Contract
BEHOREND BIJ COLLEGENOTA VAN | DATUM | CORRESPONDENTIENUMMER |
Veiligheid & Leefbaarheid | 31-10-14 | |
A. Deze nota is in overleg met de volgende disciplines geconcipieerd: | ||
B. Er is wel overeenstemming C. Er heeft overleg plaatsgevonden met weth. Gerats | ||
KORTE INHOUD (GELIJKDUIDEND AAN VOORBLAD) | ||
Vaststellen “Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht” |
1. Aanleiding.
De gemeente organiseert sinds 2009 de Servaaskermis in eigen beheer na een private uitbesteding over de periode 2005-2008. De raad heeft op 17-12-2013 besloten dat de gemeente de Servaaskermis de komende jaren zelf in eigen beheer blijft organiseren.
Voor de organisatie van de Servaaskermis heeft het college op 01-09-2009 de “Verhuurvoorwaarden Kermissen Maastricht” vastgesteld. Op 4 januari 2011 zijn deze voorwaarden herijkt.
Ten behoeve van een transparante organisatie van de Servaaskermis en om de uitvoering van de Servaaskermis te borgen is op 05-11-2009 tevens de notitie “Organisatie en uitvoeringen Servaaskermis” door het college vastgesteld. Hierin zijn onder meer de procedures met betrekking tot het toewijzen van standplaatsen op de Servaaskermis, toetsingscriteria, organisatiestructuur, de werkwijze, taken en bevoegdheden bij de organisatie van de Servaaskermis nader uitgewerkt en toegelicht. De verhuurvoorwaarden vormen de juridische basis van deze notitie.
Op grond van artikel 160 lid 1 sub e van de Gemeentewet zijn burgemeester en wethouders bevoegd tot het vaststellen van de Verhuurvoorwaarden.
Voor de toekomstige organisatie van de Servaaskermis wordt het college voorgesteld de gewijzigde Verhuurvoorwaarden en notitie “Organisatie en uitvoering Servaaskermis 2015” vast te stellen.
Beslispunten:
1. De gewijzigde “Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht” vast te stellen (bijlage 1);
2. De gewijzigde “Organisatie en uitvoering Servaaskermis 2015” vast te stellen (bijlage2);
3. De “Verhuurvoorwaarden kermissen Maastricht (2009)” in te trekken;
4. De notitie “Organisatie en uitvoering Servaaskermis” in te trekken;
PAGINA
2. Relatie met bestaand beleid.
De raad heeft op 17-03-2009 besloten de Servaaskermis na een private uitbesteding over de periode 2005-2008 wederom in eigen beheer te organiseren. Op 17-12-2013 heeft de raad besloten dat de gemeente de Servaaskermis in de komende jaren eigen beheer blijft organiseren
Voor de organisatie en uitvoering van de kermissen heeft het college op 01-09-2009 en op 4 januari 2011 de “Verhuurvoorwaarden kermissen Maastricht 2011” vastgesteld. In deze voorwaarden zijn onder meer de wijze van verhuur van de standplaatsen op kermissen, sluitingstijden, verplichtingen van de exploitant, financiële bepalingen, aansprakelijkheid, boetes e.d. vastgelegd. Op grond van artikel 160 lid 1 sub e van de Gemeentewet zijn burgemeester en wethouders bevoegd tot het vaststellen van deze verhuurvoorwaarden.
Ten behoeve van een transparante organisatie van de Servaaskermis en om de uitvoering van de Servaaskermis te borgen is op 05-11-2009 tevens de notitie “Organisatie en uitvoeringen Servaaskermis” door het college vastgesteld. Hierin zijn onder meer de procedures met betrekking tot het toewijzen van standplaatsen op de Servaaskermis, toetsingscriteria, organisatiestructuur, de hoogte van de rit-/entreeprijzen, de werkwijze, taken en bevoegdheden bij de organisatie van de Servaaskermis nader uitgewerkt en toegelicht. De verhuurvoorwaarden vormen de juridische basis van deze notitie.
3. Xxxxxxx beleid en mogelijke opties.
Collegenota
Doordat de gemeente de Servaaskermis zelf blijft organiseren en als gevolg van de ervaringen opgedaan met het organiseren van de Servaaskermis in de laatste jaren dienen de verhuurvoorwaarden op enkele onderdelen te worden gewijzigd en dient de notitie “Organisatie en uitvoeringen Servaaskermis” te worden aangepast. De wijzigingen dragen mede bij aan een efficiëntere en effectievere organisatie en uitvoering van de Servaaskermis en juridische borging.
De belangrijkste voorgestelde wijzigingen en aanpassingen zijn:
1. Plaats, data en openingstijden Servaaskermis (artikel 2)
De gemeente organiseert enkel nog de Servaaskermis in eigen beheer en niet meer de wijkkermissen. Daardoor komen de bepalingen over de wijkkermissen te vervallen in dit artikel.
2. Rit-, entree, en speelprijzen (artikel 3)
De gemeente heeft als uitgangspunt het bezoekende publiek een betaalbare kermis te bieden, zodat de rit- en entreeprijzen voor de attracties niet worden vrijgelaten, maar worden gemaximaliseerd. Sinds 2009 bedragen de rit- en entreeprijzen voor kleinvermaak (kinderzaken) €1,50 en voor grootvermaak €2,00. Vanaf 2015 worden de rit- en entreeprijzen met €0,50 verhoogd om de volgende redenen:
• voor exploitanten met attracties waarmee hoge investeringen zijn gemoeid, zijn de huidige rit-/entreeprijzen niet meer rendabel;
• exploitanten met kwalitatieve attracties zullen eerder geneigd zijn voor de Servaaskermis in te schrijven omdat de kosten beter kunnen worden terugverdiend;
• De doelstelling van een betaalbare kermis voor een breed publiek blijft gehandhaafd, omdat de hoogte gemaximaliseerd blijft. De rit- en entreeprijzen zijn concurrerend met de prijzen in andere gemeenten met vergelijkbare kermissen.
De volgende rit- en entreeprijzen zullen vanaf 2015 worden gehanteerd:
• €2,00 voor kleinvermaak (kinderzaken), waarbij de verplichting een rit- en entreeprijs te bieden van 4 ritten voor €6,50;
• €2,50 voor grootvermaak, waarbij de verplichting een rit- en entreeprijs te bieden van 3 ritten voor €6,50.
In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de vastgestelde rit- en entreeprijzen. Dit kan zich voordoen bij bijzondere, innovatieve, kwalitatieve attracties waarmee hoge investeringen zijn gemoeid. Afwijkingen van de vastgestelde rit- en entreeprijzen zullen ter besluitvorming worden voorgelegd aan burgemeester en wethouders. Tijdens de jaarlijkse familiedag op de Servaaskermis welke plaatsvindt op de woensdag van de Servaaskermis zijn de exploitanten verplicht een korting van € 0,50 te geven op de rit- en entreeprijzen.
3. Gunning standplaatsen (artikel 8)
Collegenota
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid om standplaatsen voor de Servaaskermis onderhands toe te wijzen voor attracties die noviteiten, publiekstrekkers of bijzondere kwalitatieve attracties zijn om ervoor te zorgen dat een aantrekkelijke Servaaskermis, dan wel continuïteit of de voortgang van deze kermis, gewaarborgd is. Het vóór de inschrijving onderhands toewijzen van standplaatsen voor bepaalde attracties kan er mede toe bijdragen dat andere exploitanten eerder geneigd zijn voor de Servaaskermis bij de reguliere inschrijving in te schrijven, indien zij reeds bij de inschrijving weten welke publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties op de Servaaskermis komen te staan. Een bijkomend voordeel is dat deze exploitanten wellicht hierdoor een hoger bod voor een standplaats zullen uitbrengen. Immers leiden dergelijke bijzondere attracties tot een grotere toeloop van publiek zodat een kermis dientengevolge financieel aantrekkelijker is.
Het onderhands verpachten kan als positief gevolg hebben dat meerdere exploitanten met kwalitatieve attracties voor de Servaaskermis zullen inschrijven. In het najaar voorafgaande aan de eerstvolgende Servaaskermis zal het kermisprojectteam de onderhandelingen starten met de exploitanten van publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties. In de “organisatie en uitvoering van kermissen 2010” is vastgesteld dat er 3 tot 6 attracties onderhands toegewezen kunnen worden. Dit blijkt in de praktijk te weinig om een aantrekkelijke en kwalitatieve Servaaskermis te garanderen. Gemiddeld, afhankelijk van de omstandigheden, wil de gemeente voor de Servaaskermis maximaal 12 attracties onderhands toewijzen. Voor de overige circa 25 standplaatsen zal de reguliere inschrijvingsprocedure worden gevolg om concurrentie tussen de exploitanten te behouden.
4. Duurzaamheid en gezondheid.
Nvt
5. Personeel & Organisatie.
De wijzigingen hebben geen gevolgen voor personeel en organisatie.
6. Informatie en automatisering. Nvt
7. (Duurzame) aanbestedingen.
Nvt
8. Beheersparagraaf IBOR.
Nvt
9. Financiën
Nvt
10. Voorstel.
1. De gewijzigde “Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht” vast te stellen (bijlage 1);
2. De gewijzigde “Organisatie en uitvoering Servaaskermis 2015” vast te stellen (bijlage 2);
3. De “Verhuurvoorwaarden kermissen Maastricht (2009)” in te trekken;
4. De notitie “Organisatie en uitvoering Servaaskermis” in te trekken;
11. Vervolg / Planning.
Collegenota
Na vaststelling van de “Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht” en de “Organisatie en uitvoering Servaaskermis 2015” zal de organisatie van de Servaaskermis verder worden uitgevoerd.
VERHUURVOORWAARDEN SERVAASKERMIS MAASTRICHT
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht, gelet op artikel 160 lid 1 sub e van de Gemeentewet,
besluit vast te stellen de navolgende “Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht ” waaronder de standplaatsen op de Servaaskermis in Maastricht worden toegewezen.
I. ALGEMENE BEPALINGEN BETREFFENDE DE KERMISSEN Artikel 1 Begripsomschrijving
Kermis:
het evenement Servaaskermis dat door de gemeente Maastricht wordt georganiseerd, waarbij door middel van een samenstel van attracties de bezoekers van dat evenement geamuseerd worden.
