Voorwaarden Huurovereenkomst Strandhuisje 2008
BIJLAGE behorend bij de raamovereenkomst voor het plaatsen van een strandhuisje op het strand te IJmuiden aan Zee
Voorwaarden Huurovereenkomst Strandhuisje 2008
1. Toezicht strand.
1.1 De Strandvereniging IJmuider Strand (hierna: de Vereniging) ziet er op toe dat de bepalingen uit de Huurovereenkomst door de Onderhuurders op het strand worden nageleefd. Indien de Vereniging een overtreding van de Huuroverkomst vaststelt, zal hij de Onderhuurder daarop aanspreken. De Onderhuurder zal de aanwijzing door of namens het bestuur gegeven onmiddellijk opvolgen, zodat de overtreding ongedaan wordt gemaakt.
De Gemeente wordt op het strand vertegenwoordigd door een strandbeheerder. Indien de strandbeheerder vast stelt dat een bepaling van de Huurovereenkomst door de Vereniging niet wordt nageleefd, kan de strandbeheerder De Vereniging daarop aanspreken. De Vereniging zal de aanwijzingen die de strandbeheerder geeft, onmiddellijk opvolgen, zodat de overtreding ongedaan wordt gemaakt.
2. Het strandhuisje
2.1 Het strandhuisje dient te voldoen aan, en overeen te komen met tekening nr. 3872 van de afdeling Openbare Werken van de gemeente Velsen. De Vereniging en de Onderhuurder verklaren bekend te zijn met deze tekening.
De lengte x breedte x hoogte van het strandhuisje dient niet meer te bedragen dan 7 x 4 x 2,8 meter. De achterdeur moet op een afstand van 6 meter van de voorkant van het strandhuisje zijn geplaatst. Aan de achterzijde van het strandhuisje dient een oppervlakte van minimaal 1 m2 vrij te blijven ten behoeve van de entree van het strandhuisje. De zijhoogte mag maximaal 2,25 meter zijn en dient te worden gemeten vanaf de onderkant van het frame van het strandhuisje.
Aan de voorzijde van het strandhuisje mag over de breedte van het huisje een vlonder worden aangebracht met een diepte van maximaal 1,80 meter. Het oppervlak van de voorvlonder mag niet worden bebouwd en mag niet aan het bruto woonoppervlak worden toegevoegd.
Aan de huisjes mag een opklapbare of verwijderbare achtervlonder worden gemonteerd. De diepte van deze vlonder moet zodanig zijn dat de maximale lengte van het strandhuisje én de achtervlonder samen, 8 meter niet overschrijdt. Bij de strandhuisjes op de achterste rij mag een opklapbare of verwijderbare achtervlonder worden gemonteerd waarvan de diepte zodanig is, dat tussen de vlonder en de duinvoet een begaanbare strook van minimaal 1.00 meter breed wordt vrijgelaten.
2.2 Het strandhuisje dient met inbegrip van hekwerken, schotten e.d. overwegend wit van kleur te zijn. Het uiterlijk van het Strandhuisje dient aan redelijke eisen van welstand te voldoen en de constructie moet deugdelijk zijn, zulks ter beoordeling van de Vereniging.
Het is niet geoorloofd om bij wijze van dakdekking zeil of plastic folie te gebruiken. De speciaal voor dit doel vervaardigde kunststof dakbedekking is wel toegestaan.
2.3 Het strandhuisje dient aan de onderkant rondom afgeschermd te zijn door middel van een nette beschutting. De toegang dient te zijn voorzien van een deugdelijk slot.
2.4 Tenzij anders is afgesproken, dient de Vereniging er op toe te zien dat de Onderhuurder duidelijk en zichtbaar een huisnummer bevestigt op het linker boeideel aan de voorzijde van het strandhuisje.
2.5 Indien de Onderhuurder een nieuw strandhuisje op het strand wenst te plaatsen, of het bestaande strandhuisje wenst te verbouwen, aan te passen of te wijzigen, zodanig dat dit invloed heeft op de bestaande uitwendige maten, dient hij voorafgaand aan de verbouwing, aanpassing of verandering, om goedkeuring van de Vereniging te verzoeken.
