.
Toepassing van de nieuwwaarde garantie betekent dat als waarde van het motorrijtuig inclusief accessoires (mits meeverzekerd) op het moment van de schadegebeurtenis wordt aangemerkt:
- de nieuwwaarde op het moment van de schade inclusief de gangbare afleveringskosten, of;
- de nieuwwaarde van een soortgelijk motorrijtuig, indien hetzelfde merk, type en uitvoering niet meer leverbaar is.
Indien de reparatiekosten meer bedragen dan 2/3 van de vastgestelde waarde op het moment van de schade, heeft de verzekerde recht op vergoeding op basis van totaal verlies.
De nieuwwaarde garantie geldt niet voor het vervangende motorrijtuig als bedoeld in artikel 2.3.
d. Aanschafwaarde garantie (36 maanden)
De schadevaststelling heeft plaats op basis van de aanschafwaarde garantie indien het verzekerde motorrijtuig een aan verzekerde in eigendom toebehorende personen- of bestelauto is en voorts is voldaan aan de voorwaarden dat:
1. als verzekerde rubriek beperkt casco of casco geldt en
2. uit de polis blijkt dat de aanschafwaarde garantie uitdrukkelijk is meeverzekerd en
3. de schade ontstaat binnen 36 maanden na ingangsdatum van de verzekering en
4. de auto bij het aangaan van de verzekering niet jonger is dan 2 maanden of ouder is dan 84 maanden (7 jaar) en
5. de aanschafwaarde in geval van beperkt casco maximaal € 100.000,- bedraagt en
6. de originele aankoopnota van een erkend autobedrijf kan worden overlegd. Indien deze niet kan worden overlegd, zal de aanschafwaarde gelijkgesteld worden aan 110% van de dagwaarde direct voor de schadegebeurtenis.
Toepassing van de aanschafwaarde garantie betekent dat als waarde van de auto op het moment van de schadegebeurtenis wordt aangemerkt:
- De aanschafwaarde zoals blijkt uit de originele aankoopnota, resp. het betalingsbewijs van de auto met inachtneming van het hiervoor vermelde.
Indien de reparatiekosten meer bedragen dan de vastgestelde dagwaarde verminderd met de waarde van de restanten op het moment van de schade, heeft de verzekerde recht op vergoeding op basis van totaal verlies.
De aanschafwaarde garantie geldt niet voor het vervangende motorrijtuig als bedoeld in artikel 2.3.
e. Beeld- en/of geluidsapparatuur / portable elektronische accessoires
Bij beschadiging of verlies van tot de standaarduitrusting of meeverzekerde accessoires te rekenen beeld- en/of geluidsapparatuur, alsmede portable elektronische accessoires, niet zijnde software, als gevolg van een onder beperkt casco gedekte gebeurtenis (zie artikel 12.3.a) wordt vergoed naar dagwaarde tot maximaal het in het hierna vermelde lid vermelde bedrag vóór aftrek van het van toepassing zijnde eigen risico:
1. voor ingebouwde beeld- en/of geluidsapparatuur:
de tot de standaarduitrusting behorende beeld- en/of geluidsapparatuur, mits het verzekerd bedrag toereikend is.
De niet tot de standaarduitrusting behorende beeld- en/of geluidsapparatuur tot maximaal € 450,= , tenzij accessoires uitdrukkelijk en toereikend meeverzekerd zijn voor een hoger bedrag;
2. voor portable apparatuur zoals: compactdisc-, dvd- en mp3-spelers, met inbegrip van de daarbij gebruikelijke randapparatuur en overige hulpmiddelen zoals platen, banden, compactdiscs, cd- roms, dvd’s, memorysticks, cassettes, boxen, monitoren, schrijf- en afdrukeenheden maximaal
€ 250,= per gebeurtenis voor alle objecten tezamen;
3. voor portable navigatieapparatuur (niet zijnde pda’s, note books of laptops): maximaal € 500,= per gebeurtenis voor alle objecten tezamen.
Een en ander voor zover de in dit artikel bedoelde portable apparatuur niet zichtbaar in het motorrijtuig was opgeborgen.
14.6 Extra vergoedingen
Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij naar aanleiding van een gedekte gebeurtenis:
a. Dagvergoeding bij totaal verlies
indien verzekerde niet over het motorrijtuig kan beschikken als gevolg van totaal verlies, geldt een vergoeding van € 15,= per dag, voor zover er geen andere aanspraken op het gebruik van vervangend vervoer kunnen worden gemaakt.
