Overeenkomst voor Aanleg Nutsvoorzieningen Nieuwbouw
Overeenkomst voor Aanleg Nutsvoorzieningen Nieuwbouw
1. Algemeen
Ondergetekenden stellen met deze overeenkomst ten doel dat zij op gelijkwaardige wijze willen samenwerken in de ontwikkeling van woningen in nieuwbouwgebieden op basis van het definitieve ontwerp van de ontwikkelaar en de verplichting of wens van de CINH om de woningen tijdig aan te sluiten op de voorzieningen.
Artikel 1.1: Voorwaarden
In deze overeenkomst zijn de onderstaande voorwaarden van toepassing. Voor de onderwerpen die niet benoemd zijn gelden de bestaande voorwaarden van de netbeheerders die deze overeenkomst ondertekend hebben.
Artikel 1.2: Toepassing
De overeenkomst VANN* is van toepassing op het project:
Omschrijving van het ontwikkelplan:
Het project omvat de voorbereiding en realisatie van nieuwbouw in de openbare buitenruimte.
Artikel 1.3: Ondergetekenden
verder te noemen de “ontwikkelaar”
en de netbeheerders
samenwerkend in de Combi Infra Noord-Holland (CINH) en vertegenwoordigd door:
De vertegenwoordiger van de CINH is verantwoordelijk voor de coördinatie tussen de afzonderlijke netbeheerders en de aansturing van de hoofdaannemer van de CINH, verder te noemen “combi- aannemer”.
De vertegenwoordiger van de ontwikkelaar is tijdens het project verantwoordelijk voor de coördinatie met de andere bouw- en civieltechnische aannemers en netbeheerders die geen onderdeel van de CINH zijn, om een zo ongestoord mogelijke aanleg van de voorzieningen door de CINH te bevorderen.
Artikel 1.4: Duur van de overeenkomst
De wederzijdse verplichtingen uit de overeenkomst VANN starten na ondertekening door beide partijen en eindigen op de dag waarop de ontwikkelaar het afronden van de aanleg van de laatste aansluiting schriftelijk meldt aan de combicoördinator. De overeenkomst VANN eindigt vervolgens nadat de wederzijdse verplichtingen voor de aanleg van de hoofdinfrastructuur voor het betreffende het project zijn beëindigd. De ontwikkelaar meldt het project schriftelijk gereed bij de combicoördinator.
Artikel 1.5: Aanpassing overeenkomst
Wijzigingen van en/of aanvullingen op deze overeenkomst VANN zijn slechts geldig indien en voor zover deze schriftelijk door de betrokken partijen zijn vastgelegd, ondertekend en aan dit document toegevoegd.
2. Afspraken in voorbereiding en uitvoering van projecten
Artikel 2.1: Uitvoering aanleg nutsvoorzieningen
De CINH is verantwoordelijk voor de aanleg van de voor dit project vastgestelde nutsvoorzieningen. De CAI-bedrijven behouden zich het recht voor om eenzijdig te besluiten of hoofdinfrastructuur wordt aangelegd. De CINH legt de nutsvoorzieningen aan in het tracé binnen de reikwijdte van het ontwikkelplan zoals beschreven in artikel 1.2 en conform het overeengekomen profiel van de gemeente.
Artikel 2.2: Kabel- en leidingentracé
Tenminste een week voor de start van de uitvoering verstrekt de ontwikkelaar digitale gegevens op coördinaten uit het Rijksdriehoeksstelsel en de pikettekening aan de combicoördinator. Deze gegevens worden door de combicoördinator ter beschikking gesteld aan de uitvoerende combi- aannemer. De ontwikkelaar is verantwoordelijk voor het daadwerkelijk uitzetten van het hoofdleidingentracé. De combi-aannemer is verantwoordelijk voor de instandhouding van het uitgezette tracé.
Het aangewezen tracé, met uitzondering van wegoversteken, dient tijdens de aanleg van de voorzieningen vrij te zijn van:
• ondergronds en bovengronds straatmeubilair;
• bomen, waarbij een minimale afstand tussen tracé en hart boom van 1 meter wordt aangehouden;
• boven- en ondergrondse obstakels, waaronder bouwmaterialen;
• uitleggers van de riolering;
• puinverharding;
• oppervlaktewater;
• gebonden fundatielagen en/of gesloten wegverharding;
• enige bouwactiviteiten op en langs het nutstracé.