3. Lozing afvalstoffen
3.1 In het strandhuisje dient een gootsteen aanwezig te zijn, waarvan de afvoer uitkomt in een (eenvoudig) stapelputje. Voor strandhuisjes die op het riool kunnen worden aangesloten, geldt dat alleen geloosd mag worden op de rioolaansluiting.
3.2 Privaten of waterplaatsen in of nabij het strandhuisje zijn niet toegestaan. Een toilet in een strandhuisje dat is aangesloten op het riool is wel toegestaan. In een strandhuisje dat niet is aangesloten op het riool, dient een toiletemmer of chemisch toilet aanwezig te zijn. Het legen van deze emmer en/of het toilet is alleen toegestaan in een door de gemeente geplaatste stortvoorziening in de toiletunits, ofwel voor 10.00 uur 's ochtends, ofwel na 19.00 uur 's avonds. Op zondag is dit ofwel voor 10.00 uur 's morgens, ofwel na 16.00 uur ’s middags geoorloofd.
3.3 De Gemeente is verplicht aan de Vereniging en de Onderhuurders stromend water ter beschikking te stellen.
4. Plaatsing en gebruik van het strand en van het strandhuisje
4.1 Het is de Vereniging slechts toegestaan om strandhuisjes te laten plaatsen op het gedeelte strand dat door de Gemeente daartoe aangewezen. De Onderhuurder mag het strandhuisje alleen op de door de Vereniging toegewezen plek plaatsen.
4.2 De Onderhuurder is gerechtigd om zich te laten vertegenwoordigen door een derde die zich, in opdracht van de Onderhuurder, verplicht heeft om het strandhuisje te plaatsen.
4.3 De onderkant van het frame van het strandhuisje moet gelijk zijn aan de hoogte van de rode banden, die op de raaipalen zijn aangebracht.
4.4 Op het grote strand zijn deze rode banden voor de voor-, de midden- en de achterrij aangebracht op een hoogte van ca. 0,60m, 0,80 m en 1,80m.
4.5 Klachten en opmerkingen over het gebruik of de plaatsing van de strandhuisjes dienen te worden gericht aan het bestuur of aan een daartoe door het bestuur aangewezen contactpersoon van de Vereniging.
4.6 Het aan de Onderhuurder toegewezen strandgedeelte mag alleen worden gebruikt voor het plaatsen van een strandhuisje. Zonneschermen, windschermen, tenten e.d. mogen slechts met toestemming van de Vereniging worden geplaatst. Linnen of plastic windschermen voor tijdelijk gebruik, dat wil zeggen voor ten hoogste één dag, zijn wel toegestaan.
4.7 Het is niet toegestaan om waslijnen e.d. tussen de strandhuisjes aan te brengen. Het is wel toegestaan om direct achter het
strandhuisje waslijnen aan te brengen die evenwijdig lopen aan de achterzijde van het strandhuisje.
4.8 Uit het oogpunt van veiligheid van personen mogen er noch gedurende de dag, noch gedurende de nacht, obstakels aanwezig zijn in de ruimte tussen en voor de strandhuisjes. Voordat de nacht invalt en het donker wordt, dienen kuilen vóór en achter het strandhuisje te worden dichtgeschept.
4.9 Met inachtneming van artikel 4.8 is het aanbrengen van voorzieningen ten behoeve van spellen zoals netten, belijning etc. alleen toegestaan na goedkeuring van de Vereniging.
4.10 Het is de Onderhuurder toegestaan goederen te stallen onder zijn strandhuisje, mits deze geen gevaar of schade kunnen opleveren voor personen en goederen. Het is verboden om de ruimte onder de voorvlonder af te schermen dan wel te gebruiken als berging of opslag van goederen en materialen.