De vergoedingsduur gaat in op het moment waarop de gebeurtenis aan ons is gemeld en duurt tot het eerstvolgende moment waarop verzekerde:
- of weer de beschikking heeft over het eigen of vervangende motorrijtuig;
- dan wel bericht van de uitkering heeft ontvangen. De maximale vergoedingsduur bedraagt 30 dagen.
b. Vergoeding bij diefstal van de motorrijtuigsleutels
Indien er geen sprake is van een gedekte gebeurtenis als omschreven in artikel 12.3 maar de motorrijtuigsleutels zijn door diefstal met braak of na beroving van verzekerde met geweld in het bezit van onbevoegden gekomen, worden de gemaakte kosten van wijziging van sloten, of als dit niet mogelijk is, vervanging van de sloten, alsmede de sleutels vergoed.
De vergoeding zal ten hoogste 3 % van het verzekerd bedrag casco of beperkt-casco bedragen. De diefstal of beroving dient te blijken uit een politie-aangifte, waarin de motorrijtuigsleutels specifiek vermeld staan.
Hulpverlening
Deze rubriek is alleen van toepassing als uit de polis blijkt dat ook de rubriek aansprakelijkheid is meeverzekerd. Voor recht op hulpverlening moet contact worden opgenomen met Meeùs Hulpdienst.
Art. 15 Verzekerden
De verzekeringnemer, de eigenaar, de houder of de gemachtigde bestuurder van het motorrijtuig en de inzittenden die kosteloos in het motorrijtuig meereizen op het moment dat er een beroep gedaan wordt op Meeùs Pechhulp. Het aantal inzittenden mag echter niet groter zijn dan het maximale aantal dat voor het motorrijtuig wettelijk is toegestaan.
Art. 16 Hulpverlening na een ongeval
Verzekerd zijn de kosten van hulpverlening zoals hierna omschreven, mits de hulpverlening plaatsvindt in opdracht van c.q. met goedvinden van Meeùs Hulpdienst. De verzekerde heeft recht op hulp en/of vergoeding van kosten zoals hierna in artikel 16.1 en artikel 16.2 is omschreven indien het motorrijtuig en/of gekoppelde aanhanger door een ongeval, brand of ander van buiten komend onheil (waaronder niet is begrepen het enkel tot stilstand komen als gevolg van een mechanisch gebrek) niet meer kan rijden en/of de bestuurder of de inzittenden door dit ongeval niet in staat zijn het motorrijtuig verder te besturen.
16.1 Hulpverlening na een ongeval in Nederland
De hulpverlening in Nederland omvat:
a. het vervoer van het beschadigde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door de verzekerde te bepalen adres in Nederland;
b. het vervoer van de bestuurder en de inzittenden met hun bagage per taxi of ander vervoer naar een door de bestuurder te bepalen adres in Nederland, mits het vervoer direct na het ongeval plaatsvindt. Voor hulpverlening moet contact worden opgenomen met Meeùs Hulpdienst.
16.2 Hulpverlening na een ongeval in landen buiten Nederland
De hulpverlening in landen buiten Nederland maar nog wel binnen het verzekeringsgebied omvat:
a. het vergoeden van de noodzakelijke kosten van berging en slepen van het motorrijtuig en/of aanhanger naar de dichtstbijzijnde garage waar de schade kan worden beoordeeld en/of hersteld;
b. het vervoer van het beschadigde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door verzekerde te bepalen adres in Nederland, mits;
dit object niet binnen 4 werkdagen - eventueel d.m.v. een noodreparatie - zodanig kan worden gerepareerd, dat de (terug)reis op technisch verantwoorde wijze kan plaatsvinden;
de kosten van dit vervoer lager zijn dan de waarde van het beschadigde object. Zijn de vervoerskosten hoger, dan worden de kosten vergoed voor invoering of vernietiging van het beschadigde object in het desbetreffende land. In dat geval heeft de verzekerde ook recht op vervoer van bagage naar Nederland;
c. de terugreiskosten van de bestuurder en de inzittenden, indien overeenkomstig het voorgaande niet met het motorrijtuig wordt teruggereisd. Vergoed worden de kosten van vervoer per:
taxi naar het dichtst bijgelegen spoorwegstation;
trein (2e klasse) naar het spoorwegstation in Nederland, dat het dichtst ligt bij de plaats van bestemming;
taxi van dat station naar de plaats van bestemming.
d. indien het motorrijtuig casco is verzekerd, het namens verzekerde bestellen en toezenden van onderdelen die noodzakelijk zijn om het motorrijtuig rijklaar te maken, indien deze onderdelen ter plaatse niet of niet op korte termijn verkrijgbaar zijn. De kosten van onderdelen zelf komen voor rekening van de verzekerde.