Indien de aanleg van de hoofdleidingen moet worden gestaakt, vanwege een niet vrij tracé zullen de hieruit voortvloeiende kosten door de CINH in rekening worden gebracht bij de ontwikkelaar. De werkzaamheden worden hervat door de CINH als de kosten zijn vergoed.
Artikel 2.3: Grondwaterpeil
De ontwikkelaar draagt er zorg voor dat het freatisch grondwaterpeil gedurende de aanleg van de hoofdinfrastructuur van de netbeheerders 1,2 meter beneden het toekomstige maaiveld is. Een eventuele verdere noodzakelijke verlaging van het grondwaterpeil komt voor rekening van de CINH.
Artikel 2.4: Aanleg in schone bodem
De ontwikkelaar is ervoor verantwoordelijk dat de hoofdinfrastructuur van de netbeheerders aangelegd kan worden in schone bodem. Dit houdt in dat de bodem tot een diepte van 1200 millimeter beneden het maaiveld schoon is volgens de CROW-normen (publicatie 132 en 307). In gevallen waarin een schone bodem redelijkerwijs niet gerealiseerd kan worden, vindt aanleg van de hoofdinfrastructuur in vervuilde bodem plaats. Dit gebeurt uitsluitend in bodem met basisklasse verontreiniging. De meerkosten van aanleg in vervuilde bodem worden door de combi-aannemer vooraf geraamd en achteraf afgerekend met de ontwikkelaar op basis van de werkelijk gemaakte kosten.
Artikel 2.5: Planning
De CINH is er verantwoordelijk voor dat in de 14e week na het aanleveren van alle definitieve documenten door de ontwikkelaar aan de combicoördinator, wordt gestart met de uitvoering van het project conform de afspraken die voortvloeien uit artikel 2.1. De CINH zorgt ervoor dat de ontwikkelaar uiterlijk 10 werkdagen voor de start van de daadwerkelijke uitvoering van de hoofdinfrastructuur van de netbeheerders beschikt over de planning van de uitvoering.
Artikel 2.6: Materiaalopslag
Op verzoek van de CINH stelt de ontwikkelaar een terrein dat voldoende oppervlakte en draagkracht heeft ter beschikking voor de materiaalopslag van de combi-aannemer in de nabijheid van het project. Het terrein dient goed bereikbaar te zijn voor vrachtauto’s en wordt om niet ter beschikking gesteld. De combi-aannemer van de CINH richt dit terrein in en na afloop van de werkzaamheden levert de combi- aannemer het terrein zoveel mogelijk op in de oorspronkelijke staat.
3. Aansprakelijkheid
Artikel 3.1: Wijziging gegevens startdocument
Indien de ontwikkelaar wijzigingen aanbrengt in de definitieve documenten (zoals genoemd in artikel 2.5) en dit gevolgen heeft voor de voorbereiding bij de netbeheerders, dan zijn de daaruit voortvloeiende extra kosten voor rekening van de ontwikkelaar. Zo nodig wordt een nieuwe planning overeengekomen tussen de ontwikkelaar en de CINH.
Artikel 3.2: Investeringsrisico’s
Zowel de CINH als de ontwikkelaar dragen zelf de risico’s en kosten van hun investeringen. De CINH brengt geen rente op verrichte investeringen in de hoofdinfrastructuur van de netbeheerders in rekening bij aanleg in de woonrijpfase. Indien de CINH de nutsvoorzieningen op verzoek van de ontwikkelaar aanlegt in de bouwrijpfase en de hoofdinfrastructuur 18 maanden na gereed melding van de aanleg niet in gebruik is genomen, dan geldt de volgende vergoeding. Na het verstrijken van deze 18 maanden wordt per dag €0,08 per 10 meter kabel/leiding vergoed tot de eerste dag van de week waarin de hoofdinfrastructuur daadwerkelijk in gebruik is genomen. De hoofdinfrastructuur wordt geacht daadwerkelijk in gebruik of in exploitatie te zijn genomen indien door de hoofdinfrastructuur ook daadwerkelijk elektra en/of gas en/of drinkwater en/of kabeldiensten en/of telecom is getransporteerd ten behoeve van minimaal twintig procent van de percelen zoals vastgelegd in de definitieve documenten (zoals genoemd in artikel 2.5).