5. Gebruik als nachtverblijf.
5.1 Indien het strandhuisje wordt gebruikt als nachtverblijf dan mag daarin 's nachts niet meer dan één persoon per twee m2 nuttig vloeroppervlak verblijven. Onder nuttig vloeroppervlak wordt verstaan: het gedeelte van de vloer dat niet door kasten, aanrecht en andere vaste betimmeringen in beslag wordt genomen. Het strandhuisje dient tevens over een doelmatige ventilatie te beschikken.
5.2 Het is ten strengste verboden om de ruimte onder het strandhuisje als nachtverblijf in te richten en/of te gebruiken.
5.3 Het is de Onderhuurder toegestaan om een afgeschermde, elektrische buitenverlichting te hebben die uitsluitend bevestigd is aan het strandhuisje, mits dit bijdraagt tot de veiligheid van personen en geen hinder (zoals verblinding) veroorzaakt voor de omgeving. De schakelaar van de buitenverlichting dient zich binnen in het strandhuisje te bevinden.
6. Brand en het voorkomen van brand.
6.1 De Vereniging en de Onderhuurders zijn verplicht om alles te doen wat in hun vermogen ligt om brand te voorkomen, en om mogelijke brandschade te beperken.
6.2 In geval van brand moeten onmiddellijk de Brandweer (tel. 112), de politiepost op het strand en de strandbeheerder worden gealarmeerd.
6.3 In de nabijheid van het strandhuisje moet steeds, voor onmiddellijk gebruik ter bestrijding van brand, beschikbaar zijn:
- een voor brandbluswerkzaamheden doelmatige schop;
- een op de waterleiding aangesloten, gebruiksklare buitenwaterkraan met een minimaal 10 m lange slang met spuitmond; Een (poeder)handblusapparaat en/of een blusdeken wordt aanbevolen.
6.4 Als waarschuwing bij brand of gevaar voor brand moet minimaal één goed werkende bedrijfsklare rookmelder in het slaapvertrek aanwezig zijn.
6.5 Het is strikt verboden om kooktoestellen, welke worden gestookt met petroleum of huisbrandolie, in de strandhuisjes te hebben. Het gebruik van dergelijke kooktoestellen is evenmin toegestaan. Het gebruik van petroleum is uitsluiten toegestaan voor verlichting- en verwarmingsdoeleinden. Van deze brandstof mag maximaal 5 liter in voorraad worden gehouden in een goed gesloten metalen vat. Gebruik en opslag van benzine e.d. is ten strengste verboden.
Kook- en verwarmingstoestellen die niet voldoen aan de algemeen geldende eisen van veiligheid, mogen niet worden gebruikt of in het strandhuisje aanwezig zijn.
6.6 Inbouwapparatuur is slechts toegestaan indien de gasslangen van het aangesloten toestel eenvoudig en in korte tijd bereikbaar zijn voor controle en onderhoud.
6.7 Een gastoestel dient te worden aangesloten met koperen leidingen en/of in combinatie met doelmatige en goedgekeurde (2 jaar geldig) rubberslangen met een maximale lengte van 2 meter met klembanden. De overige leidingen moeten vaste leidingen zijn van metaal zonder verbindingen op moeilijk bereikbare plaatsen.
6.8 Bij gebruik van meerdere toestellen op één gasfles is artikel 6.7 van toepassing met dit verschil dat de maximale lengte van de gasslang 1 meter bedraagt.
6.9 Met betrekking tot gasinstallaties geldt dat deze veilig dienen te zijn, en veilig en conform de geldende wet en regelgeving moet kunnen worden gebruikt.
6.10 Het bezit en gebruik van LPG of apparatuur (bijv. een autogastank) bedoeld voor het gebruik van LPG is ten strengste verboden (art.2.1.6.10, APV). Bij overtreding is artikel 17.5 van toepassing.
6.11 De gasflessen moeten zijn voorzien van een geldig keurmerk (niet ouder dan 10 jaar) en mogen geen grotere waterinhoud hebben dan 26 liter per fles.
6.12 De Onderhuurder wordt geacht bekend te zijn met, en is te allen tijde verantwoordelijk voor het nakomen van de wettelijke bepalingen ten aanzien van de opslag en het gebruik van gasinstallaties aangesloten op gasflessen en aangesloten apparatuur.