Alle in verband met de hulpverlening door de maatschappij voorgeschoten kosten die niet onder de dekking van de hiervoor omschreven voorwaarden vallen, blijven voor rekening van verzekerde. De maatschappij heeft het recht de reeds betaalde kosten terug te vorderen en/of te verrekenen met nog te verlenen vergoedingen. Bij bedragen boven de € 750,= kan een betaling vooraf worden verlangd.
Bij samenloop van hulpverleningsrechten zal Meeùs Hulpdienst niet verwijzen naar andere hulpinstanties. Meeùs Hulpdienst behoudt zich het recht voor de kosten eventueel te verhalen bij andere verzekeraars.
Art. 17 Hulpverlening na pech
Deze verzekering geeft in geval van pech van het motorrijtuig en/of uitval van de bestuurder door ziekte of ongeval, recht op hulpverlening en/of vergoeding van kosten zoals hierna omschreven. De verzekerde heeft maximaal 7 keer per verzekeringsjaar recht op hulpverlening (waaronder hulpverlening ter plekke), met een maximum van 5 keer binnen de eigen woonplaats.
Voor motorrijtuigen ouder dan 25 jaar vanaf datum van eerste toelating bestaat geen enkel recht op hulpverlening of repatriëring. In overleg met Meeùs Hulpdienst zal de thuisreis worden georganiseerd.
17.1 Dekkingsgebied pechhulp
Deze verzekering geeft recht op hulpverlening in heel Nederland inclusief de eigen woonplaats, alsmede in de landen buiten Nederland waarvoor het afgegeven Internationaal Verzekerings Bewijs (de groene kaart) geldig is en tijdens het vervoer van het motorrijtuig tussen die landen, maar met uitzondering van Iran. Voor deze dekking geldt dat het motorrijtuig maximaal 180 dagen per verzekeringsjaar in die landen mag verblijven.
Onder woonplaats wordt verstaan; de woonplaats van de verzekeringnemer of de houder waar het motorrijtuig voor regulier gebruik gestald wordt. De woonplaats omvat niet de andere plaatsen die binnen dezelfde gemeente vallen. Voor bewoners van de Waddeneilanden geldt het hele eiland als woonplaats.
17.2 Recht op hulpverlening
Recht op hulpverlening bij pech bestaat indien:
a. de hulpverlening en/of kosten uitsluitend tot stand komen in overleg met en na toestemming van Xxxxx Hulpdienst;
b. deze door de hulpverlener ter plekke en veilig langs de weg kan worden uitgevoerd; en
c. het motorrijtuig bereikbaar is voor de hulpverlener; en
d. het motorrijtuig binnen één uur na aankomst van de hulpverlener bij het motorrijtuig weer rijdend kan worden gemaakt; en
e. de hulpverlener zelf de hulp kan uitvoeren met de middelen die de hulpverlener op dat moment zich heeft respectievelijk deze benodigde materialen binnen een tijdsbestek van een half uur kan laten bezorgen respectievelijk ophalen;
Recht op hulpverlening in verband met uitval van de bestuurder bestaat indien:
de bestuurder tijdens de reis ziek wordt of een ongeval krijgt en naar het oordeel van een medicus het motorrijtuig niet kan of mag besturen en niemand de besturing van het motorrijtuig kan of wil overnemen.
De kosten van de hulpverlening zijn voor rekening van de maatschappij met dien verstande dat de benodigde onderdelen, brandstof, olie en andere materialen voor rekening van de verzekerde blijven en in voorkomende gevallen door de verzekerde ter plekke aan de hulpverlener dienen te worden betaald. De eventuele vervolgreparaties zijn en blijven voor rekening van de verzekerde.
Als door de hulpverlener wordt geconstateerd dat er geen (provisorische) reparatie ter plaatse mogelijk is en het niet mogelijk en/of verantwoord is om verder te rijden met het motorrijtuig, dan bestaat er recht op vervoer van het motorrijtuig naar een garagebedrijf (zie hiervoor artikel 17.4).
