Bijlag e G-9-b
Bijlag e G-9-b
Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België, de Regering van het Groothertogdom Luxemburg en de Rege-
ring van het der Nederlanden, enerzijds, en de Regering Suriname, anderzijds, inzake de afschaffing van de visumplicht.
De Regeringen van de Beneluxlanden, gezamenlijk optredend op grond van de op a p r i l 1960 t e Brussel ondertekende
Overeenkomst tussen het - Koninkrijk België, het Groothertog- dom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de
verlegging van de personencontrole naar de buitengrenzen van he t Beneluxgebied,
e n
de Regering van Suriname:
Verlangende, de formaliteiten met betrekking t o t het reis - verkeer van hun onderscheiden onderdanen t e regelen,
Zijn het volgende overeengekomen:
Artikel l
deze Overeenkomst wordt verstaan:
onder " Beneluxlanden": het Koningkrijk België, het Groother- togdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden; onder de gezamenlijke grondgebieden i n Europa
van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden.
Artikel 2
Onderdanen van de Beneluxlanden, die i n ' h e t bezit z i j n van een geldig nationaal paspoort mogen ongeacht de plaats van vertrek voor een verblijf van ten hoogste drie maanden zon- der visum Suriname binnenkomen.
Artikel
Onderdanen van Suriname, die i n het bezit z i j n van een geldig nationaal paspoort mogen ongeacht de plaats van vertrek voor een verblijf van ten hoogste drie maanden, zonder visum het
Beneluxgebied binnenkomen.
Vc. - Artikel 4
Bijlag e G-9-b-2
Artikel 4
Voor een verblijf van meer dan drie maanden dienen de onderda- nen van der der Overeenkomst sluitende Partijen, voor hun aan- komst i n het gebied, de vereiste toestemming
t e verkrij g en door tussenkomst van de diplomatieke of con-
xxxxxxx vertegenwoordiger het land waarheen z i j zich willen begeven..
Artikel 5
Onderdanen van de Seneluxlanden die met toestemming van de bevoegde autoriteiten van Suriname i n Suriname zijn
gevestigd, en onderdanen van die met toestemming van de bevoegde autoriteiten van de Beneluxlanden i n een der Beneluxlanden zijn gevestigd, mogen het land van ves- tiging verlaten en daarheen zonder visum terugkeren op
vertoon van een geldig nationaal paspoort, terwijl geen ze- kerheidstelling wordt vereist.
Artikel 6
Elke Regering behoudt zich het recht voor t e weigeren per- sonen op haar grondgebied toe t e laten die niet i n het be- z i t zijn de voor binnenkomst vereiste of wie het ontbreekt aan voldoende middelen van bestaan of die de-
ze niet door legale arbeid kunnen verwerven, dan wel t e wei- geren personen toe t e laten, die a l s ongewenste vreemdeling worden beschouwd of wier aanwezigheid i n het land een be-
dreiging wordt geacht voor de openbare orde of de nationale veiligheid.
Artikel 7
Behoudens de voorgaande bepalingen en behoudens nadere eenkomsten tussen de regeringen van elk van de
den en Suriname i s deze Overeenkomst niet van invloed op de voorschriften inzake welke i n de Beneluxlan- den en i n Suriname van kracht betreffende de binnen-
komst, duur van het verblijf, de vestiging en de uitwij- zing, alsmede met betrekking t o t enigerlei
24e Vc. - Artikel
Bijlag e G-9-b-l
Elke Regering verplicht zich zonder enige formaliteit weder t o t haar grondgebied toe t e laten
a. haar ondkrdanen die het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij zijn binnengekomen:
b. bezitters van een van de i n de artikelen 2 en be- doelde en door haar afgegeven documenten, zelfs i n
het geval van een persoon omtrent wiens nationaliteit twijfel bestaat.
Artikel 9
Wat het K o ninkrijk der betreft, zal deze
Overeenkomst voorshands alleen gelden voor het i n Europa gelegen grondgebied van De toepassing van de Overeenkomst kan evenwel worden uitgebreid t o t de Ne- derlandse Antillen door middel van een notawisseling tus- sen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Suriname.
Met inachtneming van het bepaalde in de artikelen en 11, kunnen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Suriname de toepassing van de Overeenkomst op de Nederlandse Antillen bedoeld i n de tweede volzin van d i t
beëindigen door dertig dagen tevoren kennis t e ge- ven van hun voornemen hiertoe.
Artikel
Deze Overeenkomst treedt i n werking op november voor de duur van één jaar. Indien de Overeenkomst niet dertig da- gen voor het verstrijken van die periode is opgezegd, wordt z i j geacht voor onbepaalde t i j d t e zijn verlengd. Na de
eerste periode van jaar kan elk der ondertekenende Rege- ringen de Overeenkomst opzeggen door dertig dagen tevoren de Belgische Regering hiervan i n kennis t e stellen.
Indien een der ondertekenende de Overeenkomst op- zegt, treedt deze buiten werking.
De Belgische Regering deelt de andere ondertekenende Rege-
ringen de ontvangst mede van de i n artikel bedoelde
24e
Bijlag e
opzegging.
Artikel
Behoudens 8 de toepassing van deze Overeen- ko m t~ door ieder der Overeenkoms jen wor- den t..
De Belgische Regering wordt onmiddellijk langs diploma-
tieke van schorsing in kennis gesteld. De Belgi- sche Regering deelt de andere Regeringen
de van deze kennisgeving mede. Dezelfde procedu- r e wordt gevolgd wanneer de schorsing wordt ingetrokken.