Attractie:
bewegende of stilstaande attractie of zaak bestemd tot vermaak, genot of vertier op kermissen waaronder in ieder geval wordt verstaan groot en klein vermaak, kinderzaak, behendigheidsspel, oefeningsspel, gokzaak of kijkwerk. Voor deze attractie wordt een rit- entree- of speelprijs betaald. Onder attractie wordt tevens verstaan een verkoopzaak of consumptie zaak.
Standplaats:
de voor de duur van de kermis door burgemeester en wethouders aan een exploitant verhuurde ruimte voor het exploiteren van een attractie.
Exploitant:
een natuurlijk persoon of rechtspersoon die zijn beroep of bedrijf heeft gemaakt van de exploitatie van een attractie.
Huursom:
het bedrag dat de exploitant aan de gemeente moet betalen voor het huren van een standplaats op de Servaaskermis.
Partijen:
de gemeente Maastricht en de exploitant; Promotiebijdrage:
de bijdrage voor reclamekosten die de gemeente Maastricht maakt ten behoeve van de Servaaskermis. Servicekosten:
kosten per woonunit voor het gebruik van het salonwagenterrein inclusief het verbruik van elektriciteit en water op dit terrein.
NKB:
de Nederlandse Kermisbond. BOVAK:
de Nationale Bond van Kermisbedrijfhouders.
Artikel 2 Locatie, data en openingstijden Servaaskermis
1. De Servaaskermis wordt gehouden op het Vrijthof vanaf de vrijdag, voorafgaande aan 13 mei tot en met de zondag daarop volgend. Als 13 mei op een vrijdag valt, begint de kermis op die vrijdag.
De openingstijden van de Servaaskermis zijn op de eerste vrijdag van 16.00 tot 01.00 uur, op werkdagen van 13.00 tot 24.00 uur, op de zaterdagen van 13.00 uur tot 01.00 uur en op de zondagen van 13.00 tot
24.00 uur.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd andere data als kermisdagen aan te
wijzen.
3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een andere locatie als kermislocatie aan te wijzen.
4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de duur van de kermis, indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven, te verlengen, te verkorten of de kermis geheel te laten vervallen.
Artikel 3 Rit-, entree- en speelprijzen
1. Burgemeester en wethouders stellen de maximale rit-, entree- en speelprijzen vast.
2. Tijdens de familiedag, vallende op de woensdag van de Servaaskermis dient de exploitant van de attractie, een korting van € 0,50 te gegeven op de rit-,entree- en speelprijs als bedoeld in het eerste lid. Deze verplichting geldt niet voor de verkoopzaken/consumptiezaken en gokzaken
3. De rit- en entreeprijzen worden vermeld op de door de gemeente beschikbaar gestelde kaarten. Deze kaarten dienen de gehele kermis goed zichtbaar voor het publiek op de kassa aanwezig te zijn. Deze kaarten mogen niet door anderen dan de gemeente gewijzigd of verwijderd worden.
4. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen van het gestelde in het eerste lid afwijken.
II. BEPALINGEN BETREFFENDE DE WIJZE VAN VERHUUR Artikel 4 Advertentie
1. In het 4de kwartaal van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de Servaaskermis wordt georganiseerd, wordt door de gemeente een advertentie geplaatst in de periodieke uitgaven van de kermisvakbonden NKB en BOVAK.
2. In de advertentie wordt aangegeven op welke datums de Servaaskermis in dat jaar plaatsvindt, overige relevante informatie over deze kermis en op welke wijze en binnen welke termijn kan worden ingeschreven voor een standplaats op deze kermis.
3. In de advertentie wordt tevens opgenomen welke zaken reeds onderhands standplaats is toegewezen als bedoeld in artikel 8 lid 1 en 2.
Artikel 5 Eisen aan de inschrijving
1. De verhuur van de standplaatsen voor de kermis geschiedt bij gesloten inschrijving. Voor het doen van inschrijvingen moet - op straffe van ongeldigheid van de inschrijving - gebruik worden gemaakt van het inschrijfformulier, welke door de gemeente beschikbaar wordt gesteld. Het inschrijfformulier moet volledig en duidelijk leesbaar worden ingevuld en dient te worden ondertekend door de inschrijver. De inschrijver verklaart door middel van ondertekening van dit formulier kennis genomen te hebben en akkoord te gaan met de Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht en verbindt zich door ondertekening tot aanvaarding en naleving van deze voorwaarden welke onlosmakelijk deel uitmaken van de inschrijving.
2. Inschrijvingen kunnen alleen worden gedaan door exploitanten die staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel of bij een vergelijkbare buitenlandse instantie dan wel door hun gemachtigde(n). De bevoegdheid van de gemachtigde(n) moet blijken uit een aan het inschrijfformulier aangehangen en door deze exploitant ondertekende volmacht. Niemand kan optreden als gemachtigde van meer dan één exploitant.
3. Op het inschrijfformulier moet tenminste worden vermeld:
a. naam, voornaam, geboortedatum, correspondentie-adres, telefoonnummer, BSN-nummer en de handtekening van de inschrijver;
b.
c. naam en omschrijving van de attractie;
d. het nummer van de Kamer van Koophandel;
e. het bedrag, zowel in cijfers als letters, dat als huursom geboden wordt;
f. in het geval de inschrijver een hogere promotiebijdrage wil betalen dan het vastgestelde promotiebedrag dat op het inschrijfformulier is vermeld, dient hij dit bedrag in te vullen;
g. de juiste afmetingen van (buiten)maten, zoals de hoogte, frontbreedte en diepte of doorsnede van de attractie, alsmede de uitsteekzeilen, oploopvloeren, kassa en dergelijke wanneer deze buiten de maten van breedte, diepte of doorsnede uitsteken inclusief voor-, zij-, en achterschoren en voorts de exacte plaats van de eventuele voor-, zij- en achteringangen, kant of open zaak;
h. het juiste gewicht per steunpunt van de attractie. Bij de bepaling van het juiste gewicht dienen zowel de dynamische als de statische belasting meegenomen te worden;
i. de benodigde aansluitwaarde in ampère tijdens opbouw, de kermis en afbouw;
j. de juiste afmetingen van de eventuele woonunit(s);
k. het aantal woonunits inclusief de afmetingen daarvan;
l. het aantal vracht,- kraan- en/of pakwagens of andere wagens inclusief het gewicht daarvan.
4. Bij de inschrijving dienen te worden gevoegd:
a. een plattegrond, waarop de juiste afmetingen van de attractie staan aangegeven, de exacte positie van de kassa, oploopvloeren en dergelijke alsmede de gewichtsverdeling per steunpunt;
b. een recente kleurenfoto(„s), niet ouder dan 1 jaar, waarmee het uiterlijk aanzien van de attractie kan worden beoordeeld;
c. een kopie van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel of bij een vergelijkbare buitenlandse instantie, welke niet ouder is dan 1 jaar;
d. een kopie van het bewijs van goedkeuring, als bedoeld in het Besluit Veiligheid Attractie- en Speeltoestellen 1997 en Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen 2003;
e. voor zover van toepassing, de volmacht, als bedoeld in lid 2 van dit artikel.
5. Indien het inschrijvingsbedrag in letters afwijkt van het daarbij vermelde bedrag in cijfers, zal het bedrag in letters worden aangenomen als de geboden som.
6. Wanneer ten aanzien van een geboden huursom het voorbehoud "zonder concurrentie" of een ander voorbehoud van dezelfde strekking wordt gemaakt, moet daarbij nauwkeurig worden aangegeven welke (soorten) attracties de exploitant als van concurrerende aard beschouwt.. Indien tussen burgemeester en wethouders en de exploitant verschil van mening bestaat over de aard van een bepaalde attracties in
verband met concurrentie, beslissen burgemeester en wethouders na advies te hebben ingewonnen bij de kermisvakbond NKB en/of BOVAK.
7. Een plaatsbeding voor een standplaats op de kermis of een beding(en) van dezelfde strekking zoals “plaats in overleg” zijn niet toegestaan.
8. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een inschrijving buiten behandeling te laten indien:
a. de inschrijving onvolledig, onduidelijk of voor meerdere uitleg vatbaar is;
b. bij (een) vroegere toewijzing(en) van een standplaats de exploitant één of meerdere van zijn verplichtingen niet, niet tijdig of niet geheel is nagekomen;
c. de gemeente een vordering heeft op de exploitant;
d. de inschrijver c.q. de exploitant een plaatsbeding voor een standplaats op de kermis of een beding(en) van dezelfde strekking zoals “plaats in overleg” bij zijn inschrijving heeft opgenomen.
9. Indien burgemeester en wethouders op grond van één of meerdere van voornoemde gronden als bedoeld in lid 8 besluiten de inschrijving(en) buiten behandeling te laten, zal de betreffende exploitant hiervan in kennis worden gesteld.
Artikel 6 Inzending inschrijf
1. Het inschrijfformulier moet in een gesloten envelop vóór de in de advertentie bepaalde datum en tijdstip , als bedoeld in artikel 4, bij Veiligheid en Leefbaarheid van de gemeente Maastricht, postbus 1992, 6201 BZ te Maastricht of Xxxxx Xxxxx 00, 0000 XX xx Xxxxxxxxxx zijn ingediend. Te laat ontvangen formulieren worden niet in behandeling genomen.
2. Inschrijvingen per fax worden alleen geaccepteerd indien de fax vóór de in lid 1 genoemde termijn en het originele inschrijfformulier binnen twee weken na de in lid 1 genoemde datum is ontvangen bij de gemeente Maastricht en voorzien is van de opmerking “fax reeds verstuurd”.
Artikel 7 Gehouden bod
1. Door de inschrijving is de inschrijver gehouden zijn bod tot en met de datum van gunning gestand te doen.
2. Verhoging of verlaging van de geboden huursom kan uitsluitend geschieden door middel van een nieuw inschrijfformulier en machtigingsformulier, waarop duidelijk is vermeld welk bod verhoogd of verlaagd wordt en dient tevens te geschieden vóór de datum en het tijdstip als bedoeld in artikel 6.
Artikel 8 Gunning standplaatsen
1. Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid om standplaatsen voor de Servaaskermis onderhands toe te wijzen voor attracties welke noviteiten, publiekstrekkers of bijzondere kwalitatieve attracties zijn om ervoor te zorgen dat een aantrekkelijke Servaaskermis, dan wel continuïteit of de voortgang van deze kermis, gewaarborgd is.
2. Binnen 30 dagen na de in artikel 6 genoemde datum beslissen burgemeester en wethouders omtrent de toewijzing van de standplaatsen.