17.3 Reparatie ter plekke
Recht op reparatie door een professionele hulpverlener of een daarvoor geoutilleerd garagebedrijf ter plekke, in het geval (provisorische) reparatie binnen circa één uur mogelijk is. Niet vergoed worden de kosten van eventuele benodigde onderdelen voor de (nood-)reparatie.
17.4 Transport / vervoer naar het garagebedrijf
Wanneer reparatie van het motorrijtuig ter plekke of in het geval (provisorische) reparatie binnen circa één uur niet mogelijk is.
a. Binnen Nederland:
recht op transport naar de dichtstbijzijnde garage of één op te geven adres in Nederland als deze zich binnen een straal van 25 km bevinden van de plaats van stranding of pechlocatie of;
recht op transport naar één op te geven adres in Nederland als deze zich buiten een straal van 25 km bevindt van de plaats van stranding of pechlocatie.
b. Buiten Nederland:
transport naar het dichtstbijzijnde geoutilleerde garagebedrijf.
Er is na pech maximaal twee keer per jaar recht op transport, met een maximum van één keer per jaar binnen de eigen woonplaats.
17.5 Stalling/berging
Indien transport naar een geoutilleerd garagebedrijf niet mogelijk is (bijvoorbeeld omdat deze gesloten is) berging en stalling van het motorrijtuig en doortransport naar het dichtstbijzijnde garagebedrijf zodra dit mogelijk is.
17.6 Vervoer inzittenden (alleen in Nederland, voor buiten Nederland zie artikel 17.7)
In principe vindt vervoer van verzekerde(n) plaats in combinatie met transport van het motorrijtuig. Indien dit niet mogelijk is, dan worden in Nederland de kosten van het vervoer van de bestuurder en inzittenden naar één adres in Nederland per openbaar vervoer, of indien dit niet mogelijk is, de kosten van het vervoer per taxi vergoed.
17.7 Vervangend vervoer / hotelkosten / vervoer naar eindbestemming of huisadres / vervangende chauffeur
Indien het motorrijtuig, na pech in Nederland naar een geoutilleerd garagebedrijf of een ander adres binnen 25 km van de plaats van stranding of pechlocatie is gebracht en niet binnen 24 uur gerepareerd kan worden, of;
na pech buiten Nederland naar het dichtstbijzijnde geoutilleerde garagebedrijf is gebracht en niet binnen 48 uur gerepareerd kan worden, wordt bovendien vergoed:
ófwel:
a1. Vervangend vervoer
De kosten van vervangend vervoer voor de duur van maximaal: (huurauto) in geval van:
pechhulp binnen de woonplaats: 1 dag;
pechhulp binnen Nederland: 2 werkdagen;
pechhulp buiten Nederland: 4 werkdagen. Indien dit niet afdoende is kan dit verlengd worden tot de voorgenomen verblijfs- duur, met een maximum van 30 dagen, mits hiervoor geen dekking bestaat bij een andere verzekering.
De huurauto zal in Nederland maximaal huurklasse B zijn. In landen buiten Nederland zal een huurauto op basis van gelijkwaardig vervangend vervoer worden ingezet, maar tot maximaal huurklasse D en mits voorradig en lokale omstandigheden dit toelaten. Het recht op vervangend vervoer eindigt zodra het motorrijtuig met pech gerepareerd is.
en;
Hulpverlening na pech geeft maximaal twee keer per jaar recht op vervangend vervoer. Om aanspraak te kunnen maken op vergoeding voor vervangend vervoer dient de verzekerde te voldoen aan de door het autoverhuurbedrijf gestelde voorwaarden. Niet vergoed worden extra kosten zoals: brandstof, afkoop eigen risico, verlenging van de huurtermijn, aanvullende verzekeringen, tolgelden, parkeergelden, bekeuringen, alsmede kosten voor het niet op correcte wijze afmelden of te laat inleveren van de huurauto.
a2. Reiskosten naar verhuurbedrijf
De reiskosten per openbaar vervoer of taxi naar het autoverhuurbedrijf. Voor vervoer per taxi buiten Nederland geldt een maximumbedrag van € 100,= per gebeurtenis.
