PROJECTPLAN
PROJECTPLAN
<In dit projectplan dient kort en krachtig (maximaal 5 pagina's) een beschrijving van het project gegeven te worden. Een verdere onderbouwing kan eventueel opgenomen worden als bijlage>
Titel project:
Aanvrager:
Projectpartners:
Subsidie kan alleen door een samenwerkingsverband aangevraagd worden, bestaande uit tenminste één agrarische ondernemers, al dan niet samen met terrein/gebiedsbeheerders of andere partijen.
Inhoud plan
1. Aanleiding
2. Project
2.1 Doelstelling
2.2 Beoogde resultaten
2.3 Activiteiten
3. Monitoring
4. Communicatie en kennisdeling
5. Planning
6. Begroting en dekkingsplan
1 Aanleiding
Geef een korte beschrijving van de aanleiding voor het indienen van uw projectplan bij de Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw.
2 Project
2.1 Doelstelling
Geef een beschrijving van de doelstelling(en) van uw project.
2.2 Beoogde resultaten
Benoem de beoogde resultaten van uw project. Geef hierbij aan of voldaan wordt aan de criteria zoals opgenomen in de Uitvoeringsregeling natuurinclusieve experimenten Veenweide.
Onderstaande vier criteria zijn een vereiste om voor subsidie in aanmerking te komen:
Criteria | Wordt aan criteria voldaan? Ja/Nee | Toelichting |
1. Bijdrage aan de transitie naar een meer natuurinclusieve landbouw, waarbij de subsidiabele kosten in verhouding staan tot opgave | ||
2 Sprake van vernieuwing / innovatie | ||
3 Bijdrage aan één van de pijlers van biodiversiteit (zie bijlage): | ||
▪ Functionele agrobiodiversiteit | ||
▪ Landschappelijke diversiteit | ||
▪ Regionale diversiteit | ||
▪ Diversiteit van soorten |
Verder dient het project aan minimaal twee van de onderstaande vijf criteria te voldoen:
Criteria | Wordt aan criteria voldaan? Ja/Nee | Toelichting |
1.Duurzame nieuwe amenwerkingsverbanden / voorbeeldwerking | ||
2. Vergroten van het handelingsperspectief in het kader van natuurinclusieve landbouw. | ||
3. De beoogde innovatie heeft een brede toepasbaarheid / uitrol; er is goede kans op snelle vertaling naar de praktijk. | ||
4. Er ontstaat een nieuwe keten- samenwerking of cross-over-samenwerking | ||
5. In hoge mate bijdrage aan minimaal twee van de volgende vier pijlers van biodiversiteit: | ||
▪ Functionele agrobiodiversiteit | ||
▪ Landschappelijke diversiteit | ||
▪ Regionale diversiteit | ||
▪ Diversiteit van soorten |
2.3 Activiteiten
Benoemd de activiteiten waarvoor subsidie aangevraagd wordt.
3. Monitoring
Beschrijf op welke wijze de effecten van het project gedurende de looptijd gevolgd, gemeten en gerapporteerd gaan worden.
4. Communicatie en kennisdeling
Beschrijf op welke wijze de resultaten van het project gecommuniceerd gaan worden en op welke wijze de opgedane kennis gedeeld gaat worden.
5. Planning
Vermeld de looptijd van uw project en vermeld hierbij ook de planning van eventuele tussenproducten.
Startdatum: xx - xx- xxxx Einddatum: xx -xx - xxxx
6. Begroting en dekkingsplan
Opzet begroting
Uren projectpartners (max . € 60,- per uur) | Overige kosten | ||
Activiteiten | Aantal uren | Kosten | |
<beschrijving activiteit> | |||
<beschrijving activiteit> | |||
<beschrijving activiteit> | |||
<beschrijving activiteit> |
Totale kosten | € - | € - |
Uitgangspunten:
-Inbreng van loonkosten van projectpartners wordt gewaardeerd op een forfaitair bedrag van € 60,- per uur
-Bij externe inhuur dient een uurtarief te worden opgenomen
- Begroting dient onderbouwd te worden met offertes
Dekkingsplan:
Gevraagde bijdrage Regio Deal NIL | € |
Overige financiering - …… | € |
Bijlage: Toelichting pijlers biodiversiteit
In artikel 3, lid 1 sub d lid 2 sub e wordt verwezen naar de vier pijlers van biodiversiteit. Onder deze pijlers wordt het volgende verstaan1:
1. Functionele agrobiodiversiteit: natuurlijke processen van planten en dieren die een positief effect hebben op landbouwproductie, zoals bestuiving door bijen, regenwormen die de bodem luchtig maken of micro-organismen die de bodemgezondheid verbeteren.
2. Landschappelijke diversiteit: landschapselementen zoals hagen, veldstruweel, sloten en bermen brengen diversiteit in de fysieke omgeving. Deze landschappelijke diversiteit verstrekt en ondersteunt de (functionele agro-) biodiversiteit.
3. Regionale biodiversiteit: koppeling van gebieden en processen op gebiedsniveau ondersteunt regionaal specifieke soorten en/of ecologische processen.
4. Diversiteit van soorten: het agrarisch landschap is een belangrijk habitat voor specifieke soorten flora en fauna. Gericht beheer behoudt en versterkt dit habitat.
De vier pijlers van biodiversiteit zijn in onderstaande figuur, in onderlinge samenhang, weergegeven (bron: Xxxxx Xxxx Instituut 2019):
Op basis van lid 1 sub d dient minimaal aan één van de hierboven genoemde pijlers voldaan te worden om voor subsidie in aanmerking te komen. Als het project niet bijdraagt aan één van de vier pijlers van biodiversiteit komt het project niet voor subsidie in aanmerking.
1 Xxxxx Xxxx Instituut, 2019