3. Burgemeester en wethouders gunnen een standplaats aan de hand van de hoogte van het ingeschreven bedrag, de kwaliteit van de attractie, de hoogte van de rit-, entree- of speelprijs, de behoefte aan een
bepaalde soort attractie in het belang van een aantrekkelijke Servaaskermis en de fysieke eigenschappen van het kermisterrein.
4. De promotiebijdrage zal niet worden meegewogen bij de gunning van een standplaats.
5. a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aan exploitanten een standplaats voor meerdere jaren, doch met een maximum van drie jaar, toe te wijzen.
b. Partijen behouden zich het recht voor de gunning als bedoeld onder a. schriftelijk op te zeggen in het geval burgemeester en wethouders voor de eerstvolgende kermis een andere locatie als kermislocatie hebben aangewezen, mits de opzegging geschiedt vóór 1 december voorafgaande aan de eerstvolgende kermis.
c. Partijen hebben het recht de gunning als bedoeld onder a. met wederzijdse schriftelijke goedkeuring te wijzigen in het geval de omstandigheden daarvoor aanleiding geven, mits deze wederzijdse schriftelijke goedkeuring geschiedt vóór 1 december voorafgaande aan de eerstvolgende kermis.
6. Vanaf twee weken na de sluiting van de inschrijving kan een exploitant bij informeren of hij op de voordrachtlijst voor een standplaats van een kermis is geplaatst. Vóór het definitieve besluit, als bedoeld in lid 2, is genomen, kan aan deze mededeling geen enkel recht worden ontleend.
7. Elke inschrijver zal, zo mogelijk binnen 14 dagen nadat burgemeester en wethouders hebben besloten over het toewijzen van de standplaatsen als bedoeld in lid 2, bericht ontvangen of de standplaats waarvoor hij heeft ingeschreven, hem is gegund.
8. Indien de exploitant hierom verzoekt, ontvangt hij van burgemeester en wethouders een gemotiveerde beslissing.
Artikel 9 Gunning naplaats
1. Burgemeester en wethouders kunnen na afloop van de inschrijfperiode een standplaats toewijzen, ter vervanging van een attractie waarvan nadat de inschrijving of gunning heeft plaatsgevonden, blijkt dat:
a. de exploitant de gunning heeft teruggegeven;
x. xx xxxxxxx moet worden ingetrokken vanwege een tekortkoming aan de zijde van de exploitant;
c. voldoende aannemelijk is dat de exploitant de toegewezen standplaats voor zijn attractie niet gaat innemen of de exploitant tijdens de opbouw en/of tijdens de kermis de toegewezen standplaats voor zijn attractie niet inneemt ;
2. Burgemeester en wethouders kunnen na afloop van de inschrijfperiode een standplaats toewijzen ter verhoging van de kwaliteit en/of aantrekkelijkheid van een kermis, bij onvoldoende bezetting van de kermis dan wel indien blijkt dat na de inschrijvingen de continuïteit of voortgang van de kermis niet gewaarborgd is.
3. Bij toepassing van lid 1 zijn de artikelen 10 en 11 overeenkomstig van toepassing.
III. FINANCIËLE BEPALINGEN Artikel 10 Betaling
1. Betaling van de bij de gunning van de standplaats verschuldigde bedragen - de geboden huursom,
promotiebijdrage, stroomverbruik, waterverbruik en eventuele servicekosten - geschiedt door middel van een aan de exploitant verstuurde factuur. De verschuldigde bedragen dienen in één termijn binnen 4 weken na de dagtekening van factuur te zijn voldaan.
2. Indien de verschuldigde bedragen niet binnen vier weken na dagtekening van de factuur zijn voldaan, is de exploitant in gebreke door het enkele verloop van deze termijn zonder dat daarvoor een ingebrekestelling nodig is en kan hij het recht op de hem toegewezen plaats verliezen.
3. De in het vorige lid bedoelde nalatige exploitant die het recht op de hem toegewezen standplaats is verloren blijft verplicht tot betaling van de huursom.
4. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor de opengevallen plaats aan een ander toe te wijzen.
Artikel 11 Restitutie huursom
Wanneer als gevolg van overmacht de kermis niet doorgaat of wordt gestaakt dan wel als gevolg van overmacht aan de zijde van de exploitant de gegunde standplaats niet ingenomen kan worden, wordt de reeds (gedeeltelijk) betaalde huursom gerestitueerd, eventueel naar rato van het aantal dagen waarop de standplaats niet kan worden gebruikt onder inhouding van de door de gemeente gemaakte kosten.
IV. VERPLICHTINGEN VAN DE GEMEENTE Artikel 12 Voorzieningen op de terreinen
1. Op het kermisterrein alsmede op het salonwagenterrein waar woonunits kunnen worden geplaatst, zal van gemeentewege worden gezorgd voor voldoende afvalcontainers, watertappunten, stroomaansluitingen, en (optioneel) rioolafvoeren.
2. De attractie moet voorzien zijn van ten minste 50 meter aansluitkabel met de benodigde stekkers en contrastekkers.
3. De kosten voor het verbruik van elektriciteit en water van de attractie op het kermisterrein zijn voor rekening van de exploitant en worden voor aanvang van de kermis in rekening bij de exploitant gebracht. Voor het gebruik van de voorzieningen op het salonwagenterrein worden per woonunit servicekosten in rekening gebracht. Burgemeester en wethouders stellen deze vergoeding jaarlijks vast. De kosten voor verbruik van stroom en water op het salonwagenterrein zijn verdisconteerd in de servicekosten.
4. De terreinen worden vóór, tijdens en na afloop van de kermis door de gemeente gereinigd.
Artikel 13 Promotie van de Servaaskermis
De gemeente draagt zorg voor promotie van de Servaaskermis. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de exploitant te verplichten per attractie een minimaal bedrag als promotiebijdrage te leveren dat jaarlijks door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld.
V. VERPLICHTINGEN VAN DE EXPLOITANT Artikel 14 Innemen standplaats
1. a. De exploitant moet de standplaats innemen die door de gemeente is aangewezen.
b. Het is niet toegestaan een standplaats in te nemen die niet door de gemeente is aangewezen.
c. De standplaats mag niet worden ingenomen dan nadat de exploitant heeft aangetoond, dat de openstaande vorderingen volledig zijn voldaan.
d. De standplaats mag niet eerder worden ingenomen dan nadat door de exploitant is aangetoond, dat de attractie, waarvoor is ingeschreven, door de exploitant zelf of door een bij deze in dienst zijnde bedrijfsleider wordt geëxploiteerd.
e. De exploitant mag de aan hem verhuurde standplaats alleen gebruiken voor de plaatsing en de exploitatie van de attractie als waarvoor is ingeschreven. De exploitatie van de attractie moet geheel in overeenstemming zijn met de daarvan in het desbetreffende door de exploitant ingezonden inschrijfformulier gegeven benaming en/of omschrijving.
f. De standplaats mag niet worden gebruikt voor een ander doel dan waartoe zij is uitgegeven.
2. Gedurende de tijden dat de kermis voor het publiek is opengesteld, dient de exploitant zijn attractie voor het publiek open te houden en geheel verlicht te exploiteren, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders voor niet-openstelling van deattractie.
3. De exploitant van eenattractie is verplicht de directe omgeving van zijn attractie schoon te houden. Afval dient in de op het kermisterrein geplaatste afvalcontainers te worden gedeponeerd.
Artikel 15 Geen overdracht gunning
Afstand of overdracht van de huur of gunning aan een derde dan wel ruiling of verwisseling van een standplaats met een andere exploitant mag alleen geschieden met vooraf verleende toestemming van burgemeester en wethouders.
Artikel 16 Opbouwen en afbreken
1. Met het opbouwen van de attractiesmag niet eerder worden begonnen dan de maandag vóór de aanvangsdatum van de Servaaskermis behoudens toestemming van burgemeester en wethouders. Voorts mag pas worden opgebouwd nadat burgemeester en wethouders daarvoor toestemming hebben gegeven.
2. Het kermisterrein mag ten behoeve van het opbouwen van de kermis pas worden opgereden nadat burgemeester en wethouders daarvoor toestemming hebben gegeven.
3. Het is niet toegestaan na 22.00 uur bouwwerkzaamheden te verrichten of het kermisterrein op te rijden, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders.
4. Na de aanvang van de kermis mag niet meer worden gebouwd, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders.
5. Behalve voor de opbouw- en afbraakactiviteiten mogen gedurende de kermis op het kermisterrein geen motorvoertuigen, woonunit(s), opleggers, vracht-, pak-, materiaal-, aanhangwagens of andere wagens, staan. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, worden afgeweken.
6. Gedurende de tijden dat de kermis voor het publiek is opengesteld mag er geen bevoorrading plaatsvinden.
7. Met het afbreken van de attracties mag niet worden begonnen vóór 24.00 uur van de laatste dag van de kermis, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders.
8. De standplaats moet, vrij van alle opstallen, in oorspronkelijke staat, 48 uur na het einde van de kermis aan de gemeente worden opgeleverd, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders.
9. De tijdens de op- en afbouwperiode gegeven aanwijzingen door burgemeester en wethouders dienen steeds stipt te worden opgevolgd.
Artikel 17 Salonwagenterrein
1. Woonunits dienen te worden geplaatst op het daarvoor bestemde terrein. Dit dient te geschieden op aanwijzing van burgemeester en wethouders.
2. Afvoerslangen van de woonunits dienen op een deugdelijke manier te worden aangebracht in de daarvoor bestemde afvoerput en straatkolk.
3. Afval, afkomstig van het salonwagenterrein, dient te worden gedeponeerd in de afvalcontainer(s) die op het salonwagenterrein staan.
4. Alle aanwijzingen van of namens de gemeente, brandweer of de politie dienen direct te worden opgevolgd.
Artikel 18 Opstellingskeuring
1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een opstellingskeuring te laten plaatsvinden voor één of meerdere attracties.
2. De exploitant en zijn personeel dienen aan deze opstellingskeuring hun volledige medewerking te verlenen. Aanwijzingen van medewerkers van de keuringsinstantie en van de gemeente dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd.
Artikel 19 Vervallen standplaats niet op tijd
1. Een standplaats kan aan burgemeester en wethouders vervallen indien deze 24 uur vóór aanvang van de kermis niet door de betreffende exploitant is ingenomen.
2. Toewijzing aan een ander laat de verplichting van degene, wiens recht vervallen is, tot betaling van de geboden huursom onverlet, met dien verstande dat burgemeester en wethouders een nieuw te ontvangen huursom kunnen verrekenen met de door de nalatige exploitant te betalen huursom.