ófwel:
b1. Hotelkosten
Indien de pech niet in de eigen woonplaats plaatsvindt, de hotelkosten in Nederland (o.b.v. logies en ontbijt) voor één nacht, voor maximaal € 80,= (inclusief BTW) per persoon per nacht, indien de terugreis niet mogelijk is;
hotelkosten (o.b.v. logies en ontbijt) buiten Nederland voor de duur van de reparatie met een maximum van twee nachten voor maximaal € 80,= (inclusief BTW) per persoon per nacht voor zover door verzekerde(n) vooraf nog geen accommodatie voor het verblijf ter plaatse is geregeld. Niet vergoed worden de kosten van overige maaltijden, telefoonkosten en overige hotelfaciliteiten;
b2. Reiskosten naar hotelaccommodatie
de kosten van openbaar vervoer/taxi van en naar de dichtstbijzijnde hotelaccommodatie. Voor vervoer per taxi buiten Nederland geldt een maximumbedrag van € 100,= per gebeurtenis.
ófwel, alleen ná pech buiten Nederland:
c. Vervoer naar de eindbestemming of het huisadres
De kosten van het vervoer van de verzekerde(n) naar de eindbestemming of het huisadres per trein (2e klasse). Indien de enkele treinreis langer duurt dan 8 uur, mag er gekozen worden voor een vliegticket (economy class). In geval van doorreis naar de eindbestemming worden de extra reiskosten vergoed tot maximaal hetgeen de terugreis naar het huisadres gekost zou hebben, alsmede de kosten van openbaar vervoer of taxi naar het dichtstbijzijnde treinstation of luchthaven en tot de eindbestemming of het huisadres. Voor vervoer per taxi buiten Nederland geldt een maximumbedrag van € 100,= per gebeurtenis.
ófwel, indien er sprake is van uitval van de bestuurder:
d. Vervangende chauffeur
17.8 Ophalen van het gerepareerde motorrijtuig (zowel in als buiten Nederland)
Indien verzekerde(n) na te zijn teruggereisd naar het huisadres het gerepareerde motorrijtuig dient (dienen) af te halen bij de geoutilleerde garage worden voor maximaal één verzekerde vergoed:
de reiskosten per trein (2e klasse). Indien de enkele treinreis langer duurt dan 8 uur, mag er gekozen worden voor een vliegticket (economy class), alsmede de kosten van openbaar vervoer of taxi van en naar het dichtstbijzijnde treinstation of luchthaven. Voor vervoer per taxi buiten Nederland geldt een maximumbedrag van € 100,= per gebeurtenis.
17.9 Repatriëring van het ongerepareerde motorrijtuig naar huis (alleen geldig buiten Nederland) Indien het motorrijtuig buiten Nederland niet binnen twee werkdagen kan worden gerepareerd, wordt door Meeùs Hulpdienst georganiseerd en/of vergoed de repatriëring van het motorrijtuig naar een adres in Nederland, alsmede de eventuele stallingkosten tot maximaal 10 dagen.
Het motorrijtuig wordt, vanaf het moment dat besloten is om het motorrijtuig te repatriëren, binnen 10 werkdagen gebracht naar het opgegeven adres. Indien het niet mogelijk is het motorrijtuig op het aangegeven adres achter te laten kiest Meeùs Hulpdienst voor een andere locatie in de buurt.
Repatriëring vindt alleen plaats wanneer de kosten van de repatriëring niet meer bedragen dan de restwaarde van het motorrijtuig.
Meeùs Hulpdienst is niet aansprakelijk voor diefstal of beschadiging van bagage, materiaal en persoonlijke eigendommen die achtergelaten worden in het motorrijtuig.
17.10 Opsturen van onderdelen (alleen geldig buiten Nederland)
Indien de voor reparatie noodzakelijke onderdelen buiten Nederland niet op voorraad of verkrijgbaar zijn, worden vergoed de kosten en de verzorging van toezending van de vervangende onderdelen, waaronder de vervulling van de noodzakelijke douaneformaliteiten. De kosten van de onderdelen zelf, alsmede de reparatie vallen niet onder de vergoeding van Meeùs Pechhulp.
17.11 Verplichtingen van de verzekerde(n)
a. Verzekerde(n) is (zijn), verplicht om tijdig de servicebeurten/regulier onderhoud en verplichte (APK) keuringen van het motorrijtuig te laten uitvoeren.
b. Verzekerde(n) is (zijn) verplicht zo snel mogelijk, voor zover hij/zij daartoe in staat is (zijn), zelf contact op te nemen met Meeùs Hulpdienst.
c. Verzekerde(n) dient (dienen) de aanwijzingen van Meeùs Hulpdienst op te volgen, de noodzakelijke medewerking te verlenen en alle noodzakelijke informatie te geven die van belang is voor een goede hulpverlening.