6.13 De gasflessen mogen uitsluitend op de volgende twee wijze opgesteld worden:
Mogelijkheid 1 opstelling gasflessen: in een kist of krat, achter het strandhuisje, met voldoende ventilatie openingen aan de onderzijde.
Mogelijkheid 2 opstelling gasflessen: onder het strandhuisje, waarbij de gasflessen eenvoudig toegankelijk moeten zijn voor het gebruik en controle. De toegang dient te zijn voorzien van een deugdelijk slot.
6.14 Een andere opstelling dan de hierboven vermelde mogelijkheden is niet toegestaan. In het bijzonder is het niet toegestaan om de gasflessen naast het strandhuisje op te stellen.
6.15 De gasflessen mogen niet onder het maaiveld worden geplaatst of worden ingegraven.
6.16 De gasflessen moeten zo worden opgesteld dat scheefzakking of verschuiving wordt voorkomen.
6.17 Het is verboden om in het strandhuisje verwarming- , verlichting- of kooktoestellen met ingebouwde gascilinder te gebruiken of voorhanden te hebben.
6.18 Onafhankelijk van de opstelling en/of vullinggraad, mogen er per strandhuisje maximaal twee gasflessen aanwezig zijn (lege flessen inbegrepen).
6.19 Het aanleggen en/of onderhouden van kampvuren en andere open vuren in de nabijheid van de strandhuisjes en elders op het strand is ten strengste verboden.(art. 5.4.5. APV)
6.20 Wat in het onderhavige artikel van de Huurvoorwaarden bepaald is, laat onverlet de bevoegdheid van de politie en brandweer ex artikel 21 van de Overeenkomst om in het belang van de openbare orde, de veiligheid en de zedelijkheid, aanwijzingen aan de Onderhuurder te geven. DeOnderhuurder dientdeze aanwijzingen onmiddellijk op te volgen.
7. Verwijderen van afval.
7.1 De Onderhuurderdraagt er zorg voor, dat het strandhuisje en de naasteomgeving daarvan worden schoongehouden. Het huishoudelijk afval wordt tijdens het strandseizoen ingezameld en afgevoerd. Daartoe worden uiterlijk 1 april van elk kalenderjaar containers (gele bollen) op het strand geplaatst.
7.2 De containers worden voor 10.00 uur ´s morgens één keer per week, en in het hoogseizoen twee keer per week, en afhankelijk van de mate van het strandbezoek, geleegd.
7.3 Grof huishoudelijk afval (dus geen bouw- en sloopafval of Klein Chemisch Afval KCAL) vanuit de strandhuisjes wordt elke maandagochtend rond
09.00 uur opgehaald. Het grof huishoudelijk afval mag vanaf zondagmiddag 16.00 uur worden neergelegd bij de gele strandbollen.
7.4 Bouw- en sloopafval, KCA en andere afval soorten kunnen worden afgeleverd bij het Afval Breng Station (ABS) van Reinunie aan de Amsterdamseweg 10 te Velsen-Zuid.
7.5 De Gemeente is gerechtigd de kosten van afvoer en storting van aangetroffen bouw- en sloopafval en klein chemisch afval dat aantoonbaar door Onderhuurder(s) is gedeponeerd op het strand, anders aangeboden danaangegeveninart. 7.3 en 7.4 in rekening te brengenbij de Onderhuurder(s).
8. Sanitaire voorzieningen
De Vereniging en de Onderhuurders zullen de sanitaire voorzieningen op een zorgvuldige wijze gebruiken endragener zorgvoor dat de sanitaire voorzieningen zo veel mogelijk schoon zijn.
9. Voorkomen van (geluid)overlast.
9.1 Het is verboden middels audioapparatuur muziek ten gehore te brengen, tezingenof opandere wijzeluidruchtigte zijn, waardoor overlast wordt veroorzaakt voor de overige Onderhuurders en aanwezigen op het strand.