Artikel 20 Vervallen standplaats indien te groot
1. Indien bij het opbouwen van een attractie blijkt, dat de afmetingen ervan groter zijn dan bij de inschrijving is opgegeven, kan degene, aan wie de standplaats is toegewezen het recht op de plaats verliezen en wordt de huursom die door hem reeds is betaald niet gerestitueerd.
2. De exploitant zal dan binnen 6 uur, na constatering van de afwijking, de standplaats ontruimd dienen te hebben, opdat burgemeester en wethouders deze standplaats zo mogelijk aan een ander kunnen gunnen.
3. Indien de standplaats nog aan een ander kan worden gegund, kan burgemeester en wethouders besluiten de door de exploitant betaalde huursom geheel of gedeeltelijk terug betalen.
Artikel 21 Geluid
1. De geluidsboxen van een attractie dienen naar het middelpunt/centrum van de kermis gericht te zijn.
2. De exploitant, aan wie een standplaats is toegewezen is verplicht ervoor zorg te dragen, dat alle in zijn attractie aanwezige geluid gevende installaties en/of apparatuur ten allen tijde niet meer geluid
produceren dan maximaal 85 Db(A), gemeten op 1 meter afstand van de geluidsbron dan wel vanaf de rand van de attractie, opdat daarmee geen voor de omgeving hinderlijk geluid wordt gemaakt, een en ander ter beoordeling van de burgemeester en wethouders. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om het maximaal toegestane geluidsniveau te wijzigen.
3. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om bij attracties van 10 meter of hoger te verbieden dat geluidsbronnen, in vergelijking met de geluidsbronnen van andere attracties, te hoog worden gehangen, opdat daarmee geen voor de omgeving hinderlijk geluid wordt gemaakt, een en ander ter beoordeling van de burgemeester en wethouders.
4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het ten gehore brengen van centrale muziek tijdens de
kermis verplicht te stellen. Indien hiertoe besloten wordt impliceert dit voor de exploitanten dat door middel van eigen apparatuur geen ander muziek dan de centrale muziek ten gehore mag worden gebracht.
5. Het is verboden buiten de openingsuren als bedoeld in artikel 2 geluidsproducerende installaties (inclusief omroepinstallaties en dergelijke) in gebruik te hebben.
6. Burgemeester en wethouders kunnen het gebruik van geluidsbegrenzers voor attracties verplicht stellen. Aanwijzingen van het personeel van de instantie of het bedrijf dat die apparatuur namens de burgemeester en wethouders aanbrengt dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd.
Artikel 22 Verboden prijzen
Te behalen prijzen mogen niet bestaan uit geld, alcoholhoudende drank, messen, steek-, vuur-, imitatie- en/of andere wapens dan wel voorwerpen die geschikt zijn voor bedreiging, dan wel andere voorwerpen die strijd opleveren met de wet, de goede zeden en/of de openbare orde. Te behalen prijzen die de gezondheid kunnen schaden dan wel voorwerpen die naar de maatschappelijke normen niet geschikt zijn voor personen jonger dan 18 jaar zijn niet toegestaan. In het geval van twijfel beslissen burgemeester en wethouders.
Artikel 23 Geen eigen stroomvoorzieningen
Diesel-, benzine- of andere motoren, welke dienen tot opwekking van energie voor verlichting en/of het in werking brengen of houden van de attractie, worden niet toegelaten, tenzij voor het begin van de kermis toestemming aan burgemeester en wethouders is gevraagd en verkregen.
Artikel 24 Bescherming wegvoorziening
In de bestrating mogen geen pennen, wiggen of andere soortgelijke voorwerpen worden geslagen, gedreven of op welke andere wijze ook ingebracht, noch mogen gaten of kuilen worden gemaakt.
Artikel 25 Bescherming wegvoorziening tegen verontreiniging
Onder alle stroom- en elektrische machines, alsmede onder alle toestellen, werktuigen en/of machinerieën, waarvan olie, benzine of dergelijke kan afdruipen, moet een voorziening worden getroffen ter voorkoming van verontreiniging van de bodem en/of beschadiging van de bestrating. De exploitant verplicht zich tevens ervoor zorg te dragen dat de standplaats en de directe omgeving worden schoongehouden.
Artikel 26 Veiligheid attractie
1. De exploitant verplicht zich ervoor zorg te dragen, dat de attractie in zodanige staat is, alsmede dat zodanige maatregelen zijn getroffen, dat de veiligheid van het publiek dat zich in of nabij de attractie bevindt, redelijkerwijs is gewaarborgd. Voor attracties die niet deugdelijk zijn, of waarvan de deugdelijkheid niet kan worden aangetoond middels een keuringsbewijs van een erkend instituut, houden burgemeester en wethouders zich het recht voor deze geen standplaats te gunnen.
2. Het is de exploitant niet toegestaan om een attractie te laten bedienen door een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
Artikel 27 Brandveiligheid
1. In of nabij elke attractie dient afhankelijk van de omvang van de attractie, één of meerdere brandblusapparaten met een voldoende inhoud van tenminste 6 kg ABC-bluspoeder aanwezig te zijn. De blusapparaten dienen in een goede staat van onderhoud te verkeren, steeds bereikbaar en voor onmiddellijk gebruik gereed te zijn.
2. In attracties, waarin gebakken of gebraden wordt, dienen voldoende en goed passende metalen deksels aanwezig te zijn om elke pan of bak waarin olie en/of vet wordt verwarmd bij brand te kunnen sluiten.
3. Kook -, bak- en/of braadattracties op elektrische energie dienen te voldoen aan de volgende voorschriften:
a. het gebruik van frituurvet en spijsolie is alleen toegestaan in thermisch beveiligde kooktoestellen;
b. de kooktoestellen dienen vast op de vloer dan wel de tafel opgesteld te staan en dienen tegen omvallen en omstoten beschermd te zijn;
c. de kooktoestellen dienen tenminste 1,50 meter van tentdoek of andere brandbare materialen opgesteld te staan;
d. indien de kooktoestellen binnen 1,50 meter van tentdoek of andere brandbare materialen opgesteld staan, dient er een brandwerende bescherming te worden aangebracht.
4. In of nabij een kook-, bak- en/of braadattracties of een woonunit mogen niet meer gasflessen aanwezig zijn als voor het dagelijks gebruik noodzakelijk is. De gasflessen dienen zodanig te zijn opgeslagen, dat de gasflessen niet voor het publiek bereikbaar zijn en bij brand gemakkelijk verwijderd kunnen worden. Propaan- of butaanflessen dienen tegen opwarming door zonnestraling te zijn beschermd. Lege gasflessen dienen beschouwd te worden als volle en dienen derhalve direct afgevoerd te worden.
5. De exploitant is verplicht alle door de brandweer, ter voorkoming van brandgevaar, gegeven aanwijzingen of bevelen stipt en onmiddellijk op te volgen.
Artikel 28 Ballonnen
Voor het vullen van ballonnen mag slechts gebruik worden gemaakt van helium of een ander onbrandbaar en/of ongevaarlijk gas. De met helium gevulde cilinders dienen tegen opwarming door zonnestraling te worden beschermd.
Artikel 29 Noodverlichting
In attracties die verstoken zijn van daglicht dient een nood- en transparantverlichtingsinstallatie aanwezig te zijn, die een zodanige capaciteit heeft, dat de noodverlichting gedurende een half uur op volle sterkte kan branden.
Artikel 30 Voorstelling/tentoonstelling in attractie
In attracties waar voorstellingen of tentoonstellingen worden gegeven, is het maximum aantal personen dat tegelijkertijd mag worden binnengelaten gelijk aan het beschikbare vloeroppervlakte van de attractie in vierkante meters. Het maximum aantal personen wordt eveneens bepaald door de aanwezige totale uitgangsbreedte.
Artikel 31 Controle naleving verhuurvoorwaarden
Voor aanvang van de Servaaskermis kunnen ambtenaren van politie, brandweer en de gemeente een rondgang over het kermisterrein maken ter controle van de naleving van de verhuurvoorwaarden, gunning en inschrijving. De exploitant dan wel zijn bedrijfsleider is verplicht tijdens voornoemde rondgang bij zijn attractie aanwezig te zijn. De exploitant is voorts verplicht te allen tijde voornoemde personen in zijn attractie toe te laten. De exploitant verstrekt desgewenst, zonder voorbehoud, alle inlichtingen met betrekking tot de werking en constructie van de attractie en is verplicht de voorschriften op te volgen die door deze personen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en/of goede zeden worden gegeven.
Artikel 32 Opvolgen voorschriften
De exploitant is verplicht te allen tijde in de attractie toe te laten ambtenaren van de politie, brandweer en de gemeente en de voorschriften op te volgen die deze personen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en/of goede zeden worden gegeven. Tot deze voorschriften kan behoren de eis tot (tijdelijke) sluiting van de attractie, in het geval zich een ongeval in of met de inrichting heeft voorgedaan, het gevaar van ongeval dreigt of in verband met (extreme) weersomstandigheden.
Artikel 33 Beschadiging groenvoorzieningen, lichtmasten, bestrating e.d.
1. De exploitant dient er voor zorg te dragen, dat noch hijzelf, noch andere personen die in zijn opdracht of onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zijn takken, bomen, struiken en of andere groenvoorzieningen te beschadigen. Het is niet toegestaan om, zonder toestemming van burgemeester en wethouders, groenvoorzieningen te verwijderen of aan te tasten.
2. De exploitant dient er voor zorg te dragen, dat noch hijzelf, noch andere personen die in zijn opdracht of onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zijn beschadigingen toebrengen aan lichtmasten, straatmeubilair, bestrating en eigendommen van derden.
VI. AANSPRAKELIJKHEID
Artikel 34 Verzekeringsplicht en schade
1. De exploitant is verplicht het risico van aansprakelijkheid, waaronder begrepen zowel wettelijke als contractuele aansprakelijkheid, voor schade aan personen en goederen (daaronder ook begrepen het gehuurde), alsmede de daaruit voortvloeiende schade, direct of indirect verband houdende met de exploitatie van de attractie, te verzekeren voor een bedrag van minimaal € 2.500.000,- per gebeurtenis. De exploitant is op gelijke wijze als voor eigen handelen aansprakelijk voor schade die ontstaat door het handelen van zijn personeel en van door hem bij de exploitatie ingeschakelde derden.