17.12 Persoonsgegevens
Art. 18 Hulpverlening aanhangwagen
18.1 Aanhangwagen
Hieronder wordt verstaan: een voor de reis achter het motorrijtuig aangekoppelde toercaravan, trailer, vouwwagen of bagagewagen, mits deze in Nederland is geregistreerd, voor zover dat wettelijk verplicht is, en niet is meegenomen vanaf een plaats of stallingsadres buiten Nederland.
Onder aanhangwagen wordt tevens begrepen de in of op de aanhangwagen meegenomen bagage, voor zover het vervoer daarvan wettelijk is toegestaan en de vervoerde zaken goed gezekerd zijn.
Recht op hulpverlening ontstaat ook indien uitsluitend de aanhangwagen zelf defect is geraakt, zoals omschreven in artikel 1.8, zonder dat het trekkende motorrijtuig pech of schade heeft opgelopen.
18.2 Aanvullende en/of afwijkende bepalingen
Voor hulpverlening in verband met pech aan de aanhangwagen:
a. geldt in geval van een lekke band een maximum van twee maal hulpverlening per verzekeringsjaar,
b. worden de stallingkosten buiten Nederland tot maximaal 14 dagen vergoed,
c. wordt de bagage getransporteerd, mits mogelijk en toegestaan, in combinatie met de aanhang- wagen, indien het niet mogelijk is om de bagage met het trekkende motorrijtuig te vervoeren,
d. geldt een maximum van twee maal per verzekeringsjaar voor transport met een maximum van één maal per verzekeringsjaar binnen de eigen woonplaats,
e. zal geen transport van bagage plaatsvinden indien de reis met een vervangende aanhangwagen kan worden voortgezet,
f. wordt in geval van pech buiten Nederland en reparatie niet binnen 48 uur mogelijk is,
of;
een vervangende aanhangwagen ingezet voor de duur van maximaal 14 dagen. Inzet van een vervangende aanhangwagen vindt plaats mits voorradig en lokale omstandigheden dit toelaten. Het recht op een vervangende aanhangwagen vangt aan op het moment dat vaststaat dat de aanhangwagen niet binnen 48 uur kan worden gerepareerd en eindigt uiterlijk op het moment dat reparatie van de aanhangwagen is voltooid,
of;
indien de aanhangwagen tot vakantieverblijf diende en vooraf nog geen accommodatie voor het verblijf ter plaatse is geregeld, de hotelkosten voor de duur van maximaal 14 dagen op basis van logies en ontbijt met een maximum van € 80,= (incl. BTW) per persoon per nacht.
Niet vergoed worden: de kosten van overige maaltijden, telefoonkosten en overige hotelfaciliteiten.
Het recht op een vervangende aanhangwagen of vergoeding van hotelkosten is beperkt tot maximaal twee maal per verzekeringsjaar.
Art. 19 Uitsluitingen
Naast de uitsluitingen zoals vermeld in de algemene en bijzondere voorwaarden, bestaat geen recht op hulpverlening bij pech c.q. vergoeding van de kosten van hulpverlening bij pech indien:
a. er geen sprake is van pech, maar van een ongeval;
b. er sprake is van vandalisme, diefstal of poging daartoe van het motorrijtuig zelf of van onderdelen ervan;
c. verzekerde(n) niet aan de verplichtingen zoals vermeld in artikel 17.11 hebben voldaan;
d. er sprake is van immobilisatie door eigen toedoen. Hieronder vallen o.a. de volgende omstandigheden:
verlies, vermissing of diefstal van de motorrijtuigsleutels;
brandstoftekort (tenzij blijkt dat de brandstofmeter defect is) of bevroren brandstof;
e. er onvoldoende maatregelen zijn genomen om de pech te voorkomen of te beperken;
f. deelgenomen wordt aan of als assistentiewagen meegereden wordt in welke vorm van gemotoriseerde competitie ook (race, rally, slipschool, testdrive etc.);
g. aan het motorrijtuig wijzigingen zijn aangebracht die in strijd zijn met de richtlijnen van de importeur en/of de fabrikant;
h. de verzekerde(n) onvolledige of onware opgave heeft (hebben) gedaan over de oorzaak, aard of omvang van de pech, de pechlocatie of over de eindbestemming of adresgegevens;
i. de hulpverlening geheel of gedeeltelijk door een ander dan Meeùs Hulpdienst is/wordt georganiseerd;
j. de verzekerde(n) niet heeft (hebben) gewacht op de komst van de ingeschakelde hulpverlener zonder daarvan bericht te geven;