9.2 Ingevalvanoverlast isde Onderhuurder/ veroorzaker verplicht maatregelentenemen om de overlast ongedaan te maken.
9.3 Het is verboden apparatuur en /of toes tellen van diverse aard op te stellen die overlast veroorzaken voor andere aanwezigen op het strand.
9.4 In geval van een geschil ten gevolge van overlast dienen de aanwijzingen van de Gemeente en/of de strandbeheerder of diens vertegenwoordiger onverwijld te worden uitgevoerd.
10. Huisdieren.
10.1 De Onderhuurder mag niet meer dan één hond in het strandhuisje houden.
10.2 De hond dient aangelijnd in de directe nabijheid van het strandhuisje te verblijven. De Onderhuurder is verplicht er op toe te zien dat de hond geen overlast veroorzaakt voor derden. Uitwerpselen dienen onmiddellijk te worden opgeruimd. De Onderhuurder is verplicht om een voor dit doel bedoeld schepje of zakje bij zich te hebben.
10.3 Tussen 1 april en 1 oktober van het kalenderjaar is het strand vóór de strandhuisjes verboden voor honden. In deze periode is het de Onderhuurder toegestaan honden aangelijnd tussen de strandhuisjes naar en over de dichtstbijzijnde strandovergang te leiden.
10.4 Het is de Onderhuurder toegestaan om naast een hond, één ander huisdier te houden, doch dit huisdier mag geen overlast veroorzaken voor de overige huurders.
11. Verhuur van het strandhuisje
11.1 Het is de Onderhuurder toegestaan om gedurende het Strandseizoen zijn strandhuisje aan meerderjarige derden te verhuren of anderszins ter beschikking te stellen voor ten hoogste 30 dagen, mits dit tenminste één week van te voren bij de Vereniging is gemeld.
11.2 De Onderhuurder dient de huurder/gebruiker er op te wijzen dat huisdieren niet zijn toegestaan.
11.3 De Onderhuurder zal de Huurvoorwaarden aan de huurder/gebruiker opleggen.
11.4 Bij in gebreke zijn of blijven van het in lid 11.1 gestelde en/of overschrijding van de in lid 11.1 genoemde periode is de Vereniging gerechtigd zonder enige vorm van schadevergoeding en zonder tussenkomst van de rechter de Onderhuurovereenkomst per direct op te zeggen. De Onderhuurder heeft geen aanspraken op een nieuwe Onderhuurovereenkomst.
12. Opleveren van de standplaats
De Onderhuurder draagt er zorg voor, dat uiterlijk op 30 september van het contractjaar het strandhuisje van het strand is verwijderd. Het gehuurde strandgedeelte en de naaste omgeving moeten naar genoegen van de Gemeente en de Vereniging schoon worden opgeleverd. Het is de Onderhuurders verboden om goederen en materialen op het strand achter te laten.
13. Aanwijzingen gegeven door politie en brandweer.
De commissaris van de politie en de commandant van de brandweer kunnen in het belang van de openbare orde, de veiligheid en de zedelijkheid, aanwijzingen geven. De aanwijzingen kunnen afwijken van de onderhavige huurvoorwaarden. De Vereniging en de Onderhuurders dienen de aanwijzingen van de politie en de brandweer onmiddellijk op te volgen.
14. Schade aan personen en goederen
14.1 De Vereniging vrijwaart de Gemeente voor aanspraken op schadevergoeding als gevolg van het gebruik van het gehuurde.
14.2 Schade aan personen en goederen is voor rekening van de Vereniging.
14.3 De Onderhuurder vrijwaart de Gemeente en de Vereniging voor aanspraken op schadevergoeding als gevolg van het gebruik van het strandhuisje.
14.4 Schade aan personenen en goederen is voor rekening van de Onderhuurder.
4
14. Rijkszeeweringsreglement
De Vereniging is verplicht ervoor te zorgen, dat de bepalingen van het Rijkszeewerings reglement stipt in acht worden geno men. De Vereniging verklaart bekend te zijn met het Rijkszeeweringsreglement.