2. De exploitant vrijwaart de gemeente voor alle in het eerste lid bedoelde aanspraken wegens geleden schade.
3. De exploitant is aansprakelijk voor alle schade toegebracht aan de bestrating, aan andere gemeentelijke eigendommen en aan eigendommen van derden, die aan hem te wijten is en welke is ontstaan door het plaatsen van en het rijden met kermisvoertuigen, het oprichten, onderhouden, wijzigen en afbreken van kermisattracties, alsmede door het plaatsen, verplaatsen of verwijderen van machines en werktuigen, of door welke andere oorzaak ook.
VII. NIET-NAKOMING
Artikel 35 Niet nakoming verhuurvoorwaarden
1. Indien één van beide partijen de verplichting op grond van deze verhuurvoorwaarden niet, niet tijdig of niet deugdelijk nakomt, is deze partij, na schriftelijk in gebreke te zijn gesteld waarbij een redelijke termijn is gesteld om alsnog na te komen, tenzij zulks op grond van deze voorwaarden, het contract of de wet niet nodig is, en in geval van termijnstelling, nakoming binnen die termijn uitblijft, aansprakelijk voor alle schade die hieruit voor de andere partij en/of derden voortvloeit en is de andere partij gerechtigd tot ontbinding van de xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx over te gaan.
2. De verplichting tot betaling van een schadevergoeding op grond van het vorige lid laat onverlet de verplichting tot betaling van de huursom door de exploitant dan wel het verval van de huursom aan de gemeente.
3. Onverminderd het bepaalde in lid 1 en 2 zijn burgemeester en wethouders bevoegd om -afhankelijk van de ernst van de overtreding c.q. niet nakoming van de uit de voorwaarden voortvloeiende verplichtingen - één of meerdere van de volgende maatregelen op te leggen:
a. het opleggen van een boete aan de exploitant tot een maximum van € 2500,- per overtreding of per dag of gedeelte daarvan dat de overtreding duurt;
b. het met onmiddellijke ingang sluiten van de attractie van de exploitant, zo nodig onder het gelijktijdig staken van de levering van elektriciteit;
ORGANISATIE EN UITVOERING SERVAASKERMIS 2015
1. Inleiding
In Maastricht wordt jaarlijks door de gemeente Maastricht de Servaaskermis in het centrum van Maastricht georganiseerd.
Voor de Servaaskermis heeft de gemeente als doelstelling het organiseren van een kwalitatieve en betaalbare kermis voor een breed publiek. Deze kermis dient toe te groeien naar een beleidsversterkend evenement voor de stad.
Ten behoeve van voornoemde doelstelling, een transparante organisatie en ter borging van de uitvoering van de organisatie van de Servaaskermis zijn de Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht herijkt en is deze notitie “Organisatie en Uitvoering Servaaskermis” opgesteld.
2. Verhuurvoorwaarden en notitie “Organisatie en Uitvoering Servaaskermis”
De Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht zijn geheel van privaatrechtelijke aard. Op basis van deze voorwaarden worden overeenkomsten aangegaan tussen de gemeente en de exploitanten van attracties die op grond van deze voorwaarden inschrijven voor een standplaats op de Servaaskermis.
Ten behoeve van een transparante organisatie van de Servaaskermis en om de uitvoering van de Servaaskermis te borgen is de notitie “Organisatie en uitvoeringen Servaaskermis” opgesteld. Hierin zijn onder meer de procedures met betrekking tot het toewijzen van standplaatsen op de Servaaskermis, toetsingscriteria, organisatiestructuur, de werkwijze, taken en bevoegdheden bij de organisatie van de Servaaskermis nader uitgewerkt.
De Verhuurvoorwaarden Servaaskermis Maastricht vormen de juridische basis van deze notitie. In deze notitie zijn bovendien de nadere regels gesteld als bedoeld in art. 38 van de Verhuurvoorwaarden.
Daarnaast worden in deze notitie de Verhuurvoorwaarden voor zover nodig nader toegelicht.
3. Organisatiestuctuur
3.1 Kermisprojectteam
Veiligheid en Leefbaarheid (VenL) van de gemeente Maastricht is verantwoordelijk voor de organisatie van de jaarlijkse Servaaskermis. Binnen dit bedrijf stelt het MT-VenL het kermisprojectteam aan dat zorg draagt voor de jaarlijkse voorbereiding en uitvoering van de Servaaskermis binnen de kaders als vastgelegd in de Verhuurvoorwaarden en deze notitie.
Het kermisprojectteam bestaat uit een viertal medewerkers van VenL:
1. casemanager Openbare Ruimte van het team Beleid en Juridische Zaken, tevens de kermiscoördinator;
2. vergunner openbare ruimte van het team Openbare Ruimte, Horeca en Parkeren (OHRP); en
3. twee marktmeester van het team OHRP.
De vergunner openbare ruimte is belast met de “dagelijkse” gang van zaken met betrekking tot de voorbereiding en uitvoering van de Servaaskermis. Hierbij wordt hij ondersteunt door de marktmeesters. Deze drie ambtenaren worden functioneel aangestuurd door de casemanager Openbare Ruimte die verantwoordelijk is voor de coördinatie van de organisatie van de Servaaskermis.
3.2 Afsprakenlijst
Om de feitelijke voorbereiding en uitvoering van de kermis inzichtelijk te maken stelt het kermisprojectteam een afsprakenlijst samen met een overzicht van de actiepunten, de daarvoor verantwoordelijke medewerker van de gemeente, de tijdsplanning, de stand van zaken en eventuele bijzondere aandachtspunten.
3.3 Dienstrooster
De vergunner en marktmeesters stellen jaarlijks het dienstrooster samen waarin de diensttijden zijn opgenomen van de vergunner en de marktmeesters voor de opbouw van de kermis, de aanwezigheid tijdens de kermis en het afbouwen van de kermis. Dit dienstrooster dient aan de kermiscoördinator ter controle te worden voorgelegd en vervolgens dient dit rooster ter goedkeuring te worden voorgelegd aan de teammanager OHRP.
3.4 Data en tijd
In onderstaand overzicht zijn de data van de Servaaskermis op het Vrijthof voor de komende jaren aangegeven. Burgemeester en wethouders hebben evenwel de bevoegdheid een andere locatie en data van de Servaaskermis aan te wijzen. Indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven zijn burgemeester en wethouders bovendien bevoegd de duur van de kermis te verlengen, te verkorten of de kermis geheel te laten vervallen.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
8 t/m 17 mei | 13 t/m 22 mei | 12 t/m 21 mei | 11 t/m 20 mei | 10 t/m 19 mei |
4. Xxxxx xxx xxxxxxx
4.1 Rit- en entreeprijzen
De gemeente heeft als uitgangspunt het bezoekende publiek een betaalbare kermis te bieden, zodat de rit- en entreeprijzen voor de attracties niet worden vrijgelaten, maar worden gemaximaliseerd. Sinds 2009 bedragen de rit- en entreeprijzen voor kleinvermaak (kinderzaken) € 1,50 en voor grootvermaak € 2,00.
Vanaf 2015 worden de rit- en entreeprijzen met € 0,50 verhoogd om de volgende redenen:
a. met het verhogen van de rit- en entreeprijs zullen exploitanten met kwalitatieve attracties, waarmee in de regel hoge investeringen zijn gemoeid, eerder geneigd zijn voor de Servaaskermis in te schrijven.
b. de rit- en entreeprijzen zijn sinds 2009 niet meer verhoogd;
c. de doelstelling van een betaalbare kermis voor een breed publiek blijft gehandhaafd, omdat de hoogte blijft gemaximaliseerd;
d. de nieuwe rit- en entreeprijs is in overeenstemming met de prijzen in andere gemeentes met vergelijkbare kermissen;
Dientengevolge stellen burgemeester en wethouders op grond van artikel 3 lid 1 van de Verhuurvoorwaarden de volgende maximale rit- en entreeprijzen vast:
• voor specifieke kinderzaken geldt een maximale rit- en entreeprijs van € 2,00, waarbij de verplichting geldt een rit- en entreeprijs te bieden van 4 ritten voor de prijs van € 6,50;
• voor alle overige attracties € 2,50, waarbij de verplichting geldt een rit- en entreeprijs aan te bieden van 3 ritten voor de prijs van € 6,50
Op grond van artikel 3 lid 4 van de Verhuurvoorwaarden kunnen burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen afwijken van de vastgestelde rit- en entreeprijzen Diversificatie van prijzen is in bijzondere gevallen met toestemming van burgemeester en wethouders toegestaan indien een attractie naar haar aard en omvang daarvoor aanleiding geeft. Bijvoorbeeld voor een attractie die naar haar aard zeer bijzonder is, zoals een publiekstrekkers, noviteit of bijzondere kwalitatieve attractie, waarmee in de regel hogere investeringskosten zijn gemoeid, of kwalitatieve attracties waarbij slechts een beperkt aantal personen gelijktijdig gebruik kunnen maken van een rit. Afwijkingen van de vastgestelde rit- en entreeprijzen zullen ter besluitvorming worden voorgelegd aan burgemeester en wethouders in de jaarlijkse collegenota voor de gunning van de attracties voorafgaande aan de Servaaskermis.
Tijdens de jaarlijkse familiedag op de Servaaskermis welke plaatsvindt op de woensdag van de Servaaskermis zijn de exploitanten verplicht een korting van € 0,50 te geven op de rit- en entreeprijzen.
De exploitanten zijn verplicht tijdens de kermis de door de gemeente verstrekte kassakaarten met daarop de rit- en entreeprijzen gedurende de gehele kermis goed zichtbaar voor het publiek op de kassa aan te brengen. Exploitanten is het niet toegestaan deze kaarten te wijzigen of te verwijderen. Tijdens de familiedag dienen de exploitanten ook een kassakaart aan te brengen dat tijdens deze dag een korting geldt van € 0,50 op de rit- en entreeprijzen. Het kermisprojectteam draagt zorg voor deze kassakaarten en overhandigt deze voor aanvang van de kermis aan de exploitanten. De kortingskaarten voor de familiedag zullen op de familiedag aan de exploitanten worden overhandigd.
4.2 Inschrijvingen
De verhuur van de standplaatsen voor de kermis geschiedt bij gesloten inschrijving.