k. plaatselijke wetten of regels overtreden moeten worden om hulp te kunnen bieden;
l. Meeùs Hulpdienst aanwijzigen heeft dat de verzekerde(n) oneigenlijk gebruik wil(len) maken van hulpverlening;
m. de verzekerde(n) tegenover de door Meeùs Hulpdienst ingeschakelde hulpverlener(s), fysiek, psychisch of verbaal geweld heeft gebruikt, hen heeft bedreigd of zich op één of andere manier agressief heeft opgesteld, met als gevolg dat door dit gedrag van verzekerde(n) in alle redelijkheid niet kan worden verlangd dat er (nog langer) hulp wordt verleend. Een en ander wordt beoordeeld door de ingeschakelde hulpverlener(s);
n. de verzekerde(n) voor een tweede keer hulp vraagt (vragen) na de eerste hulpverlening. Meeùs Hulpdienst kan dit verzoek weigeren als:
1 met de eerste hulpverlening werd gestopt op verzoek of toedoen van de verzekerde(n);
2. het opnieuw uitvallen van het motorrijtuig het gevolg is van het niet opvolgen van instructies of adviezen van de hulpverlener(s).
Art. 20 Vergoeding of terugvordering van kosten
20.1 Vergoeding van kosten
a. De kosten van de hulpverlening worden alleen vergoed, indien deze zijn gemaakt in overleg met en na toestemming van Meeùs Hulpdienst.
b. Meeùs Hulpdienst is gerechtigd om verzekerde(n) te vragen bepaalde kosten, zoals reis-,verblijf- en huurkosten in eerste instantie voor te schieten.
c. De kosten welke verzekerd zijn binnen de genoemde voorwaarden en welke vooraf zijn goedgekeurd door Meeùs Hulpdienst, kunnen achteraf binnen een periode van drie maanden bij de maatschappij worden gedeclareerd onder vermelding van: dossiernummer, kenteken en onder bijvoeging van de originele facturen.
d. De kosten van de onderdelen en reparatie vallen niet onder de vergoeding van hulpverlening.
20.2 Terugvordering van niet verzekerde diensten en/of kosten
Indien Meeùs Hulpdienst of de maatschappij een vergoeding heeft verleend voor kosten en/of diensten die niet onder de dekking van deze verzekering vallen, dan heeft de maatschappij het recht de reeds betaalde kosten terug te vorderen en/of te verrekenen met nog te verlenen vergoedingen. Verzekerde(n) zijn hoofdelijk aansprakelijk en zijn verplicht binnen 30 dagen na schriftelijke kennis- geving de vordering(en) te voldoen. Bij in gebreke blijven zal de maatschappij tot incasso overgaan.
Voor directe hulpverlening, alsmede bij het uitvallen van het motorrijtuig en/of de bestuurder, is Meeùs Hulpdienst dag en nacht bereikbaar.
Schade inzittenden
Deze rubriek is alleen van toepassing als uit de polis blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 21 Verzekerden
De verzekerden zijn degenen die zich op het moment van een in artikel 22 bedoelde gebeurtenis met toestemming van een daartoe bevoegde persoon in het motorrijtuig bevinden op een daartoe ingerichte zitplaats.
Art. 22 Omvang van de dekking
22.1 Schade
De verzekering geeft recht op vergoeding van de schade die een verzekerde lijdt als gevolg van een hierna omschreven gebeurtenis.
Onder schade wordt verstaan:
a. schade ten gevolge van lichamelijk letsel of benadeling van de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend;
b. schade ten gevolge van beschadiging of verloren gaan van met het motorrijtuig meegevoerde zaken die behoren tot de particuliere huishouding van een verzekerde; motorrijtuigen of aanhangwagens/caravans en de daarmee vervoerde zaken worden uitdrukkelijk niet als zodanige meegevoerde zaken aangemerkt.
22.2 Gedekte gebeurtenissen
Als gedekte gebeurtenis geldt een verkeersongeval, zijnde een botsing, aan- of overrijding waarbij het motorrijtuig direct is betrokken.
22.3 Ongeval tijdens in-/uitstappen, tanken, noodreparaties
De verzekering geeft tevens dekking voor een ongeval tijdens:
a. in- en uitstappen;
b. het bijvullen van brandstof;
c. het onderweg verrichten van noodreparaties, waaronder mede te verstaan het (aan)duwen van het motorrijtuig.