Artikel 3.3: Bescherming van voorzieningen
De kosten voor het gedurende het project beschermen van de door de CINH geplaatste voorzieningen ten behoeve van verdeelkasten, versterkerkasten, kabelrollen en kabelhaspels komen voor rekening van de CINH.
Artikel 3.4: Schade aan eigendommen van de ontwikkelaar of derden
De CINH is aansprakelijk voor directe schade aan werken en eigendommen van de ontwikkelaar en derden bij de aanleg van de hoofdinfrastructuur. De CINH eist van de combi-aannemer dat deze een CAR-verzekering afgesloten heeft voor het afdekken van de risico’s bij schade. De veroorzaker heeft in eerste instantie de gelegenheid om de veroorzaakte schade te herstellen. Indien dit niet mogelijk is wordt de schade hersteld door de ontwikkelaar en de werkelijke gemaakte kosten daarvan worden in rekening gebracht bij de CINH.
Artikel 3.5: Schade aan eigendommen van de netbeheerders
De ontwikkelaar draagt zorg voor deugdelijke beschermende maatregelen voor de bovengrondse en ondergrondse voorzieningen die zijn aangelegd of geplaatst door de CINH. Indien desondanks schade ontstaat na de aanleg van kabels en leidingen en voor de bestratingsfase, wordt deze door de ontwikkelaar vergoed. Hiervan uitgezonderd is de schade die wordt veroorzaakt door de CINH of de combi-aannemer.
Artikel 3.6: Aansprakelijkheid voor schade door zetting
De ontwikkelaar informeert de combicoördinator in de oriëntatiefase schriftelijk over de te verwachten zettingen in de tijd. De ontwikkelaar is niet aansprakelijk voor schade aan voorzieningen als gevolg van zetting, tenzij op nadrukkelijk verzoek van de ontwikkelaar de CINH haar keuze heeft moeten veranderen naar aanleg van de hoofdinfrastructuur van de netbeheerders in de bouwrijpfase.
Artikel 3.7: Voorleggen van geschillen
Geschillen die ontstaan naar aanleiding van in dit document vastgelegde afspraken worden voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter. De ondertekende partijen verplichten zich eerst al het mogelijke te ondernemen om geschillen op te lossen.
Bijlage 1: Definities
Begrip | Toelichting |
Overeenkomst VANN | Contractovereenkomst tussen ontwikkelaar en de CINH Voor Aanleg Nieuwbouw Noord-Holland |
Voorzieningen | de ondergrondse infrastructuur met de bijbehorende bovengrondse installaties |
Bouwrijpfase | Fase in het bouwproces wanneer het nieuwbouwplan is voorzien van riolering en van toegankelijke bouwwegen |
Woonrijpfase | Fase in het bouwproces kort (6 weken) voor de oplevering van de percelen |
Hoofdinfrastructuur | alle leidingen voor drinkwater en gas en hoofdkabels voor elektra, telecom en kabeldiensten, met uitzondering van huisaansluitingen |
Riolering | Het geheel van constructies t.b.v. de inzameling en transport van alle niet vervuild water vanuit het te bebouwen gebied |
Dwarsprofiel | De dwarsdoorsnede van kabel- en leidingtracé waarin de onderlinge positie van de hoofdinfrastructuur is vastgelegd zowel in platte vlak als qua diepteligging |
Combicoördinator | Functionaris die namens de CINH zorgdraagt voor het inplannen en coördineren van projecten. |
Kabel- en leidingtracé | het tracé waar de kabel- en leidingbeheerders hun kabels en leidingen laten aanleggen |
Combi-aannemer | De partij die namens de CINH de aanleg van de hoofdinfrastructuur uitvoert |
CROW | CROW is het nationale kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur. Het gaat hier om onder meer voorschriften inzake bodemverontreiniging. |
CAI-bedrijven | De bedrijven die de inrichting van de Centrale Antenne Inrichting (CAI) verzorgen, zijnde Ziggo, Reggefiber, Kabeltex en CIF. |
Bijlage 2: Adresseringen
Combi Infra Noord-Holland t.n.v.