De gemeente kiest voor het systeem van gesloten inschrijving en niet voor een openbare inschrijving. Bij een gesloten verpachting dient het inschrijfformulier voor een standplaats op een kermis in een gesloten envelop voor een door de gemeente bepaalde datum en tijdstip te worden aangeboden. Deze worden in beslotenheid door de gemeente geopend (zie verder paragraaf 4.8), waarna de gemeente binnen een bepaalde termijn overgaat tot gunning. Dit in tegenstelling tot een openbare inschrijving, waarbij de inschrijvingen in het openbaar worden geopend en voorgelezen. Aan dit laatste systeem is doorgaans gekoppeld, dat de gunning naar de inschrijver met het hoogste bod gaat. Doordat de gemeente evenwel als doelstelling heeft het organiseren van een kwalitatieve kermis worden de inschrijvingen bij het toewijzen van de standplaatsen tevens getoetst aan kwaliteit. De fysieke eigenschappen van het kermisterrein is bij het toewijzen van de standplaatsen eveneens een belangrijk toetsingskader voor het al dan niet toewijzen van een standplaats. Door deze
criteria kan de gemeente de gewenste invulling van het kermisterrein bepalen. Het systeem van gesloten inschrijving leent zich hiervoor bij uitstek.
4.3.1 Onderhandse verhuur
Gelijk vele andere gemeenten in Nederland zullen in Maastricht standplaatsen reeds vóór de inschrijving onderhands worden toegewezen om de kwaliteit, aantrekkelijkheid, voortgang of continuïteit van de kermis te kunnen borgen.
Het betreft in de regel attracties die naar het oordeel van burgemeester en wethouders publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties zijn. Publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties hebben door hun uitstraling een toegevoegde waarde voor het totale kwaliteitsbeeld van de kermis. Het vóór de inschrijving onderhands toewijzen van standplaatsen voor bepaalde attracties kan er mede toe bijdragen dat andere exploitanten eerder geneigd zijn voor de Servaaskermis bij de reguliere inschrijving in te schrijven, indien zij reeds bij de inschrijving weten welke publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties op de Servaaskermis komen te staan. Een bijkomend voordeel is dat deze exploitanten wellicht hierdoor een hoger bod voor een standplaats zullen uitbrengen. Immers leiden dergelijke bijzondere attracties tot een grotere toeloop van publiek zodat een kermis dientengevolge financieel aantrekkelijker is. Het onderhands verpachten kan als positief gevolg hebben dat meerdere exploitanten met kwalitatieve attracties voor de Servaaskermis zullen inschrijven.
Het onderhands toewijzen van standplaatsen is voor burgemeester en wethouders een effectieve wijze om populaire attracties naar de gemeente Maastricht te halen.
Bij het onderhands toewijzen van standplaatsen zal te allen tijde moeten worden voldaan aan de toetsingscriteria (kwaliteit en fysieke omstandigheden) als neergelegd in artikel 8 lid 4 van de Verhuurvoorwaarden.
4.3.2 Werkwijze onderhands verpachten standplaatsen St. Servaaskermis
In het najaar voorafgaande aan de eerstvolgende Servaaskermis zal het kermisprojectteam de onderhandelingen starten met de exploitanten van publiekstrekkers, noviteiten of bijzondere kwalitatieve attracties.
Gemiddeld, afhankelijk van de omstandigheden, wil de gemeente voor de Servaaskermis een 12-tal attracties onderhands toewijzen. Voor de overige circa 25 standplaatsen zal de reguliere inschrijvingsprocedure worden gevolg.
Indien partijen tot overeenstemming komen moet het inschrijfformulier door de exploitant worden ingevuld waarbij hij dient te voldoen aan artikel 5 van de Verhuurvoorwaarden.
De exploitant wordt uitdrukkelijk medegedeeld dat overeenstemming is bereikt onder voorbehoud van goedkeuring door burgemeester en wethouders (artikel 8 lid 2 van de Verhuurvoorwaarden). Dit wordt aan deze exploitanten uitdrukkelijke medegedeeld.
4.4 Advertentie
Nadat de onderhandse standplaatsen voorlopig zijn toegewezen zal de gemeente de reguliere inschrijving voor de overige standplaatsen opstarten. Het is daarbij in Nederland gebruikelijk dat een advertentie wordt geplaatst in de kermisvakbladen “De Komeet” (NKB) en “De kermisgids” (BOVAK). Daarin worden de kermisexploitanten in de gelegenheid gesteld in te schrijven voor standplaatsen op de kermis.
De vergunner van het kermisprojectteam stelt daartoe de tekst voor de verpachtingsadvertentie op. De kermiscoördinator controleert deze advertentie op de beleidsmatige en juridische aspecten. Na goedkeuring van deze tekst wordt deze door de vergunner ter publicatie verzonden aan de kermisvakbladen met het verzoek deze in november van dat jaar te publiceren.
4.5 Eisen aan de inschrijving
Aan de hand van de advertentie en de Verhuurvoorwaarden kan vervolgens worden ingeschreven voor de standplaatsen op de kermis. Onder verwijzing naar artikel 5 van de Verhuurvoorwaarden moet voor het doen van inschrijvingen - op straffe van ongeldigheid van de inschrijving - gebruik worden gemaakt van de inschrijfformulieren, welke door de gemeente beschikbaar worden gesteld. Het inschrijfformulier moet volledig en duidelijk leesbaar worden ingevuld en dient te worden ondertekend door de inschrijver. Met ondertekening van het inschrijfformulier verklaart de exploitant de verhuurvoorwaarden te hebben ontvangen en ervan kennis te hebben genomen. Door deze verklaring gaat de exploitant akkoord met de Verhuurvoorwaarden van de gemeente.
Geen gebruik kan worden gemaakt van de inschrijfformulieren van de BOVAK en NKB, omdat de gemeente enkele specifieke gegevens vraagt welke niet zijn benoemd in deze inschrijfformulieren.
4.6 Inzending inschrijfformulier
De inschrijfformulieren moeten in een gesloten omslag vóór een door of vanwege burgemeester en wethouders bepaalde datum en bepaald tijdstip bij Veiligheid en Leefbaarheid zijn ingeleverd. Deze datum en het tijdstip zijn bekendgemaakt in de advertentie, waarin de te houden kermis is aangekondigd en de inschrijving is opengesteld.
4.7 Openen gesloten enveloppen
De gesloten enveloppen worden geopend in het bijzijn van de Vergunner/OHRP en de kermiscoördinator Beleid en Juridische Zaken. De inschrijvingen worden daarbij voorzien van een registratienummer. Dit registratienummer wordt in de verdere procedure en correspondentie gebruikt.
Van de opening van de enveloppen wordt door de vergunner/OHRP een proces-verbaal met de namen van de inschrijvers, de naam van de attractie en de geboden huursom opgemaakt, welke door de de vergunner/OHRP en de kermiscoördinator worden ondertekend.
4.8 Keuze uit inschrijvingen
Als de inschrijvingstermijn is beëindigd, moet een keuze worden gemaakt uit de inschrijvingen. Voor een transparante gunning zijn enkele toetsingscriteria in de Verhuurvoorwaarden opgenomen die meegewogen worden bij het toewijzen van de standplaatsen. De hoogst geboden pachtsom is bij de toewijzing van de standplaatsen niet de enige factor. De toetsingscriteria kwaliteit en fysieke eigenschappen worden bij de keuze van het toewijzen van de standplaatsen meegewogen.
a. Kwaliteit
Onder kwaliteit wordt niet alleen de kwaliteit van de individuele attractie verstaan, maar ook het totale kwaliteitsbeeld van de kermis. Onder kwaliteit wordt onder meer verstaan de sfeer en uitstraling van de attractie, een goed onderhouden of verzorgde
attractie, nieuwe of unieke zaak, de wijze van exploitatie, aantrekkingskracht van de attractie, de attractie in relatie tot de diversiteit van de attracties op het kermisterrein, attracties in relatie tot de reeds onderhands toegewezen attracties, ruimtelijk doorzicht van het kermisterrein, openbare orde en veiligheid (overlast van kermisbezoekers als gevolg van bepaalde attracties leidt in het algemeen tot een kwaliteitsdaling), concurrerende exploitanten met vergelijkbare attracties, betaalbaarheid, hoogte van de deelnameprijzen bij spelen en de verkoopprijzen bij verkoopzaken, ervaringen met exploitanten uit het verleden. Een combinatie van deze factoren kan bij de keuze voor een bepaalde attractie doorslaggevend zijn.
b. Fysieke omstandigheden
Hierbij zijn de fysieke mogelijkheden en beperkingen van het kermisterrein van belang zoals de beschikbare oppervlakte van het kermisterrein, maximale belasting kermisterrein, de dynamische en statische belasting van de attractie, afmetingen attractie, het energievermogen van de attractie, beschikbare vrije doorgang publiek, de afmetingen van de reeds onderhands toegewezen standplaatsen. De bouwconstructeurs van het team Vergunnen/VenL zullen de belastinggegevens van de attracties toetsen.
De keuze uit de inschrijvingen vindt plaats door een selectiecommissie van de gemeente Maastricht. Deze selectiecommissie bestaat uit de kermiscoördinator, vergunner OHRP en een marktmeester/OHRP van het kermisprojectteam. De geselecteerde attracties worden samen met de onderhands verpachte standplaatsen op de voordrachtslijst geplaatst waarna deze ter besluitvorming wordt voorgelegd aan burgemeester en wethouders. Na definitieve besluitvorming stelt het team kermisprojectteam de gunningsbrieven en afwijzingsbrieven op en verstuurt deze aan de exploitanten die hebben ingeschreven voor de kermis. Deze brieven zullen namens burgemeester en wethouders worden ondertekend door de teammanager OHRP.
De promotiebijdrage dan wel het bieden van een hogere promotiebijdrage dan burgemeester en wethouders hebben vastgesteld zal bij het toewijzen van de standplaatsen niet worden meegewogen bij de gunning van een standplaats.
Burgemeester en wethouders hebben bovendien de bevoegdheid inschrijvingen voor meerjarige huur, doch met een maximum van drie jaar, toe te staan. Indien de aantrekkelijkheid, continuïteit of voortgang van de kermis hiermee gediend kan zijn, kan de gemeente van deze bevoegdheid gebruik kunnen maken.
Binnen 30 dagen na de in artikel 8 van de Verhuurvoorwaarden genoemde datum beslissen burgemeester en wethouders omtrent de gunning en het toewijzing van de standplaatsen.
4.9 Voorlopig opstellingsplan
Aan de hand van de keuze uit de inschrijvingen en de onderhands verpachte standplaatsen wordt in opdracht van het kermisprojectteam door de team GEO per een tekening gemaakt met de voorlopige opstelling van de attracties op het kermisterrein. Op deze tekening staat op schaal de omtrek van elke attractie met daarin de benaming en de naam van de exploitant van de attractie. Het opstellingsplan zal door het kermisprojectteam ter
goedkeuring worden voorgelegd aan het Openbare Orde en Veiligheidsoverleg van de gemeente Maastricht.