Art. 23 Uitsluitingen
De verzekering geeft geen recht op vergoeding indien op de gebeurtenis een van de uitsluitingen als vermeld in het onderdeel Algemeen (artikel 3) van toepassing is. De maatschappij zal echter op de in voormeld artikel onder 1 tot en met 5 vermelde uitsluitingen geen beroep doen indien de verzekerde aantoont dat de daar omschreven omstandigheden zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.
Deze regeling geldt tevens voor de in artikel 3.6 vermelde uitsluiting, tenzij de uitgesloten omstandigheid de persoon betreffen voor wie de alcoholuitsluiting uitdrukkelijk in de polis van toepassing is verklaard.
Art. 24 Schade
24.1 Schadevergoeding bij overlijden en bij lichamelijk letsel
24.2 Betekenis verzekerde bedrag
Het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag voor deze module geldt als de maximale schadevergoeding die naar aanleiding van een gebeurtenis wordt uitgekeerd voor alle verzekerden tezamen, ongeacht wie van de verzekerden schade hebben geleden. Als de vastgestelde schadevergoeding meer bedraagt dan het verzekerde bedrag en tevens sprake is van meer dan één verzekerde, wordt de vergoeding per verzekerde naar evenredigheid verminderd. De vastgestelde vergoeding per verzekerde wordt dan vermenigvuldigd met een factor die gelijk is aan het verzekerde bedrag, gedeeld door het totaal van alle vastgestelde schadevergoedingen tezamen.
24.3 Eigen schuld en/of het niet gebruiken van veiligheidsgordels
De eventuele eigen schuld van verzekerde(n) aan het ontstaan van het (verkeers)ongeval speelt bij deze dekking geen rol, behalve wanneer sprake is van opzet, dan bestaat geen recht op uitkering. Een tweede uitzondering is de situatie dat het niet gebruiken van de veiligheidsriemen aantoonbaar heeft bijgedragen aan het verergeren van de schade. In dat geval wordt bij de vaststelling van de schadevergoeding rekening gehouden met eigen schuld. De uit te keren schadevergoeding wordt dan overeenkomstig de toegerekende mate van eigen schuld verminderd.
24.4 Schadevergoeding bij schade aan zaken
24.5 Dekking krachtens het onderdeel Aansprakelijkheid
Indien naar aanleiding van de gebeurtenis een beroep kan worden gedaan op de dekking van de rubriek Aansprakelijkheid zal vergoeding van schade eerst geschieden op basis van die rubriek.
Clausuleblad Aanhangwagenverzekering CL AHW
Indien op het polisblad een of meerdere van de hieronder vermelde clausulenummers is/zijn vermeld, dan geldt de inhoud van de betreffende clausule in aanvulling op, respectievelijk ter vervanging van het gestelde in de algemene - en/of bijzondere voorwaarden.
De inhoud van een van toepassing gestelde clausule kan een uitbreiding of een beperking van de dekking inhouden en gaat daarom voor op de bepalingen zoals vermeld in de algemene- en/of bijzondere voorwaarden.
MP085 Aanvullende bepalingen inzake aanhangwagens
Van de voorwaarden OV AUT zijn ten behoeve van de verzekerde aanhangwagen alleen de rubrieken Algemeen en Casco van toepassing. Waar in de voorwaarden verder gesproken wordt over motorrijtuig, dient te worden gelezen; aanhangwagen.
De bonus/malus regeling zoals vermeld in artikel 5 is niet van toepassing.
In afwijking van de preventie eisen zoals vermeld in artikel 12.3 lid c geldt dat de aanhangwagen van een door de SCM goedgekeurde wielklem of een disselslot voorzien dient te zijn. Indien na diefstal blijkt dat hieraan niet werd voldaan, vervalt ieder recht op schadevergoeding.
Vaststelling en vergoeding van de schade zal uitsluitend plaatsvinden op basis van dagwaarde zoals vermeld in artikel 14.5 lid a.
In tegenstelling tot het bepaalde in artikel 13.2 is voor iedere schadegebeurtenis een eigen risico van € 100,= van toepassing.
De diensten die in dit bericht worden genoemd worden verstrekt door XxXxxxx, in plaats van Aon Nederland dan wel One Underwriting. Kijk voor meer informatie om te zien wat dit voor u betekent op xxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxx- particulier