16. Derden beding
16.1 De Vereniging verplicht zich jegens de gemeente als derde, om de bepalingen uit de huurovereenkomst na te komen.
16.2 De Onderhuurder verplicht zich jegens de Gemeente en de Vereniging als derde, om de bepalingen uit de Huurovereenkomst na te komen.
17. Einde van de Onderhuurovereenkomst
17.1 De Onderhuurovereenkomst geldt voor de periode van 1 april tot en met 30 september onder voorbehoud van de bepalingen genoemd in lid 2 en lid 3 van dit artikel.
17.2 De Onderhuurovereenkomst eindigt wanneer en zodra de Staat der Nederlanden gebruik maakt van zijn bevoegdheid tot opzegging van de huur van het zeestrand aan de Gemeente.
17.3 De Onderhuurovereenkomst eindigt, wanneer en zodra de gemeente gebruik maakt van haar bevoegdheid om de Raamovereenkomst op te zeggen.
17.4 Indien de Onderhuurder de huurvoorwaarden herhaaldelijk niet nakomt, kan de Vereniging de Onderhuurovereenkomst zonder tussenkomst van de rechter opzeggen. De Vereniging neemt een opzeggingstermijn van twee weken in acht.
17.5 I n geval van artikel 6.10, 17.2, 17.3, en 17.4 is de Onderhuurder verplicht om bij de eerste aanzegging van de Gemeente of de Vereniging, binnen de gestelde termijn het strandhuisje en andere voorwerpen van het strand te verwijderen. Indien de Onderhuurder daaraan niet voldoet, zijn de Gemeente en de Vereniging gerechtigd zonder tussenkomst van de rechter het strandhuisje en andere voorwerpen voor rekening van de Onderhuurder van het strand te verwijderden.
17.6 Bij toepassing van artikel 17.2 en 17.3 en 17.4 is aanspraak op enige vorm van schadevergoeding uitgesloten, evenals,voor zover van toepassing, ieder recht op het afsluiten van een Onderhuurovereenkomst voor het volgende seizoen.
18. Huurprijs, boete en sancties
18.1 De huurprijs voor de standplaats wordt jaarlijks vastgesteld. Indien toeristenbelasting verschuldigd is, wordt de huurprijs daarmee verhoogd.
18.2 De Vereniging kan, indien de Onderhuurder de huurvoorwaarden, waaronder begrepen is artikel 17, niet nakomt, bij ingebrekestelling van de Onderhuurder, per overtreding een boete op leggen van minimaal 25% van de op dat moment geldende huurprijs.
18.3 Bij toepassing van artikel 18.2 is aanspraak op enige vorm van schadevergoeding uitgesloten, evenals het recht op het afsluiten van een huurovereenkomst voor het volgende seizoen.
19 Vrijwaring
19.1 De Vereniging vrijwaart zonder enig voorbehoud de Gemeente voor elke aansprakelijkheid voor schade door welke oorzaak dan ook en door wie dan ook geleden, welke direct of indirect voortkomt uit of verband houdt met het gebruik van het gehuurde, tenzij de schade het gevolg is van opzet of grove schuld vanwege of namens de Gemeente.
19.2 De Onderhuurder vrijwaart zonder enig voorbehoud de Vereniging en de Gemeente voor elke aansprakelijkheid voor schade door welke oorzaak dan ook en door wie dan ook geleden, welke direct of indirect voortkomt uit of verband houdt met het gebruik van het strandhuisje, tenzij de schade het gevolg is van opzet of grove schuld vanwege de Gemeente of de Vereniging.
20 Informatievoorziening.
20.1 De Gemeente zal aan bevoegde instanties indien zij daartoe wettelijk gehouden is beschikbare informatie betreffende de Vereniging en/of de Onderhuurders verstrekken.
20.2 Als uitvoering wordt gegeven aan het gestelde in 20.1 zal de Gemeente de Vereniging en/of de Onderhuurders hiervan per omgaande in kennis stellen met vermelding van de verstrekte informatie.