De opstellingstekening heeft een voorlopige status waar exploitanten geen recht aan kunnen ontlenen. Immers komt het regelmatig voor dat tijdens de opbouw van een kermis door omstandigheden een attractie op een andere locatie moet worden geplaatst dan op het opstellingsplan is aangegeven. Aan de hand van de voorlopige opstellingstekening zal de opbouw van de kermis plaatsvinden. De definitieve standplaats zal tijdens de opbouw van de kermis worden aangewezen door de Vergunner/OHRP of marktmeester/OHRP.
4.10 Voordrachtlijst
Vanaf twee weken na de sluiting van de inschrijving kan een exploitant bij het kermisprojectteam informeren of hij op de voorlopige voordrachtlijst voor een standplaats is geplaatst. Mededelingen over de voorlopige voordrachtlijst zijn onder voorbehoud van definitieve goedkeuring door burgemeester en wethouders. De voorlopige voordrachtlijst is in het leven geroepen omdat in de afgelopen jaren is gebleken dat het in de praktijk veelvuldig voorkomt dat exploitanten in een zo vroeg mogelijk stadium willen weten of zij een plaats gaan krijgen op de kermis om eventueel voor een andere kermis in te schrijven als het aannemelijk is dat zij niet een standplaats in Maastricht gaan krijgen.
4.11 Besluit toewijzen standplaatsen
Binnen 30 dagen na de sluiting van de inschrijving moeten burgemeester en wethouders beslissen omtrent de toewijzing van de standplaatsen. Het kermisprojectteam stelt daarvoor een collegenota op voor de gunning en toewijzing van de standplaatsen zowel voor de onderhands verpachte standplaatsen als de toe te wijzen standplaatsen na de reguliere inschrijving.
Elke inschrijver zal, zo mogelijk, binnen 14 dagen nadat burgemeester en wethouders hebben besloten over het toewijzen van de standplaatsen, hem schriftelijk informeren of een standplaats al dan niet is (zijn) gegund. Daartoe stelt de Vergunner/OHRP van het de gunnings- en afwijzingsbrieven op.
4.12 Standplaatsen voor meerdere jaren toewijzen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aan exploitanten een standplaats voor meerdere jaren, doch met een maximum van drie jaar, toe te wijzen. Dit kan ten goede komen aan de continuïteit of voortgang van de kermis, de aantrekkelijkheid en de kwaliteit van de kermis. Een vaste basis van exploitanten kan hieraan bijdragen. Tevens kan meerjarige verpachting ondersteunend werken voor de jaarlijks wisselende exploitanten, maar ook voor eventuele promotie-activiteiten.
4.13 Gunning naplaatsing
Na afloop van de inschrijfperiode kunnen burgemeester en wethouders een standplaats toewijzen, ter vervanging van een attractie, waarvan na de inschrijving dan wel de gunning blijkt dat:
a. de exploitant de gunning heeft teruggegeven;
x. xx xxxxxxx moet worden ingetrokken vanwege een tekortkoming aan de zijde van de exploitant;
c. voldoende aannemelijk is dat de exploitant de toegewezen standplaats voor zijn attractie niet gaat innemen of de exploitant tijdens de opbouw en/of tijdens de kermis de toegewezen standplaats voor zijn attractie niet inneemt ;
Het kermisprojectteam zal zorg dragen voor het invullen van een vrijgevallen standplaats. Daarvoor wordt allereerst gebruik gemaakt van de lijst met de afgewezen inschrijvingen. Indien uit de afgewezen inschrijvingen geen geschikte attractie wordt gevonden, zal het kermisprojectteam andere exploitanten benaderen voor het innemen van de vrijgekomen standplaats.
Bovendien kunnen burgemeester en wethouders na afloop van de inschrijfperiode een standplaats toewijzen ter verhoging van de kwaliteit en/of aantrekkelijkheid van een kermis, bij onvoldoende bezetting van de kermis dan wel indien blijkt dat na de inschrijvingen de continuïteit of voortgang van de kermis niet gewaarborgd is. Het kermisprojectteam zal in dit geval andere exploitanten benaderen voor het innemen van een standplaats.
5 Wijze van betaling
5.1 Betalingen
Betaling van de bij de gunning van de standplaats verschuldigde bedragen - de geboden huursom, promotiebijdrage, stroomverbruik, waterverbruik en eventuele servicekosten - geschiedt door middel van een aan de exploitant verstuurde factuur. De verschuldigde bedragen dienen in één termijn binnen 4 weken na de dagtekening van factuur te zijn voldaan.
De Vergunner/OHRP stelt de facturen op en draagt zorg voor de verzending daarvan. Hij bewaakt de betalingen. Contante betaling kan alleen geschieden bij het Gemeenteloket van de gemeente Maastricht..
Indien de verschuldigde bedragen niet binnen vier weken na dagtekening van de factuur zijn voldaan, is de exploitant in gebreke door het enkele verloop van deze termijn zonder dat daarvoor een ingebrekestelling nodig is en kan hij het recht op de hem toegewezen plaats verliezen.
De deurwaarder zal op vrijdagmiddag voor aanvang van de kermis bij de exploitanten langsgaan om de openstaande vorderingen te innen. De casemanager Openbare ruimte en de Vergunner/OHRP zal de deurwaarder bij de rondgang begeleiden.
5.2 Restitutie huursom
Wanneer als gevolg van overmacht de kermis niet doorgaat of ophoudt door te gaan dan wel als gevolg van overmacht aan de zijde van de exploitant de gegunde standplaats niet ingenomen kan worden, wordt de (gedeeltelijk) betaalde huursom en eventuele servicekosten en promotiebijdrage teruggegeven, dan wel naar rato van het aantal dagen, waarop de standplaatsen niet kunnen worden gebruikt, gerestitueerd, onder inhouding van de door de gemeente gemaakte kosten.
Vanzelfsprekend dient in dit geval duidelijk sprake te zijn van overmacht, zoals bedoeld in het Burgerlijk Wetboek.
6. Verplichtingen van de gemeente
6.1 Voorzieningen op de terreinen
Op het kermisterrein en het terrein waar salonwagens kunnen worden geplaatst, zal de gemeente zorg dragen voor voldoende afvalcontainers, watertappunten, stroomcontacten, (optioneel), rioolafvoeren en bewaking. De kosten voor verbruik van elektriciteit en water op het kermisterrein worden voor aanvang van de kermis bij de exploitant in rekening gebracht. De exploitanten hebben bij de inschrijving het stroomverbruik moeten aangegeven waarna de gemeente aan de hand van een verdeelsleutel het stroomverbruik per attractie in rekening kan brengen.
In het geval een exploitant gebruik maakt van het salonwagenterrein ten behoeve van de Servaaskermis zijn de kosten van elektriciteitsverbruik en waterverbruik reeds verdisconteerd in de servicekosten.
Stroomkasten
Op het kermisterrein worden voldoende stroomkasten geplaatst voor de elektriciteitslevering. Aan de leverancier Enexis wordt opdracht verleend de stroomkasten te plaatsen.
Stroomaansluiting
Het kermisprojectteam vraagt offertes aan bij bedrijven die stroomaansluitingen voor de attracties kunnen leveren. De opdracht wordt verleend aan het bedrijf of instantie met de beste prijs-kwaliteitverhouding. In het kader van kostenbesparing kan daarbij een meerjarige overeenkomst worden aangegaan.
De attracties moeten voorzien zijn van ten minste 50 meter aansluitkabel met de benodigde stekkers en contrastekkers. De exploitant van de attractie heeft zijn eigen verantwoordelijkheid hiervoor zorg te dragen.
Water
Het kermisprojectteam draagt zorg voor standpijpen ten behoeve van het aftappen van water. De Watermaatschappij Limburg (WML) kan deze standpijpen leveren door storting van een waarborgsom. Het water zal in verband met de volksgezondheid worden gecontroleerd. Het kermisprojectteam vraagt daarvoor offertes op bij een bedrijf dat deze controle kan. De opdracht wordt gegund aan het met de beste prijs-kwaliteitverhouding.
Toiletwagen
Voor de Servaaskermis zal de gemeente zorg dragen voor de plaatsing van een toiletwagen ook toegankelijk voor minder validen
Kiosk
Het kermisprojectteam geeft opdracht tot het verplaatsen van de kiosk op het Vrijthof. Op het voorlopige opstellingsplan zal de locatie van de te verplaatsen kiosk worden bepaald.
Beveiliging
Het Openbare Orde en Veiligheidsoverleg (OOV) bepaalt het aantal noodzakelijke beveiligers voor de Servaaskermis. Aan de hand daarvan vraagt het kermisprojectteam offertes op bij gecertificeerde bewakingsbedrijven.
Overige voorzieningen
Het kermisprojectteam draagt voor bijplaatsing tijdelijke fietsrekken bij het kermisterrein.
Salonwagenterrein
De gemeente spant zich in voor het ter beschikking stellen van een geschikt salonwagenterrein. De gemeente zal bij de eigenaar van een eventueel geschikt terrein offerte aanvragen voor de tijdelijke huur van dit terrein.
Voor het gebruik van de voorzieningen op het salonwagenterrein zullen per woonunit servicekosten in rekening worden gebracht.
Op het salonwagenterrein zal een beheerder zorg dragen voor een goed verloop op het salonwagenterrein. De beheerder houdt het aantal geplaatste woonunits bij, zodat het correcte aantal woonunits in rekening bij de exploitanten kan worden gebracht. De beheerder is aanwezig tijdens de opbouw van de kermis en tijdens de openingstijden om een oogje in het zeil te houden.
In 2015 bedragen de servicekosten: per toercaravan of douche/personeelswagen € 250,00 (maximaal 6 x 2,5m) en per grotere woonunit of per combinatie toercaravan/douchewagen
€ 350,-.
6.2 Reiniging
De terreinen worden vóór, tijdens en na afloop van de kermis van gemeentewege gereinigd. De exploitant is evenwel gehouden de directe omgeving rondom zijn attractie schoon te houden. Afval dient in de op het kermisterrein en het salonwagenterrein geplaatste afvalcontainers te worden gedeponeerd. De gemeente draagt zorg voor een perscontainer op het kermisterrein.
6.3 Promotie Servaaskermis
Voor de Servaaskermis dient de per attractie een promotiebijdrage te worden voldaan. Deze bijdrage wordt volledig gebruikt voor de promotie van de Servaaskermis. De promotie van deze kermis kan onder meer geschieden door het plaatsen van driehoeksborden, advertenties in huis-aan-huiskranten, inhuren van artiest(en) tijdens de familiedag, t- shirts/petjes ten behoeve van de opening, kortingsbonnen, kermiskrant, enz. De gemeente kan daarbij een kermispromotiecommissie samenstellen waarin onder meer exploitanten, horeca-ondernemers, winkeliersvereniging en het kermisprojectteam van de gemeente vertegenwoordigd zijn. Dit kan bijdragen aan een kwaliteitsimpuls van de kermis.
In 2015 is de promotiebijdrage vastgesteld op minimaal € 200,- per attractie. De exploitanten zijn evenwel vrij een hoger bedrag af te dragen. Het bieden van een hogere promotiebijdrage wordt niet in gunningsprocedure meegewogen.
6.4 Opening Servaaskermis
De opening van de Servaaskermis zal traditioneel worden verricht door de kermiswethouder. Voor de opening van de kermis zal door het kermisprojectteam een programma worden opgesteld.
7. Verplichtingen van de exploitant
7.1 Innemen standplaats, opbouwen en afbreken
Voor aanvang van de Servaaskermis wordt door het kermisprojectteam en een medewerker van Stadsbeheer een vooropname gedaan van het kermisterrein. Vervolgens worden de standplaatsen voor alle toegewezen en te plaatsen attracties door het team GEO in opdracht van het kermisprojectteam op het kermisterrein uitgezet. Het voorlopige opstellingsplan is daarbij leidend.
Een standplaats mag pas door een exploitant worden ingenomen nadat deze door de gemeente is aangewezen. Voordat de standplaats door de exploitant kan worden ingenomen dient de exploitant aan marktmeester/OHRP hebben aangetoond, dat de Huursom, promotiebijdrage, servicekosten en overige vorderingen volledig zijn betaald Het innemen van een toegewezen standplaats kan de exploitant worden ontzegt, indien blijkt dat de voornoemde vorderingen niet zijn betaald.
Voor de opbouw van de kermis en het salonwagenterrein stelt het kermisprojectteam een logistiek plan op, waarin de planning is aangegeven wanneer een attractie kan worden opgebouwd. Het opbouwen van de attracties vindt in de regel niet eerder plaats dan de maandag vóór de aanvangsdatum van de Servaaskermis. Bovendien mag pas worden opgebouwd nadat de exploitant hiervoor toestemming heeft verkregen van het kermisprojectteam.
Alle attracties moeten in principe vanaf de aangegeven dag worden opgebouwd. De praktijk leert dat soms met de opbouw van een zaak eerder of later moet worden begonnen. Het kermisprojectteam geeft aan wie wanneer mag opbouwen en wanneer het kermisterrein en het salonwagenterrein ten behoeve van de opbouw mag worden opgereden. Dit ter voorkoming dat exploitanten met hun attractie en salonwagens een verkeerde standplaats gaan innemen en om andere exploitanten tijdens de opbouw niet te hinderen. Bovendien kan daarbij door de gemeente worden gecontroleerd of de te plaatsen attractie, (aantal) salonwagens en de vracht-,pakwagens en opleggers in overeenstemming zijn met de inschrijving en de gunning mede gelet op de specifieke plaatselijke eigenschappen.
Het is niet toegestaan bouwwerkzaamheden te verrichten of het kermisterrein op te rijden na 22.00 uur, behoudens toestemming van burgemeester en wethouders.
Behalve voor de opbouw- en afbraakactiviteiten mogen gedurende de kermis op het kermisterrein geen motorvoertuigen, salon-, vracht-, pakwagens, aanhangwagens of opleggers staan. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, worden afgeweken. Gedurende de tijden dat de kermis voor het publiek is opengesteld, mag er geen bevoorrading plaatsvinden.
Met het afbreken der attracties mag niet worden begonnen vóór het sluitingsuur van de laatste dag van de kermis, te weten 23.00 uur, behoudens toestemming van het kermisprojectteam.
De standplaats moet, vrij van alle opstallen, in oorspronkelijke staat, 48 uur na het einde van de kermis aan de gemeente worden opgeleverd.
De tijdens de op- en afbouwperiode gegeven aanwijzingen door daartoe door of namens burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren dienen steeds stipt te worden opgevolgd.
De exploitant mag de aan hem verhuurde standplaats alleen gebruiken voor de plaatsing en de exploitatie van de attractie als waarvoor is ingeschreven. De exploitatie van de attractie moet geheel in overeenstemming zijn met de daarvan in het desbetreffende door de exploitant ingezonden inschrijfformulier gegeven benaming of omschrijving.
Alle attracties moeten tot het sluitingsuur geopend te blijven. Voor bepaalde attracties kan het kermisprojectteam evenwel op verzoek van de exploitant bij wijze van hoge uitzondering toestemming verlenen een attractie op een vroeger tijdstip dan de vastgestelde sluitingstijden te sluiten. Hierbij kan gedacht worden aan specifieke kinderzaken die op een later tijdstip in de avond niet meer worden bezocht. In dat geval blijft de exploitant evenwel verplicht de attractie geheel verlicht te laten om de sfeer en uitstraling van de kermis te behouden.
7.2 Opstellingskeuring
De gemeente zal een opstellingskeuring laten plaatsvinden voor één of meerdere attracties. Deze keuring zal in opdracht van het kermisprojectteam worden verricht door een daarin gespecialiseerd bedrijf of instantie.
De exploitant en zijn personeel dienen aan deze opstellingskeuring hun volledige medewerking te verlenen. Aanwijzingen van medewerkers van de keuringsinstantie en van medewerkers van de gemeente dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd.
7.3 Geen eigen stroomvoorzieningen
Diesel-, benzine- of andere motoren, welke dienen tot opwekking van energie voor verlichting en/of het in werking brengen of houden van de attractie, worden niet toegelaten.
7.4 Geluid
Het kermisprojectteam ziet er op toe dat de exploitanten geluidsboxen van een attractie naar het middelpunt/centrum van de kermis richten.
De exploitant, aan wie een standplaats is toegewezen, is verplicht ervoor zorg te dragen, dat alle in zijn attractie aanwezige geluidgevende installaties en/of apparatuur ten allen tijde niet meer geluid produceren dan maximaal 85 Db(A), gemeten op 1 meter afstand van de geluidsbron dan wel vanaf de rand van de attractie, opdat daarmee geen voor de omgeving hinderlijk geluid wordt gemaakt, een en ander ter beoordeling van de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren die met de geluidsmeting zijn belast. Op verzoek van het kermisprojectteam zullen ambtenaren met de geluidsmeting belast geluidsmetingen uitvoeren. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om het maximaal toegestane geluidsniveau te wijzigen.
Burgemeester en wethouders stellen het gebruik van geluidsbegrenzers voor attracties verplicht. Voor het aanbrengen van de geluidsbegrenzers zal het kermisprojectteam offertes aanvragen bij bedrijven of instanties dat die apparatuur namens de burgemeester en
wethouders kan aanbrengen. De opdracht wordt gegund aan het bedrijf of instantie met de beste prijs-kwaliteitverhouding.
Aanwijzingen van het personeel van de instantie of het bedrijf dat die apparatuur namens de burgemeester en wethouders aanbrengt dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd.
Bij attracties van 10 meter of hoger kunnen burgemeester en wethouders verbieden dat hoog gehangen geluidsbronnen geluid produceren, opdat daarmee geen voor de omgeving hinderlijk geluid wordt gemaakt. Dit zal per geval worden beoordeeld.
Burgemeester en wethouders stellen het ten gehore brengen van centrale muziek tijdens de Servaaskermis verplicht. Het kermisprojectteam kiest daarbij een attractie die zorg draagt voor de centrale muziek, mits de exploitant van deze attractie in het kader van de aantrekkelijkheid van de kermis tijdens de duur van de kermis muziek ten gehore brengt die in de regel gewaardeerd wordt door een breed publiek. Exploitanten is het niet toegestaan via eigen apparatuur ander muziek dan de centrale muziek ten gehore te brengen.
Het kermisprojectteam zal offertes aanvragen bij bedrijven of instanties die de attracties kunnen aansluiten op de centrale muziek. De opdracht wordt gegund aan het bedrijf of instantie met de beste prijs-kwaliteitverhouding.
Tot slot is het niet toegestaan buiten de openingsuren van de kermis geluidsproducerende installaties (inclusief omroepinstallaties en dergelijke) in gebruik te hebben.
7.5 Salonwagenterrein
Het innemen van de standplaatsen op het salonwagenterrein dient te geschieden op aanwijzing van het kermisprojectteam. Voordat de exploitant een standplaats wil innemen op dit terrein dient hij contact op te nemen met de beheerder van het salonwagenterrein. De afvoerslangen van de salonwagens dienen op een deugdelijke manier te worden aangebracht in de daarvoor bestemde afvoerput en straatkolk.
Afval, afkomstig van het salonwagenterrein, dient te worden gedeponeerd in de door de gemeente geplaatste afvalcontainer(s) op het salonwagenterrein.
7.6 Controle naleving verhuurvoorwaarden
Voor aanvang van de Servaaskermis kunnen ambtenaren van politie, brandweer, en de gemeente een rondgang over het kermisterrein maken ter controle van de naleving van de Verhuurvoorwaarden. Het kermisprojectteam coördineert deze controle. De exploitant, dan wel zijn bedrijfsleider is verplicht tijdens voornoemde rondgang bij zijn attractie aanwezig te zijn. De exploitant is voorts verplicht te allen tijde voornoemde personen in zijn attractie toe te laten. De exploitant verstrekt desgewenst, zonder voorbehoud, alle inlichtingen met betrekking tot de werking en constructie van de attractie en is verplicht de voorschriften op te volgen die door deze personen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en/of goede zeden worden gegeven.
7.7 Opvolgen voorschriften
De exploitant is verplicht te allen tijde in de attractie toe te laten ambtenaren van de politie, gemeente en brandweer, en de voorschriften op te volgen die deze personen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en/of goede zeden worden gegeven. Tot deze voorschriften kan behoren de eis tot (tijdelijke) sluiting van de attractie, in het geval zich een
ongeval in of met de attractie heeft voorgedaan, het gevaar van ongeval dreigt of in verband met (extreme) weersomstandigheden.